Plaatselijk Nieuws LOTTGERING Neg eens: de mishandeling met doodelijken afloop. De zevende Assemblée van den Volken bond te Geneve. NIEUWE Derde Blad HAARL. COURANT Maanda.g 11 October 1926 De in aanbouw zijnde toren aan de R.K. Kerk te de Zilk. DEMONSTREERENDE WERKELOOZEN. 'n Steen door de ruiten bij voorzitter, secretaris en ambtenaar van het Burg. Armbestuur. Spoedvergadering Taxi-chauifeurs. Binnenhuis-architectuur. De Haven- en Bruggelden. Vereeniging van technische Hoofd ambtenaren en technische ambte naren van den Rijkswaterstaat. Alliance Franchise. 2 Abonnementsconcerten Peltenburg—Andriessen. T entoonstellinger?. R.-K. Vólks-Universiteit. "«««MM Rijwieldievcd veroordeeld. Personalia. MUZIEK. BILJARTEN. Wedstrijd-programma Biljart- Bond Haarlem en Omstr. NOORDWIJKERHOUT. VOOR ij® STOOR"EN ENCji IF VERVEN J Gr. Houtstraat 5a - Telefoon 10771 (Slot). Er vallen u t de discussiën van de Assem blée gedurende de paar'laatste dagen van haar samenzijn nog enkele feiten te vermelden. Een dezer heeft op de discussiën betreffende 1 de ontwapening betrekking. De Commissie van voorbereiding voor de ontwapenings- j conferentie, welke onder voorzitterschap van onzen landgenoot Jhr. dr. J. Loudon in het voorjaar van 1926 bijeen was, droeg aan een militaire subcommissie, waarin ook de Neder- 'andsche Generaal van Tuinen zitting had, op om technisch militair de vragen op te stel len, die door de eventueel samen te roepen conferentie zouden moeten wotden beant woord. Deze militair-technische sub-com missie heeft zich veel moeite gegeven om deze vragen zoodanig op te stellen, dat zij met de politieke eischen rekening hielden. Maar dit bleek nu juist niet naar den zin van den Arrie- rikaanschen gedelegeerde Gibson. Op deze wijze, zoo oordeelde hij, hebben de adviezen der militairen voor ons slechts weinig waar de zoolang wij niet weten in hoeverre de politiek, in hoeverre de militaire deskundig- beid bij het geven van het verlangde tech nische antwoord heeft medegesproken, zijn wij nog even ver als tevoren. Gibson diende zelfs een motie in, daarop gericht, dat de voor bereidingscommissie aan haar militair-tech nische subcommissie geheel het ontworpen stel vragen zou terugzenden, met verzoek de zaak nog eens en dan uitsluitend van tech nisch standpunt te bezien. Dat was niet naar den zin noch van de Engelschen, noch van de Franschen. Deze laatsten willen, gelijk ook uit het optreden van Boncour gebleken is, dat spoed met de Ontwapeningsconferentie zal worden gemaakt, en zij zagen in Gibson's voorstel terecht vertraging. Hun verwonde ring nam nog toe, toen Cecil met het voorstel kwam om een klein uitvoerend comité van slechts zes leden te benoemen, dat toezicht zou houden op de werkzaamheden van alle subcommissies uit de voorbereidingscom missie en het werk van deze subcommissies zou co-ordineeren. Dat wordt een dictato- rium van de zes groote Mogendheden, merkte de Belgische afgevaardigde de Brouckère op, die tegenover dit denkbeeld afwijzend stond, gelijk later ook de Franschen afwijzend bleken te staan. Er is dan ook van beide voor stellen niets gekomen de Franschen hebben het met hun resolutie over de ontwapenings conferentie gewonnen, en men mag verwach ten, dat deze, ondanks den Engelschen te genstand. nu vrij spoedig zal samenkomen. Voor een onaangename, althans onver wachte opvatting zorgde ook de eerste, de Juridische commissie der Assemblée. I-Iier was aan de orde het vraagstuk hoever de be voegdheid van den Bond zich uitstrekt vraagstuk, waarbij de Fransch-Engelsche tegenstelling, die meermalen in deze verga dering is gebleken, zich duidelijk deed ge voelen. Te midden van deze debatten kwam een resolutie van de derde Commissie om trent de door de Locarno-verdragen verkre gen verhoogde veiligheid. Nu is net bekend, dat te Locarno ten gunste van Duitschland een uitlegging van art. 16 van het Grondver- drag is gegeven, die niet overeenstemt met aller inzichten. Art. 16 betreft de sancties op een beslissing van den Raad tegen een Staat, die het Grondverdrag overtreedt. De Fin- sche ppfessor Erich, vertegenwoordiger van een klein, land, dat gaarne de strengst moge lijke toepassing aan art. 16 ziet gegeven, acht te het nu niet juist, dat de Assemblée van den Volkenbond een resolutie zou aannemen, waarin de Locarnoverdragen in haar geheel met lof werden vermeld, en waardoor dus in mindere of meerdere mate de Assemblée haar goedkeuring zou hechten aan de te Locarno gegeven uitlegging van art. 16. Hoe te doen? Er ontstond in de eerste commissie, die zoo gezellig samengepakt in een der kleine zalen van het Volkenbondssecretariaat vergaderde, eenige opschudding. De Duitsche gedelegeer de Gaus, die de zwijgzaamheid in persoon is geweest, stond aanstonds op om te verklaren, dat Duitschland zich het voorrecht der ver kregen interpretatie niet kan laten ontnemen. Rolin, Fremageot, Mr. Limburg trachtten al len den ietwat starren Fin in een andere rich ting te brengen. De voorgestelde motie im mers noemt de verdragen van Locarno slechts als een der vele uit den laatsten tijd, die de rechtszekerheid en veiligheid hebben ver sterkt. Aanneming der motie beteekent dus geenszins, dat de Assemblée zich met de te Locarno aangenomen interpretatie van art. 16 vereenigt. Doch Prof. Erich liet zich niet overtuigen. De motie uitte sympathie voor Locarno in haar geheel en hij kon dat alleen onderschrijven, indien cle interpretatie van art. 16 uitdrukkelijk werd uitgeschakeld. Maar Scialoja, de scherpzinnige Italiaan, wist uitkomst. Hij wist zijn Finsch medelid te overtuigen, dat de redactie der motie zooda nig is, dat deze alleen op Locarno betrekking heeft voorzoover de daar gesloten verdragen een versterking inhouden van de arbitrage en de veiligheid. De woordenkeus was zoo danig, aldus Scialoja, dat de bijlagen der ver dragen van Locarno, betrekking hebbende op art. 16, niet eronder vielen. Erich, zelf een knap jurist, moest hem gelijk geven hij legde zijn tegenstand neer, en een terecht gevreesd onaangenaam debat in de Assem blée zelve was vermeden. De rede, waarmede Voorzitter Ninsjitsj de vergadering sloot, verdient geen uitvoerige vermelding. Zij herinnerde aan Duitsch land's toetreding als eep feit van inderdaad groote beteekenis in de geschiedenis van den Volkenbond. Zij vermeldde natuurlijk ook de j reorganisatie van den Raad, gelijk deze tot een goed einde is gebracht. Dat zij aan ver deren inhoud arm was, is niet de schuld van Ninsjitsj. Want nevens de beide genoemde problemen, tot welker afdoening zij was sa mengeroepen, vond deze Assemblée geen of bijna geen groot werk te doen. Zij is erin ge slaagd, naar wij althans hopen, de bijeenroe ping der economische en ontwapeningscon ferentie te vervroegen. Zij heeft, na langdurige debatten in de eerste Commissie, de resolutie, die op de bevoegdheid van den Volkenbond betrekking heeft, tot een volgend jaar aan gehouden. Immers, de Engelsche opvatting van Lord Robert Cecil en de Fransche van Prof. Barthelemy stonden zoo lijnrecht te- genover elkander en werden wederzijds zoo ironisch besproken, dat Benesj het oogen- blik dadelijk gekomen achtte om tusschen- beide te treden met een bemiddelend voor stel. De tweede Commissie der vergadering heeft den arbeid der verschillende organi saties van den Volkenbond versterkt en uit gebreid in het bijzonder is verkregen, dat eene derde Verkeersconferentie ter oplossing van verschillende problemen, die inmiddels accuut zijn geworden, is vastgesteld. De vijfde Commissie, waarin de Volkenbond zich bij kans uitsluitend op humanitair en sociaal ter rein beweegt, heeft haar gewone nauwkeu rige aandacht aan alle, daarbij voorkomende vraagstukken geschonken, terwijl de zesde Commissie, de zgn. politieke, haar aandacht eigenlijk tusschen de mandaten en de slaver nij verdeelde. Reeds een vorig jaar werd, ge lijk men zich zal herinneren, een ontwerp overeenkomst aangenomen, die op de bestrij ding der slavernij betrekking heeft en ook be palingen bevat betreffende den gedwongen arbeid. Maar de Assemblée zelve kreeg niet voldoende tijdig inzicht van die ontwerp overeenkomst, en kon haar daarom destijds niet meer afdoen. Vandaar, dat men die ont- werp-overeenkomst thans heeft hervat, ook wat de bepalingen betreffende den gedwongen arbeid aangaat, en vervolgens opnieuw aan de goedkeuring der Assemblée onderwierp, die zoodanige goedkeuring ditmaal verleende. Spoedig zullen de leden van den Volken bond zich dus ieder voor zich moeten uitspre ken over de vraag of zij al dan niet deze over eenkomst willen onderteekenen. Den laatsten dag hield het vraagstuk van mandatarissen, en mandaatslanden ook de Assemblée in pleno bezig. Men herinnert zich welke incidenten zich daarbij hebben voorgedaan. De Belgische gedelegeerde de Brouckère, die voorzitter van de zesde Com missie was, rapporteerde over de betreffende resolutie. Hoewel deze resolutie, die de Com missie dankt voor haar toewijding en ijver en aandringt op hartelijke samenwerking met de mandatarissen, niet zoover ging om ge lijk Nansen gewild heeft den tact der Commissie te erkennen, vulde de Brouckère dit gemis, door velen als een leemte gevoeld, aan met hartelijke woorden. Hij verklaarde, dat de Volkenbond zich nooit aan de belang stelling in het lot der mandaatgebieden kan en mag onttrekken hij deed ook uitkomen, dat de Mandatencommissie zeker nooit on tactvol is opgetreden. Hij herriep zelfs min of meer de verklaring, die Minister Vander- velde na Briand en Chamberlain in den Raad had afgelegd door te zeggen, dat de Belgische Regeering niet a priori het recht van de Man datencommissie uitschakelt om een onder zoek in te stellen met raadpleging van beide partijen, hetgeen een tegemoetkoming is in de richting van het verlangen der Mandaten- commissie om petitionarissen te mogen hoo- ren. Dat Nansen deze gelegenheid niet liet voorbijgaan om de Mandatencommissie nog eens van zijn waardeerende gevoelens te overtuigen, kan niet verwonderen. De Man datencommissie kan dus tevreden zijn haar positie is eer versterkt dan verzwakt. Maar aan den anderen kant is het zelfs voor dit voortreffelijk orgaan van den Volkenbond niet kwaad, dat het door de ervaring nog eens is gewezen op de moeilijke klippen, waarop zoo menig Volkenbondswerk kan stranden. Geleidelijkheid is in den Volkenbondsarbeid niet slechts een schoone, maar een voor alles noodzakelijke deugd. Wanneer men de resultaten, door deze zevende Assemblée bereikt, in oogenschouw neemt, wordt men getroffen door de afwe zigheid van eenig groot werk, uitgezonderd dan de verkregen toetreding van Duitschland. Daartegenover staat echter, dat deze Assem blée die is geworden van de Fransch-Duit- sche toenadering, ook in de praktijk. Wat zich om de Assemblée heeft afgespeeld, is wellicht belangrijker dan wat zich daarin heeft afgespeeld, maar daarbij moet niet nagelaten worden te bedenken, dat beide in mindere of meerdere mate onafscheidelijk zijn verbonden. Tegelijk echter met de Fransch-Duitsche toenadering kon men op merken een verscherpte Fransch-Erigelsche tegenstelling. Frankrijk en Engeland zijn meermalen, zoo op het punt van de veilig heid en de ontwapening, de twee groote par tijen in den Volkenbond geweest, die het scherpst tegenover elkander stonden. Dat Engeland zich, én uit Volkenbondsoogpunt én uit politiek niet geheel behagelijk gevoelt, nu Frankrijk en Duitschland, de vroegere vijanden, zoo groote toenadering toonen, is uit een zuiver politiek oogpunt te begrijpen. De Franschen namen vrijwel bij alle groote vraagstukken de leiding. Het was Briand en niet Chamberlain, die Duitschland in den Volkenbond verwelkomde. Het was Boncour, die tegen Cecil's critiek in, de resolutie be treffende zoo spoedig mogelijke bijeenroeping der Ontwapeningsconferentie doorzette. Het was Löucheur, die de noodzakelijkheid be pleitte, dat er voor de economische conferen tie spoedig maatregelen van definitieven aard zullen worden genomen. En het was tenslotte Barthelemy, die opnieuw tegen Cecil's ver- toogen in, de bevoegdheid van den Volken bond breeder wilde trekken dan de Engel schen op het oogenblik bereid zijn te doen. Barthelemy is een gewaardeerde kracht voor de Fransche delegatie om zijn scherpzin nigheid ook gewaardeerd in de Assemblée en de Commissiën. Maar het valt niet te ontken nen, dat zijn tjebatteeren gepaard gaat met een zekere scherpte, die, zoo zij niet ironisch bedoeld is, toch zeker dien indruk maakt. Het debat tusschen Barthelemy en Cecil over de bevoegdheidskwestie, hetgeen een zuiver technisch debat had kunnen zijn, nam dien tengevolge een zoodanigen scherpen vorm aan, dat juist daarin Benesj zich, onraad be speurende, gerechtigd achtte om in te grijpen en, nog voordat Cecil had kunnen antwoorden het voorstel deed om de verdere discussie tot een volgende Assemblée te verdagen, Komt tijd, komt raad, zoo zal ook hier zijn gedacht. Het zou onbillijk zijn, indien men deze zevende Assemblée zou willen verwijten, dat zij geen groot werk heeft verricht. De zesde Assemblée slaagde daarin evenmin, en zij kon nog niet eens op haar crediet stellen een toetreding van Duitschland en een reor ganisatie van den Raad, die, zoo zij ook al bijna niemand bevredigt, toch tengevolge heeft gehad, dat een dreigende crisis in den Volkenbond is afgewend. Bovendien, men be denke wel, dat de Volkenbond de jaren van min of meer sensationeele op- en afbouw voor bij is. Het komt er nu op aan den arbeid van den Volkenbond systematisch voort te zetten, eerder te verdiepen dan te verbreeden, eerder met grooter waarborgen te omgeven dan met nieuwe bevoegdheden te voorzien. Reeds is het terrein, waarop de Volkenbond zich be weegt, uitgestrekt en belangrijk laat den Volkenbond tijd om dit terrein te verkennen, te bearbeiden, voordat aan den Volkenbond opnieuw zoodanig terrein wordt toegewezen. Het beteekenisvolle van een Assemblée als deze Zevende is wellicht daarin gelegen, dat zij haar arbeid verrichtte met een automati sche zekerheid en gemakkelijkheid, die dui delijk doen zien, dat de Volkenbond en het door hem geschapen raderwerk voorgoed zijn ingeschakeld in de samenleving der volken. Naarmate het emotioneele van zoodanige bij eenkomst afgaatnaarmate de menschelijke mentaliteit aan zulk een vergadering wordt gewend, wordt iets van haar uiterlijke beko ring aan haar ontnomen ten bate van haar innerlijke beteekenis. Dat intusschen behoeft niet mede te brengen, dat een zekere slapheid, eene zekere onverschilligheid zelfs zich van de Assemblée meester maakte. Het was dit jaar niet te ontkennen, vermoedelijk, omdat men bijeenkwam onder het drukkend gevoel, dat de belangrijkste besluiten, die te nemen waren, reeds tevoren genomen waren buiten Genéve. Zelfs de Raad is aan dezen indruk niet ontkomen, want Benesj heeft, bij gebrek aan directe stof, den Raad voor of na het uit eengaan der Assemblée, niet meer samenge roepen. Tot dusver was het gewoonte, dat de Raad een paar dagen na de Assemblée nog eens samenkwam teneinde de eerst noodige schikkingen te treffen aangaande de uitvoe ring der genomen besluiten thans heeft men dit verzuimd en heeft dientengevolge Benesj de zitting van den Raad niet eens officieel gesloten. Het teekent min of meer de stemming, waarin men aan het einde der Assemblée te Genève verkeerde. Het teekent de haast, die men had om huiswaarts te keeren en de ge nomen besluiten onder het licht der nieuwe omstandigheden te bezien. Het teekent ook den invloed, in den regel negatief, die er van een persoonlijkheid als Ninsjitsj op den Voor zitterszetel kan uitgaan En die voor de As semblée, toch een der hoofdpunten van het jaarlijksch Volkenbondsleven, niet aanbeve lenswaardig is. Vrijdagavond 11 uur heeft men bij de hecrcn Visser, Nieuwe Gracht, Heerkens Thijssen, Plein en Bouman, Schouwtjeslaan een steen door de ruiten gegooid, gewik keld in een papier, waarop geschreven was „Geef den werkloozen behoorlijk onder stand Ook zij hebben recht op het leven. De politie stelt een onderzoek in. De steen, een groote baksteen, heeft ner gens noemenswaardige schade veroorzaakt en gelukkig ook niemand verwond. Bij den heer Visser had men zelfs het breken der ruit niet gehoord; daar ontdekte men hedenmorgen eerst, wat er gebeurd was. Vrijdagnacht heeft een spoedvergadering plaats gevonden van de afd. Haarlem van de Ned. Unie van Arbeiders in het Auto mobielbedrijf, waarin besproken is de ont stemming, welke thans onder de taxi chauffeurs heerscht. Hel bestuur wenschte over deze verga dering geen inlichtingen te geven, doch deelde mede, dat alle berichten, welke de laatste dagen in andere bladen vermeld zijn, uit de lucht gegrepen zijn. In deze berich ten was o. m. sprake van kans op staking. In de voormalige Villa van jonkheer van der Poll, welke later gebruikt is als Chris telijk Lyceum, wordt binnenkort de dienst der Werkeloosheidbestrijding gevestigd. Belangwekkend zijn de benedenvertrek ken met de mooie, deftige eiken lambri- zeeringen, die als staaltjes kunnen gelden van de Ijeste Oud-Hollandsche binnen kamer architectuur. De bewerker van deze paneelen, die blijkbaar een uitvoerige stu die heeft gemaakt van de deftige stijl, die zoo geliefd was bij de mannen der O. I. Compagnie, heeft hier een prachtig harmo nieus interieur weten te scheppen. Storend is o.i. de tegel in de schouw met een repro ductie van een schilderij van Mesdag, welke sterk uit de toon valt. Opvallend is het dat deze kapiprs 200 goed bewaard zijn gebleven, niettegen staande het gebouw reeds voor verschil lende doeleinden gebruikt is, waardoor men zou kunnen veronderstellen dat een en ander nogal geleden moest hebben, ook de parketvloeren zijn geheel in staat gebleven. Met veel liefde heeft de 'heer Vader, dir. van den dienst voor werkeloosheidsbe- strijding ervoor gezorgd, dat de kamers zooveel mogelijk in den ouden toestand zullen blijven. Thans is in druk verschenen het adres van de Kamer van Koophandel, gezonden aan den gemeenteraad, waarin gevraagd wordt, het havengeld te stellen op de basis van 4 cents per ton per reis, het tarief bij dcorvoer op 234 ccnt^ per reis en het brug geld op 15 cept en 's nachts 30 cent. Adhaesie aan dit adres is betuigd door den Ned. Prof. Chr. Schippersbond, de Beurtvaartvereeniging „Haarlem, en de Middenstandscentrale voor Haarlem en omliggende gemeenten. Gemeld wordt: Dezer dagen werd te IJmuiden de jaar- Hjksche vergadering van bovengenoemde vereeniging gehouden, welke zeer druk bezocht was. Een uitvoerige bespreking werd gehou den over de voorstellen van de Commissie inzake de reorganisatie van den Rijkswa- terstaatsdierist, waarbij bleek, dat de verga dering eenstemmig van gevoelen was. dat het in het belang van 's Rijks schatkist en een goede functionneerng van dezen tak van Rijksdienst moet worden geacht, dat aan de wei-overwogen voorstellen van de Commissie zoo spoedig mogelijk uitvoe ring worde gegeven. Door den Hoofdingenieur van der. Rijks waterstaat, J. A, Ringers werd een voor- dracht toegelicht met lichtbeelden, gehou den over de nieuwe sluiswerken te IJmui- den, waarna deze werken in oogenschouw werden genomen. Donderdag 14 October, des avonds om half 9, zal in Restaurant De Kroon" voor de leden van de Alliance Franga:se een lezing worden gehouden door den heer André Bel'esort, secretaris-generaal van de „Rue des Deux Mondes" te Parijs, die zal spreken over het Pausdom. De voortzetting van bovengenoemde con certen, waarvoor ieder seizoen weer groo ter belangstelling bestaat, is verzekerd. Bovendien hopen de artlsten Mia Pelten- burg en Hendrik Andriessen dit seizoen een uitvoering te geven aan een lang ge koesterd plan, namelijk de voordracht van het geheele „Spanisches Liederbuch" (nach gedichte van Heyse und Goibel) van Hugo Wolf. Voor dezen beiangwekkenden avond hebben zij zich de medewerking verzekerd van den tenor Louis van Tulder. Het 2e abonnementsconcert zal wederom een pia no-avond van Willem Andriessen zijn. De regelig en uitvoering, van deze plan nen moet eenige wijziging brengen >n de tot nu' toe gevolgde arrangementen. Zoo zal het concert waarop de beide heeren An driessen samenspelen ditmaal verValten ter wille van den Hugo Wollavond De gewone liederen-avond van Mia Peltenburg en Hen drik Andriessen zal het 3e concert der se- rie zijn. De volgorde is; Vrijdag 15 Oeiober a s. Hugo Wolf-avond, te geven door Mia Pel tenburg, Louis van Tulder en Hendrik An driessen. Vrijdag 14 Januari a.s. Piano-a'ond door Willem Andriessen. Maandag 14 Februari a.s. Liederen-avond door Mia Peltenburg en Hendrik Andries- sen. Hel programma van den eersten avond zal nader worden bekend gemankt. Het bestuur van het Teekencollege „Kunst Zij Ons Doel" meldt ons, dat voor bet a.s. winterseizoen de volgende tentoonstellingen voor de Kunstzaal op de Waag aan het Spaarne kunften worden aangekondigd Van 14 tot 24 October zullen exposeeren N. Bastert te Loenen aan de Vecht en A. L. Kester te Heemstede van 27 October tot 10 November Mevrouw W. Dijsselhof- Keuchenius en van 14 tot 28 November de schilder-etser A. J. van 't Hoff uit den Haag. Naar aanleiding van alles wat wij gisteren avond hebben vermeld betreffende de R. K. Vol ks-Universiteit heeft men ons vandaag meerdere malen opgebeld, om ons te vra gen, waar het programmaboek der R. K. V. U. te verkrijgen is. We deelen dan nog eens mede, dat het gratis te verkrijgen is bij de Firma Coe- bergh, Ged. Oude Gracht de Firma Leu- sen, Groote HoutstraatGebouw Sint Bavo, Smedestraat R. K. Leerzaal,Jansstraat Firma Tweehuijzen, Lieve Vrouwe Gracht en bij meerdere andere firma's. Toegangskaarten voor den openings avond der R. K. V. U. op aanstaanden Maan dag, zijn gratis, verkrijgbaar in „St. Bavo", Smedestraat, doch reserveeren is verplich tend. De Rechtbank te Middelburg heeft A. C. M., 45 jaar en Th M., 37 jaar resp. uit Haarlem en Breda, beiden recidivist, tegen wie op 24 September wegens verschillende rijwieldiefstallen 7 jaar gevangenisstraf was gevorderd, veroordeeld ieder tot 4 jaar gevangenisstraf Onze oud-stadgenoot, de adjunct- inspec teur der Directe Belastingen en Accijnzen, de heer H. W. M. Leising te Winterswijk is benoemd tot inspecteur bij dezelfde tak van dienst te Amsterdam. De heer P. A. Streelland, gediplomeerde van de afd. Electrotechniek der Middelbare Technische School te Haarlem is benoemd tot electrotechnicus bij de industriëcle ondernemingen der Handelsvereeniging „Amsterdam", op Sumatra. Het certificaat voor Machineschrijven vol lens Stolze-Wery's tienvingersysteem (blind- schrijven) is uitgereikt aan den heer D. C. v. Borselen alhier. Bij Kon. besluit is met ingang van 1 No vember a.s. de adjunct-inspecteur der directe belastingen invoerrechten en accijnzen, al hier, 2e aid., de heer C. v. Willigen, benoemd tot inspecteur dier middelen, 1ste afdeeling, de heer P. C. M. v. d. Drift, rite afdeeling benoemd tot inspecteur dier middelen, 2de afdeel'ng en is de heer P. J. Broekhoven be noemd tot adjunct-inspecteur dier middelen 1ste afdeeling, die werkzaam was bij de dir. bel. te Amsterdam. H. O. V.-LEDENCONCERT. Begrijpelijkerwijze was onze belangstelling voor dit eerste concert van het nieuwe ver- ecnigingsjaar grooter dan gewoonlijk, wijl er sinds de laatste maal, dat wij de H.O.V. hoorden veel tijcis was verlcopen. Het or kest heeft intusschen niet stil gezeten. Wij weten dit niet alleen uit de berichten die ons van tijd tot tijd geworden en waaruit wij op de hoogte blijven van het werken en streven van het orkest, n.aar wij konden het gisteren ook hooien. Men behoeft daartoe niet speci aal zich te zetten, om met muzikantenooren te luisteren, wat er in de bezetting van het ensemble is verbeterd van den doorsnee luisteraar is het evident, dat men in algemee- nen zin een groote schrede is voortgegaan de toets der klankgeving is verfijnd de ge voeligheid waarmee de intenties van den dirigent werden omgezet in klinkend leven, is neg subtieler pcv, den. Gelegenheid om deze bemerking te n.a„en had men bij voort during in Haydn's sy: iphonie. Is er niet een tijd geweest, dat men smaalde op uitvoeringen dezer werken voer orkest Men doelde dan op de „lichte taak" die de uitvoerenden hadden. Dit is nu wel anders geworden, en de zucht om alles wat muziek is, in het kleed te steken van de groote zware klankenmassa, heeft als onzinnige mode al spoedig plaats gemaakt voor efen juister begrip, dat deze toonstukken weergeeft volgens de bedoeling van den componist het klein orkest heeft weer zijn intrede gedaan een heel gelukkig verschijnsel. Hoe rein kwam in deze bezetting het beeld van Haydn's on volprezen muzie tot ons. Het slotdeel alleen reeds is een gang naar de concertzaal waard en het is goed gezien, de keuze voor een pro- gramdeel van het e. v. jeugdconcert te laten vallen op dit blijde lentefeest, dat Oxford- symphonie geheeten wordt. De verheugenis der bezetting van het klein ensemble mochten wij niet smaken eenige oogenblikken te voren, toen nJ. het eerste stuk, een ballet-suite van Rameau tot uit voering kwam. Voor de weergave van deze muziek, die in alles den clavecimbeltoon verraadt, is de meest doorzichtige orkest partituur niet fijn genoeg. De uitvoering kon mij niet bekoren, wijl mij de klankgeving te „schwerfallig" was. Mijn gevoelen, dat hierin een Duitscher de hand had, bleek bij nader informeeren juist te zijn: het was Felix Mottl, de dirigent van wereldreputatie, die deze hoogfijne Fransche kunst in een nieuw kleed had gestoken, dat haar zeer slecht paste. En hoewel dirigent en executanten zich beijverden om het petillante dezer mu ziek weer te geven, slaagde men daarin alleen daar, waar de bezetting, toevallig allicht, daartoe de gelegenheid bood. Ik gaf een lief ding, deze muziek nu ook eens te hooren in een bewerking van een Franschen orkestkenner. De taak van den dirigent zou er ook belangrijk door worden verlicht, De zoon van het hooge Noorden, Edward Grieg, lijdt in zijn liederen met orkest aller minst aan deze „verdikking des bloeds". Daar is alles vol van warm, snelvlietend leven. Daar voegde zich het frissche zingen van Mej. To van der Sluys uitstekend bij. Vooral haar „Letzter Frühling", waarmee zij het slot van Solveg's lied belangrijk verbeterde, was een heerlijk geurende bloem in den krans van dit lenteprogramma. Eveneens heeft mij de muziek bij „Peer Gynt" een zuiver genot verschaft en ik ben nieuwsgierig hoe bij Ibsens drama, dat ik nog niet bijwoonde, haar uitwerking zal zijn, vooral in verband met de bekrompen ruimte van den orkest bak en de daaruit noodwendig voortvloeiende onvolmaaktheid der akoestiek. G. J. K. Klasse A. 13 Oct. H. B. C.—D. E. S. 20 Vriendenkr ngD. V. S. 27 D. E. S.Vriendenkring. 3 Nov.- D. V. S.—H. B. C. 10 VriendenkringH. B. C. 17 D. V. S.—D. E. S. 24 D. E. S.—H. B. C. 1 Dec, D. V. S.Vriendenkring. 8 H. B. C.—D. V. S. 15 VriendenkringD. E. S. 22 H. B. C.Vriendenkring. 29 D. E. S.—D. V. S. 150 caramboles cadre. Klasse B. 14 Oct. D. E. S.—D. O. S. 18 OlympiaH. B. C. 21 D. O. S.Vriendenkring. 25 H. B. C.—D. E. S. 28 VriendenkringOlympia. 4 Nov. H. B. C.—D. O. S. 8 OlympiaD. E. S. 11 VriendenkringH. B. C. 15 D. O. S.Ölympia. 18 D. E. S.Vriendenkring. 2 Dec. H. B. C.Olympia. 9 D. O. S.—D. E. S. 13 OlympiaVriendenkring. 16 D. E. S.—H. B. C. 20 VriendenkringD. S. 23 H. B. C.Olympia. 125 caramboles libre. Klasse C. 15 Oct. VriendenkringOlympia. 18 D.. S.—D. E. S. 20 OlympiaExcelsior. 25 D. V. S.Vriendenkring. 27 ExcelsiorD. O. S. 1 .Nov. D. E. S.Olympia. 4 D. V. S.Excelsior. 4 VriendenkringD. O. S. 9 OlympiaD. V. S. 12 ExcelsiorD. E. S. 16 VriendenkringExcelsior. 18 D.. S.Olympia. 22 D. E. S.—D. V. S. 24 OlympiaVriendenkring. 25 D. V. S.—D. O. S. 29 VriendenkringD. E. S. 1 Dec. ExcelsiorOlympia. 8 D.O.S.Vriendenkring. 13 ExcelsiorD. V. S. 13 D. E. S.—D. O. S. 16 VriendenkringD. V. S. 20 OlympiaD. E. S. 100 caramboles libre. Klasse D, 20 Oct. OlympiaExcelsior. 22 D. O. S.D. E. S. 25 ExcelsiorD. O. S. 28 VriendenkringOlympia. 1 Nov. D. E. S.Olympia. 1 D. O. S.Vriendenkring. 8 OlympiaD. O. S. 11 VriendenkringExcelsior. 18 D. E. S.Vriendenkring. 22 ExcelsiorOlympia. 23 D. E. S.—D. S. 25 OlympiaVriendenkring. 2 Dec. D. O. S.Excelsior. 9 VriendenkringD. O. S. 13 OlympiaD. E. S. 20 .ExcelsiorD. E. S. 75 caramboles libre. Klasse E I. 22 Oct ,D. O. S.Vriendenkring. 26 D. E. S.Olympia. 3 Nov. VriendenkringD. E. S. 11 OlympiaD. O. S. 17 D. O. S— D. E. S. 22 VriendenkringOiyripia. 1 Dec. D. E. S.Vriendenkring. 10 VriendenkringD. O. S. 20 OlympiaD. E. S. iia.60 caramboles libre. Klasse E II. 25 Oct. VriendenkringOlympia. 5 Nov. OlympiaD. O. S. 19 D. O. S.Vriendenkring. 29 OlympiaVriendenkring. 8 Dec. VriendenkringD. O. S. 15 D. O. S.Ölympia. 60 caramboles libre. Hceit de verpleging te wenschen overgelaten? Nadere mededeelingen. Alles wat voorvalt in het gebied, waar onze lezerskring zich uitstrekt, heeft uit den aard der zaak de belangstelling van onze redactie. En zoo kan het niet anders of de betreurenswaardige mishandeling met doo delijken afloop van den Amsterdammer, die tijdens de kermis in een draaimolen het orgel gedraaid had. werd uitvoerig in onze kolommen vermeld. Uit het roerend relaas van de begrafenis van het slachtoffer bleek ook wel, dat de indruk in Noordwijkerhout groot was. Maar er bleef een pijnlijken in druk hangen omtrent de eerste hulp, die aan het slachtoffer zou zijn verleend na de mishandeling, eer. indruk, die uiting vond in een ingezonden stuk in ons blad waarin de politieautoriteiten verweten werd zulk een zwaar gewonde op een boerenwagen te hebben vervoerd naar het gemeentelijk ca chot, inplaats van naar het „St. Bavo- gesticht", waar hij allicht betere verpleging had kunnen vinden bii doelmatiger vervoer in overeenstemming met den emstigen toe stand van dén patiënt. In een naschrift wees onze redactie er al op, op gezag van ter gemeente-secretarie te Noordwijkerhout in gewonnen inlichtingen, dat de politie in de meening verkeerde, dat de man, die op den Kerkweg gevonden was, dronken was en pas later kwam zij tot de ontdekking dat hij zwaar verwond was. Maar in een later toe gezonden stuk hield een andere inzender staande, dat de politie wel wist, dat de man doodelijk gewond kon zijn, en deson danks den man op zulk een onoordeelkun dige wijze had laten vervoeren Dit is een zeer ernstige aanklacht '-en wij sielden er prijs op, wat meer licht op deze zaak te laten vallen, teneinde ofwel de blaam niet te onthouden aan hen, die ze verdiend hebben ofwel te trachten een le gende uit de wereld te helpen, die in Noordwijkerhout en omgeving dreigt post te vatten en jarenlang kan doorwerken. 97ij wilden de waarheid zoo nabij mogelijk trach ten te naderen en hebben daarom nieuwe inlichtingen ingewonnen, die ons veroorloven het volgende te melden. De man, die slachtoffer is geworden, had tijdens de kermis wat trachten te verdienen met het orgel te draaien in een draai molen. Den Zondagnacht van de kermis heeft hij in den draaimolen geslapen en hij gevoelde zich den volgenden Maandagmor gen niet lekker. Dit bekende hij aan een kennis van hem. die van Haarlem was ko men loopen en hem uiinoodigde naar de 3 October-feesten in Leiden te gaan, om te tiachten daar vat te verdienen. Ze gingen dan ook niet naar Leiden, maar belandden ten slotte in een café, waar, zoo werd on» medegedeeld, de man twee potjes bieff dronk en daarna, op uitnoodiging van een der aanwezigen, een borrel. Toen het op betalen aankwam, werd hij aangemaand zijn consumptie te betalen, zijnde twee potjes bier en een borrel. De man verzekerde, dat hij den borrel cadeau had gehad en kon trouwens niet meer betalen dan zijn potjes bier. Hierop ontstond een vechtpartij, die ten doel had den man het café uit te wer ken en toen hij op den drempel stond, moet hij, bij een afwerende beweging, een ruit hebben ingeslagen. Hij werd toen op het hoofd geslagen en twee of drie mannen giepen hem onder den arm om hem aan de politie over te leveren, op grond dat hij een ruit gebroken had en daarvoor betaling geëischt werd. Op weg naar het bureau ontmoette men een agent van politie, die verontwaardigd beval den man los te laten en hem te laten loopen. Dat gebeurde dan ock en ket slachtoffer verwijderde zich. Even ging hij nog aan in den draaimolen, dien men aan het afbreken was. ging daarna langs de Schippersloot en vandaar naar den Kerkweg. Op dien weg viel hij neer. De politie kreeg toen bericht dat er op den Kerkweg e enpian lag en wel de man, die uit het café gegooid was. Het is dus wel juist, dat de politie wist, dat de man een aframmeling had gehad. Maar men denke zich even in dat de agent, toen hij bericht kreeg dat de .man op den Kerkweg lag, on middellijk dacht aan het feit dat het slacht offer bier had gedronken en jenever en daar na het café was uitgegooid. Maar de mis handeling was toch in dien gedachtengang niet het voornaamste. Hij dacht, dat dron kenschap de oorzaak was, dat de man was neergevallen. Ons konW. die lezing aanneme lijk voor. Toen de agent op den Kerkweg kwam, vond hij den man, naar hij meende, slapende. Hij verzocht den landbouwer D. met een boerenwagen te komen om hem to vervoeren. Die wagen was niet .onzindelijk, naar men ons mededeeld-eN integendeel en op verzoek van de politie waren er eenige bossen stroo op gelegd. Laten wij nog op merken, dat de man geen uiterlijke verwon dingen had, waardoor de politie te eerder aan dronkenschap kon denken. Onderweg deed de politie echter nog voor alle zeker heid halt houden vóór het huis van dokter Romijn en deze constateerde, na onderzoek, dat de man niet sliep maar bewusteloos was. Daar ook hij echter geen uiterlijk let sel opmerkte, bleef het onzeker of dc be wusteloosheid haar oorzaak had in dronken schap of dat er een andere reden voor was. Op advies werd de patiënt toen verder voorzichtig naar het cachot vervoerd, waar de dokter een nader onderzoek zou instel len. Wat gebeurde en daar dé toestand niet beter werd, oordeelde dokter Romijn het nuttig een consult te houden met dokter de Wit, directeur-geneesheer van het St. Bavo- gcsticht. Beiden kwamen toen lot de slot som. denkende aan de plaats gehad hebben de mishandeling, dat er wellicht een bloed uitstorting in de hersenen had plaats gehad, en verboden verder vervoer van den patiënt. Dat is de reden, waarom deze niet in het St. Bavo-gesticht werd opgenomen, alhoe wel men hem daar gaarne zou hebben ver pleegd en er bii de politie of gemeente- autoriteiten geen enkel bezwaar tegen ge maakt zou zijn. Het slachtoffer bleef dus in het cachot. Om 6 uur ongeveer had de mis handeling plaats gehad, rond 8 uur was de getroffene in het cachot en den anderen! morgen half 8 is hij overleden. Bii het sec- iie-onderzock in het ziekenhuis in Leiden werd schedelbreuk geconstateerd, maar ook daar constateerde men uiterlijk geen afwij kingen. Zelfs niet toen het hoofdhaar was weggeschoren. Pas toen de? schedel was blootgelegd, kwamen de gevolgen van de mishandeling te voorschijn. Het is dus alles zins begrijpelijk dat de politie niet dadelijk heeft gezien, wat de man mankeerde. Wjj meenen naar ons beste weten, hier mede een juiste lezing van het geval te hebben gegeven. Achteraf moge men betreuren niet direct den ernst van den toestand te hebben in gezien, hoewel het absoluut niet zeker is dal dan het slachtoffer gered had kunnen worden van den dood, maar men zaj bij overweging der feiten moeten toegeven, dat er geen aanleiding was direct het ergsti te veronderstellen. Niemand schijnt dat dan ook gedaan te hebben, want in het café, waar de mishandeling had plaats gehad, is men er, naar ons werd medegedeeld, eem firoot deel van den avond prat op gegaan dat men der man. die n et betalen wilde, het café had uitgegooid. Ook ^daar dacht men er dus niet aan, dat men iemand half dood had geslagen en dit moge als verzach tende omstandigheid pleiten voor het overi gens natuurlijk af te keuren gedrag van hen. d e de mishandeling pleegden. Men moge dus betreuren, wat er gebeurd is, er is o. i. geen reden te veronderstellen, dat 't slacht offer de vereischte eerste hulp geweigerd is, althans niet met opzet. Ook niet dat de mishandelde op onwaardige wijze zou zijn behandeld. Over gens ontkende men tegen over ons nog, dat het cachot er beestachtig zou uitgezien hebben. Juist 8 dagen tevoren was het schoongemaakt en van schoon stroo voorzien. Ook acht men het uitgesloten, dat het kermen en reutelen van het slacht offer buiten het cachot door voorbijgangers hoorbaar was.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1926 | | pagina 9