a De vernietiging van ge
meentelijke verordeningen.
VERGADERING
Voornaamste Nieuws
erkeersenge vallen
STILLEN OMGANG
in het gebouw „St.Bavo" Smeöestr.
Dinsdag 11 Januari, 1927#
50ste Jaargang No. 16452
Aangifte moei, op straffe van verlies van olie rechten, geschieden uiterlijk driemaal vier eik iwïnlig «uren na het ongeval
Dit nummer bestaat uit 8 bladzijden - Eerste Blad
GENOOTSCHAP
HAARLEM.
op Woensdag 12 Jan. 1927
's avonds 8]/4 uur
AGENDA:
1. Opening.
2. Notulen en Jaarverslag van den
Secretaris.
3. Jaarverslag v./d. Penningmeester.
4. Verkiezing 2 Bestuursleden wegens
periodiek aftreden.
5. Bespreking Bedevaart.
6. Sluiting.
HET AUTOBUSVERKEER
IN DEN LANDE.
PLAATSELIJK NIEUWS.
HET CONFLICT
IN DE VISSCHERIJ
TE IJMUIDEN.
Het ernstigste geschilpunt
opgeheven.
rnstig ongeluk-
Verkiezingen Prov. Staten.
Een Plaatselijke Vereeniging.
Radio-Centrale in Hoofddorp.
Versterking van den vischstaj|d.
Het jubileum van het
Mannenkoor „Caecilia".
in dit nummer.
0TO
J. J. WEBER 5: ZOON
OPTICIENS - FABRIKANTEN
Koningstraat 10
Haarlem.
WEERBERICHT.
A N iTchenk.»
Nanki
Lutcheou0
H 0 E \jh&Ta,P'n9
Tengart0
HOU OP c nan0
slank ctA -.t°
»-w
ouanq-tchl
toukiang
dtcheou
Lëc
ToSngting KiANi^ xw Hutcïïeou
an tch
Ou hou
A Houtcheo
NgankmgK, Tchftchéou
HANKOU
Hanatcheo
fu-yang jr Ch^oH
Poe&EE:
KiANP
Bovenstaand kaartje geeft een beeld van dat gedeelte van China dat in den laatsten tijd zooveel besproken
wordt. De stad Hankau, waar speciaal de Britsche concessie zoo in moeilijkheden werd geb~icht, is op
vergroote schaal weergegeven.
De abonnementsprijs bedraagt voor
Haarlem en Agentschappen:
Per week 0.25
Per kwartaal3.25
rranco per post per kwartaal bij
vooruitbetaling3.58
Bureaux: NASSAULAAN 49.
telefoon No. 13866 (3 lijnen)
Postrekening Ne. 5970.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
Adverlentiën 35 cents per regel,
/raag- en aanbod-advertentiën 1-4
egels 60 ct. per plaatsing: elke
regel meer 15 ct.. bij vooruitbetaling
Advertentiën tusschen den tekst
als ingezonden mededeeling 60 ct.
per regel.
Bij contract helangrijke korting.
Alle abonné's op dit blad zijn, ingevolge de verzekeringsvoorwaarden f3000.
13hBLevenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f bij een ongeval met f 9^0 verlies van een hand, ICR
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen uJliU. verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; «U* doodelijken afloopeen voet of een oog; I«tl#
bij verlies van een f EJÏ bij 'n breuk van f 1(1
duim of wijsvinger- dU been of arm; U.'
bij verlies v. een
andere vinger
De heer A. W. Michels, lid van Gedepu
teerden van Noord-Holland, schrijft in „De
Gemeente" een artikel onder den titel:
„bedenkelijke hanteering van het vernieti
gingsrecht", waarmee bedoeld is het onthou
den van goedkeuring van plaatselijke veror
deningen door Gedeputeerde Staten en in
hoogste instantie door de Kroon.
Aanleiding tct dit artikel is het volgende
geval:
De gemeenteraad van Hilversum besloot
rerleden jaar een gemeente-ambtenaar on
eervol ontslag te verleenen.
De betrokkene of zijn vereeniging, het
Nationaal Verbond voor Gemeente-Ambte
naren, verzochten aan de Kroon vernieti
ging van dit besluit, op grond van het feit,
dat dit oneervol entslag (waardoor tevens
alle pensioenaanspraken teloor gingen) een
te zware straf voor de geconstateerde feiten
was. De Minister van Binnenlandsche Zaken
verzocht deswege na het noodige onderzoek
aan den Raad, dat besluit tot oneervol ont
slag nog eens opnieuw in overweging te ne
men en zoo mogelijk het praed'icaat „oneer
vol" te doen vervallen, doch de Raad hield
voet bij stuk, meende dus, d'al deze amb
tenaar een oneervol ontslag verdiende.
Onlangs heeft de Kroon nu op voorstel
van den Minister het vernietigingsrecht op
dit Raadsbesluit toegepast en wel door d'e
woorden „niet eervol" daaruit te vernieti
gen wegens strijd met het algemeen belang,
terwijl dus overigens het besluit intact bleef.
Bij dit vernieligingsbesluit teekent nu de
heer Michels het volgende aan:
Wij zullen niet trejen in een beoordeeling
van de houding der Hilversumsche raads-
meerderheid. De beslissing, of en, zoo ja, op
welke wijze een ambtenaar moet worden
ontslagen, is aan geen ander dan aan haar.
Het recht van de Kroon, neergelegd in, het
eerste lid van art. 145 der Grondwet, en in
de arlt. 153 e. v. der Gemeentewet nader
geregeld, om besluiten van de gemeente
besturen te vernietigen, zullen wij evenmin
bespreken. En dat er in dit geval van dat
recht is gebruik gemaakt, alweer, daar gaat
het dit keer niet om. Het is zelfs best mo
gelijk, dat de Hilversumsche Raad! te streng
is geweest en het ingrijpen van de Kroon
duS volkomen gewettigd.
Maar waar We het wei over willen hebben
en waar we dus wel tegen opkomen, dat is
de onjuiste toepassing van dit vernietigings
recht, door niet het geheele bestuit te ver
nietigen (waarna de Raad verplicht zou zijn
geweest opnieuw te besluiten), doch slechts
een paar woorden.
Dat is geen vernietigen meer, dat is amen-
deeren, welk recht de Kroon mist, evenals
elk anider lichaam. Iets dat' in het belang
van de zelfstandigheid der plaatselijke b-e
sturen, hopen wij, altijd zoo zal blijven.
In ons Staatsbestuur is een trapsgewijze
ondergeschiktheid te constateeren. Vele be-
besluiten van gemeentebesturen vereischen
goedkeuring van Gedeputeerde Staten, soms
(bêlastingverordeningen) die van de Kroon.
De besluiten van de Provinciën hebben bijna
alle goedkeuring van de Kroon noodig.
Onthouding van goedkeuring beleekent,
dat zulk een besluit niet meer voor uitvoe
ring vatbaar is.
Een gemeentebegrooting, die niet wordt
goedgekeurd, kan niet wérken. Maar
meer dan goedkeuring onthouden kan men
ook niet. Ged. Stalen, zoo luidit art. 210 der
Gemeentewet, verleenen of onthouden hur.
goedkeuring aan de begrooting in haar ge
heel. Dat wil zeggen: zij kunnen er geen
veranderingen in aanbrengen. Dat recht heeft
alteen de Gemeenteraad zelf..
En zoo is het ook met andere besluiten,
die goedkeuring behoeven.
Feitelijk is de bevoegdheid der Eerste
Kamer omtrent de door de Tweede Kamer
aangenomen wetten precies dezelfde.
Het recht van amendement mist de
Eerste Kamer. Deze kan alleen aannemen
of verwerpen, hetgeen de Tweede Kamer
besloot.
Van dezelfde structuur is nu, naar ik meen
de bevoegdheid van de Kroon, om besluiten
van lagere besturen te vernietigen. Eén
blik op de desbetreffende artikelen in de
Gemeentewei zegt dit reeds. Art. 159
draagt aan den Raad of B. en W. op, te
zorgen, dat ingeval van vernietiging hunner
verordeningen, in hetgeen de vernietigde
bepalingen regelden, wordt voorzien.
Indien dus het geheele ontslagbesluit was
vernietigd, was het aan den Raad geweest,
een nieuw besluit te nemen, met in achtne
ming van de beslissing der Kroon.
Maar het vernietigen van een paar woor
den in een besluit, is niets anders dan het
plaats nemen op den zetel van den Raad en
tast de gemeentelijke autonomie in haar
hartader aan.
Wellicht heeft de Kroon zich beroepen op
de woorden in art. 159 en 160 der Gemeen
tewet, waarin van „gedeeltelijke schorsing
of vernietiging" sprake is, of op art. 153,
waarin wordt gesproken van vernietiging
ven plaatselijke verordeningen, zoover z
met de wetten of het algemeen belang
strijden.
Maar er mag vrijwel worden aangenomen,
dat de wet met gedeeltelijke vernietiging
heeft bedoeld de vernietiging van een of
meer artikelen of onderdeden van een uit
meerdere bepalingen bestaande verordenin
gen niet dus de vernietiging van een paar
woorden uit een enkelvoudig besluit....
Het vernietigingsrecht van de Kroon is
een der attributen van het hoogste Rijks
gezag; er is niets tegen de gelegenheid tot
vernietiging te laten bestaan, mits deze
bevoegdheid dan ook sober, maar vooral
zuiver wettig, wordt toegepast. De tijd dat
de Gemeenten, hetgeen zij te doen hadden,
van boven af kregen voorgeschreven, is nu
eenmaal voorbij.
I
Volgens den schrijver van dit artikel bz-
Jtaat er dus gevaar, dat, ook al door de
manier, waarop de Kroon den laatsten tijd
hef vernietigingsrecht hanteert, de gemeen
telijke zelfstandigheid in haar hartader
getroffen wordt. Dit is geen geringe be
dreiging! Van zooveel kanten wordt de ge
meentelijke autonomie al bedreigd; wan
neer nu nog de Kroon haar gaat treffen in
haar hartader, dan zal er wel spoedig in
het geheel niets meer van over zijn!
Bestaat dit gevaar nu inderdaad? Wij ge-
looven, dat onze geachte Gedeputeerde
spoken ziet. Ten eerste is er de vraag, of
inderdaad wel tegen den geest van de wet
wordt gehandeld, wanneer een raadsbesluit
ten deele vernietigd wordt. Art. 153 der
Gemeentewet zegt: „De plaatselijke verorde
ningen kunnen, zoover zij met de
wetten of het algemeen be
lang strijden, door ons worden ge
schorst of vernietigd". De algemeen geldende
meening is, dat hier onder „verordeningen"
alle raadsbeschikkingen moeten worden be
grepen, Welnu, wat is er dan tegen om de
bevoegdheid der Kroon aan te nemen, om
een deel van een raadsbesluit „zoover
het met 't algemeen belang strijdt", te ver
nietigen? Bovendien gaat het hier toch veel
meer om een formeel dan om een materieel
verschil van inzicht. Art. 154 der Gemeente,
wel bepaalt, dat een vernieligingsbesluit van
de Kroon met redenen omkleed
in de Staatscourant wordt geplaatst. Is er
nu een wezenlijk verschil tusschen wat de
heer Michels wil en wat de Kroon doet? In
het betreffende geval heeft de Kroon in een
raadsbesluit vernietigd, dat deel, waartegen
bezwaren waren ingebracht.
Er is een ambtenaar oneervol ontslagen.
Daartegen komt verzet. De Kroon beslist:
het ontslag behoort tot uw bevoegdheid,
daar raak ik niet aan. Maar, gij: hadt niet
een „oneervol" ontslag mogen geven. Dus
wordt het niet eervol ontslag ver
nietigd. Is dit niet logisch? De Kroon had
aldus kunnen doen: het raadsbesluit in zijn
geheel vernietigen en dan in een motiveering
kunnen meedeelen, dat de vernietiging was
geschied van wege het „niet eervolle." De
Raad had dan weer een nieuw besluit
moeten nemen zonder 't woord niet eervol
er in. Hel resultaat zou hetzelfde zijn ge
bleven. Maar welke weg is de meest prac-
tische?
Waken voor de gemeentelijke zelfstandig
heid is een prijzenswaardig iets. Maar men
meet niet te pas en te onpas alarm slaan,
op gevaar af, dat waarschuwingen ook geen
effect meer hebben, wanneer er werkelijk
reden voor is.
VAN DEN
Namens het Bestuur,
JOH. ALBERS, Voorzitter.
J. v. d. PIGGE, Secetaris,
42417 Groote Houtstraat 68.
In één der eerste interviews mei den heer
Heg verklaarde deze, dat het bedriji geen
concurrentie met bestaande ondernemingen
beoogde, doch slechts een nauwe samen
werking met de spoorwegen. Dit werd nog
eens in de Tweede Kamer herhaald. De
feiten bewijzen thans- vrijwel het tegenge
stelde. Het is zeer zeker een concurrentie
strijd, bewijze de lijnen HoornEnkhuizen,
UtrechtGorinchem. Op dit laatste traject
rijdt 'een ondernemer reeds eenige jaren.
De practijk bewees hem, dat hij per dag van
Ulecht naar Gorinchem v.v. ongeveer 30
personen vervoerde, terwijl uit de overige
tusschengelegen plaatsen en niet aan
een spoorweg gelegen, ongeveer 100 per
sonen worden vervoerd. Deze lijn is dus,
aldus de betreffende ondernemer, een
prachtige aanvoerlijn voor de spoorwegen.
Concurrentie met de spoorwegen is dus
denkbeeldig.
De A. T. O, denkt er anders over, maakte
bezwaren tegen deze concessie en vroeg
zelf concessie aan.
In een interview met den correspondent
van het Handelsblad verklaarde de heer Heg
voorts:
„Doorgaans wordt door deze lichamen het
verzoek tot de directie der A. T. O. ge
richt o'm op een conferentie de plannen en
den aard van het bedrijf uiteen te komen
zetten. Is dit geschied, dap volgt meestal
het verzoek om voor bepaalde, veelal in
overleg met die autoriteiten vast te stellen
trajecten, vergunningen aan te vragen. Deze
gemeentebesturen, Kamers van Koophandel
en Nijverheidsdepartementen doen hier dus
feitelijk het werk wat Gedeputeerden be
hoorden te doen, n.l. het eerst-in-groote-
iijnen-vastleggen van hetgeen voor een
zekere streek noodig is Bovendien worden
door hen verschijnende faciliteiten verleend.
Zoo bood de gemeente Gorkum b.v. vrijen
overtocht voor de bussen op de geineente-
pont aan, evenals de kosten van aanleg
voor electrische geleiding naar de op te
richten garagegebouwen, terwijl hiervoor
ook afstand van terreinhuur werd gedaan.
Er zijn echter ook gemeentebesturen, die
•een zeer afwijzende houding tegenover de
plannen der jonge onderneming aannemen.
Deze geven blijk, aldus de heer Heg, het
algemeen belang uit het oog te verliezen.
Indien men het Spoorwegbedrijf in welken
vorm dan ook tegenwerkt, dupeert men
zichzelf en anderen, daar verhoogde belas
tingen niet zullen uitblijven."
Erkend dient te worden, dat de over
heid zeer laat in deze kwestie van zich deed
hooren, maar dit kan de A. T. O. haar
zeker niet verwijten, daar zij in het andere
geval in 't geheel geen kans meer gemaakt
had om, laat ons zeggen, aanvoerlijnen voor
de spoorwegen te projecteeren en exploi-
teeren.
Wat de medewerking van verschillende
officiëele lichamen betreft, hierbij zij opge
merkt, dat dezelfde faciliteiten, welke aan
de A. T, O. aangeboden zijn, evengoed aan
particuliere, goed geouitilleerde onderne
mingen kunnen worden toegestaan. Het is
niet al te verwonderlijk, dat er ook ge
meenten zijn, die een zeer afwijzende
houding aannemen tegenover de jonge
onderneming. In deze gemeenten zullen uit
stekende particuliere of gemeentelijke
diensten rijden, die een onbekende nieuwe
onderneming niet meer van noode hebben.
Worden in dergelijke gemeenten toch
concessies aangevraagd en verleend, dan
kan men het genoegen beleven een onver-
kwikkelijken strijd te moeten aanschouwen.
Wij hoorden n.l. reeds in dit verband zeg
gen, dat men eenvoudig de bussen van een
niet-gewenschte onderriemi/ig zou verbie
den, passagiers in- en uit te laten. Een
vroolijk vooruitzicht dus!
Tenslotte wordt de belastingbetaler er bij
gesleept als dreigement Wij wezen in de
voorgaande regelen reeds op deze ver
keerde instelling.
Wij willen hiermede niet zeggen dat de
A. T. O. volmaakt overbodig is, integen
deel, daar waar deze onderneming als aan
vullend bedrijf van de spoorwegen, deze tot
grooter bloei kan brengen, is zij meer dan
welkom en is een intensieve exploitatie zeer
gewenscht. De bestaande diensten te doen
verdwijnen, zou echter niet geheel fair zijn
en wij zeiden het reeds, groote kapitalen
zouden op deze wijze verloren gaan. De
wettelijke regeling van deze materie be
oogde concentratie. Welnu deze wordt
niet verkregen door het concessieverleenen,
daar waar reeds tal van ondernemingen
exploiteeren.
Ingennieur W. J. Burgersdijk plaats,, in
het Januari-nummer van de „Ingenieur het
volgende artikel:
„tiet alleen overgeblevene vervoermiddel,
de bus, heeft andere plichten dan de bus
van voorheen, welke slechts aanvullend
vervoermiddel was. En tot die plichten be
hoort in de eerste plaats, behoorlijk in de
bestaande verkeersbe'noe.ten te voorzien.
Daarvoor is het noodig zóóveel plaats
ruimte aan te bieden, dat het publiek nor
maal ten aanzien vah zijn vervoerwenschen
niet wordt teleurgesteld. Om hieraan te
voldoen is het, blijkens de bij stads- en
intercommunale lijnen opgedane ervaring,
noodzakelijk, een dergelijke overmaat van
plaatsruimte aan te bieden, dat de gemid
delde bezetting der vervoermiddelen niet
hooger dan 25 pCl. is.
Deze gebiedende verkeerseisch nu
piaaist de bus als aanvullend vervoermid
del van tram of trein in geheel andere
omstandigheden dan de bus als uitsluitend
vervoermiddel. In het eerste geval behoeft
zij het noodige overschot aan plaatsruimte
niet aan te bieden. Daarvoor zorgt het
andere vervoermiddel. Het gemiddelde be
zettingspercentage kan dus bij de bus hoog
zijn. Dat dit ook in den regel hooger dan
wenschelijk is, bewijst het groot aantal
malen, dat reizigers geen plaatsruimte
vinden en zich tot het andere vervoermiddel
moeten wenden of zullen hebben te wachten
tot de volgende busgelegenheid. Valt de
tram echter weg en daardoor ook het aan
geboden overschot aan plaatsruimte, kan de
teleurgestelde reiziger derhalve daarop niet
terugvallen, dan zal een behoorlijke vervul
ling der verkeersbehoeften de bus dwingen
aan het publiek die plaatsruimte aan te
bieden, welke blijkens de practijk thans en
in de toekomst noodig zal zijn. En hier
demonstreert zich nu het essentieele ver
schil tusschen een railvervoermiddel en de
Jvus wel zeer ten nadeele van de bus.
De exploitatiekosten v:Af een tram wijzi
gen zich niet of slechts uiterst gering bij
het aanbieden van meer plaatsruimte. Het
medenamen van 1 of 2 rijtuigen verhoogt
deze kosten niet noemenswaard. Bij de* bus
daarentegen stijgen de exploitatiekosten
nagenoeg in gelijke rede, met het aantal
bussen dat in dienst wordt gesteld. Het
aanbieden van meer plaatsruimte kost der
halve het railvervoermiddel geen exira
uitgaven, voor de bus brengt zij een even
redige stijging der kosten mede. Indien nu
een busonderneming de plichten van het
uitsluitend verkeersmiddel op zich neemt, en
derhalve zooveel plaatsruimte aanbiedt,
dat de gemiddelde bezetting slechts 25
pCt. bedraagt, dan laat zich, indien de bus-
exploitatiekosten bekend zijn, het nood
zakelijke tarief eenvoudig berekenen.
Hoe hoog die exploitatiekosten, na invoe
ring van de wegenbelasting en na vaststel
ling der voorwaarden waaronder de conces
sies verleend zullen worden, zullen bedra
gen, is thans nog niet met zekerheid te
zeggen. Een raming van 20 cent voor een
bus van 20 a 24 personen zal m.i. echter
zeker niet te hoog blijken te zijn. Deze
exploitatiekosten van 20 cent per K.M. zul
len derhalve door 5 a 6 reizigers moeten
worden opgebracht, hetgeen derhalve een
gemiddeld tarief noodzakelijk maakt van
3.6 cent. Bij de veelvuldig bestaande ver
schillen in kilometertarief van de enkele,
retour- en abonnementsreizen zal het bus
tarief kunnen worden aangenomen op;
voor enkele reis p, K.M. 4.1 cent.
voor retours 3.4 cent.
voor abonnementen 2.0 cent.
Vergelijkt men hiermede de tarieven, zoo
als deze op de electrische interlocale lijnen
der N.Z.H. voorkomen:
voor enkele reis p. K.M. gem. 2.6 cent.
voor retours 2.2 cent-
voor abonnementen 1.0 cent.
dan blijkt hieruit tot welke, voor het publiek
en voor de ontwikkeling der streek onaan
gename consequenties, het vervangen van
het railvervoermiddel door de bus zal lei
den. Uit het bovenstaande kan blijken, dat
alleen een busexploitatie lagere kilometer
tarieven kan aanbieden, indien zij met een
hooger gemiddeld bezettingspercentage mag
rekening houden. Om tot de normale tram
tarieven te kunnen dalen zal dit percentage
ongeveer 45 moeten worden.
Een dergelijk percentage kan uitsluitend
worden toegelaten, zoolang naast dc- bus
een railvervoermiddel bestaat, dat voor het
gemiddelde surplus aan plaatsruimte zorg
draagt; het kan. zeker niet worden toege
laten voor het vervoermiddel, dat uitslui
tend in het verkeer zal hebben te voorzien."
In hoeverre dit juist is, beoordeele de
lezer zelf. Wij voor ons vragen ons af of
bij verdwijning van de trams niet een
dergelijk groot aantal bussen kunnen rijden,
dat plaatsgebrek uitgesloten is. Indien dit
mogelijk was, zou er natuurlijk een gewel
dig verkeer ontstaan, dat speciale maat
regelen noodzakelijk maakt. Zoover zijn wij
echter nog lang niet. Inderdaad is er alles
voor te zeggen, dat op trajecten waar trams
oi treinen een „goede en „voldoende" ver
binding geven, de bus slechts als aanvullend
vervoermiddel toegelaten mag worden. Het
gaat echter maar om de waardeering van
de woorden „goede" en „voldoende."
„Wij kunnen niet beoordeelen in hoe
verre de cijfers omtrent de tarieven juist
zijn. Zijn zij juist, dan kan zonder twijfel ge
sproken worden van „onaangename conse
quenties." Wij herinneren ons echter ook
nog de tarieven van de tramwegmaatschap
pijen vóór den tijd van busconcurrentie. Zij
waren niet malsch en zou de tram alleen
recht verkrijgen, dan is de vrees gewettigd
of hieruit niet dezelfde consequenties
getrokken worden als voor het alleenrecht
verleenen aan bussen, 't zij door niet vol te
houden concurrentie, 't zij op andere wijze.
In de Maandag te IJmuiden gehouden con
ferentie tusschen de feeders en de IJmuider
federatie zijn niet onbelangrijke vorderin
gen gemaakt in de richting van een coll.
arbeidsovereenkomst van wellicht twee jaar.
Het meest ernstige geschilpunt tusschen
beide partijen n.l. het beheer van het fonds
voor sociale voorzieningen, is uit den weg
geruimd. Door de reeders werd de opzet
van de Federate aanvaard, indien ten minste
over de andere geschilpunten overeenstem
ming wordt bereikt. Het fonds zal geheel in
beheer komen bij de vakorganisaties.
Er bestaat echter nog een ernstig verschil
van meening over het bedrag dat per man
en per maand in dit fonds zal moeten wor
den gestort. De federatie houdt vast aan een
bedrag van J 5.Ook het door de Fede
ratie voorgestelde systeem van spaarboek
jes heeft aan de andere zijde geen instem
ming kunnen vinden, men voelt daar meer
voor een administratiebureau.
Hoewel er dus nog belangrijke meenings-
verscbillen bestaan, is de kans op een
staking do".' bedoelde conferentie belangrijk
verminde
De arbeider B„ te Nieuw-Vennep, bad op
een zolder het ongeluk uit te glijden en
door het zolderluik heen op den grond te
vallen.
Ernstig gekneusd werd de man opge
nomen en onder geneeskundige behandeling
gesteld.
Zondag is in den Slatenkieskring Leiden
de stemming gehouden voor no. 1 op de
definitieve lijst der Prov. Staten-verkiezin-
gen voor Zuid-Holland.
In de verschilende gemeenten is de uit
slag als volgt:
Hillegom: uitgebracht 190 stemmen, ver
deeld als volgt: Balvers 184, Bader 3, v. d.
Laan 1, Loerakker 2.
Leiden: uitgebracht 88 stemmen, verdeeld
als volgt: Balvers 70, Bader 1, mr. Bolsius
13, Paardekooper 1, De Ruyter 2, Stad
houder 1.
Lisse: uitgebracht 135 stemmen, waarvan
Balvers 90 Bader 3, mr, Bolsius 5, Haase
17, v. d. Laan 1, Loerakker 17, Paarde
kooper 1, de Ruyter 1.
Noordwijk: uitgebracht 356 stemmen, ver
deeld als volgt: Balvers 285, Bader 18, mr.
Bolsius 1, Loerakker 12, De Ruyter 40.
Noordwijkerhout: uitgebracht 158 stem
men, verdeeld als volgt: Balvers 117.
Bader 12, mr. Bolsius 7, Loerakker 5, De
Ruyter 16, Stadhouder 1.
Oegstgeesl: uitgebracht 162 stemmen,
verdeeld als volgt: Balvers 146, Bader 4,
mr. Bolsius 6, Loerakker 3, Paardekooper 3.
Te Zwanenburg, (gemeente Haarlemmer
meer) nabij Halfweg is 18 December j.l. op
gericht dc Vereeniging „Plaatselijk Belang
Zwanenburg". Het doel is in het algemeen
het bqhartigen van de belangen der in
woners. Door de steeds toenemende uit
breiding te Zwanenburg behoeven vele toe
standen dringend verbetering. Op redelijke
en vriendschappelijke wijze zal getracht
worden het doel te bereiken.
Het bestuur is samengesteld als volgt:
B. F. Brizée, voorzitter. S. Stolp Vice-
voorzitter; H. A J. Franken, secretaris,
Kerkhoflaan 82; J. Schut, 2e secretaris;
C. Redeker, penningmeester, Wilgenlaan 41;
L. Mesker, 2e penningmeester en J. J.
Steenhuis, commissaris.
Men schrijft ons uit Hoofddorp:
De radio heeft vooral op het platteland
een geweldigen ommekeer teweeggebracht.
Door haar zijn alle afstanden vervallen in
ruimte en stand. Het meest afgelegen boer
derijtje en het .meest eenzame polderland,
kan meeleven met hetgeen er gebeurt in de
groote wereldcentra, wanneer men er een
paar honderd gulden voor over heeft om een
goed functionneerend radio-toestel aan te
schaffen.
Geen wonder dat in De Meer" verschil
lende boerderijen naast hun fort-auto ook
hun antenne hebben. Wat een weelde, nu
men 's avonds niet meer groote en dure
reizen behoeft te maken naar de omlig
gende steden e"n toch genieten kan van
mooie concerten en redevoeringen van
allerlei aard.
Jammer dat de kosten nog te hoog zijn
om elk huisgezin in de gelegenheid te stellen,
z'n woning bij de radiowereld aan te sluiten.
Een toestel kost al gauw 100 a 150
en een goede luidspreker 50 a 60.
Begrijpeli k dat men hier en daar
waar een flinke bebouwde kom is op d°
idee is gekomen een radio-centrale te
maken; zoo zijn er al centrales gemaakt in
Zaandam en Hoorn: zijn er al plannen in
Bussum, Hillegom, Lisse en Sassenheim.
Naar men ons mededeelt moet een der
installateurs in Hoofddorp voornemens zijn
bij den Raad concessie aan te vragen voor
de stichting van zoo n radio-centrale aldaar.
De bedoeling is iedereen, ook de bewoner
van het kleinste huisje in de gelegenheid
te stellen zich te iaten aansluiten tegen
betaling van een kleine som in eens en een
geregelde contributie van een paar gulden
per maand.
Een waarschuwing voor de hengelaars.
Nu aan het besluit van het bestuur van
den Haarlcmmermeerpol 'er om ter verster
king van den vischstand op verschmier e
plaatsen in de wateren van dezen polder
teeltvisch uit te zetten, reeds voor een
groot gedeelte uitvoering is gegeven, zal
ten einde een belemmering in de voorttee-
ling van deze vischsoorten te voorkomen
door de politie streng worden toegezien op
de naleving van het verbod tot het vangen
van ondermaatsche visch.
Zondag was het dertig jaar- geleden, dat
net bekende mannenkoor „Caecilia" werd
opgericht. De vereeniging heeft dit feit, op
grootsche wijze herdacht, door het geven
van een tweetal schitterende concerten. Ter
gelegenheid van het dertigjarig, bestaan werd
gisterenmiddag om 2 uur door het bestuur
receptie gehouden in het Concertgebouw.
Deze was zeer druk bezocht. De heer en
mevrouw Maarschalk, N. Levenkamp, jhr.
O. van Lcnnep. H. M. van Bem-meieo, P. van
0oy en Jos. de Klerk, woonden de receptie
bij.
Het bestuur had op het podium te midden
van palmen en groen plaats genomen.
De heer B. A. Koper sprak een welkomst
woord en uitte zijn voldoening over het feit,
dat de burgemeester het eere-voorzitter-
schap had aanvaard.
De burgémeester huldigde in hartelijke
woorden de vereeniging en wenschte haar
veel voorspoed toe, waarvoor de aanwezi
gen hem en zijn echtgenoote een ovatie
brachten.
De voorzitter gaf vervolgens een ge
schiedkundig overzicht der vereeniging, welk
overzicht wij reeds geruimen lijd geleden
publiceerden,
In 1910 vond een fusie plaats met hei
mannenkoor „Crescendo." Begin 1914 moes
ten de repetities Worden gestaakt, doordat
de uitgaven de inkomsten overtroffen. 14
Juli 1920 werd besloten, opnieuw den ardeid
te beginnen en Nico Hoogerwerf werd toi
directeur benoemd.
Volgens het jaarverslag van 17 December
1925 telde het koor 125 werkende leden, 64
kunstlievende leden en 26 eere-leden.
Na deze uiteenzetting werd de eerewijn
rondgediend.
Tijdens de openingsrede waren de heer en
mevrouw Levenkamp en de heer P. v. Ooij
binnengekomen. Na spontane toejuichingen
namen zij aan de bestuurstafel plaats.
Bij de huldiging werd het eerst het woord
gevoerd door den beschermheer der vereeni
ging, den heer N. Levenkamp. Deze sprak
woorden van gelukwensch, roemde den ijver
de toewijding der leden en de nauwgezet
heid en het talent van den directeur, en
prees de aangename omgang met bestuur,
directeur en leden.
Verder werd nog het woord gevoerd door
de heeren P. van Ooy, G. Watzema (Van
Ooy-fonds); J. A. Hoeben (namens de le
den) H. Ulsamen (Bond van zangvereenigin-
gen Gem. Koor Polyhymnia); J. Hemmeldes
(Wormerveers's Mannenkoor); G. Paradijs
(Inter Nos te Schoten); D. C. van Beek (Or
pheus te Alkmaar); H. Slinger (Haari. Klein
A Kapelia-Koor)R. M. v. d. Hart (Haar!.
Zanggenot); J. H. Steenkist (Kwarü t Euter
pe te Schoten); P. en B. Souvereijn (Kwartet
Aurora); die allen in hartelijke bewoordin
gen de vereeniging. bestuur en directeur hun
hulde brachten. Alle sprekers overhandigden
het bestuur fiaaie bloemenmanden.
Vervolgens deelde de voorzitter mede, dat
door den heer J. A. Dal de vereeniging een
oorkonde was geschonken.
O.m. waren schriftelijke gelukwenschen
ingekomen van ihr. A. Bas Backer, burge
meester van Bloemendaaii; mevr. Beritha
Frensel WegenerKoopman, Amsterdam;
Kon. Mannenkoor Kunst na Arbeid, Amster-
dam,, directeur W. F. Kools; IJmuiden's
Einde van het verzet op West-Sumatra?
Krachtig gewapend optreden. Poging tot
moord op den ass. demang van Pan Lima;
nog 5 oproerlingen neergelegd en arrestaties.
Een telegram van het partijbestuur der
S.D.A.P. aan den gouverneur-generaal.
Een zoutlaag ter dikte van ruim 300 meter
aangeboord bij Groenlo.
Een slachtoffer van het Ned.Belgisc.
verdrag.
Uitzending van politie-personeel nai
Indië.
Prof. August Allebé, oud-hoogleeraar aai
de Rijks-Academie van Beeldende Kunsten
te Amsterdam overleden.
Gewezen politie-agenten te Rotterdam
op het dievenpad.
De uitslag der "Senaatsverkiezinger l
Frankrijk.
In Chili dreigt een algemeene staking.
Dr. Curtius is door President Hinden
burg belast met de vorming eener regeering.
In Mexico zijn zes Katholieke bisschop
pen gearresteerd.
Barometerstand 9 uur v.m.: 774. Stilstand,
Licht op. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 4.38,
Medegedeeld door het Ned. Kon. Meteoroi.
Instituut te De Bildt.
Naar waarnemingen in den morgen van
11 Januari 1927.
Hoogste Barometerstand 770.0 m.M. te
Rennes.
Laagste Barometerstand 741.4 m.M. te
Sedisfjors.
Verwachting in den avond van 11 tot
den avond van 12 Januari 1927:
Z. W. wind. betrokken tot zwaar be
wolkt, waarschijnlijk regenbuien, aanvan
kelijk iets zachter.
Mannenkoor; Liedertafel Zang en Vriend
schap, Amsterdam, dir. Karei Böhne; van
den heer Henri Berghuis, eerelid van Cae
cilia, Haarlem, door omstandigheden ver
hinderd zelf te komen om gelukwensch aan
te bieden; mr. P. Tideman. Bloemendaal. lid
van het eere-comité; Scholen's Chr. Ge
mengd Kcor, te Schoten; Bestuur Bond van
Koordirigenten, voorz. de heer Piet Ver
sloot; WiKem Hespe's A Capella Koor, Am
sterdam; Henri Pielage, ord-dirccteur en lid
an verdienste; A. C. Strumphler, lid van
het eere-comité; Chr. Oratcriumvereeniging
Haarlem; Joh. Belterman, Beverwijk, eerelid
van Caecilia: Kon. Liedertaiei Zang en
Vriendschap. Haarlem; Amsterdamsch Man
nenkoor Harmonie, dir. Karei Böhne; Yox
Humana te Santpoort; Jazz-Band Furmy
Fellows, Haarlem en J. A. Baars, lid v an
het eere-comitc, een bloemenhulde.
Hierop nam de heer Nico Hoogerwerff, di
recteur van Caecila, het woord. Spr. bracht
in het bijzonder huilde aan mevroum Leven
kamp, voor alles wat zij in het belang van
de vereeniging had gedaan.
Ten slotte brachten de heeren B. de Tello
Jr., J. A. Hocben en H. Versteynen, hulde
aan den voorzitter, den heer Koper.
Slaande bracht men den heer Koper een
ovatie, waaraan bijna geen einde kwam.
Te ruim 7 uur was dc huldiging geëindigd.
Auto te water.
Op den Amsteldijk reed een auto bij het
keeren achteruit in den Amstel. De bestuur
der sprong er uit. doch geraakte mede te
water, doordat hij achterover viel. Hij werd
echter spoedig op het droge gebracht; met
den auto. waarin zich niemand bevond, ge
schiedde dit later.
Kilometers
erminus