Uit de'Pers.
R dio-Omroep.
Misdaad en Boete.
NIEUWE HAARL. COURANT
Tweede Blad Woensdag 25
HERHALING.
De omwenteling in Griekenland; de arrestatie van Pangalos; ongerust
heid in Italië. De Tangerkwesties in den Spaanschen Ministerraad.
Italië is tegen inkrimping der kleine vlooteenheden. Ontevredenheid in
het Spaansche leger. De vreemdelingenbelasting in België. Revolu
tionaire beweging in Perzië.
Onder de Radio-berichten: De kerkvervolging in Mexico; tegen
spraak van het Vaticaan over onderhandelingen. Pangalos is naar
Aegina verbannen. Cook doet een vredesaanbod in de mijnwerkers-
staking.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
Zelf kweeken van planten in
het gezin.
Eenige interessante cijfers.
Tegen onpractische tolheffing.
Het ongeluk te Borculo.
Gemeentebegrooting van Leiden
FEUILLETON.
Wij lezen in het Centrum:
De historie herhaalt zich, ook in de bin-
r.cnlandsche politiek. In een schrijven, door
een bestuurslid der R. K. Volkspartij aan de
N. Haarl. Crt. gezonden, naar aanlei
ding van 'de met Mgr. Callier gevoerde
correspondentie, staat o.m. deze verklaring
te lezen: „Wij achten iedere samenwerking
met Calvinisten uit den booze en verwach
ten van eene zoodanige samenwerking
slechts schade voor het Roomsche beginsel,
hetgeen de feiten reeds hebben uitge
wezen.''
Niet alleen bij de R. K. Volkspartij, maar
ook nog bij andere katholieken, die zich
niet van de R. K. Staatspartij hebben afge
scheiden, wordt deze opvatting gevonden.
Het dagblad de Morgen maakt zich
herhaaldelijk tot hun tolk. Of hun getal
groot, dan wel of het klein en beperkt is,
valt moeilijk te beoordeelen. Wij zullen ons
in die vraag ook maat niet verdiepen. Doch
wat wij wel kunnen vaststellen is, dat dii
verzet tegen samenwerking met ,,de Calvi
nisten," waarbij men dan speciaal de anti-
revoluticnnairen op het oog heeft, eei.»
precedent heeft in de geschiedenis onzer
partij. Het ligt zelfs niet eens zoo heel ver
achter ons. Wij spreken nu niet van de
katholieken, die in den tijd van en kort na
Thorbecke in het samengaan met de libera
len heil zagen, al waren zij dan ook niet in
den eigenlijken zin des woords liberaal
katholieken. Dat samengaan bleek betrek
kelijk spoedig onhoudbaar te zijn en de
schoolquaestie bracht katholieken en anti-
revolutionnairen allengs meer tot elkaar.
Schaepman, Kuyper en Lohman vormden
het driemanschap, dat de grondslagen legde
en de bouwstoffen aandroeg van hetgeen
men destijds 'het „monsterverbond" en later
de Coalitie noemde. Maar niet alle katho
lieken waren daarmede evenzeer ingeno
men. De herinnering aan het samengaan met
de Thorbeckiaansche liberalen werkte bij
sommigen na, en bij anderen overheerschte
de meening, dat Roomsch en Protestant te
ver van elkaar verwijderd stonden, om ge
zamenlijk den weg van een bondgenootschap
te betreden. Toch werd, dank zij vooral den
invloed der bovengenoemde leiders, dat
bondgenootschap een feit en kon in 1888
het eerste Rechtsche Kabinet, door baron
Mackay saamgesteld, optreden. Maar toen
kwam na enkele jaren de strijd, en toen
openbaarde zich bij een aantal katholieken
een zoo sterke afkeer tegen de samenwer
king met de antirevolutionnairen, dat deze
bij de eerstvolgende Kamer-verkiezing ver
broken werd. Men kent de geschiedenis dier
dagen. De legerwet van den heer Bergansius
den katholieken minister van Oorlog
welke velen katholieken niet aanstond, was
de aanleiding tot het conflict, maar de oor
zaak lag dieper £n nu is dit het merkwaar
dige: dal men thans tegen de anti-revolu-
tionnairen front maakt, wijl zij niet demo
cratisch genoeg zouden zijn en men het toen
deed, omdat men hen te democratisch
achtte. Daar zijn en daar waren nog andere
overwegingen, maar de voornaamste, of
althans een der voornaamste redenen van
het verzet tegen het samengaan met de
partfj van dr. Kuyper hebben wij hiermee
toch wel aangeduid. Met name laakte men
het dertig jaren geleden, in de anti-revolu-
tionnairen vooral, dat zij voorstanders
waren van een uitgebreider kiesrecht en dat
nog meer „radicale" eischen op hun pro
gram voorkwamen. Men zag daarin een
groot gevaar, en sprak zich deswege met
niet minder nadruk tegen een samenwer
king met „de Calvinisten" uit, als heden ten
dage het geval is. Zelfs achtte men die
samenwerking voor onze partij de meest
verderfelijke w#lke er zijn kon, en ging
daarbij zóóver, dat men de katholieken
Schaepman c.s. welke de voortzetting er
van nuttig en noodig achtten, als „Room
sche anti-revolutionnairen" in den hoek
trachtte te dringen....
Merkwaardig echter was, dat het kiezers
volk over het hoofd van die tegen de samen
werking ageerende en agiteerende front
makers heen, als geheel genomen op een
eenmaal ingeslagen weg voortging en dat
langzamerhand ook bij de Kamerstembus de
Rechtsche' partijen weer tot elkander
kwamen. Dr. Schaepman en zijn medestan
ders bleken goed te hebben gezien. Er
v/aren en er zijn andere tegenstanders
te ,bestrijden, dan de „Calvinisten", al
wenscht niemand van ons de verschillen,
welke tusschen hen en de katholieken be
staan, te ontkennen of te verdoezelen. Maar
wij weten, dat in een tijd van driest onge
loof en revolutionnaire. bedreiging, de man
nen en vrouwen van christelijke belijdenis
op zeer belangrijke punten eenzelfden strijd
hebben te voeren, en dat na en met het
gezamenlijk en noodwendig verweer tegen
het liberalisme, ook een zoodanig verweer
tegen het socialisme uit den drang der om
standigheden wordt geboren.
Laat men letten op de lessen uit he tverle-
den en laat men, met de toen opgedane
ervaring, zijn voordeel doen! Men zal dan
het gevaar vermijden opnieuw te struikelen
over denzelfden steen.
De omwenteling in Grie
kenland.
Uit nadere bijzonderheden, door den
„Times"-correspondent te Athene meege
deeld, blijkt, dat de torpedojager Leon de
Pergamos, aan boord waarvan zich Pangalos
bevond, Zondagavond bij Kaap Matapan
aantrof. Aanvankelijk weigerde de Perga
mos bij te dhaaien maar toen er waarschu
wingsschoten waren gelost, gaf het vaartuig
zich over. De bemanning van de Pergamos
was van plan geweest de Leon te verrassen
met handgranaten, doch zag dra in dat
verzet nutteloos was.
Generaal Pangalos had zich aan boord ver
borgen, ofschoon de commandant van de
Pergamos ontkende, dat hij op zijn schip was.
Het blijkt nog, dat Pangalos den com
mandant van de Pergamos, die hem naar
Athene had moeten brengen, had weten te
overreden zijn instructies te negeeren om
hem, Pangalos, te doen ontsnappen.
Aan boord van de Pergamos werden even
eens twee stafofficieren van den voormaligen
dictator gearresteerd.
De indruk in Italië.
De omverwerping van generaal Pangalos
fs een volslagen en ietwat onaangename
verrassing voor Italië geweest, meldt de
Romeinsche correspondent van de „Times."
Men is eenigszins bezorgd over de toe
komstige betrekkingen tusschen beide lan
den.
De kwesties van Tanger
en den Volkenbond.
De Spaansche ministerraad is Maandag
morgen onder voorzitterschap van den ko
ning bijeengeroepen. Na afloop heeft) naar
een B. T. A.-bericht m^ldt, de minister
van buitenlandsche zaken verklaard, dat
de raad zich in het bijzonder met de vraag
stukken van Tanger en den Volkenbond had
bezig gehouden. Wat er besproken werd,
vertelde Yanguas echter niet wel, dat de
quaestie van Tanger thans op het eerste
dlan stond, dat de verklaringen van den
premier aanleiding hadden gegeven tot
commentaren in de heele buitenlandsche
pers, waaruit de belangstelling blijkt, welke
de internationale politiek van Spanje wekt,
die ook met groote belangstelling door alle
kanselarijen wordt gevolgd. Ook van de
groote qualiteit der quaestie van den Vol
kenbond gewaagde Yanguas.
De regeering, zoo verklaarde hij nog,
wenscht in nauw contact te blijven met de
openbare meening, maar kan op het oogen-
blik niet duidelijker zijn daar eenige han
gende diplomatieke onderhandelingen h'aar
'dit beletten.
Woensdag of Dohderdag vertrekt Yanguas
naar San Sebastian. De koning zou gister
middag naar Santandez vertrekken.
Yanguas verklaarde nog, dat hij aan den
koning mededeeling had gedaan van de
stappen welke de vertegenwoordigers van
Spanje in het buitenland thans doen.
Hij voegde er bij, dat hij zich niet naar
Genève zal begeven.
Italje tegen inkrimping
der kleine vloot-eenheden
De door Kellogg te Plattsburgh gehouden
rede welke algemeen geïnterpreteerd wordt
als een eerste stap tot het bijeenroepen van
een nieuwe maritieme ontwapeningscon
ferentie te Washington is met opvallend ge
brek aan vertrouwen in Italiaansche officieele
kringen ontvangen. Men is te Rome van ge
voelen dat het voornaamste streven van een
dergelijke conferentie gericht zou zijn op de
inkrimping van kruisers, torpedojagers en
onderzeebooten en Italië is beslist gekant
tegen iedere beperking van deze klasse van
oorlogsmateriaal. Het ministerie van buiten
landsche zaken weigerde heden op Kellogg's
rede officieel commentaar te leveren aange
zien nog geen beslissing genomen was inzake
de officieele houding van Italië.
Uit gesprekken met verscheidene ambte
naren van het ministerie van marine blijkt
evenwel, dat hoewel Italië natuurlijk zou
wenschen deel te nemen aan een conferentie
waar dergelijke belangrijke quaes ties be
sproken zouden worden, dit land zich zou
verzetten tegen iedere poging, om de kleine
oorlogseenheden ter zee te beperken. Italië's
oppositie is gebaseerd op het argument dat
kruisers, torpedojagers en .onderzeebooten
de eenige types oorlogsbodems zijn die door
de armere naties kunnen worden aange
schaft en het ziet in een poging om deze be
wapening te beperken een streven om de
huidige Amerikaansch-Britsche vlootsu-
prematie te consolideeren. Een beperking der
kleine strijdkrachten zou tevens beoogen
den status quo te bestendigen. Italië voelt
daarentegen, dat zijn huidige vlootsterkte
onvoldoende is vergeleken met de andere
naties en daarom in de toekomst stèeds on
geschikter zal worden. Daarom zal Italië zich
verzetten tegen iedere overeenkomst welke
de huidige vlootsterkte der naties definitief
onveranderlijk zou verklaren.
In ieder geval wordt in officieele kringen
verwacht dat de ontwapeningsconferentie
niet onmiddellijk zal worden bijeengeroepen
aangezien eerst het resultaat der besprekingen
te Genève dient te worden afgewacht. Tevens
wordt het succes van een dergelijke confe
rentie in twijfel getrokken, aangezien naar
verwacht wordt alleen Engeland en Amerika
een beperking van het aantal kruisers, torpe
dojagers en onderzeebooten zullen voorstaan.
De „Giornalc d'Italia" schrijft dar de kleine
marine-eenheden waarvan een inkrimping
verlangd wordt het eenige middel van ver
dediging vormen voor de naties die uitge
breide kustlijnen ter beschermen hebben.
Ontevredenheid in het
Spaansche leger.
Het „Journal" verneemt uit San Sebastian
dat de jongste maatregelen, waarbij een ra
dicale wijziging wordt gebracht in de voor
waarden van bevordering der officieren van
genie en artillerie tot aigemeene protesten
hebben geleid van de officieren dezer corpsen
en tot vestingstraf voor den inspecteur der
genie, generaal Montero, met wien alle genie
officieren zich solidair hebben verklaard.
Als het nieuwe besluit niet wordt inge
trokken, zou, volgens het „Journal", Spanje
weieens bedreigd kunnen worden door een
nieuwe opstandige beweging onder de mili
tairen.
De vreemdelingenbelas
ting in België.
Naar aanleiding van het decreet van 14
Aug. j.l. waarbij de „taxe de séjour in Bel
gië van 10 op 20 wordt verhoogd voor
den huur van kamers in hotels of étagewo
ningen van 10 op 15 voor volledig pen
sion, heeft de Brusselsche correspondent
van de „Daily Telegraph" een onderhoud
gehad met Vandervelde, den minister van
buitenlandsche zaken, die verzekerde dat
de maatregel geenszins speciaal tegen En-
gelschen, Amerikanen of Nederlanders is
gericht. Elij betreft allen, die hun vaste
woonplaats in een land met hooge valuta
hebben, ook al zijn het Belgen ot Fran-
schen. Het gaat dus om de woonplaats en
niet om de nationaliteit der belastingplich
tigen. De minister meende dat de Belgische
taxe uiterst bescheiden is, vergeleken met
die, welke andere landen hebben ingevoerd.
Bovendien is de belasting slechts van toe
passing op uitgaven, welke een bepaald
maximum overschrijden.
Vandervelde verklaarde voorts dat de
maatregel niet den minsten invloed op het
vreemdeüngenbezoek heeft genad. In Blan-
kenberghe hebben weliswaar eenige onbe
langrijke incidenten plaats gehad tusschen
Belgen en Duitschers, doch deze aldus
de minister werden door onbeschaamd
heid der laatsten veroorzaakt. Thans trek
ken eindelooze rijen autocars met buiten
landsche toeristen door de straten der Bel
gische steden, welke niet anders dan uitin
gen van sympathie opwekken.
Uit het onderhoud blijkt voorts dat tot de
landen met gedeprecieerde valuta welker
inwoners van dè belasting zijn vrijgesteld,
behalve Frankrijk en Italië nog behooren
Bulgarije, Luxemburg, Griekenland, Po
len, Portugal, Roemenië, Tsjecho-Slowa-
kije en Zuid-Slavië.
Abdoel Kader gearresteerd.
Abdoel Kader Bey, de vroegere vali van
Angora, is ten N.Ö. van Adrianopel, in
Oost-Thracië, gearresteerd toen hij poogde
de grens naar Bulgarije over te steken.
Er was een prijs van 10000 Turksche pon
den op zijn hoofd besteld. In Juni verdween
hij en tot dusver was er tevergeefs naar hem
gezocht. Bij verstek werd hij door de recht
bank van Onafhankelijkheid ter dood ver
oordeeld. Een officier der gendarmerie her
kende Abdoel Kader die te voet reisde, ar
moedig gekleed en zich uitgaf voor een eier-
koopman. Hij ontkende de gezocht te zijn,
doch kon zich niet legimiteeren, begon de
vechten maar werd overmand. Abdoel Ka
der was lid van het comité van eenheid en
vooruitgang.
Het geschil in de Engel-
sche mijnindustrie.
De econoom Sir Alfred Mond, voorzitter
van de dezer dagen ingestelde „Fuel Econo
my Committee," pleit in een betoog tot
oplossing van de moeilijkheden in de steen
koolindustrie voor een vermindering van de
productie. Hij wijt den bestaanden ccono-
mischen toestand van de industrie aan
overproductie, die naar zijn meening heeft
geleid tot een „slanghtering" van de prij
zen. Een vermindering van de productie met
vijftien pCt. zou voldoende zijn.
De bezuinigingen in
Frankrijk.
In de „Figaro" bepleit de „directeur
politique" van het blad, Franqois Coty, het
uitschrijven eener binnenlandsche leemng
van ongeveer 10 milliard papieren francs om
de stabilisatie van den franc te bevorderen.
Hij keert zich met beslistheid tegen het
denkbeeld van hulp uit het buitenland. De
rente, die hij op 6% stelt, dus 600 milhoen
per jaar, zou moeten worden gedekt door
vrijwillige bijdragen. Hiertegenover stelt
hij, dat het buitenland niet minder dan
12% zou vragen. Een dergelijke leening z°u,
meent hij, ook het crediet van Frankrijk in
het buitenland ten goede komen-ï
Een revolutionaire bewe
ging in Perzië.
Uit Perzië komen bij-voortduring berich
ten over een revolutionaire beweging tegen
den Sjah, Pahlavia. Deze beweging staat
onder leiding van Salar Dowleh, den oom
van den vroeseren Sjah, die Perzië in het
Zuid-Oosten des lands met een kleine bende
is binnengedrongen. De Perzische regeering
heeft automobielen gerequireerd tot het
vervoer van troepen tegen de invallers.
Naar men zegt zou het de regeering wei
nig moeite kosten om de beweging te onder
drukken.
HETCOMPLOT TEGEN MOESTAF A
KEMAL.
Uit Angora wordt geseind dat het O.M.
in het proces tegen de Jong Turken de vol
gende straffen geëischt heeft. Voor de beide
oud-ministers Dsjavié en dr. Nasim, als
mede voor Hilmi en Mail de doodstraf of le
venslangen dwangarbeid. Voor zeven andere
beklaagden, onder wie de oud-minister-
president Reoef, levenslange verbanning.
EEN POLITIESCHANDAAL?
Een V.D-bericht meldt, dat volgens me-
dedeelingen uit Warschau een rechercheur
in een der Pilsoedski-organen opzienbaren
de onthullingen doet over betrekkingen,
welke zouden bestaan tusschen recherche,
grenspolitie en dievenbende.
De pers van de hoofdstad noemt dit het
grootste politïeschandaal in de geschiede
nis van Polen.
MEN SPEELT GOLF!
Drie bekende figuren zijn in Evian-les-
Bains vereenigd Mellon, de Amerikaan-
sche staatssecretaris van financiën, Strong
de directeur der Federal Bank, 8n Parker
Gilbert, de agent-generaal der schadever
goedingsbetalingen.
Het eenige wat het B.T.A. van de ontmoe
ting dezer grootheden meldt, is dat zij alle
dagen tezamen golf spelen.
RUDOLPH VALENTINO f-
Reuter seint uit New York dat de be
roemde filmacteur Rudolph Valentino over
leden is aan de gevolgen eener blindedarm
operatie.
GROOTE BRAND TE PARIJS.
Een groot gebouw, waarin aigemeene op
slagplaatsen gevestigd zijn en waarin koop
waren waren opgeslagen, is door brand ver
nield. Er is voor verscheiden millioenen
schade aangericht.
DE MISSIEIJVER IN ENGELAND.'
In de kerk van den H. Antonius in Liver
pool hebben zich op het hooren van een en
kele preek, 1600 katholieken in de „Ver-
eeniging voor de verbreiding van het Ge
loof" laten opnemen.
MEXICO EN DE AMERIKAANSCHE
VRIJMETSELARIJ.
Het is altijd leerrijk den innerlijken samen
hang van zaken en gebeurtenissen te volgen.
In het Julinummer van het officieele or
gaan der Noord-Amerikaansche vrijmetse
larij „masonic Digest", lezen wij hoogst
interessante mededeelingen over de macht
der vrijmetselarij in de wetgevende lichamen
en in de hooge Staatsambten der Vereenigde
Staten.
Het heet daar woordelijk
„De Senaat der Vereenigde Staten telt
66 vrijmetselaars, dat is tweederde der Se
naatsleden. In het Lagerhuis zijn 304 vrij
metselaars onder de 435 afgevaardigden, dat
is 70 In de volksvertegenwoordiging van
den Staat New-York zitten 24 vrijmetse
laars. Slechts 4 Staten hebben geen enkelen
vrijmetselaar naar ons Congres gezonden,
terwijl daartentegen in 13 Staten alle afge
vaardigden tot de Loge behooren.
Twee en twintig Staten hebben vrijmet
selaars in beide Kamers, terwijl in 6 Staten
de gezamenlijke leden der beide Kamers
vrijmetselaars zijn. Twee leden van het
Hoogste Gerechtshof, Taft en Van Devanter,
zijn broeders. In het kabinet van Coolidge
Zitten 5 vrijmetselaars Kellog, Buitenland
sche Zaken Davies, Arbeid en verder
Work, Jardine en New, Coolidge zelf is geen
vrijmetselaar.
Hetzelfde blad maakt zich verder vroolijk
over de aigemeene en geschiedkundig ge
documenteerde opvatting, dat de geloofs
vrijheid in de Vereenigde Staten het eerst
door de katholieke kolonisten van Maryland
werd uitgeroepen. Het schrijft
„Wanneer deze beminnelijke legende on
zen katholieken vaderlanders vreugde be
zorgt, waarom zouden wij dan moeite doen
haar te weeerleggen Men zal nooit het hart
van een kind winnen, wanneer men het zegt,
dat er geen St. Nicolaas met geschenken
bestaat. Evenzoo zal men volwassenen, in
het bijzonder wanneer zij aan hun godsdienst
hangen, geen vreugde bezorgen, wanneer men
hen duidelijk maakt, dat dat wat zij geloo-
ven een mythe is."
Verder vinden wij er het volgende: „De
vrijmetselarij is en was steeds een vijandin
"an elk fanatisme en van elke godsdienstige
v loringenomenheid. Ze heeft ten allen tijde
<_e vrijheid van gedachte, de vrijheid van
taal, de vrijheid van opvoeding en de vrijheid
van den godsdienst verkondigd."
Een antwoord op een vraag in de „Cor
respondentierubriek" zet echter wel de kroon
boven al deze oprechtheden. Daar staat
namenlijk het zinnetje: „Ja, President Cal-
les is een vrijmetselaar van den derden
graad."
Zoo komt dan toch tenslotte, trots alle
achterbaksheid de waarheid aan het licht.
Nu weten wij tenminste wat de vrijmetselarij
en daaronder niet het minst de minister
van Buitenlandsche Zaken, de heer Kellog,
onder die „vrijheid van taal en van opvoe
ding en van godsdienst" verstaat.
DE HERINNERINGSDAG AAN DEN
SLAG BIJ MOHACS.
!|Den 29sten Augustus a.s. is het den vier-
onderdsten verjaardag van den slag bij
R 'ohics. Het was in het jaar 1526 toen Hon
garije den hafdnekkigen strijd tegen de Tur
ken uitvocht.
Na de glanzende overwinningen der bei
de Hunyadi, Johan en Matthias Corvinus,
was de slag bij Mohacs de eerste grootere
nederlaag der Christenheid voor de Otto-
maansche macht. Met dezen dag begon
Hongarijes msr:e! -i-schap. Meer dan an
derhalve eeuw hield Turkije twee derde van
het land bezet en verwoeste de oude cul
tuur der omhoogstrevende Hongaarsche
middeleeuwen.
Op het slagveld van Mohacs moesten de
edelsten en markantste gestalten van het
toenmalige Hongarije het leven laten de
jonge koning Ladislaus II, de veldheer van
het Christelijke leger, de Aartsbisschop en
Franciscaan Toftiori, en een reeks van bis
schoppen, de gezamenlijke adel en het
grootste deel van het leger.
Nu was de weg tot Buda en spoedig zelfs
tot Weenen voor de Turken vrij.
Ter gelegenheid nu van de vierhonderd
ste verjaring van dezen tragischen dag, zal
op het slagveld van Mohacs een plechtige
treurdienst met een H. Mis gehouden wor
den, waaraan de regeering en de hooge over
heden zullen deelnemen.
Men wil op deze plaats ook een gedachte-
niskerk bouwen, en alzoo tegelijkertijd aan
den kerknood der omgeving tegemoet ko
men.
BEDENKELIJKE GETALLEN.
In het jaar 1925 hadden er in Weenen
17.410 echtscheidingen plaats en slechts
26.043 geboorten.
Twintig procent der levendgeborenen
n.l. 5245 waren onechte kinderen, zoodat
op een huwelijk nauwelijks meer dan één
geboorte kwam.
Daarentegen is het getal der onechtelijke
kinderen sterk gestegen. Van de 27.049 ge
boorten in het jaar 1924 waren er slechts
4743 onechtelijk, dat is 17% tegen 2d
in het jaar 1925.
EEN VEREERENDE GETUIGENIS
VOOR DE PADVINDERS.
Het jaarbericht van den kinderrechter van
Wimbledon-London over het laatste jaar
bevat de volgende voor de padvindersbewe
ging zeer eervolle vermelding „In het gan-
sche verloop onzer werkzaamheid kwam
geen enkel geval voor, waarin we met een
euveldader te doen hadden die tot de pad
vinders- of gelijksoortige meisjesvereeni-
gingen behoorden."
284.000 PELGRIMS IN LOURDES HET
LAATSTE JAAR.
Niettegenstaande er in het Heilige Jaar
zoo vele pelgrins naar Rome gingen, wijst
toch het getal der Lourdesbezoekers in het
jaar 1926 op een vermeerdering van 80.000
pelgrims tegenover het vorige jaar, terwijl
er ditmaal in het geheel, volgens het Jour
nal de la Grotte, 284.000 pelgrims naar toe
trokken. Daaronder waren 5 kardinalen, 2
patririachen en 206 aartsbisschoppen en bis
schoppen.
Koninklijke belangstelling.
H. M. de Koningin heeft voor de a.s. Za
terdagmiddag in den Dierentuin te houden
tentoonstelling der vereeniging „Floralia"
een bronzen medaille als prijs beschikbaar
gesteld, terwijl H. M. de Koningin-Moeder
door een geldelijke bijdrage van haar be
langstelling in het streven der vereeniging
die het zelf kweeken van planten in het
gezin tracht te bevorderen, heeft willen
doen blijken.
Bijna honderd jaar geleden, den 31en
December 1829, telde Nederland niet veel
meer dan 2.600.000 inwoners. Thans bijna
driemaal zooveel, n.l. 7.416.419.
Op elke duizend mannen telt Nederland
1014 vrouwen.
Op de 1000 Nederlanders, die per jaar
sterven, waren er omstreeks 1880, 238 kin
deren beneden het jaar, thans slechts 80.
Teen 29 tusschen 1 en 4 jaar. thans 12. Ge
lukkig verschijnsel.
De Nederlanders groeien. Van de 100
lotelingen waren er in 1865 tien kleiner
dan 155 centimeter, thans slechts één! En
boven de 1 meter 70 waren er toen slechts
24 en nu 56. v.
In 1910 gaf het Rijk voor arbeiderszorg
d.i. arbeidersbescherming, arbeidersverze
kering, werkloosheidsverzekering en der
gelijke één millioen gulden, thans 53 maal
zooveel uit.
In 1915 waren er in Nederland 608 mil-
lionnairs, in 1920 waren er 1259, thans
(1924—1925) slechts" 942.
Volgens de indexcijfers der groothan-
delsprijzen in Nederland, bedroeg de koop
kracht van den gulden, die in het goede
jaar 1913 nog volle 100 centen waard was:
in 1919.... 32.9 cent in 1923.... 66.2 cent
in 192034.2 cent in 1924.. ..64.1 cent
in 192154.9 cent in 1925.64.5 cent
in 1922.... 62.5 cent.
U ziet, we gaan vooruit. Maar.... 1913
is het nog niet.
Wanneer u een zuiver inkomen hebt van
2000 moet u daarvan in Cromvoirt in
Noord-Brabant de minste belasting betalen
(31 gulden) en in Poederoijen in Gelderland
de hoogste belasting 185,87%). Daar
tusschen in ligt Amsterdam met 79.30.
Deze getallen en nog heel veel inte
ressante cijfers méér kunt u vinden in
het Statistisch Zakboek 1926, dat zoo pas
door het Centraal Bureau voor de sta
tistiek is uitgegeven.
Een rdres van den Bond van
Bedrijfsautohouders.
In een adres aan Ged. 'Staten van de elf
provinciën, constateert het bestuur van
Bedrijfsautohouders in Nederland dat bi;
het heffen van tolgelden een richtlijn wordt
gevolgd, welke naar de meening van adres
sant niet steeds de juiste is. Daarom wordt
DONDERDAG 26 AUGUSTUS.
HILVERSUM 1050 M. 12 uur Po-
litieber. 3.304.30 uur Uurtje voor
de wees- en ziekenhuizen, door Mevr.
Ant. v. Dijk 57.25 uur Vooravond
concert door het H. D. O.-orkest. Solis
ten: Herma Studeny, viool en Grete Stu-
deny, piano 7 uur Politieber. 7.30
8 uur Orgelbespeling vanuit de St.
Bavokerk te Haarlem 8.10 uur Chr.
Radio-avond. Het christel. fanfarecorps
te Huizen, o. 1. v. Joh. Karsemeyer uit
Bussum. Mevr. G, PerdeckBonnet te
Enschede, zang. 1. Gezang 96, orkest. 2.
Pique Dame, suppe, orkest. 3a. Schemer-
deuntje, Rennes, zang. b. Ziek geweest,
Rennes, zang. c. Biddend kindje, Rennes,
zang. d. Moeders liedjen, Schnitzler (zang).
4. Jou de Fête, Parèt (orkest). 5. Heil
Europa, Orkest. 6a, Het wereldje van ons
kereltje, v. Oort. b. Wat ben je toch lief
mijn kereltje, v. Oort. c. Onze Jan, v.
Oort. d. Speldewerksterslied, Hullebroek
(zang). 7. Legende heroique, orkest. 8.
Menuet van Boccherini, Orkest. 9 a.
Oneyndig goed, Sigtenhorst Meyer, b. Ick
meenede oock de Godheid woonde verre,
c. An den Wasser zu Babylon, d. Dubist,
O Herr, mein Schurm und Schild (zang>
10. Fantasie „Le Farfade", Adam (orkest).
11. Avondzang ,,'k wil U o God mijn
dank betalen?" (orkest). 12 a. Bitten,
Beethoven, b. Die Liebe des Nachster. c.
VomTode. d. Die Ehr-e Gottes. e. BussIiecT.
Alle van B'etthoven (zangj). 10 a
Persber.
DAVENTRY 1600 M. 11.20—1.20
Het radiokwartet en solisten (conra alt-
tenor-cello). 1.202.20 Gramofoon-
muziek. 4.35 Kinderuurtje. 6.20
Dansmuziek. 7.10 Landbouwbericht.
Lezing: Manchurian Adventures. 7.45
7.20 Tijdsein Big Ben, weerber., nieuws.
Piano-composities van Brahms. 8 u.
Muziek. 8.20 „The sea affair and Harry
Binns-', 4e deel „Against odds" 8.35
Faustprogramma. Orkest en B. Miranda-
sopraan. R. Radford-bas. 9.50 Weerber.,
nieuws. 10.20 The Emory Glee Club.
Negerliedjes. 10.5012.20 Dansmuziek.
Savovhotel.
PARIJS „RADIO -PARIS" 1750 M.
12.50 Concert Lucien Paris (piano-viool-
celloL 5.05 Concert. 8.50 Concert.
KÖNIGSWUSTERHAUSEN 1300 M.
8.50 Concert. Orkest en R. Geszner. tenor.
A. Frankel, sopraan. E. Kandi, bas.
10.5012.20 Dansmuziek.
BRUSSEL 486 M. en ANTWERPEN
265 M. 5.206.20 Kinderconcerf.
Orkest en zang. 8.20 Concert. 9.20
10.20 Dansmuziek.
MONSTER 410 M. 1.35—2.50 Wer
ken van Mendelssohn, door orkest.
3.505.00 Kinderuurtje. 5.206.00 Uit
Duitsche opera's 6.307.30. 7.308.00
en 8.208.50 Lezingen. 8.50 Concert
door den fluitvirtuoos Lichtenstein en
orkest.
verzocht, dat bij de regeling van en 'oii
adviezen betreflende tolheffing, rekening
wordt gehouden met de belangen van bet
verkeer, dat wel is waar gebaat zal zijn bij
goed onderhouden wegen, maar dat weer
geschaad wordt door de onevenredig
hv_nge bedragen, we'ke moeten worden be
taald voor de tollen, terwijl daarvan be
langrijke kwanta vloeien in de zakken van
de tolheffers die weinig voor de wegen-
verbetering doen.
Overwogen wordt, of wettelijke voorzienin
gen, die thans nog ontbreken, zullen
behooren te worden getroffen.
Op de schriftelijke vragen van het Eersle
Kamerlid, den heer De Muralt, betreffende
de gevaren verbonden aan bovengrondsche
sterkstroomnetten, heeft de Minister van
waterstaat geantwoord, dat het hem be
kend is, dat half Juli te Borculo een on
geval heeft plaats gehad, waarbij twee men-
schen en een koe het leven lieten, tenge
volge van het feit, dat een tuidraad van in
elkaar gevlochten ijzerdraden, bevestigd aan
een houten hoekmast van 'n bovengrondsch
electrisch net. waaraan draden eener sterk
stroom-installatie voor lage spanning wa-en
opgehangen, onder stroom geraakte. Be
doelde tuidraad was met een lus zoodanig
aan het boveneinde van den hoekmast ver
bonden, dat hii bij normalen stand van den
mast op voldoenden afstand Snder den on
dersten sterkstroomdraad doorliep.
Dcor een toevalligen samenloop van orf
stsndigheden is echter t bovengedeelte van
den mast zoodanig gedraaid, dat de onder-
ste stroomdraad in aanraking kwam met den
tuidraad, hetgeen de oorzaak is geworden
van het ongeval.
Een waarschuwing aan de leiders van on
dernemingen van electrische leidingnetten,
in verband met dit ongeval, acht de minister
voorshands overbodig, daar door het on
geval reeds in voldoende mate de aandacht
op deze aangelegenheid is gevallen.
Intusschen werdt door hem overwogen in
hoeverre bepaaldelijk ook voor sterkstroom-
geleidingen voor lage spanning wettelijke
voorzieningen, die thans nog ontbreken,
zullen behooren te worden getroffen.
B. en W. van Leiden hebben aan den ge
meenteraad aangeboden de rekening van
de inkomsten en uitgaven dezer gemeente
over het jaar 1925.
De ontvangsten van den gewonen dienst
hebben bedragen 8.129.909.04%, de uitga
ven van den dienst bedragen 7.280.548,13
zoodat de gewone dienst een batig saldo
heeft opgeleverd van 849.360.91%.
De ontvangsten van den kapitaaldienst
bedroegen 5.114.114,53%, de uitgaven
7.975.125.18, zoodat de kapitaaldienst van
het jaar 1925 sluit met een nadeelig saldo van
2.861.010.64%.
De begrooting voor 1925 werd oorspronke
lijk door den Raad vastgesteld in ontvangst
zoowel als in uitgaaf; de gewone dienst op
7.223.381, de kapitaaldienst op 3.864.361.
24
Op een avond werd hij midden in een
dorp, waarvan geen vijf huizen meer ston
den, door de schemering overvallen; hij
kende de naam van de plaats niet en hoor
de er niet het minste gerucht. Garnaud
zocht een schuilplaats in een hoek, die door
twee nog overeind staande muren gevormd
werd; hij wikkelde zich in zijn overjas en
besloot er den nacht met leegen maag door
te brengen.
Deze laatste bijzonderheid liet hem on
verschillig, want gewoonlijk gebruikte hij
nauwelijks een kleinigheid.
Op de puinhoopen gezeten sliep hij dien
nacht niet: hij was onverschillig voor den
regen, welke nu en dan viel, en rilde, zon
der dit te bemerken. Hij zat daar neer, som
ber en nadenkend, in de duisternis; niets
maakte zijn belangstelling gaande, niets
trof hem; bij was slechts bezig met de ge
dachte zijn fout te herstellen, en deze her
innering maakte hem bijna krankzinnig.
Toen de eerste morgenschemering de
treurige ruïnen een weinig belichtten, stond
(Garnaud met moeite on en hedaf zich weer
op weg. Het begon een beetje te regenen....
Het was de zesde dag.
Krom gebogen ging hij voort, sleepte het
rechterbeen en had zijn vilthoed over zijn
gelaat getrokken. Slechts zijn oogen, die
star vooruit blikten, kon men zién. Zijn
zwarte baard, waarin reeds zilveren draad
jes zichtbaar waren, bedekte het overige
van zijn gezicht. Zijn regenjas, die oor
spronkelijk grijs-groen van kleur was, had
een vuilgele tint; zijn vuile laarzen geleken
meer op een klomp modder dan op schoei
sel..
Zijn geheele verschijning maakte van ver
re, ja zelfs van dichtbij, angstig. Niemand
zou in dien vagebond den netten, correc-
ten, zakenman herkend hebben, dien de
bankiers van Nancy drie maanden geleden
bewonderend gegroet hadden; de voorbij
gangers, welke hij soms aansprak om in
lichtingen te vragen, schenen alles behalve
gerust.
Zoo ging hij zijns weegs, nat van zweet
en regen, afgemat van vermoeienis, en trok
al meer en meer met zijn been. Maar hij
voelde smart noch vermoeidheid. Hij leefde
slechts met deze eene gedachte; hen terug
vinden die hij bestolen had.
Hoeveel plaatsen was hij reeds doorge
trokken? Hoe dikwijls was hij midden in
een bewoond of verwoest dorp blijven stil
staan, had'hij rondgezien, had hij de plaat
selijke gesteldheid beschouwd, de richting
van de straten, de plaats van de kerk, om
ten slotte moedeloos te mompelen: „Hier
is het niet.
Hij wist het niet. Hij telde zijne teleur
stellingen niet meer. Hij leefde in eene som
bere verdooving, en iets machtigs, dat hem
onweerstaanbaar voorkwam, bezielde hem
en dreef hem tegelijkertijd voort.
Wanneer hij te zeer vermoeid werd, wan
neer zijn opgezwollen knie hem zooveel
smart veroorzaakte dat hij zijn lippen op
elkaar moest perseti om het niet uit te
schreeuwen van pijn, wanneer hij niet meer
kon en hij stil moest staan op het punt
om op den weg neer te zinken, zonder
kracht, zonder gedachten, meende hij eene
stem te hooren, die hem toeriep; „Wat hebt
ge met onze zuster Madeleine gedaan?
Dan richtte hij zijne oogen ten hemel en
zeide: „Mijn dank, Marieen de wan
delende jood vervolgde zijn weg, vol wroe
ging en berouw; ja, hij zou blijven voort
gaan, al moest hij er bij bezwijken
Wat behoefde hij overigens nog te le
ven, wanneer zijn taak volbracht was?
Maar dat* hij ten minste niet mocht vallen
zonder die taak volbracht te hebben, die
heilige taak, die hem zijn geluk waard was.
HOOFDSTUK VII.
Het was bijna twee uur geleden dat Gar
naud 't verwoeste dorp verlaten had, toen
het weer plotseling opklaarde. De wolken
scheurden uitscheurden uiteen een stuk van
den blauwen hemel werd zichtbaar en de
zon schitterde.
Haar licht en hare zwakke warmte sche
nen Garnaud uit zijn verdooving wakker te
schudden. Hij bleef stil staan, richtte het
hoofd op en beschouwde de omgeving.
Langs den weg stond nog hier en daar
een boom welke door het bombardement
gespaard was. De weg liep op deze plaats
langs een dal dat men beneden zag liggen;
een vrij groote rivier slingerde er zich door
heen, en niet ver van den weg liep een
spoorbaan, klaarblijkelijk vernieuwd.
Garnaud beefde, want het gezicht van het
landschap; riep verwarde herinneringen bij
hem op.
Dat moet de Maas zijnmompelde
hij, en beschouwde den stroom.
Hij ging weer verder, rechtop, met flin-
ken pas, en beschouwde met aandacht de
omgeving.
Op een punt gekomen, waar links van
den weg op een kleine verhevenneid een
dennenbosch lag, bleef hij opnieuw stil
staan.
Er moet een weg zijn die zich aan bet
uiteinde van het bosch splitst....
Hij ging nog een vijftigtal meters verder,
keek nauwlettend uit en slaakte plotseling
een kreet: waht aan zijn linkerzijde ver
scheen werkelijk een weg, welke langzaam
door de braak liggende akkers, waarop
niets dan verdord gras te zien was. in de
hoogte steeg.
Op het snijpunt der twee wegen stond een
wegwijzer en Garnaud snelde op hem toe.
De namen echter, welke er op stonden,
waren onleesbaar.
Toch volgde Garnaud zonder eene weife
ling dien weg. Er was iets, dal hem zeide
dat hij in de goede richting ging. En naar
mate hij langzaam de hoogte opging, kreeg
hij meer en meer den indruk dat hij zich
midden in een bekend landschap bevond.
Boven moet de weg draaien en weer
naar beneden gaan....
En inderdaad, toen hij de hoogte bereikt
had, nam de weg een draai en een honderd
meter verder, ging hij weer afwaarts naar
het dal dat men in de verte kon zien lig
gen, in wiens midden de heldere wateren
der Maas rolden.
Op de plek waar de weg begon te
draaien, bleef Garnaud weer slaan en
sprak, heel bleek:
Indien ik een vijftig meter verder.
bij de rotsen de punt van een toren
zie, moet het daar zijnJa, daar zal het
zijn, herhaalde Garnaud bij zich zelf, die
thans door de hoop opgewonden werd. En
indien het daar is, moet de kerk bij den
ingang van het dorp liegen, en het kerk
hof er om heen. En rechts van den weg een
klein plein, met een klein standbeeld in
het midden. Mijn God, indien het daar was?
Indien het daar was? herhaalde hij geheel
opgewonden.
Het weer was weer slecht geworden, don
kere wolken bedekten het uitspansel: en
het dal dat hem straks zoo vroolijk toe
lachte. scheen plotseling somber en zonder
schoonheid, in een grijzen nevelc gehuld.
Garnaud begon in den vochtiger, wind
welke begon te waaien, te rillen.
Zou het een voorgevoel zijn, dat licht
hetwelk op het oogenblik verdwijnt dat ik
meen duidelijk te zien? Vooruit!besloot
hij plotseling.
Vastberaden begon hij den weg af te da
len: na een vijftigtal meters afgelegd te
hebben, bemerkte hij aan zijn rechterarm
de punt van een toren....
O, mijn God, stamelde hij, en bleef
steunend op zijn stok, stil staan.
Dan spitste hij zijn ooren en scheen te
luisteren. En werkelijk hoorde hij klanken
die door den wind naar hem werden toe
gedreven; hij luisterde met verrukking.
De Engel des Heeren.... de Engel des
Heeren van 's middags. Daar is het, ja, daar
is het.... Ik herken de klank der klokken.
Hoe dikwijls heb ik hen hooren luiden?
Hij was blijven stilstaan, en luisterde op
lettend. Toen hij niets meer hoorde, ging
hij verder,
(Wordt vervolgd.)