Radio-Omroep. De liefde van een kunstschilder. De ïüiancieele uiteenzettingen van Poincaré worden gunstig ont vangen en hebben 'zijne positie versterkt. De verwerping van het verdrag van Lausanne door den Amerikaanschen Senaat zal niet van invloed op de Turksch-Amerikaansche betrekkingen zijn. De uit Frankrijk verbannen kolonel Garibaldi heeft zich naar Amerika inge scheept. Onder de Radio-berichten: Namens Chamberlain wordt aan de Brit- sche Arbeiderspartij een schrijven gericht inzake China. Geruchten omtrent een samenzwering tegen Tsjitsjerin. Inzake het geschil tusschen de S. en Mexico wordt in den Amerikaanschen Senaat de motie- Robinson tot arbitrage aangenomen. De voorsteilen der Britschè regeering aan China. GEM. BUITENL. BERICHTEN. KUNST EN KENNIS. Op voor de gewyde kunst. L. B. J. Moor 90 jaar. LEGER EN VLOOT. V oorbevordering. SOCIAAL LEVEN. De loonarbeid der gehuwde vrouw. KERK EN SCHOOL. De Martelaren van den Bokseropstand. HANDEL EN NIJVERHEID. Maassluis een industrie rijker. POSTZEGELNIEUWS. Nederlandsche studenten aan het Angelicum te Rome. Weldadigheidszegels van Luxemburg. PARK HOTEL FEUILLETON. De financieele plannen van Poincaré. In zijn antwoorden op de vragen, hem ge daan na voorlezing zijner schriftelijke uiteen zetting in de Kamercommissie voor finan ciën, heefï Poincaré ten slotte meer losgelaten dan men verwachtte. Dit feit, zoowel als de enorme verbetering van den financieelen toe stand in ecu half jaar verkregen, maakt het zijn tegenstanders uiterst moeilijk hun kri tiek vol te houden. Hoofdzakelijk bepalen zij er zich daarom toe op te merken, dat Poin caré geen algemeen plan heeft en zich door de omstandigheden laat leiden. Zelfs dit echter schijnt niet heel erg, wanneer men gezorgd heeft dat die omstandigheden in Frankrijks voordeel veranderd zijn Twee belangrijke uitingen zijn vooral te onderstreepen ten eerste verklaarde Poin caré onomwonden dat hij niet van plan is de revilorisatie voorioopig voort te zetten, maar zal zorgen dat de koers praktisch gestabili seerd blijft. Tot eigenlijke stabilisatie zal hij echter vooreerst niet overgaan, zoolang niet gebleken is, dit de koers gehandhaafd worden kan. Het „Petit Journal", het blad van Lou- cheur, betreurt, het dat de stabilisatie nu maar niet 6 dadelijk wettelijk doorgevoerd wordt, maar overigens wordt Poincaré's sys teem algemeen als voorzichtig en juist gepre zen. En natuurlijk herademen de handel en industrie nu er geen gevaar meer is voor de voortzetting der revalorisatie, die steeds een blijvende dreiging was. De tweede mededeeling van belang is die, dat de regeering niet zal aandringen op een eerstdaagsche ratificatie van de overeenkom sten inzike de intergeiliieerde schulden. Dit werd gemotiveerd met de overweging, dat de Amerikiansche Senaat toch vooreerst geen zitting houdt, maar het is duidelijk dat de moeilijkheid vooral hier zit, en met het voor uitzicht der verkiezingen van het volgende jaar weinig Kamerleden geneigd zijn hun sanctie aan de voorstellen te hechten. Ook blijkt hieruit, dat Poincaré overtuigd is zich voorioopig en misschien wel altijd zonder groote buftenlandsche credietea te kunnen redden. Belangrijk zijn ten slotte nog de ver klaringen over het lucifers-monopolie. Hoe wel Poincaré er den nadruk op legde, dat dc regeering daarover nog niet had beraad slaagd, erkende hij toch de realiteit van het bestaan van een plan en voegde er bij dat er geen vervreemding, slechts exploitatie van het monopolie wordt beoogd. Dit om de linksche agitatie voor staatsexploitatie in bedwang te houden. Hij beloofde om, wanneer het voor stel in behandeling komt, dit maal niet de ver trouwensvraag te stellen teneinde de partijen geheel vrij te laten. Dit ontneemt der link- schen groepen waarlijk het grootste deel van de gegronde redenen tot kritiek. Men kan dus zeggen dat de verklaringen van Poincaré overal een uitnemenden indruk hebben gemaakt en dat zijn positie, m het licht van hetgeen tot stand is gebracht sinds hij in Juli den financieelen chaos overnam, sterker is dan ooit. Garibaldi naar de Ver. Staten. Ricciotti Garribaldi, die uit Frankrijk is verbannen, heeft afgezien van zijn plan om Zich naar Zwitserland te begeven. Hij heeft zich via Havre naar de Vereenigde Staten begeven, waar zijn broer Peppino woont. Een vlieg-incident# Ge meldt wordt uit Athene, dat ten gevolge van de vertoogen der Grieksche legatie in Sofii, de Bulgaarsche regeering onverwijld den Griekschen vlieger heeft vrijgelaten, die, door mist misleid, in Petritsj op Bulgaarsch grondgebied was geland. Zijn machine zal hem worden teruggege ven. De verhouding van Tur kije tot de Ver. Staten. Admiraal Bristol,de diplomatieke vertegen woordiger var. de Ver. Stater in Turkije, heeft aan de Turksche regeering een nota overhandigd, waarin ter kennis wordt ge bracht, dat de Senaat der Ver. Staten gewei gerd heeft het verdrag van Lausanne te rati- ficeeren, dat de regeering al het mogelijke heeft gedaan om de ratificatie van het ver drag door den Senaat te verzekeren, en voorts dat de regeering der Ver. Staten wenscht te stipuleeren dat de houding van den Senaat in geen geval een verbreking van de goede re laties tusschen de beide landen beteekent. Te Angora zullen tusschen Bristol en de Turksche regeering de onderhandelingen worden voortgezet over verlenging van het voorloopige handelsverdrag. De Chineesche ambas sade te Washington. Uit Washington wordt aan de „Evening Standaard" geseind, dat dr. Alfred 'Sze, de Chineesche gezant te Washington, voorne mens is de legatie te sluiten en geen diplo matieke vertegenwoordiging achter te laten. De beweging tegen de vreemdelingen in China. De evacuatie van buiten! andsche zende lingen uit de plaftelandsdistricten in de delta van Kanton wordt noodig geacht. Men ver wacht, dat over enkele dagen de uitgeweke nen te Hongkong zullen aankomen. De autoriteiten te Hongkong nemen voorzorgsmaatregelen teneinde de onont beerlijke diensten in de stad te beschermen voorgeval er ongeregeldheden mochten ont staan tengevolge van mogelij kè gebeurtenis sen te Shanghai en in de omgeving daarvan. De politie en de burgerwachten te Hongkong zijn versterkt en gereorganiseerd. Tsjens Verklaring. Volgens den Pekingschen correspondent van de „Manchester Guardian" wordt de verklaring van Tsjen, den Kantonneeschen minister van Euitenlandsche Zaken, be schouwd als een ontmoedigend begin voor de onderhandelingen tusschen Tsjen en O'Malley machtiging had gekregen om aan Tsien mede te deelen, dat de Engelschen den door de nationalisten voorgestelden grondslag voor onderhandelingen aanvaard den. De Britten waren n.l. bereid, het fait accompli te Hankau te erkennen en van deze basis uit te gaan voor het bespreken van een practische regeling, die alle geschilpunten bestrijkt. In aansluiting hiermede dient vermelding een telegram van den correspondent van hetzelfde blad te Shanghai, die meldt dat de zending van een bataljon Punjabis naar Hongkong te Sjanghai wordt beschouwd als een aanwijzing, dat zich in de betrekkingen tusschen Engeland en China een groote crisis ontwikkelt. Bovengenoemde verklaring van Tsjen wordt, naar de correspondent meldt, opgevat als een bevestiging van deze ziens wijze. Zij wordt uitgelegd als een uitdaging, en als een bedreiging met een economischen boycot van Groot-Britannië en andere mo gendheden. De Amerikanen ui China zijn bovendien bevreesd, dat de actie van Engeland de veteeniging van alle Chineesche groepen, die elkaar thans bestrijden, tot één natio nale beweging tegen de vreemdelingen zal verhaasten, waardoor de handel geheel zou worden lam geslagen en een zeer gevaarlijke toestand zou ontstaan voor de buitenland- sche zendelingen, die nog in het binnenland vertoeven. HET VI-de EUCHARISTISCH NATIO NAAL CONGRES IN FRANKRIJK. Dit congres zal van 3 tot 10 Juli te Lyon phats vinden. Het eucharistisch congres van 1927 zal in waardigheid bij. de voorgaande niet onderdoen. Reeds zijn de voorBereidinr gen er toe getroffen én de tiitfióodigingen ver zonden. Het eerste eucharistisch nationaal congres vond plaats in 1900 en 'wijdde zich voornamelijk aan de verspreiding der dage- lijksche heilige Communie. Het tweede con gres werd in Ars gehouden in 1911 ter herin nering en vereering van den zaligen pastoor van Ars. Het derde kon ten gevolge van den oorlog eerst in 1921 gehouden worden en had tot doel de vereering van het heilig Hart.Sinds dien wordt alle twee jaar regelmatig een eucha ristisch congres gehouden. In 1923 werd het in Parijs gehouden, in tegenwoordigheid van 4 kardinalen en 70 aartsbisschoppen en bis schoppen. Het vijfde congres vond plaats in 1925 te Reims. Zoo juist is de officfeele feest uitgave van dit congres verschenen. EUGENE TURPIN OVERLEDEN. De uitvinder van het meliniet. Turpin, die 79 jaar oud is geworden, woon de reeds vele jaren in stille afzondering in Pontoise, in het Oise-dep., na een bewogen leven van arbeid. Als jonge man van 26 jaren werkte hij in een fabriek van kinderspeelgoed en vond toen een soort kleurstof uit voor hej schilderen van het speelgoed, welke geheel on gevaarlijk was in geval de kinderen de voor werpen aan den mond mochten brengen. Hij verwierf daarmede den prijs-Montyon. In 1881 deed hij een nieuwe ontdekking hij construeerde het z.g. terugloopend kanon op een affuit. Toen hij zijn uitvinding jan het ministerie van oorlog aanbood, werd hij afge wezen. Turpin liet zich niet ontmoedigen, bleef rustig doorwerken en deed tal van uit vindingen op chemisch gebied. Eén er van was het meliniet, dat zulk een schrikkelijke uitwerking in den oorlog zou hebben. Turpin slaagde er in de ontpioffingskracht van gra naten tot groote hoogte op te voeren en het aantal ontplofbare stoffen met nieuwe aan te vullen. Het ministerie van oorlog, afdeehng artil lerie, kocht het patent van hem en betaalde hem 250.000 francs. Hij slaagde er echter niet in een bepaalde overeenkomst met den Staat te sluiten zelfs kreej hij geen vergun ning om hef meliniet verder te vervaardigen, daar hij zijn opleiding niet op de Polytech nische Hoogeschool, noch op de Mijnbouw- school genoten had. Op een goeden dag deed minister Freycinet in de Kamer mededeeling van de uitvinding, doch schreef haar toe aan een legerofficier. Turpin was daarover zeer verbolgen, maar weigerde nochtans zijn uitvinding aan het buitenland te verkoopen. Een Fransch in dustrieel slaagde er evenwel in het procédé machtig te worden en verkocht weldra dui zenden tonnen meliniet naar het buitenland. Een reeks processen volgden, terwijl Turpin in een brochure, „Comment on m'a vole la melinite" zijn positie uiteenzette. Hef-heette toen dat hij daarin belangrijke documenten omtrent de Fransche legerorganisatie wereld kundig had gemaakt, en hij werd tót vijf jaar gevangenisstraf veroordeeld. Na hevige in cidenten in de Kamer en den Senaat, werd hij echter in 1901 in vrijheid gesteld eh gerehabi liteerd, doordat zijn uitvinding officieel aan hem werd toegeschreven. Hij ontving 100.000 francs schadevergoeding. Zelfs kreeg Hij een leidende positie in het ministerie van oorlog, waar hij als trait d'union optrad tusschen de technische afdeeling en de artillerie In 1925 verleende men hem een pension van 25.000 francs 's jaars hij trok zich toen in het particuliere leven tering. Nooit vergat hij het onrecht hem aanvankelijk aangedaan. „Ik beklaag mij niet alleen over het leed, dat men mij heeft berokkend," zeide hij, „maar ook over het goed, dat men mij verhinderd heeft te doen." DE SENAAT EN HET VROUWEN KIESRECHT. Gisteravond is in de zaal der Sociétés Savantes te Parijs een openbare vergadering gehouden, welke door den Franschen natio- nalen Vrouwenraad was uitgeschreven. Zij stond onder leiding van den heer Justin Godart, oud-minister en senator. Het feit dat de jongste verk'ezingen een groor aantal nieuwe leden in den Senaat hebben gebracht en daardoor allicht het oordeel van dit lichaam over de questic van het kiesrecht der vrouw is gewijzigd deed tal van feministische vereemgingen op initia tief van den Vrouwenraad besluiten de bijeen komst uit te schrijven. Niet minder dantien Senatoren heb ben het woord gevoerd. Verschillende van hen hadden bedenkingen tegen het vrouwen kiesrecht, doch het meerendeel der sprekers toonden zich bereid mede te werken om den weg naar den Senaat voor de vrouwen te banen. WELLS VERDACHT. De directeur van het postkantoor in Grasse, het Zuid-Fransche dorpje benoorden Cannes, maakte er zich sinds geruimen tijd ongerust over dat een „zekere" Wells, een Engelsch- man, dagelijks stapels brieven uit het buiten land ontving. Hij vermoedde dat de vreem deling een samenzweerder was, bezig een of ander complot te smeden. Hij liet hét landhuisje van den vreemdeling streng be waken, maar er werd mets verdachts bespeurd Toen trok hij er zelf heen en vroeg den Engèlschman naar de reden zijner omvang rijke correspondentie. „Ik weet het niet", antwoordde de eigenaar, die zóó weinig verdacht deed, dat de postdirecteur overtuigd was dat het geen samenzweerder, maar een waarzegger moes' betreffen. Blijkbaar had hij de „History of tlie Clis- sold family" niet gelezen, waarin de beroênide Engelscht auteur H.G. Wells, die op het oogenblik in Frankrijk woont, eenjge hoofd stukken aan zijn verblijf daar wijdt. DE TOREN VAN DINANT. Het herstel van den toren der kerk van Dinant is thans bijna voltooid. In den oor lóg werd deze toren zwaar beschadigd en door het geheele land werden gelden ver zameld om hem te herstellen. Op den toren staat een kruis van 61/2 m. dat 500 kg. weegt; de weerhaan is 23 kg. zwaar. De heele stad was samengeloopen om. de laatste werkzaamheden van de plaatsing bij te wonen en een hoera ging op toen de arbeiders het sein gaven dat 't werk voltooid was. IJZERERTS GEVONDEN. De ivPopólö d'Italié" maakt melding van officieele berichten over het vinden van ijzererts m de Apuaansche Alpen tusschen Massa en Lucca, dicht aan de golf van Genua. Sedert vijf maanden was de ingenieur deila Rosa met tweehonderd man in de streek werkzaam en tal van boringen zijn verricht. Thans is een ader van driekwart km. ter diepte van 14 voet blootgelegd. De gevonden materie zou 41.9% ijzer bevatten. TEGEN DE CO'EDEATIE IN CANADA. Dr. E.B. Wylüe, leider van het presby terium van Ottowa, van de Presbyteriaansche kerk van Canada diende bij de regeering een memorandum in waarin hij vaststelt, dat het gemeenzaam onderwijs der jongens en der meisjes in de middelbare scholen bij de jeugd geen, goede mofeele gevolgen heeft. Wel is de tijd gekomen, dat een dringend woord gezegd mag worden ter bevordering van de gewijde kunst in ons land. Het nummer van December 1926 van „Het Gildeboek", orgaan van het St. Bernulphus- gilde heeft hieromtrent een wenk door de vertaling te publiceeren van de hand van pastoor Boogmans, deken van genoemd gilde van de circulaire der Staatssecretarie van Zijne Heiligheid aan de Hoogwaardige Ordi narii van Italië van 1 September 1924, No. 34215. Uit die circulaire, onderteekend dpor Z.Em Card. Gasparri blijkt de groote bezorgdheid van den H. Vader voor het behoud en den bloei van de kerkelijke kunst en de beteeke- nis diei kunst wordt nog eens onderstreept „In deze stoffelijke uitrusting heeft de Kerk als èen afglans van haar eigen geestelijke schoonheid weerspiegeld, zoodat alles, wat in het verloop der eeuwen op eenigerlei Wijze daartoe behoorde, door Haar in de kunst lie felijkheid en adel verkreeg. En na regelen te hebben vastgesteld zoo wel betreffende zorgvuldige behandeling van. oude kunstschatten als tot onderzoek van nieuwe plannen en tot ontwikkeling van den kunstzin van de priesters en ook van leeken, die steun kunnen verleenen, sluit de circulaire met de treffende bewoordingen „.'.Ti opdat, mét behulp van de gewetens volle uitvoering der boven aangegeven regels, ook in ónze dagen om het voorhoofd der Kerk blijve schitteren, en steeds luisterrijker, die heerlijke aureool, waarmede haar goddelijke 'Stichter haai' heeft willen omkransen, toen Hij haitf maakte tot de moeder en de vrijgevi ge bröh van inspiratie van die kunst, die „af stamt van God" Wij-Nederlanders, we willen het zoo gaarne hooren, dat we steeds vooraan zijn om de wetten' neen de wenschen uit Rome op te Vólgen en als we nu lezen in deze gewichtige circulaire, dat „het passend, of beter nog, riöödiritkelijk is, dat de geestelijken, zonder de pretentie zich 'in de plaats te stellen van de kunstenaars van beroep, voldoende kunst- Zinnige ontwikkeling en fijnen smaak voor het schoofte bezitten om met zeker oordeel de be staande werkerr op prijs te stellen en om hun gedragslijn te weten bij nieuwen aanbouw, bij yergrootingen, bij versiering, bij het opdragen van nieuwe werken, bij het verwerven van nieuwe aanwinsten enz." dat niet alleen aan de seminaries bijzondere cursussen in de ge schiedenis der kerkelijke kunst worden ge geven, doch dat ook dc smaak en kunstzinnige beschaving door middel van boeken, confe renties en voorlezingen bevorderd zal worden, vooral bij lien, die door hun ambt (zooals ae kerkbesturen).door hun fortuin of door ande re persoonlijke eigenschappen meer dan an deren nuttig kunnen werken voor de goede zaak der religiéuse kunst als we dat alles lezen, zullen we dan zeggen „Nu ja, dat geldt voor Italië, maar daarmede hebben wij niets te maken Zullen we aan de rechtmatige overtuiging van Italië's eminenten kunstrijkdom de be wering toevoegen, dat wij geen werken van kunstwaarde bezitten Of zullen we zeggen Ook in onze lage lan den zal de kunst een afglans te zien geven van de schoonheid der Kerk ook hier heb ben we wonderbare Kathedralen, als een Sint Jan in Den Bosch, hier werden fiere torens als die van Breda, Utrecht en Zalt-Bommel g'efcpuwd. Hier ontstond de reuzige Dom van St. Ser- vaas en kwamen tal van oude muurschilde ringen onder de kalklaag te voorschijn. En heeft men dan in lateren tijd stil gezeten? Wat vyerd er niet gedaan om b.v. de nieuwe Sint Bavo té maken tot een monument van de eer ste beteekenis en met hoeveel ijver wordt in nieuwe kerken door 't heele land gezocht naar de verwezenlijking van het ideaal Zeker er is een streven, een krachtig pogen, maar de belangstelling is niet algemeen genoeg. „Maar" hoor ik zeggen, „dat geldt voor name gebouwen en kunstwerken, waaraan veel geld besteed kan worden," in een eenvou dige dorpsparochie b.v. kan men zich niet veel met de eischen der kunst afgeven." Ook daarop vindt men een antwoord in par. 17 van Hoofdstuk II, Moderne Gewijde Kunst „Men bedenke verder, dat rijkdom en pronk nooit noodzakelijk, en dat soberheid, zelfs statige armoede, het Huis des Heeren niet onwaardig zijn. Het is daarom beter zich met weinig tevre den tre stellen, als geen ruime geldelijke mid delen ter beschikking zijn in plaats van een kerk'geheel te versieren is het verkieslijke zich te beperken tot een gedeelte een kapel, een absis,* enz. en als men voor een altaar géén rijke en afwisselende bemeubeling kan aanschaffen, zijn de weinige noodzakelijke dingen voldoende, maar dan van uitgelezen vórm en van edele en duurzame materie." O, als men er toch eens van doordrongen was, wat echte gewijde kunst tot stand kan brengen in het gemoed van een volk, hoe zou merr zich met meer ijver toeleggen op den luister van Gods huis 1 Hoe dit te doen vraagt ge Steunt met uw belangstelling ieder ernstig streven tot be vordering van kerkelijke kunst. Steunt het katholieke kunstonderwijs. Zijt gë'wel doordrongen van de geweldige macht, die in de küitst eelëgeri is en dié kunstenaars kUMn en uitoefenen en ziet ge dan in, dat katho Hek 'kunstonderwijs even noodzakelijk is als het wetenschappelijke Tracht u zelf te ontwikkelen in zien en waardeeren van kerkelijke kunst. -En.er bestaat in ons land een heel ge makkelijk en voor de hand liggend middel, dattmen nog maar niet genoeg schijnt te ken nen Wordt lid van het Sint Bernulphusgilde, dat onder de hooge bescherming van het Doorluchtig Episcopaat staatWel was het goed gezién door den kunstzinnigen Mgr. van Heukelum, dat er een vereeniging moest komen, die ten slotte priesters, bouwmees ters, beeldhouwers, schilders, kunstnijveren en belangstellende leeken zou samenbrengen voor den bloei der gewijde kunst onder de schutse van St. Bernulphus, den grooten pas toor van Oosterbeek, die, toen hem Utrechts bisschopszetel was toegewezen „alle de bouw vallige kerken cn heilige plaatsen door gansch zijn Bisdom tot haren eersten luister hersteld en van alles voorzien heeft." (Batavia Sacra). Een prachtige wisselwerking ontstond in het .gilde tusschen priesters en kunstenaars door onderlinge besprekingen werden de ideeën gezuiverd, gildereizen bevestigden vriendschap en schoonheidszin. Welnu dit.alles bestond en bestaat nog en last not least, ieder lid van het gilde krijgt gratis voortdurend zijn welverzorgd en rijk geïllustreerd „Gildeboek" thuis, wat hem in staat stelt op de hoogte te blijven en zijn kunst zin te ontwikkelen. Als lid zijn behalve de ka tholieke kunstenaars ook alle priesters aan het gilde, welks deken steeds een priester is, wel kom. Velen zijn reeds fid, mogen allen hst worden en dat kunstlievende leeken niet ach terblijven, ook zij zijn welkom. Finantieele bezwaren behoeft men niet te hebben om die te voorkomen werd de contributie op 8.- gesteld en zelfs dit bedrag voor kapelaans en assistenten, die daarvoor in aanmerking ko men, gereduceerd Men zende derhalvfc even een berichtje van toetreding aan den ZeerEerw. heer pastoor Meijsing „Driesprong" Wassenaar, 1ste se cretaris of aan ondergeteekende, Maurits- straat, Breda, 2e secretaris, als men meent ook iets tq moeten doen voor den bloei der Ge wijde Kunst Moge algemeen het groote belang dezer kunst gaan begrepen worden en ieder door zijn persoon iets bijdragen tot herleving van dep ouden bloei, opdat „ook in onze dagen om- het voorhoofd der Kerk blijve schitteren, en steeds luisterrijker, die heerlijke aureool, waarmede baar goddelijke Stichter haar heeft willen omkransen, toen Hij haar maakte tot de moeder en de vrijgevige bron van inspiratie van die kunst, die „afstamt van God." HENRI SICKING. Naar wij vernemen hoopt de heer L. B. J. Moor, te Amsterdam, de bekende tooneel- speler, op 12 Febr. zijn 90sten verjaardag te vieren. Naar de Msb. verneemt, is bij een leger order, die binnenkort verschijnen zal, de bevordering bij keuze,' die in de laatste jaren veelvuldig plaats heeft gehad cn waarvan dezer dagen voor het eerst ook drie luite- nants profiteerden, eenigszins reglementair geregeld onder den titel van „voorbevor- dering". Tc beginnen met 1927 kunnen officieren, die de Hoogere Krijgsschool gevolgd hebben en na een jaar werkzaam te zijn geweest onder de bevelen van den chef van den ge- neralen staf het brevet van geschiktheid voor den generalen staf hebben verworven, twee jaar in de ranglijst verhoogd worden. Officieren, die alleen maar met goed ge volg de Krijgschool hebben afgeloopen, den technischen cursus aan de Technische Hoogeschool te Delft of den twee-jarigen rechtskundigen cursus te Amsterdam heb ben gevolgd, kunnen een jaar in dc rang lijst van het wapen, waartoe ze behooren, verhoogd worden. ITet vraagsfcik van den loonarbeid der ge huwde vrouw heeft in de christelijke vakbe- J weging der verschillende landen herhaalde lijk een punt van diepgaande studie uitge- Imaakt. Op voorstel van de Internationale Conferentie der Christelijke Arbeidsters heeft het in September 1925 te Luzen ge houden congres v^n het. Internationaal Christelijk Vakverbond een resolutie aange nomen. In 1926 heeft de christelijke textiel bewerkers-internationale eveneens dit vraag stuk behandeld. Ondanks den noodlottigen invloed, die de arbeid der gehuwde vrouw buiten het ge zin op het gezinsleven heeft uitgeoefend, is dit vraagstuk nog niet volledig en interna tionaal onderzocht. Daarom heeft zich het bestuur van het I.C V. gewend tot den Raad van Beheer van het Internationaal Arbeids bureau met het verzoek een dergelijke en quête te ondernemen. Hoewel de Internationale erkent, dat de economische omstandigheden en de geestes-' houding der betrokkenen wel hinderpalen kunnen zijn op den weg naar een wettelijk verbod van den loonarbeid der gehuwde vrouw, en dat het daarom misschien niet mogelijk in korten tijd tot internationale conventies te komen, zoo meent zij toch, dat het noodzakelijk is, over dit vraagstuk vol ledig gedocumenteerd en ingelicht te zijn. Om haar verzoek nader te omschrijven, heeft zij aan het Arbeidsbureau de volgende punten opgegeven, die bepalen, waarover de enquête zal moeten worden gehouden. 1. Numerieke beteekenis van den loonar beid in handel en industrie numerieke be teekenis in vergelijking met het totaal aantal vrouwen, werkzaam in dezelfde takken van industrie. 2. De loonarbeid der gehuwde vrouw bezien van economisch standpunt. Is de loonarbeid der gehuwde vrouw in het belang der productie absoluut noodza kelijk? Wat is de beteekenis van het loon der vrouw voor het gezinsinkomen? Welke economische lasten legt de loonarbeid der gehuwde vrouw op het gezinsleven (uitbe steding der kinderen en der wasch, enz.) Is de "door een langere middagpauze onder broken arbeidstijd, mogelijk in de indu strieën, waarin vrouwen werkzaam zijn 3. Hygiënische zijde van het vraagstuk. Ziekten, welke voor de gehuwde vrouw uit haar arbeid kunnen voortspruiten. De gevolgen van den loonarbeid der vrouw op het kind. 3. Sociale zijde van het vraagstuk en zijn betrekkingen tot het gezinsleven. Burgerlijke stand van de in loondienst ar beidende gehuwde vrouw (weduwe, geschei den vrouw, scheiding van tafel en bed).Aan tal kinderen ten laste van het gezin andere familieleden, welke ten laste der huishou ding komen (inwonende vader, moeder, zus ter enz.). Gevolgen van den loonarbeid der moeder op de misdadigheid der kinderen; Alcoholisme als een gevolg van de desorga nisatie van het gezinsleven; Onderzoek naar de kennis van het huishouden bij de gehuwde arbeidsters (hebben zij huishoudonderwijs genoten, enz?) VRIJDAG 28 JANUARI. HILVERSUM, 1050 M. 12,00 Politieber. 5.Ó06.45 Concert door het H.D.O.- orkest, Annie Salm, soptraan. 6.45 7.45 Fransche les voor beginners en les voor meergevorderden. 7.45 Politieker. 8.10 vijfde les vanwege 't onderwijs fonds voor de binnenvaart. Spreker M. Braam, over Het Binnenaanvarings— reglement. 8.35 Nutslezing, Mr. G. J. Salm, over De aarde ais stoom-seconde I. 9.35 Kamermuziek door het kwartet Helmann, F Helmann, le viool, Ben Meijer, 2e viool, F. Denayer, alt-viool, C. v. Leeuwen, Boomkamp, cello. DAVENTRY, 1600 M. 11.20 Concert Daventry-Kwartet en solisten (sopraan, tenor, piano). 12.50 Orgelconcert van de St. Mary-Le-Bow kerk. 1.202.20 Orkestconcert. 3.40 Fransche les. 4.05 Concert door de People's concert society, C. Izard, viool, J. R. Brand, hobo, V. Moore, piano. Muziek van Bach. 5.05 Concert (cello en bariton) 5.35 Kinderuurtje. 6.20 Orkestconcert. 6.50 Tijds., weerb., niaws. 7.05 Orkest- concert. 7.20 Lezing Seen on the screen. 7.35 Pianomuziek. Bach's 48 preludes en fugues. 7.45 Lezing Some modem building problems. 8.05 Variëte. E. Sheldon, syncopatie. Ramon en Nada, muziek, act, Rickards en Stevens, humo risten. 8.35 „Martha", opera van Flotow. 9.20 Weerber. nieuws. 9.35 Causerie. 9.50 „Martha" (vervolg). 11.20 12.20 Dansmuziek. PARIJS „RADIO-PARIS", 1750 M. 10. 10.5011.20 Nieuwsber. en muziek. 12.502.10 Concert, orkest Gayina en Mme. Dattmas, zang. 5.055.55 Con cert, zang en declamatie. 9.0510.50 Concert, 1 Orkest, 2 Liederen door Mme. Severin Mars. 3. Gedichtenvoorlezing. 4. „Les esclaves", samenspraak. LANGENBERG, 469 M. 3.50—5.15 Orkestconcert. 7.359.20 Kamermu ziek. Westf. blaaskwintet (piano, hobo, hoorn, fluit, clarinet, fagot). 7.359.20 Concert, Schoenmakerkwartet. KONIGSWUSTERHAUSEN, 1300 M, II.207.20 Lezingen en lessen. 7.50— 11.15 „Heimat". Duitsche liederen, le, deel „Der Kunstgesang", 2e. „Was das volk singt". 3e. Das lachende lied". HAMBURG, 394.7 M. 1.25—2.10 Ka mermuziek. 3.354.20 Concert door kinder-solisten (11 jaar). 7.50 zie Konigswusterhausen. BRUSSEL, 509 M. en ANTWERPEN, 266 M. 8.50:10.50 Galaconcert-orkest en solisten, om 10.05 Spaansche lezing. Het proces der Zaligverklaring ingeleid. Aangekondigd wordt volgens dc „Msb.", de publicatie van een decreet van de H. Congregatie der Riten, waarbij de Paus goedkeurt dat het proces ter zaligverklaring van de martelaren van den bokseropstand in 1900 wordt ingeleid. Deze zaligverklaring zal, wat het aantal betreft, de belangrijkste zijn waarover de Congregatie der Riten zich ooit heeft moe ten uitspreken. Zij omvat namelijk niet min. der dan 2418 slachtoffers van de boksers. Het is intusschen mogelijk, dat dit getal, hetwelk oorspronkelijk 2857 bedroeg, nog eenige vermindering ondergaat. Onder deze martelaren bevinden zich eeo aantal Europeesche religieusen, van wie vier bisschop waren," te weten mgr. Gray- si, mgr. Fogolla, mgr. Fantosati en mgr. Verhaegen. Het Persbureau V. D. verneemt, dat Dins dagavond a.s. in den raad van Maassluis zal worden behandeld een voorstel tot verkoop van het fabrieksgebouw in de KapclpoHer, met 3000 a 4000 M2. bijliggenden grond. De voo-loopige koopacte moet reeds voor B. en W. zijtn gepasseerd. De kooper, de beer C. van Toor Czn., brengt zijn geheele bedrijf van Vlaardingen naar Maassluis over, dat daardoor een belangrijke industrie rijker wordt. Er zullen ruim 100 werklieden te werk gesteld worden. De thans nog in den Kapel'polder leegstaande woningen zullen dan weldra zijn verhuurd en de algemeens toestand zal hierdoor weer eenigermate ver beteren. Blijkens de in Januari 1927 verschenen naamlijsten der studenten van het Angeli cum te Rome, zijn aldaar voor hef; acade misch jaar 19261927 de volgende Neder landers ingeschreven: J. Beurskens Congr. S.S. Sacr.; dr. P. in 't Groen, Congr. Presb. a. S. C. Jesu; dr. Fr Schroeder (aartsbisd. Utrecht); L. Libum, Assumpt.; A. v. d. Pasch O. Stae. Crucis; P. v, d. Spanck, Congr. S.S. Sacr.; C. v. Oosterhout (bisd. Breda); H. v. Rooyen O. S. Crucis; J. Voogt, Obl. Mar. luim.; L. Warmerdam, Congr. S.S. Sacr. en R. Weel, Assumptio- nist. Luxemburg gaf vijf weldadigheidszegels uit van 5, 40, 50, 75 centimes en 1.50 franc met een toeslag van respectievelijk 5, 10, 15, 20 en 30 c. Op deze zegels komt het portret van Prins Jean. PARKLAAN 94 - TELEF 11410 Apartement- en Salon telephoon. Stroomend koud en warm water. Matige prijzen. Intieme zaaltjes voor club- en familie feestjes. 88 Dat zegt ge wei, maar als men hoort, wat de bedienden zooal praten, dat de graai zeer bedaard is, dat bij voortriffelijk dineert door het voorgevallene, dan weet men waarlijk niet, ol men zich met de groote deelneming voor den dokter, die overigens een uitstekend mensch was, in dit geval niet vergist. Dat is niet waar, stoof de goedhartige of ficier op, de duivel hale dat bediendeft- gepraat. Wangerloh zal zeker wel iets ge bruikt hebben sedert dien ongelukkiger dag, anders ware hij wei verhongerd. Als zijne moeder hem op dien dag aan een goe de tafel wachtte, daar hij haar gezegd had ter jacht te gaar, zoo kan dit hem toch onmogelijk ten laste gelegd worden. Ik ken de oorzaak niet van het tweegevecht; ik verzoek u in allen ernst, mij te verschoo- nen van vragen, die ik niet beantwoorden kan; maar daar ge zoo erg bescheiden zijt, wil ik u we! zeggen, dat Wangerloh geheel verpletterd was. Toen ik hem wegleidde als een hulpbehoevend bind en hem de deur zijner kamer binnenduwde, waar zich zijne moeder bevond, zag hij er zoo vreeselijk veranderd uit, dat de oude gravin een lui den kreet uitte en nimmer zal ik den toon vergeten, waarop hij zeide: Ik heb daareven Constantijn neergeschoten! Vreeselijk, vreeselijk, en verder? Verder niets, ik zeg u immers, niemand heeft hem weergezien. Is hij nog op vrije voeten? vroeg de ka merheer. Natuurlijk nog, zoo spoedig gebeurt zoo iets niet. Het is gewis een zeldzaam geval, zei de onvermoeide, dat de familie der eerie partij zoo volkomen onzijdig zich toont. Graaf Wolf neemt het air aan, als had hij een zoon verloren, niet als had zijn neef een te genstander neergeschoten; de schoone gra vin was gehuld in geheele wolken van zwarte krip en de palmtakken op de kist zijri van de oude gravin Wangerloh. Zeg mij, waarde baron, heeft men ooit zoo iets geheimzinnigs beleefd? Neen; het eenige waf klaar is als de dag, 'is de algemeene overeenstemming daarin, dat Wangen een zeer voortreffelijk mensch was. Ik was hem bijzonder goedgezind en bad hem gaarne ergens anders ontmoet, dan op die open plaats. Toen de plechtigheid voorbij was, gingen de lijkgangers heen. Men had hem reeds zoo lang tot de dooden gerekend, zich zoo lang verzoend met zijn verlies, hij had, toen hij vluchtig een oogenblik weder opdoem de, zoo in het geheel geene betrekkingen op het leven vernieuwd, dat ook de.deelneming voor hem niet van langen duur kon zijn. Wat er van overbleef was meer bevredigde nieuwsgierigheid, dan dieDgaand leedwezen. De stroom des levens rukt menschen onop, houdelijk weg van de oorden des geluks oï der smart, aan welke zij een oogenblik heb ben stilgestaan. Des namiddags had dc opening plaats van zijn testament, dat hij in handen des ouuen Rubens had gelegd en op welks om slag men las: Ter kennisneming van den heer graaf Wolf von Wangerloh, van de gravin Theresa von Wangerloh en van den heer Richard Lenz Het jonge meisje had moedig alles door leefd met de mannen, vanaf dc eerste; ver schrikkelijke mare dal Constantijn gevallen was, tot het laats'e droeve afscheid. Wat vreemd was geweest en overdreven in deze dappere en trotsche natuur, dat was zelfbe- wus'e kracht geworden in de schoonste verhouding tot haar levendig gevoel; hare eigenzinnigheid, een trouw vasthouden aan datgene, wat zij erkende als recht. Zij was n'et meer het kind, dat trotsch en ongedul dig zich wilde opheffen tot den man;' die haar over het hoofd zag, en dien zij toch liefhad met al den gloed van haar nog on- j gelouterd gevoel, nu stond zij vrij naas' hem en vast op de hoogte, welke zij had bestegen. Richards bezorgde bl'k onderzocht baar bleek gelaat en de schoone cQgen, we'ke nog de sporen droegen der tranen; hij deed den voorslag, de voorlezing yan Constan'.ijns laatsfen wjl uit te stellen. Toch niet, zeide zij vriendelijk, ik ben daarjoe bedaard genoeg. Al heeft de s'orm uitgewoed, toch nog ziet men zijn spoor. Het toeval wilde, dat zij dicht bij elkan der zaten voor de tafel waarachter de zaak waarnemer bad paats genomen; zijn blik was .hoofdzakelijk gericht in zijne toespraak tot Set jonge paar, daar graaf Wolf ter zijde sloufl en het was als een onzich'bare hand, welke de weerden vn den doode in deze ure slingerde om beiden. „Voordat ik mijne wenschen en bepalin- gerij 'Openbaar aan hen," zoo las Ruben, verk'aar ik plechtig in het aangezicht van den dood en voor God den Alwetende, dat ik niet schuldig ben aan datgene, waarvan men,.; mij aanklaagt." Nimmermeer, sedert hare meisjesdagen heb. ik de vrouw gezien, welkp men mijne gaden noemde; niets weet ik van het kind, dat mijn naam draagt. De uitsoraak der ge- s'orvaene, dat ik in geen enkele betrekkin'' tot haar stend, is de zuivere waarheid, zoo waars helpe mij God!" Richards blik trof den graaf vol verwijt. Daaraan twijfelde ik niet, fluisterde deze zacht. ,',ijtear wat ik betuig en watmijne vrien den van mij ge'ooVen, is van nul en geene- waarde voor cle wet. Z.oo'ang geen bewü- -anvan het teg-ndeel zijn biUebracht, geldt Veronica als mijn kind en als zoodanig zal door. voogden voor haar gezorgd worden, zoodra mijne oogen zullen gesloten zijn Arme kleine - geen vreemden zullen wil lekeurig, zij het ook met de beste bedoe ling, over haar beslissen en haar wellich! aan hare vrienden ontrukken; daar de wet haar mij toèkenl, maak ik gebruik van de mij opgedrongen vaderlijke rechten. Ik schenk haar mijn naam als rechtmatig bezit; ik neem haar plechtig aan als een ge'iefd kind. Ik laat Veronica Wangen mijn geheele vermogen na, dat zich, volgens bijliggende bewijzen, bevindt in de Engelsche bank en benoeme tot beheerder daarvan den zaak waarnemer, den heer Ruben. Als voogd, welke zorg zal moeten dragen voor de opvoeding van het kind. benoem 'k den heer Richard Lenz. maar ik verzoek de gravin Theresia Von Wangerloh, als ge dachtenis aan mij, hem als medevoogdes met raad en daad ter zijde te staan. Ik be hoef mijnen vrienden de kleine wceze, welke nu mijn naam draagt, niet aan te be velen, Zij beiden minden haai' reeds en er barmden zich reeds harer, eer ik van haar bestaan afwist en aan beiden is zij gehecht door nauwere banden dan aan mij. Stervend kan ik nie's doen, dan voor de wereld hare familiebetrekkingen verzekeren en vaststel len naar mijn beste vermogen mijnen vrienden blijft de schoonere taak, haar tot vader te zijn en moeder in de edelste be teekenis van dit woord. Daarmede moge bet dan vrede worden in dezen zoo bitleren strijd; aan de eer is nu genoeg gedaan, wat daar nog wordt bijge voegd, is van den boóze. Mijn zegen zal rusten op het kind, dat ik nu het mijne noem; moge het gelukkig zijn! Ik dank hen, die mij trouw waren in het leven, en hem, die aan mij misdeed, schenk ik mijn vergiffenis, zoodra- hij die begeert. Constantijn' Wangen". De oude zaakwaarnemer vouwde, leen hij geëindigd had, het b'ad zwijgend dicht en iegde het voor zich op de tafel. Theresia's hoofd was in den armstoel gezenken en zij bedekte de vochtige oogen met haren zak doek. Zoo edel, zoo eenvoud'g en groot en hij is heen! zeide graaf Wolf geroerd. Daar Richard zweeg en voor zich been blikte, wendde de zaakwaarnemer zich tech'streeks tot hem. Neemt gij dc plichten or> u, heer Lenz, die u bier worden opgelegd, vroeg hij. In bunnen vollen omvang, hernam bij; het is mij alleen een eigenaardig gevoel, dat mij neg verleend wordt, wat rhjj toekomt en wat ik lang reeds bezaL Wie ter wereld heeft meer recht op het k'nd dan ik? De zaakwaarnemer lachte; dit gevoel hebt 4e, omdat het u zoo moeilijk val', u te olaatsyi oo het gebied des rechts. Volgens de wet hebt gij ''een aanspraak op het k'nd. "loedverwanfschsp bes'aat n:el en gevoe lens vn vriendschap komen hier niet ia aanmerking. Da"k het hem, die is heenge gaan dat h'i zulke moeilijke en voor u zoo droeve z»k~n op zoo eenvoudige wiite heeft geschikt. (Wordt vervolgd.)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1927 | | pagina 6