Buitenlandsch Nieuws.
Wat zal hij er mee doen?
GEM. BUITENL. BERICHTEN
GEEN VERKOOP OP ZONDAG.
GEMENGD NIEUWS.
Zwaar weer boven verschillende
plaatsen van ons land.
HANDEL EN NIJVERHEID
Een groote sleeporder voor
Rotterdam
MARKTNIEUWS.
FEUILLETON.
De onlusten te Weenen in den
Nationalen Raad
In dsn Oosterrijkschen Nationalen Raad
is het debat over de onlusten te Weenen
begonnen.
Allereerst nam de bondskanselier dr. Sei-
pel het woord voor een uitvoerige uiteen
zetting waarin hij deed uitkomen, dat de
opstandige beweging niet buiten Oostenrijk
was voorbereid al werd dan ook toen ze
ontstaan was van buitenlandsche zijde ge
tracht haar aan te moedigen en waarin
hij betoogde, dat door de houding van de
sociaal-democraten 'n snellere minder bloe
dige onderdrukking was verijdeld. Scherp
laakte dr. Seipel de weigering van den so-
cialistischen burgemeester Seitz om mili
taire hulp te requireeren, door welker op
treden naar de meening van den kanselier
veel bloed zou zijn gespaard, omdat de op
roerige menigte dan onmiddellijk het vruch-
telooze harer pogingen zou hebben ingezien
Scherp laakt hij ook de staking van het
telegraaf- en telefoonverkeer, waardoor het
overleg tusschen de autoriteiten was belem
merd en waardoor ook aanleiding werd ge
geven tot de verspreiding van allerlei wilde
berichten in het buitenland, welke Oosten
rijk benadeelden.
Van belang was het op te merken, dat dr.
Seipel een verzoenenden toon aansloeg en
er op aandrong bij de thans te voeren de
batten toch vooral voor oogen te houden,
dat eerste deel moest zijn te zorgen, dat
Oostenrijk nimmer weder in de hachelijke
positie zou komen, waarin het tengevolge
van de jongste gebeurtenissen kwam te ver-
keeren. Tegenover le extremisten in zijn
eigen partij, tegenover de afgevaardigden uit
verschillende hondstanden, van welke velen
in ten zeer „geladen" stemming naar Wee
nen zijn gekomen, achtte hij het blijkbaar
gewenscht te doen uitkomen, dat van geen
hardheid tegen de „opstandelingen" sprake
mag zijn. Met vastberadenheid maar zonder
hardheid zal de regeering optreden tegen
hen, die zich aan de gepleegde wnadaden
hebben schuldig gemaakt.
Tegenover de socialistische beschuldigin
gen verklaarde dr. Seipel dat de politie in
alle opzichten haar plicht heeft gedaan en
dat in geen geval de regeering de schuld
kan treffen dat zoovele slachtoffers helaas
zijn gevallen.
Na den bondskanselier was het woord
aan den sociaal-democratischen leider dr.
Bauer, die de beschuldigingen in zake het
optreden der politie herhaalde en juist alle
eer voor het spoedig herstel der orde op-
eischte voor de sociaal-democratische par
tijleiding en het socialistische gemeentebe
stuur van Weenen.
Men moest een burgeroorlog voorkomen
en daar de regeering in dezen niets deed,
handelde de socialistische partijleiding, door
wier optreden het uitbreken van den bur
geroorlog was verhinderd.
Dr. Bauer verdedigde vervolgens de door
de socialisten gestelde, door ons reeds ver
melde, eischen in zake de instelling van 'n
commissie van onderzoek, de ondersteuning
van de nagelaten betrekikngen der slacht
offers en de amnestie.
Van verzoening bleek uit de rede van den
socialistischen leider niet veel. De dag van
den vijftienden Juli was, aldus Bauer, het
bloedig resultaat van het bewind van dr.
Seipel, dat deze nu 7 jaren lang, direct
of indirect had gevoerd. Wee, het land, dat
op zoo kleinmoedige en huichelachtige wij
ze wordt geregeerd, zoo zeide hij.
Natuurlijk wekten deze woorden bij de
regecringspartij in den Nationalen Raad 'n
storm van verontwaardiging en de christelijk
sociale afgevaardigde Kunschaak, gaf aan
deze verontwaardiging in scherpe woorden
uiting. Zulk een ophitsing tegen de regee
ring, kan slechts tot nieuwe bloedige ge
beurtenissen aanleiding geven. Juist de re
geering verdiende dank voor haar houding.
Dank zij haar zijn er niet meer slachtoffers
gevallen.
Zoo bleven beide partijen dus even ver
van elkaar verwijderd als tot dusver. Daar
de debatten, waaraan ook de minister van
binnenlandsche zaken en de socialist Ren
ner deelnamen, nog worden voortgezet, zal
er wellicht aanleiding zijn hierop nader
terug te komen.
Bridgeman hoopvol gestemd.
Bridgeman en Lord Cecil zijn gisteren
ochtend naar Genève teruggekeerd.
In een interview met Reuter heeft Brid
geman verklaard: „Wij zullen ditmaal den
arbeid voltooien, hoe dan ook. Wij keeren
terug na langdurige besprekingen met het
Kabinet, en ik geloof, dat de toestand hel
der is. De. regeering bespreekt de geheele
positie en het standpunt van Groot-Britan-
nië blijft fundamenteel ongewijzigd. Mij
rest slechts de hoop te uiten dat de ver
standhouding een goed zal blijven als toen
wij Genève verlieten."
De maritieme conferentie
te Genève. De bespre
kingen in het Lagerhuis.
LONiDËN, 27 Juli. Heden heeft de mi
nister van buitenlandsche zaken. Sir Austen
Chamberlain, die tijdens de afwezigheid
van den premier Baldwin, diens plaats in
neemt een verklaring afgelegd betreffende
de besprekingen, welke in de maritieme
conferentie te Genève zijn gehouden.
Hij zeide, dat de regeering het noodza
kelijk had geacht om mondeling met de
Britsche gedelegeerden te beraadslagen,
ten einde zich een zuivere voorstelling te
kunnen maken van hetgeen te Genève werd
bereikt en een beslissing te nemen ten aan
zien van enkele punten waarvan dan weer
mcdedeeling is gedaan aan de gedelegeer-
den.
Deze kwesties zijn in de afgeloopen da
gen breedvoerig besproken en de gedele
geerden zijn heden naar Genève terugge
keerd. In het stadium waarin thans de
conferentie verkeert, achtte spr. het onjuist
een gedétailleerde omschrijving te geven
van de Britsche voorstellen of om de voor
stellen der andere mogendheden te com-
menteeren. De af te leggen verklaring is er
dan ook uitsluitend op gericht misverstan
den uit den weg te ruimen, welker voort
bestaan anders gevaar op zouden kunnen
leveren voor het welslagen der conferen
tie.
Allereerst leverde Chamberlain een weer-
'egg*ng op de bewering, als zoude de
Britsche maritieme politiek zijn gericht op
de opheffing van de op de conferentie van
Washington tot stand gebrachte gelijkheid
tusschen de zee-bewapeningen van de Ver-
eenigde Staten en Groot-Brittannië. De
Britsche regeering heeft de uitnoodiging
van Coolidge tot deelname aan de mari
tieme conferentie zoo opgevat, dat het doel
zou zijn de politiek van de conferentie van
Washington verdere uitbreiding te geven
en daarnevens om de maritieme uitgaven te
besnoeien met handhaving van de natio
nale veiligheid. Met dit tweeledig doel gaat
de Britsche regeering geheel accoord en zij
zal de verdiensten van ieder voorstel afme
ten naar de daarin vervatte mogelijkheden
om dit doel nader te streven.
Dit doel heeft haar ook voor oogen ge
zweefd to enzij voorstelde de grootte en
de sterkte der bewapening van slagsche
pen, welker aantal niet in de conferentie
van Washington was gewijzigd, te vermin
deren. Dit was ook het motief to>en zij
voorstelde het aantal en de bewapening der
groote gevechtskruisers te verminderen,
terwijl hierbij dan dezelfde gedragslijn zou
moeten worden gevolgd als indertijd op de
conferentie van Washington ten aanzien
van de slagschepen. Dusdoende zouden de
maritieme uitgaven kunnen worden vermin
derd, terwijl de nationale veiligheid toch
niet in gevaar zou worden gebracht.
De kwestie der kleine kruisers.
Wat de kleine kruisers betreft, deze
kwestie is meer gecompliceerd. De sterkte
der vloten kan in cijfers worden uitgedrukt
en men kan ze met nauwkeurigheid ver
gelijken. In de eerste instantie moet de
eene vloot de andere bevechten. Minder
gemakkelijk is een oordeel te vormen over
die kleine kruisers, welke politie-diensten
in vredestijd moeten verrichten, terwijl zij
in tijd van oorlog noodzakelijk worden voor
het beschermen der verbindingen. Hier kan
men de geografische omstandigheden niet
buiten beschouwing laten. Het Britsche
Rijk is samengevoegd uit deelen, welke
zeer ver verspreid liggen en welke onder
ling door zeeën en oceanen zijn gescheiden;
de meest bevolkte deelen beslaan grooten-
deels van buitenlandsche handel, welke te
niet zou gaan, indien men niet in staat zou
zijn voldoende bescherming te verleenen.
Verder zij opgemerkt, dat de zee-routes,
waarvan Groot-Brittannië afhankelijk is,
grootendeels leiden door smalle wateren,
waaraan andere landen grenzen. Dit is
niet het geval bij de Vereenigde Staten.
Hieraan is ook aandacht gewijd op de con
ferentie van Washington en sindsdien zijn
de omstandigheden niet gewijzigd. Evenwel
is het toch overbodig om nog te constatee-
ren, dat de Britsche regeering, wanneer zij
ook wijst op haar moeilijkheden met het
oog op de geographische omstandigheden,
daarmede de klein-kruiser-politiek aan de
andere mogendheden wil opdringen. Zij ac
cepteert de algemeene stelregel, zooals zij
de politiek van Collidge opvat, en welke
naar de meening van de Britsche regeering
inhoudt dat een maritieme mogendheid geen
sterkere vloot moet houden, dan zij voor
haar veiligheid noodig heeft.
De moeilijkheden.
Om nu in cijfert vast te leggen, wat met
deze stelregel wordt bedoeld levert bij de
kleine-kruisers veel grootere moeilijkheden
po dan bij het grootere type. Vooral wan
neer men uitgaat van de stelling dat slechts
ten aanzien van den tonneninhoud zekere
verhouding moeten bestaan, terwijl men in
het geheel geen rekening houdt met het
aantal en de bewapening der schepen is
het gevaar van de schceve verhouding zeer
groot. Spr. bracht nogmaals naar voren,
dat een land dat zijn beschikbare tonnen
inhoud moet verdeelen over kleine een
heden in ongunstige positie verkeert tegen
over een land, dat in de gelegenheid ver
keert er groote schepen op na te houden.
Hier zou slechts in nominaal opzicht gelijk
heid bestaan; in werkelijkheid was hiervan
geen sprake.
De Britsche politiek.
Wanneer men deze bezwaren in aanmer
king neemt, dan is het duidelijk, dat de
Britsche regeering niet kan meegaan met
dii voorstellen, waarop zóóveel is af_ te
dingen, terwijl de conferentie van Washing
ton in sommige opzichten reeds voorzie
ningen had getroffen tenaanzien van de
sterkte der bewapening en het aantal krui
sers. Tenslotte merkte spr, op dat het niet
moeilijk zou zijn voor de naaste toekomst
een bouw-program voor kruisers te ontwer
pen, doch de Britsche regeering kan een
tijdelijke maatregel niet het praedicaat van
onveranderlijkheid verleenen, waarmede zij
het pariteitsbeginsel ten aanzien van de
V. S. en Coolidge kan hebben gelegen.
Vragen.
In antwoord op een desbetreffende _vraaK
van Clynes (Labour) deelde de minister
mede, dat het Huis zoo spoedig mogelijk
gelegenheid zal krijgen deze kwesties t
bespreken en wel in November na he
zomer-reces.
Kenworthy (Labour) vraagt tenslotte nog
of Chamberlain de bewering kon weerleg
gen, welke in het buitenland groote ver
spreiding heeft gevonden, dat de Britsche
gedelegeerden 600.000 ton hadden geëischt.
De minister kon hierop bevestigend ant
woorden.
Tenslotte gaf Chamberlain de volgende
samenvatting: ,De basis van de conferentie,
zooals wij die opvatten en zooals zij in de
bedoeling ligt van president Coolidge is
om de beperking der bewapening in over
eenstemming te brengen met de nationale
veiligheid en dat is de eenige basis, waarop
een conferentie, welke zich de beperking
van de bewapeningen ten doel stelt tot een
succesvol einde zal kunnen geraken."
tiet Franscbe mandaat in
Syrië.
BERLIJN, 27 Juli. Naar uit Bairoet ge
meld wordt, verklaarde de Fransche Hooge
Commissaris in een proclamatie, dat Frank
rijk niet van plan is van zijn mandaatgebied
Syrië afstand te doen
Uit den Oostenrijkschen
Nationalen Raad.
BERLIJN, 27 Juli. Naar gemeld wordt,
heeft de zitting van den Oostenrijkschen
Nationalen Raad heden een kalmer verloop
gehad hetgeen te danken was aan het feit,
dat een overeenstemming werd bereikt
tusschen den bondskanselier Dr, Seipel met
den leider der Sociaal-Democraten, Dr.
Otto Bauer.
Zweedsche Journalisten in
Duitschland.
BERLIJN, 27 Juli, Heden hebben veer
tig Zweedsche journalisten, die een reis
door Duitschland maken, de gebouwen,
waarm de Rijksdag zetelt bezichtigd.
Na den dood van Koning
Ferdinand.
BERLIJN, 27 Juli. Het Roemeensche
Parlement beraadslaagde heden over de
toekenning van een staatspensioen aan de
Koningin-Weduwe Maria Buiten aanzien
lijke landgoederen en grondbezit heeft de
overleden Koning Ferdinand zijn kinderen
300 millioen lei nagelaten, waarvan Prins
Carol 60 millioen zal ten deel vallen.
De „Underground" in New York
blijft rijden.
Een aantal conducteurs der „Under
ground" is ontslagen, omdat zij weigerden
werkwilligen te instrueeren. Dit wijst er
klaarblijkelijk op, dat de staking bij de
„Underground"-spoorwegen begint.
Een later telegram meldt:
De dreigende staking bij de „Under
ground" is afgelast na een conferentie tus
schen den burgemeester en de vertegenwoor
digers der vakevreenigingen.
De vertegenwoordigers der vakvereeniging
zijn gezwicht voor het pleidooi van den
burgemeester om het verkeer niet te ver
storen vóórdat de werkzaamheden van het
geprojecteerde stelsel van een onafhanke-
lijken ondergrondschen spoorweg zijn be
ëindigd.
De directies stemden er in toe de be
ambten, die ontslagen werden, omdat zij
leden van vakvereenigingen zijn, weer in
dienst te nemen. Voorts zagen zij er van af
plaatsvervangers op te leiden.
De onrust in Nicaragua.
Amerikaansche marine-soldaten en Nicara-
guaansche politie hebben opnieuw een ge
vecht geleverd met de troepen van gene
raal Sandino te San Fernando, op twintig
mijl van Ocotal. Een marine-soldaat en ver
scheidene politie-agenten werden gewond.
Volgens de Amerikaansche autoriteiten
zal men weldra krachtig pogen de troepen
van Sandino met behulp van vliegtuigen
uiteen te drijven.
Tijdens een debat in den Argentijnschen
Senaat, is strenge kritiek geoefend op de
militaire actie der Ver. Staten in Nicara
gua.
De Senaat nam een motie aan ten gunste
van een interpellatie tot de regeering met
betrekking tot de houding der Argentijnsche
republiek te dien opzichte.
EEN NIEUWE BELGISCHE
POSTZEGEL.
De ministerraad heeft besloten tot het
drukken van een nieuwen postzegel met een
beeld van de bouwvallen der abdij te Orval.
De opbrengst van den verkoop van dien
postzegel zou dienen tot de bestrijding van
de kosten van wederopbouw van de be
roemde abdij.
TE VROEG ONTSLAGEN.
Gisteren hebben we melding gemaakt van
den moord op een klein kind te Berlijn,
door een dienstmeisje, die haar slachtoffertje
in de badkuip had verdronken.
De recherche is thans achter de identiteit
van de moordenares gekomen. Uit een
onderzoek is gebleken, dat Dora Rahnert,
zoo heet het dienstmeisje, reeds sinds jaren
geestesziek is en langen tijd heeft door
gebracht in een krankzinnigengesticht. Zij
werd ontslagen, daar zij niet meer gevaar
lijk scheen en haar familie de verpleeg-
kosten niet meer betalen kon.
Na haar terugkeer uit de inrichting was
zij thuis van de trappen gevallen, zoodat 'n
hoofd-operatie noodig bleek.
Als kind had zij zonderlinge invallen ge
had; zoo was zij eens in een telegraafpaal
geklommen, had de voorbijgangers met stee-
nen uit de hoogte gebombardeerd en had
toen een plechtige toespraak gehouden.
Maatregelen zijn genomen om de onge
lukkige thans voor haar leven in een krank
zinnigengesticht te plaatsen.
T LANDGOED VAN JACQUES LEBAUDY
Eilen Roe, het schitterende landgoed aan
de Riviera, dat vroeger heeft toebehoord
aan Jacues Lebaudy, den befaamden „keizer
van de Sahara" is in publieke veiling ver
kocht, Er is om gevochten. Tot den verkoop
van het landgoed werd besloten als gevolg
van een beslissing van een Parijsche recht
bank, die aan Mme Henry Chalrse Sudreau
en mme Roger Sudreau, de hertrouwde we
duwe die in 1919 Lebaudy op Long Island
vermoordde en de gehuwde dochter van
Lebaudy, het recht ontzegde, het door Le
baudy nagelaten vermogen van 100 milioen
francs te beheeren. De rechter achtte het
I huwelijk ran mme Henry-Charles Sudreau
met Jacques Lebaudy volgens de Fransche
wet nl. niet bestaand en kon dienvolgens
ook Jacqueline Lebaudy, mme Roger Su
dreau, niet als Lebaudy's erfgename be
schouwen.
Eilen Roc is nu het voorwerp geweest van
een proces. Een zekere mrs. Beaumont, de
Engelsche vrouw van een Amerikaan, had
het in Maart voor 100.000.000 francs ge
kucht, maar zes dagen later deed de Société
d'Horticulture du Midi er een nieuw bod op,
waardoor krachtens de Fransche wet, die een
zekeren respijt-tijd kent, de oorspronkelijke
koopgr van den koop moest afzien. Mrs.
Beaumond weigerde dit echter en deed een
beroep op den rechter. Deze heeft haar
dezer dagen echter in het ongelijk gesteld.
Gevreesd wordt thans, dat het mooie land
goed verkaveld zal worden.
DE MIJNWERKERSFEDERATIE,
Met meer dan gewone aandacht worden
ditmaad de werkzaamheden van het jaar-
lijksch congres der Britsche Mijnwerkers-
federatie te Southport gevolgd, het eerste
na de staking van het vorig jaar, daar dit
congres er over zal beslissen of de eenheid
in de federatie zal worden bewaard of dat
de radicale vleugel onder leiding van Cook
de overhand zal krijgen. De voornaamste
punten, welke in besloten zittingen zullen
worden besproken, zijn de quaes'ie van
de reorganisatie der federatie en de stich
ting eener nationale mijnwerkersfederatie;
alsmede de vorming van een Mijnwerkers-
internationale, met of zonder de Russen,
en ten slotte het Schotsche voorstel om
de aans'uiting der communistische partij bij
de Arbeiderspartij te steunen.
De rede, welke Herbert Smith, de voor
zitter der Federatie, bij de opening van
het congres heeft uitgesproken, was in zeer
pe«simistischen toon gesteld. Onze men-
schen, zoo zeide hij, maken thans een
zware beproeving door tengevolge van de
lage loonen, de schaarschte aan arbeid en
de schulden, welke zij tijdens de staking
hebben gemaakt. De regeering beloofde
dat, .als het geschil zou zifn opgelost, de
mannen, die geen werk meer konden vin
den, onverwijld werkloosheidsuitkeeringen
zouden erlangen. Deze belofte is de re
geering niet nagekomen, pas na vele weken
kregen de mannen een uitkeering.
Terwijl de productie is gestegen tenge
volge van de langere arbeidsuren, zijn- de
loonen schrikbarend gedaald. Alles wat er
is gebeurd bewijst, volgens Smith, de juist
heid van de bewering der mijnwerkers dat
de mijnindustrie in een dergelijken toestand
verkeert tengevolge van de verkwwtinjs-
methoden en het gebrek aan organisatie.
De Britsche mijnwerkers werken langer dan
in eenig ander Europtesch land. De loons
verlaging sedert 1921 en de vermindering
van den levensstandaard der mijnwerkera
is ontzaglijk geweest, Ook het aantal on
gevallen is toegenomen. In 1926, bij den
zevenurigen arbeidsdag, werden gedurende
vier maanden 408 arbeiders gedood: in
1927, bij den TA- en achturigen arbeidsdag,
kwamen er 426 om het leven. (Hij vergat
echter er aan toe te voegen, dat in het
begin des jaars de ramp in het mijngebied
van Otnw plaats had). Langere arbeids
uren noch lagere loonen zullen het kolen-
probleem oplossen. De eenige oplossing is
nationalisatie der mijnindustrie.
Vervolgens deelde Smith mede, dat het
ledenaan'al, hetwelk twee iaar geleden
800.000 bedroeg, is gedaald. Doch hij gaf
het tegenwoordig cijfer niet op. Het zou
echter wel tot 500.000 zijn gedaald.
Met groote scherpte viel Smith ten slotte
het conservatieve ministerie aan, en hij
verzekerde dat, indien de „monopolisten en
gepriviligeerde klasse" zal pogen zich te
gen den wil van het volk te verzetten, de
arbeiders er toe zouden worden gebracht
„naar een nieuwen Cromwell uit te zien."
DE RUSSISCHE COMMUNISTEN.
De „Prawda" verklaart, dat de commu
nisten, behalve den strijd in den boezem
der Koeomintang tegen de revolu'ionairen,
onverwijld met de propaganda van het
denkbeeld 'van de vorming van Sovjets
moeten beginnen om voor het geval dat
de strijd om de verovering van de Koeo
mintang zonder resultaat mocht blijven, de
volksmassa tot het organiseeren van Sov
jets bij een verdere ontwikkeling der revo
lutie op te roepen.
COMMUNISTEN UITGEWEZEN.
De Luxemburgsche regeering heelt tien
buitenlanders wegens communistische agi
tatie het langer verblijf in het land ontzegd.
Dit is de eerste keer, dat de regeering
haar onlangs bekendgemaakte politigk eoe-
past tegenover in Luxemburg woonachtige
communistisch gezinde buitenlanders.
de REVOLUTIONAIRE PROPAGANDA
IN IERLAND.
Uit Dublin wordt gemeld, dat Cosgrave, bij
de tweede lezing in het Dail van de nieu
we veiligheidswet, openhartig de gevaren
ontleedde, welke Ierland loopt ten gevolge
van de hernieuwde activiteit van het ge
heime revolutionaire leger met zijn
„rnoord-program". De ministers eischen in
het ontwerp drastische maatregelen voor
de openbare en persoonlijke veiligheid.
Sensatie verwekte de eedsaflegging van
Patrick Belton, een aanhanger van de Va
lera's partij, die tegen het ontwerp sprak.
HET LEVEN VAN DEN JEUGDIGEN
KONING MICHAEL.
Ofschoon de rouw van het Roemeen
sche hof naar aanleiding van het overlij
den van koning Ferdinand zeer streng zal
worden gehandhaafd, heeft de koningin
weduwe Marie beslist, dat de nieuwe ko
ning, haar vijf-jarige kleinzoon, daar niet
onder lijden mag. Hij is dan ook voor een
zomerverblijf naar Sinaja vertrokken.
Trouwens, in het leven van Michael is
sedert hij tpt koning werd uitgeroeen, niet
veel sterandering gekomen. Alleen wanneet-
bij zich in het openbaar beweegt, wordt hij
door een adjudant vergezeld. Maar in den
pegel rijdt hij op zijn driewielertje in den
tuin van het paleis. Over eenigen tijd zal
hij paardrijden en zwemmen gaan leeren.
De goxivernante van den knaap is een
Engelsche, die vroeger bij de Grieksche
koninklijke familie in dienst was. Zooals
men weet is de moeder van Michael, ex-
kroonprinses Helena, een Grieksche. De
jeugdige vorst spreekt reeds Engelsch en
kent het alphabet. Zijn eerste taak echter
zal zijn goed Roemeensch te leeren.
Een van de grootste vermaken van den
jongen is in den auto te zitten van prinses
Ileana, zijn tante, die zelf chauffeert. Voor
het overige maakt hij zich nog nergens druk
om, is verdiept in prentenboekjes en speelt
met zijn twee honden, die grooter zijn dan
hij. Ook vermaakt hij zich met zijn looden
soldaatjes (blijkbaar is het advies der ver
schillende Volkenbondscommissies om, ten
einde de jeugd in pacifistisch en geest groot
te brengen, haar nooit met soldaten of kïn-
derwapenen te laten spelen, nog niet tot
het Roemeensche hof doorgedrongen!) of
draaft met zijn teddy beer,
Michael moet een opgewekte knaap zijn,
die alleen maar ontevreden is wanneer hij
om acht uur 's avonds naar zijn bed wordt
gebracht.
EEN GEARRESTEERDE MISHONDELD.
De Noorsche legatie te Washington heeft
het Amerikaansche departement van bui
tenlandsche zaken om opheldering verzocht
aangaande een zekeren Ludwig Lee, een
Noor, die op het oogenblik in New York in
hechtenis zit, beschuldigd van moord.
Lee heeft verklaard, dat de politie hem
heeft gepijnigd om hem tot een bekentenis
te dwingen. Iiem werd gedurende vier da
gen belet te slapen, hij werd geslagen en
mishandeld. Zijn advocaat bevestigt dit.
Het departement heeft gouverneur Smith
van den staat New-York opgedragen een
onderzoek in te stellen.
Sinds geruimen tijd wordt door de be
trokkenen te Parijs een campagne gevoerd
legen een prefec'oraal decreet van 5 Sept.
1921 betreffende sluiting van apotheken op
Zondag. Een jeugdig apotheker, Marcel
Rosset, had onlangs voor de 64ste maal
hiertegen gezondigd en moest thans één
dag zitten of 409 frs. boete be alen. Hij gaf
de voorkeur aan de carcere duro m:ar
besloot met zijn vrienden, dat zijn gang
naar de Santé eenig opzien zou baren, naar
zij hoopten minstens evenveel aLs het ver
trek eruit door Daudet, heeft gewekt.
Om aan dien moeilijken eisch te vol
doen zou het feest worden ingewijd met
een schitterend dejeuner, dat dan ook,
volgens de krantenverslagen ,niet te wen-
schen liet het „feestvarken" zou nadien
gerust in zijn cel „grève de la faim" kunnen
toelaten, cok voor langer dan zijn straftijd
zou duren!
Na de koffie en de likeurtjes kwam een
auto, geheel met bloemen versierd, voor,
waarin Rosser, gekleed in zijn
witte apothekersjas, geheel alleen plaats
nam in een volgauto zaten zijn vrien
den. o.w. een raadslid en een andere apo
theker de kampioen van het pharmaceu-
tisch verzet met drie dagen zitten voor den
boeg, 70.000 francs boete en betaling van
zijn proceskosten.
Alvorens voor ie rijden voor het palcis
van justitie, werd een propaganda-omme-
gang gemaakt, onder het gejuich der
nieuwsgierigen.
Toch kwam de stoet nog te vroeg voor
de Santé aan, zoodat Rosset vriendelijk
werd verzocht nog een toertje om te ma
ken hetgeen ihewijst,, spot het „Jour
nal", dat het minstens even moeilijk is in
het gevang als er uit te komen....
DE GENTLEMAN-DIEF.
Lord Midle'on, vroeger mr. John Brod-
rick, die zitting in vele coservatieve mi
nisteries heeft gehad en een goede twin
tig jaar geleden minister van oorlog was,
is Zaterdag j.l., toen hij aan het Victoria
Station een kaartje wilde nemen om zich
naar Yperen in België te begeven ter bij
woning van de onthulling van het Engel
sche monument, zijn notitieboekje kwijt ge
raakt. Een hadige zakkenroller had het uit
zijn binnenzak genomen. Er zaten enkele
Belgische bankbilje'ten in, maar wat er
ger was, in het boekje stonden alle af
spraken genoteerd, die Lord Midleton....
voor het geheele verdere jaar heeft ge
maakt. De diefstal brengt hem dus in
groote ongelegenheid.
Vandaar dat hij in ds bladen een oproep
heeft geplaatst, wanneer hij zijn „gentle
man", die hem van zijn boekje ontdeed,
verzoekt het naar Portland Place 34 terug
te sturen, temeer, omdat het voor den
gentleman toch geen waarde heeft.
VERGIF TOEGEDIEND.
Nog slechts korten tijd geleden werd de
algemeene aandacht getrokken door een
gruwelijke gebeurtenis in een krankzinni
gengesticht nabij Amiens: een patiënt De-
noyelle stierf na een hevig lijden, veroor
zaakt door het verkeerdelijk toedienen
vam een geneesmiddel en thans wordt
wederom melding gemaakt van de ont
dekking in hetzelfde gesticht van een ge
heimzinnig sterfgeval. Dit keer betreft het
een oude vrouw: bezoekende verwanten,
vernamen na eenige aarzeling van een zus
ter, dat de patiënte plotseling gestorven
was en onmiddellijk begraven. De familie
heeft de zaak in handen van de justitie ge
steld, wantrouwend geworden waarschijn
lijk door het geval-Denoyelle, dat nog in
onderzoek is.
Reeds is echter bekend geworden, dat
zoowel den gestichtsapotheker schuld
heeft, die een gif heeft afgegeven, zonder
het fleschje te voorzien van het in zoon
geval gebruikelijke etiketje, als een zuster,
die een anderen beambte geen voldoende
gebruiksaanwijzing gaf, met het gevolg, dat
den patiënt tegen diens zin, met geweld
een hoeveelheid van het vergif is" toege
diend, met de bekende noodlottige afloop.
Het slachtoffer, een oorlogsverminkte,
die een weduwe met kinderen achterlaat,
was een patiënt, die bij tijden in het ge
sticht verpleegd was, maar ook heldere pe
rioden had. Zulk een periode was thans
aangebroken, zoodat de man dezer dagen
tijdelijk zou worden ontslagen.
Onder zulke omstandigheden is he.t te
begrijpen, dat de gebeurtenissen in het ge
sticht bij Amiens de aandacht trekken.
EEN ONMENSCHELIJKE MOEDER,
Te St. Didier bij Lyon heelt de gendar
merie een vreeselijke ontdekking gedaan.
Een bejaarde boerin had haar 31-jarigen
zoon, die geestelijk abnormaal was, gedu
rende vier jaren in eefi donker vertrek op
gesloten gehouden, waarin nagenoeg geen
lucht en in het geheel geen zonlicht kon
doordringen. Toen men het vertrek opende
en hii uit de duisternis verlost werd, barst
te de ongelukkige in huilbuien uit. Hij is
onmiddellijk naar het ziekenhuis vervoerd;
de moeder is gevangen genomen.
Twee personen doodgeslagen.
Boerderijen afgebrand, schade aan de ge
wassen, boomen ontworteld, vee gedood.
Boven verschillende plaatsen van ons
land heeft weer een zwaar onweer gewoed,
dat veel schade heeft aangericht.
Te BORN (L.) werd bij een hevig onweer
de 14-jarige A. Mekels, die op het land
met een paard werkte door den bliksem ge
troffen en gedood. Ook het paard werd ge
dood. Een oom van den jongen, die in de
nabijheid werkte, werd bewusteloos gesla
gen.
Te OLDEBOOM is tijdens een hevig on
weer, dat boven deze streek woedde, de
bliksem ingeslagen in de boerderij van Sik-
kema onder Oudeschoot. De bewoners
konden zich redden, doch de inboedel ging
totaal verloren. De boerderij brandde tot
den grond toe af. Alles is verzekerd.
Ook in de omgeving van Oldeboorn, bij
Wartena, Bornbergucm, De Diilen onderj
Deersum slaan verschillende boerderijen in
brand. Een groote roggemolen in St. Jaco-
bi-Parochie is totaal afgebrand.
Ook te JOURE werden verschillende
boerderijen door den bliksem getroffen en
brandden af. Niets kon worden gered.
Te KLAZIENAVEEN werd de 16-jarige
bakkersknecht B. Kamping in de ouderlijke
won'ng door den bliksem getroffen en ge
dood. Ziin moeder en zuster werden beiden
bewusteloos geslagen.
Te ZUIDLAREN sloeg de bliksem in den
tuin van hotel Entinger. Een boom werd
van onder tot boven gespleten. In den tuin
speelden 450 schoolkinderen, die daar ver
toefden voor een uitstapje. Gelukkig werd
geen der kleinen gekwetst.
Op vele plaatsen is het te velde staand
gewas ernstig beschadigd.
Te VEENENDAAL sloeg de bliksem in
een grooten hooiberg. Door snel toeschie
tende hulp kon de brand spoedig gebluscht
worden. Een der zware roeden van den
berg werd van boven tot onder in tweeën
gespleten. Verzekering dekt de schade.
Te BARNEVELD is de bliksem geslagen
in een met 10.000 K.G. hooi gevulden berg
van den landbouwen II. Boon, wonende
op de hofstede „Het EspeetBerg en in
houd zijn grootendeels in vlammen opge
gaan. Alles was verzekerd.
Een groot dok van Engeland naar Singapore
L. Smit en Co's Int. sleepdienst te Rotter
dam heeft met de Britsche Admiraliteit ge
contracteerd voor het versieepen van een
groot dok, dat thans aan een werf aan de
Tyne in aanbouw is, en naar Singapore ge
bracht moet worden.
Dit dok wordt in twee deelen versleept.
In totaal heeft men daarvoor 8 sterke zee
sleepbooten noodig.
Ten einde deze belangrijke sleeporder te
kunnen uitvoeren, heeft L. Smit en Co's
Int. Sleepdienst een deel der vloot van het
bureau Wijsmuller overgenomen, n.l. de
„Jacob van Heemskerck" de „Willem Ba-
rendsz", de „Brabant" en de „Gelder
land".
GOUDA, 28 Juli. Veemarkt. Aanvoef
in totaal 2324 stuks, waarvan: 273 Slacht»
varkens, vette Varkens 0.300.33 per Vi
K.G. 2 pCt. kor' ing; 817 magere Varkens
3040 per stuk; Londensche van 0.25
Ö.28 perp ond, levend met 2 pCt. korting;
Zouters *van ƒ0.30—0.3114 per pond, le
vend met 2 pCt. korting; 1138 Biggen 10
16, 17 Runderen 250'400, 31 nuchtere
Kalveren ƒ1220. 3 Graskalveren 35
--50, 21 Schapen 2533, 8 Bokken en
Geiten 37, 16 Lammeren 1825; al
les per stuk.
Handel. Vet'e Varkens vlug, magere Var
kens matig, Londensche wlug, Zouters vlug,
Biggen matig, Runderen matig, nuchtere
Kalveren vlug, Graskalveren vlug, Scha
pen vlug, Bokken en Geiten vlug, Lamme
ren vlug.
Algemeene markt. Aanvoer 366 partijen
kaes. Prijzen: le kwal. met R.M. van 42
45, 2e kwal. met R.M, 3641, le kwal.
zander R M. 3841, id. 2e kw. zonder R.M.
3437; Zware 48. Handel vlug.
351 partijen Eieren. Kipcieren 5.75 lot
6.75, eendeieren J 55.50, per 100 stuks.
Handel matig.
976 ponden Boter. Goeboler van 0.95
—1.05, Weiboter 0,90—0.95. Handel vlug.
Vrij bewerkt naar BULWER LYTTON'S
„What will he do with it".
door 70S. P. H. HAMERS.
123
Als zij langs eerlijken weg hun dpel kun
nen bereiken, dan is er geen reden om een
oneerlijken weg in te slaan. Het eenige ge
vaar zou dat zijn, waarvoor ge hem zoo
dikwijls bewaard hebt,. Zou hij in z'n woede
en wanhoop niet straatrooverij, een moord,
of iets van dien aard kunnen plegen? Hij is,
zooals ge weet, moedig als een leeuw, maar
zijn hoofd is niet meer helder genoeg om
een plan te beramen dat geen kans heeft,
om ontdekt te worden. Ge ziet, juffrouw
dat ik mijn jongens weerhouden kan van
een gevaarlijke onderneming dcor hem
voorgesteld, of hun kon beletten hem, als
hij er om vroeg, in een van hun eigen avon
turen te mengen. Ze weten, dat ik een ver
standig raadsman ben; ze hebben eerbied
voor* mij. De politie heelt nog nooit de hand
op mij kunnen leggen en als ik tot hem zeg:
„die kerel drinkt, kletst en raaskalt en zou
ons allen in de gevangenis en erger kunnen
brengen", dan is er niet één, die nog iets
met hm te maken wil hebben. Maar ik kan
hem niet beletten te doen wat hij verkiest
uit te voeren op eigen houtje.
„Maar ge zult er voor zorgen, dat ge z'n
vertrouweling blijft en mij van al zijn plan
nen op de hoogte houden, niet waar?"
„Ja, dat zal ik.'
„En intusschen moet hij tot me komen.
Ditmaal is daar meer dan ooit kans op. Zijn
gezondheid wordt er niet beter op en z'n
misdaden zelfs vervelen hem. Mijnheer
Cutts, kom wat dichter bij me, zachtjes, zie
eens neen, hij kan U uit de laagte niet
zien, en ge wordt beschut door de^ blinden
zie eens, en zeg me waar hij zit-
Juffrouw Crane wees op een vertrek in
de benedenste verdieping van het huis aan
den overkant, waar men niet te duidelijk
een dof rood vuur zag in een vuilen haard,
en de gedaante van een man, die met z n
hoofd op z'n armen op een kleine tafel
rustte. Op de tafel stonden een glas en
een flesch.
„Zoo brengt hij steeds den ochtend door,
mompelde Arabella, met een uitdrukking
van woest en bitter medelijden, „zie eens,
Cutts is hij nu te vreezen? Kunt ge nu bang
voor hem zijn?"
„Ja, zeer bang", antwoordde de dwerg-
„Hij is alleen bedwelmd en kan z'n slape
righeid even gemakkelijk van zich afschud
den als een bulhond wanneer er een kat
in zijn hok komt."
„Cutts, ge hebt me gezegd, dat hij altijd
dat zelfde oude zakboek bij zich draagt,
waarin hij beweert dat z'n fortuin zit; daar
in zitten de papieren, die z'n slachtoffer
vrees genoeg aanjagen om hem geld te
te geven. Er is toch zeker geen zakboek
op de wereld dat ge niet kunt rollen af
laten rollen, Cutts? Vijftig pond voor dat
zakboek binnen den tijd van drie uren!"
„Vijftig pond is niet genoeg", zei de
waardige heer Cutts met een sluw lachje;
„de man dien hij uitzuigt zou meer geven
om die papieren in z'n macht te krijgen."
„Wel mogelijk, maar Losely is niet dom
genoeg geweest, U in staat te stellen om te
weten hoe'men die onderhandelingen moet
openen, zelfs al waren de naam en het
adres onder die papieren, dan zoudt ge
er geen gebruik van kunnen maken, zon
der U de wraak van Jasper op den hals te
halen. En als Jasper uit den weg geruimd
was, dan zoudt gij niet dezelfde overmacht
op z'n slachtoffer hebben. Gij Cutts, kent
de omstandigheden niet; gij zoudt geen
verhalen kunnen beginnen uit eenige onsa
menhangende oude brieven, en de man, die
dit kan, kan ik u wel zeggen, een twist
zoeker is, en sterk, vergeleken bij Uder
ander dan Jasper, zou u, daar ge een nietig
kereltje zijt, bij de kraag pakken en ge
zoudt gij het boek gestolen en er reeds
geen ander verlies dan de brieven en geen
andere winst dan een stuk geslagen been.
Dit alles weet ge, mijnheer Cutts, anders
zoudt gij het boek gestolen en er reeds
vroeger gebruik van gemaakt hebben. Vijf
tig pond voor dat zakboek binnen drie uren
tijdsl en als Jasper Losely binnen een half
jaar nog veilig en in leven is, nog vijftig
pond, mijnheer Cutts! Zie, hij verroert zich
„jet., hij moet vast in slaap zijn' Nu is
het tijd."
„Wat! In z'„ eigen kamer?" antwoordde
Cutts verachtelijk. „Hij zou immers weten
wie het gedaan had, en wat zou er dan van
mij worden? Neen, op straat. Iedereen
heeft het recht om zakken te rollen op
's heeren wegen. Binnen drie uren zult ge
het zakboek hebben."
ACHTSTE HOOFDSTUK.
Adolphus Poole zat na den eten bij z'n
vrouw. Hij had dien dag goede zaken ge
maakt en een extra-glas ouden porwijn ge
dronken die uit den kelder van oom Sam
j„ den zijnen was overgegaan. Maar ziet
hij er ook naar uit als een benijdenswaardig
en gelukkig man? Bij hetgeen hij nog enke
le maanden geleden was, ziet hij er uit als
eefl geraamte, Z'n wangen zijn ingevallen,
jj'n lcleeren hangen hem als een zak om
't Ujf, er is een matte, schuwe uitdrukking
hj z'n( oogen, een zenuwachtige uitdrukking
0m z n mond. Nu en dan kijkt hij op de
fraaie pendule uit Parijs die op den schoor
steenmantel staat, dan schuift hij heen en
weer op z'n stoel, snauwt z'n wederhelft
af die hem vraagt wat hem scheelt, schenkt
zich nog eens in, kijkt in de vlammen van
den haard en ïiet vreemde gedaanten in
't kolenvuur.
Den dag van morgen brengt dat wekelijk-
sche spook bij hem in huis. Morgen komt
Jasper Losely, klokslag elf uur, om hem aan
een verleden te herinneren, dat, als het
bekend werd, hem in 't verderf zou storten,
En ieder oogenblik kan het bekend worden,
ondanks het geld, waarmee hij, mei eigen
hand, onder z'n eigen dak, geheimhouding
moet koopen. Zou hij aan een ander die
betalingen durven toevertrouwen? Hij zal
er zich wel voor wachten. Zou hij Losely
in diens eigen woning opzoeken en hem
daar betalen? Het zou zoo goed als een
moord zijn. Zou hij met hem afspreken,
hem ergens op straat le ontmoeten en de
kans loopen, met zoon vriend gezien te
worden? Een fatsoenlijk man als hij, in
gesprek met zoo'n schoft als die Jasper!
Jasper was de laatste twee, drie keeren
bijzonder lastig en luidruchtig geweest. Hij
had met de vuist op tafel geslagen en
rumoer gemaakt en Poole was bang dat
z'n vrouw haar oor aan 't sleutelgat ge
houden had. Jasper had de werkmeid in
den gang gezien en in de wang geknepen
en de werkmeid had er zich bij mevrouw
Poole over beklaagd, en gezegd dat zij
wilde vertrekken. Mevrouw Poole was hoe
langer hoe nieuwsgieriger geworden naar
dien vreemden bezoeker en stelde Poole
allerlei vragen over hem, die hij niet kon
beantwoorden. Het was om gek te worden!
Op dit oogenblik werd er hard aan de
voordeur gebeld, Poole verbleekte en
wankelde de kamer uit en de gang in. Z'n
vrouw bleef onbewegelijk zitten. Een
oogenblik later hoorde zij een scherpe
vrouwenstem gevolgd door een vroolijken
uitroep van haar auan.
De bezoekster was Arabella Crane. Op
uitnoodiging van den heer des huizes die
haar met buigingen en beleefdheden over
laadde, was zij in diens kamer gekomen,
maar weigerde te gaan zitten.
Zij hief haar bleek, vermagerd gelaat tot
hem op en zeide: „Mijnheer Poole, ik heb
U slechts eerf paar woorden te zeggen. De
brieven, waardoor Jasper u in z'n macht
hbd en waardoor hij u wekelijks geld af
perste, zijn niet meer in zijn bezit; ze zijn
in het mijne. Gij behoeft niet bang meer
voor hem te ijn en ook niet meer in z'n
onderhoud te voorzien."
„O, riep Poole uit, en hij viel voor Ara
bella op de knieën, „de zegen van een
huisvader, van een kind dat nog'geen zes
weken oud is, dale" over uw gezegend
hoofd!'
„Kom man, sla op en praat geen onzin.
Luister liever. Ik geef u deze papieren nu
niet, ook verbrand ik ze niet. In plaats
van in de macht te zijn van een woesten
dronkaard, zijt ge thans zijt ge in de macht
van een waakzame, helderiendc vrouw.
Ge Ijt in mijn macht en ge zult doen wat
ik van u eisch."
Ge zijt in mijn macht en ge zult doen wat
ben ik overtuigd," antwoordde Poole, wiens
dankbare opgetogenheid aanmerkelijk ge
daald was; „ge hebt slechts te bevelen,
maar de papieren hebben voor u geen waar
de; ik zal er u ruim voor betalen."
fWordt vervolgd.)