a Te veel bewezen-
Voornaamste Nieuws
Maandag 7 Maart 1927
50ste Jaargang No. 16493
Aanglite moet, op siralte van verlies van alle rechten, geschieden ulferlijk driemaal vier en twintig uren na het ongeval
Dit nummer bestaat uit 8 bladzijden - Eerste Blad
PLAATSELIJK NIEUWS.
DE BRAND IN DE
STROOCARTONFABRIEK TE
NOORDWIJKERHOUT.
UMUIDENS NIEUWE
SCHUTSLUIS.
DE SPOORBAAN BIJ
DE VINK.
De autoriteiten zullen den weg
nog eens inspecteeren.
DE MOORD OP Mr. WIJSMAN
Onthullingen in „De Wereld".
Het college van
gecommitteerden over de
wegen en vaarten.
J, J. WEBER ZOON
De Oudeweg.
De sEonnem en h prijs Fedraagf voor
Haarlem en Agentschappen:
Per week 0.25
Per kwartaal 3.25
franco per post per kwartaal bij
Vooruitbetaling 3.58
Bureaux: NASSAULAAN 49.
Telefoon No. 13866 (3 lijnen)
Postrekening Nr. 5970.
Advertenties 35 cents per regel
Vraag- en aanbod-advertentién 1-4
.«gels 60 ct per plaatsing: elke
regel meer 15 ct., bij vooruitbetaling
Advertentiën tusschen den tekst,
als ingezonden mededeeling 60 ctV
per regeL
Bij contract belangrijke korting.
Alle abonné's op dit blad zijn, ingevolge de versekeringsvoorwaarden
rallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen
fe«>n „„j de verse keringsvoorwaarden T QjlflfJ Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f JKft bij een ongeval met f O^fl bij verlies van een hand, f JOJJ bij verlies van een f Cfl bij'n breuk van flfl bij verlies v. eeai
lege ng n erzekerd voor een der volgende uitkeeringen: «JUUU. verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; •30,* doode lij ken afloop Z3U« een voet of een oog; I&3« duim of wijsvingerI 3U.J" been of arm; 3 andere
nngety
De beroemde Engelsche schrijver en ge
leerde, H. G. Wells, heeft wederom een
verrassende publicatie in het licht gegeven:
„waar de wereld heen gaat,' een beschou
wing over de oorlogstechniek.
Wells behoort tot de soort moderne schrij
vers en sprekers, vooral in Engeland en
Amerika zoo geliefd en ook in ons land niet
versmaad, die hun hoorders of lezers be
delven onder een reeks paradoxen, schijn
waarheden, waarvan wij de ondeugende
strekking glimlachend genie'en, de onver
wachte en de aandacht geboeid houdende
wendingen bewonderen en waarvan wij ten
slotte een overtuiging overhouden, die scherp
in ons geheugen is gesneden als de rake
teekening van een geniaal caricaturist.
Shaw en Chesterton bedienen zich van de
zelfde middelen en de methode, hoewel zij
al weer haar besten tijd met haar beste
vertegenwoordigers gehad heeft, is inslaand
en prijzenswaardig of gevaarlijk al naar
mate de gezindheid van dengene, die ze ge
bruikt.
De laatste bovenbedoelde verhandeling van
Wells komt juist in den tijd, nu de socia
listen in ons land hun best doen, om tot
sterke vermindering van bewapening over te
gaan en zij zullen dan ook niet nalaten deze
wapenen van het scherp geslepen woord
van den Engelschen geestverwant te voegen
bij het arsenaal argumenten, waarmee zij het
ontwapeningsontwerp-Ter Laan in de Twee
de Kamer aan het verdedigen zijn.
En inderdaad, de verhandeling van Wells
over de dwaasheid van den modernen oorlog
heeft heel veel verdienstelijks. Ieder, die
een oprechte hate-1 van den oorlog is,
iedere ware vredesvriend kan niet dan
waardeeren de wijze, waarop de Engelsche
schrijver de volbloed militaristen, de sa-
belrinkelaars te lijf gaat, wien het meer om
de gouden tressen, den kastegeest, de car
rière dan om de verdediging van het vader
land te doen is. Deze soort militairen kan
zich nu eenmaal de wereld niet anders
voorstellen dan bestaande uit een aan
tal hoogere officieren en een groot getal
„minderen", die verplicht zijn te salueeren,
in het gelid te loopen en die voorbestemd
zijn gedrild tet worden. Deze goudvinken met
heel dikwijls een hazehart in den gegal-
loneerdén boezem, geeselt Wells op een
vermakelijke wijze.
Nog slechter komen er bij hem af de zoo
genaamde militaire autoriteiten, die den
toon aangeven voor den volgenden oorlog,
die de leiding hebben van de staande le
gers en beslissen over de legerbestellingen.
Kostelijk is de manier, waarop Wells
aantoont, hoe eigenlijk iedere landsverdedi
ging in vredestijd altijd twintig jaar ten ach
ter is. Want. wanneer de defensiemiddelen
zijn aangeschaft en het leger met de zoo
genaamde modernste hulpmiddelen is geïn
strueerd, dan blijkt, wanneer de oorlog
uitbreekt, dat de viiand heel andere en ver
rassende methoden en strijdmiddelen toe
past, waarop in het geheel niet gerekend
is. Dat komt, omdat men zich aanpast aan
hetgeen de laatste oorlog heeft geleerd:
maar dat laatste is in den volgenden krijg
al weer verouderd.
Wells toont dit op een zeer pakkende ma
nier aan met een voorbeeld van den loop
gravenoorlog. In 1914 was de loopgravenoor
log iets nieuws Geen der partijen was
daarop berekend. Was dit wel het geval ge
weest en had men een wapen gehad om
vooruit te gaan tegen den vuurregen van de
loopgraven- in, dan zou het gevecht geen
vier jaar geduurd hebben. Dit wapen is
tijdens den oorlog, maar te laat voor prac-
tische toepassing, gevonden in de gewa
pende tanks, den aanvalwagen of hel ge
pantserde landschip. v
Nu schrijft Wel) s:
Op het oogenblik is het Britsche leger,
dat misschien het modernst i." uitgerust van
al de oude legers, die er in de wereld zijn,
bezig gevechtsmethodes uit te werken, die
niet veel meer dan twintig jaar ten achter
zijn bij den stand* van het hedendaagsche
denken. Na eerst den aanvalswagen twaalf
jaar te hebben weerstaan, na hem in den
oorlog schandelijk bedorven te ^hebben, is
het Britsche leger nu blijkbaar daaraan ver
slaafd.
Het speelt den geheelen dag met aanvals
wapens en droomt 's nachts ervan. Het
stelt hen ten tooi. met kinderlijken trotst
voor eerste-ministers uit de koloniën en
Indische prinsen. Het bezit keurige éen-
mans-lanks en groote land-slagschepen en
transport-tahks, enz. De cavalerie is einde
lijk in discrediet en de strijdmacht in de
lucht geeft bij openlucht-feesten heel aar
dige vertooningen. Misschien is een nieuwe
generatie militairen, in hur. jonge dagen ge
wend auto's naar he' openbaar gevaar te
rijden, verantwoordelijk voor deze plotse
linge verheerlijking van den eenmaal ge-
haten aanvalswagen. Maar het is te hopen
vóór het heil van Engeland, en de ge
heele wereld, dat deze oefeningen den ernst
van een duur amusement voor de Britsche
militaire overheid nimmer te buiten zullen
gaan.
Op deze wijze wil Wells betoogen, dat
heel het militairisme van onze dagen een
dwaasheid is. De volgende oorlog immers
schrijft hij zal er een zijn van ver
nietiging met gasbommen en granaten, ge
vuld met ziektekiemen, geworpen uit vlieg
tuigen, welke in weinig tijds niet enkel
heele legers, maar heele landen kunnen ver
nietigen. En nu is het heel naief, dat men
in den Volkenbond probeert om aan al de
helsohe methoden van den modernen oor
log regels aan te leggen Het lijkt veel op de
wetten van de sport. Men wil met elkaar
afspreken: gij moogt zóóveel schepen heb
ben. gij. zóóveel; gasbommen mogen niet
gebruikt worden en zek,cr.gecR ziekte ver
spreidende gassen; onbeschermde steden
mogen uit de lucht niet gebombardeerd
worden enf.
De hooge militairen, zegt Wells, decretee-
ren. Maar de chemici en bacteriologen
gaan hun gang. En deze laatsten zullen het
zijn, die in den volgenden oorlog zullen
beslissen. Daarom hulde aan den Amerikaan-
sche-n Senaat, spot Wells, die van den
Volkenbond niets wil weten en die een
tractaat tegen het gebruik van vergiftig gas
heeft geketst. Ik hoop, zegt de Engelschman,
dat de Amerikaansche Senat de ziektekie
men voor den oorlog zal redden en vergif
tiging van den wateraanvoer zal verdedi
gen. Want hoe verbijsterender de beschik
bare methoden van oorlogvoeren voor de
beroepssoldaten zijn, hoe minder waarschijn
lijk het zal worden, dat de wereld den nieu
wen en -willekeurigen oorlog krijgt.
En de conclusie van VC^ells uit al deze
paradoxen ligt natuurlijk voor de hand: het
verstandigst is het land, dat zijn Iegef en
zijn bewapening afschaft, want met al die
mooie soldaatjes, kanonnen en geweren is
toch niets meer te beginnen: duur speelgoed
en gevaarlijk op den koop toe.
De redeneering lijkt logisch en is verleide
lijk. Goedecls gaat ze parallel met de be-
ioogen van onze Nederlandsche sociaal-de
mocraten, al kunnen deze het dan niet zoo
geestig zeggen als hun Engelsche partijge
noot. Toch moet dit schijnbaar zoo inslaand
en afdoend betoog het tegen het nuchtere
oordcel afleggen. De fout van Wells en zijn
gelijkdenkenden is, dat zij te veel willen
bewijzen. Wanneer zij zich er toe bepaalden
te wijzen op het dwaze en onverantwoorde
lijke van oorlogvoeren in 't algemeen; wan
neer zij het menschonteerendc van den ver
nietigingsoorlog wilden aantoonen, ieder
weldenkende zou aan hun zijde staan.
Maar dat hij, die alle verdediging aan kant
zet, die zich zelf weerloos maakt, de sterk
ste zou zijn, dat is een dwaasheid, waar
van een kind de vaischheid kan inzien. Wan
neer de grooten niet willen voorgaan met
afschaffing van hun staande legers, kunnen
de kleinen het zeker niet doen, zonder
zich moedwillig op' genade of ongenade aan
den eersten den beste rooflustige over te
geven. Wanneer Engeland bij behoud van
staande legers in heel Europa de les
sen van den laatsten aanvalsoorlog zich ten
nutte maakt, dan wil dit nog niet zeggen,
dat het land verzuimt de ontwikkeling van
het vliegwezen bij te houden en tegen een
mogelijken aanval in de lucht zich eveneens
te wapenen. Wanneer Frankrijk vermoedt
en de vrees daarvoor wordt openlijk uitge
sproken dat Duitschland, hoewel onge
wapend, bij een eventueele volgende botsing
zijn aanvalsmiddelen uit zijn chemische fa
brieken zal halen, dan ligt het voor de hand,
dat men in Parijs op tegenmaatregelen be
dacht is. De zaak is dus niet zoo eenvou
dig als Wells met vernuft en de overige so
ciaal-democraten in afgezaagde redeneerin
gen haar voorstellen.
En daarom blijven er ten slotte voor ware
vredesvrienden toch altijd nog maar twee
afdoende middelen over om den oorlog zoo
lang mogelijk tegen te gaan; n.m. langs
internationalen weg, door samenwerking van
allen, dus in den Volkenbond te komen
tot geleidelijke inkrimping en ten slotte af
schaffing van bewapening, opheffing der
staande legers. En ten tweede, wat van nog
meer beteekenis is, het bevorderen van den
echten vredesgeest, den geest van verzoe
ning en verdraagzaamheid, zooals die nu al
jaren lang door de Pausen van Rome aan
de volkeren wordt voorgehouden. Wanneer
de sociaal-democratie aan dc katholieke
vredesvrienden hierbij eens de hand wilde
reiken, dan zou dc weg naar het einddoel
heel wat sneller worden afgelegd, dan wij
thans zien gebeuren. Maar de schijnbare
haast, welke de sociaal-democraten drijft
om langs nationale tot internationale ont
wapening te komen, bederft het echte vre
deswerk, omdat het middel der roode anti
militaristen niet door een oprechten haat
tegen den oorlog, maar door partijpropa-
ganda wordt ingegeven.
Donderdag 14 Februari heeft, zooals be
kend, een ernstige brand gewoed in de
stroocartonfabriek van de N.V. W. Lelyveld,
welke gelegen is even ten Noorden van het
station Piet Gijzenbrug en deel uitmaakt van
een complex gebouwen, waarin destijds de
groentendrogerijen van de ,,Codro" waren
gevestigd. In de overige gebouwen van de
voormalige „Codro" is thans een timmer
fabriek gevestigd van dc N. V. Doelma,
waarvan hel voornaamste gebouw een tien
tal meters verder is gelegen.
Nog steeds smeult de brandende massa
papier, welke in duizenden rollen en pakken
in de fabriek aanwezig was, voort. Reeds in
het begin der vorige week werd door de
brandweer getracht de fabriek te ontruimen,
maar dit leverde zooveel gevaar op voor
de timmerfabriek „de Doelma", dat van ver
dere .pogingen moest worden afgezien en be
sloten werd hiermede te wachten, totdat de
gloeiende massa uitgebrand was. Inmiddels
werd dag en nacht van gemeentewege door
eenige personen de wacht gehouden, om bij
mogelijk gevaar direct klaar te zijn.
Naar men ons nu van zeer bevoegde zijde
mededeelt, zou vandaag met het opruimings-
werk worden begonnen. Dit zal door eigen
personeel der fabriek worden uitgevoerd.
Het bluschmateriaal der gemeente zal echter
bij het terrein aanwezig blijven, om bij even.
tueel gevaar directe dienst te doen-
Omtrent het weder opbouwen der fabriek
kon men ons nog niets met zekerheid zeg
gen. Dit hangt nog van verschillende facto
ren af. Wel meende de directeur der fabriek
dat er groote kans bestond, dat dc fabriek
niet meer op dezelfde plaats zal herbouwd
worden.
De weiken voor den bouw der nieuwe
schutsluis vorderen goed.
Het water in het reeds eenigen tijd vol
tooide bihnensuishoofd is toegelaten.
Dit geschiedde niet door het doorsteken
van een dam, omdat men de sluis niet
ineens wilde vullen. De pompen werden
stop gezet, zoodat het grondwater in de
tooide binnensluishoofd is toegelaten.
DE RIJKSSTRAATWEG AMSTER
DAM—HAARLEM.
Met de veelbesproken verbetering van den
Rijksstraatweg heeft men dezer dagen een
aanvang gemaakt.
Men s begonnen de Electr sche tram over
een gedeelte van plus minus 3000 M. langs
de vaartzijde, op één spoor te laten rijden,
door wissels in te lasschen, welke beide dwars
over den straatweg liggen.
Vervolgens heeft men de vrijgekomen rails
opgebroken en is men aan het uitgraven ge
gaan. Wanneer men nu een gedeelte van on
geveer 100 M. op hoogte heeft gebracht met
zand, wordt er een dikke laag grove basalt op
gebracht. Deze afstand wordt door een hek
langs den versmalden weg afgezet, zoodat
geen 2 automobielen of voertuigen elkaar kun
nen passeeren, wat 's avonds vooral zeer ge
vaarlijk is.
Dit gedeelte is wel aan beide einden ge
merkt door er een lantaarn, maar het zou toch
aanbeveling verdienen, wanneer hier na af
loop van de dagelij ksche werkzaamheden een
wacht werd geplaatst.
De basalt, benoodigd voor den weg, wordt
bij de Zwetbrug uit Aken geladen door een
stoomkraan, en in twee automobielen ver
voerd.
Ook is een stoomwals gearriveerd om de ba
salt te walsen, alvorens men tot het asphal-
teeren overgaat.
Aan'de Liedebrug is men druk bezig met
zand aanvoeren, grootendeels benoodigd voor
het verleggen der Amsterdamsche Water
leiding, die thans parallel loopt met de Lie
debrug.
ONZE MONTESSORI-SCHOOL.
X.
Op een lagere school wordt het ccmcur-
reerende Wie het mooste doet" vastge
legd in cijfers en rapporten.
Die meettoestellen voor de lagere school,
die meer 'kwaad dan goed doen, de Mon
tessorischool kent ze niet. dus ook niet al
de ellende die ze brengen over kinderen,
ouders,, gezinnen en over menig fijngevoe-
ligen onderwijzer.
Wij meenen door die cijfers en rappor
ten té weten, hoe het verstand van ons
kjnd in alle dimensies gegroeid is. Inder
daad zeggen ze ons alleen, hoe het kind
gereageerd heeft op de afgepaste, hem
aangeboden leerstof en op de schoolorde,
en dat is hog heel wat anders.
Bes'aat er één moeder, die geregeld den
groei van haar gezond gebouwd kind me
tend en die merkend dat het kind in lan
ger. tijd niet cf haast niet groei!, dan het
kind gaat beknorren, 9ooreenschudden en
ten slotte laat uitrekken, tol het de
lengte heeft die gemiddeld een kind op
dien leeftijd heeft? En bestond er zoon
ontaarde moeder, nergens zou ze een dok
ter vinden die zich tot vcorschrijving van
die behandeling leende.
Welnu, er bestaan vele vaders en moe
ders en veel onderwijzers (gelukkig lang
«iet allen, meest zijn de onderwijzers hier
in wijzer dan de betrokken ouders), die
op ver^ andelijk gebied hun kinderen wel
op deze wijze befoamdelen; en dat niet,
omdat ze dom cf wreed zijn van aard
maar bij de gedachte, dat op een gewone
school elk mislukt overgangsexamen, dus
elke schijnbare stagna ie in den verstan
delijk cn groei voor den patiënt en zijn
ouders beteekent: een jaar later klaar om
economisch voor zichzelf te kunnen zor
gen en dit is inderdaad in onze overbe
volkte maatschappij een factor van veel
gewicht.
Hoe het cp een Montessorieschool gaal
zonder die ieugdbedervende instellingen,
daarover een volgend maal. Hier nog even
dit. Veel te veel wordt nag geconcludeerd,
dat elk kind dat niet leert nie! ieeren wik
En ais men nu weet, hoevelerlei redenen
ev kunnen zijn, waardoor een kind voor
dat leeren, dat hem wordt voorgezet op
dit oogenblik niet vatbaar is, ja hoe het
kind, dat zoogenaamd lui en onoplettend
is „wijzer" kan zijn dan de onderwijzer die
hem voort wii jagen dan zal men langza
merhand toch ook moeten gaan inzien,
wat ten schromelijk onrecht de zooge
naamde dammen wordt aangedaan in een
gewone school.
Je neemt toch ook imera geen enkel psy
chisch defect weg door de oogen te sluiten
voor de oorzaken en alleen te probe er en,
dc gevolgen minder in het oog te doen
springen. Ik schreef „zoogenaamde" dem-
men, omdat ik alle onderwijzenden wel
den goeden raad wilde geven, eens na te
gaan, hoeveel er in het leven terecht komt
van hun „domme" leerlingen. Het grootste
deel van 's werelds genieën bijvoorbeeld
om maar een kleinigheid te noemen, was
schooldom.
J. M. STERCK -PROOT.
Ondanks het feit dat de spoorwegramp
bij de Vink alweer bijna een half jaar achter
ons ligt, blijken vele reizigers bet berucht
geworlen traject Voorschoten-Leiden nog
steeds niet zonder eenigen angst te kunnen
passeeren. Het is ons, zoo schrijk de „Tel."
herhaaldelijk uit allerlei klachten en op
merkingen. die tot ons kwamen, gebleken.
De voor de spoorwegdirectie vernietigen
de conclusie van het rapport der commissie
Kraus, dal de gevolgde werkwijze op de
spoorbaan tusschen Schiedam en Leiden ge
vaarlijk genoemd werd voor hqt snelver
keer, dat het afgaand spoor ter plaatse van
het ongeval niet goed genoeg is verzorgd
geweest, en het effect van overhellende
treinen daar niet voldoende geobserveerd
is geworden, waardoor zich onder de dwars
liggers ledige ruimten hebben kunnen vor
men, welke geleidelijk tosnamen en ten
slotte de oorzaak van de ramp werden, heb
ben natuurlijk bet onbehagelijk gevoel van
onveiligheid bij het reizen in den trein zeer
doen toenemen- -
Een der lezers der „Tel." deelt aan dit
blad mede, dat als men per spoor van Den
Haag naar Amsterdam gaat, men zal opmer
ken, dat dicht bij de Vink de wagon zeer
sterk naar rechts, naar den buitenkant,
overhelt. Dit begint, schreef hij een klein
eindje voorbij de plaats waar 9 SeplembSr
1926 het ongeluk plaats had. Daarna wordt
dy. steeds erger, totdat het even voor het
bosch van het buitenplaatsje bij de Vink het
ergste is, en dan zeer bepaald een angstig
gevoel geeft. Daarna wordt het overhellen
minder, totdat het bij den overweg de Vink
vrij plotseling ophoudt. Dit is volgens onzen
zegsman reeds eenige maanden zoo, zonder
dat eenige verbetering te bemerken valt.
,Om dit verschijnsel eventueel ook eens te
constateeren, maakten wij, alsdus de „Tel."
gisteren een spoorreis mede van Den Haag
naar Leiden. Reeds even voor Voorschoten
begon onze wagon plotseling raar te doen
en zakte bedenkelijk eenige c.M. naar den
rechter buitenkant rechts, dan zittend met
het gezicht naaf de locomotief. Dit duurde
echter kort, tot wij ter hoogte van de plaats
van de ramp op frappante wijze eensklaps
onzen wagon weer eenige c.M. naar rechts
zagen zakken alsof hij neiging voelde in de
sloot te tuimelen. Bovendien schommelde
de wagen eenige malen zeer vreemd heen
en weer. De overhelling was zoo sprekend,
dat zelfs kinderen het opmerkten. Toen wij
een blik buiten het raampje sloegen, zagen
wij een geweldige grondballast langs de
spoorbaan aangebracht. Zooals ook onze
lezer opmerkte, hield het overhellen bij de
Vink op.
Wij hebben, na afloop van onze reis, die
op dit traject nog steeds eenigen moed ver-
eischt, gemeend, onze bevindingen te be-
voegder plaatse te moeten mededeelen, te
vens met de bedoeling, te vernemen wat
deskundigen over dit verschijnsel denken.
Het bleek ons dat dc met het Rijkstoezicht
belaste autoriteiten 't traject Den Haag-Lei
den verschillende malen extra geïnspec
teerd hebben. Dat de treinen op de door
ons genoemde punten opvallend overhellen
was den betrokken autoriteiten niet be
kend.
Hoewel men verzekerde, dat het genoem
de verschijnsel geen direct gevaar behoeide
op te leveren, voegde men er aan toe, dat
het overhellen op dit rechte baanvak niet
behoort voor tc komen. De baan moet wa
terpas liggen. Naar aanleiding onzer klacht
zullen de bevoegde autoriteiten nog eens
extra dit baanvak bij dc Vink en het ver
schijnsel van het overhellen der wagons onr
derzoeken.
Men wees ons er in verband hiermede
nog op, dat de ter plaatse aangebrachte bal
last nog levend is, en eerst vast moet ko
men tc liggen, waardoor het mogelijk zal
zijn, dat de 'eene rails iets lager ligt dan de
andere. Op den duur moet dit terecht ko-
Hoe dit zij, op het oogenblik is de toe
stand in ieder geval bij de Vink nog niet,
zooals hij wezen moet. Volgens den door
ons geraadpleegden deskundige behoeft
men zich echter niet ongerust te maken.
Zaterdag j.l. vermeldden wij reeds, dat
door den vader van den op Oudejaarsavond
1920 vermoorden mr. Wijsman op grond van
de artt. 270 en 271 van het Wetboek van
Strafrecht, een aanklacht was ingediend
tegen den verantwoordelijken redacteur
van het weekblad „De Wereld op grond
van een artikel in dit weekblad, waarin
verschillende passages voorkomen, welke
voor den overledene smadelijk van inhoud
zijn.
In dit artikel Worden aanvankelijk
enkele mededeelingen gedaan omtrent de
drijfveer van den moord, weike mede
deelingen echter niet voor verdere publi
catie geschikt zijn.
Dan gaat „De Wereld" als volgt verder:
„Mr. Wijsman was in het bezit gekomen
van een brief, hetgeen een „vooraanstaand
ingezetene hoogst onaangenaam was.
De „auctor" zooals wij den vooraanstaan
den Amsterdamschen ingezetenen nu zullen
blijven noemen, heeft toen een handlanger
gevonden, die toen bereid was, het zaakje
voor flink wat geld op te knappen. Deze
zou, ten koste van alles, trachten den com-
promitteerenden brief in handen te krijgen.
Op den Oudejaarsavond is mr. W. be
zocht door den auctor, die hem op zijn
kamer den eisch heeft gesteld, den bewusten
brief af te geven. Wijsman weigerde.
En buiten liep de handlanger te wachten
ingelicht tot in de puntjes.
En dus ging Wijsman, geen direct kwaad
vermoedend, langs Rokin en Damrak, naar
het Centraal-station, vroeg aan het loket
en kaartje eerste klas, in al zijn daden op
veiligen afstand gevolgd door den hand
langer. En ook hij nam een zelfde kaartje.
De handlanger was natuurlijk nog steeds
onzeker, of hij slagen zou in het volbrengen
van zijn laak.
Een plaats van den moord had niet van
tevoren bepaald Hunnen worden en dat was
dan ook het eenige wat ontbrak aan de
uitwerking van het plan: een noodzakelijke
lacune intusschen!
In den coupé zat reeds een dame, de
pleegzuster, in een hoek. De tweede passa
gier, mr. Wijsman, nam plaats in den ande
ren hoek, en toen twee minuten voor het
vertrek van den trein, de handlanger in
stapte, viel die neer op eenigé overgebleven
zitplaats, midden tusschen de beide anderen.
Hiermee was de halve eersteklas-coupé ge
heel gevuld.
Toen de conducteur de kaartjes had ge
knipt, wreef de handlanger zich eenige kee-
ren over het gelaat, gaapte, leunde achter
over en begon te dutten. Hij diende te
wachten, tot de zuster was uitgestapt, die,
gelijk hij den conducteur bij het teruggeven
van het kaartje had hooren mompelen, tot
Haarlem ging. Mr. Wijsman raakte verdiept
in de lectuur van een meegenomen boek.
De dame stapte te Haarlem uit en de
handlanger trok met een smak het portier
dicht. Het was de spontane daad van iemand
die blij was. eindelijk tot zijn doel te zullen
geraken.
Zoolang de handlanger niet spreekt, zal
nauwkeurig weten van wat er gebeurd is en,
waar de moord precies plaats had, uitge
sloten blijven. Het doet er trouwens nu niet
veel meer toe. Hij kan in ieder geval gemak
kelijk zijn uiterlijk hebben veranderd, zijn
hoedje door een duw en een vouw van
vorm hebben gewijzigd, of door en pet
hebben vervangen. Hetzij uit Leiden of Den
Haag is hij met den eerstvolgenden trein
naar Amsterdam teruggekeerd.
De portefeuille ging over naar den zak
van den handlanger, nü moordenaar. Het
is zeer goed mogelijk, dat er een vrij be
langrijk bedrag aan geld in zat. Kort te
voren had mr. W. van een cliënt een som
van eenige ruizenden in ontvangst genomen
en die waren nog niet afgedragen. Zijn va
der heeft het bedrag na den moord moeten
bijpassen.
De moord geschiedde dus inderdaad uit
roof, naar het object van den roof was voor
namelijk de compromitteerende brief en
daarbij kwam wraak.
Zaterdagavond omstreeks acht uur werd
aan het H.S.-station te Den Haag de moord
ontdekt. Uit de kleeren van den versla-
gene bleek, dat hij Wijsman heette. Zon-
dagmorgen ging men naar hel bevolkings
register om na te gaan, waar hij kon wonen.
En zoo werden alle families van dien naam
in de Residentie op Nieuwjaarsmorgen uit
hun bed gehaald met de vraag, of de zoon
of de heer des huizes wl thuis was. Wat de
bedoeling van dit onderzoek was, werd er
niet bijgezegd, en wij kunnen ons de tooneel
tjes voorstellen in d huizen, waar de politic
was komen informeeren.
Allen, die te Den Haag ingeschreven
stonden, en ongeveer 30 jaar oud waren
bleken thuis te zijn. Geen Wijsman werd er
vermist.
Intusschen zaten de ouders van mr. Wijs
man die hun zoon op Oudejaarsavond had
den thuis verwacht, langzamerhand in de
grootste ongerustheid op hun zoon te wach
ten. Hij zou komen, waarom telegrafeerde
hij niet, als hij verhinderd was geworden?
De vader ging Zondagmorgen aan het
station infomeeren, of er soms een spoor
wegongeluk had plaats gehad, aangezien zijn
zoon niet was thuis gekomen. Men verwees
hem naar het politieposthuis Huygenpark,
waar men henj wel verder zou kunnen
helpen.
Op het politiebueau plaatste men hem ge
heel onvoorbereid tegenover het geheel ont-
kleede lijk van zijn zoon. De schok, die den
vader trof, behoeft niet bechreven te wor
den.
De dader, aldus besluit het artikel, zat
tijdens als dit gesol veilig en wel dc ver
velende berichten te lezen.
Het staat thans vast dat het college van
gecommitteerden over de wegen en vaar
ten der zes Noord-Hollandsche Steden met
1 Mei a.s. ontbonden zal worden en alles
over zal gaan in handen van het Provinciaal
Bestuur. De gecommitteerden n.l. de bur
gemeesters van Amsterdam, Monnikendam,
Edam, Purmerend, Hoorn en Enkhuizen zul
len nog eenmaal in April ter décharge bij
eenkomen.
Met dit instituut verdwijnt een stichting
welke van dc 16e eeuw af heeft bestaan,
steeds in eene behoefte heeft voorzien en
een voortreffelijk werk heeft verricht.
DE CEDER VAN LIBANON TE HEE M
STEDE.
Wij lezen in „Floralia" We plaatsten bo
ven dit artikeltje „de Ceder" 'van Libanon"
te Heemstede" en we meenen daar recht
op te hebben. Het overkomt ons n.l. dik
wijls, als we hier of daar in den lande ver
raden, dat we in Heemstede wonen, ons
wordt toegevoegd: „o, waar die mooie Ceder
van Libanon staat."
Het schijnt dan ook wel, dat al de hon
derdduizenden, die in 1925 de bloementen
toonstelling te Heemstede bezochten, den
mooien Ceder gezien hebben. En ja, als men
door Heemstede komt moet men den impo-
santen boom zien, of men wil of niet, zoo in
drukwekkend is hij.
De Ceder van Libanon te Heemstede dan,
is naar men ons mededeelde 175 jaar oud en
maakte deel uit van een aanleg, welke öf
door den grooten Zocher is ontworpen öf
door hem is gereorganiseerd. In dien aan
leg werd de Ceder geplant, omgeven door
andere heesters en doordat in latere jaren,
het onderhoud verre van voorbeeldig was
de andere, sterker groeiende gewassen den
Ceder in verdrukking brachten, groeide hij
geheel uit den vorm en kreeg den nu zoo
veel indrukmakenden parapluie-vorm.
De tegenwoordige eigenaar en planten
liefhebber, de heer W. van Hees, ontdekte
op zekeren dag, toen alles nog wildernis
was, een tak van den Ceder. Hij verbaasde
zich eerst, dat in dien chaos van dooreen-
gegroeide struikgewassen een Cederstond,
doch bij nadere beschouwing bleek het juist
te zijn en nog wel een heel bijzonder, uniek
gevormd exemplaar. Zoo spoedig hij kon
kocht de heer van Hees den grond, welke
gelegen is nabij de Blauwe brug bouwde er
een mooi landhuis op, waarbij de Ceder zich,
zooals de foto aantoont, magnifiek aansluit.
Dit buitengoed, dat den naam draagt van
„de Ceder", is ongetwijfeld een der mooiste
gedeelten van Heemstede.
Volgens L. Beissner is de Ceder van Li
banon, Cedrus Libani, reeds in 1683 in
Europa ingevoerd. Hij komt voor op, de
bergen van den Cicilischen Taurus, waar hij
met Abies cicilia en Juniperus foetidissima
tot op een hoogte van 13002000 Meter
wouden vormt. De boomen worden daar
dikwijls 2540 Meter hoog en hebben
veelal een enormen stamomvang. Op jon
geren leeftijd zijn de boomen pyramidaal
gevormd, later worden zij vlakker, breed-
parapluievormig.
De Ceder van Libanon was ook in oude
tijden beroemd en Salomon moet uit zijn
hout den tempel van Jerusalem gebouwd
hebben. De oude Egyptenaren gebruikten
de witte hars van dezen boom tot het balse
men van hunne dooden. D.
Prol. rar. dr. P. van Heijnsbergen t*
De resultaten der uniforme ziekteverze
kering in de Text'el-industrie.
Het verplichte 7e leerjaar. De burgemees
ters uit het land van Cuyk richten een
adres aan den minister en de Tweede Ka
mer.
De Hanzebank in het Bisdom Haarlem;
cijfers der liquidatie in 1926.
Een huiselijk drama in de Residentie.
De nood in Drente. Een vorstelijke gift
van 5000.
Voorgesteld wordt een wijziging van de
Arbeidswet 1919.
Een brutale roofoverval en een sensai
neele achtervolging te den Haag; een agent
wordt het slachtoHer; het individu en zijn
handlanger ontkomen.
Een zware brand verwoest het paviljoen
van het R. K. Sanatorium te Horn.
Het doodvonnis van de moordenaars op
den Belgischen luitenant Graft gewijzigd in
tien jaar gevangenisstraf.
Een cycloon op Madagascar verwoest de
stad Tamatave; viji honderd personen zouden
cm het leven zijn gekomen.
Bij de begrafenisplechtigheid te Cwm stort
een autobus van een brug. Twee dooden,
drie en twintig gewonden.
barometerstand 9 uur v.m.: 7b5. Stilstand.
OPTICIENS - FABRIKANTEN
Koningstraat 10 Haarlem.
Licht op. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 6.19.
Wij geven belanghebbenden in overwe
ging van een en ander inzage te komen nemen
De Oudeweg, vlak onder Haarlem, is op
enkele plaatsen zoo slecht, dat men er niet
over kan gaan met voertuigen of men staat
bloot aan het breken van veeren. O.a. voor
het te bouwen Hoogspanningsgebouw der.
Ned. Spoorwegen ligt zoo n diep gat, dat er
ongelukken moeten gebeuren. Ook de straat
weg langs de Oostvest is zeer slecht. Daar
deze weg de eenigste uitgangsweg is voor
alle bewoners van Spaarnwoude en gedeel
telijk van de Liede, is deze toestand bijkans
onhoudbaar. Het is wel te hopen, dat de
bevoegde autoriteiten hier hun aandacht aan
zullen schenken.
GEVAARLIJK.
Blijkbaar door het een of ander defect
wéigerden Zaterdag de electrische boog
lampen aan de Blauwe Brug te branden en
heerschte er een volslagen duisternis. Als
men nagaat dat op dit punt een yijftal wegen
uitloopen en het er zeer druk is, is het voor
de voetgangers zeer gevaarlijk.
KAMER VAN KOOPHANDEL.
FRANSCHE TARIEFONTWERP.
Op het secretariaat der Kamer van Koop
handel en Fabrieken, Kruisweg 70, Haarlem
ligt voor belanghebbenden ter inzage een
reeks mdeedeelingen en beschouwingen, ont
leend aan de bijbehoorende Memorie van
Toelichting, betreffende het ontwerp van cn Ruick.
het aiettyve Frajischc DouïUl^i«tatfl:.
JUBILEUM.
Maandag 14 Maart a.s. hoopt de heer
B. Gerres, den dag te herdenken, dat hij
vóór 50 jaar in dienst kwam bij de firma
J. Sabelis en Co., Glas- en verffabrikanten,
alhier.
Het zal den bescheiden en ijverigen man
op dien dag aan belangstelling niet ontbreken.
DE NIEUWE SHOWROOM DER FIR
MA SWAALF.
De nieuwe Showroom der firma Swaalf,
waarover wij in het blad van Zaterdag reeds
berichtten, werd Zaterdagmiddag 3 uur
officieel geopend. Er waren veel bezoekers
en bloemen.
In de nieuwe, rustig en fraai gedecoreerde
expositiezaal, vallen onder de tentoonge
stelde auto's vooral de nieuwe Chevrolet
en de Oakland Roadster op.
De nieuwe Chevrolet is in uiterlijk minder
Amerikaansch dan haar voorgangers. De
radiateur is van andere en fraaiere construc
tie, de koplampen zijn naar een sierlijker
model uitgevoerd, de vroeger gegolfde spat
borden zijn nu glad uitgevoerd, terwijl,
naast andere nieuwigheden, op het benzine-
reservoir een meter is aangebracht.
De carrosserie is lr ger, waardoor de wagen
langer en sierlijker schijnt.
Door de breede spiegelruiten der twee
etalages en de diepe portiek, is een vrij en
onbelemmerd op de showroom verzekerd.
Aan de electrische Zeiss-verlichting aan de
zoldering, de etalage-lampen en verschil
lende reclamemiddelen is veel zorg besteed,
zoodat het gerestaureerde pand een der
fraaiste winkels van de Kruisstraat is ge
worden.
Een breede trap vormt de verbinding
met de eerste etage daarnaast is ruimte
uitgespaard voor een geriefelijk privé-kan-
toor en een kantoor voor den boekhouder.
Rechts van de showroom is de naar de
eischen des tijds'ingerichte werkplaats voor
rijwielen.
Het geheele werk is een goede reclame
geworden voor den aannemer E. Bellaart,
die de verbouwing uitvoerde.
De firma Swaalf vertegenwoordigt de
Fongers rijwielenfabriek en de General
Motors, met Fontrgc, Oakland, Chevrolet