ALLE WANDEN EN PLAFONDS ZIJN BESCHILDERD MET DE SANITAIRE MUURVERF „UNEEDIT*
m
s
*z<
Z
>z<
ÏAN DE EERSTE NEDERLANDSCHE WATERTERFFABR1EK LEI DSCHE V A ART WEG 104 - HAARLEM
r
>z*
Jubileumnummer Nieuwe HaarL Courani.
Toen het Jubileum nog maar
van „zilver" was.
I». .t f n
r>'«£*>- 1
ÉS
W^ërhiih
De periodieken- en machinezetterij, met de prMgepers op den voorgrond.
Degelijkheid en bezonken
oordeel.
Krant en Politiek.
►2<
C<
S
Maar geldt dit nu ook voor simpele nieuws
berichten
Ook simpele nieuwsberichten zijn, geachte
Redactie het maaksel van den denkenden
mensch en het hangt van zijn inzicht tn de
dingen af, hoe hij de gebeurtenissen ziet. Leeren
de geschiedboeken niet, hoe verschillend de
samenstellers de feiten waardeeren en model-
teeren naar hun eigen visie Ik herinner slechts
aan den jongsten pennestrijd tusschen H. G.
Wells en H. Belloc over dit onderwerp. Welnu,
wat zijn couranten anders dan dagelij ksche
geschiedenisbladen
Maar er is meer. De Katholiek verwacht
en heeft het recht te verwachten, dat zijn blad
hem niet alleen geen geschiedenis-caricaturen
voorzet, m.a.w. dat het anti-Katholieke dingen
uit zijn kolommen weert, maar ook, dat het
in positief-Katholieke richting werkzaam is,
dat het den lezer inlicht in specifiek Katholieke
zaken, dat het hem in godsdienstige en zedelijke
zaken wegwijs maakt en raad geeft. Want ook
voor den geestelijken mensch is het niet mogelijk
in leven te blijven, wanneer alleen het slechte
voedsel hem onthouden wordt zonder dat hij
tevens het goede voedsel ontvangt. Moet nu een
„neutraal" blad hierin dokter zijn? Wee den
patiënt 1
En ten slotte geven degenen, die op een
„neutraal" blad geabonneerd zijn, er zich wel
voldoende rekenschap van, dat zij de tegenpartij
steunen en sterker maken? Tegenpartij? Ja,
natuurlijk, want „wie niet vóór Mij is, is tegen
Mij." Welke partij kan zich nu de weelde
veroorloven zijn vijand het kruit te verschaffen
om haar te beschieten En is het voor onze
partij in 't bizonder al niet moeilijk genoeg
om ons te handhaven, wij, die van alle zijden
tegelijk worden aangevallen?
U hebt mij, geachte Redactie, ook gevraagd
de waarde der gewestelijke en plaatselijke R.K.
Pers in 't licht te stellen.
Laat mij in 't kort daarop antwoorden, dat,
zoolang er behoefte zal zijn èn aan een groote
èn aan een locale pers, de laatste een taak te
vervullen heeft, welke in belangrijkheid niet
onderdoet voor die der groote pers, integendeel.
En het is ongemeen verheugend, dat, wat ons
betreft, in die behoefte is voorzien op een wijze,
waarvoor Stad en Lande van Haarlem niet
genoeg waardeering kunnen hebben. Wat zou
er, om mij hiertoe te bepalen, van ons bloeiend
vereenigingsleven overblijven zonder de on
schatbare diensten, welke onze eigen pers, onze
N. Haarlemsche Courant, haar voortdurend
bewijst „Geloof en Wetenschap," R. K.
Volksuniversiteit, Alg. R. K. Propagandaclub,
hoe zoudt gij uwe vleugels hebben kunnen uit
slaan zonder de N. Haarlemsche Courant
Aankondigingen, opwekkingen, besprekingen
en tal van andere dingen, die vereenigingen
noodig hebben om zich te handhaven en vooruit
te komen, de besturen hebben maar te kikken
en aaa hun verzoek wordt belangeloos voldaan.
Van hoeveel waarde deze steun is, zouden
wij ons eerst volledig bewust worden, wanneer
de courant er eens met was.
Het past mij, geachte Redactie, en ik stel
er tevens grooten prijs op, van de gelegenheid,
dat de N. Haarlemsche Courant haar gouden
feest viert, gebruik te maken om U en uwen
staf namens „Geloof en Wetenschap" en de
Alg. R. K. Propagandaclub naast waardeering
ook dank te brengen, dank voor den kostbaren,
sympafhieken steun aan het werken dezer beide
vereenigingen in den loop der laren verleend.
En, wanneer ik U, mede namens beide vereeni
gingen, mijne oprechte gelukwenschen aan
bied bij het bereiken van den eersten gouden
mijlpaal, spreek ik tevens de hoop uit, dat,
onder uwe krachtige leiding, onze N. Haar
lemsche Courant zal voortgaan voor de Katho
lieken van Haarlem en omgeving een zegen
te zijn en een steun voor hunne dierbaarste be
langen. meer nog, dat binnen niet te langen
tijd zal kunnen worden getuigd, dat die zegen
en die steun genoten worden door allen, die
zich Katholiek noemen in deze contreien.
****4*****4***4:14 JU*******
(Door Jos. de Lobel, Voorzitter K.S.A.
Haarlem).
Fugiunf freno non remorante dies. Dit woord
van Ovidius kwam mij, Mijnheer de Redacteur,
in de gedachte, toen U mij zoo vriendelijk uit-
noodigde om een kleine bijdrage te willen schrij
ven in Uw gouden-feestblad. Ja, inderdaad
met lossen teugel vlieden de dagen voort.
Mag ik mijn herinneringen eens raadplegen
en vertellen, wat de N. H. C. was in de dagen
van haar „zilveren" tubileum Een vergelijking
tusschen „vroeger" en „nu" zal den stillen en
aandachtigen lezer wel tot blijde verrassingen
voeren, zou ik denken.
Het Bureau der N. H. C. was 25 jaar geleden
gevestigd in een oud-bakken perceel in de Jans
straat, waar nu een uitdragerij en met-aan-te-
bevelen-boekverkooperij ondergebracht is. Het
Redactiebureau bevond zich in een opkamertje
van vier vierkante meter groot. Het bestond
uit een kantoorlessenaar, die op slot kon, plus
een keurig gesoigneerd heer, die evengoed
luisterde naar de namen eigenaar, directeur,
hoofdredacteur, als naar dien van verslaggever,
corrector, ol wat dies meer zij. Gememoreerd
moge worden, dat de Fac-totum een hupsch
man was, hoofsch. hulpvaardig, welbespraakt en
beschikkende over tal van goede eigenschappen.
„Gaat-u-ziften 1" klonk het, en de kruk van
den kantoorlessenaar schoof naar mij 'oe.
„Ik wilde U spreken over belangen, de Katho
lieke Pers rakende. Maar zeg eens, hou-je van
kersen Hier, neem er maar wat uit deze mand.
Ik heb voorraad genoeg." En waarlijk onder
een stapel half verknipte kranten lonkten en
pronkten de heerlijke vruchten.
„Ja, dat zit zoo," expliceerde de heer Hoofd
redacteur „Een dagblad behoort nu eenunal
gevuld te worden el ken dag en er behooren ook
advertenties in te staan. Advertenties geven een
dagblad tuist zijn karakteristiek aanzien. Nu
schrijf tk o.m. elk jaar naar een paar adressen
in de Beiuwe, meldende, dat de N. H. C. „het"
blad is voor Haarlem en Omstreken. Tegen
toezending van een mandje extra-gesorteerde
kersen neem ik dan een advertentie op en....
een recensie 1 Hoe vindt-U-ze Ik moest
eerlijk bekennen, dat de gerecenseerde kersen
verrukkelijk waren.
Ons zaaklijk en tevens genoeglijk en sma
kelijk onderhoud werd deerlijk onderbroken
en gestoord door een heftig vulcamschen uitval
tegen een jongmensch, dat het redactiebureau
binnenklom met een stukje proefzetsel, dat er
tamelijk goed uitzag en naar mijn bescheiden
meening nu niet bepaald, zoo'n alle-grenzen-te-
buiten-gaande reprimande noodzakelijk maakte.
„Ach 1" bulderde de heer Directeur, „die
schelmen 1" Men moet weten, dat de N. H. C.
in dte dagen met de hand, letter voor letter,
gezet werd door wat opgeschoten jongens.
Dat zetten ging nu nog wel, maar na het af
drukken moesten de letters weer gedistribueerd
worden in de letterkasten, waaruit ze genomen
waren.... Dat distribueeren beviel den jonge
lui niet ergen ze kieperden bij het naar huis
toegaan heele stukken zetwerk.... in de Ba-
kenessergracht, waar het zetterijkamertje met
een poortje op uit kwam.
„Heeft U daar nog tijd voor?" waagde ik
in het midden te brengen „Een dagblad vullen
is toch niet zoo eenvoudig V
„Jongmensch," zei de Man van het Vak, terwijl
zijn oogen glinsterden van een begeesterenden
gloed, U is nog groen in de Journalistiek, erg
groen, anders wist U wel, dat de drie eigen
schappen van een geroutineerd redacteur zijn
het blauwe potlood, de schaar en de stijfsel
kwast."
„Mét de kranten om uit te knippen," trachte
ik te vervolledigden.
„Met de Nieuwe Rotterdammer. Zonder dat
blad is een Roomsch Dagblad niet denkbaar.
Hoe zou je anders aan je nieuws moeten ko
men.... De hoofdartikelen schrijf ik zelf.
Ik bestrijd de Vrijmetselarij en ik ijver voor het
Pausdom. Want je weet, ik ben Advocaat van
Sint Pieter. Dat is mijn roem en mijn kracht
tevens. Dan heb ik ter afwisseling nog de ru
briek „Glorificatie," maar daar moet je het
recept voor kennen.... Als je soms nog eens
een of ander dingetje hebt, dan houd ik mij
aanbevolen."
Toen kwam er een klant in den winkel. De
heer Uitgever*- Directeur, Hoofdredacteur, Cor
rector etc. was tevens ook nog winkelier in
„Vaderlandschen schrijfinkt, papier, .pennen,
dat de redactie in uitstekende handen berust.
Met voldoening en meestal met instemming
heb ik steeds de hoofdartikelen in de N. H. C.
gelezen.
Degelijkheid en bezonken oordeel deden
weldadig aan.
Wanneer uw blad met zijn bekwame redactie
het publiek blijft voorlichten de Katholieke
beginselen tot richtsnoer, het algemeen maat
schappelijk belang voor oogen, naar objectieve
normen en zonder meer dan uit tactisch oog
punt strikt noodig is rekening te houden met
de geestesrichting van een bepaalden lezerskring,
dan twijfel ik er niet aan of ons Kitholiek orgaan
zal meer en meer stijgen in de achting van alle
weidenkenden en den lezerskring steeds verder
uitbreiden, totdat het ideaal is bereikt waarnaar
wij steeds moeten streven
„Geen Katholiek huisgezin in Haarlem en
omgeving waar niet de Nieuwe Haarlemsche
Courant gelezen wordt," waartoe ik gaarne
mijne medewerking toezeg.
Haarlem 1 Februari 1927.
kiezings- en propaganda-actie, vooral in de laatste
dagen veel, miar niet alles.
De voortdurende voorbereiding, de gestage
bewerking van den akker der publieke opinie
moet geschieden door de dagelij ksche pers.
Lang te voren met taai geduld moet men dien
akker bevrucht hebben, goede zaden er in uit
strooien, om dan in de verkiezingsdagen den
oogst binnen te halen
Zoo moge de pers alhier haar schoone ideale
taak blijven vervullen, mede in dienst dei politiek,
opdat de lournalist moge blijven .,1e dv-ner
reste de la chevalerie."
<n/
Bij een gouden jubileum.
(Door J. J. Brinkman, directeur van het
R. K. Bevolkingsregister.)
Als een reusachtig wapen van onzen tijd, rijst
voor het oog van den meer dan oppervlakkigen
Begrijpelijk de woede van den heer Eigenaar
der N. H. C. die zijn bedrijfskapitaal mei
broekzakken vol voelde verdwijnen. Ik trachtte
hem te troosten met de heldhaftige gedachte,
dat al de „socialen," die bij gelegenheid der
verkiezingen in de Bakenessergr.acht gedepo
neerd werden, zelfs diar nog door den strijd
hamer der Roonsche Pers achtervolgd werden.
Mijn tweede bezo k staat mij eveneens nog
levendig voor den geest. De kersentijd was
voorbij, maar de advertentie was gebleven. De
hoogst welwillende heer Exploitant gat met be
reidwilligheid de verklaring. „Kijk eens
een advertentie, die gezei is, is gezet, en blijft
gezet, zoo lang die nier gedistribueerd wordt.
Distribueeren ts en blijft gevaarlijk, zoolang
die sch....ten door dat poortje gaan schoPen
Dus blijft de kersen-advertentie staan Hef is
altijd mijn gewoonte," vervolgde de heer Ad
ministrateur, „een advertentie zoo lang mogelijk
te laten staan. Een weggenomen advertentie
maakt een gat in het zetsel en dat dient dan weer
door andere copie te worden gestopt. Zoo iets
kost zerioon en is te schadelijk bij den 'egen-
woordigen toestand der Katholieke Dagblad
pers."
„Dus U houdt veel van abonnements-adver-
tenne's vroeg ik
„Jawel, wie drie maal den prijs betaalt, blijft
staan tot bij gelegenheid een ander hem ver
drijft".... En zoo was het dus mogelijk, dat
er in October nog Meikersen bloeiden in de
Betuwe
Een derde conferentie leidde mij binnen in de
geheimen der edele kunst van dagbladen-
redigeeren Voor dien tijd had ik noon begrepen,
dat het zoo simpel was. Er was een Haarlemsche
Grootheid gestorven of beter gezegd begra
ven, en de heer Hoofdredacteur was in eigen
persoon op he» kerkhof geweest. Hij had een
gevoelsstukje geschreven en wilde, vóór het
afdrukken, mijn oordeel vernemen. De kantoor
lessenaar ging open de copie kwam voor den
dag en. wij vonden het samen erg gevoelvol.
Toen ging hei weer achter slot. want, zei de
Veelzijdige „Ik ben gewoon des middags
een tukkie te doen. en dan is het beter je boe)
in veiligheid te brengen."
punaises, enz. (wat ik nog heb vergeten mede
ie deelen). Nu daalde hij de treedjes van het op
kamertje af en ons onderhoud was ten einde.
Gewoonlijk deed zijn Dochter den winkel,
maardie moest nu voor het eten zorgen.
De invloed van de N. H. C. was niet zoo ge
ring als je misschien zoudt denken. Toen ik in
die dagen eens een lezing hield in een dorps
café, hier in den omtrek, opende de Voorzitter
de Vergadering en zei „Heeren I (Dames
kwamen toen nog niet op de vergadering) La
ten we (allen, behalve de spreker van den avond,
zaten met een brandewaintje voor zich) i „Hee
ren Laten we een Onze Vader bidden tot in
tentie van de Vrijmetselarij want ik heb in de
Roomsche Kram gelezen, dat het tegenwoordig
weer zoo erg is met de Frimmelsons.
Pas vijf en twintig jaar geleden 11!
I
(Door R. C. A. van Cranenburgh, notaris
te Haarlem.)
Allen, die aan de „Nieuwe Haarlemsche
Courant" hebben meegewerkt en zij, die thans
nog hun werkkracht aan de lubileerende Cou
rant besteden, mogen heden met rechtmatigen
trots en blijde voldoening terugzien op den
afgelegden weg gedurende de halve eeuw van
haar bestaan.
Directie, redactie en administratie en allen,
wier arbeid of kapitaal tot den groei en bloei
van ons Katholiek Dagblad hebben bijgedragen
zij hulde en dank gebracht voor hun kranige
prestatie.
Dat Haarlem's Katholiek Orgaan en niet 't
minst het redactioneel gedeelte zulk een goede
reputatie in den lande geniet is een bewijs,
(Door dr. Th. Koot, Voorzitter der R.K.
Kiesvereeniging te Haarlem.)
Als Voorzitter der Kiesvereeniging wil ik
mij scharen achter de ontelbaar velen, die heden
hun gelukwenschen brengen aan de Nieuwe
Haarlemsche Courant en gaarne voldoe ik aan
de vraag heden in het feestnummer enkele
woorden te wijden aan den invloed van de pers
op de politiek le uit persoonlijke waardeering
voor den Hoofdredacteur en directie 2e ui'
erkentelijkheid voor het vele door de N H. Ct.
gedaan in 't belang van de politiek.
De lof voor den journalist zal heden rijkelijk
bezongen worden en hei zal moeilijk zijn, iets
nieuws naar voren te* brengen, maar toch wil
ik memoreeren de woorden van een Lacor-
daire„II me semble, que le lournaliste catho-
lique est le derniei reste de la chevalerie." De
laatste rest van de ridderschap, niet hoog gezeten
te paard, met 2waard en schild gewapend den
strijd zoekend, doch slechts pen en intellect
en geestdrift als strijdmiddelen bezittend.
Deze vergelijking past daarom zoo goed vooi
ons land. omdat onze Roomsche journalisten
steeds te strijden hebben voor de Kath. zaak.
De pers vormt al degenen die haar lezen, zij
geeft richting en lijn in den chaos van moderne
ideeën.
De pers bereidt alle politieke zaken voor
beïnvloedt de stemmingen en verkiezingen,
verduidelijkt en belicht de groote vraagstukken
van den dag. Om deze gewichtige taak in Kath.
zin te verrichten is een krachtige locale en mter-
locale Kath. pers noodzakelijk.
Kath Haarlem mag groot gaan op zijn locaal
blad, dat steeds een machtige steun is geweest
in onzen politieken strijd en al zijn er zonder
twijfel misverstanden geweest, toch kan de
R. K Kiesvereeniging van een groote bereid
willigheid van de N H. Crt. getuigen.
De Kath. Pers, zoo zeide Pater Hermans, is
een eerste voorwaarde voor een krachtig Kath.
leven. Bij een verkiezing doen geestdriftige ver
levens- en wereldbeschouwer, het complex van
alle mogelijke drukwerken omhoog, dat men
kortweg kan samenvatten met den naam van
„De Pers."
Vooral de vrijheid van drukpers maakt dit
wapen tot één der machtigste. Immers ieder
mensch is vrij zijn gedachten blijvend op papier
te stellen en zoo noodig verhonderdduizend-
voudigd aan zijn medemenschen ter lezing aan
te bieden.
Het geschreven meer nog dan het gesproken
woord is in alle tijden van bijzonder groote be-
teekenis op de mentaliteit en ontwikkeling der
massa geweest. Het „zeg mij welke courant gij
leest en ik zal U zeggen welke meeningen gij
zijt toegedaan" is een waarheid, die met ge
makkelijk kan weersproken worden.
Daarom is het ook van het allergrootste be
lang, dat ons wapen, „de Katholieke pers" niet
alleen door ons Katholieken wordt gesteund,
maar ook dat onze pers zoo volmaakt mogelijk
Zij.
Sedert, dat de eerste Courant van Nederland,
die nog steeds bestaat, in het jaar 1656 te Haar
lem verscheen, is het aantal couranten met
ettelijke tientallen vermeerderd, zoodat wij
tegenwoordig gerust kunnen zeggen, dat iedere
richting haar dag- en weekbladen heeft.
Ook onze Katholieke dag- en weekbladen
zijn sedert het herstel der Bisschoppelijke
Hiërarchie in quantiteit en qualiteit sterk vooruit
gegaan, zoodat op het oogenblik behalve onze
Katholieke grootpers, ieder Gewest in Neder
land zijn eigen Katholiek dagblad heeft.
Ook onze goede stad Haarlem kan zich er
op beroemen een Stedelijk en Gewestelijk
Katholiek dagblad te bezitten, dat zich in alle
opzichten met de niet-Kathoheke dagbladen
hier ter stede kan meten.
Opgericht in de jaren 70, de jaren die voor
ons Katholieken van zoo'n buitengewoon groote
beteekenis zijn geweest, de jaren, waarin onze
Emancipator Dr. Schaepman den grooten stoot
heeft gegeven tot het ontluiken van ons Katho
liek openbaar leven.
Doch de Katholieken zouden eerst langzaam,
voetje voor voetje hunne liberale ideëen gaan
prijsgeven. De Katholieke pers had geen ge-
<c