OVER WANDELEN EN WANDELAARS - door FRANS MEIJER.
n
ooooooccoooocoooocooococooocooooooooocooocoooocoocooooooocoocodcococooooooooöoooooodööd
Radio-Omroep.
Gordijnwasscherij ,/t Kleverpark''
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT.
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
O
OOOOOOOOOOGCOOGOOCOOOOOCOOOCOGOOQOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOQOQOOOOQOOOOOOGOOGOOOGOCOOOCOOGOO
DEKKLEEDEN
TOUW
ELCK WAT WILS^
TREKJES
Derde Blad.
Zaterdag 14 Mei 1927
HOFFMANN, Spaarne 42-44
GEMENGD NIEUWS.
Een geluk bij een ongeluk.
Een duur boutje.
RECHTZAKEN.
Hij kwam niet om een
paar bekers.
Onze vriend Johan de Heer over
de Katholieke Radio.
TELEFOON 10131
No. 497.
otf/s/r. 99
Wat wandelen is?
Niet alleen een verplaatsing van het
lichaam, want wanneer ie een voetballer
over het veld ziet rennen, kun je onmoge
lijk zej' n dat hij wandelt, althans niet zon
der de waarheid geweld aan te doen.
Ook iemand die zwemt verplaatst het
lichaam, en slechts weinigen zullen beweren,
dat zwemmen wandelen is, en evenmin dat
wandelen zwemmen is.
De fanatieke.
$"ie om bovenstaande regels schouders of
neus ophaalt, geeft daardoor duidelijk blijk
niet wijsgeerig te zijn aangelegd
Volgens een leeraar in rhytmische gym
nastiek systeem Bode, is wandelen niets an
ders dan heup oplichten, laten vallen, hup,
oplichten laten vallen hup oplich
ten, laten vallen hup.
Voor Holland is Mei misschien wel de
mooiste maand voor een verre wandeling
door de Hollandsche polders.
De horizon ligt verder dan in den zomer
als er boven het grijsgroene land brandende,
trillende neveldampea hangen.
Heel in de verte rijen zich de boomen
als broos filigrainwerk langs den dijk en
daarachter, héél ver weg. staat nóg een rij
en d-arachter nóg een.
Het gras is jong en frisch en tusschen de
malsche weelde groeien dicht op elkaar de
eenvoudige bloemen van den polder: een
voudige. lieve madelieven, stralende gouden
boterbloemen e*1 teere verborgen vergeet-
nij-nietjes.
De onverstoorbare.
r
In de slooten is een blij, opgewekt leven.
Uit de donker-bronzen plantengrotten
onder het bruine water, dat doet denken
aan het gebruinde vernis van oude schilde
rijen. schieten kleine, kwieke stekeltjes om
hoog of ze liggen stil te droomen boven de
wiegelende waterbosschen. die een sprook
jeswereld verbergen.
Het is net of het in deze waterwereld al
tijd Zondag is, toedat een dikke, prozaïsche,
eigenwijze zelfvoldane kikker naar beneden
plonst en de stekeltjes, de muggen en de
torretjes een klein stuipje bezorgt Er is
even een déraillement, een gewurm en ge
duvel alsof er een tram uit de rails is ge-
loopen of een verkeersagent 4a boel wat
in den knoop heeft gebracht.
Maar langzaam schommelt alles weer in
den normalen toestand terug, en een minuut
later krabbelen de schrijverkes weer over 't
onbewogen plekje, waar daarstraks zoo'n
beroerend verkeersongeval plaats had.
Je kunt de „kronkelende, winkelende"
schrijverke's niet zien zonder aan Guido
Gezelle te denken en even later komt een
blauwe libel, zóó ontsnapt uit een sprookje
van zilver en azuur ie aan de kleine Jo
hannes herinneren.
Daarna kon- je aan een gedeelte van den
sloot, waar knoestige wilgen staan, die ze
gevierend hun palmen zwaaien, waar uit het
jolige, feestelijke groen fanfares opstijgen,
waar dichte bossen wit speenkruid hulde
brengen aan de blijde Lentebruid, die trip
pelend over de malsche weide gaat, het
reine voorhoofd omstraald van goud, met
het azuur van den Hemel in de blauwe
oogen, met het geluk van de liefde om de
frissche lippen, met de teederheid der bloe
men om de ranke leden: Maria.
Uit de verte komen brommend op de gol
vende wind verwarde klokkeklanken.
Het is het Angelus dat luidt van de verre
dorpskerk.
En als de zon in een jubel van goud in
haar staatsiemantel van vorstelijk lila en
goud neerzijgt, daar waar de -ee moet zijn,
dan begint het Lof in dezelfde kerk en
met de bloemen, die in de schemering eer
biedig de kelkjes vouwen, brengen de men-
schen hun Mei-hulde aan de allerreinste
Vrouwe. „Regina coeli laetare.... Alleluia"
De vermoeide wandelaar.
Wandelen is in zekeren zin moeilijk.
Het kost den meesten menschen moeite uit
te gaan en te wandelen, zonder zich een be
paald doel te stellen.
De één gaat wandelen en het eindpunt
moet zijn: de ruïne van Brederode. De an
der gaat wandelen en het doel van zijn
tocht zal zijn: tante Betie.
Maar weinigen beseffen de heerlijkheid
van het wandelen zonder doel, van het
echte vagebondeeren. Het komt er niet op
aan, waar je terechtkomt als ie wandelt. Je
moet ie heelemaal overgeven aan de om
standigheden Misschien is het eindpunt de
zee. misschien komen we in het bosch te
recht, misschien loopen we vast op hatelijk
prikkeldraad, misschien ook verdwalen we
in de Jordaan, het geeft allemaal niets, als
we maar geen doel hebben en goed om
ons heen zien.
Overal is de lente immers.
u
De zwaarmoedige W.
standen af te leggen en kilometers te kna
gen.
Je moet vlak langs het randje van het
water loopen waar de golven rustig uit-
De optimist.
waaieren over het zand. Alles heeft zijn ei
genaardige bekoring, de zachte, rustige dei
ning van de golven verderop, het fonkelend
spatten van de branding dichterbij, vooral
als de zon het schuim tot vloeibaar goud
maakt en de droppels schitterend als ju-
weelen.
Hun die zeeziekte vreezen en niet in een
bootje durven ronddobberen op een kilo
meter buiten de kust. kan ik een wande
ling op de pier te IJinuiden aanbevelen,
vooral als het weer niet al te kalm is en
de golven aan het eind met doffe bonzen
de zware blokken beuken
Als je rustig wilt wandelen, moet je trach
ten njet naar meisjes te kijken en zooveel
mogelijk autobussen te vermijden. Natuurlijk
kan deze stelregel niet te sterk doorgevoerd
worden, want het is onmogelijk om altijd
autobussen te vermijden. Stierven de men
schen in vroeger eeuwen op bed. in onzen
tijd is het onvermijdelijk dat we aan den
kant van den weg het tijdelijke met het
eeuwige verwisselen. Vooralsnog lijkt dat
minder prettig, maar de goede opmerker zal
ook daar zelfs poëzie in weten te ontdekken
Het is niet te ontkennen dat er iets
proleterigs in zit door een autobus of vracht-
waandheid zijn of de man heeft een onme- de B., verdacht van berooving van den 64-
Dc „deftige*' wandelaar.
Ook in de Jordaan, waar gezellige buur-
zitjes uit de scheeve deuren komen, waar
de man met den rinkelbom, omstuwd door
een stoet joelende kinderen de afstanden
berekent, waafr hij zijn concert zal geven,
waar hóóg uit de vensters de knappe kop
pen verschijnen van robuste meiden en ste
vige, gezonde jongens, zware béte wijven en
ruwe, maar lobbesachlige kerels.
Ook wandelen langs de zee is een zeld-
De slaapwandelaar.
auto overreden te worden, maar wie een
aristocratische dood wil sterven doet het
beste met de K. L. M een rondvlucht te
ondernemen.
Je moet je aanwennen onder het wande
len op kleine dingen te Ietten, dat stemt
rustig. In den Hout ontspruiten frissche
blaadjes uit malsche knoppen en op ieder
blaadje glinstert de dauw, die je er bijna
zoo vanaf zou willen drinken. Tusschen de
bronzen stammen springt een roestbruin
eekhoorntje.
Wandelaars zijn zeer verscheiden in soor
ten.
Want behalve de stille, mijmerende wan
delaar, die op al deze dingen let, zijn er
nog zooveel andere tvoen
Je hebt b.v. wandelaars. en dat zijn
meest oude heeren die op de club op
scheppen, dat ze zoo kwiek ziin en dat ze
dit gebleven zijn door hun vele en lange
wandelingen. Het ziin de fanatieken, die
door alles heen wandelen, tot een longaan
doening of iets dergelijks hen er op attent
maakt, dat een mensch niet van stroo is.
Verder ontmoet je op straat de zwaar
moedige wandelaar, gewoonlijk een bloote-
hoofdeling, die diep gebogen, met de han
den in de zakken of op den rug voorwaarts
kuiert, zonder zich te bekommeren om het
geen er rondom hem heen gebeurt.
De optimist, die meestal een pijp knauwt,
telijk vertrouwen.
Dit artikeltje was bedoeld om de lezers
op te wekken nu juist in dezen tiid flink te
wandelen. Terwijl ik dit schrijf komt er
een dikke bui naar beneden.
Laten we maar liever de kachel aanmaken
Telefoon 12127
Oe 24-jarige arbeider J. A. B. uit Steen-
wijkerwold vertoefde in een logement van V.
aan den Schiedamschen Dijk te Rotterdam.
Hij bezat niet veel geld meer, een bedrag
van 28 en borg dit 's avonds in zijn beurs
onder zijn hoofdkussen. Toen hij Woensdag
morgen wakker werd, bleek de beurs nog
wel onder het kussen te liggen doch in
plaats dat er 28in zat, bevatte de geld
buidel nog slechts 3.
Vermoedelijk zou een medelogeergast,
die 's morgens vroeg vertrokken was, het
bankbiljet van 25 gulden gestolen hebben.
B. werd wanhopig, drie gulden was nauwe
lijks genoeg, om naar Steenwijkerwold terug
te reizen. Daarom ging hij met een bezwaard
hart naar de politie. Bezwaard, omdat hij
drommels goed wist dat hij zelf nog wat te
goed had, nl. 6 pulden boete of 6 dagen
hechtenis.De politie wist het ook en deelde
hem mede, dat hij, afgezien van deze be
rooving, nu toch zes dagen zou moeten
zitten.
Niettemi is B. fortuinlijk geweest, immers
men heetf hem voor hetondergaan van de
straf naar Steewijkwold op transport ge
steld, de plaats waarheen hij zeli gaarne te
rug wilde.
En de reis is voor arrestanten gratis.
Een doode gans heeft den Weenschen
architect Schiehl een proces wegens belee-
diging op den hals gehaald, dat hem 15 Sch.
kostte.
Wat was het geval?
Met Kerstmis hadden vrienden van hem in
het Hongaarsche plaatsje Kapos aan den ar
chitect een gans gezonden. Het beest schit
terde echter niet op de Kersttafel van den
heer Schiehl, maar bleef liggen in een dou
aneloods aan de grens. Met het gevolg, dat
de architect een woedenden brief schreef
aan het douanekantoor waarin hij duchtig
opspeelde tegen het „uiterst lofwaardige"
tolinstituut, dat het goed vindt een pakket
met een of ander geheimzinnig doel dagen
lang te laten liggen in de „zeer hygiënische
loodsen." Hij noemde de beambten slodder
vossen en hij eischte een onderzoek, omdat
men als Oostenrijksch Staatsburger niet
alleen op de wereld is om maar belasting te
betalen, maar ook voor zijn vele belasting
penningen een behoorlijke bediening mag
verlangen."
Schiehl werd vervolgd wegens beleedi-
ging van een ambtenaar en moest zich dezer
dagen verantwoorden. De rechter meende,
dat de heer Schiehl wel in zou zien, dat zijn
manier van schrijven niet erg in den haak
was geweest en veroordeelde hem tot 15
Sch. boete.
De bevroren Kerstgans was dus wel duur
betaald.
Eenige weken geleden vervoegde zich bij
een juwelier te Nijmegen een jongmensch,
dat voorgaf bestuurslid te zijn van de Ver-
eeniging voor Toonkunst. Hii noemde dan
ook de namen van andere bestuursleden en
wenschte eenige bekers uit te zoeken. Later
verzocht hij den juwelier even te mogen
telefoneeren en deze wees hem het tele
foontoestel in een achter den winkel gele
gen kamer. Den volgenden dag vermiste de
juwelier uii de kamer een ring van 1000,
die daar met nog andere kostbare voorwer
pen op tafel had gelegen.
De verdenking viel op den iongen man,
die werd gearresteerd en zekere H. S. uit
Amsterdam bleek te ztm
Thans had hij zich voor de rechtbank te
Arnhem te verantwoorden. Hij bekende het
feit en gaf toe in Amsterdam reeds her
haaldelijk dergelijke dingen te hebben uit
gehaald
Na het getuigenverhoor eischte de officier
van Justitie twee jaar gevangenisstraf.
jarigen kantoorbediende D. S. Op 19 Maart
reed deze kantoorbediende, welke in dienst
is van de firma C. Swarttouw. door de Kie
vitslaan op zijn rijwiel, waaraan een tasch
met 5000 was bevestigd.Plotseling was een
onbekende man voor hem gesprongen, die
hem van de fiets wierp en er daarna met
het rijwiel en het geld vandoor ging. De
dader was later door burgers gegrepen en
aan de politie overgeleverd.
De verdachte gaf het feit toe. Hii beweer
de niet geweten te hebben, dat het geld in
de tasch zat.
De beroofde kantoorbediende verklaarde,
dat bijna alle havenarbeiders hem kennen,
daar hij al jarenlang Zaterdags geld voor de
firma Swarttouw naar de Waalhaven brengt.
Het O. M.. waargenomen door mr. Rom-
bach, zeide niet te kunnen bewijzen, dat
verdachte wist. dat er een bedrag van
5000 in de tasch zat. maar ook zonder
dat, achtte hij het feit zeer ernstig en eisch
te derhalve wegens diefstal voorafgegaan
door geweldpleging écn jaar en zes maan
den gevangenisstraf
Uitspraak 24 dezer.
Het spreekt wel van zelf, dat wij den goe
den trouw van den redacteur van „Het Zoek
licht" niet in twijfel trekken, ook begrepen
wij dat hij zeer bezorgd is voor bet Protes
tantisme in het algemeen en vooral in ons
lanjl, omdat volgens zijn overtuiging Rome
hier ,cen groote actie" ontwikkelt. Vervol
gens meent hij ook, dat er onder de protes
tanten „een sterke zuiging naar Rome is,
wat wij, omdat hij het weten kan beter dan
wij, op zijn gezag wel willen aannemen.
„Ook de Radio," verklaart bij verder
,is een machtig middel in haar hand gewor
den. En de Roomsche Radiopreeken maken
zij in den regel zoodanig dat geen enkele
Protestant zich er aan behoeft te stooten en
velen zich afvragen: welk verschil is er dan
eigenlijk tusschen hen en ons? Daarbij komt
nog, dat hetgeen Rome biedt op het gebied
van kunst meestal op veel hooger peil staat
en voor den buitenstaander veel aantrekke
lijker fs, dan hetgeen de Protestanten kun
nen aanbieden. En zoo wordt op allerlei wij
zen een sfeer geschapen, waarin de argeloo-
zen zich afvragen: „Behoor ik eigenlijk in die
schaapstal niet thuis?" In hoeverre deze be
schouwing van den Zoeklicht-redacteur ge
deeld wordt door zijn geloofsgenooten kun
nen wij niet nagaan maar wij willen hier
wel den nadruk op leggen, dat er bij de Ka
tholieken geen sprake van is, de preeken
te maken met het doel om andersdenkenden
te suggereeren, alsof er geen of weinig ver
schil zou bestaan tusschen beider leer. Wat
wij preeken is op de eerste plaats voor onze
eigen geloofsgenooten, en wat wij als regel
aangenomen hebben is: nooit of nimmer
door middel van de radiopreek de godsdien
stige overtuiging van anderen aan te vallen
of te becritiseeren, en verder is alle list
alsof wij den schijn wilden verwekken, dat
de verschillen tusschen hen en ons niet noe
menswaardig zijn, om zóó de „argeloozen'
te vangen eenvoudig een verzinsel. Onze
•feesteliikheid preekt voor de radio, zooals
zij het doet, wanneer de microfoon niet in de
Kerk is opgehangen, d. w. z. zij verkondigt
de katholieke leer zooals zij is, en niet an
ders. Dat onze protestantsche mede-christe
nen somtijds vreemd er van opzien, als wij
het op heel voorname punten van ons geloof
met hen eens zijn is niet, wijl wij de Katho
lieke waarheden verdoezelen om zieltjes te
vangen, maar omdat onze andersdenkende
luisteraars ondervinden, dat hen de leer der
'•atholieke kerk menigmaal is voorgehouden,
■ooals ze niet is. En nu kan het wel zijn, dat
de redacteur van Het Zoeklicht" vreest voor
raogelijken invloed, welke van het eenvoudig
verkondigen van de Katholieke leer zooals
ze we! is, kan uitgaan, boven en vóór alles
zal bij hem toch zeker de waarheid" gaan
en met Augustinus zal hij moeten toegeven,
dat van welken kant die waarheid ook komt,
zij alleen tenslotte overwint. „Non vincit
nisi Veritas." Laat hij dus gerust zijn als de
waarheid aan zijn kant is, zal hij overwinnen,
als ze aan onzen kant is, wij. Maar laat dit al
vast de vrucht zijn van de radio-predicaties,
dat zij nu reeds er veel toe hebben bijge
dragen om van weerszijden vooroordeelen
weg te nemen en een sfeer" te scheppen
voor betere onderlinge waardeering.
L. H. PERQUIN.
Voorzitter v. d. K. R. O.
kijkt glunder naar den overkant van de j £en kantoorbediende beroofd
I Voor de Rotterdamsche rechtbank heeft
I terechtgestaan de 33-jarige los werkman A.
zaam genot, mits het er niet om gaat af- wogenheid vandaan haalt. Het kan ver-
straat of naar de wolken waar hij mid
denin schijnt te zijn. Zelfs een vroeg stort-
buitje deert hem niet
De onverstoorbare gaat kalm en zelfbe
wust zijn gang. Hii steekt de straat over als
het hem goeddunkt en h«t verkeer heeft
zich naar hém te regelen. Het valt moe.dijk - -*-■ -— - j
uit te maken waar hij die Oostersche onbe- jg^ [yypOORTERSTR A AT 41
ZONDAG 15 MEL
HILVERSUM, 1050 M. 9.30—9.30 R. K.
Morgenwijding. G. v. Töth-sopraan. L.
Koster-cello. Joh. Brandts-Buys-piano. 1.
Elegie, v. Goens (cello). 2. Recitative en
Aria, Handel (sopraan). 3 Meditation
Thais, Massenet (cello). 4 Rede door den
heer A. Vermeulen, over „Lasteren en
kwaadspreken," 5 Elegie, Verhallen
cello). 6 O Tod o tod (Jezus Sirach Cap.
Welkom Zomer
Lieve, beste zomertijd,
Zeg, ben jij je zinnen kwijt?
't Was nauwelijks Mei
Toen jij
Ons plotseling kwam verrassen
En ons toeriep „Weg, die dikke jassen!
Weg die wollen dassen
Ga je zomerkleeren passen
En je zon ging waratjes a) dreigen
Met hittegolf-allures-krijgen.
Verleden jaar om deze tijd....
Weet je 't nogdat 'k in 'n lied
(vol nijd
En spijt
En narigheid
Zoo klaagde over die zure
En gure
Lentetijd
En nou
Als bij tooverslag weg de kou
En je zonnetje smeet
Alles opeens maar in zomerkleed,
Zoodat we gingen vragen,
Of dit jaar,
Al leek 't wel raar,
Soms de Lente werd overgeslagen.
Of, Zomertje, is 't soms 'n smoesje
En hou jij in 'n vroeg weelde-roesje
Ons 'n beetje voor 't lapje
Nou, we accepteeren dat grapje
Want blijkt het, dat je ons ging verlakken,
Dan hebben we 't toch vast te pakken.
Ja, ik vertrouw je nog geen zier,
Want op 't moment dat ik hier
Aan 't welkom voor jou zit te schrijven,
Is ie zon al 'n beetje aan 't wegblij
ven.
De lucht krijgt 'n grauwig tintje
En er fluit reeds 'n verdacht windje....
Maar afijn,
We ziin
Zeer dankbaar voor 't zomer-hors-
(d'oeuvre'tje
Al is 't wellicht 'n grillig manoeuvre'tje.
En daarom Welkom Zomer Welkom zon
Je liet vast zien wat je kon
Ie hebt ons verblijd met je deugden.
Je gaf ons de voorproef-vreugde
Van de heerlijke zomertijd
Met al zijn vroolijkheid.
De bloemknoppen, niet te tellen,
Zij bulten en zwellen,
Barsten weelderig open....
En het vee in de wei
Begroet u jong-blij
En gaat dartele kunsten verkoopen.
De boomen
Staan niet meer te droomen
Ze kleeden zich lachend in 't nieuwe
(groen,
Hun ruischen is hun welkomstzoen
Het gras schiet öp,
De musschen steken hun kop
In 't heete, rulle zandbad
En juichen „Hoe kin dat Hoe kan dat
Is de zon in de war Of zijn wij de tel
(kwijt?"
En ze piepen en stoeien in jong-wild jolijt.
Pmg-ping-ping 1 De ijsco-man
Komt er an
Z'n wagentje, versch wit gelakt,
Schittert en bakt
In de zon. En z'n neus,
Vermiljoen-rood en hevig zweet-poreus,
Weerkaatst helle sprietjes.
En z'n gong jubelt lokkende liedjes.
In de verte klinkt licht gedreun
Van 'n straatorgel-deun....
't Komt dichterbij, in onze ooren dringt
(schel
Het refreintje van „Ik mag dat wel".
Lief vóór-zomertje, je doet ons weer
(denken
Aan alles wat je straks ons gaat schenken
Je warmte, je vreugde, je licht
En het vroolijke gezicht
Van de blijde jeugd,
Die in dol geneugt
Aan 't stoeien slaat
Op veld en straat,
In duin en bosch.
'n Heerlijk-gezonde blos
Komt op de koonen
Der bleekneusjes, die wonen
In zon-loo: e hoekjes, achteraf
Ziet hun fel-blije draf
Naar hei, bosch en strand,
Want
De zon is er De zon 1
Die milde bron
Van gezondheid, levenskracht,
Door velen zoo hunkerend verwacht
ZandvoortWaar wacht je op
Kom Haal in je strop
Van koude zomerjaren
Open je poort voor de scharen,
Die in dichte drommen
Van wijzen en dommen
De trams beklommen,
Om zich te gaan wentelen in je nat
Kom, toon hen je miljoenenbad
En laat ze spartelen,
Stoeien, dartelen.
Laat vrij.... je zee voor de algemeene
Wasch der vuile beenen
Met ekster-oog- en winter-teenen,
Kood als penen.
Laat vrij je strand-ruim,
Waarvan iedere vierkante duim
Dra bezet zal zijn
Door groot en klein,
Zoodat er gauw
Gewoonte-trouw
Meer menschenvleesch dan zand
Is te vinden aan 't strand.
ZandvoortOpen je deur
Voor de „fine-fleur"
Der Nederlandsche natie,
Die in statige statie
Langs je boulevards gaat flaneeren
In zoo weinig mogelijk kleeren,
Om de menschheid het fatso»*
Af te leeren.
41), Brahms (sopraan) 7 Andante canta-:
bile, Stiasni cello). 8 Wee ich mit Men
schen (St. Paulus ad Corinth. Cap. 13).
Brahms (sopraan).
1.30 Concert door het Hawaiian Radio
vijftal Chris de Vos Jr.-Hawaiïan guitaar
Eug. Scholten-Hawaiïan Guitaar. Jan de.
Vos-Bas guitaar H. Fernandes-guitaar.
Chris Seeger-Ukulele. 2.30 Namiddag,
concert te geven door de Amsterdamschc.
Orkestvereeniging in „Artis" te Amster
dam. Dir. Frans van Diepenbeek. i
8.00 Persber. en sportuitslagen. 8.10 Sym-:
phonie-concert door het H. D. O.-Syra--
phonie-orkest o.l.v. Willem van Warmelo.l
Paul Loewer-fluit. In de pauze declama-,
ties door den heer Gerard Arbous Mo-
derne gedichten.
DAVENTRY, 1600 M. 3.50 Mendelssohn's
„Elijah", oratorium. D. Labbette-sopraan.
M. Brunskill-contra alt. S. Thomas-tenor
R. Palmer-bariton. Koor en symphonie-
orkest. 4.50 Vertellingen u.h. Oude Tes
tament. 5.00 „Elijah' 2e ged. 5.506.2C
Kinder-kerkdienst. 7.25 D enst in ar
Trinity College Chapel. 8.20 Lezing: Thr
friende council for international Service
8.35 Oude en moderne liederen door hei-
koor. 9.15 Oproep: Queen Charlotte's ma
ternity hospital. 9.20 Weerber. nieuws
9.3511.05 Edw. Mac Dowell's muziek.
K. Wintcr-sopfaan. M. Cole-piano. Sym-;
phonie-orkest.
PARIJS: „RADIO-PAIRS". 1750 M. 12.20-
1.Ó5 Gewijde muziek. Koorzang en preek j
1.052.1G Orkestconcert 5.055.55. De.
Homonyme Jazz. 8.50 Kinderhalfuurtje,.
9.2011.00 Dansmuziek.
LANGENBERG. 469 M. 9.20—10.20 Mor
genwijding. 1.202.20 Kamermuziek (2,
violen, viola, cello) A. Weingarten-zang.
5.206.20 Harmonikamuziek en Iseglio-
kapel. 8.209.15 Vroolijke avond. 9.21!
Symphonieconcert. J. Ros, Piano. Daarna
tot 12.20 Dansmuziek.
KÖNIGSWUSTERHAUSEN, 1250 M. EN
BERLIJN, 484 en 566 M. 9.20 Morgenwij.
ding. 11.501.10 Militaire muziek. 4.50—
6.20 Kamerorkest concert. 8.50 Serenade's
van beroemde componisten. W, Gutt-
mann-bariton. Orkest. 10.5012.50 Dans
muziek.
HAMBURG 394.7 M. 9.35—11.05 Morgen,
wijding. 11.5012.50 Orkestconcert. 1.25-
2.10 Orkestconcert. 4.255.25 Orkestcon
eert 5.507.45 Orkestconcert 8.2012.lt
Moderne Operettemuziek en zang. Daarna
dansmuziek
BRUSSEL, 509 M. 5.20—6.20 Dansmuziek
8.209.20 Concert. Orkest en vocale so
liste.
Steeds /iet /Vieinvste in /tae/io.
r. -Sjf* Va//urKt/i/e //ersfeffi/ieerw t,
MAANDAG 16 MEL
HILVERSUM 1050 M. 12.00 Politiebef
12.352.00 Lunchmuziek door het trio. S
L. Castrelli-viool. S. Metz-piano. S. Swa
gemakers-cello. 3.304.30 Vrouwenuurtj»
door Mevr. Rhemonda. 5.006.00 Kinder
uurtje door Mevr. Ant. van D.jk. 6.006.4.'
Vooravondconcert door 't H. D. O.-orkesl
6.457.15 Tuinbouwpraatje door den héc
E. J. Ludding over Rozen. 7.157.41
Voortzetting van het concert, 7.45 Politie
ber. 10.00 persber. 8.10 Kamermuziek doo'
het Hollandsche strijkkwartet. Hermai'
Leydcnsdorff-le viool. Julius Röntgen-2i'
viool. Bram Mende-alt-viool. Thomas Ca:
nives-cello. Daarna aansluiting van he
Roxy-theater. Een uurtje filmmuziek. He-
orkest, o.l.v. Boris Lensky. t
DAVENTRY 1600 M. 11.20 Daventry-
kwartet en solisten (sopraan-bas-viool
piano). 1.202.20 Orgelconcert. 3.10 Ont:
vangst van M. Doumergue, President vai
Frankrijk voor zijn bezoek aan den Engel
schen Koning. 3.30 Voorlezing: Rural rides
3.35 Lezing: The early iron age. 4.20 Dans
muziek. 5.20 Lezing: What to do whei
things go wrong. 5.35 Kinderuurtje. 6.2(
Het Daventrykwartet. 6.50 Tijds., weerb.
nieuws. 7.05 Daventry-kwartet. 7.20 Dram
critiek. 7.35 Composities van Brahms
Pianomuziek. 7.45 Spaansche causerie. 8.0:
Variété, (guitaar zang, humorist, vocaal
kwartet.) 9.00 Ölczewska-contra alt. 9.21
Lezing: The importance of adleness. 9.5:
My programma, samengesteld door Mrs
Pollard. 11.2012.20 Dansmuziek.
PARYS „RADIO-PARIS" 1750 M. -
10.50—11.20 Concert. 12.50—2.10 Orkest
concert, 5.055.55 Concert. Declamaties
piano- en vioolmuziek. 9.0511.00 Frag
menten van .,La Vanina," van P. Chou
dens P. Bastide. Orkest en solisten.
LANGENBERG, 469 M. 1.25-2.2:
Orkestconcert. 5.506.50 Orkestcon
eert. 9.3510.50 Künnecke-operette avonc
E. v. Ferenczy-sopraan. A. Kistenmacher
tenor. Lutterkapel. 10.0512.20 Dansmu
ziek.
KÖNIGSWUSTERHAUSEN 1250 M. -
en BERLIJN 484 en 566 M. 12.20-
7.05 Lezingen en lessen. 7.50 „Der Jahr
markt von Sorotscbintzi." kom. opera ii
3 acten van Moussorgsky.
HAMBURG 394 M. 12.50—2.20 Or
kestconcert, 4.355.20 Balladen en liede
ren. 5.206.15. Dansmuziek. 6.207.1
Orkestconcert. 8.2012,10 „Der Weibs
teufel drama.
BRUSSEL 509 M. 5.20—6.20 Concer
(piano-viool-cello). 8.2010.20 Concer
Orkest en vocale solist. Om 9.30 ondei
broken door een kwartiertje lectuur.
RADIO-MOORS Koningstraat
Telefoon 14609 Haarlem
VAKKUNDIG ADRES
Zandvoort, toon ons je mode-sukkels
Met nekken vol pukkels
En sproeten
Én bruin-gebakken snoeten,
Die 't „doen" moeten,
Om badgast te lijken.
Zandvoort, ga prijken
Met je „dames" en „heeren",
Die zich zouden geneeren
Voor hun eigen ras....
Als 't géén Zandvoort was.
Zomerhet ware te wenschen,
Dat je zomer kon zijn zonder menschel
Of alléén voor de braven,
Die je gaven
Rechtschapen ontvangen
En alléén verlangen
Rein zomer met jou te zijn.
Wees gegroet, trouwe zomer,
Gegroet zonneschijn
Mogen velen
Je éérlijk beleven
En ernstig eens denken,
Dat Eén er maar is,
Die ons deze weelde
Kan geven 1
G. N.