Radio-Omroep.
8.-;
FEUILLETON.
Wat zal hij er mee doen?
De Fransch-Spaansche besprekingen over Tanger op het doode punt.
De mijnontpioffing in Wales. Veertig lijken tot nu toe te voorschijn
gehaald.
Onder de Radio-berichten: Ontploffing in een mijn bij Hannover. Vijf
en twintig gewonden. Amerikaansche soldaten ontwapenen een hon
derdtal Chlneezen.
GEM. BUITENL. BERICHTEN.
DOODSLAG DOOR EEN VENNOOTSCHAP.
BINNENLANDSCH NIEUWS.
DE STAATSBEGROOTING.
Oorlog en Marine.
Het TwenteRijnkanaal.
De eigen Katholieke Radio-
omroep.
De droogmaking
van de Zuiderzee.
De Rijkskweekschool
te Leeuwarden.
De versterking van de
bemanning der „Sumatra".
Wat zal men voor de Wegen
belasting moeten opbrengen?
10—
STATEN-GENERAAL'.
TWEEDE KAMER.
Het ontwapeningsvoorstel.
UIT ONZE OOST.
Een tragisch ongeluk bij het;
vervoer van melaatschen.
Dc onderhandelingen oYer Tanger,
In de Fransch-Spaansche besprekingen,
welke thans te Parijs over Tanger worden
gevoerd, is een stilstand gekomen. Zij zijn
weliswaar niet formeel afgebroken, doch
het aftreden van Yanguas, den Spaanschen
minister van buitenlandsche zaken, schijnt
een schorsing der beraadslagingen noodza
kelijk te hebben gemaakt.
De Temps" twijfelde dezer dagen in zijn
hoofdartikel nochtans niet aan den goeden
■uitslag der onderhandelingen. Het blad acht
te het onmogelijk, dat Spanje zou voort-
faan geen rekening te houden met het
ransch-Spaansche verdrag van 1912, dat
Frankrijk niet slechts verplicht om zich te
houden aan het beginsel van het interna
tionaal regiem van Tanger, doch het tot
plichf, stelt niet toe te laten, dat het gezag
van den Sultan juist daar wordt opgeof
ferd, waar het krachtens de verdragen moet
worden gehandhaafd. Wanneer men er in
zou toestemmen, dat het hoofd van het
inlandsch bestuur voortaan door den kalief
Tan Tetoean zou worden benoemd in plaats
van door den Sultan, dan zouden de rech
ten van dez; worden ontkend, hetgeen een
ernstige inbreuk op zijn souvereiiteit zou
zijn, welker handhaving en eerbiediging
Frankrijk moet verzekeren.
Het Journal des Débats" zegt, dat de
Fransche regeering zich op Marokkaansch
standpunt stelt. Zij ontkent geenszins het
karakïer van het Middellandsch Zee-gebied
van Tanger, dat zich inderdaad tot de Oos
telijke grenzen der Spaansche zone uit
strekt Het is mogelijk, dat zij later plan
nen zal onderzoeken, welke in overeenstem
ming zijn met bepaalde wenschen der Ita-
liaansche regeering. Doch voor het oogen-
blik wil zij de herziening van de conventie
van 1923 beperken tot de wijzigingen, die
nuttig zijn bevonden na een ondervinding
van drie jaar.
De Fransche schuld aan de V. S.
Het bureau van den minister-president
deelt mede, dat de berichten uit New-York
betreffende het voorloopige accoord in zake
de schulden onvolledig is en niet juist het
Fransche voorstel weergeeft, daar zij o.a.
geen melding maken van de voornaamste
clausule, waarin in het bijzonder aan het
Fransche parlement het recht wordt voor
behouden wat de ratificatie betreft.
De tekst zal worden gepubliceerd zoo-
'dra de Fransche regeering in kennis is ge
stald van de aanvaarding door de Ver.
Staten
Ce mijnramp in Wales.
Volgens een nader bericht wordt aange
nomen, dat alle mijnwerkers gered zijn op
55 na. Reddingsbrigades hebben zich in al
lerijl met geneesheeren naar de mijn bege
ven, maar het reddingswerk wordt bemoei
lijkt door het vallen van stukken rots en
bet gas.
Tot gisterenmiddag waren 40 lijken uit
de mijn te voorschijn gehaald. Ook de ove-
xige arbeiders, die in de mijn waren achter
gebleven, zijn oir gekomen.
Het verdrag van Italië met Chili.
De onderteekening van het verdrag van
verzoening en arbitrage tusschen Italië en
Chili wordt te Rome als een feit van groo-
ter beteekenis beschouwd dan men opper
vlakkig zou denken. Het sluiten van het
verdrag wordt de eerste stap geacht naar
een nauwere aaneensluiting tusschen de La-
tijnsche landen in Europa en die in Zuid-
Amerika. Het feit, dat de eerste poging om
bet stelsel van verzoenings- en arbitrage-
verdragen, hetv-elk tot dusver slechts
Italië's onmiddellijke buren omvatte, uit te
breiden ten opzichte van Chili, de verst af
gelegen Zuid-Amerikaansche republiek, is
geschied, blijkt it hoofdzaak te danken te
zijn aan de handigheid van den Chileenschen
gezant te Rome, d'e in zijn eigen land als
jurist en staatsman groot gezag geniet en
Chilcenscb gedelegeerde bij den Volkenbond
is. Reeds negen jaren is de gezant in Rome
werkzaam en steeds is hij voor een nauwe
samenwerking tusschen Latijnsch-Amerika
en Latijnsch-Éuiopa opgekomen.
Het verdrag, dat Chih met Italië heeft
gesloten, ove.t-cft in zijn bepalingen de
verdragen, welke het met Argentinië, Bra
zilië en de Ver. Skaten in de jongste Pan-
Amerikaansche conferentie heeft aangegaan.
Deze verdragen bevatten niet de juridische
beprl'ngen, welke de overeenkomst m.?t
Italië inhoudt
De Polen in Dui'scbland.
De regeeringscomnrssie voor de emigra
tie, die 26 dezer op het departement van
arbeidszaken bijeenkwam .gaf als haar
tncening te kennen, dat de voorlojpig
Duitsch-Poo'ische overeenkomst van 9 Dec.
1.1. met dc belangen van de Poolsche ar
beiders in niet voldoende mate rekening
■houdt en hen niet rechts'reeksche consu
late bescherming verzekert. De hiaten,
die in voorloopige overeenkomst voorko
men, moesten bij toekomstige onderhande
lingen onvoorwaardelijk worden aange
vuld. De commissie verzocht de Poo'scbe
regeering ook, voortaan bij bet uitwijzen
van Poolsche arbeiders uit Duitschland
krachtig tusschenbeideu te komen.
Mexicaanscfae opstande
lingen berecht.
De Mexicaansche oud-minister van oor
log generaal Estrada is tot 24 maanden ge
vangenisstraf en een boe'c van 1000 dol
lar veroordeeld wegens schending van de
onzijdigheid der V. 'S. door zich bezig te
houden met revoluFonnaire bedrijvigheid
tegen Mexico. De leden van zijn staf wer
den elk tot meer dan een jaar gevangenis
straf en groote boeten veroordeeld. Zeven
envijftig leden van zijn .leger" werden tot
zes maanden gevangenisstraf veroordeeld.
De politieke toestand in de V, S.
De president van de Columbia Universi
teit, Nicolas Marrau Butler is teruggekeerd
van een rondreis door de staten van het
Midden-Westen. Zijn indruk was, dat er
een zeer sterke strooming is ten gunste
van intrekking van het drankverbod,
groote opposite tegen een derden ambts
termijn van den president en dat de boeren
zich gereed maken democr?t;sch te stem
men om president Coolidge te straffen
voor zijn veto over de wet van McNarv-
Hangen.
Betoogingen te Hankau.
In antwoord op een in het Lagerhuis ge-
s'elde vraag, deelde Chrberlain mede dat
in verband met de jongste betooringen te
gen de Britten te Hankau O'Malley de
aandacht van Tsjen zou vestigen op alle
handelingen, d;e onvereenigbaar waren met
de verzekeringen door hem gegeven toen
dezer dagen de overeenkomst werd ge-
teekend.
De toestand te Sjanghai.
Het Britsche transpor'schio „Kinfauns
Castle" is met een bataljon infanterie aan
gekomen.
Sir Percival Philips meld1 uit Sjanghai
aan de Daily Mail", dat Maandagavond
de geest onder de Chineesche troepen, die
het iron': bezuiden Sjanghai verdedigen,
veel verbeterd is, daar zij weten, dat zij
gesteund worden door de troepen uit Sjan-
'.oeng.
Uit nal'onaüstische bron wordt blijkens
een bericht uit Sjanghai «semeld, dat de
'roepen van Soon Tsjoeang Fang die S'ang-
hai beschermen, opnieuw zouden verslagen
zijn bij Socukiang op 28 Eng. mijlen ten
'L. W. van Sjanghai.
POOLSCHE PARLEMENTSLEDEN IN
PARIJS.
Een Poolsche delegatie, bestaande uit
twintig Senatoren en Kamerleden, zoowel
tot de socialistische uiterste linkerzijde als
tot de monarchistische rechterzijde behoo-
rend, is na een bezoek aan Straatsburg en
Verdun in Parijs aangekomen. Onder het
gezelschap bevinden zich zes oud-ministers.
De Polen, die verschillende Fransche in-
dustrieele centra zullen bezoeken, zullen
tegelijkertijd lezingen houden over den
financieelen toestand en de economische
toekomst van Polen, en over den corridor
van Dantzig.
Tijdens de mijnwerkersstaking had een
mijnbouwmaatschappij de omheining van
haar terreinén met een electrischen stroom
geladen met het gevolg dat een jeugdig
mijnwerker, die met de omheining in aan
raking kwam, gedood werd. De mijnbouw
maatschappij en drie harer ingenieurs wer
den wegens doodslag naar den rechter ver
wezen, doch gister heeft 't assizenhof van
Glamorgan uitgemaakt, dat een vennoot
schap op grond van dc Crimes Act van 1926
niet van doodslag of moord kon beschul
digd worden en op dien grond de verwijzing
naar den rechter vernietigd. De verdedi
gers der maatschappij voerde voor het as
sizenhof aan, dat men toch moeilijk een ven
nootschap wegens moord kon ophangen.
HOTEL-STATISTIEK,
Wie in een groot hotel voor een nacht
afstapt en er zich behoorlijk laat bedienen
en verzorgen, heeft .nauwelijks begrip welk
een organisatie ervoor noodig is om hem
en zijn medegasten van eiken dag dit
alles op elk oogenblik van eiken dag en
eiken nacht te kunnen bieden. Dezer dagen
publiceerde het groote Waldorf-Astoria
hotel te New York het traditioneele
hotel voor vreemde vorsten, gezanten en
voor den president der Ver. Staten wanneer
hij New York bezoekt daarover enkele
cijfers. Dit hotel dat „slechts" 18 verdiepin
gen en 1500 kamers telt (en dus lang niet
tot de grootste der Amerikaansche hotels
behoort) huisvest jaarlijks ongeveer 300.0 II
gasten en „verwerkt" in zijn kamers, restau
rants, hotelwinkels, enz. dagelijks gemid
deld 22.000 personen Het heeft 1500 man
personeel, een telefooncentrale met 34 meis
jes. Het reinigt dagelijks 60.000 stuks linnen
goed, verbruikt jaarlijks 360 millioen liter
water en 135 millioen liter olie voor de cen
trale verwarming, verlichting (dynamo's) en
keuken. Vier ingenieurs met 200 werklieden
verzorgen de technische uitrusting. Er zijn
17 liften en 22 winkels in het gebouw. Bij
den kapper kunnen 30 klanten tegelijk wor
den geknipt, geschoren en gemanicureerd.
Er is een postkantoor, er zijn wisselkan
toren, en verschillende concert- en tooneel-
zalen, waarvan de grootste plaats biedt
aan 2000 toeschouwers. Zoo ergens, dan
kan men in dezen modernen herberg een ge
noeglijk uurtje zoek brengen.
De voorloopige verslagen der Eerste Kamer.
Verschenen zijn de voorloopige verslagen
der Eerste Kamer over de hoofdstukken
Oorlog en Marine der Staatsbegrooting 1927,
alsmede over de begrooting der artillerie-in
richtingen voor het dienstjaar 1927.
Bij de begrooting van Oorlog pleitten ver
schillende leden voor nationale ontwapening,
terwijl betoogd werd, dat al heeft de minis
ter in enkele opzichten bezuiniging aange
bracht, van versobering toch niet kan wor
den gesproken. Andere leden verklaarden
besliste tegenstanders te zijn van nationale
ontwapening en meenden, dat de minister in
zijn versobering te ver gegaan is. Ter ver
gelijking werd gevraagd naar den omvang
der beide laatste Oorlogsbegrootingen in
België
Uit een aesthetisch oogpunt werd bezwaar
gemaakt tegen de algeheele slechting van de
wallen der vesting Naarden. Gevraagd werd
wat ten dezen de plannen van den minister
zijn. Ook werd gevraagd of de indiening van
het wetsontwerp tol vaststelling van een
nieuw wetboek van militaire strafverorde
ning spoedig is te verwachten.
Ook bij de begrooting van Marine werd
door verschillende leden op nationale ont
wapening aangedrongen en betoogd, dat niet
voldoende is bezuinigd, waartegen verschil
lende andere leden in verzet kwamen.
Van den ministc- werd een staat gevraagd
van onze voorhanden en in aanbouw zijnde
marinevaartuigen met opgave van aantal,
bouwjaar, tonnage, snelheid en bewapening,
benevens een zoodanige staat betreffende
de marine van Engeland, de Vereenigde Sta
ten, Japan en Frankrijk
Verschillende leden zouden gaarne worden
gerustgesteld dat op de samensmelting van
de departementen van Marine en Oorlog in
geenen deele zal worden vooruitgeloopen,
alvorens de wetgevende macht in de gelegen
heid is geweest, zich hieromtrent te kunnen
uitspreken. Dezelfde wensch werd geuit met
betrekking tct de fusieplannen voor de
viiegdiensten. Gevraagd werd publicatie of
althans ter inzagelegging voor de leden der
Kamer van de ambtelijke rapporten in zake
de reorganisatie, resp. opheffing van de Ma-
rinevliegdienst.
De meening wordt uitgesproken, dat bij
splitsing der Marine medebetalen door Ne
derland voor de Indische marine niet noo
dig is.
Gaarne zou men vernemen in welk sta
dium de plannen verkeeren tot het over
brengen van het loodswezen onder het be
heer van een ander departement. Gevraagd
werd, of de regeling dat dc vaste lijnbooten,
die docr het Oos'gat komen in afwijking van
onderlinge verdecling der beloodsing in
Oostgal en Wielingen een Belgische loods
mogen nemen, in overleg met het Neder-
landsch loodswezen is getroffen.
In het voorloopig verslag over de begroo
ting der artillerie-inrichtingen werd den mi
nister nader gevraagd naar zijn plannen no
pens den vredesarbeid dezer inrichtingen.
Eenige leden n eenden ten deze tot eenige
voorzichtigheid te moeteti aansporen.
Het Tweede Kamerlid de heer Albarda
richtte tot den minister van Waterstaat de
volgende schriftelijke vragen:
Hebben de uitkomsten van een onderzoek
naar de economische waarde van het Twen-
te-Rijnkanaal den minister reeds de overtui
ging gegeven dat een krachtige uitvoering
van de wet van 4 November 1919 aanbeve
ling verdient?
Kan dc minister mededeelen, hoe groot de
som is der bijdragen, door belanghebbenden
contractueel in de kosten van den aanleg
toegezegd?
Is de minister niet van oordeel, dat, als
die som nog niet ten volle heeft bereikt
het bedrag, door de wet van 4 November
1919 geëischt, dit bedrag vermoedelijk spoe
dig zal zijn volteekend, indien de regeering
blijk geeft van het voornemen, om met den
aanleg van het kanaal weldra een aanvang
te doen maken?
Is de minister voornemens te bevorderen,
dat wetsontwerpen tot de verklaring van het
algemeen nut der onteigeningen voor den
aanleg van het kanaal noodig, spoedig bij dc
Tweede Kamer worden ingediend?
Is de minister niet van mcvning, dat, in
dien de onteigening der noodige gronden nog
geruimen tijd wordt uitgesteld, die onteige
ning voor het Rijk tot grootere kapitaaluit
gaven zou kunnen leiden, aangezien van ver
schillende benoodigde gronden stijging van
de waarde te verwachten is?
Vragen van den heer Droogleever
Fortuijo.
Door het Tweede-Kamerlid Droogleever
Fortuin werden de volgende schriftelijke
vragen tot den minister van Waterstaat
gericht.
Is het bericht juist, dat de minister krach
tens artikel 3 van de Telegraaf- en Tele-
foonwet 1904 machtiging hcett verleend
aan de Nederlandsche Christelijke Radio-
vereeniging en aan den R.-K. Radiohond,
voor den aanleg en het gebruik van een bij
Het station Hilversum ïe bovftven memven
zender voor den draadloozen omroep?
Indien dit juist is, is de minister dan be
reid mede te deelen, onder welke voor
waarden deze mach iging is verleend en in
het bijzender, of daar in is opgenomen een
verplichting, om aan andere radiovereeni-
gingen desverlangd medegebruik van dien
zender te verleenen?
Is, voordat deze machtiging is verleend,
nagegaan, of ook andere radio-uitzendver-
eenigingen een zoodanige machtiging
wensch en aan te vragen?
Is door de verleende machtiging de ge
legenheid voor andere bestaande of op te
richten uitzendvereenigingen om een soort
gelijke machtiging te verkrijgen vervallen,
of wordt zij daardoor belemmerd?
Materiaal,
Dc groote zandzuigers zijn te Harlingen
gearriveerd; één daarvan is naar Zurich
vertrokken. Eveneens kwam daar ter
plaatse een tweetal nieuwe transporteurs
aan.
Buitendij'ks bij Zurich worden zinkstuk-
ken van meer dan 1200 M. lengte gemaakt.
Twee in de Nieuwe Willemshaven te Har
lingen gereed gemaakte zinkstukken zullen
dezer dagen in de Middelgronden neerge
laten worden. Voorts is men te Haringen
bezig met het vlechten in massa van z.g.
„wiepen".
Door den heer Sannes zijn aan den Mi
nister van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen de volgende vragen gesteld:
1. Is het den Minister bekend, dat de
Rijkskweekschool voor onderwijzers en on
derwijzeressen te Leeuwarden is gevestigd
in een voormalig schoolgebouw der ge
meente, doch als zoodanig door het ge
meentebestuur afgekeurd?
2. Is het den Minis er voorts bekend:
dat de inrichting van dit gebouw aan de
meest bescheiden eischen, met name uit
hygiënisch oogpunt te stellen niet voldoet?
3. Is de Minister bereid, naar een en an
der een onderzoek te doen instellen, de
resultaten van dat onderzoek aan de Ka
mer mee te deelen. en om, wanneer het
onderzoek mocht aanloonen dat de toe
stand ind.erdaad niet aan redelijke eischen
bean'woordt, ten spoedigste met het ge
meentebestuur van Leeuwarden in overleg
te treden over de mogelijkheid eener op-
'ossing, die een betere huisvesting aan
deze druk bezochte kweekschool zal ge
ven?
De mariniers vertrekken 15 Maart.
In aansluiting op het reeds medegedeelde
betreffende versterking van de bemanning
van den kruiser „Sumatra", welke thans te.
Sjanghai ligt, verneemt de „Tel.' nog, dat
de commandant van dezen oorlogsbodem om
zestig man 'dertig matrozen en dertig ma
trozen) aanvulling gevraagd heeft aan den
commandant van dc zeemacht in Ned.-Indië.
Laatstgenoemde, die aan het verzoek zal
voldoen, had zich in verband hiermede tot
het departement van Marine gewend, dat,
naar gemeld werd, dertig mariniers zal uit
zenden. Dit detachement, waarbij zich ook
kader bevindt, zal, naar wij vernemen, op
15 Maart uit Nederland vertrekken. Eeniger-
lei reden heeft de commandant van de zee
macht in Ned.-Indië niet opgegeven, doch 't
'igt voor de hand, dat hij versterking noo-
-lig acht in verband met den toestand te
Sjanghai en dc bescherming der Nederland
sche belangen.
Eenige cijfers.
Met ingang van 1 Mei 1927 zal het hoofd
stuk I (Belastingbepalingen) van de wet van
30 Dec. 1926 to-t het heffen van een be
lasting en treffen van verdere voorzieningen
ten behoeve van openbare verkeerswegen
te land, in werking treden en naar aanlei
ding daarvan laten wij een kort overzichte
lijke tabel volgen, waarop de juiste bedra
gen zijn vermeld.
1. De belasting bedraagt voor een vol
'aar:
a. voor een rijwiel, waarop of waaraan
een hulpmotor is aangebracht, onverminderd
de rijwiclbelasting, 3.—;
b. voor een motorrijfliig op twee wielen,
niet vallende onder de omschrijving van
letter a:
indien het eigen gewicht niet meer be
draagt dan 60 kilogram, 10.
indien het eigen gewicht bedraagt meer
dan 60 kilegram, doch niet meer dan 120
kilogram, 20.
indien het eigen gewicht meer dan 120
kilogram bedraagt, 30.
c, voor een motorrijtuig op meer dan twee
wielen, niet vallende onder de omschrijving
van letter a en ingericht voor personen
vervoer:
indien het is ingericht voor het vervoer
van niet meer dan 7 personen, den bestuur
der inbegrepen, per 100 kilogram eigen ge
wicht 6doch tenminste 48.—;
indien het is ingericht voor het vervoer
van meer dan 7 personen, den bestuurder
inbegrepen, per 100 kilogram eigen gewicht
d. voor een motorrijtuig op meer dan twee
wielen, niet vallende onder de omschrijving
van letter c, per 100 kilogram eigen ge
wicht, 6.doch ten minste 48.
2. De belasting voor een motorrijtuig op
wee wielen wordt, indien door middel van
motorrijtuig een rij- of voertuig of een
zijspan wor3t voortbewogen, verhoogd met
3. De belasting voor een motorrijtuig op
meer dan twee wielen wordt, indien door
middel van dat motorrijtuig een rij- of voer
tuig anders dan langs spoorstaven wordt
voortbewogen, verhoogd. Die verhooging be
draagt voor een rij- of voertuig met een
eigen gewicht van:
niet meer dan 1200 kilogram 18.
meer dan 1200 en niet meer dan 4000
kilogram 60.
meer dan 4000 kilogram 90.
Hierbij zij opgemerkt, dat de wegenbelas
ting een belasting is, welke van Rijkswege
wordt geheven, ten behoeve van den aanleg,
de verbetering en het onderhoud van open
bare verkeerswegen.
De belasting wordt dus geheven ter zake
van het rijden met motorrijtuigen op c!
openbaren weg.
yrij bewerkt naar BULLWER LYTTON'S
„What will he do with it",
door 70S. P. H. HAMERS.
EERSTE DEEL.
EERSTE HOOFDSTUK.
Het was kermis in een der liefelijkste
do:pen van het Engelsche graafschap Surrey.
Aan weerskanten van de hoofdstraat stond
een lange rij kramen gevuld met speelgoed,
blinkend aardewerk en met goed beplakte
koek. Verder op, waar de weg uitliep in de
ruime dorpsweide, zag men dc meer voor
name tenten, waarin de bekoorlijke gestalte
van de meermin, den reus van Norfolk, dc
dame met de varkenskop, den jonge!* met
de gevlekte huid en het kalf met twee kop
pen verblijf hielden, terwijl in een groote
theatertent, hoog boven al de andere uit
stekend in omvang en pracht, aan de lan
delijke kermisgangers het hartroerend drama
,De wreede baron en'het bandietenkind'
zou vertoond worden. Van alle kanten klonk
levendige, kunstlooze muziek: trommels, Hui
den van verschillende soort en grootte, en
een orgel, dat gedraaid werd door een bui
tenlander met een donker gezicht; op wiens
schouder een grijnzende aap het vroolijke
tumult gade sloeg en noten kraakte.
De zon ging onder, het gedrang was op
z'n ergst, het was een levendig, vroolijk too-
neel. De dag was warm geweest. Geen wol
ken waren zichtbaar, behalve laag aan den
westelijken horizon, waar zij in lange, goud
en purperkleurige strepen, dc grenslijn sche
nen uit te maken tusschen aarde en hemel
De hooge olmen op de weide stonden roer
loos. Slechts een paar in de nabijheid van
den kermis-schouwburg, waarin kleine jon
gens geklommen waren, die hun lachend ge
zicht hier en daar tusschen het gebladerte
staken, trilden onder hun rustelooze bewe
gingen.
Onder de menigte, die zich springend en
dansend voorwaarts bewoog, bevonden zici'
twee toeschouwers, vreemdelingen, zooah
bleek uit de aandacht die zij trokken en
de lossescherts, die hun klceding en hun
uiterlijk aan den een of anderen geestigen
boer ontlokten. Beiden hadden iets over
zich, dat spoedig voor hen innam. Zij waren
jong en de levenslust teekonde zich zóó
duidelijk op hun gelaat af, dat men er aan
genaam door getroffen werd.
Een van de twee was van des benijdens-
waardigen leeftijd van vijf tot zeven en
twintig jaar en op zim gezicht stond duide
lijk geschreven, dat het den doktoren niet
erg naar den vlceze zou gaan, wanneer er
velen werden gevonden die hem geleken
Zijn wangen, ofschoon niet hoog gekleurd,
prijkten met den doorschijnendeu blos de
De Tweede Kamer der Staten Generaal
kwam gistermiddag bijeen onder voorzitter
schap van jhr. Mr. Ch. Ruys de Beeren-
brouck.
Door den VOORZITTER werd voorge
steld neg eenige ontwerpen aan de agenda
toe te voegen, o.a. dat tot steun aan de
mobilisatie-slachtoffers.
Conform besloten.
Voorts deelt de VOORZITTER mede, dat
hij het enquêtcvoorstel van den heer Cra-(
mer c.s. aan den ïndischen Volksraad heeft
toegezonden overeenkomstig art. 71 van de
Indische Staatsregeling om hierover van ad
vies te dienen. Zoodra dat advies zal zijn
ingekomen, zal het kunnen worden onder
zocht, Nog deelt de voprzitter mede dat
Vrijdagochtend o.a de Curapaosche begroo
ting voor 1927 in de afdeelingen zal worden
onderzocht.
Hierna is aan de orde de voortzetting der
algemeene beraadslaging over het voorstel
ontwapeningswet van den heer K. ter
Laan (c.s.).
De heer L. DE VISSER (C. P.) vervolgt
zijn rede. Millioenen vallen als slachtoffer
van de kapitalistische uitbuiting, het recht
van den oorlog heeft alleen de revolution-
nair. Op de vraag: Zijn wij voorstanders
van den oorlog? antwoerd spr.: neen en dui
zendvoud neen! Maar men moet onderschei
den tusschen den revolutonnairen en den
contra-revolutionnairen strijd,
Spr. vindt het volkomen juist, als men den
voorstellers van dit voorstel van wet verwijt
ordinaire demagogie. Het voorstel brengt
allerminst ontwapening.
Spr. wil iedefe gelegenheid aanwenden
om het leger onbetrouwbaar te maken en te
ondermijnen.
Geroep, Heeft u trouw aan de Grondwet
gezworen?
De heer DE VISSER: Ja dat heb ik, maar
daartegenover zal ik niets nalaten, dat er
toe kan bijdragen om de grondwet en de
bourgeosie kapot te maken. Spr. kwalifi
ceert verder de sociaal-democraten als pu
blieke bedriegers.
De VOORZITTER hamert.
De heer DE VISSER zet zijn rede voort
en blijft critiek op de Soc.-Dem. uiten.
Ten slotte betoogt spr met verschillende
citaten dat de sociaal-democraten de kolo
niale politiek willen voortzetten. Dit kan
alleen met instandhoud-ng der gewapende
macht. Ook dc koloniale politiek wenscht
spr. in het onderwerp te betrekken. Hij
dient e enlange metie in, waarin wordt uit
gesproken, dat het gevaar om Nederland in
een toekomstigen oorlog te betrekken niet
alleen ligt in dc getalsterkte van het leger,
maar veel meer wortelt in de overheersching
van Indonesië als wingewest en waarin de
regeering wordt verzocht de niet-inlandsche
militairen uit Indië terug te trekken, en In-
rlië staatkundig volkomen los te maken van
Nederland. De motie wordt onmiddellijk be
handeld.
De heer LINGBEEK (H. G. S. P.) is het
eens met de voorstellers, dat het Christelijk
beginsel met zich brengt een krachtig stre
ven naar den vrede. Dit beginsel gaat ech
ter niet zóó ver, dat het de overheden weer
loos zou willen maken tegen aanvallen van
binnen of van buiten. Het is niet de afkeer
van bloedvergieten, die dc voorstellers
leidden tot de indiening van dit voorstel,
maar de wensch ora aan oorlogen een eind
te maken. Het geloof, dat het den mensch
gegeven zou zijn, zulke groote dingen tot
stand te brengen, kan spr. niet deelen. Ook
de volkenbond zal niet over middelen be
schikken, oorlogen te-voorkomen.
Een ander argument voor de ontwapening
is, dat ons land onverdedigbaar zou zijn,
maar deskundigen, officieren van ons leger,
hebben spr, verzekerd, dat die verdediging
zeer goed mogelijk is. God heeft aan de'
overheid haar zwaard gegeven en dit
zwaard mag niet worden gebroken. Spr.
zal dus niet voor het ontwerp stemmen.'
De heer SANNES (S.D.) bespreekt de
grondwettelijke bezwaren, die tegen bet
voorstel zijn aangebracht. In 1922, toen de
grondwetswijziging aan de orde was, was
de ontwapeningsbeweging nog zoo zwak,
dat er van werd afgezien, de ontwapenings-
gedachte grondwettelijk tot uitdrukking te
brengen, Onze grondwet is streef en regelt
te veel. Zij kan de ontwikkeling van het
rechtsbewustzijn niet voortdurend bijhou-
1 den en moet daarom, als de gelegenheid
zich voordoet, worden uitgehold, waardoor
zij eenigszins wijkt voor het nieuwe rechts
bewustzijn, Dit is geen rcvolutonnaire the
orie, ook werd die gehuldigd door De Sa-
vornin Lohnian, blijkens zijn werk „Onze
Constitutie".
Wat nu onze neutraliteitsverplichting be
treft, het mag aan twijfel onderhevig zijn
of in een toekomstigen Europeeschen oorlog
nog neutraliteitsrecht zal geldend zijn. Maar
de eisch volgens de Conventie van 1907 is
niet, dat er gevochten moet worden op le
ven en dood. Alleen is bepaald, dat wij het
DONDERDAG 3 MAART.
HILVERSUM, 1050 M. 1200 Politiehof,
3.304.30 Uurtje voor wees- en zieken
huizen 5.006.45 Concert door het H D.
O. orkest. Chris de Vos, tenor 6.457.45
Beginselen van het Burgelijk Recht en het
Handelsrecht 7.45 Politieber. 10 30 Pers-
ber 8.10 Aansluiting van het Concertge
bouw te Amsterdam Programma nog niet
bekend. 10.30 Radio-tooneel „Speculan
ten", een kluchtig spel van de beurs in
1 bedr. van W. Schurmann. Koos Bos,
Rienk Brouwer. Sophie, zijn vrouw, mevr.
Margot Maletsky-Kiehl Weduwe Mulder,
haar moeder, Rie Elking. Een dokter, Frits
Bürgdorfer v. Deursen, T C B. Bigot.
DAVENTRY, 1600 M. 11.20 Concert Win-
deatt's band en solisten, contra alt, tenor,
cello, piano 1 202.20 Gramofoonmfcziek.
2.24 Voorlezing: Moby Dick, van H. Mel
ville 2 50 !.?>mg: A hundred years ago.
3.20 Evensong van de Westminster Abbey.
4.05 Lezing: On being afraid of li'e. 4 20
Orgelconcert 5.20 Lezing: Up Hill and
Down Dale. 5.35 Kinderuurtje 6.20 Con
cert Daventry-kwartet 6.35 Landbouw-
ber. 6.40 Concert. 6.50 Tijds., weer her.
nieuws 7.05 Voor padvinders. 7.20 Cau-
serip 7.35 De pianosonates van Mozart.
7 45 Lezing: The making of man 8 05
Grace Fishei-comedy Slai 3 20 B B. C.
na^onal concert Jan Kiepura, tenor Na
tional orkert. o.l van Sir Landon Ronald.
10 35 Lezing: The awe-Insp;ring Volcano
at Santiago 10.5012.20 Dansmuziek van
het Savoyhoted.
PARIJS „RADIO-PARIS". 1750 M. - 10.50
—11.20 Concert. Orkest en Hr Telly, zang.
5055.55 Kir.dermatinee 9 0511.00 Con
cert Orkest en dansmuziek. Vócale en
instrument, solisten,
LANGENBERG. 469 M, 10.20—11.20 Or
kestconcert 12.501.50 Gramofoonrouziek,
4.205.15 Kamer-muziek. 2 violen, viola,
cello, piano. 7.509.35 Hermann Lön»
avond R Kothe en L Engelhardt. liedies
bij de luit W Hochgreve. declamatie.
10 2011.20 Dansmuziek Iseglio-kapel.
KöNIGSWUSTERHAUSEN, 1300 M. 1.50
7.35 Lezingen en lessen 7.50 „Ge-
gensatze" (4e avond). Orkest en solisten
(alt, sopraan, tenor, bariton, piano). Daar
na tot 11.50 Dansmuziek.
HAMBURG, 394 M1.25—2.10 Kamermu
ziek. 3.354.20 Operamuziek, Puccini,
5.206.10 Vroolijk concert. 7.20
11,10 Norag-Winterbal. Dansmuziek. Daar
na dansmuziek in het Alsterpaviljoen.
BRUSSEL, 509 M. 5.20—6.20 Kinderuur
tje. 8.5010.50 Orkestconcert. 9.30
„Never more"-tooneel.
recht hebben ons gewapenderhand te ver
zetten. De schennis der neutraliteit maakt
aan die neutraliteit geen einde. De intensi
teit van het verweer is volkenbondrechtelijk
niet geregeld
Wanneer Nederland zijn weermacht in een
veiligheidsmacht omzet, is dit geenszins in
strijd met den geest van den volkenbond.
Ook Versailles had ten doel DuitscMand.
eenzijdig te ontwapenen, Mocht de volken
bond later instellen een internationaal po-
litieleger, dan zal in dien tijd nader overwo
gen moeten worden of daaraan medegedaan
moet worden. Die vraag komt nu niet ter
sprake.
Spr. gelooft, in tegenstelling met den heer
Lingbcek, dat menschen kunnen tot stand
brengen, dat er geen oorlogen meer z;;n.
Hoeveel gemakkelijker zou dit werk zijn,
als de landen alle waren bevrijd van het ka
pitalisme. Maar zoover zijn we nog niet pp
zoolang kunnen wij niet wachten, w,.'nt
juist binnen het kapitalistisch raam dreigen
de oorlogen en moest binnen, dat raam
alles gedaan worden, om die oorlogen te
voorkomen. Dit voorstel moet worden be
zien in het licht van de ontwikkeling, die
de volkenbond thans bereikt heeft en waar-
doof geschillen door arbitrage worden op
gelost en een aanvalsoorlog tot een inter
nationale misdaad wordt gebrandmerkt.
De volkenbond zorgt voor iederen staat,
niet alleen voor den staat die zichzelf ver
dedigt, ook voor den staat, die ziin lot in
handen legt van het internationaal rechts
bewustzijn.
De vergadering wordt verdaagd tot heden
middag 1 uur.
Ten vervolge op de beantwoording van
vragen van bet Tweede Kamerlid Dec
kers, betreffende een bij het vervoer van
melaatschen per gouvernementsvaartuig van
Selat Pandjang naar Bengkalis voorgeval
len ongeluk, deelt de minister van Koloniën
thans mede, dat de melaatschen zich be
vonden in een zgn. sampan kottak, ge
sleept door bet gewestelijk vaartuig Kla-
zina. Bij het opstoomen der reede Beng
kalis, hetgeen des nachts plaats vond, bij
slecht weder en boogc zee, sloeg de sam
pan om, waarbij twee der inzittenden het
leven verloren, terwijl de overige vier per
sonen door de onmiddellijk te water ge
laten sloep van de Klazina konden worden
gered. Dat de inlandsche kapitein der
Klazina niet berekend was voor zijn taak, is
eerst gebleken na zijn overplaatsing op een
ander schip, welke overplaatsing met zijn
capaciteiten als zeeman geen verband hield.
Naar de rneening van den hoofdinspecteur
van Scheepvaart was bovenbedoeld ongeval
hoofdzakelijk te wijter aan het als gevolg
van slechte weersgesteldheid minder goed
slagen van een manoeuvre, waarbij nog
als ongunstige factor kwam, dat het manoeu
vreeren bij nacht geschiedde. Er was dus
geen reden om den kapitein ter zake van
dat ongeval niet te handhaven.
gezondheid; zijn lichtbruin oog was levendig 'toch, er zoudeu weinig vrouwen gevonden
- v _7 14— I t t 1 i i on vftr
en doordringend; zijn haar, dat zich in losse
lokken van onder een jachtpet slingerde,
v/as van dat donkere, zonnige kastanjebruin,
dat men zelden anders dan bij krachtige,
gezonde menschen aantreft. Over 't geheel
zag de jonkman er goed uit en men zou
hem gerust den naam van „een mooieu man
hebben kunnen geven, als hij een anderen
neus had gehad. Hij droeg, zijn neus in de
lucht. Het was geen aanmatigende neus,
geen neus, die ergernis wekt, zooals wip
neuzen gewoonlijk doen, maar het was een
neus, die vast besloten is, zich in zijn
eigen persoonlijkheid en in de dingen van
deze wereld, zoo goed mogelijk te schikken
een neus, die zich zeker wel een weg door
Je wereld banen zou, maar op zoo'n-pret
tige manier, dat zelfs dc ongeduldigste vin
gers niet zouden jeuken van verlangen om
hem beet te riemen.
Door dezen neus geholpen, droeg het
■onge heerschap 'n zwart buis van katoen
fluweel van vreemde snit, benevens een
knevel en een sikjp, die toen nog zeldzaam
in Engeland waren.
Zijn metgezel was ongeveer zeventien
'aar, maar zijn gang, zijn houding, zijn le
nige en toch krachtige gestalte, gaven een
mannelijkheid te kennen, die sterk afstak dö
het bloeiend gelaat van den knapenleeftijd.
ij trok vee! meer de oogen tot zich dan
ijn oudere makker. Niet, dat hij door regcl-
atige, schcone trekken uitmuntte, maar
worden, die hem niet met welgevallen zot -
den aanzien, Zi)n haar, even lang als dat van
zijn vriend, was kastanjebruin, terwijl bet
goud er doorstraalde, zoodra de zonnestralen
er op speelden; het krulde eenigszins en
Was bijzonder zacht. Z'n groote, helder,
donkerblauwe, lachende oogen werden over
schaduwd door lange, donkere wimpers en
zijn sierlijk gewelfde wenkbrauwen gaven
aan zijn gelaat de uitdrukking van geest et.
wat nog beter is, van vrijen moed en trouw
hartigheid. Zijn gelaatskleur was schoon en
eenigszins bleek en als hij lachte, werden cr
twee rijen witte, regelmatige tanden zicht
baar. Maar, ofschoon zijn profiel fraai be
sneden was, naderde het niet tot het Griek-
sche Ideaal. Ook ontbrak hem de lengte,
die in den regel iemand tot een in a.len
deele welgemaakt man stempelt. Zonder dat
hij bepaald klein kon genoemd worden, be
reikte zijn gestalte nog niet dc middelmatig"
hoogte en uit de ineengedrongen vorming
zijner ledematen scheen het, dat hij zijn vol
len wasdom toch reeds bereikt had. Zijn
kleeding, hoewel niet vrcemdsooi lig, zoo
als die van zijn makker, was toch eenigs
zins bijzonder. Hij droeg een stroohoed met
breeden rand en versierd met een blauw
lirt, omgeslagen hemdsboorden, dit zijn hals
ontbloot lieten, een donkergroen buis van
dunne stof. Een witte broek en vest vol
tooiden zijn costuum. Hij zag er uit als
moeders lieveling; misschien was hij het
ook wel.
Al voortslenterend, voelde dc zeventien
jarige plotseling een lichten slag op den
rug, toegebracht door een boomtakje. De
knaap keerde zich zóó snel om, dat hij den
arm pakken kon van de schuldige, een aar
dig dorpsmeisje, 'n paar jaren jonger dan hij.
„Op bceterdaad betrapt, geVonnisd, ge
straft," riep hij vroolijk uit, haar een likje
op de wang gevend.
„En nu, om kwaad met goed te vergelden,
hier hebt^e een lint, kies uit."
Het meis:e week schroomvallig terug, maar
haar gezellinnen duwden haar gichelend
vooruit en zij koos een kersrood linl, dat
de jongeling achteloos betaalde, terwijl zijh
oudere vriend hern aanzag met een ernstige
berisping in den blik en mopperend zeide:
„Dr. Franklin zegt, dat hij eens in zijn leven
een fluitje te duur betaald heeft, maar toen
was hij nog niet ouder dan 7 jaar, en een
fluitje is toch nog tot iets nuttig. Maar zoo
veel te betalen voor een tikje op den rug'
Verkwister, die ge zijtl Vooruit, kom mee.
Terwijl de vrienden voortliepen, werden
ze op hun weg gevolgd door al de jonge
meis'es, die boomtakjes in d© hand hadden
en die naar linten verlangden. Telkens werd
de aardigheid herhaald, ro'aar tevergeefs.
„Meisjes." riep de oudste van de beide
vreemdelingen, zijn wipneus scherp naar
haar heenwendend, „linten zijn er in over
vloed, maar het geld is schaarsch. Nog al
meer! Pas op! weet wel, dat wij vrouwen
eters ziin, Hoe onschuldig wij er ook uit
zien," Dit zeggend, sperde hij zijn kaken zóó
bovenmatig wijd open, en liet zulk een ont
zaglijke rij landen zien, dat de dorpsschoo-
nen ontsteld achteruit weken,
De vrienden liepen nu door een nauw
gangetje tusschen de kramen door en of
schoon zij nog gevolgd werden door enkele
naar linten hunkerende zielen, zetten zij
ongestoord hun weg voort langs de achter
zijde der kramen. Eindelijk kwamen zij op
de weide uit, vlak tegenover den grooten
theater tent.
„Kijk, Lionel." sprak de oudste, „drama
tisch en klassiek, dus zeker bezienswaardig.
Zich vervolgens wendend tot een eerzamen
schoenlapper met een lederen voorschoot,
die de tconcelspelcrs, voor het gordijn der
tent geschaard, met sombere belangstelling
beschouwde, zeide hij:
„Het schijnt, dat het tooneel u aantrekt,
mijnheer; gij hebt zeker de voorstelling ai-
eens bijgewoond."
„Ja," antwoordde dc schoenlapper, .het
is vandaag de derde dag en morgan spelen
ze voor het laatst. Ik heb nog niet geman
keerd, en dat zal ik ook nu niet doen, maar
het is niet meer/ wat het eenigen tijd ge
leden was."
(Wordt vervolgd).