BEHANDELING DER HAARLEMSCHE
GEMEENTEBEGROOTING VOOR 1923.
Critiek der S. D. A. P. op het financiëeSe beleid vant B. en W. De
wethoudersverkiezingen in 1928. De belastingen en de verlaging van
tarieven. Een motie der S. D p. P. en communistische voorstellen
Het voorstel der S. D. A. P.
tot instelling van een
gemeentelijke hypotheekbank.
Met het anker in de kabels.
DE GEMEENTEBEGROOTING.
Overgegaan wordt tot de behandeling
der gemeentebegrooting voor 1928 en de
daarbij behoorende voorstellen.
De algemeene beschouwingen.
worden geopend door den heer GERRITSZ.
Spr. wil eerst een opmerking maken over
de wijze van beantwoording doer B. en W.
ftde Memorie van Antwoord. Die btr.nt-
wcording maakt het, volgens spr., noodig
dat de besprekingen langer moeten dure:
dan bij een andere wijze van beantwoor
ding het geval zou zijn geweest. Hier en
daar maken B. en W. er zich met een
Jantje van Leiden af, waarbij hij enkele
voorbeelden noemt.
Spr. komt dan tot de verkiezingen. Er is
een nieuw college van B. en W. gekozen
en n uacht spr. het gewenscht te be
schouwen, of de lijn gevolgd zal worden,
zcoals de verkiezingen hebben uitgewe
zen, welke gevolgd moet wo-den. E?n van
de Haarlemsche bladen heeft afbrekende
critiek hierop geleverd en dat acht spr.
niet juist.
Een ding staat, volgens spr., vast na de
algemeene verkiezingen: de rechtsche nar-
fijen hebben niet een meerderheid verkre
gen, zij vormen en belangrijke minderheid.
S.D.A.P. en V.D. verkregen samen ruim
17.000 stemmen, de 3 rechtsche partijen
samen 19.000. Met de stemmen van den
V. B. komen de S.D.A.P. en V. B. er bovm
uil. Spr. becijfert, dat 2/5 van de kiezers
rechts gegroepeerd en 3 5 niet rechts.
In het college van B. en W. is er even
wel een andere samenstelling; het is in
meerderheid rechts en klopt dus niet op
den uitslag der verkiezingen. 24.000 kiezers
zijn in het college van B. en W. vertegen
woordigd door 4 personen, en 14.000 kie
zers door één. Dat is geen evenredige
vertegenwoordiging.
De democratische strcoir.ing is, volgens
spr-, versterkt, vergeleken bij de verkiezin
gen van 1923. De rechtsche partijen zijn
relatief terug geloopen en de S.D.A.P. en
V.D. relatief vooruitgegaan.
Wat gebeurde er onmiddellijk na de ver
kiezingen? De S.D.A.P. wendde zich tot
de verschillende partijen tot het voeren
van besprekingen. De V.B. wilde wel be
sprekingen voeren, maar de Vrijz.-Dem.
wilden zelfs niet eens praten. En daarom
acht spr. de Vrijz.-Dem. de schuldigen, dat
er geen democratischer college van B. en W.
is, dat er geen andere oriënteering van
B. en W. is.
Wethouder SLINGENBERG: „Lees u den
brief eens voor, die geschreven is."
D, heer GERRITSZ: „Wij hebben...."
Wethouder SLINGENBERG: den
brief verloren."
De heer GERRITS2 merkt op, dat de
Chr. Hist, fractie de meest conservatieve
is in den raad. Ook bij de anti-rev. zijn er
2 stroomingen, bij wethouder Bruch de
democratische, bij den heer Wolzak de
conservatieve.
De heer DE BRAAL; „En waar blijf ik?"
De heer GERRITSZ constateert, dat er
een rechtsch college van B. en W. is, maar
niet kloppend op de samenstelling van den
raad.
Er wordt onophoudelijk geïnterrumpeerd
en de heer GERRITSZ zegt, het den voor
zitter niet kwalijk te nemen, dat hij in de
ze omstandigheden de orde niet kan hand
haven. Spr. rekent den heer Slingenberg
niet meer tot de democraten. Eén soc.-
dem. in het college van B. en W. acht de
S. D. A. P. te weinig. Hij moet zich in
alle departementen inwerken. Dat is tech-
r'sch onmogelük en reeds daarom moet er
een tweede soc.-dem. wethouder komen,
rr.ede in verband met den uitslag der ver
kiezingen.
Bij deze samenstelling van het college
kcmt er ook nog wel eens een minderheid,
voor. Spr. neemt aan, dat men niet telkens
getuigt van een ander inzicht, maar hij zou
het toch aangenaam vinden, als dat meer
aangeduid werd.
Dat mén geen nieuw college wenscht,
steunende op de meerderheid van den raad
en gaande in democratische richting, be-
teekent geen vooruitgang, dus stilstand en
stilstaan is achteruit gaan. Belangrijke za
ken moesten uit den boezem van den raad
komen. De kwestie der verkeersmiddelen
is nog niet tot oplossing gebracht. Het gas
bedrijf is opgericht, omdat een concession-
naris niet voldeed.
Men ziet, hoe goed het gemeentebedrijf
werkt. Nu moet er in de verkeersmidde
len voorzien worden, met den tegenwoordi-
gen ccncessionnaris is geen land te bezei
len; er moest dus gemeentelijke exploitatie
komen en toch wenscht de meerderheid
van B. en W. dit niet; zij is reactionnair ge
worden. In Rotterdam is het bedrijf van
den concessionnaris terug genomen.
De heer VAN LIEMT: „Men wil wel een
gemengd bedrijf."
De heer GERRITSZ heeft niets met
„men" te maken, doch wijst slechts op wat
B. en W. willen.
De heer VAN LIEMT: „U weet, wie
„men" is."
De heer GERRITSZ wijst op de benoe
ming van den ambtenaar bij de beroeps
keuze, op de kwestie van de gehuwde on
derwijzeres, de oproeping van sollicitanten
voor de school tandartsendienst, de benoe
ming van een geneeskundige. Dat laatste
is heelemaal uit het verslag gelaten, spr.
wil niet zeggen, dat het weggewerkt is.
De heer KLEIN: „Daar heb ik over ge
sproken en besloten is, het er uit te la
ten".
De heer BIJVOET: „Dan moet u het niet
voorstellen, alsof het weggewerkt is."
De heer GERRITSZ neemt het woord,
„weggewerkt" dan terug.
Spr. acht het onjuist, een secretaris van
het Burgerlijk Armbestuur te benoemen
met de opvattingen van den thans benoem
de.
Spr. keurt niet goed den aandrang, uit
te oe.enen op den commissaris van poli-
tie, over benoemingen bij de politie, om
daarbij rekening te houden met religieuse
opvattingen. Dat staat niet in het verslag.
De heer BIJVOET: „Mr. Gerritsz heelt
mij letterlijk gedicteerd, wat ik daarover
in het verslag moest zetten en dan mag
hij er niet van spreken ,dat er iets wegge
werkt is."
Spr. vindt het een schande, dat Mr. Ger
ritsz aldus optreedt. Besloten was, dat 't
in de afdeelingen zou blijven.
De VOORZITTER acht het ook geen
goeden vorm, dat de heer Gerritsen der
gelijke zrken dan toch hier in bespreking
brengt. Hij had zich dan zijn rechten
dienaangaande moeten voorbehouden inde
afdeelingen.
Dehcer GERRITSZ stelt B. en W. in
gebreke inzake de uitvoering van raads
besluiten.
Spr. acht het noodzakelijk, dat er meer
reserve bij de gas- en electriciteitsbedrij-
ven komt.
Het minst is de S.D.A.P. ontevreden
over de woningpolitiek van B. en W„ maar
zij is daar niet geheel over voldaan. In
sterker mate moet worden voortgegaan
met den bouw van arbeiderswoningen en
gearbeid voor goedkoopere huren.
Wat de toekomstige ontwikkeling van
Haarlem betreft, spr. verwondert er zich
over, dat deze niet breedvoeriger ter spra
ke is gekomen. Een der plaatselijke bladen
heeft daar uitvoerig over geschreven en
doen schrijven en het is een probleem, dat
uitvoerig besproken moet worden. Daarbij
deed zich ook de vraag voor, of Haarlem
luxe-stad moet worden .Maar dan zijn la
ge belastingen noodig en dat gaat i n kos
te van sociale voorzieningen. In die rich
ting zal dus niet kunnen worden gewerkt.
Haarlem kan echter het centrum van Ken-
nemerland worden, maar daar zijn aller
eerst goede verbindingen voor noodig.
Slechts de poovere mededeeling over de
havenplannen is alles, wat B. en W. over
de ontwikkeling der stad mededeelen.
Spr. meent, dat Openbare Werken vol
doende in staat is, een havenplan te ont
werpen en in te dienen. De wethouder van
O. W. zal zich daaromtrent wel kunnen
oriënteeren. Van een gemengde commissie
vreest spr., dat men meer zal treden in de
verschillende belangen der commissie en
niet op de belangen der onderscheidene
groepen in de commissie vertegenwoordigd,
letten, Spr. acht het beter, dat de gemeen
te zelf een plan maakt en daarover advies
vraagt aan belanghebbenden. De Kamer
van Koophandel is voor handel en indus
trie en beziet het plan uit dat oogpunt, 'n
financieele commissie uit den raad uit fi
nancieel oogpunt. B. en W. stellen dan aan
de hand van die adviezen het rapport sa
men. Dat is ook in het belang der werk
loosheidsbestrijding, welke zoo krachtig
mogelijk moet zijn. Uitbreiding van pro
ductieve werkzaamheden is daartoe noo
dig. De millioenen, besteed aan het Noord
zeekanaal en de haven van IJmuiden, moe
ten benut worden en daartoe dient de
bouw van een haven te Haarlem.
Haarlem dus industrie-stad, aldus spr.,
maar Haarlem ook als woonstad. Het noor
delijke deel der gemeente had men, in
overeenstemming met Schoten, reeds voor
de annexatie, als woonplaats geschikt
moeten maken. Door niet tijdig voorzien
is schade gedaan aan Haarlem als woon
plaats.
Spr. meent, dat B. en W. te weinig doen;
zij laten de zaken slechts voor wat ze zijn.
Er moet meer welvaart gebracht worden
onder de maatschappelijk minderbedeel
den. Er is verbetering te constateeren in
de volkshuisvesting en volksgezondheid,
misschien het minste op het gebied der ar
menzorg. Wij moeten echter vooruit en
dit moet met behulp van de gemeentebe
drijven. De tarieven der bedrijven moeten
omlaag, er moet gewerkt worden voor
bevrediging van behoeften, voor zoover dit
op het terrein der gemeente ligt en niet
aileen op materieel gebied. Spr. bepleit
uitbreiding der medezeggenschap in de
bedrijven. Dat zou ook kunnen geschieden
bij de bouwbedrijven. De gemeente zou
dit ten minste kunnen pogen; het gevolg
zou zijn een betere woningmarkt.
Spr. zal voor vervulling dezer eischen blij
ven vechten.
De heer LOOSJES noemt het een verras
sing, dat de sluitpost der begrooting met
65.000 kon verminderd worden. Voor ver
laging van posten verwacht men het initia
tief en B. en W. De financieele uitkomsten
over de laatste 6 maanden zijn eeniger-
mate" bekend. Spr begrijpt wel niets van
den invloed, welken dit op de begrooting
heeft, maar het voornaamste is, dat de sluit
post verminderd is
Spr. mist groote daden van B. en W.f de
zaken zijn slechts gaande gehouden. Een
herziening van de salarissen van het ge-
meentepersoneel acht spr. noodzakelijk.
Sinds 1924 zijn de Iconen der lagere klas
sen ambtenaren met 300 pCt. verhoogd de
indexcijfers zijn met 100 pCt. verhoogd. Men
kan toch wel te veel loon geven. De hoo-
gere ambtenaren zijn met slechts 87 pCt.
vooruitgegaan. Spr. noemt de loonen van
een hoofdfitter en een helper, bij het water
leidingbedrijf; deze zijn resp. 38 en 32.
Nu verdient de eerste te weinig of de
tweede te veel. Komt er geen herziening
dan zal een een initiatief-voorstel uit den
raad kemen.
De rondgezonden corruptie-circulaire acht
spr. onsympathiek en ook vreemd. Indertijd
is verklaard, dat er in Haarlem geen cor
ruptie was en nu is deze circulaire rondge
stuurd, waarvan spr. geen effect verwacht.
Met de bedrijvenpolitiek van B. en W.
gaat spr. mede.
Verder vraagt spr. aanhouding van het
voorstel inzake de schoonhidscommissie.
De heer CASTRICUM vraagt allereerst,
welke perspectieven B. en W. hehben ten
aanzien van groo'-Haarlem. Hoe zullen zij
de nieuwe gronden exploiteeren? Hoe zal
het Zuid-Westelijk deel der stad een goede
verbinding krijgen met de binnenstad? In
welk stadium zijn thans de onderhandelin
gen, dienaangaande met de spoorwegmaat
schappij? Ook over den aanleg van nieuwe
bruggen en verkeerswegen in het Noord-
Oostelijk deel der stad vraagt spr. inlich
tingen.
Spr. gelooft, dat het Zuid-Westelijk deel
der stad luxe-stad kan worden.
Getracht moet worden, finantieel-krach-
tigen in de gemeente te krijgen en te hou
den. Overwogen moet mede worden, we'ke
industrie men in Haarlem gaarne wenscht.
Het gemeentebestuur moet er op letten, of
een industrie een belang of een nadeel voor
de gemeente is.
Spr. meent, dat de politiek hier achter
wege kan blijven, omdat hier de materieele
en zede'ijke be'angen der inwoners behar
tigd moeten worden. De heer Gerritzs heeft
echter de zaak aangesneden en daa-om wil
spr er ook iets van zeggen. De Katholieken
hebben 2 zetels, de Vrijz.-Dem. 1 zetel cr
bij gewonnen en daarom gelooft spr., dal
daarmede goedgekeurd is het gevoerde be
leid. 'Spr. acht het juist, dat de personeele
be'asting verlaagd is.
De democratische arbeiders zouden zich
meer bij de soc.-dem. moeten aansluiten,
volgens den heer Gerritsz. Spr. gelooft, dat
de zaak ander9 is. De R. K. Staa'spartij 's
glansrijk uit den strijd te voorschijn geko
men. Als het e'gens kraakt is het bij de S.
D. A. P. Ziet maar naar Koerlen en Am
sterdam.
Spr. wijst er op dat de S. D. A. P. don
heer Slingenberg aangezocht heCit, bespre
kingen te voeren over de wethouderszetels.
De heer Slingenberg zou dus toch we'
teruggekomen zijn.als wethouder, 't Is er om
te doen, democratische elementen in den
raad te krijgen, Die democra'ische richting
moet vertegenwoordigd ziin in het college
van B. en W. De christeHiken en vrijz.-
dem. hadden de macht, den soc.-dem. wet
houder te weren, maar dat hebben zij niet
Gedaan, omdat zij meenden, dat ook de
soc.-democraten recht hadden op een zetel.
Spr. brengt B. en W. dank voor hun werk
voer de annexatie.
Hij uit den wensch, dat de twee wethou
ders, die daarvoor in aanmerking komen,
hun particulie-e bedrijf gescheiden zul'en
we'en te houden van wat het algemeen be
lang allereerst eischt.
Spr. acht het vanzelfsprekend, dat de
heer Heerkens Thijssen waarnemend bur
gemeester is; met ouderdom en traditie
moet rekening gehouden werden.
Ce verbinding met de bui enwijken eischt
snelle voorziening en spr. vraagt, daarmede
haast te maken.
De gemeente heeft ook te werken voor
het geestelijk heil der menschen. Gewaakt
moet worden legen ontspanning, schadelijk
voor het geestelijk leven der menschen.
Spr. hoopt, dat B. en W. voldoende aan
dacht zu'len schenken aan die hu:zen, welke
niet in het belang der menschheid werk
zaam zijn.
Spr. is dankbaar, dat de salarissen van het
gemeente-perscneel gehandhaafd zijn. Hij
hoop dat te dier zake B. en W. niet te
veel aandacht zullen schonken aan hetgeen
de hec I ooses gezegd heeft en dat de
nersoneelsforma'ie spoedig tot stand komt.
In het kader der personeelsformatie moe'en
cck de roodige krachten aangevuld worden.
Spr. komt nu tct de gemeente-fipanciën.
De teleurstelling van 1926 komt in deze be
grooting tot uitingen en daarmede moet
men rekening houden. Het is goed gezien
van B. en W de reserve's aan te spreken,
om niet met een schuld in Groot-Haarlem
te beginnen.
Maar als er geen bijzondere bezuinigin
gen zijn zal het percentage van 1 pCt. ver
hoogd moeten worden. Spr. vraagt naar de
uitkomsten over 1927 en wel wat betreft
de inkomsten van wege de belastingen. Is
het bedrag van 65.000, waarmede de
sluitpost verlaagd is, soms onttrokken aan
den dienst 1927?
Meermalen is door den heer Joosten ge
klaagd dat de financieele commissie den
raad niet voldoende inlicht. Maar alle uit
gaven zijn onder de loupe genomen; de uit
geven bij de bedrijven zijn door de direc
teuren nagegaan, alle uitgaven kunnen reëel
genoemd worden, de crisisleeningen kunnen
het volgende jaar afgelost worden; reke
ning is gehouden met de financieele gevol
gen als gevolg van de annexatie. Met Mei
kan dus rustig beschouwd worden de vast
stelling van het heffingspercentage.
Spr. komt nu tot de door de S.D.A.P.
voorgestelde tarievenverlaging. Onzekerheid
heerscht nog over deze eerste begrooting
van Groot-Haarlem.
Er is een overgangstijdperk en daarom
begrijpt spr. dit voorstel niet. De tarieven
zijn te hoog, maar eerst moeten de resul
taten over 1927 afgewacht worden. Zijn die
gunstig, dan zullen de katholieken ook voor
verlaging zijn. Maar thans kunnen zij daar
toe niet medewerken, omdat eerst de fi
nancieele tcestand gerealiseerd moet zijn.
De heer BOES wijst er op„ dat de begroo
ting is samengesteld zonder dat druk ge
legd is, op de bevolking, zonder schade
van de cultureele belangen der inwoners
en zonder de belangen van het gemeente-
personeel aan te tasten. Daarom begrijpt
spr. het pessimisme der S.D.A.P. niet.
Het ware misschien voorzichtiger ge
weest, den passus weg te laten uit het fi-
nacieele raadsstukje, waarin gespreken
wordt over een percentage van 1 K pCt..
Spr. is overtuigd, dat het belastbaar in
komen meer dan 55 miilioen zal zijn en
dan zal een percentage van IK pCt. vol
doende zijn
Spr. acht het dwaasheid nu tot tarieven-
verlaging over te gaan, omdat er nog nooit
zoo'n onzekere begrooting is geweest als
deze.
Wat de toekomst van Groot-Haarlem be
treft, heel veel heeft hij daarvan niet be
merkt in de begrooting. Met het voorstel
tot instelling van een gemengde commissie
in zake de havenplannen kan spr. mede
gaan. t
Spr. heeft zich afgevraagd, of eenige aan
drang kan uitgeoefend worden op de spoe
diger financieele gelijkstelling tusschen rijk
en gemeenten
Spr. ontkent niet de zedelijke taak der
gemeente maar ziet deze anders dan de
heer Castricum. Hij kent hier geen inrich
tingen, schadelijk voor het zieleheil der in
woners. Maar hij meent, dat B. en W. zoo
weinig mogelijk mseten optreden in deze,
omdat men anders in de hand werkt het
verborgen houden van vermakelijkheden,
welke zeker niet hooger zijn.
De Vrijz. Dem. hebben met genoegen me
degewerkt aan de samenstelling van het
college van B. en W.
De Vrijz. Dem. hebben een andere samen
stelling mogelijk geacht, maar zij hebben
geen samenspreking geweigerd.
Spr. gaat accoord met het antwoord van
den heer Sl'.ngerberg, dat ook goedgekeurd
is door de Vrijz. Dem. kiesvereeniging. De
Vrijzz. Dem. fractie verklaarde zich bereid
tot bespreking, maar meende dat een con
ferentie tusschen S.D.A.P., V.D. en V.B. te
beperkt was, Zij meende, dat alle partijen
uitgenoodigd moesten worden, behalve de
Comm. en Anti-Stemdwangparfij.
Een college van 2 S. D. A. P.'ers, Vrijz-
Dem. en een V. B. kon nooit een homogeen
college zijn, want nu reeds noemt men den
vrijz.-dem. wethouder niet democratisch.
Zelfs de federatie der S. D. A. P. heeft dit
idéé afgekeurd. Hel voorstel was een
dwaasheid. Nog was er een mogelijkheid
dat men ook een zetel aangeboden had aan
de katholieken, maar dan was zeker niet
een katholiek gekozen die tot de demo
craten gerekend wordt.
Met de anti-rev. en chr. hist, is geen sa
menwerking gezocht; de vrijz.dem. fractie
verklaarde zich dleen bereid tot herkiezing
van het zittend college. Zij zou echter nooit
medegewerkt hebben tot niet-herkiezing van
den soc.-dem. wethouder.
De heer MIEZÉRUS wil wel conservatief
geacht worden in dien geest, dat hij het al
gemeen belang beschouwt en niet alleen het
arbeidersbelang. Spr, meent, dat de S. D
A. P. op niet meer dan één wethouders-
eetel recht heeft. Al staat de chr.-hist.-
Iractie thans alleen, zij zou ook nu nog niet
anders haar stem uitbrengen dan op 6 Sep
tember. Spr. meent, dat niet elk jaar de
samenstelling van het college besproken
moet worden. 4 Jaar geleden is spr. ge
vraagd, mede te werken tot een andere sa
menstelling van het college van B. en W
maar daaraan heeft hij niet willen mede
werken.
Spr. gaat de grondpolitiek der gemeente
na en wijst o.m. op den aankoop van grond
van Henneman, waarbij men een kat in den
zak gekocht heeft. Laat men eerst een on
derzoek instellen naar de eigendomspapie
ren.
Spr. vraagt het daarheen te leiden, dat
e belastingen verlaagd kunnen worden. Hij
verklaart zich tegen een progressieve be
lasting als de S. D. A. P. wil.
Spr. meent, dat de gemeente Haarlem een
redelijke winst uit de bedrijven mag halen.
Verder begrijpt hij niet waarom de ge
meente het hoofd niet "buigt voor het rijk
ter verkrijging van de subsidie voor het
middelbaar onderwijs.
Spr. dringt aan op een nieuwe salaris-
regeling voor nieuw aan te stellen gemeen-
tepersoneel.
,De, beer JOOSTEN is van oordeel, dal
als de heer Castricum spreekt over zede
lijke opvoeding van het volk, hij alleen
denkt aan wat zijn partij daaromtrent denkt.
Er zijn menschen, die geen behoefte heb
ben aan een kerk. Als een dominé de men
schen door zijn langdradigheid verveelt, is
dat geen opvoeding. Daartegenover stelt
spr., dat een voorstelling in den schouwburg
een zedelijke strekking kan hebben.
Spr. begrijpt niet, dat op len Kerstdag
de vermakelijkheden gesloten moesten zijn.
hij kan zich indenken, dat veel menschen,
die naar hun opvatting meenen dat Jezus
door Zijn geboorte de menschen van de
zonden kwam verlossen, daarover zoo ver
heugd zijn_ dat zij moeten dansen en zich
mceten vermaken.
Wat de salarieering van gemeenteperso-
neel betreft, een weekloon van 32 is dus
danig, dat men eerst in die positie moet
verkeeren, om te weten, of men dankbaar
moet zijn.
Spr. wijst er op, dat partijgenooten van
den E-.eer Castricum in de betreffende com
missie zich verklaard hebben voor verla
ging van het huishoudtarief bij het electri-
citeitsbedrijf.
Spr. is van oordeel, dal, als men Haarlem's
welvaart wil bevorderen dit op andere
wijze dan tot heden meet geschieden. Fi
nancieel moet Haarlem anders gaan hande
len: „de cost gaat voor de baet uit." De
tot nu toe gevoerde politiek, om de belas
ting te verlagen en in 's Hemelsnaam niet
het 1 K-percentage te verhoogen, leidt tot
stilstand van arbeid.
Er is de laatste 4 jaren 1 miilioen aan
besparingen opgemaakt, de bedrijven brach
ten meer op dan geraamd was, het batig
saldo, waarmede de begrooting 1924 begon,
was 200.000 hooger dan dat van 1928, er
is niet gereserveerd en ondanks dit alles is
de toestand niet verbeterd.
Spr. vraagt zich af, of de gemeente nu
niet meer voor belangrijke tekorten komt tc
staan, reserveeringen niet meer opgemaakt
behoeven te werden, gedaan kan worden
wat gedaan moet worden en of de op te
leggen lasten zoo billijk mogelijk zullen zijn,
Er is volgens spr. een ontvangst van
100.000 in deze begrooting opgenomen,
die er niet is. Er is een saldo over 1926 van
43.000, maar daarvan is in 1927 reeds
100.000 gebruikt. Maar nu is er geen na-
deelig saldo van 57.COO in deze begrooting
opgenomen en dat acht spr. niet juist.
Spr. wijst er op, dat de belasting-op
brengst voor een bepaald deel K minder
opgebracht heeft in 1926 en vraagt, of die
zelfde fout niet voor 1928 gemaakt wordt.
Als spr. aanneemt, dat het kohier 60
miilioen zal bedragen, is de opbrengst
900.000; geraamd is voor klein-Haarlem
reeds 810.000, maar niet aan te geven is
in hoeverre die 90.000 meer dan een ge
volg is van de uitbreiding van Haarlem.
Spr. becijfert, dat de opbrengst van Groot-
Haarlem over 8 maanden in 1927 215.000
moet zijn, zoodat men daar dus 125.000 op
tekort komt.
Spr. maant aan tot voorzichtigheid bij
het aangaan van leeningen, omdat de rente
daarvan maar door de belastingbetalers op
gebracht moeten worden en elke geleende
gulden tot twee gulden wordt.
Spr. breekt hier zijn rede af.
Benoemingen.
Herbenoemd worden tot leden der Plaat
selijke Commissie van Toezicht op het L.O.
mevr, D. v. d BreggenSpillenaar Bi! gen,
dr. A. AE. S. Sluyterman. L. Broekhuizen,
C. Overbeek en E. J. Jonckbloed', terwijl
in de vacature van mevr. M. F. Boes
Smith, die bedankt had, gekoren wordt J.
A. School.
De vergadering wordt geschorst tot
's avonds 8 uur.
Avondvergadering.
Voortgegaan wordt met de behandeling
van de
GEMEENTEBEGROOTING VOOR 1928.
en de daarbij behoorende voorstellen.
De heer JOOSTEN zet zijn algemeene
beschouwingen voort.
Spr. betoogt, dat indertijd aangevoerd is,
dat het percentage van IK gehandhaafd
moest blijven, om de kleine lieden niet te
zwaar te drukken. Spr. is dankbaar voor de
verstrekte gegevens in zake belastinghef
fing en gaat verder na. dat door het te
groote winst nemen uit de bedrijven juist
de „kleine luyden" te zwaar belast worden.
Daarom is de S. D. A. P. tegen te groote
winstneming uit de bedrijvjp. In Haarlem
heft men 100 pCt, op de rijesinkomstenbe-
las ing plu,s een evenredig percentage. Deze
laatste belasting acht spr. onbillijk, omdat
het niet juist is, van elk inkomen eenzelfde
percentage te heffen. Uit het overgelegde
belastingstaa! je blijkt. dat men er
belastingstaatje blijkt, dat men dijoltsSiije
naast elke 100.— belas'ing 42.—
uit de bedrijven haalt; voor Arnhem
zijn die cijfers 100 en 35 en voor Nijmegen
100 en 27. Ook de vergelijking met Amster
dam1 valt ten nadeele van Haarlem uit. Spr
acht Haarlem daarom niet op den goeden
*..roer moet om gegooid worden.
Ook bij de verlaging der personeele be
lasting zijn de „kleine luyden" in bet na
deel geb'even, naar spr. verder betoogt. Hij
concludeert, dat er een te zware belasting
is voor de kleine inkomens.
In 1924 kwamen tegenover elke 100 uit
de„ belasting 26 uit de bedrijven, voor
1928 is dat 36 tegen 100 uit de belas-
tinfi- Spr. gelooft, dat men eigenlijk den
moed mist, 0m te bekennen, dat men de
kleine inkomens te zwaar wil belasten.
De heer WOLZAK: „U moet bewijzen,
dat wij dat willen."
De heer JOOSTEN is van oordeel, dat de
heeren moeten bewijzen, dat de winst uit de
bedrijven nie* zoo zwaar drukt als een pro-
gressieven heffing. Eigenlijk zou de S.D.A.P.
moetan voorstellen, een progressieve be
lasting naar het inkomen te heffen, de
personeele belasting voor de hoogere huur
waarden te verhoogen en de winsten uit de
bedrijven te verminde-en. Doch dergelijke
voors ellen worden toch niet aangenomen;
spr. weet ze'fs niet. of wel iets aangenomen
wordt van de voorstellen der S. D. A. P.
w'l de S. D. A. P. bescheiden din
gen doen in den vorm van een motie, waarin
Z'°'1 u'k-preekt, en spr. dient de
volgende motie in, waarbij de raad, over
wegende, dat het ongewenscht is. om vroe-
f!c.r gemaakte financieele reserve's te ver
minderen; dat het noodig is, de bij de be
groeting geraamde versterking van de fi
nancieele reserves, speciaal die voor de be
drijven, niet te verlagen in de rekening zon
der voorafgaand besluit van den raad; dat
de tmancieele las'en der gemeente door het
systeem van heffingen, zooals dit blijkt uit
de cijters voor de begrooting van 1928, meer
min noodig en bilijk i,s, zijn geleed op de
Ic eine inkomens, besluit B. en W. uit te
r co igen, voor de toekomst zoodanige
mea regelen te nemen en eventueel voor-
1 6 rf1 ®oen< waarbij rekening wordt ge
nu en met het vorenstaand oordeel van
den raad.
^Pr. verdedigt nog u'tvoerig deze motie.
»r- memoreert verder naar door Ged.
s ten na.,r voren gebrachte bezwaren te-
e" "e rekening van 1927. Hij vraagt ter in-
za e leggjng van het betreffende schrijven
va£ Ged. Sla'en.
i-e heer PEPER meent te kunnen consta
teeren, dat van de bij de verkiezingen door
de verschillede partijen gegeven beloften
nle s in deze begrooting verwezenlijkt
wordt. Spr. maakt eenige opmerkingen over
u Ter,ScbiIende poitieke partijen aan de
hand van wat zij bekend gemaakt hebben in
de verkiezingsdagen. Spr. acht vooral de
A, P. misleidend door haar gepub'i-
ceerde illusWies, o.m. van woningen, de
bad- en zvem-inrichting. enz.
wethoudersverkiezing besprekende,
van de producten der bedrijven aan de per
sonen met dergelijke inkomens tegen kost
prijs. De huurprijs der woningen mag 1/7 van
I het inkomen van den huurder niet te boven
j gaan; onderwijs moet kosteloos gegeven
worden.
Spr, zal een aantal moties indienen, waar
in dit alles gevraagd wordt en vraagt ver
der, la'er te behandelen het voorstel in
zake de verbindingen tusschen stad en bui
tenwijken.
Spr. dient dan moties in, waarin gevraagd
wordt, invoering van een progressief belas
tingstelsel, levering tegen kostprijs van
produc en der bedrijven aan daarvoor in
aanmerking komende ingezelenen en invoe
ling van de 45-urige werkweek voor ge
meente-personeel.
De heer WOLZAK gaat allereerst de
mededeeling na van B. en W.. dat bezuini
ging noodig is, om he; percentage van IK
te handhaven.
Na de grensuitbreiding zijn er nog zoo
veel onzekere factoren, welke nog niet een
luist overzicht geven. Daa'om zit er in deze
begrooting ook iets onzekers. Spr. verheugt
er zich over, dat, als deze onzekere fac
toren verdwijnen, B. en W. met ini iatief-
voorstelien zuPen komen. Dat blijkt reeds
uit de verlaging van den sluitpost met
65.0C0.
Spr. gaat verder na, dat de aanval bij
deze begrooting in hoofdzaak gericht is
tegen den wethouder van financiën, en be-
c-itiseeri de door de S. D. A. P. ingediende
voorstel'en tot tarievenverlaging bij de be
drijven. Dat zou de gemeente 100.000 kos
ten. Spr. is van oordeel, dat de S D. A. P..
consequent b'ijvende, ook voorstellen had
moeten indienen, om de uitkeeringen der
bedrijven aan de gemeente te verminde-en,
Spr. wijst er op, dat het geheele col'ege
van B. en W. ve-antwoordeli'k is voor het
financieele beleid en niet alleen de wethou
der var. financiën.
De beer Bruch is democraat maa- zijn
eenige fout is, da', hi? anti-revclutionnair is.
En omdat de heer 'Slingenberg met den
heer Bruch in het college zit. is hij geen
democraat. Wel is er geen homogeniteit in
het college, maar er is toch sprake van col-
lec'ieve verantwoorde'ilkhoid.
Spr. acht de wethouders stuk voor stuk
berekend voor hun taak.
Dat de S. D. A. P. den wethouder van
financiën aanvalt, is te begrijpen, omdat zij
zelf naar de mach' streeft en een leidende
positie in het college wil innemen. Dan zcu
ook die partij winsten uit de bedrijven ne
men en uit de reserves putten.
Verwacht men van een andere belasting
heffing meer geld in het iaatie? Dan zou
men teleurgesteld uitkomen, tenzij men de
belastingschroef wat meer aanzet. Haarlem
slaat, naar spr. meent, een goed figuur.
Iemand met een inkomen va 1000 be
taalt in plaatsen als Amsterdam. Utrecht.
Zaandam, Arnhem 14—15. in Haarlem
13. Bij een inkomen van 2003 wordt in
eerstgenoemde gemeenten 98,40 tot 138
betaald, in Haarem 98.
Spr. gaat de samenstelling van het col
lege van B. en W. na en vraagt, waarom de
G' A. P. s'eun gezocht heeft bij die ver
kiezing bij die partijen, waartegen zij" nu
zooveel bezwaren inbrengt. Een vraag is, of
de rechtsche democraten hun vaandel zul
len verlaten, om samen te werken met de
linksche democ~aten.
Een oproep daartoe, ui gaande vooral van
de sociaal-democraten, zal niet baten, zoo-
ïana de rechterpartijen zich blijven stellen
op het door haar ingencmen principieele
standpunt.
Spr. vraagt zich af, welke hoogere be
ginselen ten grondslag liggen aan werkver
ruiming stichting van 'n buitenschool e.d.
Hoe wil men op die gronden zzz' mwerking
zoeken met de rechtsche groepen?
Spr. juicht de instelling eener gemengde
commissie inzake de havenplannen toe en
verzekert ten slotte aan het college van
B. en W. den steun der rechtsche partijen.
De heer VAN LIEMT merkt op, dat het
geen de heer Castricum gezegd heeft, vol
komen weergeeft, wat in de Katholieke
fractie over deze begrooting leeft.
Spr.^ brengt hulde aan den wethouder van
financiën, die in dezen moeilijken tijd het
beste van de begrooting gemaakt heeft, wat
en van te maken was. Hij hoopt, dat de
cijfers uit zullen komen en zal daarom
niet met voorstellen komen tot afschaffing
van de zakelijke belasting op het bedrijf en
tot verlaging van de haven- en kaaige'den.
Brengt spr. dus hulde aan B. en W. voor
de samenstelling der begrooting, hij kan
dit niet doen voor het geven van antwoor
den ir, de memorie van antwoord,
B. en W. maken er zich met ean Jantje
van Leiden af, ten bewijze waarvan spr. een
enkel antwoord aanhaalt. Zoo klaagt sp-, er
ever, dat ondanks de gegeven beloften,
niets gedaan is voor betere accountancy bij
de bedrijven. Handel en industrie moeten
in de commissie in zake de havenplannen
ve-tegenwoordigd zijn. Dat zal in het voor
deel van de gemeente-financiën zijn. Hel is
jammer, dat eerst nu Haarlem wat te ver
tellen heeft gekregen over de plaats, waar
de los- en laadhaven moet komen.
Spr. wijst verder nog op de urgentie van
de uitvoering der havenplannen en be
spreekt verder de rondgezonden circulaire
aan de ambtenaren in zake corruptie. Hij
acht de rondzending dezer circulaire, zacht
genomen, niet handig. Spr. steunt het denk
beeld Peper, om het autobus-vraagstuk
niet bij de begrooting te behandelen.
Dan gaat spr. na, hoe in de commissie
voor de lichtfabrieken verlaging van het
huishoutarief bij het electriciteitsfcedrijf be-
sproken is. Daar waren ook de beide katho-
I'eke leden dier commissie voor. Wethouder
slingenberg zou de mogelijkheid daarvan
onderzoeken, maar omdat er niets meer van
gehoordw erd, moest geconcludeerd worden,
dat het niet mogelijk is.
Spr. acht het van den heer Gerritsz een
groote vrijmoedigheid en een onjuistheid,
te zeggen dat bij de verkiezingen de recht
sche partijen in stemmenaantal zijn terug
geloopen, terwijl toch ieder weet, dat dit te
zoeken is in het vergroote Haarlem.
De wethoudersverkiezing nagaande, zegt
spr., dat, wat de S.D.A.P. gedaan heeft, voor
haar rekening komt. Het wps haar te doen,
de katholieken uit het college van B. en w!
te weren. Wat heeft de S.D.A.P. zich eigen
lijk voorgesteld met haar laag-bii-de-
grondsche-politiek? Zou zij gemeend" hebben
den heer Slingenberg tot een ander belas
tingstelsel te kunnen brengen of de fede
ratie der S.D.A.P. tot een ander bèlasting-
stelsel te brengen? Niemand die het ge-
looit. Het was alleen er om te doen, de
katholieken buiten het college van B. en W.
te houden. Dat die opzet niet is gelukt.
me!"kt spr. op, dat de S D. A. P. het welbe
wust er 0p aangelegd heeft, de kerkelijke
partijen huiten het college van B. en W. te
•"fjj ëro°te gunst ha-erzijds zou als
vijlden wethouder in het co'lege opgenomen
mogen worden de katholieke mr. Heerkens
thijssen.
Sor. me^nt heel wat misstanden bij de
S. D. A. P. te kunnen constateeren.
Spr. bepleit vrijstelling van belasting voor
inkomens beneden de 2000 en levering
nalda als wethouder "gekozen werd, werd
zijn woningpolitiek hemelhoog verheven,
hoewel deze dezelfde was ais die van spr.
daarvoor. De heer Reinalda liet zich kiezen
zonder urgentie-program. Eerste gemis aan
vastheid van lijn bij de S.D.A.P. In 1923
kwamen er er 11 soc.-dem. raadsleden van
de 35 raadsleden. Toen begon een felle cri
tiek op denzelfden Vrijz.-Dem. wethouder.
De soc.-dem. kwamen toen met een voor
stel tot progressieve belastingheffing. In
1924 zeide de heer Joosten dat wel niet
volstaan zou kunnen worden met de hef-
iing van een percentage van 3. En de
S.D.A.P. stemde daarom tegen de vaststel
ling van dat percentage. Maar in 1925 stem
de die fractie voor een percentage van 2
en later voor IK. Een tweede gemis aan
vastheid van lijn bij de S.D.A.P.-
In Juli 1927 verzette de S.D.A.P. zich
tegen de verlaging van de personeele be
lasting. Maar 14 dagen later kreeg spr. als
een donderslag bij helderen hemel een uit-
noodiging, om over de wethoudersverkie
zing te praten. Was de critiek der S.D.A.P.
op spr. dan niet zoo gemeend? Vond men
hem wel bruikbaar, als er maar soc.-dem.
wethouders naast hem waren voor de stuw
kracht?
Spr. heeft in moeilijke tijden de ambten
van wethouder der volkshuisvesting en la-
ier van financiën uitgeoefend en ^ooit kreeg
hij een woord van waardeering van de
S.D.A.P. En in Juli 1927 kreeg hij een ver
zoek, om mede te helpen de wethouders
Heerkens Thijssen en Bruch weg te wer
ken. Maar dacht men dan dat spr. een ka-
rakterlooze politicus was? In 1919 was het
aantal stemmen, op hem uitgebracht, voor
spr. een verrassing. In 1923 wilde de
S.D.A.P. spr. als wethouder wippen.
Altijd had hij aangenaam samengewerkt
met zijn mede-we'.houders en moest hij nu
in 1927 medegaan met hen, die hem altijd
verguisd en tegengewerkt hadden? 'Spr.
veelde, dat hij zich daartegen verweren
moest. Spr. acht hel een groote po'itieke
fout, dat de S. D. A. P. getracht heeft een
linksch college samen te stellen, bestaande
uit 'eden van V. B. tot S. D. A. P. Kende
zij dan niet de poging der politieke leiders
van S.D.A.P. en V.D., om een andere po
litieke formatie te krijgen?
Bij het bestuur der gemeente weigert spr.
te steunen op de stemmen van Oversteegen
en Peper en zonder hen zou geen meerder
heid te krijgen zijn.
Met algemeene stemmen heeft de Vrijz.-
Dem. kiesvereeniging de houding der Vrijz.-
Dem. fractie goedgekeurd, terwijl in de
soc.-dem. federatie scherpe critiek uitge
oefend is op de houding der S. D. A. P.-
raadsfractie. Da» is nog het eenige lichtpunt
voor spr. in deze zaak.
Spr. breekt hier zijn. rede af.
De vergadering wordt verdaagd tot Don
derdagmiddag half 2.
Mededeelingen aan den raad.
a. ingekomen zijn;
een schrijven van bewoners van de Ged.
Oude Gracht, waarbij zij mededeelen dat
zij sedert langen tijd last ondervinden van
het gedreun der tram en zij verzoeken het
daarheen te leiden, dat de Tramwegmaat
schappij hierin verandering brengt;
Gesteld wordt in handen van B. en W.
ter afdoening;
een verzoekschrift van J. Jonker e.a. om
het daarheen te leiden, dat aan hen wordt
terugbetaald het aan de gemeente Bloemen-
daal gestorte bedrag ad ƒ40, voor het
plaatsen van den watermeter;
Besloten werdt: lo. het besluit van 6
September 1927, No. 15 tot verkoop van
grond aan de Leidsdhe Vaart aan S. L.
Blom en Tj. de Vries zoodarig te wijzigen
dat, inplaats van „met de hc emming daar
op te bouwen zes woonhuizc" c-i 2 winkel
huizen met 2 bovenwoningen" worde gele
zen „met de bestemming daarop te bouwen
4 woonhuizen, 2 winkelhuizen en 2 winkel
huizen met 2 bovenwoningen";
2o. om de huur van bij"raadsbesluit d.d.
;S Juli 19zó, no, 19 verhuurden grond aan
den weg langs de I.ric'rchevaart met in
gang van 1 Januari 1973 over te schrijven
van de wed. W. M. J. van Dooremalen
Van Oorschot op A. J. van der Linden te
Bennebroek.
acht
spr. een zegen voor de gemeente.
Dan komen de
wethouders
aan het woord, allereerst mr. SLINGEN
BERG.
Deze heeft er zich over verwonderd, dat
de S.D.A.P. meent, zoo goed uit den ver
kiezingsstrijd gekomen te zijn. Spr. zal
eerst de vaste lijn der S.D.A.P. sinds 1919
nagaan. In 1919 waren er 33 raadsleden,
waarvan 13 soc.-democraten. Zij wenschlen
toen een democratisch college gegrondvest
op een urgentie-program. De Vrijz.-Dem.
gingen daar in hoofdzaak mee accoord, de
rechtsche partijen wezen het af. Bij de wet
houdersverkiezing in 1919 wed ten slotte
als vierden wethouder de soc.-dem. Nagt-
zaam gekozen, maar deze kreeg geen verlof
van zijn partij, den zetel te aanvaarden. Op
de plaats, waar nu de heer Reinalda zit, ze
telde toen de heer Bomans.
Vanaf October 1919 is de woningoolitiek
van het toenmalige college door de S.D.A.P.
steeds uitgeoefend, maar toen de heer Rei-
Afwijzend prae-advies van de meerderheid
van B. en W.
Thans is verschenen het prae-advies van
B. en W. op het voorstel der S. D. A. P.
om over te gaan tot stichting van een ge
meentelijke hypotheekbank.
B. en W. zetten uiteen, dat het voorstel
twee belangrijke vraagstukken aan de orde
stelt:
1. Bevordering van de uitgifte in erfpacht
van gemeenteweg;
2. De oprichting eener gemeentelijke hy
potheekbank.
Het eerste vraagstuk besprekende, zetten
B. en W. uiteen, dat zij afwijzend daarte
genover staan, omdat van een beheerschen
der grondmarkt geen sprake is en ook de
ügÊ'ng n;et zoo gunstig is, dat men de na-
deelen, die men in het erfpachtstelsel ziet,
maar op den koop toeneemt, om zich toch
in de gemeente te vestigen. Dit alles zou
voor de gemeente slechts nadeelige gevolgen
kunnen hebben.
De bedoeling van de voorstellers is, door
een gemeentelijke hypotheekbank het erf
pachtstelsel algemeen en dwingend voor de
gegadigden naar grond te maken.
B. en W. meenen, dat dit ook niet door
oprichting van een dergelijke hypotheekbank
is te bereiken. Immers, de bezwaren tegen
het erfpachtstelsel zijn niet uitsluitend ge
grond op het niet kunnen verkrijgen van een
hypotheek.
Het beheer van een hypotheekbank ver-
eischt groote kennis van geld- en bankwezen,
beoordeeling van controle op grondwaarde,
bouwprijzen, geregeld toezicht op en taxatie
van de opstallen.
De gemeente zou blijvend beschikbaar
moeten stellen de volle waarde van den
grond, benevens 70 van de waarde der
opstallen. De kapitaalslasten van de ge
meente zouden dan buitengewoon zwaar
drukken.
B. en W. zijn daarom tegen instelling van
een gemeentelijke hypotheekbank, maar
stellen eenige wijzigingen voor in de bepalin
gen van de erioachtsvoorwaarden, waar
door zooveel mogelijk de bezwaren der hy
potheekbanken worden weggenomen.
De minderheid van B. en W., wethouder
Reinalda, is voor stichting van een gemeen
telijke hypotheekbank.
Dinsdag kwam te IJmuiden binnen het
Duitsche stoomschip „Saltmarche", geladen
met erts voor de Hoogovens.
Het schip liet zijn anker vallen, teneinde
te kunnen zwaaien en achteruit in de ha
ven van het Hoogovenbedirijf te stoomen.
Het anker greep echter niet en liep vast
achter de telefoon- en electrische kabels,
welke de verbinding vormen tusschen den
Ncordpier en het fort met den vasten wal.
Het bleek niet mogelijk, het anker te
lichten, waarom besloten werd de zware
ankerketting door te kappen.
Gisteren is de duiker van Drummeien,
van het Bureau Wijsmuller, van 's morgens
10 uur tot s middags 4 uur bezig geweest
met het losmaken u* de kabels van het
zware klepanker, waaraan nog 'n 15 vadem
zware ankerketting was verbonden.