INGEZONDEN.
SÏjn voor ®t overgrooïst ge3ee!ïc Ja, bijna
uitsluitend, geen inrichtingen voor de
rijken maar tehuizen voor mannen of vrou_
wen, grijsaards of kinderen van het dikwijls,
helaas, noodlijdend volk. Ja, de socialisten
razen en tieren tegen het kapitalisme en
schreeuwen overal van de o'aken, dat zij
de trouwste, ja de eenig ware vrienden
zijn van 't volk. Maar zoo spraken wij
reeds vóór bijna dertig jaren op den eersten
Katholiekendag te Roermond laat hen
eerst, gelijk wij, dan overal verspreide
groote en kleine kloosters en tehuizen bou
wen, waarin tienduizenden, jonge mannen
afstand doen van geld en goed, om hun
leven slechts te wijden aan de nooden van
het volk! Laat hen eerst, gelijk wij, dan
scharen vormen van duizenden en duizen-
o'en kuisch maagden, die het soms rijke
ouderlijk huis vaarwel zeggen, om verlaten
kinderen te verplegen, troost te brengen
aan de zieken en brood te zamelen voor de
armen. Laten speciaal hun leiders dan eerst
niet louter overal verkondigen, wat ande
ren moeten doen, maar vooral zich zeiven
leeren geven.
Het is niet noodig, geloof ik, hier nog
vereer uit te weiden over wat de Kerk,
niet slechts leert maar tevens doet.
De socialisten, die feitelijk tegenover an
deren de meest onverdraagzame menschen
der heele wereld zijn, hebben zelfs in ka
tholieke streken, zoodra zich slechts hier
en daar in het hoenderpark een roode veer
vertoont, aanstonds overal hun op hooge
pooten kraaiende hanen loopen. Zij die
zelf, zoodra zij maar eenigszins kunnen,
zonder eenigen schroom hun katholieke me
dearbeiders het brood uit den mond dur
ven stelen en dan zelf de meest brutale ti
rannen zijn, huilen en schreeuwen als in
heggen vastgespartelde kwajongens, die ge
grepen worden door den buurman bij wien
zij aan de kersen gingen, zoodra zij, al is
het lang niet gauw en hard genoeg, hier en
daar soms op hun broek krijgen van het in
eigen land gesarde volk.
Och, mochten alle menschen, die eerlijk
de waarheid zoeken door geen zwarten en
geen rooden bril, maar met hun eigen oo-
gen, het werken der katholieke priesters,
al is 't van eenvoudige dorpskapelaans, stil
en ongemerkt bespieden! Mochten zij toch
overal met de priesters in dat levend con
tact komen, waardoor de mensch, wat an
deren ook vertellen, zelf de dingen ziet ge-
Hjk zij zijn.
Een arbeider, die voldoend ontwikkeld
Is om te beg ljpen wat thans 'n kind toch
moest begrijpen dat ongeorganiseerde
arbeiders grovelijk hun plicht verzuimen,
behoeft nog slechts de Kerk te kennen ge
lijk zij is, om daardoor alleen reeds te zijn
gewonnen voor onze kathotoeke arbeiders
organisatie.
Ware, de plutocratie van de grooten de
zer aarde versmadende democratie, die vrij
heid, gelukheid en broederschap niet tot
holle leuzen maakt, doch metterdaad den
aan eiken mensch verschuldigden eerbied
enkel en alleen afhankelijk stelt van de
waardigheid, welke ^ïij heeft als christelijk
mensch, vindt men nergens gelijk in de
door Christus hiërarchisch georganiseerde
Kerk; waarin 't onmisbaar en door God
gewild gezag even onwrikbaar gehandhaafd
als liefdevol geëerbiedigd wordt, maar te
vens voor paus of bisschop niet zelden
menschen gekozen worden, geboren uit de
allernederigste kringen der maatschappij.
Is er ooit door de Sociaüisten
grooter humbug verkocht,
Niet-katholieken zullen wellicht vragen
of wij niet phantaseeren en zelf, wat wij
aan anderen verwijten, door suggestie een
geheel averechtsche voorstelling trachten
op te wekken.
Met dat al, zoo zeggen immers de socia
listen, is en blijft het toch een feit, dat in
de christelijke maatschappij, waarin wij le
ven, groote sociale wantoestanden heer-
schen, die vast zitten aan de natuur en 't
wezen zelf der bestaande christelijke maat
schappij; en voor wier ontstaan en voort
bestaan de Kerk ten slotte dus mede ver
antwoordelijk is.
Het geldt hier niet, zoo zeggen zij, een
ris, hoe lang dan ook, van losse in zich lou
ter individueele gevallen, die, zoo lang niet
alle individuen heiligen zijn, wel altijd on
vermijdelijk zullen blijken. Neen, wij staan
thans, in alle landen der huidige wereld
voor massale sociale wantoestanden, ge
groeid uit het wezen zelf der huidige maat
schappij; die in zich zelf de kiemen draagt
dezer sociale toestanden.
In alle beschaafde landen zijn de arbeiders
het dan ook daarover eens, dat aan deze
massale sociale wantoestanden een eind moet
komen en dat men daarmee veel te lang
reeds heeft getalmd.
Waar echter, gelijk reeds werd gezegd,
deze massale wantoestanden gegroeid zijn
uit en vast zitten aan het wezen zelf der
bestaande christelijke maatschappij, daar zit
er eenvoudig niets anders op: wij moeten die
oude christelijke maatschappij zelf opruimen
en een nieuwe maatschappij opbouwen,
waarvoor het socialisme thans de fundamen
ten legt.
Het kan eenvoudig niet anders: al stooten
wij daardoor veel katholieke arbeiders al,
wij moeten noodgedwongen den strijd aan
binden tegen een Kerk, die zelfs nu nog
nu toch ook zij de in de arbeiderswcreld ge
boren ellenden ziet in plaats van rechts
omkeer te maken en mee te helpen aan het
opruimen van deze massale sociale wantoe
standen met doekjes voor het bloeden, met
pleistertjes en zalfjes, die van inwendige ver
rotting bijna barstende maatschappij wil la
ten voorthestaan.
Ziedaar, zoo zeggen de socialisten, het
brutale, door iedereen waar te nemen feit
waarvoor wij staan. De Kerk, die zich vast
klampt aan de bestaande tpaatschappij, moet
met haar den afgrond in!
Laat het ons erkennen: ook hier voelen
wij weer de geweldige macht van de door de
socialisten zoo geliefde suggestie.
De socialisten gaan uit van de stilzwijgen
de onderstelling maar stellen het tevens
voor als een algemeen hekend door niemand
betwist en onbetwistbaar feit dat de hui
dige maatschappij werkelijk is een christe
lijke maatschappij; gelijk zij oudergewoonte,
inderdaad nog dikwijls wordt genoemd. Z;j
weten, dat ook zonder verder nog vee!
nieuws te hooren, uit dit voor hem eenmaal
vaststaand feit de moderne arbeider aan
stonds zijn voor de Kerk niet vleiende con
clusies trekt.
Maar is er, voor wie even nadenken, ooit
grooter humbug verkocht?
Gewis, de wereldsche wereld telt, God
dank, nog millioenen diep geloovige, echt
katholieke menschen. De Kerk, als Kerk.
heeft wellicht nooit zulk een bloeitijdperk-
gekend.
Nooit ook kwam de eenheid en onvergan
kelijkheid der aloude wereldkerk den mensch
zoo scherp omlijnd voor de oogen staan als
juist nu men meer dan 1900 jaren nadat
de door Christus gestichte Internationale op
de Steenrots te Rome werd gebouwd in
Moskou, in Amsterdam en te Genéve voor
nieuwe Internationalen den noodigen vas
ten grond hegint te zoeken.
Nooit ook stak de zedelijke grootheid der
Kerk van Rome zoo hoog uit boven alle
andere niet-katholieke kerkgenootschappen
als juist tusschen die ruinen van het Chris
tendom, welke men om van Rusland niet
te spreken nog in Wittenberg en Genève
vindt.
De kwaal zit in de ontkerstende
moderne maatschappij.
Neen, de kwaal, waaraan 't moderne
menschdom lijdt en waaruit 3e genoemde
massale wantoestanden geboren zijn, zit
voorwaar niet in de Katholieke Kerk; waar
alles volop bloeit. De kwaal zit in de
wereldlijke, van de Kerk losgerukte, door
liberalisme en socialisme in hart en nieren
ontkerstende moderne maatschappij.
Zegt mij, wie thans in vollen ernst be
weren kan dat de huidige maatschappij in
werkelijkheid nog is een christelijke maat
schappij! Wie kan in vollen ernst voor wat
in die wereld reilt en zeilt verantwoorde
lijk stellen de door de machthebbers der
huidige maatschappij versmade en dikwijls
zelfs verguisde Kerk?
Wat is er op wereldlijk terrein, vooral
in de hoogere regionen, nog overgebleven
van wat wij vaak zoo fier het erfdeel onzer
vaderen noemen?
Wie heeft ooit gehoord, dat zij die te
Versailles of elders de groote lijnen trek
ken, waarlangs de huidige wereldpolitiek
zich voortbeweegt, nog vragen naar de leer
der Katholieke Kerk?
Indien zij zich om ons, katholieken, om
Paus en Bischoppen nog bekreunen, doen
zij dan niet wat ook in ons land somtijds
ministers doen, die om de vertegenwoor
digers der bewoners van afgelegen dorpen
zich alleen bekreunen ter wille van het
stemmencijfer, waarmee al wie een ver
standig politiek wil volgen nu eenmaal re
kening moet houden?
Zijn in de huidige ééne gro-ote wereld
stad de Christenen zelf niet de pagani?
Kunnen de moderne heidenen thans niet
spreken tot ons, Christenen, gelijk Tertul-
lianus eens de Christenen van zijn tijd tot
de oude heidenen liet spreken? Hebben
niet inderdaad de moderne heidenen zich
geleidelijk meester gemaakt van alle open
bare instellingen in staat en maatschappij,
terwijl zij ons, Christenen, alleen nog
onze kerken lieten?
Lijkt de kerstening der huidige maat
schappij, met haar tallooze nieuwe tempels
van den ouden Mammon en de altijd jonge
Venus, in veel opzichten niet een nog
hopeloozer taak dan weleer de kerstening
van het oud, wel heidensch en bedorven
maar niet het geloof in een bovenaardsche
macht verzakend Rome, waaruit eens, vol
gens de traditie, Petrus zelf heeft willen
vluchten?
Indien wij hier met opzet een in ietwat
helle kleuren geschilderd tafereel ophan
gen, is het slechts om des te scherper de
droeve waarheid te doen uitkomen, die
zeer velen nog altijd niet in haar volle
naaktheid zien.
Eerst den Paus van Rome naar een
oudmannenhuis verwijzen als hij in zijn
Syllabus den ondergang voorspelt der
Europeesche beschaving, waaronder het
liberalisme de beginselen van het Christen
dom weggraaft en dan, als het volk te
hoop begint te loopen en alles in het
honderd dreigt te gaan, tamtam gaan
slaan, niet bij een of anderen grooten
mammontempel of bij de Joodsche Syna
goog, maar bij de katholieke Kerk; ziedaar
toch wel het toppunt van brutaliteit! Niet
temin laten wij het terstond erkennen
door de macht der suggestie zien tallooze
menschen tusschen de Katholieke Kerk en
de thans heerschende sociale wantoestan
den metterdaad het zoo even gesignaleerde
verband.
Neen, de huidige wereldlijke maat
schappij is voorwaar niet meer een chris
telijke maatschappij, waarin de sociale
toestanden uit de beleving van christelijke
beginselen groeien. Gij, mannen van het
Nederlandsch Katholiek Werkliedenver
bond zijt u volkomen er van bewust dat
juist het omgekeerde de waarheid is.
In uw beginselprogram zelf verklaart gij
immer uitdrukkelijk, dat integendeel de
diepste en voornaamste oorzaken der mas
sale en sociale ellenden van onzen tijd ge
zocht moeten worden in de ontkerstende
invloeden van tallooze op wereldlijk ter
rein werkzame factoren, waardoor de mo
derne mensch meer en meer aan den in
vloed der Kerk onttrokken is geworden,
Een sprekend voorbeeld.
Laten wij ons hier beperken tot een enkel
vooral tot den modernen fabrieksarbeider
sprekeend voorbeeld.
Meer dan ooit behooren wij juist in onze
dagaen op te komen voor het privaat eigen
domsrecht.
Wij verdedigen met klem de groot'
sociale beteekenis van het voor orde, vrede
en volkswelvaart volstrekt onmisbaar pri
vaat eigendomsrecht; al wordt dikwijls de
sociale hypotheek der gemeenschap, waar
mee volgens onze katholieke beginselen
het eigendom der rijken blijft belast, te
zeer uit het oog verloren.
Men behoeft echter geen theoloog te zijn
om in het beheer en in de organisatie zelf
der moderne grootindustrie de toepassing
en uitleving te zien van echt liberale be
ginselen, die indruischen tegen de grondbe
ginselen zelf van het Christendom.
Wij ontkennen beslist, dat aan den eigen
dom van fabrieksgebouwen en machines de
iegenaars een onaantastbaar recht onl-
leenen om zich als eenige heeren en
meesters op te dringen bij het beheer van
hun industrieele ondernemingen of bedrij
ven, die slechts door samenwerking van
kapitaal en arbeid in bedrijf te brengen zijn.
Om werkende en produceerende bedrijven
te kunnen zijn, veronderstellen deze be
drijven immers de medewerking van be
drijfsleiders, beambfen en dikwijls duizen
den handarbeiders, die toch allen evenzeer
menschen zijn als de eigenaren zelf.
Ook op bergen van geld kunnen raen
schen leven, die in de oogen van een Chris
ten oneindig lager staan dan veel arbeiders
in diepe kolenmijnen waar meer werkelijk
hoogstaande menschen werken dan door
wie hen niet kennen wordt vermoed.
organiseerde! arbeiders daiar, waar 3e gaf-'
den verdiend en verdeeld moet worden, rok
veilig te stellen de rechten en belangen van
het arbeidende volk, welke onder de alleen
heerschappij van het kapitaal, zoo dikwerf
met voeten zijn getreden.
Fabrikanten, die schatrijk worden in of
door de fabrieken, waiarin de arbeiders zelfs
niet een voor een menschwaardig bestaan
volstrekt noodzakelijk loon verdienen, zijn
woekeraars, die, inplaats van daarbij som
tijds zich ook nog deftig vooraan in de kerk
te zetten, huiten bij den ingang van d«
kerk, op een kaak of aan een schandpaal
moesten staanl
Blijven ijveren voor uit
breiding van medezeggenschap.
Vooral in de moderne grootbedrijven zou
den onze katholieke arbeidersleiders deer
lijk hun plicht verzaken, indien zij niet
krachtdadig bleven ijveren voor de geleide
lijke uitbreiding der hun onbetwistbaar toe
komende medezeggenschap; waarvan wij op
dit oogenblik het embryo slechts zien, doch
waarvan de volledige en gezonde uitgroei
ook dan eerst mogelijk is. wanneer de in
vloed wordt gebroken van het arbeider
tegen patroon ophitsend socialisme.
Voorzeker onder onze brave katholieke
menschen zijn er velen, die, aan de gecom
pliceerdheid der problemen denkend, hun
hart vasthouden.
La-ten echter die brave menschen, zoo
wel priesters als leeken, altijd goed beden
ken, dat ons R.-K. Werkliedenverbond een
zelfstandige niet kerkelijke, maar wereld
lijke organisatie is.
Het is een dier uit den schoot der open
bare maatschappij voortgekomen vereeni-
gingen, waarvan Leo XIII zelf uitdrukkelijk
getuigt, dat zij in het natuurrecht wortelen;
en wier zelfstandigheid, met de daaraan ver
bonden eigen verantwoordelijkheid, daarom
door niemand mag worden betwist.
Vooral zij, bij wie de behartiging van het
heil der Kerk zich altijd op den voorgrond
dringt, mogen dit nooit uit het oog ver
liezen.
De georganiseerde katholieke arbeiders
willen zelf de verantwoordelijkheid dragen
voor hun eigen daden; waarvan menschen
uit andere standen somtijds aan de gezag
dragers der H. Kerk een verwijt schijnen te
willen maken.
Natuurlijk zijn er tal van dingen, die zoo
wel de eeuwige als de tijdelijke belangen
raken en die dus, in verschillend opzicht
zoowel tot het kerkelijk als tot het wereld
lijk terrein behooren.
Een zoogenaamde eenheidsworst.
Vooral als het gaat over vakorganisatie
zijn natuurlijk bij de socialisten onze bis
schoppen en priesters steeds de groote
zondebokken,
De katholieke arbeiders en hun leiders
willen echter zelf volstrekt niets weten van
die zoogenaamde eenheidsworst, welke
overal de socialisten wel aan de Katholie
ken, maar niet aan de communisten willen
verkoopen. In bonden, die toch terstond
uiteenspatten, wanneer men de alleenzalig
makende socialisten daarin niet om van
hun bekende dikke trom te zwijgen
de eerste fluit en de groote viool laat spe
len, voelen kinderen der aloude alleenzalig
makende Kerk zich van zelf niet thuis.
Onze arbeidersleiders zijn niettemin hun
Bisschoppen oprecht dankbaar, wanneer
dezen de vele nog onontwikkelde en onge
organiseerde arbeiders waarschuwen tegen
de in de arbeiderstuinen overal fluitende
vogelaars der socialisten, wier zoo geheeten
vakvereenigingen echt socialistische, echt
antichristelijke organisaties zijn.
Het kan zeer zeker niet worden ontkend,
dat voor onze huidige vakbonden, om te
slagen, zeer dikwijls „macht, macht en nog
eens macht" een hoofdvereischte is. Waar
de arbeiders in de moderne maatschappij
den strijd moeten aanbinden tegen ontzet
tend machtige tegenstanders, zouden inder
daad ook wij, als het mogelijk was, het
liefste zien, dat alle arbeiders, die hetzelfde
vale uitoefenen, zich rondom een en het
zelfde vaandel schaarden.
Niet onze Bisschoppen echter zijn de
schuld, dat op het Europeesche vasteland
overal van elkanler scherp gescheidn vak
organisaties zijn, die niet alleen elk achter
een eigen vaandel opmarcheeren, maar die
bovendien elkander voortdurend bestrijden.
Het behoeft natuurlijk geen betoog, dat bij
dit onzalig geharrewar en getwist, elke mo
derne werkman, die niet het roode vaandel
volgt, indien hij met geen knokploeg krijgt
te doen, tenminste als verrader en kapitalis
tenknecht wordt uitgejouwd.
Neen, roode broeders, die vlieger gaat
niet op! Wie op het Europeesche vasteland
onmogelijk maken, wat tot hiertoe in Enge
land en Amerika nog kon geschieden, zijn
geen bisschoppen en geen priesters, maar
zijt gij socialisten zelf!
Wat willen de socialisten?
Wie in de moderne arbeiderswereld den
grooten strijd om de arbeidersziel wil win
nen, bepaalt zich natuurlijk niet tot het
afslaan van wie ons aanvallen of belasteren
en de arbeiders op een dwaalspoor willen
voeren.
Ook in den strijd, die uit louter liefde
wordt gestreden en waarin de katholie
ke arbeider zich zoowel tgen de plutocratie
als li een socialisme en bolsjewisme keert
ligt de groote kracht in wat men noemt
het offensief.
Wat de socialisten willen, is, op de ke
per beschouwt, slechts boompje wisselen.
Menschen die in den grooten economischen
strijd thans onder liggen, willen, wat vol
komen verklaarbaar is, liefst boven liggen.
Hoe dol en krankzinnig het ipoge klinken
in de ooren van menigen „bewuste"; prin-
Het vloekt eenvoudig met elk begrip
van Christendom, wanneer men aan het - - c uemocraue en uit iiDera
eigendomsrecht van wellicht in verre lan
den wonende aandeelhouders die zich
laten vertegenwoordigen door een nu en
dan vergaderenden Raad van Commissa
rissen die alleenheerschappij wil vast-
cigen huis."
Gewis, „zaken zijn zaken," maar men
schen zijn menschep! Geen zaken, geen
goud of zilver, geen bergen van diamant,
maar alleen menschen kunn enaanspraak
maken op door werkelijke diensten ver
worven rechten.
Door heel veel geld en zelfs door heel
veel risico kan ook een enkel mensch heel
groote diensten soms bewijzen, waarvoor hii
dan ook zeker een heel groote belooning
heeft verdiend.
Maar onrecht is en blijft het, in industri
eele ondernemingen, waarin vaak duizenden
menschen werken ingenieurs, beambten
en handarbeiders die het samen eigenlijk
dan toch maar „doen" de alleenheer
schappij op te eischen voor een op het slot
van zaken dikwijls ook met de alom ver
spreide aandeelhouders zelf nog spelenden
Raad van Commissarisen! Tegenover die
duizenden levende en hard werkende men
schen, waaronder vaak knappe ingenieurs
en ook intellectueel hoog ontwikkeldè be
ambten zijn, hebben de aandeelhouders op
slot van zaken dikwijl» niets anders te stel
len dan alleen een grooten hoop geld.
Schande driewerf schande, wanneer soms
werkgevers zelfs aan het organisatie-recht
der arbeiders durv entornen.Voor arbeiders.
die hun tijd begijpen, is dit niet zoozeer
een recht als wel een duren plicht.
Gelijk men in ons land terecht met zoo
veel zorg den dikwijls duur verdienden
gulden „veilig stelt", zoo behooren de ge
le beginselen levende plutocatie lood om
oud ijzer. Beiderzijds is het eenvoudig uit
materialisme en egoisme geboren onchris
telijke klassenstrijd.
Door zijn dwaze theorieën over vrijheid
maakte, min of meer in het geniep, het li
beralisme tot een feit. Wat de socialisten,
openlijk en brutaal den klassenstrijd thans
predikend, tot recht en plicht zelfs willen
maken.
Zelfs de meer gematigde socialisten schij
nen, als men hen hoort praten soms erg ra
dicaal te zijn.
De rasechte socialist is en blijft in zijn
hart revolutionnair; wat een andere naam
slechts is voor den hetzij brutalen, hetzij
verkapten tiran.
Hij blijft instinctmatig voelen, dat de
communisten de trouwe aanhangers zijn
van het revolutionnaire stelsel, wat eens
door den in socialistische kringen nog al
tijd zoo hoog opgehemelden Marx verkon
digd is; en wat ook thans nog door de so
cialisten, althans voor het groote publiek
en bij hun veldmanoeuvres, niet openlijk
en uitdrukkelijk verloochend wordt.
De positie waarin veel socialisten thans
verkeeren, die een afkeer hebben van wat
aan een fatsoenlijk mensch niet past, is
daarom waarlijk niet benijdenswaardig.
Waar fatsoenlijke menschen spreken van
door hen noodig geachte radicale sociale
hervormingen, gebruiken zij 't woord „ra
dicaal" in een heel anderen zin.
Wat willen wi}?
Hit voorop gezet, valt het niet moeilijk
te bewijzen, dat de socialisten, hoe radi
caal hun theorieën in schijn ook mogen zijn
met al hun hervormingsplannen steeds bo
ven aan de oppervakte blijven.
Vriörlï wfe met 'groote en 3fep Eggende
schepen vaart, moet echter, ook op de
woeste zee der huidige aociaal-economi-
sche wereld, de diepte kennen van die zee
en rekening houden met haar zoogenaam-
den „onderstroom", haar zandbanken en
haar klippen.
Wat wij Katholieken, willen al wordt
alle ophef daarbij vermeden is onzeg-
gelijk veel radicaler en veel dieper dan
wat de socialisten willen, met wie echte
liberalen het in beginselquaesties dan ook
veel beter kunnen vinden dan met ons,
Katholieken.
Wij willen de menschen zelf hervormen. In
plaats van het aan materialisme altijd vast
zittend egoïsme vragen v/ij opofferingsgeest
en christelijke naastenliefde. Wij vragen een
hervorming der ideeën; zoowel over de waar
de en waardigheid van door Christus tot
broeders geworden menschen als over de
waarde van het geld. Geld kan zonder
twijfel de kristallisatie zijn van langjarigen
en noesten arbeid, maar is in onze dagen
zeer dikwijls ook de vrucht van ongezonde
speculatie en woekerpractijken.
Bij alle ijveren voor de belangen van den
werkman is en blijft de vuurtoren van het
Nederlandsch Katholiek Werkliedenverbond
de aan Christus zelf ontleende wetenschap,
dat, ook bij het streven naar aardsch geluk,
alle pogen noodzakelijk falen moet, wanneer
de met onstoffelijke en onsterfelijke ziel ge
boren mensch zijn geluk in louter stoffelijke
dingen zoekt.
Het zijn juist de edelste der in zijn men
schelijke natuur zelf vast gewortelde en
daarom met onweerstaanbaren drang naar
bevrediging smachtende behoeften, waaraan
geen hooger loon, geen zingenot, geen weel
derig leven, al woont men in een paleis, de
noodige voldoening kunnen schenken.
Het eenig waarachtig geluk der menschen,
hun inwendige zielevrede, hangt meer nog
van de vervulling hunner plichten af dan van
de verovering hunner rechten.
Ja, wat wij Katholieken, willen, is zonder
eenigen twijfel een oneindig meer radicale
hervorming der moderne maatschappij dan
wat de socialisten willen.
Wee echter, wanneer de schijn gewekt zou
worden, dat onze geestelijke en wereldlijke
leiders te zeer angstvallige menschen zijn.
die uit gebrek aan dikwijls onmisbare be
sluitvaardigheid tot ontoelaatbare inertie
vervallen en de nu van onderop als met vul
kanische kracht naar hoven komende soci
ale problemen liefst trachten te ontwijken.
Wee, wanneer het den schijn zou krijgen,
dat onze leiders de moderne ontkerstende
wereld, als zij in haar volle wapenrusting
voor hen staat, niet meer recht in de oogen
durven schouwen.
Wee, vooral, wanneer, wat God verhoede,
hier of daar de gewone man van het volk
in zijn eenvoud zou gaan denken, dat zelfs
op plaatsen, waar zonder den minsten twij
fel aan den werkman metterdaad groot on
recht wordt gepleegd, banierdragers van het
katholicisme, door hun relatie^ met rijke
menschen of uit vrees voor de machtigen
dezer aarde, dat onrecht nog trachten goed
te praten.
Dit zou het allerergst zijn, wat, in onze
moderne industrieele landen niet alleen
onze katholieke werkliedenorganisatie,
maar ook de Kerk zelf kon treffen.
Wij heben echter voldoende aangetoond,
dat de zeer zeker ook bij vrome katholie
ken en zelfs bij priesters voorkomende
menschelijke gebreken, slechts zonnevlek
ken zijn voor de daarom niet minder in
haar volle glorie alom stralende en met
haar liefdestralen alom het aardrijk stil
verwarmende wereldkerk.
Badend in het vol en heerlijk licht der
Katholieke Kerk, staat tot aan het eind
der tijden geen lustslot of paleis, maar het
stil en nederig huisje van den eenvoudigen
ïe Nazareth eens wonenden timmerman.
Een katholiek werkman, die aan de Kerk
voorliefde voor de rijken durft verwijten,
kent zijn catechismus niet. Hij heeft bo
vendien zich blind gestaard in het scherpe
roode auto-licht waarmee de socialisten
rijden.
Het volle licht op de wan
toestanden.
Menschen zwart maken is een afschuwe
lijk werk. Maar altijd met den witkwast
loopen is toch ook een ambacht wat een
strijdvaardig en manmoedig Katholiek -'ol-
strekt niet past.
Waar zonder eenigen twijfel sociale wan
toestanden heerschen, is het eenvoudig
onze heilige plicht, met alle rechtmatige
middelen welke ons ten dienste staan, die
toestanden op te ruimen. Ook dan wan
neer wij, ondanks alle moeiten,, daarin met
slagen, mogen kloeke mannen nog geens
zins hun biezen pakken.
Als al het overige is beproefd maar
st e"s vergeefsch gebleken is, staan wij
voor den even duren als somtijds wellicht
zuren plicht, het volle licht te werpen op
die sociale wantoestanden.
Ook dan wanneer wij voor geen Phari-
zeërs staan, maar voor patroons die het
gewoon vertikken een uit den liberalen tijd
overgeërfd en blijkbaar voor hen prettig
economisch stelsel ook eens in het licht
van Rerum Novarum te bezien, behoort het
zeerzeker tot de taak onzer georgani
seerae katholieke arbeiders, hun locomo
tieven uit de loods te halen, zoodra zij
nier ken, de daadwerklijke beleving
f er r®eds vóór veertig jaren verschenen
ncychek nog voortdurend en opzettelijk
OP °e 'ange baan gesehoven wordt.
Wat wordt in de toekomst van
de Katholieke arbeiders ver
wacht?
ij5 aldus spr. den nog beschikbaren
tiA 9®steden aan een uiteenzetting van
wat ik in de toekomst van u, katholieke
arbeiders, niet slechts hoop maar metter
daad verwacht?
Laten wij den huidigen socialen toestand,
ook Jn katholiek Nederland, niet te roos
kleurig schilderen, Hoe gevaarlijk het is
j0or anderen geprezen en gevleid te wor
den, kunnen niet alleen gewone menschen
maar soms ook volken ondervinden.
Mannen-broeders! Ook in Nederland zijn
doizfnden en duizenden katholiek geboren
arbeiders, die niet alleen aan uwe katho
lieke organisatie, maar bovendien aan de
Kerk zelf den rug hebben gewend.
In den wirwar der moderne wereld heb
ben zij het levend contact met de Kerk
verloren. De socialisten maakten van hen
lieden, cue ons niet meer vertrouwen. Ook
vroegere misdienaars zijn somwijlen zelfs
de Kerk gaan haten.
J-Iet is en blijft gewis allereerst de taak
der PrIesters, doch het is ook en heel
speciaal de taak van u, georganiseerde
katholieke arbeiders, uw vele afgedwaalde
broeders alsmede den niet-katholiek ge
boren werkman, de ware Kerk van Christus
weer te leeren kennen gelijk zij is: wat zij
leert, wat 2jj wil en wat zij doet.
Ontwikkeling der arbeiders was steeds
een ,er hoofdpunten van uw program.
Kathokck Nederland geeft zich nog niet
voldoeno rekenschap van wat 't dankt aan
de s'n)dvaardige in uw organisatie ge
vormde mannen, die thans in zoo groot ge
tal °P ,dc meest bedreigde wallen staan.
Het zijn de in uw orgaisatie gevormde
leeken-apostelen, die, waar geen priesters
kunnen komen, maar waar juist bij voor-
ketm de socialisten het katholiek geloof
bestrijden ;n arbeiderstrein en in schaft
lokaal, op de „posten" onzer kolenmijnen
en op de kaden onzer havens door hun
ontwikkeling en hun ijver bij duizenden en
duizenden den afval van ons heilig geloof
voorkwamen.
Nochtans, hoe noodzakelijk en schoon
ontwikkeling en daardoor verkregen strijd
vaardigheid mogén zijn, veel noodzakelijker
nog is, eerst en vooral ook onder onze
katholieke arbeiders zelf, de wezenlijke en
waarachtige beleving van ons geloof^ als
mede van de heel den door Christus ge-
predikten godsdienst bezielende christelijke
liefde.
Zoekt de zondebokken niet altijd bij
andere standenl
Ziet nooit in onze heerlijke katholieke
arbeidersorganisatie louter 'n bond van
vakvereenigingen; die haar natuur niet kun
nen verloochenen en daarom nooit behoor
lijk kunnen zorgen voor al dagene, wat
Maatschappij en Kerk thans van onze
katholieke arbeidersorganisatie vragen.
Gij hebt aan uw afgedwaalde broeders
meer te brengen dan alleen wat hooger
loon, wat meer vleesch en brood en beter
kleeren. Bij al datgene wat het stoffelijk
welzijn van den werkman kan verhoogen,
moet gij hem tevens dat ware en hoogere
geluk ook brengen, dat alleen in christelijke
zielen woont.
Niet alleen onder uw leiders, ook onder
onze gewone arbeiders zijn er dan ook
velen, God zij dank, die tusschen hun af
gedwaalde broeders zich als priesters voe
len.
Mannen-broeders! Weest eerst en vooal
zelf echte Christenen. Zoekt Uw kracht in
de godsdienstige vereenigingen der H. Kerk
en het veelvuldig ontvangen der Heilige
Sacramenten.
Het zijn de leekenapostelen in werkmans-
kielen, die, vaak beter dan de priesters zelf,
hun afgedwaalde door de socialisten mis-
leiede broeders kunnen terugvoeren naar
de helaas, door hen niet meer gekende
Kerk. Ook in de achterbuurten, waar zoo-
velen van uw arme broeders wonen, zullen
zelfs bij de meest verstokten de harten
voor U open gaan wanneer zij met u dat
levend contact weer krijgen, waardoor zij
voelen, dat in uw harten werkelijk leeft,
wat gelijk wij zeiden, de harteklop zelf
mag heeten van onze Moeder de H. Kerk;
„wat gij aan de minsten der Mijnen hebt
gedaan, hebt gij aan Mij gedaan."
Er zijn in onze dagen zeer veel menschen
die hun macht en invloed overschatten. Gij
katholieke arbeiders, loopt evenwel gevaar,
waar het gaat om de verwezenlijking der
zoo dikwerf aangehaalde leuze van Paus
Pius X, „Alles herstellen in Christus", uw
macht en invloed te onderschatten.
De macht van het geld.
Wat daarom de Kerk op wereldlijk terrein
ook en altijd noodig hielt, is de macht vari
het getal; welke, al heet 't getal in zich
brutaal, volkomen onmisbaar is, zoowel
wanneer de velden van alle kanten om ploe
gers en zaoiers roepen, als wanneer vijan
delijke drommen van alle zijden met ruw
geweld of overrompeling dreigen.
Gedurende de middeneeuwen waren het
de katholieke Europeesche staten, wier
hulp voortdurend door de Kerk werd inge
roepen. Van een terugkeer dezer staten zul
len echter wel geen menschen in onzen tijd
nog durven droomen.
Het is onze vaste en heilige overtuiging
dat de ook voor de Kerk van Christus vol
strekt onontbeerlijke hulp op wereldlijk ter
rein waar, vooral in dezen tijd van al
gemeen stemrecht, de macht van het getal
een zoo geweldige rol steeds speelt haar
in de toekomst zal geboden worden door
groote en machtige katholieke standsorgani
saties.
Door haar tallooze alom werkzame sociale
en economische instituten beschikken de
standsorganisaties reeds nu over zoo groote
macht, dat haar invloed zelfs op de groote
politiek der Europeesche Staten en van den
Volkenbond zich uitbreidt met den dag.
In ons eigen vaderland oefenden de
standsorganisaties reeds een zoo grooten ia-
vloed uit, dat hoe de organisatoren der
Katholieke Staatspartij de zaken ook wen
den of keeren de maatschappelijke stan
den in het werkelijke leven van ons volk
reeds lang de plaats hebben ingenomen, waar
vroeger de zich één voelende bewoners van
de provinciën en steden stonden; en dat zij
voor wie de dingen gaarne zien en zeg
gen gelijk zij zijn reeds nu in het „Huis
der Gemeenten" ook onder ons, Katholieken,
voortdurend meer en meer de economische
politiek beheerschen.
Het zijn de katholieke en christelijke
standsorganisaties, welke, als het moet, zelfs
nog naar de wapenen kunnen en zullen grij
pen, wanneer in deze democratische dagen
van algemeen stemrecht, de revolutionaire
standsorganisaties der socialisten en com
munis Jen haar toevlucht nemen tot ruw ge
weid.
Natuurlijk hopen en vertrouwen wij allen,
dat na den reeds zoo vreeselijken wereld
oorlog tusschen de verschillende staten,
de Goddelijke Voorzienigheid Europa zri
vrijwaren van de zeer zeker nög grootere
gruwelen van burgeroorlogen tusschen de
verschillende standen. Wij hebben hier
onze aandacht meer gevestigd op den groo
ten wereldstrijd, die zonder kanonnen en
geweren thans in alle landen rondom de
stembus wordt gestreden.
De groote bolwerken tegen de, voor al
wie oogen heeft om te zien, nog steeds
dreigende wereldrevolutie, zijn volgens onze
vaste overtuiging de naar wij hopen weldra
internationale katholieke standsorganisa
ties.
De beteekenis der katholieke organisatie
van de maatschappelijke standen wordt
door zeer velen, ook onder onze katholieke
voormannen, nog niet voldoende begrepen.
Het groote doel, nagestreefd door de
voorvechters en propagandisten van katho
lieke organisatie der maatschappelijke stan
den, is juist het baseeren van de
hervorming der maatschappij op de
hervorming der in de huidige samenleving
zoo duidelijk onderscheiden typen van men
schen: die, zoowel wat aangaat hun be
langen en behoeften als wat betreft de ge
varen, waaraan zij zijn blootgesteld, afzon
derlijke en speciale zorg vereischen, willen
wij weer in merg en been christelijke, ook
op de faun aangewezen wereldlijke terreinen
voor het Christendom strijdende men
schen vormen.
Ook in de groote school der katholieke
sociologie, ook in onze aan het levend maat
schappelijk organisme zich aanpassende ka
tholieke organisatie der maatschappij moeten
deze van elkander zoo duidelijk onderschei
den menschentypen noodzakelijk worden ge
splitst in verschillende klassen.
Zij zijn gegroeid en leven in de, gelijk wij
zagen, juist in de moderne, ééne groote we
reldstad dikwijls zoo ver van elkander
staanden maalschappelijke standen; die
ten slotte als men de groote lijnen trekt
niets anders zijn dan de, door den innerlijken
drang van het huidig maatschappelijk leven
zelf zoodra de eigen nooden nijpend wor
den thans alom z:ch organiseerende maat
schappelijke klassen.
Het zijn de menschen, die weer in hun
eigen maatschappelijke klasse geluk en
zielevrede hebben leeren vinden en voor
wie, hoog boven alle verschil van stand, dc
christelijke mensch weer in zijn volle waar
digheid zich verheft die in onze moderne
ééne groote wereldstad, waar de menschen
evenzeer in van elkander duidelijk onder
scheiden stand er.leven als zij in van el
kander duidelijk onderscheiden wijken wo
nen, de bruggen moeten bouwen, waarover
de menschen van goeden wil eens in vrede
zoo goed op en neer kris kras van de eene
klasse naar de andere rellen wandelen,
als zij van de eene wijk naar de andere
gaan zonder ooit bij iemand zelfs de
gedachte te doen opkomen, dat de gebouw
de bruggen, waarover men spoedig wandelt
a's waren 't de meest gewone straten, de
verbinding tusschen elkander vijandige kam
pen zouden zijn.
Hoe vreemd ook langen tijd aangekeken
door tal van Katholieken, zoowel in Frank
rijk, Spanje en Italië als in Engeland en
Amerika, zag enonze katholieke standsor-
grnisaties, in de eerste uitgave van den
vóór enkele weken verschenen Code So
cial van Mechelen, haar bestaansrecht reeds
ten volle erkend.
Vooral bij groote dingen, die, blijken rij
juist, een e'.dho:-».',ning inluiden, be
hooren wij ons echter steeds het oud
spreekwoord te herinneren: „Keulen en
Aken zijn niet op één dag gebouwd."
In den naam des Heeren:
„Voorwaarts!"
Katholieke arbeiders, kloeke mannen uit
het huis van Joseph, kruisvaarders van den
nieuwen tijd! Gelijk na de babylomsche ge
vangenschap de mannen van Nehemias en
van Zorobabel te Jeruzalem, te midden
van hen omringende vijandige stammen, de
nieuwe stadswallen en den tempel van Je
hova bouwden; zoo werkt thans oak gij, na
nze zoo langdurige gevangenschap in het
rijk d it zelfs nu op financieel en welm-
schapeplijk gebied r-.og machtige ..bera'.cn,
eveneens van alel /ijcen door vijanden om
ringd, aan den optouw eener nieuwe chris
telijke maatschappij. Naast den troffel moet
ook thans het zwaard weer liggen.
De Voorzienigheid, die eens Christus zelf
op deze aarde onder de hoede van een
werkman stelde, heeft in dit door de Kerk
van Rome zelf zoo plechtig ingeluid nieuw
tijdperk der wereldhistorie, aan den ook
ons priesters zoo dierbaren arbeidersstand
een groote, vroeger nooit gedroomde macht
gegeven.
Mannen van het Werkliedenverbond!
Hoog het kruis van Jezus Christus! Hoog
de standaard, die, gelijk in de dagen van
Constantijn, Christus zelf ons heeft ver
zekerd, ook waar eenvoudige menscben-
kinderen strijden, al is het tegen den Satan
zelf, op het eind altijd victorie brengt!
Weg met alle vrees, die kleingeloovig-
heid zou verradenl Vertrouwt op Godl
Volgt in vast aaneengesloten dromen de
kloeke mannen, die in Leering en Lei
ding en in de Volkskrant u voorgaan op
de nieuw aangelegde en met Roomsch ba
salt verharde wegen en die uwed oor u
zelf gekozen leiders zijn.
Over de vaandels, waarmee gij ten strijde
trekt, heben de vijf Bischoppen van Ne
derland hun zegenende handen uitgestrekt.
Vanuit de stad van keizer Karei klinkt
vandaag klaroengeschal, dat te wapen roept
de „kerels, die marschvaardig staan om in
de ontkerstende moderne maatschappij te
strijden voor Christus en Zijn Kerk."
In den naam des Heeren I Voorwaart»,
marsch! „God wil het!"
Mgr. Diepen spreekt.
Ik ben geen vreemde onder u, aldus Mgr„
ik durf mij noemen een vader en raadsman,
zulks krachtens de zending Mij gegeven om
u te leiden voor uw geluk hier beneden en
naar de glorie hierboven.
Ik heb hedenmorgen op wensch van het
R.-K. Werkliedenverbond het H. Sacrificie
der Mis opgedragen om van den God der
Liefde, van den God des Vredes, door do
voorbede van onze Moeder Maria, verhoo
ring te verkrijgen, dat het groote leger van
Katholieke arbeiders trou wmag blijven aan
het heilig geloof, aan de leer der Katholieke
Kerk, trouw voorol in willen en volgzaam
in daden. Ik wil u wijzen op de leuze, die
van Rome is gekomen voor alle bisschop
pen, priesters en leeken; „Pax Christi, in
regno Christi", aan ons is 't den vrede te
bregen in 't Rijk van Christus,
Het rijk van Christus is het rijk van de
liefde. Hooger dan de rechtvaardigheid is de
naastenliefde; zij moet inwerken op al on
ze gedachten, op al onze daden. Nog kort
geleden heb ik dit ook aan den Midden
stand gezegd. Zou ik u dan die les niet mee
geven? 't Is de grondslag van Uw eigen
geloof.
Wanneer alle standen dit zullen oveme-
men, zal het ideaal bereikt worden.
De liefde is edel, de liefde is noodzake-
lijk, ronder haar is niets mogelijk.
De liefde brengt overwinning en de zegen
des Hamels. „Dit is", zegt Christus „Mijn
gebod, waaraan men ti zal kennen, dat gij
elkander liefhebt".
Voorzitter De Bruin dankte Mgr. Diepen
en Mgr. Poels en deed nog eenige mededee-
lingen voor de opstelling van den stoet.
De optocht.
Omstreeks 3 uur had zich een onafzien
bare stoet geformeerd.
Achter het muziekcorps van Goulmy en
Baar volgde het Vcrbondsvaandel, waar
om heen het Verbondsbestuur zich had ge
groepeerd. Hierna volgden de besturen van
Diacesane en Vakbonden.
En dan een onmetelijke kilometerlange
stoet waarin aanmarcheerden afdeelingen
uit 453 plaatsen, mededragende honderden
sierlijke vaandels en emblemen.
De stoet werd hier en daar afgewisseld
door een 50-tal banderolles met de meeste
pakkende opschriften.
59 Muziekkorpsen.
Het voorbijtrekken van den stoet duurde
bijna 2 uren.
Bij het paseeren van het Universietitsge-
bouw werden menigmaal enthousiaste ova
ties gebracht aan de aldaar opgestelde
hoogleeraren en Marine-mannen.
Eenige prachLpraalwagens sierden den
stoet.
Ook werden langs de weg door een leger
van dames gecollecteerd voor Herwonnen
Levenskracht.
Mgr. Nolens zond het volgende telegram:
„In den geest deelnemend aan het Con
gres spreek ik den wensch uie dat het moge
slagen en 't uitgangspunt moge worden van
een periode van overleg en samenwerking
tusschen ondernemers en werklieden".
Het congres is schitterend geslaagd.
(Voor den inhoud van deze rubriek stelt
de Redactie zich niet verantwoordelijk.)
Geachte Redactie
Mag ik u lastig vallen om plaatsing van de
volgende opmerking betreffende het ge-
meenteraadsverslag van Wijk aan Zee en
Duin. Er waren stukken ingekomen, o. a.
lijsten met handteekeningen, die bedoelden
een fusie der gemeenten Beverwijk en Wijk
aan Zee en Duin. Het verwonderde mij ten
zeerste, dat het raadslid Eerhart er niet vol
geestdrift vóór was. (Er stond Eenhart dit is
natuurlijk een drukfout, maar aangezien zijn
geestdrift voor de fusie blijkbaar geheel zoek
was, zou er ook hebben kunnen staan als druk
fout Tweehart) De heer Eerhart was enkele
jaren geleden de man, die het fusieballetje op
wierp en er geweldig mee kaatste en speelde.
En nu zoo koud, zoo kalm, zoo ongevoelig
Toch maakt wethouder V. het nog slechter,
want die noemde den inhoud van het request
bombast. De lijsten bevatten eenige honder
den namen. Stumperig toch van die ondertee
kenaars, waartoe ook ik behoor om niets van
dien bombast te merken Die heer Wethou
der zou goed doen, het bombastische van het
verzoek om de fusie aan te toonen. Ik ben
zeer nieuwsgierig, wat er door den Raad zal
geoordeeld worden tegen de fusie. Liever nog
hoorde ik van anderen, niet aan de groene ta
fel gezeten, wat er tegen zou zijn, daar deze
anderen misschien onbevooroordeeld zijn in
hunne zienswijze. In afwachting daarvan, en
U beleefd dankend voor de plaatsing.
Uw. dw. dr.
Een onderteekenaar