a De vernietiging van ge meentelijke verordeningen. VERGADERING Voornaamste Nieuws erkeersenge vallen STILLEN OMGANG in het gebouw „St.Bavo" Smeöestr. Dinsdag 11 Januari, 1927# 50ste Jaargang No. 16452 Aangifte moei, op straffe van verlies van olie rechten, geschieden uiterlijk driemaal vier eik iwïnlig «uren na het ongeval Dit nummer bestaat uit 8 bladzijden - Eerste Blad GENOOTSCHAP HAARLEM. op Woensdag 12 Jan. 1927 's avonds 8]/4 uur AGENDA: 1. Opening. 2. Notulen en Jaarverslag van den Secretaris. 3. Jaarverslag v./d. Penningmeester. 4. Verkiezing 2 Bestuursleden wegens periodiek aftreden. 5. Bespreking Bedevaart. 6. Sluiting. HET AUTOBUSVERKEER IN DEN LANDE. PLAATSELIJK NIEUWS. HET CONFLICT IN DE VISSCHERIJ TE IJMUIDEN. Het ernstigste geschilpunt opgeheven. rnstig ongeluk- Verkiezingen Prov. Staten. Een Plaatselijke Vereeniging. Radio-Centrale in Hoofddorp. Versterking van den vischstaj|d. Het jubileum van het Mannenkoor „Caecilia". in dit nummer. 0TO J. J. WEBER 5: ZOON OPTICIENS - FABRIKANTEN Koningstraat 10 Haarlem. WEERBERICHT. A N iTchenk.» Nanki Lutcheou0 H 0 E \jh&Ta,P'n9 Tengart0 HOU OP c nan0 slank ctA -.t° »-w ouanq-tchl toukiang dtcheou Lëc ToSngting KiANi^ xw Hutcïïeou an tch Ou hou A Houtcheo NgankmgK, Tchftchéou HANKOU Hanatcheo fu-yang jr Ch^oH Poe&EE: KiANP Bovenstaand kaartje geeft een beeld van dat gedeelte van China dat in den laatsten tijd zooveel besproken wordt. De stad Hankau, waar speciaal de Britsche concessie zoo in moeilijkheden werd geb~icht, is op vergroote schaal weergegeven. De abonnementsprijs bedraagt voor Haarlem en Agentschappen: Per week 0.25 Per kwartaal3.25 rranco per post per kwartaal bij vooruitbetaling3.58 Bureaux: NASSAULAAN 49. telefoon No. 13866 (3 lijnen) Postrekening Ne. 5970. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Adverlentiën 35 cents per regel, /raag- en aanbod-advertentiën 1-4 egels 60 ct. per plaatsing: elke regel meer 15 ct.. bij vooruitbetaling Advertentiën tusschen den tekst als ingezonden mededeeling 60 ct. per regel. Bij contract helangrijke korting. Alle abonné's op dit blad zijn, ingevolge de verzekeringsvoorwaarden f3000. 13hBLevenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f bij een ongeval met f 9^0 verlies van een hand, ICR tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen uJliU. verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; «U* doodelijken afloopeen voet of een oog; I«tl# bij verlies van een f EJÏ bij 'n breuk van f 1(1 duim of wijsvinger- dU been of arm; U.' bij verlies v. een andere vinger De heer A. W. Michels, lid van Gedepu teerden van Noord-Holland, schrijft in „De Gemeente" een artikel onder den titel: „bedenkelijke hanteering van het vernieti gingsrecht", waarmee bedoeld is het onthou den van goedkeuring van plaatselijke veror deningen door Gedeputeerde Staten en in hoogste instantie door de Kroon. Aanleiding tct dit artikel is het volgende geval: De gemeenteraad van Hilversum besloot rerleden jaar een gemeente-ambtenaar on eervol ontslag te verleenen. De betrokkene of zijn vereeniging, het Nationaal Verbond voor Gemeente-Ambte naren, verzochten aan de Kroon vernieti ging van dit besluit, op grond van het feit, dat dit oneervol entslag (waardoor tevens alle pensioenaanspraken teloor gingen) een te zware straf voor de geconstateerde feiten was. De Minister van Binnenlandsche Zaken verzocht deswege na het noodige onderzoek aan den Raad, dat besluit tot oneervol ont slag nog eens opnieuw in overweging te ne men en zoo mogelijk het praed'icaat „oneer vol" te doen vervallen, doch de Raad hield voet bij stuk, meende dus, d'al deze amb tenaar een oneervol ontslag verdiende. Onlangs heeft de Kroon nu op voorstel van den Minister het vernietigingsrecht op dit Raadsbesluit toegepast en wel door d'e woorden „niet eervol" daaruit te vernieti gen wegens strijd met het algemeen belang, terwijl dus overigens het besluit intact bleef. Bij dit vernieligingsbesluit teekent nu de heer Michels het volgende aan: Wij zullen niet trejen in een beoordeeling van de houding der Hilversumsche raads- meerderheid. De beslissing, of en, zoo ja, op welke wijze een ambtenaar moet worden ontslagen, is aan geen ander dan aan haar. Het recht van de Kroon, neergelegd in, het eerste lid van art. 145 der Grondwet, en in de arlt. 153 e. v. der Gemeentewet nader geregeld, om besluiten van de gemeente besturen te vernietigen, zullen wij evenmin bespreken. En dat er in dit geval van dat recht is gebruik gemaakt, alweer, daar gaat het dit keer niet om. Het is zelfs best mo gelijk, dat de Hilversumsche Raad! te streng is geweest en het ingrijpen van de Kroon duS volkomen gewettigd. Maar waar We het wei over willen hebben en waar we dus wel tegen opkomen, dat is de onjuiste toepassing van dit vernietigings recht, door niet het geheele bestuit te ver nietigen (waarna de Raad verplicht zou zijn geweest opnieuw te besluiten), doch slechts een paar woorden. Dat is geen vernietigen meer, dat is amen- deeren, welk recht de Kroon mist, evenals elk anider lichaam. Iets dat' in het belang van de zelfstandigheid der plaatselijke b-e sturen, hopen wij, altijd zoo zal blijven. In ons Staatsbestuur is een trapsgewijze ondergeschiktheid te constateeren. Vele be- besluiten van gemeentebesturen vereischen goedkeuring van Gedeputeerde Staten, soms (bêlastingverordeningen) die van de Kroon. De besluiten van de Provinciën hebben bijna alle goedkeuring van de Kroon noodig. Onthouding van goedkeuring beleekent, dat zulk een besluit niet meer voor uitvoe ring vatbaar is. Een gemeentebegrooting, die niet wordt goedgekeurd, kan niet wérken. Maar meer dan goedkeuring onthouden kan men ook niet. Ged. Stalen, zoo luidit art. 210 der Gemeentewet, verleenen of onthouden hur. goedkeuring aan de begrooting in haar ge heel. Dat wil zeggen: zij kunnen er geen veranderingen in aanbrengen. Dat recht heeft alteen de Gemeenteraad zelf.. En zoo is het ook met andere besluiten, die goedkeuring behoeven. Feitelijk is de bevoegdheid der Eerste Kamer omtrent de door de Tweede Kamer aangenomen wetten precies dezelfde. Het recht van amendement mist de Eerste Kamer. Deze kan alleen aannemen of verwerpen, hetgeen de Tweede Kamer besloot. Van dezelfde structuur is nu, naar ik meen de bevoegdheid van de Kroon, om besluiten van lagere besturen te vernietigen. Eén blik op de desbetreffende artikelen in de Gemeentewei zegt dit reeds. Art. 159 draagt aan den Raad of B. en W. op, te zorgen, dat ingeval van vernietiging hunner verordeningen, in hetgeen de vernietigde bepalingen regelden, wordt voorzien. Indien dus het geheele ontslagbesluit was vernietigd, was het aan den Raad geweest, een nieuw besluit te nemen, met in achtne ming van de beslissing der Kroon. Maar het vernietigen van een paar woor den in een besluit, is niets anders dan het plaats nemen op den zetel van den Raad en tast de gemeentelijke autonomie in haar hartader aan. Wellicht heeft de Kroon zich beroepen op de woorden in art. 159 en 160 der Gemeen tewet, waarin van „gedeeltelijke schorsing of vernietiging" sprake is, of op art. 153, waarin wordt gesproken van vernietiging ven plaatselijke verordeningen, zoover z met de wetten of het algemeen belang strijden. Maar er mag vrijwel worden aangenomen, dat de wet met gedeeltelijke vernietiging heeft bedoeld de vernietiging van een of meer artikelen of onderdeden van een uit meerdere bepalingen bestaande verordenin gen niet dus de vernietiging van een paar woorden uit een enkelvoudig besluit.... Het vernietigingsrecht van de Kroon is een der attributen van het hoogste Rijks gezag; er is niets tegen de gelegenheid tot vernietiging te laten bestaan, mits deze bevoegdheid dan ook sober, maar vooral zuiver wettig, wordt toegepast. De tijd dat de Gemeenten, hetgeen zij te doen hadden, van boven af kregen voorgeschreven, is nu eenmaal voorbij. I Volgens den schrijver van dit artikel bz- Jtaat er dus gevaar, dat, ook al door de manier, waarop de Kroon den laatsten tijd hef vernietigingsrecht hanteert, de gemeen telijke zelfstandigheid in haar hartader getroffen wordt. Dit is geen geringe be dreiging! Van zooveel kanten wordt de ge meentelijke autonomie al bedreigd; wan neer nu nog de Kroon haar gaat treffen in haar hartader, dan zal er wel spoedig in het geheel niets meer van over zijn! Bestaat dit gevaar nu inderdaad? Wij ge- looven, dat onze geachte Gedeputeerde spoken ziet. Ten eerste is er de vraag, of inderdaad wel tegen den geest van de wet wordt gehandeld, wanneer een raadsbesluit ten deele vernietigd wordt. Art. 153 der Gemeentewet zegt: „De plaatselijke verorde ningen kunnen, zoover zij met de wetten of het algemeen be lang strijden, door ons worden ge schorst of vernietigd". De algemeen geldende meening is, dat hier onder „verordeningen" alle raadsbeschikkingen moeten worden be grepen, Welnu, wat is er dan tegen om de bevoegdheid der Kroon aan te nemen, om een deel van een raadsbesluit „zoover het met 't algemeen belang strijdt", te ver nietigen? Bovendien gaat het hier toch veel meer om een formeel dan om een materieel verschil van inzicht. Art. 154 der Gemeente, wel bepaalt, dat een vernieligingsbesluit van de Kroon met redenen omkleed in de Staatscourant wordt geplaatst. Is er nu een wezenlijk verschil tusschen wat de heer Michels wil en wat de Kroon doet? In het betreffende geval heeft de Kroon in een raadsbesluit vernietigd, dat deel, waartegen bezwaren waren ingebracht. Er is een ambtenaar oneervol ontslagen. Daartegen komt verzet. De Kroon beslist: het ontslag behoort tot uw bevoegdheid, daar raak ik niet aan. Maar, gij: hadt niet een „oneervol" ontslag mogen geven. Dus wordt het niet eervol ontslag ver nietigd. Is dit niet logisch? De Kroon had aldus kunnen doen: het raadsbesluit in zijn geheel vernietigen en dan in een motiveering kunnen meedeelen, dat de vernietiging was geschied van wege het „niet eervolle." De Raad had dan weer een nieuw besluit moeten nemen zonder 't woord niet eervol er in. Hel resultaat zou hetzelfde zijn ge bleven. Maar welke weg is de meest prac- tische? Waken voor de gemeentelijke zelfstandig heid is een prijzenswaardig iets. Maar men meet niet te pas en te onpas alarm slaan, op gevaar af, dat waarschuwingen ook geen effect meer hebben, wanneer er werkelijk reden voor is. VAN DEN Namens het Bestuur, JOH. ALBERS, Voorzitter. J. v. d. PIGGE, Secetaris, 42417 Groote Houtstraat 68. In één der eerste interviews mei den heer Heg verklaarde deze, dat het bedriji geen concurrentie met bestaande ondernemingen beoogde, doch slechts een nauwe samen werking met de spoorwegen. Dit werd nog eens in de Tweede Kamer herhaald. De feiten bewijzen thans- vrijwel het tegenge stelde. Het is zeer zeker een concurrentie strijd, bewijze de lijnen HoornEnkhuizen, UtrechtGorinchem. Op dit laatste traject rijdt 'een ondernemer reeds eenige jaren. De practijk bewees hem, dat hij per dag van Ulecht naar Gorinchem v.v. ongeveer 30 personen vervoerde, terwijl uit de overige tusschengelegen plaatsen en niet aan een spoorweg gelegen, ongeveer 100 per sonen worden vervoerd. Deze lijn is dus, aldus de betreffende ondernemer, een prachtige aanvoerlijn voor de spoorwegen. Concurrentie met de spoorwegen is dus denkbeeldig. De A. T. O, denkt er anders over, maakte bezwaren tegen deze concessie en vroeg zelf concessie aan. In een interview met den correspondent van het Handelsblad verklaarde de heer Heg voorts: „Doorgaans wordt door deze lichamen het verzoek tot de directie der A. T. O. ge richt o'm op een conferentie de plannen en den aard van het bedrijf uiteen te komen zetten. Is dit geschied, dap volgt meestal het verzoek om voor bepaalde, veelal in overleg met die autoriteiten vast te stellen trajecten, vergunningen aan te vragen. Deze gemeentebesturen, Kamers van Koophandel en Nijverheidsdepartementen doen hier dus feitelijk het werk wat Gedeputeerden be hoorden te doen, n.l. het eerst-in-groote- iijnen-vastleggen van hetgeen voor een zekere streek noodig is Bovendien worden door hen verschijnende faciliteiten verleend. Zoo bood de gemeente Gorkum b.v. vrijen overtocht voor de bussen op de geineente- pont aan, evenals de kosten van aanleg voor electrische geleiding naar de op te richten garagegebouwen, terwijl hiervoor ook afstand van terreinhuur werd gedaan. Er zijn echter ook gemeentebesturen, die •een zeer afwijzende houding tegenover de plannen der jonge onderneming aannemen. Deze geven blijk, aldus de heer Heg, het algemeen belang uit het oog te verliezen. Indien men het Spoorwegbedrijf in welken vorm dan ook tegenwerkt, dupeert men zichzelf en anderen, daar verhoogde belas tingen niet zullen uitblijven." Erkend dient te worden, dat de over heid zeer laat in deze kwestie van zich deed hooren, maar dit kan de A. T. O. haar zeker niet verwijten, daar zij in het andere geval in 't geheel geen kans meer gemaakt had om, laat ons zeggen, aanvoerlijnen voor de spoorwegen te projecteeren en exploi- teeren. Wat de medewerking van verschillende officiëele lichamen betreft, hierbij zij opge merkt, dat dezelfde faciliteiten, welke aan de A. T, O. aangeboden zijn, evengoed aan particuliere, goed geouitilleerde onderne mingen kunnen worden toegestaan. Het is niet al te verwonderlijk, dat er ook ge meenten zijn, die een zeer afwijzende houding aannemen tegenover de jonge onderneming. In deze gemeenten zullen uit stekende particuliere of gemeentelijke diensten rijden, die een onbekende nieuwe onderneming niet meer van noode hebben. Worden in dergelijke gemeenten toch concessies aangevraagd en verleend, dan kan men het genoegen beleven een onver- kwikkelijken strijd te moeten aanschouwen. Wij hoorden n.l. reeds in dit verband zeg gen, dat men eenvoudig de bussen van een niet-gewenschte onderriemi/ig zou verbie den, passagiers in- en uit te laten. Een vroolijk vooruitzicht dus! Tenslotte wordt de belastingbetaler er bij gesleept als dreigement Wij wezen in de voorgaande regelen reeds op deze ver keerde instelling. Wij willen hiermede niet zeggen dat de A. T. O. volmaakt overbodig is, integen deel, daar waar deze onderneming als aan vullend bedrijf van de spoorwegen, deze tot grooter bloei kan brengen, is zij meer dan welkom en is een intensieve exploitatie zeer gewenscht. De bestaande diensten te doen verdwijnen, zou echter niet geheel fair zijn en wij zeiden het reeds, groote kapitalen zouden op deze wijze verloren gaan. De wettelijke regeling van deze materie be oogde concentratie. Welnu deze wordt niet verkregen door het concessieverleenen, daar waar reeds tal van ondernemingen exploiteeren. Ingennieur W. J. Burgersdijk plaats,, in het Januari-nummer van de „Ingenieur het volgende artikel: „tiet alleen overgeblevene vervoermiddel, de bus, heeft andere plichten dan de bus van voorheen, welke slechts aanvullend vervoermiddel was. En tot die plichten be hoort in de eerste plaats, behoorlijk in de bestaande verkeersbe'noe.ten te voorzien. Daarvoor is het noodig zóóveel plaats ruimte aan te bieden, dat het publiek nor maal ten aanzien vah zijn vervoerwenschen niet wordt teleurgesteld. Om hieraan te voldoen is het, blijkens de bij stads- en intercommunale lijnen opgedane ervaring, noodzakelijk, een dergelijke overmaat van plaatsruimte aan te bieden, dat de gemid delde bezetting der vervoermiddelen niet hooger dan 25 pCl. is. Deze gebiedende verkeerseisch nu piaaist de bus als aanvullend vervoermid del van tram of trein in geheel andere omstandigheden dan de bus als uitsluitend vervoermiddel. In het eerste geval behoeft zij het noodige overschot aan plaatsruimte niet aan te bieden. Daarvoor zorgt het andere vervoermiddel. Het gemiddelde be zettingspercentage kan dus bij de bus hoog zijn. Dat dit ook in den regel hooger dan wenschelijk is, bewijst het groot aantal malen, dat reizigers geen plaatsruimte vinden en zich tot het andere vervoermiddel moeten wenden of zullen hebben te wachten tot de volgende busgelegenheid. Valt de tram echter weg en daardoor ook het aan geboden overschot aan plaatsruimte, kan de teleurgestelde reiziger derhalve daarop niet terugvallen, dan zal een behoorlijke vervul ling der verkeersbehoeften de bus dwingen aan het publiek die plaatsruimte aan te bieden, welke blijkens de practijk thans en in de toekomst noodig zal zijn. En hier demonstreert zich nu het essentieele ver schil tusschen een railvervoermiddel en de Jvus wel zeer ten nadeele van de bus. De exploitatiekosten v:Af een tram wijzi gen zich niet of slechts uiterst gering bij het aanbieden van meer plaatsruimte. Het medenamen van 1 of 2 rijtuigen verhoogt deze kosten niet noemenswaard. Bij de* bus daarentegen stijgen de exploitatiekosten nagenoeg in gelijke rede, met het aantal bussen dat in dienst wordt gesteld. Het aanbieden van meer plaatsruimte kost der halve het railvervoermiddel geen exira uitgaven, voor de bus brengt zij een even redige stijging der kosten mede. Indien nu een busonderneming de plichten van het uitsluitend verkeersmiddel op zich neemt, en derhalve zooveel plaatsruimte aanbiedt, dat de gemiddelde bezetting slechts 25 pCt. bedraagt, dan laat zich, indien de bus- exploitatiekosten bekend zijn, het nood zakelijke tarief eenvoudig berekenen. Hoe hoog die exploitatiekosten, na invoe ring van de wegenbelasting en na vaststel ling der voorwaarden waaronder de conces sies verleend zullen worden, zullen bedra gen, is thans nog niet met zekerheid te zeggen. Een raming van 20 cent voor een bus van 20 a 24 personen zal m.i. echter zeker niet te hoog blijken te zijn. Deze exploitatiekosten van 20 cent per K.M. zul len derhalve door 5 a 6 reizigers moeten worden opgebracht, hetgeen derhalve een gemiddeld tarief noodzakelijk maakt van 3.6 cent. Bij de veelvuldig bestaande ver schillen in kilometertarief van de enkele, retour- en abonnementsreizen zal het bus tarief kunnen worden aangenomen op; voor enkele reis p, K.M. 4.1 cent. voor retours 3.4 cent. voor abonnementen 2.0 cent. Vergelijkt men hiermede de tarieven, zoo als deze op de electrische interlocale lijnen der N.Z.H. voorkomen: voor enkele reis p. K.M. gem. 2.6 cent. voor retours 2.2 cent- voor abonnementen 1.0 cent. dan blijkt hieruit tot welke, voor het publiek en voor de ontwikkeling der streek onaan gename consequenties, het vervangen van het railvervoermiddel door de bus zal lei den. Uit het bovenstaande kan blijken, dat alleen een busexploitatie lagere kilometer tarieven kan aanbieden, indien zij met een hooger gemiddeld bezettingspercentage mag rekening houden. Om tot de normale tram tarieven te kunnen dalen zal dit percentage ongeveer 45 moeten worden. Een dergelijk percentage kan uitsluitend worden toegelaten, zoolang naast dc- bus een railvervoermiddel bestaat, dat voor het gemiddelde surplus aan plaatsruimte zorg draagt; het kan. zeker niet worden toege laten voor het vervoermiddel, dat uitslui tend in het verkeer zal hebben te voorzien." In hoeverre dit juist is, beoordeele de lezer zelf. Wij voor ons vragen ons af of bij verdwijning van de trams niet een dergelijk groot aantal bussen kunnen rijden, dat plaatsgebrek uitgesloten is. Indien dit mogelijk was, zou er natuurlijk een gewel dig verkeer ontstaan, dat speciale maat regelen noodzakelijk maakt. Zoover zijn wij echter nog lang niet. Inderdaad is er alles voor te zeggen, dat op trajecten waar trams oi treinen een „goede en „voldoende" ver binding geven, de bus slechts als aanvullend vervoermiddel toegelaten mag worden. Het gaat echter maar om de waardeering van de woorden „goede" en „voldoende." „Wij kunnen niet beoordeelen in hoe verre de cijfers omtrent de tarieven juist zijn. Zijn zij juist, dan kan zonder twijfel ge sproken worden van „onaangename conse quenties." Wij herinneren ons echter ook nog de tarieven van de tramwegmaatschap pijen vóór den tijd van busconcurrentie. Zij waren niet malsch en zou de tram alleen recht verkrijgen, dan is de vrees gewettigd of hieruit niet dezelfde consequenties getrokken worden als voor het alleenrecht verleenen aan bussen, 't zij door niet vol te houden concurrentie, 't zij op andere wijze. In de Maandag te IJmuiden gehouden con ferentie tusschen de feeders en de IJmuider federatie zijn niet onbelangrijke vorderin gen gemaakt in de richting van een coll. arbeidsovereenkomst van wellicht twee jaar. Het meest ernstige geschilpunt tusschen beide partijen n.l. het beheer van het fonds voor sociale voorzieningen, is uit den weg geruimd. Door de reeders werd de opzet van de Federate aanvaard, indien ten minste over de andere geschilpunten overeenstem ming wordt bereikt. Het fonds zal geheel in beheer komen bij de vakorganisaties. Er bestaat echter nog een ernstig verschil van meening over het bedrag dat per man en per maand in dit fonds zal moeten wor den gestort. De federatie houdt vast aan een bedrag van J 5.Ook het door de Fede ratie voorgestelde systeem van spaarboek jes heeft aan de andere zijde geen instem ming kunnen vinden, men voelt daar meer voor een administratiebureau. Hoewel er dus nog belangrijke meenings- verscbillen bestaan, is de kans op een staking do".' bedoelde conferentie belangrijk verminde De arbeider B„ te Nieuw-Vennep, bad op een zolder het ongeluk uit te glijden en door het zolderluik heen op den grond te vallen. Ernstig gekneusd werd de man opge nomen en onder geneeskundige behandeling gesteld. Zondag is in den Slatenkieskring Leiden de stemming gehouden voor no. 1 op de definitieve lijst der Prov. Staten-verkiezin- gen voor Zuid-Holland. In de verschilende gemeenten is de uit slag als volgt: Hillegom: uitgebracht 190 stemmen, ver deeld als volgt: Balvers 184, Bader 3, v. d. Laan 1, Loerakker 2. Leiden: uitgebracht 88 stemmen, verdeeld als volgt: Balvers 70, Bader 1, mr. Bolsius 13, Paardekooper 1, De Ruyter 2, Stad houder 1. Lisse: uitgebracht 135 stemmen, waarvan Balvers 90 Bader 3, mr, Bolsius 5, Haase 17, v. d. Laan 1, Loerakker 17, Paarde kooper 1, de Ruyter 1. Noordwijk: uitgebracht 356 stemmen, ver deeld als volgt: Balvers 285, Bader 18, mr. Bolsius 1, Loerakker 12, De Ruyter 40. Noordwijkerhout: uitgebracht 158 stem men, verdeeld als volgt: Balvers 117. Bader 12, mr. Bolsius 7, Loerakker 5, De Ruyter 16, Stadhouder 1. Oegstgeesl: uitgebracht 162 stemmen, verdeeld als volgt: Balvers 146, Bader 4, mr. Bolsius 6, Loerakker 3, Paardekooper 3. Te Zwanenburg, (gemeente Haarlemmer meer) nabij Halfweg is 18 December j.l. op gericht dc Vereeniging „Plaatselijk Belang Zwanenburg". Het doel is in het algemeen het bqhartigen van de belangen der in woners. Door de steeds toenemende uit breiding te Zwanenburg behoeven vele toe standen dringend verbetering. Op redelijke en vriendschappelijke wijze zal getracht worden het doel te bereiken. Het bestuur is samengesteld als volgt: B. F. Brizée, voorzitter. S. Stolp Vice- voorzitter; H. A J. Franken, secretaris, Kerkhoflaan 82; J. Schut, 2e secretaris; C. Redeker, penningmeester, Wilgenlaan 41; L. Mesker, 2e penningmeester en J. J. Steenhuis, commissaris. Men schrijft ons uit Hoofddorp: De radio heeft vooral op het platteland een geweldigen ommekeer teweeggebracht. Door haar zijn alle afstanden vervallen in ruimte en stand. Het meest afgelegen boer derijtje en het .meest eenzame polderland, kan meeleven met hetgeen er gebeurt in de groote wereldcentra, wanneer men er een paar honderd gulden voor over heeft om een goed functionneerend radio-toestel aan te schaffen. Geen wonder dat in De Meer" verschil lende boerderijen naast hun fort-auto ook hun antenne hebben. Wat een weelde, nu men 's avonds niet meer groote en dure reizen behoeft te maken naar de omlig gende steden e"n toch genieten kan van mooie concerten en redevoeringen van allerlei aard. Jammer dat de kosten nog te hoog zijn om elk huisgezin in de gelegenheid te stellen, z'n woning bij de radiowereld aan te sluiten. Een toestel kost al gauw 100 a 150 en een goede luidspreker 50 a 60. Begrijpeli k dat men hier en daar waar een flinke bebouwde kom is op d° idee is gekomen een radio-centrale te maken; zoo zijn er al centrales gemaakt in Zaandam en Hoorn: zijn er al plannen in Bussum, Hillegom, Lisse en Sassenheim. Naar men ons mededeelt moet een der installateurs in Hoofddorp voornemens zijn bij den Raad concessie aan te vragen voor de stichting van zoo n radio-centrale aldaar. De bedoeling is iedereen, ook de bewoner van het kleinste huisje in de gelegenheid te stellen zich te iaten aansluiten tegen betaling van een kleine som in eens en een geregelde contributie van een paar gulden per maand. Een waarschuwing voor de hengelaars. Nu aan het besluit van het bestuur van den Haarlcmmermeerpol 'er om ter verster king van den vischstand op verschmier e plaatsen in de wateren van dezen polder teeltvisch uit te zetten, reeds voor een groot gedeelte uitvoering is gegeven, zal ten einde een belemmering in de voorttee- ling van deze vischsoorten te voorkomen door de politie streng worden toegezien op de naleving van het verbod tot het vangen van ondermaatsche visch. Zondag was het dertig jaar- geleden, dat net bekende mannenkoor „Caecilia" werd opgericht. De vereeniging heeft dit feit, op grootsche wijze herdacht, door het geven van een tweetal schitterende concerten. Ter gelegenheid van het dertigjarig, bestaan werd gisterenmiddag om 2 uur door het bestuur receptie gehouden in het Concertgebouw. Deze was zeer druk bezocht. De heer en mevrouw Maarschalk, N. Levenkamp, jhr. O. van Lcnnep. H. M. van Bem-meieo, P. van 0oy en Jos. de Klerk, woonden de receptie bij. Het bestuur had op het podium te midden van palmen en groen plaats genomen. De heer B. A. Koper sprak een welkomst woord en uitte zijn voldoening over het feit, dat de burgemeester het eere-voorzitter- schap had aanvaard. De burgémeester huldigde in hartelijke woorden de vereeniging en wenschte haar veel voorspoed toe, waarvoor de aanwezi gen hem en zijn echtgenoote een ovatie brachten. De voorzitter gaf vervolgens een ge schiedkundig overzicht der vereeniging, welk overzicht wij reeds geruimen lijd geleden publiceerden, In 1910 vond een fusie plaats met hei mannenkoor „Crescendo." Begin 1914 moes ten de repetities Worden gestaakt, doordat de uitgaven de inkomsten overtroffen. 14 Juli 1920 werd besloten, opnieuw den ardeid te beginnen en Nico Hoogerwerf werd toi directeur benoemd. Volgens het jaarverslag van 17 December 1925 telde het koor 125 werkende leden, 64 kunstlievende leden en 26 eere-leden. Na deze uiteenzetting werd de eerewijn rondgediend. Tijdens de openingsrede waren de heer en mevrouw Levenkamp en de heer P. v. Ooij binnengekomen. Na spontane toejuichingen namen zij aan de bestuurstafel plaats. Bij de huldiging werd het eerst het woord gevoerd door den beschermheer der vereeni ging, den heer N. Levenkamp. Deze sprak woorden van gelukwensch, roemde den ijver de toewijding der leden en de nauwgezet heid en het talent van den directeur, en prees de aangename omgang met bestuur, directeur en leden. Verder werd nog het woord gevoerd door de heeren P. van Ooy, G. Watzema (Van Ooy-fonds); J. A. Hoeben (namens de le den) H. Ulsamen (Bond van zangvereenigin- gen Gem. Koor Polyhymnia); J. Hemmeldes (Wormerveers's Mannenkoor); G. Paradijs (Inter Nos te Schoten); D. C. van Beek (Or pheus te Alkmaar); H. Slinger (Haari. Klein A Kapelia-Koor)R. M. v. d. Hart (Haar!. Zanggenot); J. H. Steenkist (Kwarü t Euter pe te Schoten); P. en B. Souvereijn (Kwartet Aurora); die allen in hartelijke bewoordin gen de vereeniging. bestuur en directeur hun hulde brachten. Alle sprekers overhandigden het bestuur fiaaie bloemenmanden. Vervolgens deelde de voorzitter mede, dat door den heer J. A. Dal de vereeniging een oorkonde was geschonken. O.m. waren schriftelijke gelukwenschen ingekomen van ihr. A. Bas Backer, burge meester van Bloemendaaii; mevr. Beritha Frensel WegenerKoopman, Amsterdam; Kon. Mannenkoor Kunst na Arbeid, Amster- dam,, directeur W. F. Kools; IJmuiden's Einde van het verzet op West-Sumatra? Krachtig gewapend optreden. Poging tot moord op den ass. demang van Pan Lima; nog 5 oproerlingen neergelegd en arrestaties. Een telegram van het partijbestuur der S.D.A.P. aan den gouverneur-generaal. Een zoutlaag ter dikte van ruim 300 meter aangeboord bij Groenlo. Een slachtoffer van het Ned.Belgisc. verdrag. Uitzending van politie-personeel nai Indië. Prof. August Allebé, oud-hoogleeraar aai de Rijks-Academie van Beeldende Kunsten te Amsterdam overleden. Gewezen politie-agenten te Rotterdam op het dievenpad. De uitslag der "Senaatsverkiezinger l Frankrijk. In Chili dreigt een algemeene staking. Dr. Curtius is door President Hinden burg belast met de vorming eener regeering. In Mexico zijn zes Katholieke bisschop pen gearresteerd. Barometerstand 9 uur v.m.: 774. Stilstand, Licht op. De lantaarns moeten morgen worden opgestoken om 4.38, Medegedeeld door het Ned. Kon. Meteoroi. Instituut te De Bildt. Naar waarnemingen in den morgen van 11 Januari 1927. Hoogste Barometerstand 770.0 m.M. te Rennes. Laagste Barometerstand 741.4 m.M. te Sedisfjors. Verwachting in den avond van 11 tot den avond van 12 Januari 1927: Z. W. wind. betrokken tot zwaar be wolkt, waarschijnlijk regenbuien, aanvan kelijk iets zachter. Mannenkoor; Liedertafel Zang en Vriend schap, Amsterdam, dir. Karei Böhne; van den heer Henri Berghuis, eerelid van Cae cilia, Haarlem, door omstandigheden ver hinderd zelf te komen om gelukwensch aan te bieden; mr. P. Tideman. Bloemendaal. lid van het eere-comité; Scholen's Chr. Ge mengd Kcor, te Schoten; Bestuur Bond van Koordirigenten, voorz. de heer Piet Ver sloot; WiKem Hespe's A Capella Koor, Am sterdam; Henri Pielage, ord-dirccteur en lid an verdienste; A. C. Strumphler, lid van het eere-comité; Chr. Oratcriumvereeniging Haarlem; Joh. Belterman, Beverwijk, eerelid van Caecilia: Kon. Liedertaiei Zang en Vriendschap. Haarlem; Amsterdamsch Man nenkoor Harmonie, dir. Karei Böhne; Yox Humana te Santpoort; Jazz-Band Furmy Fellows, Haarlem en J. A. Baars, lid v an het eere-comitc, een bloemenhulde. Hierop nam de heer Nico Hoogerwerff, di recteur van Caecila, het woord. Spr. bracht in het bijzonder huilde aan mevroum Leven kamp, voor alles wat zij in het belang van de vereeniging had gedaan. Ten slotte brachten de heeren B. de Tello Jr., J. A. Hocben en H. Versteynen, hulde aan den voorzitter, den heer Koper. Slaande bracht men den heer Koper een ovatie, waaraan bijna geen einde kwam. Te ruim 7 uur was dc huldiging geëindigd. Auto te water. Op den Amsteldijk reed een auto bij het keeren achteruit in den Amstel. De bestuur der sprong er uit. doch geraakte mede te water, doordat hij achterover viel. Hij werd echter spoedig op het droge gebracht; met den auto. waarin zich niemand bevond, ge schiedde dit later. Kilometers erminus

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1927 | | pagina 1