De Zevende Algemeene Vergadering van den Volkenbond te Genève. NIEUWE HAARE. COURANT Derde Blad Woensdag 6 October 1926 m KERK EN SCHOOL. Het 7de Eeuwfeest van St. Franciscus. Pastoor J. J. Kluytmans. f AMSTERDAMSCH NIEUWS. Het SO-jarig bestaan van het M uiderpoort-Kwartier. Een fietstochtje zonder belastinsiplstatje en het gevolg daarvan. FINANCIËN. De Boazbanh te Utrecht RECHTZAKEN. Een drama tusschen man en vrouw. UIT ONZE OOST. Bommen op de jaarmarkt, te Soerabaja. GEMENGD NIEUWS. Hoe men een brand bluscht in 1926. Een interessante schilderijen kwestie. INGEZONDEN. VII. De algemeene indruk is wel deze, dat men later niet onverdeeld gunstig van de leiding van de zevende Assemblee zal gewagen. In hoeverre de Voorzitter Ninsjtisj daaraan schuldig is, moge in het midden worden ge laten. Er waren, naar aanleiding van het in cident, dat zich korten tijd geleden bij een Raadsvergadering met den Hongaarschen premier Bethlen heeft voorgedaan, die een oorvijg kreeg van een politiek tegenstander, reeds scherpe maatregelen genomen om on bevoegden toegang tot het Volkenbóndsge- bouw te beletten. Nu zijn er ook nieuwe maat regelen genomen, die betrekking hadden op het binnenkomen en uitgaan van de Volken bondszaal tijdens de discussie. Men moet daarbij op den voorgrond stellen, dat de Re formatiezaal geen ideale gelegenheid is om te vergaderen de bouw is onpractisch de accoustiek vrij slecht. Aangezien elke rede voering ten minste êên keer moet worden ver taald, een enkelen keer zelfs twee maal komt het voor, dat degenen, die haar in de eerste taal verstaan hebben, wegloopen, wanneer de vertaling begint en daardoor onrust, rumoer veroorzaken. Om dit te verhinderen, heeft de Voorzitter, ook ten opzichte van de journa listen, maatregelen van orde voorgeschreven. Aangezien deze niet ten volle bekend waren, werd een aantal journalisten gedupeerd, wijl zij, terwijl daarbinnen een belangrijke rede voering werd gehouden, de deur gesloten vonden. Ongetwijfeld onaangenaam, maar of het middel, dat zij toepasten een dusda nig gebrul aanheffen, dat de vergadering er door gestoord werd, het juiste en voor de pers meest passende middel is, dient betwijfeld. De pers vraagt en terecht waardeering voor haar werk en eerbied voor degenen, die haar vertegenwoordigen, maar ook daarbij kan niet alles van êên kant komen. Het merk waardige is wel, dat Voorzitter Ninsjtisj, in plaats van wat zijn goed recht zou zijn ge weest dezen journalisten in het openbaar althans een afstraffing toe te dienen, een ver ontschuldiging uitsprak, die erop neerkwam, dat de desbetreffende maatregelen zonder zijn voorkennis zijn genomen. Intusschen was dit incident slechts een der uitingen van de slechte stemming, die er ten opzichte van den Voorzitter heerscht. Want deze was in tegenstelling met de meeste zijner voorgangers, autoritair erkende weinig het gezag der vergadering', en heeft in de laatst verloopen week getracht datgene wat nog af te doen was, er jachtend door te krijgen. Een der Nederlandsche correspondenten zocht de aanleiding reeds in het feit, dat hij beloofd had den daaropvolgenden Maandag te War schau te zijn, en nu deze belofte zal moeten herzien. De practische macht van den presi dent is een vrij groote, maar het werd Lord Robert Cecil en het werd ook onzen landge noot Loudon te erg zij protesteerden ertegen in de gematigde termen, die men in deze ver gadering kent, maar zij protesteerden niette min. Het heeft in zooverre geholpen, dat de voorgenomen avondvergaderingen van com missies zijn uitgesteld dat de Assemblêe nog een paar dagen langer zal bijeenblijven, zoo dat men tenminste niet al de moties, die niet behoorlijk behandeld kunnen worden, in een vloek en een zucht zal afdoen. Maar Voor zitter Ninsjtisj heeft geen goede pers. Zelfs het mede door hem afgekondigde besluit, dat applaus van de tribunes niet meer zal zijn toe gelaten, wordt door sommigen bekritiseerd. Inderdaad was het eigenlijk een anomali, dat in deze vergadering, die toch in zekeren zin ook een parlement is, het publiek vrijelijk mocht applaudisseeren. Wanneer men teeke nen van instemming toelaat, kan men dan, zoo is menigmaal gevraagd, teekenen van afkeu ring verbieden Stel voor, dat men deze vraag ontkennend beantwoordt, welk heidensch spektakel zou dan niet mogelijk zijn geweest 1 Bovendien, waarom applaus alleen aan het einde van een redevoeringwaarom niet tusschenin? Het ergste was bovendien, dat het applaus der tribunes meer dan een spre ker ertoe verleidde om niet meer voor de As semblêe, maar voor de tribunes te spreken.Nu wordt er wel geklaagd, dat de vergaderingen saai en vervelend zullen worden, maar de Volkenbondsvergadering is nu eenmaal geen pretje. Wie naar de zitting van een rechtbank gaat om het pleit tusschen twee partijen langs de regelen van het recht te hooren beslechten, Zal ook de sensatie missen, die vroegere kamp en vuistgevechten ongetwijfeld opleverden. Maar wel niemand zal toch durven beweren, dat daarom een achteruitgang te constateeren valt. Het wil er bij ons niet in, dat de Assem blêe te Genéve zoozeer zou worden geschaad, indien zij, wijl men niet meer applaudisseeren mag, eens wat minder het bezoek waardig werd gekeurd van de rondtrekkende toeristen, van welke de Amerikanen met hun brillen, maar met weinig goeden wil gewapend, nog altijd het voornaamste contingent vormen Zooveel is zeker, de zevende Assemblêe, die er aanvankelijk op werd aangezien, dat zij „slechts" de reorganisatie van den Raad zou opknappen, begint al heel aardig werk te doen. Daar is reeds dadelijk de aandrang, door haar uitgeoefend, opdat toch vooral de Economische conferentie, waarnaar geheel de wereld met belangstelling ziet, binnen zoo kort mogelijken tijd zal worden samengeroe pen. Loucheur, de bekende ivransche econo mist, die haar een vorig jaar plotseling en tot veler verrassing voorstelde, heeft nu haar bespoediging verdedigd. Ook in verband met de verwachtingen, die door de volkeren wor den gekoesterd mocht men z.i. niet langer ris- keeren al te veel tijd met voorbereidende werkzaamheden te verliezen. Loucheur zou hebben gewenscht, dat de conferentie reeds in het voorjaar van 1927 zou zijn bijeenge komen, maar de Assemblêe is het tenslotte op grond van practische overwegingen eens geworden over de formule binnen den kortst mogelijken tijd, teneinde de eenstemmigheid der Assemblêe niet te verbreken. Loucheur wees in zijn redevoering pok op de onderhan delingen over de oprichting van een interna tionaal staalcartel, waaraan momenteel Duitschland, Frankrijk, België en Luxem burg deelnemen. Hij betoogde, dat zulke on derhandelingen slechts achterdocht wekken, indien zij buiten het kader van de algemeene plannen worden ondernomen. Dit cartel is tegen niemand gerichthet zal voor alle Staten open staan en als dienende den eco- nomischen vrede van Europa moeten wor den opgevat. Maar die economische vrede kan slechts verzekerd worden, indien de inter nationale economische conferentie die brengt. De Duitsche gedelegeerde von Rheinbaben pleitte zijnerzijds voor het sluiten van inter nationale overeenkomsten ten aanzien van de productie, den afzet e.d. gedurende een over gangstijd, maar onderstreepte nadrukkelijk wat Loucheur met betrekking tot het inter nationaal staalcartel had betoogd. Het cartel komt niet, althans niet uitsluitend ten gunste der verbruikers tot stand, want zijn oprich ting geschiedde in overeenstemming met de ijzerverbruikende industrie zelve. Maar niet alleen ten aanzien van de eco nomische conferentie heeft de Assemblêe op spoed aangedrongen, ook ten aanzien van de Jog belangrijker Ontwapeningsconferentie deed zij zulks. De heer Loudon, als Voorzit ter en rapporteur van de voorbereidende com missie, heeft voor zijn arbeid van de zijde der derde Commissie veel waardeering onder vonden. Van Fransche zijde is door Bon cour betoog-1, dat het nutteloos zou wezen om het noszens opnieuw met het Protocol en de daarin belichaamde drieëenheid Ont wapening, veiligheid en arbitrage, te pro- beeren 1 Toch zou z.i. het Protocol een bron van inspiratie kunnen blijven voor regionale verdragen, en de som van zulke regionale ver dragen kan tenslotte een staat van zaken te weeg brengen, dat het resultaat van het Pro tocol, ware dit aanvaard, zeer dicht zal be naderen. Deze gedachte, die door de Engel- schen niet geheel werd aanvaard, werd door de Servische delegatie warm ondersteund en uitgewerkt tot een ontwerp-resolutie, welke de derde Commissie heeft aanvaard. Daarin worden de beginselen van het Protocol nog eens met name genoemd evenals de daarop gebaseerde verdragen van Locarno. Vervol gens wordt de meening uitgesproken, dat zul ke verdragen ook voor andere Statengroepen als voorbeeld kunnen dienen tot verzekering der veiligheid door wederzij dsche waarborgen tegen ongewettigde aanvallen, en dat alle Bondsleden goed zullen doen, om waar noodig zulke verdragen te sluiten, desnoods ware „bij voorkeur" niet beter döor bemidde ling van den Raad. Want op het oogenblik gaat het met deze verdragen wel geweldig vooruit, maar wanneer men hoort van ve e dezer verdragen zooals dat tusschen Italië en Spanje, dat tusschen Roemenië en Fran krijk en nu weer dat tusschen Polen en Zuid- Sla vië, maakt men zich over de uitsluitend defensieve bedoeling dezer verdragen wel eens ongerust. In zooverre mag de aangenomen resolutie reeds dadelijk geacht worden £een vrome wensch zonder meer te zijn, wijl de Commissie bijna tegelijkertijd aandrang heeft geoefend, dat de Ontwapeningsconferentie toch zoo spoedig mogelijk'zal bijeenkomen. Frankrijk heeft een motie in deze richting ingediend. Het oogenblik is aangebroken, aldus heeft de Jouvenel gezegd, waarop ieder zijn verantwoordelijkheid zal hebben te dra gen. Wat Frankrijk betreft, onze deskun digen zijn gereed. Locarno is geratificeerd Duitschland is hier opgenomen. De Fransche delegatie wenscht dus dat met het werk der ontwapening een spoedig begin zal worden gemaakt. Weliswaar is daartegen van Engel- sche en Italiaansche zijde tegenstand ge boden werd een zoo spoedige bijeenroeping van de conferentie zelfs onverstandig ge noemd, maar Frankrijk hield, gesteund door Noorwegen en België, vol. Tenslotte heeft een bemiddelend Roemeensch amendement de overeenstemming gebrachtde woorden zoo mogelijk zijn in de resolutie ingevoegd om te doen uitkomen, dat men niet in elk geval de spoedige bijeenkoming van de Ont wapeningsconferentie men sprak reeds van den zomer 1927 mag verwachten. Hoewel de zaken, waarom het ging, van geringer beteekenis waren, heeft het in de zesde Commissie, die der politieke aange legenheden, heel wat meer gespannen dan in de derde zijn er zelfs uitdrukkingen ge bruikt, die nauwelijks in een Volkenbonds vergadering thuis hooren. Wat geschiedde bij de bespreking der mandaatkwestie. De Man- datencommissie heeft onlangs tegenover den Volkenbondsraad de wenschelijkheid geuit, dat haar zou worden toegestaan jaarlijks een aanmerkelijk uitvoeriger questionaire aan de mandatarissen toe te zenden, en tevens, dat het haar geoorloofd zou zijn om petitionaris- sen uit mandaatslanden persoonlijk te hooren. De Raad heeft, op eenstemmig advies van Frankrijk, Engeland en België, deze ver zoeken afgewezen, en Chamberlain en Briand zijn bij die gelegenheid tegenover onzen landgenoot Van Rees, den ondervoorzitter der Mandatencommissie, in het geweer ge komen. Daarmede was de zaak afgedaan, maar niet voor Nansen, die met zijn gewone bruuskheid in de zesde Commissie de zaak dacht te forceeren. Hij deed dit door in ter men, die de Mandatencommissie zelve zelfs tegenover den meest nalatigen mandataris nimmer zou hebben gebruikt, de houding van Frankrijk en Engeland te gispen. Hij liet het daarbij aan toespelingen op Syrië, een voor Franktijk uitermate pijnlijk punt. niet ontbreken, hetgeen de Jouvenel aan leiding gaf tot de opmerking, dat het rapport der Mandatencommissie over Syrië en de openbare behandeling dezer aangelegenheid de revolutie daar met weken hadden ver lengd. De Jouvenel is in dit opzicht geen on partijdige getuige, maar aan den anderen kant kan hij het beter weten dan iemand anders. De heer van Rees heeft hem zakelijk en waardig weerlegd heeft gewezen op de verplichtingen, die op de Mandatencom missie rusten heeft teruggewezen vorderin gen, die den arbeid der Commissie binnen te nauwe perken zouden omsluiten. Ten slotte stelde Nansen kort en goed een motie voor, waarbij geheel de arbeid der Mandaten commissie zou worden goedgekeurd, dus ook haar wensch om uitbreiding van haar questionaire en bevoegdheden. Daarin kon den noch Cecil, noch de Jouvenel treden, en terecht heeft de Belgische voorzitter der Commissie het nuttig geoordeeld om het debat voorloopig te sluiten en aan een Re dactiecommissie de verdere afwikkeling op te dragen. Zoo werd althans voor het moment de situatie gered, maar de scherpe woorden zijn vrij noodeloos gevallen, en zouden zeker bij een minder bruuskrapporteur als Nansen is, niet tiaar voren zijn gekomen. Inmiddels heeft de Raad vergadertde voorbereidende behandeling van verschil lende vraagstukken over de nieuwe leden verdeeld, waarbij Polen en Roemenië vaste groepen van problemen hebben gekregen. De heer Loudon moest rapporteeren over een paar grenskwesties geheel in het Oosten van Europa, en heeft qp gebruikelijke wijze uitstel verzocht. Maar het meest belangrijke van deze Raadszitting was wel daarin ge legen, dat zij Duitschland bij monde van Stresemann gelegenheid, schonk om zich te uiten. Dat geschiedde zoowel over Memel als over Danzig. Wat Memel betreft waren vraagstukken, die op de rechten der minder heden betrekking hadden, hangende nog immer zijn er bezwaren, die voortvloeien uit het feit, dat Lithauen zich Memel heeft toegeëigend, niet tegenstaande het n'og altijd doorgaat zich te beklagen over Polen's, latei- door den Raad gesanctioneerde in bezit neming van Wilna. Nadat de Lithauensche gedelegeerde zich met het meerderheids rapport der Commissie accoord had ver klaard, in welk rapport het standpunt wordt ingenomen, dat, de onderteekenaars der Memelconventie het recht hebben zelf nauw keurig te preciseeren in welk geval de con ventie is geschonden, hetgeen zij evenwel niet hadden gedaan, verklaarde ook Strese- mannfjmet het rapport in te stemmen, indien daarin zou worden geconstateerd, dat de mededeelingen der inwoners van 't Memelge- bied aan de autoriteiten van dit gebied gericht moeten worden aan de verschillende regee- tingen der Staten, die in den Volkenbonds raad vertegenwoordigd zijn en niet aan den Generaal. Daardoor, komt tot uiting, dat elke in den Raad vertegenwoordigde Mogendheid het recht heeft om kwesties, die op de schen ding der Memelconventie betrekking heb ben, te bespreken. Voorloopig is in Memel de financieele kwestie langs minnelijken weg afgedaan de overige geschillen zijn openge bleven, en zullen voorloopig openblijven. Ten aanzien van Danzig waren er wat meer bezwaren. De Voorzitter van den Danziger Senaat Sahn, die voortdurend ten onrechte van Danzig gewaagt als een onafhankelijke Staat. Wat deze geenszins is, stelde de nood zakelijkheid der gevraagde leening in het lich'. Het financieele Comité was Danzig slechts weinig tegemoet gekomen de Raad heeft het, wellicht om den goeden indruk tegenover Duitschland te maken, in sterker mate gedaan Zooveel is zeker, Danzig zal zijn leening, op welker beteekenis ook de Hooge Commissa ris Prof. van Hamel wees, wel verkrijgen. Want de financieele toestand van Danzig eischt algeheele herziening, want komt die er niet, dan valt het afdoend karakter van elke hulp aan Danzig in twijfel te trekken. Nog verblijdender dan de samenwerking, die Stresemann en zijn collega's in den Raad over kwestiën als die van Danzig en Memel toonden, is het bericht van de samenspreking, die tusschen Frankrijk en Duitschland te Thoiry in de onmiddellijke nabijheid van Genève heeft plaats gehad. Daar hebben Briand en Stresemann, als het ware in het loover van het groen, gesproken en onder handeld, en mag men de voorloopig dienaan gaande aan de pers verschafte mededeelingen gelooven, dan zijn zij erin geslaagd om werke lijk een grondslag voor overeenstemming te leggen, die de beste resultaten kan opleveren. Stresemann is nu naar Berlijn vertrokken Briand vertrekt binnen zeer korten tijd naar Parijs beiden zullen op die wijze het accoord hunner regeeringen op de door hen voorloo pig gedane stappen trachten te verkrijgen. Maar, het schijnt werkelijk, dat alweer een nieuwe phase is ingeluid. En al staat Thoiry los van den Volkenbond, gelijk een vorig jaar Locarno los van Genève stond, toch is het de atmosfeer, de invloed van Genève, die dit werk heeft mogelijk gemaakt, en die daaraan het speciaal vereischt karakter geeft. In dit verband dient nog gewezen op het voorloopig bevredigend resultaat, dat de con ferentie over de toetreding van Amerika tot het Hof van den Volkenbond te 's-Graven- hage heeft gehad. Onze landgenoot Prof. v. Eysinga heeft eer van de leiding dezer con ferentie. Men heeft getracht, en is erin ge slaagd, een vorm te vinden, waardoor alle de vijf Amerikaansche punten van voorbehoud zijn aanvaard. Slechts ten aanzien van een enkel onderdeel der voorbehouden heeft zij daaraan een interpretatie toegevoegd, die wellicht in Amerika niet eenstemmig zal worden aanvaard. Maar dat is ook niet noodig, want het streven is vooral dit geweest, dat de Amerikaansche Senaat juridisch buiten de verdere gedachtenwisseling zal kunnen wor den gehouden. Kenners van het Amerikaan sche Staatsrecht verzekeren, dat alles wat ver der van Amerikaansche zijde nog dient te worden gedaan, behoort tot de daden van uit voering, waaromtrent de Amerikaansche Re geering bevoegd is besluiten te nemen zonder uitdrukkelijke goedkeuring van den Senaat. Of zij dit doen zal, is een andere kwestie. Prof. van Eysinga heeft van de conferentie de opdracht gekregen en aanvaard om een modelbrief te ontwerpen, die door alle regee ringen van de reeds tot het Haagsche Hof toegetreden Staten aan de Amerikaansche Regeering Zal worden gezonden. Deze model brief is natuurlijk geheel gebaseerd op de bovenbedoelde uitspraak. De bedoeling is, dat dan later tusschen deze Regeeringen en Amerika een Protocol van uitvoering zal worden gesloten, waarbij zal worden overeen gekomen hoe Amerika's voorbehouden in de practijk worden opgevat en ten uitvoer ge bracht. Het is een uiterst moeilijk werk ge weest, dat deze conferentie verricht heeft, en terecht heeft men Prof. van Eysinga gehul digd om den tact, die hij toonde, en heeft Prof. van Eysinga de conferentie gehuldigd om het breede standpunt, dat zij innam. Waarlijk, van de gedelegeerden van deze conferentie kan men zeggen, dat zij, zonder zich door Amerikaansche pretenties, die uit sommige voorbehouden beslist spreken, van de wijs te laten brengen, het groote doel geen oogenblik hebben vergeten. Zij hebben begrepen, dat bereikt moest worden om te trachten aan de Vereenigde Staten voldoe ning te schenken en daardoor mogelijk te ma ken, dat Amerika weer eenigszins kon her vatten de grootsche taak, die dit land met betrekking tot de internationale rechtsvor ming in het verleden heeft volvoerd. De weg daartoe is thans geopend het is nu aan Ame rika en zijn Staatslieden om den weg te be wandelen. Laten wij hopen, dat zij deze gele genheid niet zullen laten voorbijgaan. Men ziet het, de Assemblêe en al wat haar omgeeft, bieden wel aanleiding tot althans eenige voldoening l M. De plechtige herdenking te Weert. De plechtige herdenking .van het 7e Eeuw feest van St. Franciscus door de Minder broeders Franciscanen werd gisteren voort gezet met een academische vergadering. Om half twaalf had in dc collegezaal der fraters een plechtige bijeenkomst plaats die als een academische zitting werd aangeduid. Deze feestvergadering werd ook bijgewoond door den Internutius, en daarbij werden een drietal dissertaties gehouden. Door pater Gilbertus Lohuis werd de ver gadering voorgezeten en een woord ter in leiding gesproken, vxaarbij hij vooral dank bracht aan den Internuntius voor het zeld zame voorrecht dat de communauteil door zijn tegenwoordigheid werd vereerd. De eerste dissertatie werd gehouden door fr. Gonfilius Knipping O.F.M., die in het Fransch sprak over: St. Franciscus en het leven der liefde. De tweede dissertatie \verd in het Duitsch gehouden door fr. Eericus Uppenkamp O. F. M. over het onderwerp: St. Franciscus en het apostolisch leven. Door de schola cantorum der theologan ten werd vervolgens met begeleiding van viool, harmonium en piano het „Zonnelied' gezongen in de meesterlijke toonzetting van den Franciscaner pater J. G. Bapt. Falco- nara. Daarna had de derde dissertatie plaats die wederom in het Fransch werd gehouden door fr, Salesius Lemmens O.F.M. over het onderwerp: St. Franciscus en het moderne leven. Aan het einde dezer academische zitting verzocht de voorzitter den zegen van Z.Exe. den Internuntius. Mgr. Schioppa stond hierna op, om een enkel woord tot de vergadering te richten. Met bijzondere vreugde, zeide mgr., ben ik hier in uw midden gekomen om deel te ne men-'aan. uw feest- en- deze plechtige verga dering bij te wonen. Als lid der Derde Orde van St. Franciscus en als Italiaan ben ik buitengewoon tevreden over deze bijeen komst. Hier heb ik vernomen hoezeer gij in alles beantwoordt aan de wenschen van Z. II. den Paus. St. Franciscus heeft de wereld overwon nen door goedheid en wetenschap. Dit voor beeld, zeide Z.Exc., wordt ook door u na gevolgd en het voorbeeld is het beste apos tolaat. Zet dat apostolaat voort, dan zult gij evenals St. Franciscus door goedheid en wetenschap de wereld overwinnen. Dat is, besloot mgr., mijn wensch en als onderpand daarvan wil ik u mijn zegen schenken, op dat God op mijn gebed uw apostolaat zege- ne tot in lengte van jaren en u in Zijn hemel met St. Franciscus doe juichen het eeuwig „Laudate et benedicite". Mgr. gaf hierna aan de geknielde verga dering den zegen, waarna de voorzitter met den Christelijken groet de bijeenkomst sloot. Na voorzien, te zijn van de H.H. Sacra menten der Stervenden is overleden de Z. Eerw. heer J. J. Kluytmans, pastoor te Zeelst. De ZeerEerw. heer Johannes Josephus Kluytmans werd geboren te Oisterwijk 21 Februari 186). Hij studeerde aan de semi naries te St. Michels Gestel en Haaren en werd priester gewijd 19 Juni 1886. Achter eenvolgens werd Z.Eerw. benoemd tot ka pelaan te St. Michiels-Gestel in 1887, -te Geldrop den 9en Juli 1900 en tot pastoor te Zeelst den 29sten September 1905. Deze maand bestaat het Muiderpoort- kwartier te Amsterdam 50 jaren. En zooals begrijpelijk is de bewo ners van dat kwartier willen deze gebeurte nis niet onopgemerkt voorbij laten gaan. Integendeel, hard is er gewerkt voor een waardige en feestelijke herdepking. Een comité, door de bewoners benoemd, is geruimen tijd bezig geweest met het treffen der noodzakelijkste voorbereidingen en het opstellen van een zeer gevarieerd programma. Niet minder dan tien dagen zijn er mee gemoeid om dat te verwerken! Gansch Am sterdam want ook de bewoners van andere stadsgedeelten leven natuurlijk mee met het feest van het Muiderpoortkwartier! zal in die dagen getuige kunnen zijn van muziekuitvoeringen, optochten en wedstrij den. Zelfs aan een reclame-markt en aan een huldiging van dc oudste buurtbewoners is gedacht. En last not least: de opening van het Koloniaal Instituut door H. M. de Koningin en de feestelijk verlichte en versierde straten, zullen niet weinig tot het welslagen van het feest bijdragen. Dat er reden is om feest te vieren zal niemand betwisten als men bedenkt hoe dit kwartier in een tijdperk van betrekkelijk juttere jaren van een „onherbergzaam oord" is geworden tot een belangrijk stadsgedeel te, dat een waardig entree heeft gekregen met het Koloniaal Instituut, Nadat gisteravond in café „De Poort van Muiden' een feestelijke bijeenkomst van genoodigden is gehouden, vingen heden morgen reeds om acht uur de feesten aan met plechtig klokgelui. Herauten te paard en te voet trokken door de straten om den aanvang van het feest aan te kondigen. Er was veel publiek op de been. Vanavond begint het pas goed, de illumi natie wordt dan ontstoken en door de ver lichte en versierde straten zal dan een rondgang met muziek worden gemaakt. door 'de getuigen geschetst als een goede man onophoudelijk. Dc procureur-generaal, mr. Busta, be toogde. dat de rechtbank te Rotterdam z.i. ten onrechte de voorbedachte rade niet bewezen heeft verklaard. Spr. achtte hier, .vaar verdachte rcndgelocpen heeft met een scheermes in zijn zak beschouwd in verband met de overige omstandigheden zeer zeker voorbedachte rade aanwezig. Wat de strafmaat betreft, w^es spr. er op, dat de Rechtbank uit overweging, dat men hier te doen heeft me een psychopaat, die waar de psychopatenwct nog met in werking is getreden minder zwaar gestraft zal moeten v-orden dan een vol komen normaal mensch. een gevangenis straf van vier jaren heeft opgelegd. 6pr. kon zich hier niet mee vereenigen. Hij beschouwt verdachte als zeer gevaarlijk, vcoral in verband met zijn leeftijd. Spr. concludeerde ten slotte tot schul digverklaring van verdachte aan moord en zijn veroordeeling tot 10 jaren gov s.r„f Verdachte's raadsman, mr. Beerman, kwam in zijn pleidooi tot de conclusie, dat de verdachte ontslagen zou me eten worden van rechtsvervolging wegens on toerekenbaarheid'. Daarnaast betoogde pl. uitvoerig, dat z.i. noch moord noch dooo- slag hier bewezen is. Alleen mishandeling, den dood tengevolge hebbende, is hier vast komen te staan. Dit is echter niet ten laste gelegd. Voor geval van veroordeeling >s. zoo meende pl., een niet te zware, straf voor dezen verdachte, die nog nooit met de justitie in aanraking is geweest en die detor zeer ongelukkige omstandigheden tot de daad is gekomen, op haar plaats. Niets verzet er zich tegen om dezen man nog eens een kans te geven. Re- en dupliek volgden. De uitspraak werd vervolgens bepaald op 21 October a.s. Voor den politiereohter te Amsterdam stond terecht een fouragehandelaar. die op 10 Augustus te Hilversum zonder belasting- plaatje aan zijn fiets reed. Door den Riiksambtenaar, die toen de con trole uitoefende, gesommeerd af te stappen, had de fietser geweigerd hieraan te voldoen en was doorgereden. Een ander ambtenaar was hem toen achterna gereden en had de sommatic: „Afstappen, Rijksambtenaar! her haald. Niettegenstaande wilde de man toch weer doorrijden. Hij werd echter genood zaakt af te stappen, waarna hij zich. volgens de woorden van den ambtenaar als een „recalcitrant" gedroeg. Toen hij nu inzag, dat er aan ontkomen niet meer te denken viel, toonde hij zich meer inschikkelijk en stelde zelfs voor, dat de ambtenaar mee naar zijn huis zou gaan, dan zou hij het belastingplaatje toonen. In dien tusschentijd kwam dc jongen var. den handelaar met een plaatje aanloopen en gaf het zijn vader. Het O.M., mr. Versteeg, meende, dat met is uit te maken of de verdachte m het bezit was van een belastingpla.at.je, dan wel of we hier te doen hebben met een huishouden, welker leden een en hetzelfde belasting plaatje gebruiken. In ieder geval is bet ten laste gelegde feit oo zichzelf vrij ernstig, ook door dc omstandigheden, waaronder het ge pleegd Is. Hierom vorderde mr. Versteeg tegen den verdachte één maan gevangenis- straf. Mr. Servatius meende ook, dat men nier niet te doen heeft met een opwelling van het oogenblik. Het is daarom, dat mr. S. zich vereenigde met den eisch en den verdachte één malnd gevangenisstraf oplegde. j daar waren beleend. Een bevestigend ant woord was daarop ontvangen. De heer B, I btcaalde 800 voor het briefje en bega! zich daarop opnieuw naar de Bank van Leening om de schilder: ,cs in ontvangst te nemen. Hier werd kern geantwoord, dat de schilderijen zich in het filiaal ie t*^.®* veningen bevonden, waar hem twee scini- derüen waarvan de nummers klopten met die 'op het beleenbriefje, werden ter hand gesteld. De schilderijen waren verplakt en eerst later, toen de heer B. zc uitpakte, bleek hem, dat een der schi denten niet net werk was, dal op de foto voorkwam, doen een portret, waarvan hem de waarde n»e[ bekend was. De heer B. stelde de directie van de Bank van Leening hiermede in ken nis en eischte het stuk, dat hem volgen* dc foto toekwam. .- Hem werd echter geantwoord dat de nummers klopten, dat deze beide stukk*» de beleende waren en dat van n naaktfiguur niets bekend was. Een vergissing were* door de directie uitgesloten geacht, ten slotte gaf men hem in overweging genoegen te nemen met hetgeen hem was ter hand gesteld te meer omdat aaa de foto door de Bank geenerlei waarde kon worden gehecht onder opmerking, dat de figuur nier te lande tochmmderyw- koopbaar was dan het schildenj dat hv) ervoor in dc plaats meende te hebben ge Hierin schikte zich de heer B„ die kort daarop het portret, dat hl, voor de itfuur in de plaats had ontvangen, van de hand wist te doen. Groot was zijn verwondering, toen ee paar maanden later vanwege de Gem. Ban* van Leening bij den heer B. de boodschap kwam. dat inderdaad een vergissiag haé plaats gehad en dat de Bank alsnog-ruilmg van het portret, dat gebleken was een echte Albert Cuyp' te zijn, verlang^ De heer B. zeide, hieraan met te voldoen, dear hij immers hel portret re Korf0 daarop werd hij bij de politie oft het Alexanderpiein ontboden vt**r r„ kennen gegeven werd, dal hn diende e gen dat de Gem. Bank van Leening weer in het bezit van het portret werd geste in dr plaats waarvan hij dan de figuur z<*t °nDVea'S B antwoordde echter ook hier dat aan f' *erlan*en d°°r hem w or Hen voldaan. Intusschen zou hij - *00 werd meeg® deze beslist eischte. de Albert Cuyp in haar bezit te krijgen u„dra« Wij mecnen te weten, dat nicen bedrag „3,1 f 30.000 als waard van dit schilder J, dat buiten haar toestemming zou zijn be leend, had opgegeven. „„>„U,e,tuiir Intusschen heeft het Gemeentebestuur van Den Haag door tusschenkomst van znrf advocaat, den beer B. doen weten dat do .weigering van den heer B. me' wot. den berust en dat een civiele actie tegen hem zal worden ingesteld. De heer B„ die van meenin u dat de Gemeente geen recht meer heeft cp schilderii. heeft zijnerzijds de zaak in han don gesteld van mr. Bourlier. Met belangstelling kan het resultaat van deze actie worden afgewacht. Nog niet tot liquidatie besloten. De gisteravond te Utrecht gehouden ver gadering van leden der coöperatieve spaar en voorschotbank Boaz te Utrecht, heeft de balans en de winst- en verliesrekening over 1925 goedgekeurd. Aan de orde was voorts een voorstel om de vennootschap als zoodanig ie ontbinden en het bedrijf in een anderen vorm voort te zetten. De aan leiding tot dit voorstel is geweest het feit, dat belangrijke verliezen zijn geleden, voornamelijk voortvloeiende uit het ver strekken van credieten in de jaren na den oorlog. Daar de Boaz-banken coöperaties zijn, met onbeperkte aansprakelijkheid, ko men deze verliezen voor rekening van de leden, Treden er leden uit, dan vervalt hun wettelijke aansprakelijkheid na het daarop volgende boekjaar, waardoor de overblij- venden zwaarder worden belast. Om dik laatste te voorkomen, zal men gaarne liqui deeren. Ten einde alle reden tot ongerust heid bij de inleggers der bank weg te ne men, heeft de coöperatieve centrale Boaz- bank te Amsterdam, die tot liquidatrice zal worden benoemd, zich bereid verklaard, om zich voor alle verplichtingen der Utrechtsche bank aansprakelijk te stellen en het bedrijf voorloopig voor hare reke ning voort te zetten, in afwachting van de beslissing over den nieuwen bedrijfsvorm, welke in voorbereiding is. Daar het bij de statuten vereischte aantal leden niet ter vergadering aanwezig was, moet het be sluit tot liquidatie in een 2e vergadering worden genomen, welke tegen 15 dezer is opgeroepen. Wij kunnen hieraan toevoegen, dat dc Haarlemsche bank, die deze naam draagt, met deze zaak niets te maken heeft. De Boaz Bank in de Zijlstraat 61 alhier, is volkomen onafhankelijk, staat geheel op zich zelf en zou dus even goed een an dere naam kunnen dragen. In hooger beroep 10 jaar gevangenisstraf geëisebt. Woensdag heeft voor het Haagsch Ge rechtshof in hooger beroep terecht geslaan de bootwerker J. L. O. uit Rotterdam, ge detineerd, die door de rechtbank te Rot terdam, wegens doodslag gepleegd op zijn vrouw, is veroordeeld tot vier jaren ge vangenisstraf. Verdachte, die in voortdu- renden onmin leefde met zijn vrouw, zou deze bij een twist roet een scherp scheer mes zoodanig in den hals gesneden hebben, dat zij korten tijd daarna overleed. Ver dachte gaf toe, dat hij een scheermes in zijn zak gehad heeft, en .voorts, dat hij naar zijtn vrouw geslagen heeft. Hij kon zich echter niet herinneren dat hij eerst het mes geopend zou hebben. Later had hij gezien, dat hij bloed aan zijn handen had en dat er ook bloed aan het mes was. Getuigen k charge werden thans niet ge hoord, wel eenige getuigen a décharge, Deze legden verklaringen af omtrent de onaangename verstandhouding tusschen het echtpaar/ De vrouw treiterde verdachte Aneta seint uit Soerabaja. Op het jaarmarkt-terrein zijn vijf uurwerk- bommen geworpen, waarvan één op den dansvloer. Drie dames en twee heeren wer den licht gewond, een inlander en een Ara bier ernstig. Twee honderd politieagenten zochten het terrein af. De daders zijn onbe kend. Drie Chineezen hebben ook wonden in hei gelaat gekregen. Woensdagavond om half tien werd te Rotterdam brand ontdekt in een houten loods van 30 M. lang en 15 M. breed, die geheel gevuld was met stroo en hooi en welke loods was gelegen op het laadterrein van de Ned. Spoorwegen achter de Cein tuurbaan nabij Hillegersberg. De brand greep zeer snel om zich heen en binnen een kwar tier stond het gcheele houten gebouw in lichtte laaie. De brandweer uit Hillegersberg en die uit Rotterdam, trokken naar de plaats des onheils, doch konden aanvankelijk weinig uitrichten, omdat op bedoeld spoor wegterrein geen brandkraan aanwezig was. Het water, dat noodig was, voor het blus- schingswerk, moest uit een in de nabijheid liggende sloot worden gepompt. Zoo kwam het, dat de straaltjes, die op de vuurzee wer den gericht, niet het minst effect hadden. Het zou natuurlijk mogelijk zijn geweest, groot materiaal uit Rotterdam te ontbieden, doch men was het er lang niet over eens, of de loods stond op Rotlerdamsch gebied of onder de gemeente Hillegersberg behoorde. Toen eindelijk was vastgesteld, dat de bran dende loods nog onder Rotterdam ressor teerde, was de gelieele zaak reeds een prooi der vlammen, geworden. Om uitbreiding te voorkomen en de smeu lende massa's z.oo spoedig mogelijk t*e dooven, werd anderhalf uur na liet uitbre ken een stoomspuit gezonden. In de geheele stad was de geweldige vuur. gloed duidelijk waar te nemen, vandaar, dat duizenden naar den buitenkant der stad trokken. De voorraad hooi en stroo, behoorende aan de fa. Stogbergen en Hermans te Hille gersberg werd een prooi der vlammen. Omtrent de hoeveelheid en de waarde waren er geen inlichtingen te verkrijgen. Men schat evenwel, dat de loods en voor raad ongeveer 15.000 gulden waard waren, Wat een beleenbriefje al niet te weeg kan brengen. schilderijen te 's-Graveniiagc houdt op het oogenblik de gemoederen bezig in de krin gen, die er bij zijn betrokken. De zaak komt hierop neer: Iemand te Amsterdam, zekere heer B., kocht van een ander een beleenbriefje, recht gevende op twee schilderijen, welke bij de Gemeente lijke Bank van Leening in pand waren ge geven. Bij het beleenbriefje was een foto overgelegd, waarop de' beide schilderstuk ken, 'n Christuskop en 'n naaktfiggur. de laatste uit de school Rubens, waren afge beeld. Alvorens het briefje te koopen, had de heer B. zich aan de Bank van Leening vergewist of inderdaad die beide stukken Voor den inhoud van deze rubriek «telt de Redactie zich niet aansprakelijk. HET BEDREIGDE KIND DER DRENTSCHB VENEN. De winter nadert met rassche 'treden., Kachels en verwarmmgsmstallaties wor deOndaewijl%lammen de haarden lustig op en verdrijven de kilte van den herfst. Een schrille tegenstelling met de krotten de loodsjes, de afdakken, ginds in verarmd# ^Daar^giert de wind door de reten e» scheuren der hokken, die nauwelijks dea „aam van noodwoningen verdienen De tocht bolt het asphaltpapier, dat dienst doet als schrale bedekking van het zoog - naamde dak; de bewoners hurken samen op ccn paar kreupele stoelen met uitgerafeld* mat of zitten op den leeraen vloer. Overdag scharrelen de werkloozen rond en leren op den steun der reeds "Bgeputt* gemeente. Zij ontvluchten de rookerige som bere hokken, zooals alleen het uitgestrekt* Emmen er 600 heeft. En denk u daar het lot van zieken e» zwakken, denk u daar het lot van de kwij nende jeugd, die óf langzaam wegteert of straks op onrustbarende wijze het leger aan- vult van de non-valeurs m de maatschappij. De Regeering. de Provincie en vooral het Comité voor cultureelen, hygiënisch» en economischen opbouw van Drenthe, waar de krachtige figuur van den Commissaris der Koningin, terzijde gestaan door zijn aan Drenthe toegewijde echtgcnoote, de leiding heeft zij allen werken samen lot he» groote doel: de genezing der zwaar bcproet- de provincie. Deze opbouw vordert kennis en bekwaam- heid, maar vooral tijd. Naast en nauw verbonden met genoemd Provinciaal Comité, onder beschermend toe zicht van den Commissaris der Eomngm en den Inspecteur voor de Volksgezondheid voor de Hygiëne van het Kind en de lu- berculosebestrijding, hebben onderwijzers- corporaties en vereenigingen voor gezond, heidskolonies van alle gezindten broederlijk de handen ineen geslagen tot redding van het kind en daardoor van het komende ge- Het Centraal Genootschap, de Katholiek* en Christelijke vereenigingen hebben juist in den winter, wanneer de zwakke jeugd het meest steun noodig beeft, hun mooie huizen opengesteld voor het lijdende kmd der venen. Voor het veenkind vragen we uw hulp, die hulp is tevens een mooi stuk culturecle, hygiënische en later economische opbouw. Geeft allen en geelt veel! Er is veel noodig en door directe gaven worden nog grootere voor later overbodig. De onderwijzerscomité's verzamelden reeds 15 mille, juist genoeg om te beginnen. Men bedenke, dat volgens onlangs ver schenen publicaties zeker 3000 kinderen uit de bedreigde Zuidoosthoek uitzending noo dig hebben. We vragen nu eenige tonnen, om later millioenen te besparen, die dan noodig zul len zijn voor armenzorg, bestrijding van werkloosheid, tuberculose en andere zick- ^Nict alles is van de Overheid te wachten. Het particulier initiatief moet hier krachtig optreden om onmiddellijke en afdoende hulp mogelijk te maken. Namens de Landelijke Vereenigmg, tusie van onderwijzerscorporaties en vereenigin gen voor gezondheidskolonies van alle ge zindten, de Propagandacommissie. Th. M. Ketelaar, van het Centraal Genoot schap, Voorzitter. Ds, H. C. Hogerzeil, van de Christelijke Ge- zondheids- en Vacantie-kolonies in Ne derland, Vice-Voorzitter; Mr. A. J. M. Leesberg, van de R.K. ver- eeniging voor Kindervacanfiekolonies en Herstellingsoorden, Alkmaar, giro no. 44418, Penningmeester; A. C. Bos, Egmond aan Zee, secretaris,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1926 | | pagina 9