Radio-Omroep.
De liefde van een
kunstschilder.
De ïüiancieele uiteenzettingen van Poincaré worden gunstig ont
vangen en hebben 'zijne positie versterkt. De verwerping van het
verdrag van Lausanne door den Amerikaanschen Senaat zal niet van
invloed op de Turksch-Amerikaansche betrekkingen zijn. De uit
Frankrijk verbannen kolonel Garibaldi heeft zich naar Amerika inge
scheept.
Onder de Radio-berichten: Namens Chamberlain wordt aan de Brit-
sche Arbeiderspartij een schrijven gericht inzake China. Geruchten
omtrent een samenzwering tegen Tsjitsjerin. Inzake het geschil tusschen
de S. en Mexico wordt in den Amerikaanschen Senaat de motie-
Robinson tot arbitrage aangenomen. De voorsteilen der Britschè
regeering aan China.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
KUNST EN KENNIS.
Op voor de gewyde kunst.
L. B. J. Moor 90 jaar.
LEGER EN VLOOT.
V oorbevordering.
SOCIAAL LEVEN.
De loonarbeid
der gehuwde vrouw.
KERK EN SCHOOL.
De Martelaren
van den Bokseropstand.
HANDEL EN NIJVERHEID.
Maassluis een industrie rijker.
POSTZEGELNIEUWS.
Nederlandsche studenten
aan het Angelicum te Rome.
Weldadigheidszegels
van Luxemburg.
PARK HOTEL
FEUILLETON.
De financieele plannen
van Poincaré.
In zijn antwoorden op de vragen, hem ge
daan na voorlezing zijner schriftelijke uiteen
zetting in de Kamercommissie voor finan
ciën, heefï Poincaré ten slotte meer losgelaten
dan men verwachtte. Dit feit, zoowel als de
enorme verbetering van den financieelen toe
stand in ecu half jaar verkregen, maakt het
zijn tegenstanders uiterst moeilijk hun kri
tiek vol te houden. Hoofdzakelijk bepalen zij
er zich daarom toe op te merken, dat Poin
caré geen algemeen plan heeft en zich door de
omstandigheden laat leiden. Zelfs dit echter
schijnt niet heel erg, wanneer men gezorgd
heeft dat die omstandigheden in Frankrijks
voordeel veranderd zijn
Twee belangrijke uitingen zijn vooral te
onderstreepen ten eerste verklaarde Poin
caré onomwonden dat hij niet van plan is de
revilorisatie voorioopig voort te zetten, maar
zal zorgen dat de koers praktisch gestabili
seerd blijft. Tot eigenlijke stabilisatie zal hij
echter vooreerst niet overgaan, zoolang niet
gebleken is, dit de koers gehandhaafd worden
kan. Het „Petit Journal", het blad van Lou-
cheur, betreurt, het dat de stabilisatie nu
maar niet 6 dadelijk wettelijk doorgevoerd
wordt, maar overigens wordt Poincaré's sys
teem algemeen als voorzichtig en juist gepre
zen. En natuurlijk herademen de handel en
industrie nu er geen gevaar meer is voor de
voortzetting der revalorisatie, die steeds een
blijvende dreiging was.
De tweede mededeeling van belang is die,
dat de regeering niet zal aandringen op een
eerstdaagsche ratificatie van de overeenkom
sten inzike de intergeiliieerde schulden. Dit
werd gemotiveerd met de overweging, dat
de Amerikiansche Senaat toch vooreerst geen
zitting houdt, maar het is duidelijk dat de
moeilijkheid vooral hier zit, en met het voor
uitzicht der verkiezingen van het volgende
jaar weinig Kamerleden geneigd zijn hun
sanctie aan de voorstellen te hechten. Ook
blijkt hieruit, dat Poincaré overtuigd is zich
voorioopig en misschien wel altijd zonder
groote buftenlandsche credietea te kunnen
redden. Belangrijk zijn ten slotte nog de ver
klaringen over het lucifers-monopolie. Hoe
wel Poincaré er den nadruk op legde, dat
dc regeering daarover nog niet had beraad
slaagd, erkende hij toch de realiteit van het
bestaan van een plan en voegde er bij dat er
geen vervreemding, slechts exploitatie van het
monopolie wordt beoogd. Dit om de linksche
agitatie voor staatsexploitatie in bedwang te
houden. Hij beloofde om, wanneer het voor
stel in behandeling komt, dit maal niet de ver
trouwensvraag te stellen teneinde de partijen
geheel vrij te laten. Dit ontneemt der link-
schen groepen waarlijk het grootste deel van
de gegronde redenen tot kritiek.
Men kan dus zeggen dat de verklaringen
van Poincaré overal een uitnemenden indruk
hebben gemaakt en dat zijn positie, m het
licht van hetgeen tot stand is gebracht sinds
hij in Juli den financieelen chaos overnam,
sterker is dan ooit.
Garibaldi naar de Ver.
Staten.
Ricciotti Garribaldi, die uit Frankrijk is
verbannen, heeft afgezien van zijn plan om
Zich naar Zwitserland te begeven. Hij heeft
zich via Havre naar de Vereenigde Staten
begeven, waar zijn broer Peppino woont.
Een vlieg-incident#
Ge meldt wordt uit Athene, dat ten gevolge
van de vertoogen der Grieksche legatie in
Sofii, de Bulgaarsche regeering onverwijld
den Griekschen vlieger heeft vrijgelaten, die,
door mist misleid, in Petritsj op Bulgaarsch
grondgebied was geland.
Zijn machine zal hem worden teruggege
ven.
De verhouding van Tur
kije tot de Ver. Staten.
Admiraal Bristol,de diplomatieke vertegen
woordiger var. de Ver. Stater in Turkije,
heeft aan de Turksche regeering een nota
overhandigd, waarin ter kennis wordt ge
bracht, dat de Senaat der Ver. Staten gewei
gerd heeft het verdrag van Lausanne te rati-
ficeeren, dat de regeering al het mogelijke
heeft gedaan om de ratificatie van het ver
drag door den Senaat te verzekeren, en voorts
dat de regeering der Ver. Staten wenscht te
stipuleeren dat de houding van den Senaat
in geen geval een verbreking van de goede re
laties tusschen de beide landen beteekent.
Te Angora zullen tusschen Bristol en de
Turksche regeering de onderhandelingen
worden voortgezet over verlenging van het
voorloopige handelsverdrag.
De Chineesche ambas
sade te Washington.
Uit Washington wordt aan de „Evening
Standaard" geseind, dat dr. Alfred 'Sze, de
Chineesche gezant te Washington, voorne
mens is de legatie te sluiten en geen diplo
matieke vertegenwoordiging achter te laten.
De beweging tegen de
vreemdelingen in China.
De evacuatie van buiten! andsche zende
lingen uit de plaftelandsdistricten in de delta
van Kanton wordt noodig geacht. Men ver
wacht, dat over enkele dagen de uitgeweke
nen te Hongkong zullen aankomen.
De autoriteiten te Hongkong nemen
voorzorgsmaatregelen teneinde de onont
beerlijke diensten in de stad te beschermen
voorgeval er ongeregeldheden mochten ont
staan tengevolge van mogelij kè gebeurtenis
sen te Shanghai en in de omgeving daarvan.
De politie en de burgerwachten te Hongkong
zijn versterkt en gereorganiseerd.
Tsjens Verklaring.
Volgens den Pekingschen correspondent
van de „Manchester Guardian" wordt de
verklaring van Tsjen, den Kantonneeschen
minister van Euitenlandsche Zaken, be
schouwd als een ontmoedigend begin voor
de onderhandelingen tusschen Tsjen en
O'Malley machtiging had gekregen om aan
Tsien mede te deelen, dat de Engelschen
den door de nationalisten voorgestelden
grondslag voor onderhandelingen aanvaard
den. De Britten waren n.l. bereid, het fait
accompli te Hankau te erkennen en van deze
basis uit te gaan voor het bespreken van een
practische regeling, die alle geschilpunten
bestrijkt.
In aansluiting hiermede dient vermelding
een telegram van den correspondent van
hetzelfde blad te Shanghai, die meldt dat
de zending van een bataljon Punjabis naar
Hongkong te Sjanghai wordt beschouwd
als een aanwijzing, dat zich in de betrekkingen
tusschen Engeland en China een groote crisis
ontwikkelt. Bovengenoemde verklaring van
Tsjen wordt, naar de correspondent meldt,
opgevat als een bevestiging van deze ziens
wijze. Zij wordt uitgelegd als een uitdaging,
en als een bedreiging met een economischen
boycot van Groot-Britannië en andere mo
gendheden.
De Amerikanen ui China zijn bovendien
bevreesd, dat de actie van Engeland de
veteeniging van alle Chineesche groepen,
die elkaar thans bestrijden, tot één natio
nale beweging tegen de vreemdelingen zal
verhaasten, waardoor de handel geheel zou
worden lam geslagen en een zeer gevaarlijke
toestand zou ontstaan voor de buitenland-
sche zendelingen, die nog in het binnenland
vertoeven.
HET VI-de EUCHARISTISCH NATIO
NAAL CONGRES IN FRANKRIJK.
Dit congres zal van 3 tot 10 Juli te Lyon
phats vinden. Het eucharistisch congres van
1927 zal in waardigheid bij. de voorgaande
niet onderdoen. Reeds zijn de voorBereidinr
gen er toe getroffen én de tiitfióodigingen ver
zonden. Het eerste eucharistisch nationaal
congres vond plaats in 1900 en 'wijdde zich
voornamelijk aan de verspreiding der dage-
lijksche heilige Communie. Het tweede con
gres werd in Ars gehouden in 1911 ter herin
nering en vereering van den zaligen pastoor
van Ars. Het derde kon ten gevolge van den
oorlog eerst in 1921 gehouden worden en had
tot doel de vereering van het heilig Hart.Sinds
dien wordt alle twee jaar regelmatig een eucha
ristisch congres gehouden. In 1923 werd het
in Parijs gehouden, in tegenwoordigheid van
4 kardinalen en 70 aartsbisschoppen en bis
schoppen. Het vijfde congres vond plaats in
1925 te Reims. Zoo juist is de officfeele feest
uitgave van dit congres verschenen.
EUGENE TURPIN OVERLEDEN.
De uitvinder van het meliniet.
Turpin, die 79 jaar oud is geworden, woon
de reeds vele jaren in stille afzondering in
Pontoise, in het Oise-dep., na een bewogen
leven van arbeid. Als jonge man van 26 jaren
werkte hij in een fabriek van kinderspeelgoed
en vond toen een soort kleurstof uit voor hej
schilderen van het speelgoed, welke geheel on
gevaarlijk was in geval de kinderen de voor
werpen aan den mond mochten brengen. Hij
verwierf daarmede den prijs-Montyon.
In 1881 deed hij een nieuwe ontdekking
hij construeerde het z.g. terugloopend kanon
op een affuit. Toen hij zijn uitvinding jan het
ministerie van oorlog aanbood, werd hij afge
wezen. Turpin liet zich niet ontmoedigen,
bleef rustig doorwerken en deed tal van uit
vindingen op chemisch gebied. Eén er van
was het meliniet, dat zulk een schrikkelijke
uitwerking in den oorlog zou hebben. Turpin
slaagde er in de ontpioffingskracht van gra
naten tot groote hoogte op te voeren en het
aantal ontplofbare stoffen met nieuwe aan te
vullen.
Het ministerie van oorlog, afdeehng artil
lerie, kocht het patent van hem en betaalde
hem 250.000 francs. Hij slaagde er echter niet
in een bepaalde overeenkomst met den
Staat te sluiten zelfs kreej hij geen vergun
ning om hef meliniet verder te vervaardigen,
daar hij zijn opleiding niet op de Polytech
nische Hoogeschool, noch op de Mijnbouw-
school genoten had. Op een goeden dag deed
minister Freycinet in de Kamer mededeeling
van de uitvinding, doch schreef haar toe aan
een legerofficier.
Turpin was daarover zeer verbolgen, maar
weigerde nochtans zijn uitvinding aan het
buitenland te verkoopen. Een Fransch in
dustrieel slaagde er evenwel in het procédé
machtig te worden en verkocht weldra dui
zenden tonnen meliniet naar het buitenland.
Een reeks processen volgden, terwijl Turpin
in een brochure, „Comment on m'a vole la
melinite" zijn positie uiteenzette. Hef-heette
toen dat hij daarin belangrijke documenten
omtrent de Fransche legerorganisatie wereld
kundig had gemaakt, en hij werd tót vijf jaar
gevangenisstraf veroordeeld. Na hevige in
cidenten in de Kamer en den Senaat, werd hij
echter in 1901 in vrijheid gesteld eh gerehabi
liteerd, doordat zijn uitvinding officieel aan
hem werd toegeschreven. Hij ontving 100.000
francs schadevergoeding. Zelfs kreeg Hij een
leidende positie in het ministerie van oorlog,
waar hij als trait d'union optrad tusschen de
technische afdeeling en de artillerie
In 1925 verleende men hem een pension
van 25.000 francs 's jaars hij trok zich toen
in het particuliere leven tering. Nooit vergat
hij het onrecht hem aanvankelijk aangedaan.
„Ik beklaag mij niet alleen over het leed, dat
men mij heeft berokkend," zeide hij, „maar
ook over het goed, dat men mij verhinderd
heeft te doen."
DE SENAAT EN HET VROUWEN
KIESRECHT.
Gisteravond is in de zaal der Sociétés
Savantes te Parijs een openbare vergadering
gehouden, welke door den Franschen natio-
nalen Vrouwenraad was uitgeschreven. Zij
stond onder leiding van den heer Justin
Godart, oud-minister en senator.
Het feit dat de jongste verk'ezingen een
groor aantal nieuwe leden in den Senaat
hebben gebracht en daardoor allicht het
oordeel van dit lichaam over de questic van
het kiesrecht der vrouw is gewijzigd deed
tal van feministische vereemgingen op initia
tief van den Vrouwenraad besluiten de bijeen
komst uit te schrijven.
Niet minder dantien Senatoren heb
ben het woord gevoerd. Verschillende van
hen hadden bedenkingen tegen het vrouwen
kiesrecht, doch het meerendeel der sprekers
toonden zich bereid mede te werken om
den weg naar den Senaat voor de vrouwen
te banen.
WELLS VERDACHT.
De directeur van het postkantoor in Grasse,
het Zuid-Fransche dorpje benoorden Cannes,
maakte er zich sinds geruimen tijd ongerust
over dat een „zekere" Wells, een Engelsch-
man, dagelijks stapels brieven uit het buiten
land ontving. Hij vermoedde dat de vreem
deling een samenzweerder was, bezig een
of ander complot te smeden. Hij liet hét
landhuisje van den vreemdeling streng be
waken, maar er werd mets verdachts bespeurd
Toen trok hij er zelf heen en vroeg den
Engèlschman naar de reden zijner omvang
rijke correspondentie. „Ik weet het niet",
antwoordde de eigenaar, die zóó weinig
verdacht deed, dat de postdirecteur overtuigd
was dat het geen samenzweerder, maar een
waarzegger moes' betreffen.
Blijkbaar had hij de „History of tlie Clis-
sold family" niet gelezen, waarin de beroênide
Engelscht auteur H.G. Wells, die op het
oogenblik in Frankrijk woont, eenjge hoofd
stukken aan zijn verblijf daar wijdt.
DE TOREN VAN DINANT.
Het herstel van den toren der kerk van
Dinant is thans bijna voltooid. In den oor
lóg werd deze toren zwaar beschadigd en
door het geheele land werden gelden ver
zameld om hem te herstellen. Op den toren
staat een kruis van 61/2 m. dat 500 kg. weegt;
de weerhaan is 23 kg. zwaar.
De heele stad was samengeloopen om. de
laatste werkzaamheden van de plaatsing
bij te wonen en een hoera ging op toen de
arbeiders het sein gaven dat 't werk voltooid
was.
IJZERERTS GEVONDEN.
De ivPopólö d'Italié" maakt melding van
officieele berichten over het vinden van
ijzererts m de Apuaansche Alpen tusschen
Massa en Lucca, dicht aan de golf van Genua.
Sedert vijf maanden was de ingenieur deila
Rosa met tweehonderd man in de streek
werkzaam en tal van boringen zijn verricht.
Thans is een ader van driekwart km. ter
diepte van 14 voet blootgelegd.
De gevonden materie zou 41.9% ijzer
bevatten.
TEGEN DE CO'EDEATIE IN CANADA.
Dr. E.B. Wylüe, leider van het presby
terium van Ottowa, van de Presbyteriaansche
kerk van Canada diende bij de regeering
een memorandum in waarin hij vaststelt,
dat het gemeenzaam onderwijs der jongens
en der meisjes in de middelbare scholen
bij de jeugd geen, goede mofeele gevolgen
heeft.
Wel is de tijd gekomen, dat een dringend
woord gezegd mag worden ter bevordering
van de gewijde kunst in ons land.
Het nummer van December 1926 van „Het
Gildeboek", orgaan van het St. Bernulphus-
gilde heeft hieromtrent een wenk door de
vertaling te publiceeren van de hand van
pastoor Boogmans, deken van genoemd gilde
van de circulaire der Staatssecretarie van
Zijne Heiligheid aan de Hoogwaardige Ordi
narii van Italië van 1 September 1924, No.
34215.
Uit die circulaire, onderteekend dpor Z.Em
Card. Gasparri blijkt de groote bezorgdheid
van den H. Vader voor het behoud en den
bloei van de kerkelijke kunst en de beteeke-
nis diei kunst wordt nog eens onderstreept
„In deze stoffelijke uitrusting heeft de Kerk
als èen afglans van haar eigen geestelijke
schoonheid weerspiegeld, zoodat alles, wat in
het verloop der eeuwen op eenigerlei Wijze
daartoe behoorde, door Haar in de kunst lie
felijkheid en adel verkreeg.
En na regelen te hebben vastgesteld zoo
wel betreffende zorgvuldige behandeling van.
oude kunstschatten als tot onderzoek van
nieuwe plannen en tot ontwikkeling van den
kunstzin van de priesters en ook van leeken,
die steun kunnen verleenen, sluit de circulaire
met de treffende bewoordingen
„.'.Ti opdat, mét behulp van de gewetens
volle uitvoering der boven aangegeven regels,
ook in ónze dagen om het voorhoofd der Kerk
blijve schitteren, en steeds luisterrijker, die
heerlijke aureool, waarmede haar goddelijke
'Stichter haai' heeft willen omkransen, toen
Hij haitf maakte tot de moeder en de vrijgevi
ge bröh van inspiratie van die kunst, die „af
stamt van God"
Wij-Nederlanders, we willen het zoo gaarne
hooren, dat we steeds vooraan zijn om de
wetten' neen de wenschen uit Rome op te
Vólgen en als we nu lezen in deze gewichtige
circulaire, dat „het passend, of beter nog,
riöödiritkelijk is, dat de geestelijken, zonder de
pretentie zich 'in de plaats te stellen van de
kunstenaars van beroep, voldoende kunst-
Zinnige ontwikkeling en fijnen smaak voor het
schoofte bezitten om met zeker oordeel de be
staande werkerr op prijs te stellen en om hun
gedragslijn te weten bij nieuwen aanbouw, bij
yergrootingen, bij versiering, bij het opdragen
van nieuwe werken, bij het verwerven van
nieuwe aanwinsten enz." dat niet alleen aan
de seminaries bijzondere cursussen in de ge
schiedenis der kerkelijke kunst worden ge
geven, doch dat ook dc smaak en kunstzinnige
beschaving door middel van boeken, confe
renties en voorlezingen bevorderd zal worden,
vooral bij lien, die door hun ambt (zooals ae
kerkbesturen).door hun fortuin of door ande
re persoonlijke eigenschappen meer dan an
deren nuttig kunnen werken voor de goede
zaak der religiéuse kunst als we dat alles
lezen, zullen we dan zeggen „Nu ja, dat
geldt voor Italië, maar daarmede hebben wij
niets te maken
Zullen we aan de rechtmatige overtuiging
van Italië's eminenten kunstrijkdom de be
wering toevoegen, dat wij geen werken van
kunstwaarde bezitten
Of zullen we zeggen Ook in onze lage lan
den zal de kunst een afglans te zien geven
van de schoonheid der Kerk ook hier heb
ben we wonderbare Kathedralen, als een Sint
Jan in Den Bosch, hier werden fiere torens
als die van Breda, Utrecht en Zalt-Bommel
g'efcpuwd.
Hier ontstond de reuzige Dom van St. Ser-
vaas en kwamen tal van oude muurschilde
ringen onder de kalklaag te voorschijn. En
heeft men dan in lateren tijd stil gezeten? Wat
vyerd er niet gedaan om b.v. de nieuwe Sint
Bavo té maken tot een monument van de eer
ste beteekenis en met hoeveel ijver wordt in
nieuwe kerken door 't heele land gezocht naar
de verwezenlijking van het ideaal Zeker er
is een streven, een krachtig pogen, maar de
belangstelling is niet algemeen genoeg.
„Maar" hoor ik zeggen, „dat geldt voor
name gebouwen en kunstwerken, waaraan
veel geld besteed kan worden," in een eenvou
dige dorpsparochie b.v. kan men zich niet
veel met de eischen der kunst afgeven." Ook
daarop vindt men een antwoord in par. 17 van
Hoofdstuk II, Moderne Gewijde Kunst
„Men bedenke verder, dat rijkdom en
pronk nooit noodzakelijk, en dat soberheid,
zelfs statige armoede, het Huis des Heeren
niet onwaardig zijn.
Het is daarom beter zich met weinig tevre
den tre stellen, als geen ruime geldelijke mid
delen ter beschikking zijn in plaats van een
kerk'geheel te versieren is het verkieslijke
zich te beperken tot een gedeelte een kapel,
een absis,* enz. en als men voor een altaar
géén rijke en afwisselende bemeubeling kan
aanschaffen, zijn de weinige noodzakelijke
dingen voldoende, maar dan van uitgelezen
vórm en van edele en duurzame materie."
O, als men er toch eens van doordrongen
was, wat echte gewijde kunst tot stand kan
brengen in het gemoed van een volk, hoe zou
merr zich met meer ijver toeleggen op den
luister van Gods huis 1
Hoe dit te doen vraagt ge Steunt met uw
belangstelling ieder ernstig streven tot be
vordering van kerkelijke kunst.
Steunt het katholieke kunstonderwijs. Zijt
gë'wel doordrongen van de geweldige macht,
die in de küitst eelëgeri is en dié kunstenaars
kUMn en uitoefenen en ziet ge dan in, dat katho
Hek 'kunstonderwijs even noodzakelijk is als
het wetenschappelijke
Tracht u zelf te ontwikkelen in zien en
waardeeren van kerkelijke kunst.
-En.er bestaat in ons land een heel ge
makkelijk en voor de hand liggend middel,
dattmen nog maar niet genoeg schijnt te ken
nen Wordt lid van het Sint Bernulphusgilde,
dat onder de hooge bescherming van het
Doorluchtig Episcopaat staatWel was het
goed gezién door den kunstzinnigen Mgr. van
Heukelum, dat er een vereeniging moest
komen, die ten slotte priesters, bouwmees
ters, beeldhouwers, schilders, kunstnijveren
en belangstellende leeken zou samenbrengen
voor den bloei der gewijde kunst onder de
schutse van St. Bernulphus, den grooten pas
toor van Oosterbeek, die, toen hem Utrechts
bisschopszetel was toegewezen „alle de bouw
vallige kerken cn heilige plaatsen door gansch
zijn Bisdom tot haren eersten luister hersteld
en van alles voorzien heeft." (Batavia Sacra).
Een prachtige wisselwerking ontstond in
het .gilde tusschen priesters en kunstenaars
door onderlinge besprekingen werden de
ideeën gezuiverd, gildereizen bevestigden
vriendschap en schoonheidszin.
Welnu dit.alles bestond en bestaat nog en
last not least, ieder lid van het gilde krijgt
gratis voortdurend zijn welverzorgd en rijk
geïllustreerd „Gildeboek" thuis, wat hem in
staat stelt op de hoogte te blijven en zijn kunst
zin te ontwikkelen. Als lid zijn behalve de ka
tholieke kunstenaars ook alle priesters aan het
gilde, welks deken steeds een priester is, wel
kom. Velen zijn reeds fid, mogen allen hst
worden en dat kunstlievende leeken niet ach
terblijven, ook zij zijn welkom. Finantieele
bezwaren behoeft men niet te hebben om
die te voorkomen werd de contributie op 8.-
gesteld en zelfs dit bedrag voor kapelaans en
assistenten, die daarvoor in aanmerking ko
men, gereduceerd
Men zende derhalvfc even een berichtje van
toetreding aan den ZeerEerw. heer pastoor
Meijsing „Driesprong" Wassenaar, 1ste se
cretaris of aan ondergeteekende, Maurits-
straat, Breda, 2e secretaris, als men meent ook
iets tq moeten doen voor den bloei der Ge
wijde Kunst
Moge algemeen het groote belang dezer
kunst gaan begrepen worden en ieder door
zijn persoon iets bijdragen tot herleving van
dep ouden bloei, opdat „ook in onze dagen
om- het voorhoofd der Kerk blijve schitteren,
en steeds luisterrijker, die heerlijke aureool,
waarmede baar goddelijke Stichter haar heeft
willen omkransen, toen Hij haar maakte tot de
moeder en de vrijgevige bron van inspiratie
van die kunst, die „afstamt van God."
HENRI SICKING.
Naar wij vernemen hoopt de heer L. B. J.
Moor, te Amsterdam, de bekende tooneel-
speler, op 12 Febr. zijn 90sten verjaardag te
vieren.
Naar de Msb. verneemt, is bij een leger
order, die binnenkort verschijnen zal, de
bevordering bij keuze,' die in de laatste jaren
veelvuldig plaats heeft gehad cn waarvan
dezer dagen voor het eerst ook drie luite-
nants profiteerden, eenigszins reglementair
geregeld onder den titel van „voorbevor-
dering".
Tc beginnen met 1927 kunnen officieren,
die de Hoogere Krijgsschool gevolgd hebben
en na een jaar werkzaam te zijn geweest
onder de bevelen van den chef van den ge-
neralen staf het brevet van geschiktheid
voor den generalen staf hebben verworven,
twee jaar in de ranglijst verhoogd worden.
Officieren, die alleen maar met goed ge
volg de Krijgschool hebben afgeloopen,
den technischen cursus aan de Technische
Hoogeschool te Delft of den twee-jarigen
rechtskundigen cursus te Amsterdam heb
ben gevolgd, kunnen een jaar in dc rang
lijst van het wapen, waartoe ze behooren,
verhoogd worden.
ITet vraagsfcik van den loonarbeid der ge
huwde vrouw heeft in de christelijke vakbe-
J weging der verschillende landen herhaalde
lijk een punt van diepgaande studie uitge-
Imaakt. Op voorstel van de Internationale
Conferentie der Christelijke Arbeidsters
heeft het in September 1925 te Luzen ge
houden congres v^n het. Internationaal
Christelijk Vakverbond een resolutie aange
nomen. In 1926 heeft de christelijke textiel
bewerkers-internationale eveneens dit vraag
stuk behandeld.
Ondanks den noodlottigen invloed, die
de arbeid der gehuwde vrouw buiten het ge
zin op het gezinsleven heeft uitgeoefend, is
dit vraagstuk nog niet volledig en interna
tionaal onderzocht. Daarom heeft zich het
bestuur van het I.C V. gewend tot den Raad
van Beheer van het Internationaal Arbeids
bureau met het verzoek een dergelijke en
quête te ondernemen.
Hoewel de Internationale erkent, dat de
economische omstandigheden en de geestes-'
houding der betrokkenen wel hinderpalen
kunnen zijn op den weg naar een wettelijk
verbod van den loonarbeid der gehuwde
vrouw, en dat het daarom misschien niet
mogelijk in korten tijd tot internationale
conventies te komen, zoo meent zij toch, dat
het noodzakelijk is, over dit vraagstuk vol
ledig gedocumenteerd en ingelicht te zijn.
Om haar verzoek nader te omschrijven,
heeft zij aan het Arbeidsbureau de volgende
punten opgegeven, die bepalen, waarover
de enquête zal moeten worden gehouden.
1. Numerieke beteekenis van den loonar
beid in handel en industrie numerieke be
teekenis in vergelijking met het totaal aantal
vrouwen, werkzaam in dezelfde takken van
industrie.
2. De loonarbeid der gehuwde vrouw
bezien van economisch standpunt.
Is de loonarbeid der gehuwde vrouw in
het belang der productie absoluut noodza
kelijk? Wat is de beteekenis van het loon
der vrouw voor het gezinsinkomen? Welke
economische lasten legt de loonarbeid der
gehuwde vrouw op het gezinsleven (uitbe
steding der kinderen en der wasch, enz.)
Is de "door een langere middagpauze onder
broken arbeidstijd, mogelijk in de indu
strieën, waarin vrouwen werkzaam zijn
3. Hygiënische zijde van het vraagstuk.
Ziekten, welke voor de gehuwde vrouw
uit haar arbeid kunnen voortspruiten. De
gevolgen van den loonarbeid der vrouw op
het kind.
3. Sociale zijde van het vraagstuk en
zijn betrekkingen tot het gezinsleven.
Burgerlijke stand van de in loondienst ar
beidende gehuwde vrouw (weduwe, geschei
den vrouw, scheiding van tafel en bed).Aan
tal kinderen ten laste van het gezin andere
familieleden, welke ten laste der huishou
ding komen (inwonende vader, moeder, zus
ter enz.). Gevolgen van den loonarbeid der
moeder op de misdadigheid der kinderen;
Alcoholisme als een gevolg van de desorga
nisatie van het gezinsleven; Onderzoek naar
de kennis van het huishouden bij de gehuwde
arbeidsters (hebben zij huishoudonderwijs
genoten, enz?)
VRIJDAG 28 JANUARI.
HILVERSUM, 1050 M. 12,00 Politieber.
5.Ó06.45 Concert door het H.D.O.-
orkest, Annie Salm, soptraan. 6.45
7.45 Fransche les voor beginners en les
voor meergevorderden. 7.45 Politieker.
8.10 vijfde les vanwege 't onderwijs
fonds voor de binnenvaart. Spreker
M. Braam, over Het Binnenaanvarings—
reglement. 8.35 Nutslezing, Mr. G.
J. Salm, over De aarde ais stoom-seconde
I. 9.35 Kamermuziek door het kwartet
Helmann, F Helmann, le viool, Ben
Meijer, 2e viool, F. Denayer, alt-viool,
C. v. Leeuwen, Boomkamp, cello.
DAVENTRY, 1600 M. 11.20 Concert
Daventry-Kwartet en solisten (sopraan,
tenor, piano). 12.50 Orgelconcert van
de St. Mary-Le-Bow kerk. 1.202.20
Orkestconcert. 3.40 Fransche les.
4.05 Concert door de People's concert
society, C. Izard, viool, J. R. Brand, hobo,
V. Moore, piano. Muziek van Bach.
5.05 Concert (cello en bariton) 5.35
Kinderuurtje. 6.20 Orkestconcert.
6.50 Tijds., weerb., niaws. 7.05 Orkest-
concert. 7.20 Lezing Seen on the screen.
7.35 Pianomuziek. Bach's 48 preludes
en fugues. 7.45 Lezing Some modem
building problems. 8.05 Variëte. E.
Sheldon, syncopatie. Ramon en Nada,
muziek, act, Rickards en Stevens, humo
risten. 8.35 „Martha", opera van Flotow.
9.20 Weerber. nieuws. 9.35 Causerie.
9.50 „Martha" (vervolg). 11.20
12.20 Dansmuziek.
PARIJS „RADIO-PARIS", 1750 M. 10.
10.5011.20 Nieuwsber. en muziek.
12.502.10 Concert, orkest Gayina en
Mme. Dattmas, zang. 5.055.55 Con
cert, zang en declamatie. 9.0510.50
Concert, 1 Orkest, 2 Liederen door Mme.
Severin Mars. 3. Gedichtenvoorlezing.
4. „Les esclaves", samenspraak.
LANGENBERG, 469 M. 3.50—5.15
Orkestconcert. 7.359.20 Kamermu
ziek. Westf. blaaskwintet (piano, hobo,
hoorn, fluit, clarinet, fagot). 7.359.20
Concert, Schoenmakerkwartet.
KONIGSWUSTERHAUSEN, 1300 M,
II.207.20 Lezingen en lessen. 7.50—
11.15 „Heimat". Duitsche liederen, le,
deel „Der Kunstgesang", 2e. „Was das
volk singt". 3e. Das lachende lied".
HAMBURG, 394.7 M. 1.25—2.10 Ka
mermuziek. 3.354.20 Concert door
kinder-solisten (11 jaar). 7.50 zie
Konigswusterhausen.
BRUSSEL, 509 M. en ANTWERPEN, 266
M. 8.50:10.50 Galaconcert-orkest en
solisten, om 10.05 Spaansche lezing.
Het proces der Zaligverklaring ingeleid.
Aangekondigd wordt volgens dc „Msb.",
de publicatie van een decreet van de H.
Congregatie der Riten, waarbij de Paus
goedkeurt dat het proces ter zaligverklaring
van de martelaren van den bokseropstand
in 1900 wordt ingeleid.
Deze zaligverklaring zal, wat het aantal
betreft, de belangrijkste zijn waarover de
Congregatie der Riten zich ooit heeft moe
ten uitspreken. Zij omvat namelijk niet min.
der dan 2418 slachtoffers van de boksers.
Het is intusschen mogelijk, dat dit getal,
hetwelk oorspronkelijk 2857 bedroeg, nog
eenige vermindering ondergaat.
Onder deze martelaren bevinden zich eeo
aantal Europeesche religieusen, van wie
vier bisschop waren," te weten mgr. Gray-
si, mgr. Fogolla, mgr. Fantosati en mgr.
Verhaegen.
Het Persbureau V. D. verneemt, dat Dins
dagavond a.s. in den raad van Maassluis zal
worden behandeld een voorstel tot verkoop
van het fabrieksgebouw in de KapclpoHer,
met 3000 a 4000 M2. bijliggenden grond. De
voo-loopige koopacte moet reeds voor B. en
W. zijtn gepasseerd. De kooper, de beer C.
van Toor Czn., brengt zijn geheele bedrijf
van Vlaardingen naar Maassluis over, dat
daardoor een belangrijke industrie rijker
wordt. Er zullen ruim 100 werklieden te
werk gesteld worden. De thans nog in den
Kapel'polder leegstaande woningen zullen
dan weldra zijn verhuurd en de algemeens
toestand zal hierdoor weer eenigermate ver
beteren.
Blijkens de in Januari 1927 verschenen
naamlijsten der studenten van het Angeli
cum te Rome, zijn aldaar voor hef; acade
misch jaar 19261927 de volgende Neder
landers ingeschreven: J. Beurskens Congr.
S.S. Sacr.; dr. P. in 't Groen, Congr. Presb.
a. S. C. Jesu; dr. Fr Schroeder (aartsbisd.
Utrecht); L. Libum, Assumpt.; A. v. d.
Pasch O. Stae. Crucis; P. v, d. Spanck,
Congr. S.S. Sacr.; C. v. Oosterhout (bisd.
Breda); H. v. Rooyen O. S. Crucis; J.
Voogt, Obl. Mar. luim.; L. Warmerdam,
Congr. S.S. Sacr. en R. Weel, Assumptio-
nist.
Luxemburg gaf vijf weldadigheidszegels uit
van 5, 40, 50, 75 centimes en 1.50 franc met
een toeslag van respectievelijk 5, 10, 15, 20
en 30 c. Op deze zegels komt het portret
van Prins Jean.
PARKLAAN 94 - TELEF 11410
Apartement- en Salon telephoon.
Stroomend koud en warm water.
Matige prijzen. Intieme zaaltjes
voor club- en familie feestjes.
88
Dat zegt ge wei, maar als men hoort, wat
de bedienden zooal praten, dat de graai zeer
bedaard is, dat bij voortriffelijk dineert
door het voorgevallene, dan weet men
waarlijk niet, ol men zich met de groote
deelneming voor den dokter, die overigens
een uitstekend mensch was, in dit geval niet
vergist.
Dat is niet waar, stoof de goedhartige of
ficier op, de duivel hale dat bediendeft-
gepraat. Wangerloh zal zeker wel iets ge
bruikt hebben sedert dien ongelukkiger
dag, anders ware hij wei verhongerd. Als
zijne moeder hem op dien dag aan een goe
de tafel wachtte, daar hij haar gezegd had
ter jacht te gaar, zoo kan dit hem toch
onmogelijk ten laste gelegd worden. Ik ken
de oorzaak niet van het tweegevecht; ik
verzoek u in allen ernst, mij te verschoo-
nen van vragen, die ik niet beantwoorden
kan; maar daar ge zoo erg bescheiden zijt,
wil ik u we! zeggen, dat Wangerloh geheel
verpletterd was. Toen ik hem wegleidde
als een hulpbehoevend bind en hem de deur
zijner kamer binnenduwde, waar zich zijne
moeder bevond, zag hij er zoo vreeselijk
veranderd uit, dat de oude gravin een lui
den kreet uitte en nimmer zal ik den toon
vergeten, waarop hij zeide: Ik heb daareven
Constantijn neergeschoten!
Vreeselijk, vreeselijk, en verder?
Verder niets, ik zeg u immers, niemand
heeft hem weergezien.
Is hij nog op vrije voeten? vroeg de ka
merheer.
Natuurlijk nog, zoo spoedig gebeurt zoo
iets niet.
Het is gewis een zeldzaam geval, zei de
onvermoeide, dat de familie der eerie partij
zoo volkomen onzijdig zich toont. Graaf
Wolf neemt het air aan, als had hij een
zoon verloren, niet als had zijn neef een te
genstander neergeschoten; de schoone gra
vin was gehuld in geheele wolken van
zwarte krip en de palmtakken op de kist
zijri van de oude gravin Wangerloh. Zeg
mij, waarde baron, heeft men ooit zoo iets
geheimzinnigs beleefd?
Neen; het eenige waf klaar is als de dag,
'is de algemeene overeenstemming daarin,
dat Wangen een zeer voortreffelijk mensch
was. Ik was hem bijzonder goedgezind en
bad hem gaarne ergens anders ontmoet,
dan op die open plaats.
Toen de plechtigheid voorbij was, gingen
de lijkgangers heen. Men had hem reeds
zoo lang tot de dooden gerekend, zich zoo
lang verzoend met zijn verlies, hij had, toen
hij vluchtig een oogenblik weder opdoem
de, zoo in het geheel geene betrekkingen op
het leven vernieuwd, dat ook de.deelneming
voor hem niet van langen duur kon zijn. Wat
er van overbleef was meer bevredigde
nieuwsgierigheid, dan dieDgaand leedwezen.
De stroom des levens rukt menschen onop,
houdelijk weg van de oorden des geluks oï
der smart, aan welke zij een oogenblik heb
ben stilgestaan.
Des namiddags had dc opening plaats
van zijn testament, dat hij in handen des
ouuen Rubens had gelegd en op welks om
slag men las: Ter kennisneming van den
heer graaf Wolf von Wangerloh, van de
gravin Theresa von Wangerloh en van den
heer Richard Lenz
Het jonge meisje had moedig alles door
leefd met de mannen, vanaf dc eerste; ver
schrikkelijke mare dal Constantijn gevallen
was, tot het laats'e droeve afscheid. Wat
vreemd was geweest en overdreven in deze
dappere en trotsche natuur, dat was zelfbe-
wus'e kracht geworden in de schoonste
verhouding tot haar levendig gevoel; hare
eigenzinnigheid, een trouw vasthouden aan
datgene, wat zij erkende als recht. Zij was
n'et meer het kind, dat trotsch en ongedul
dig zich wilde opheffen tot den man;' die
haar over het hoofd zag, en dien zij toch
liefhad met al den gloed van haar nog on- j
gelouterd gevoel, nu stond zij vrij naas'
hem en vast op de hoogte, welke zij had
bestegen.
Richards bezorgde bl'k onderzocht baar
bleek gelaat en de schoone cQgen, we'ke
nog de sporen droegen der tranen; hij deed
den voorslag, de voorlezing yan Constan'.ijns
laatsfen wjl uit te stellen.
Toch niet, zeide zij vriendelijk, ik ben
daarjoe bedaard genoeg. Al heeft de s'orm
uitgewoed, toch nog ziet men zijn spoor.
Het toeval wilde, dat zij dicht bij elkan
der zaten voor de tafel waarachter de zaak
waarnemer bad paats genomen; zijn blik
was .hoofdzakelijk gericht in zijne toespraak
tot Set jonge paar, daar graaf Wolf ter zijde
sloufl en het was als een onzich'bare hand,
welke de weerden vn den doode in deze
ure slingerde om beiden.
„Voordat ik mijne wenschen en bepalin-
gerij 'Openbaar aan hen," zoo las Ruben,
verk'aar ik plechtig in het aangezicht van
den dood en voor God den Alwetende, dat
ik niet schuldig ben aan datgene, waarvan
men,.; mij aanklaagt."
Nimmermeer, sedert hare meisjesdagen
heb. ik de vrouw gezien, welkp men mijne
gaden noemde; niets weet ik van het kind,
dat mijn naam draagt. De uitsoraak der ge-
s'orvaene, dat ik in geen enkele betrekkin''
tot haar stend, is de zuivere waarheid, zoo
waars helpe mij God!"
Richards blik trof den graaf vol verwijt.
Daaraan twijfelde ik niet, fluisterde deze
zacht.
,',ijtear wat ik betuig en watmijne vrien
den van mij ge'ooVen, is van nul en geene-
waarde voor cle wet. Z.oo'ang geen bewü-
-anvan het teg-ndeel zijn biUebracht, geldt
Veronica als mijn kind en als zoodanig zal
door. voogden voor haar gezorgd worden,
zoodra mijne oogen zullen gesloten zijn
Arme kleine - geen vreemden zullen wil
lekeurig, zij het ook met de beste bedoe
ling, over haar beslissen en haar wellich!
aan hare vrienden ontrukken; daar de wet
haar mij toèkenl, maak ik gebruik van de mij
opgedrongen vaderlijke rechten.
Ik schenk haar mijn naam als rechtmatig
bezit; ik neem haar plechtig aan als een
ge'iefd kind.
Ik laat Veronica Wangen mijn geheele
vermogen na, dat zich, volgens bijliggende
bewijzen, bevindt in de Engelsche bank en
benoeme tot beheerder daarvan den zaak
waarnemer, den heer Ruben.
Als voogd, welke zorg zal moeten dragen
voor de opvoeding van het kind. benoem
'k den heer Richard Lenz. maar ik verzoek
de gravin Theresia Von Wangerloh, als ge
dachtenis aan mij, hem als medevoogdes
met raad en daad ter zijde te staan. Ik be
hoef mijnen vrienden de kleine wceze,
welke nu mijn naam draagt, niet aan te be
velen, Zij beiden minden haai' reeds en er
barmden zich reeds harer, eer ik van haar
bestaan afwist en aan beiden is zij gehecht
door nauwere banden dan aan mij. Stervend
kan ik nie's doen, dan voor de wereld hare
familiebetrekkingen verzekeren en vaststel
len naar mijn beste vermogen mijnen
vrienden blijft de schoonere taak, haar tot
vader te zijn en moeder in de edelste be
teekenis van dit woord.
Daarmede moge bet dan vrede worden in
dezen zoo bitleren strijd; aan de eer is nu
genoeg gedaan, wat daar nog wordt bijge
voegd, is van den boóze.
Mijn zegen zal rusten op het kind, dat ik
nu het mijne noem; moge het gelukkig zijn!
Ik dank hen, die mij trouw waren in het
leven, en hem, die aan mij misdeed, schenk
ik mijn vergiffenis, zoodra- hij die begeert.
Constantijn' Wangen".
De oude zaakwaarnemer vouwde, leen hij
geëindigd had, het b'ad zwijgend dicht en
iegde het voor zich op de tafel. Theresia's
hoofd was in den armstoel gezenken en zij
bedekte de vochtige oogen met haren zak
doek.
Zoo edel, zoo eenvoud'g en groot en hij
is heen! zeide graaf Wolf geroerd.
Daar Richard zweeg en voor zich been
blikte, wendde de zaakwaarnemer zich
tech'streeks tot hem.
Neemt gij dc plichten or> u, heer Lenz,
die u bier worden opgelegd, vroeg hij.
In bunnen vollen omvang, hernam bij; het
is mij alleen een eigenaardig gevoel, dat mij
neg verleend wordt, wat rhjj toekomt en
wat ik lang reeds bezaL Wie ter wereld
heeft meer recht op het k'nd dan ik?
De zaakwaarnemer lachte; dit gevoel hebt
4e, omdat het u zoo moeilijk val', u te
olaatsyi oo het gebied des rechts. Volgens
de wet hebt gij ''een aanspraak op het k'nd.
"loedverwanfschsp bes'aat n:el en gevoe
lens vn vriendschap komen hier niet ia
aanmerking. Da"k het hem, die is heenge
gaan dat h'i zulke moeilijke en voor u zoo
droeve z»k~n op zoo eenvoudige wiite
heeft geschikt.
(Wordt vervolgd.)