OnïBVmiiwsnruhriek ONZE KLEEDING TWEE NACHTHEMDEN Variaties op een zeer oud thema. A Een kijkje in de Hoeden-collectie. Weinige stiptheid bij de vrouw. 'n Pose, til! I 1 5 i Practische wenken Recepten. Uit de Moppentrommel. Patronen naar Maat 1(1" DE ZELFSTANDIGE VROUW EN DE VROUW DIE ZICH GEHEEL WEGCIJFERT. I I (Sb :"**x i Et wordt verondersteld dat een recht geaard man niet voorbij een grootsch en spiegelend mode-paleis kan gaan, zonder een rilling van onbehagelijkheid, en een onbestemd visioen van grijnzende cijfers, die hèm zoo .verbijsterend en zijn vrouw zóó onbeteekenend voorko men, dat dit razend-makend verschil van appreciatie hem met twee handen naar zijn hoofd doet grijpen, en vree zen voor het behoud van zijn verstand. En in alle amusante-weekbladen en dergelijke periodieken, klagen trouwe, zwaarbeproefde vrienden, als, 'n soort Onbekende Soldaten breed aangeduid met A. en B., elkaar met- galgenhumor hun nood over de spilzucht en mode dwaasheden hunner vrouwen, 'n lach spiegel-beeld weliswaar van 't dage- lijksch leven, maar tóch 'n spiegelbeeld! Maar ik geloof dat geen man er zich rekenschap van geeft dat 't proces van ,ik kwam ik zag ik kocht", dat zich bij z'n vtouw afspeelt, niet verloopt in 'n rechte lijn van haar keuze naar zijn beurs, van snoezig-vinden tot geld- verspillen, waarbij zij de verantwoording draagt voor 't initiatief, en hij de gedu peerde hekkensluiter is maar dat 't een kringloop is, waarvan 't uitgangspunt evengoed bij hèm ligt als het bitter einde! Het is 'n tragedie waarvan 't laatste be drijf zich weliswaar afspeelt in zijn por tefeuille, maar waarvan hij evengoed zelf den proloog gevoerd heeft, en dat mocht hij wel 'ns bedenken! Elke man pleegt met beminnelijke on bevangenheid alle zucht naar opschik bij 'n vrouw toe te schrijven aan kinderach tige, ongeoriënteerde ijdelheid, die zich in zichzelf wil uitleven. Dat is 'n listige tactiek, denk 'k, om niet aansprakelijk gesteld te worden voor de gevolgen! xWant zelf bezit hij toch meer dan genoeg eigenliefde, om te moeten constateeren, in sommige gevallen zelfs te fairtaseeren, dat zulke vrouwelijke zwakheden in on middellijk verband staan met zijn eigen bestaan! Maar liever dan de lasten te moeten meedragen, doet hij afstand van dit streelend inzicht, en ontkent met hui chelachtige verwondering zijn inwerking op het vrouwelijk streven naar uiterlijke aantrekkelijkheid. En toch danken duizenden modisten, costumières, coupeuses, masseuses en par fumeurs aan die inwerking hun brood! Ik durf te veronderstellen dat iedere beschaafde vrouw die op een onbewoond eiland verzeilt, zich voor haar eigen schoonheidsgevoel en zelf-achting be hoorlijk zal soigneeren, en b.v. haar na gels keurig onderhouden, maar zal er één gevonden worden die ze polijst, zelfs al is haar complete manicure-set met haar mee aangespoeld? En zelfs al kwa men tien vrouwen daar tegelijk aan wal dan zouden ze zich allemaal keurig kleeden en haar bezittingen in orde hou den alleen al om elkaar maar toch, tot zooiets als polijsten zou 't nooit ko men! Maar als dan 't reddend schip in zicht kwam, met 'n vlag en 'n schot en andere attributen die op 'n kapitein en verdere heeren-der-schepping duiden o, dan zou je ze opeens alle tien op een rijtje over den oever van de kreek zien buigen, al die vrouwelijke Robinsons, om vervolgens in allerijl naar de gezamen lijke Robinsons-hut te snellen, en daar van onder scheepsbeschuit en huiden de polissoirs en poederkwastjes op te del ven die door 'n zeker instinctmatig voor gevoel nooit geheel onvindbaar opgebor gen konden worden! Juist zoo gaat 't, wanneer een vrouw die alleen thuis is, zich voor haar eigen plezier eens netjes maakt, cm gezelliger en opgewekter te kunnen zitten werken, 't Blijft dan steeds bij den meest gemoe delijken opschik alle overdreven luxe schoonheidsmiddelen wijst steeds on middellijk op "n mannelijke silhouette aas den horizon! Vrouwen die zich uitsluitend opschik ken uit de nobele behoefte, haar vrien dinnen uit haar vel te doen springen, zijn zeldzamer dan je wel zoudt denken. Bijna overal zijn de beweegredenen, hoe ver- kronkeld en weinig verkwikkelijk soms ook, terug te brengen tot den „man op den achtergrond". Niemand maakt me wijs, dat één vrouw bij den aankoop van iets nieuws, op de eerste plaats aan haar vriendinnen en haar appreciatie denkt, al zijn sommigen oneerlijk genoeg om dat te willen voorgeven! Iedere vróuw houdt bij haar keuze eigenlijk slechts met één oor deel rekening overmoedig of schuch ter, coquet of argeloos-hoopvol, naar ge lang ze zelf meer of minder hetog staat! En 't is mijn vaste overtuiging, dat de uitverkoren gerechtigde-tot-dat-ééne- oordeel, een bijna volstrekten invloed, zoowel temperend of opzweepend, kan hebben op haar jacht naar uiterlijk schoon! Geen man die bij zijn betuigingen van ge negenheid den nadruk legt op innerlijke qualiteiten, en voor 't overige een harte lijke maar gemoedelijke belangstelling toont, zal te klagen hebben dat zijn vrouw om zijnentwille tot uiterlijke excessen van behaagzucht komt! 'tZijn juist de mannen met een ziekelijke overgevoelig heid op 't punt van aesthetica, ^die door hun voortdurende critische en wrevelige vergelijkingen de vrouw die hen tot eiken prijs wil blijven boeien, tot uitersten drij ven. Geen vrouw zal méér uiterlijke luxe 'ten toon spreiden dan de man zelf toont te verlangen en geen man zal ooit be grijpen, hoe dankbaar een vrouw hem is, wanneer hij blijk geeft, geen overdreven waarde aan dat uiterlijke te hechten! Natuurlijk vindt ze 't prettig wanneer hij 't een of ander roemt of 't zich in bijzon derheden blijkt te herinnaren, maar toch, de minste overdrijving verschrikt en ver ontrust haar, zelfs dat spontaan en vurig enthousiasme, waarmee hij een flatteuse nieuwigheid begroet in zijn typische kort zichtigheid meenend, haar met dien lof onweerstaanbaar voor zich in te nemen! Neen, juist als ze iets om hem geeft, zal de ontdekking: hoe afhankelijk van nie tigheden zijn appreciatie van haar per soon eigenlijk is, een bepaalde ontgoo cheling voor haar zijn! Elke vrouw moet iets vernederends voelen, iets kils en on persoonlijks, in een bewondering die ze uitsluitend aan een uiterlijke toevallig heid dankt, 't Is heusch zoo'n wonder niet, dat sommigen van ons dan wel eens bitter worden en denken: „Dus zóó ben je nu! Ik hoef dus geen karakter of ge vóel te hebben: als 'k maar iets aanheb dat me flatteert, ben je vriendelijker dan ooit, en zoo niet, wee mijl" En daarom ook zijn er zelfs in onzen tijd nog altijd vrouwen, wier hart uitgaat naar een on bestaanbaar ideaal, dat niet danst en geen onzin verkoopt op partijen, maar ze 't hof maakt in een oude jurk? Ik durf zelfs beweren dat ze allen, hoe ijdel en hyper modem ook, in hun hart overtuigd zijn, dat ze zich alleen bij zóó'n soort won- dermensch, zoo hij, eilacie, kan bestaan, rustig en veilig zouden voelen aange moedigd tot onscbuldigen tooi, maar be hoed voor den radeloozen angst, zijn overdreven' eischen niet te kunnen be vredigen. Als een heelejjoel van de heeren-der- schepping dit maar eens wilden inzien: dat wij niets liever willen dan eenvou diger worden, wanneer zij 't ons maar mogelijk maakten, door ons te toonen, dat ons innerlijk hun 't meeste gold! Wat wij bieden is immers ten allen tijde slechts een weerklank van wat zij eischen! 't Is nu eenmaal ons lot, te trachten in hun smaak te vallen en onze armzalige houding van ijdelheid en oppervlakkige uiterlijkheid zou werkelijk niet door alle eeuwen onveranderd in stand gebleven zijn, wanneer ze niet het meest beproefde middel gebleken was! Zoodat onze gesmade behaagzucht en futiliteit toch wel voor 'n heel groot deel voor hun rekening komt niet alleen letterlijk en in gevolgen, tot hun ont stemming, maar ook figuurlijk en In oor zaak tot ons verdriet! MACHTELD. DE SMOKING. i No. 444. Den laatsten tijd hoort men ■feel over het smokingcostuum en soms laat men zich, er wel eens ongunstig over uit omdat 't, naar men beweert, ons weet, een eindje verder naar de „Masculinisa- tion" brengt. We gelooven echter dat „men" wel een beetje overdrijft; in elk geval is een dergelijk costuum, mits met niet te korte rokken, voor een vrouw heel wat betamelijker dan een zonder of met zeer korte mouwen en een groote halsuitsnijding, zooals zoo dikwijls aan andere japonnen voorkomt. Ons model heeft een grijs-zwart gerui- ten rok met ondergezette middenbaaa en zwarte omboording van de beide zij- banen. Het jaquet is van zwarte serge: dubbele knoopsluitingen en split onder in de mouwen. Men drage bij dat costuum een witte rechte blouse met kraag waar onder een wit-zwart geruite of gespik kelde das. Hierover kan als on <h» teekening desgewenscht een witte pull over gedragen worden.. Kousen rose, schoenen zwart, hoed wit vilt. No. 445. Strenge, elegante zomerjapon van gebloemde voile met witte onder grond. De rok is rondom geplisseerd en van het lijfje gescheiden door een 6 c.M, breeden heupband van achteren recht doch van voren mét een halven cirkel vorm uitspringend. Uit het midden van de borst is feqn strook weggeknipt en vervangen door een front van effen witte voile, bezet met een rij bijpassende, ge kleurde knoopjes. Het kraagje en het geplisseerde ondereinde der mouwen eveneens van de effen stof. In het midden van het front kan een kleine split ge maakt worden ter vergrooting der hals opening. De strik in een der kleuren van het gedrukte bloempatroon, zooals ook de hoed. Kousen rose en schoenen grijs leer of wit linnen. De gelegenheid om den grooten hoed te lanceeren is den grooten modehuizen in de afgeloopen weken voldoende geboden, toen mooi en zonnig weer voor den groo ten hoed pleitten. De goede eigenschap van den hoed met breeden rand is toch voornamelijk, dat hij het gezicht beschut tegen te felle zonnestraleni daarnaast bezit hij de goede eigenschap ook een zeer flatteuse dracht te zijn, vooral voor een groote vrouw. Een kleine vrouw neme geen opval- lend-grooten hoed; dat een groote vrouw een klein hoedje uitstekend staan kan, is echter waar. Ook moet een vrouw met een te korten hals geen hoed van grooten omvang op zetten, vooral niet wanneer de rand van achteren eveneens breed is. De moderne hoed heeft bijna altijd den rand van ach teren tegen den bol geslagen of heeft daar een randje dat zeer miniem van breed te is. Op de mode-badplaatsen worden deze* gedragen. Milaansch stroo geniet de voorkeur. Vele andere stroosoorten wor den echter daarnaast gezien en zeer po pulair is satijn of ripslint als materiaal voor den hoed. In den komenden herfst zal satijn veelal gecombineerd worden met fluweel in de zelfde tint. Groen zal in het a.s, seizoen de aangewezen kleur voor den gekleeden hoed zijn. In de nieuwe collectie der hoe- densalons wordt de nadruk gelegd op groen satijn als hoed-materiaal en groen fluweel van lichtere tint, als garneering. Zoo zag ik een zeer chiquen hoed van groen fluweel roet bol-garneering van appliqué's in lichter groen fluweel. Ook moiré is „en vogue" en wordt eveneens met fluweel gecombineerd. Zwart en ko- renblauw komen in sommige collecties zeer veel voor, waaruit valt op te maken, dat ook deze kleuren op het modepro gram staan. Voor de kleine modellen bezigt men nog levendiger kleuren, ook worden de zachte pastel-tinten nog in eere gehouden. De laatste zijn in het geheel niet uit de nieuwe kleurencollecties verbannen. In plaats van vilt heeft men thans fluweel als materiaal gekozen, waarbij de zachte tinten een diepere glans verkrijgen dan met vilt te bereiken was. De hooge ingedeukte bol van vilt op fluweel zal gehandhaafd blijven; verder zulen wij bollen te bewonderen krijgen, die een soort van baret-model hebben. De baret komt weer meer en meer in zwang, ook de tulband-modellen van me. taalkleurige zijde, ANGèLE. De zelfstandige vrouw speelt In de hedendaagsche wereld een groote roL Een zelfstandige vrouw ia niet altijd een zelfzuchtige vrouw maar toch zijn de ge vallen veeltallig waarin deze beide eigen schappen hand aan hand gaan. Zelfzucht is geen deugd, dat is waar. maar in onze dagen mag zij ook niet altijd een on deugd genoemd worden. De vrouw van heden fs wel verplicht op te treden, haar stem te doen gelden. Het leven eischt van een ieder een zekere dosis durf om te duwen.... want zoo ons die moed ont breekt, worden wij zelf geduwd. Een geheel onzelfzuchtig mensch, een, die nooit iets voor zichzelf vraagt, altijd maar bereid is zich op te offeren voor anderen, zelfs als er geen sprake behoeft te zijn van een offer; een, die zich „uit slooft" in hulpvaardigheid en naasten liefde, zulk een mensch wordt spoedig vervelend en saai gevonden. Zulk een onnatuurlijke onzelfzuchtigheid, eischt veel van ons geduld en moeilijk is het met zulk een persoon om te gaan. Vooral iemand die een zelfstandig persoon is, voelt den omgang-met zulk een steeds op den achtergrond blijvende figuur als een last. De echter onbaatzuchtigheid moeten wij bewonderen, als ze handelt uit wer kelijke deugd, maar wij willen niet dat ons alleen gegeven wordt, wij willen dat men ook iets van ons eischt. Een zelfstandige vrouw is meestal on derhoudend: ze eischt, doch ze geeft ook; ze toont ons de onbuigzaamheid van haar wil, waar het haar hoogste be langen geldt, doch ze geeft ons ook haar medewerking, waar wij op ons stuk staan. Ze begrijpt méér dan de vrouw die zich fn al te groote zelfvergetenheid voor haar omgeving afslooft, zonder zelfs den minsten dank daarvoor te ontvangen. Want een voortdurend zich-wegcijferen- de vrouw is geen geluk voor het gezin, daar ieder lid daarvan onwillekeurig alles op moeder zal laten aankomen en op die manier nooit een zelfstandige persoon zal worden. Het wordt een heel gewone zaak dat moeder alles in orde brengt, overal voor zorgt en altijd bezig is. Het wordt een heel gewone zaak dat moeder niet bij de „gezellige avondjes" buitenshuis tegenwoordig is, daar deze kousen moet stoppen of knoopen aan naaien. En het ergste is nog, dat de dochters des huizes, om zich tegenover verwonderde- of verwijtende oogen van bezoekers te rechtvaardigen, nog durven beweren, dat moeder dat liever allemaal zelf doet. Het is werkelijk een gewichtig punt van overweging voor de moeder of zij er wel goed aan doet, door haar groots- zelf vergetenheid haar kinderen het werk uit de handen te nemen. Een echte moe der maakt het kind klaar voor het wer kelijke leven en vergeet zich-zelf niet, doch leert haar kinderen aan het gemak en de wenschen van moeder te denken. En zeker is het, dat deze moeder zal worden gewaardeerd door haar kinderen meer dan zij, die zich steeds wegcijfert, ERICA. Twee vriendinnen maken een af spraak: om 3 uur in de lunchroom. De eene ,komt een beetje te laat" en verschijnt om kwart voor vier. Zij vindt haar vriendin niet en kesrt geërgerd naar huis terug. Eenige dagen later ont moeten zij elkander toevallig. Weder- keerig een koele begroeting: „Je hadt toch wel even kunnen wachten, om kwart voor vier, was ik er. Ik kon on mogelijk eerder weg." Dergelijke gevalletjes komen dagelijks bij tientallen voor. Ieder weet er van mee te praten over het „onprettige wachten" en het „ergerlijke tijdverlies" door dit weinig stipt-zijn veroorzaakt. Er zijn inderdaad vrouwen, die nooit op tijd komen of op het laatste nip pertje. Bepaalt ge een tijd, waarop ge met haar zult gaan wandelen, dan kunt ge er zeker van zijn. dat ie minstens een kwartier, zoo niet langer, moet wachten. Ge moogt met het grootste geduld u de oogen uitkijken en op post staan, maar zij laat zich wachten. Het mooisje van de zaak is dan nog, dat dergelijke dames altijd in haar recht zijn. Nooit komen zij te laat zonder re den. Altijd was er een of ander voor valletje, dat haar tegenhield of haar het „op tijd komen" beiette. Over het algemeen pleegt men het weinig stipte in afspraken als iets spe cifiek vrouwelijks te beschouwen. Toch zijn er ook mannen, die aan dit euvel mank gaan, al is hun aantal minder groot dan dat der vrouwen. Een ervaren zielkundige meende de oorzaak van het minder nauwgezette in de vrouw te moeten toeschrijven aan het zwakkere zenuwstelsel en de sterkere gevoelssfeer bij het vrouwelijk geslacht De vrouw toch is veel meer dan de man mensch van het oogenblik, zoodat zij zich geheel en al indenkt en met haar geheele wezen bij het werk blijft, dat zij op een bepaald oogenblik ver richt, al is dit laatste van nog zoo ge ringe beteekenis. Zoo gaat het ook met den tijd. Hoe vaak gebeurt het niet, dat twee vriendinnen in een gesprek ver diept raken, juist toen zij plan hadden afscheid te nemen. Een half uur is gauw verpraat, en dan is het, haast je rep je! De verloren tijd wordt echter niet zoo gemakkelijk ingehaald, en het gevolg: men is te laat. Man en kinderen zitten misschien te wachten met het eten, de goede Stemming in het huishouden is be dorven. Er zijn ook vrouwen, die niet den minsten kijk hebben op het verloop van de uren. Deze hebben steeds tijd in over vloed, onverschillig of zij op visite, op wandel of aan het winkelen zijn. In haar bijzijn zou men werkelijk kunnen ver geten, dat men leeft in de 20e eeuw, die zich vooral kenmerkt door een haastig en nerveus jachten. Aan haar merkt men niet, dat een menigte werk haar thuis wacht; zij bezitten de heden ten dage zoo zeldzame gave, zich uren lang aan een .zalig nietsdoen over te geven en tot rust te komen. Ten minste zoo lijkt het, totdat zij plotseling opschrikken met den uitroep: „Is 't al zoo laat, en we moesten om zes uur eten, en ik heb nog dit te doen en dat Men zou zijn ooren niet kunnen gelooven, als men de lange lijst van werkzaamheden hoort, die dan in een half uur nog moeten worden afge daanwat natuurlijk niet mogelijk is. Zelf gelooven zij echter wel aan deze mogelijkheid; en als het eten dan in plaats van zes uur pas om zeven op tafel komt, terwijl zij nog geen vierde van den voorgenomen arbeid hebben verricht, dan zijn ze ontstemd en kregel.... Een goede tijdverdeeling is inderdaad geen gemakkelijke kunst. Maar men moet er naar trachten, deze kunst te leeren, zich haar eigen te maken en toe te passen. Tot een der voornaamste vruchten van een retraite behoort dan ook het maken van een goede dagorde. Hoeveel onaangenaamheden, moeilijk heden en ontstemming heeft het niet prompte vasthouden aan den tijd reeds gebracht in menig gezin. Hoe menige vriendschap heeft er onder te lijden ge had en hoeveel harde woorden zijn er soms gevallen! En men kan dat alles zoo gemakkelijk voorkomen, door zijn tijd economisch in te deelen en zich daaraan dan ook te houden, al is het niet noodig in het andere uiterste over te slaan! „Ja, Annie, kindlieve, aannemen moe ten we het, zooals het komt. Zeker, 't' is een zware slag, je man zoo op slag ge dood, maar kind, O. L. Heer doet het en buig je hoofd." Dit werd gezegd met zooveel pathos en de laatste woorden gingen vergezeld v»n een theatraal ge- haar. Kon je nu in het hart van die vrouw lezen, dan zou je daar niets anders zien dan opstandigheid. Waarom zei ze 't dan tegen haar werkelijk diep bedroefde, zwaar beproefde schoonzuster? Wel was ze nu in een droevig, maar echt christelijk milieu. Daar diende ze toch ook christelijk te praten. Maar ach, als ze eens wist, hoe gevaarlijk dat is, dat spelen met groote, heilige woorden, vooral voor jonge menschen. Nu moet ze weg, kan niet langer blij ven. Haar bezoeken van de Elisabethver- eeniging staan voor vandaag op de lijst. „Zoo, vrouwtje, hoe gaat het? Ja, het is noodig, dat u geholpen wordt. We hebben het al overlegd. Kijk u eens hier. Hier zijn de bonhen en hier is nog eenig nieuw ondergoed voor uw kindertjes." En met breed, milddadig gebaar reikt zij het arme vrouwtje de bonnen en het on dergoed over. Maar van binnen is er zoo bitter weinig echte, ware mildadigheid, en liefde en medelijden voor den even naaste. Maar ze speelt hier even haar rol van „dame van de milddadigheid," Zoo, dat is weer afgewerkt. Wat nu? Vanavond schouwburg. En terwijl zij boven haar kamenier belt, is 't goeie mensch zich niet bewust, dat ze al weer een nieuwe rol «peelt. Nu is ze mevrouw; die haar personeel commandeert en re geert. Hooghartig geeft ze haar bevelen. En als de wagen voorstaat, schrijdt ze aan den arm van heer gemaal door de rui me, schitterend verlichte vestibule naar buiten, even minzaam knikkend tegen den chauffeur. En in de schouwburg, in haar loge is zij dame der groote uitgaan de wereld, in een japon van onchristelij- ken snit en die heeft ook onchristelijk veel van haar budget geëischt en heeft alweer andere, nog scherper berekende maniertjes. Morgen is het Zondag. „Om 10 voor twaalven wagen voor, Johan", bestelt ze den chauffeur. En als mevrouwtje volgenden morgen uit haar auto stapt op het groote Kerk plein/ voelt ze zich de toonaangevende onder de dames der parochie. Want ze is voorzitster van de St. Lidwina-Veree- niging, presidente van de St. Elisabeth, penningmeesteresse van het Werk voor nrme Kerken. Zij zit in het bestuur van de Vereeniging tot Bescherming van Meisjes. Ziet U, daar kom ik binnengestapt. Ik wil hier in de kerk eenvoudig en echt christelijk en degelijk vroom met u allen zijn, samen in de gemeenschap der strij dende en biddende Kerk. Jammer dat ze hier het Kerkgebouw bedoelt en dat nog maar,heel weinig strijdend en biddend. Strijd en gebed en pose. Zeker, ze heeft een groot missaal medegenomen, da s immers modern, men moet het liturgisch leven mee-beleven. Na de Hoogmis zou ze eigenlijk even een kijkje moeten ne men bij de patronaatskinderen, maar tja ....zij, als mevrouw K.t zou toch niet zonder eenige tractatie kunnen komen. Nee, dan maar niet vandaag en dan, ze moet frisch blijven, want vanmiddag heeft ze een invitatie voor een dancing. Als 't carrillon half 5 speelt, betreedt mevrouwtje, in zeer modieus toilet, n heel ander dan vanmorgen in de Hoog mis, en ook weer heel anders dan ze voor een vergadering van de St, Elisa beth's aan zou doen, het dwaas-verfijpd modern café-restaurant en. hier laat ze g {HIIMk ii«<m (i itiauiiiMitiHiiKiiiitHuiiii /t\: /Tsi „i.ii„i,-«->.■ ut ik* Een verstandige, weldenkende vrouw, zal niet alleen zorgen, dat haar japonnen en andere bovenkleeding er onberispe lijk en met goeden smaak naar de heer- schende mode uitziet,^maar zal tevens deze uitstekende opvatting tot uiting la ten komen In hare dessous en de nacht- kleeding. Zeer veel vrouwen gebruiken tegen woordig de pyama als nachtkleeding. Daar is veel voor te zeggen: de pyama is doorgaans eenvoudig, practisch en sterk: hij staat velen aardig en is niet duur. Toch blijven, schijnt het, de aloude nachthemden de overhand behouden, hoe wel men er steeds meer toe overgaat ze een verfijnder aanzien te geven door toe voeging van kant, plissee, broderie en ajour randjes. We kunnen als voorbeeld naar bijgaande modellen verwijzen. Ze kunnen gemaakt worden van fijn linnen, katoen, toile de soie of crêpe de chine. Wit is zeer aanbevelenswaardig, doch lila en rose met gele kant als garneering, zijn op 't moment mode. Onder elke tee kening kan men de bijbehoorende bro derie jol a jour-motieven gedetailleerd vinden. zioh kennen als zijnde allesbehalve een nieuweling. Dat zou immers zoo ouder- wetsch lijken. Joviaal begroet ze haar vrienden en als de Jazz-bands uitge raasd zijn gaat ze graag itiee met manlief en vrienden naar het restaurant om daar een lucullisch dinertje te „genieten". „Ja, 't was ontzettend, m'n zwager zoo ineens te verliezen. Ontzettend:' Haar stem haalt lang uit en een droeve glim lach speelt plots om haar lippen. Zoo holt ze werkelijk van de eene pose in de andere en wanneer zal ze eindelijk begrijpen, dat haar heele leven een pose is. Eén lange pose. Een leven zonder eenige diepte. Zonder den eenen waren, diepen grondslag, ons geloof. Zon der ware liefde tot den evenmensch. Zal dan nooit eenige waarheidslievend- hekf Opstijgen uit haar hart? Nooit eenig besef van verantwoordelijkheid? Van kwaad, dat zij sticht, juist door dit eeuwig comediespelen. Hoeveel onbere kenbaar goeds gaat er verloren, omdat van elke vrouw een invloed uitgaat, die toch moet zijn veredelend, verfijnend door haar kalme, ware, waardige hou ding in alle omstandigheden des levens, voortgesproten uit vrouwenzielenadel. (Hanze) Weet ge.... dat ge vlekken van aller lei aard, welke men soms in donkere costuums ontdekt, het beste kunt wegwerken, door de vlekken goed te borstelen met een borstel gedrenkt in een bakje water met ammoniak. Weet ge.... dat voor transpireerende voeten het beste is, dikwijls de voe ten wasschen, dikwijls schoone sok ken en in de sokken wat speksteen poeder of talk te Strooien. Weet ge.... dat roode handen wit wor den als men ze dikwijls met kruim van melige aardappelen wrijft. Weet ge.... dat ga lastige huidjeuk kunt verdrijven, door inwrijving van de huid met citroenschijfjes Weet ge.... dat ge, beenen en ivoor kleurige voorwerpen, welks soms erg geel geworden zijn, weer wit kunt maken, door ze te leggen in een am- moniakale zinkoplossing, aangemengd met een weinig kopervitriool. Men verkrijgt dit door 25 deelen zuiver zinkwit te overgieten met 40 deelen water en langzamerhand 50 deelen geconcentreerd zoutzuur toe te voe gen, daarna nog 150 deelen heet water en onder omroeren nog zooveel am- mdliiak, tot het in den bsginne neer slaande zinkhydroxyde bijna geheel oplost. Weet ge.... dat ge bloemen lang frisch kunt houden, door onder in de vaas wat houtskool te leggen; of men lost een halve of heele (naar de grootte van de vaas) aspirinetablet op. Weet ge.... dat ge de heete ooren en handvaten van uw aluminium pannen moet omwikkelen met touw; men heeft dan geen angst dat men de han den brandt Weet ge.... dat terpentijn een goed middel is om verlakt leer, dat dof ge worden is ïijn glans weer te geven. Weet ge.... dat ge bloedvlekken kunt wegmaken, door op de vlek een papje te leggen van stijfsel in koud water aangemaakt; wanneer het goed droog is, uitborstelen. Is de vlek oud dan nogmaals herhalen. Weet ge.... dat ge eieren het beste kunt inmaken in waterglas, de scha len blijven dan harder dan in kalkwa- ter. Wil men die eieren koken dan .moet men er even aan het stompe einde een gaatje inprikken. VISCHKOEKJES. 400 gr. gekookte visch, b.v. schel- visch of kabeljauw wordt zoo warm mogelijk van de graat genomen, van de velletjes ontdaan en fijngemaakt. 400 gr. aardappelen (gekookte) worden met den puréestamper fijngemaakt. Een gehakte ui wordt in een lepel boter lichtbruin tfatnni. «*">t zout en flink nootmuskaat op smaak gebracht en zoo noodig met wat melk op goede dikte gebracht. Van deze massa worden kleine platte koek jes gevormd, deze door paneermeel ge haald en in heete boter aan weerszijden bruingebakken. GESTOOFDE KOMKOMMERS. 2 groote komkommers, 40 gr. boter, wat bruin van jus, Maggi-aroma of vleeschextract, paneermeel, wat gerasp te kaas. Bereiding: De komkommers schillen, van bet zaad ontdoen en in groote schuine stukken snijden. Ze gaar koken in ruim kokend water met zout en ze daarna goed uit laten lekken. Ze over doen in een vuurvast schoteltje, wat bruin van jus of extract toevoegen, be dekken met paneermeel en geraspt# kaas, hierop de klontjes boter verdee- len en het schoteltje onder nu en dan bedruipen pl.m. uur in den oven laten stoven. GESMOORDE TOMATEN. Mooie gave tomaten worden doormid den gesneden, met peper en zout be strooid en even op een vergiet geplaatst om mt te lekken. Dan worden deze helf ten met de schilzijde een oogenblikje in heete boter gebraden en vervolgens 20 minuten in den oven gezet om verder gaar te smoren. Elke helft wordt op een sneedje geroosterd brood gelegd, van het overgebleven nat wordt met in wa ter aangemengde bloem een dikke saus gemaakt. Hierbij wordt dan al roerende nog wat melk gevoegd en deze saus over het brood met tomaten opgediend. „Die mevrouw Jansen is onuitstaan baar. Als ze bij je zit, is ze poeslief, en achter je rug gaat ze je bekletsen." „Je hebt gelijk. Maar: andersom gaat ook moeilijk." „Dus je hebt gediend bij dokter Jansen", zei mevrouw- „En is het nogal een aardige man?" „Ik weet het niet, mevrouw," ant woordde het nieuwe meisje „Toen ik in dienst kwam was hij uit, ziet u, en vóóir het eten was ik alweer weg." 1.00 per stuk. Kindermaten tot 12 jaar 0.7J Papieren patronen op maat gemaakt, kunnen, onder toezending van het be drag, besteld worden aan Paper Pattern Service, Parkstraat 79. Den Haag. De maten op te geven volgens onder staande teekening.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1926 | | pagina 3