BEHANDELING DER HAARLEMSCHE GEMEENTEBEGROOTING VOOR 1923. Critiek der S. D. A. P. op het financiëeSe beleid vant B. en W. De wethoudersverkiezingen in 1928. De belastingen en de verlaging van tarieven. Een motie der S. D p. P. en communistische voorstellen Het voorstel der S. D. A. P. tot instelling van een gemeentelijke hypotheekbank. Met het anker in de kabels. DE GEMEENTEBEGROOTING. Overgegaan wordt tot de behandeling der gemeentebegrooting voor 1928 en de daarbij behoorende voorstellen. De algemeene beschouwingen. worden geopend door den heer GERRITSZ. Spr. wil eerst een opmerking maken over de wijze van beantwoording doer B. en W. ftde Memorie van Antwoord. Die btr.nt- wcording maakt het, volgens spr., noodig dat de besprekingen langer moeten dure: dan bij een andere wijze van beantwoor ding het geval zou zijn geweest. Hier en daar maken B. en W. er zich met een Jantje van Leiden af, waarbij hij enkele voorbeelden noemt. Spr. komt dan tot de verkiezingen. Er is een nieuw college van B. en W. gekozen en n uacht spr. het gewenscht te be schouwen, of de lijn gevolgd zal worden, zcoals de verkiezingen hebben uitgewe zen, welke gevolgd moet wo-den. E?n van de Haarlemsche bladen heeft afbrekende critiek hierop geleverd en dat acht spr. niet juist. Een ding staat, volgens spr., vast na de algemeene verkiezingen: de rechtsche nar- fijen hebben niet een meerderheid verkre gen, zij vormen en belangrijke minderheid. S.D.A.P. en V.D. verkregen samen ruim 17.000 stemmen, de 3 rechtsche partijen samen 19.000. Met de stemmen van den V. B. komen de S.D.A.P. en V. B. er bovm uil. Spr. becijfert, dat 2/5 van de kiezers rechts gegroepeerd en 3 5 niet rechts. In het college van B. en W. is er even wel een andere samenstelling; het is in meerderheid rechts en klopt dus niet op den uitslag der verkiezingen. 24.000 kiezers zijn in het college van B. en W. vertegen woordigd door 4 personen, en 14.000 kie zers door één. Dat is geen evenredige vertegenwoordiging. De democratische strcoir.ing is, volgens spr-, versterkt, vergeleken bij de verkiezin gen van 1923. De rechtsche partijen zijn relatief terug geloopen en de S.D.A.P. en V.D. relatief vooruitgegaan. Wat gebeurde er onmiddellijk na de ver kiezingen? De S.D.A.P. wendde zich tot de verschillende partijen tot het voeren van besprekingen. De V.B. wilde wel be sprekingen voeren, maar de Vrijz.-Dem. wilden zelfs niet eens praten. En daarom acht spr. de Vrijz.-Dem. de schuldigen, dat er geen democratischer college van B. en W. is, dat er geen andere oriënteering van B. en W. is. Wethouder SLINGENBERG: „Lees u den brief eens voor, die geschreven is." D, heer GERRITSZ: „Wij hebben...." Wethouder SLINGENBERG: den brief verloren." De heer GERRITS2 merkt op, dat de Chr. Hist, fractie de meest conservatieve is in den raad. Ook bij de anti-rev. zijn er 2 stroomingen, bij wethouder Bruch de democratische, bij den heer Wolzak de conservatieve. De heer DE BRAAL; „En waar blijf ik?" De heer GERRITSZ constateert, dat er een rechtsch college van B. en W. is, maar niet kloppend op de samenstelling van den raad. Er wordt onophoudelijk geïnterrumpeerd en de heer GERRITSZ zegt, het den voor zitter niet kwalijk te nemen, dat hij in de ze omstandigheden de orde niet kan hand haven. Spr. rekent den heer Slingenberg niet meer tot de democraten. Eén soc.- dem. in het college van B. en W. acht de S. D. A. P. te weinig. Hij moet zich in alle departementen inwerken. Dat is tech- r'sch onmogelük en reeds daarom moet er een tweede soc.-dem. wethouder komen, rr.ede in verband met den uitslag der ver kiezingen. Bij deze samenstelling van het college kcmt er ook nog wel eens een minderheid, voor. Spr. neemt aan, dat men niet telkens getuigt van een ander inzicht, maar hij zou het toch aangenaam vinden, als dat meer aangeduid werd. Dat mén geen nieuw college wenscht, steunende op de meerderheid van den raad en gaande in democratische richting, be- teekent geen vooruitgang, dus stilstand en stilstaan is achteruit gaan. Belangrijke za ken moesten uit den boezem van den raad komen. De kwestie der verkeersmiddelen is nog niet tot oplossing gebracht. Het gas bedrijf is opgericht, omdat een concession- naris niet voldeed. Men ziet, hoe goed het gemeentebedrijf werkt. Nu moet er in de verkeersmidde len voorzien worden, met den tegenwoordi- gen ccncessionnaris is geen land te bezei len; er moest dus gemeentelijke exploitatie komen en toch wenscht de meerderheid van B. en W. dit niet; zij is reactionnair ge worden. In Rotterdam is het bedrijf van den concessionnaris terug genomen. De heer VAN LIEMT: „Men wil wel een gemengd bedrijf." De heer GERRITSZ heeft niets met „men" te maken, doch wijst slechts op wat B. en W. willen. De heer VAN LIEMT: „U weet, wie „men" is." De heer GERRITSZ wijst op de benoe ming van den ambtenaar bij de beroeps keuze, op de kwestie van de gehuwde on derwijzeres, de oproeping van sollicitanten voor de school tandartsendienst, de benoe ming van een geneeskundige. Dat laatste is heelemaal uit het verslag gelaten, spr. wil niet zeggen, dat het weggewerkt is. De heer KLEIN: „Daar heb ik over ge sproken en besloten is, het er uit te la ten". De heer BIJVOET: „Dan moet u het niet voorstellen, alsof het weggewerkt is." De heer GERRITSZ neemt het woord, „weggewerkt" dan terug. Spr. acht het onjuist, een secretaris van het Burgerlijk Armbestuur te benoemen met de opvattingen van den thans benoem de. Spr. keurt niet goed den aandrang, uit te oe.enen op den commissaris van poli- tie, over benoemingen bij de politie, om daarbij rekening te houden met religieuse opvattingen. Dat staat niet in het verslag. De heer BIJVOET: „Mr. Gerritsz heelt mij letterlijk gedicteerd, wat ik daarover in het verslag moest zetten en dan mag hij er niet van spreken ,dat er iets wegge werkt is." Spr. vindt het een schande, dat Mr. Ger ritsz aldus optreedt. Besloten was, dat 't in de afdeelingen zou blijven. De VOORZITTER acht het ook geen goeden vorm, dat de heer Gerritsen der gelijke zrken dan toch hier in bespreking brengt. Hij had zich dan zijn rechten dienaangaande moeten voorbehouden inde afdeelingen. Dehcer GERRITSZ stelt B. en W. in gebreke inzake de uitvoering van raads besluiten. Spr. acht het noodzakelijk, dat er meer reserve bij de gas- en electriciteitsbedrij- ven komt. Het minst is de S.D.A.P. ontevreden over de woningpolitiek van B. en W„ maar zij is daar niet geheel over voldaan. In sterker mate moet worden voortgegaan met den bouw van arbeiderswoningen en gearbeid voor goedkoopere huren. Wat de toekomstige ontwikkeling van Haarlem betreft, spr. verwondert er zich over, dat deze niet breedvoeriger ter spra ke is gekomen. Een der plaatselijke bladen heeft daar uitvoerig over geschreven en doen schrijven en het is een probleem, dat uitvoerig besproken moet worden. Daarbij deed zich ook de vraag voor, of Haarlem luxe-stad moet worden .Maar dan zijn la ge belastingen noodig en dat gaat i n kos te van sociale voorzieningen. In die rich ting zal dus niet kunnen worden gewerkt. Haarlem kan echter het centrum van Ken- nemerland worden, maar daar zijn aller eerst goede verbindingen voor noodig. Slechts de poovere mededeeling over de havenplannen is alles, wat B. en W. over de ontwikkeling der stad mededeelen. Spr. meent, dat Openbare Werken vol doende in staat is, een havenplan te ont werpen en in te dienen. De wethouder van O. W. zal zich daaromtrent wel kunnen oriënteeren. Van een gemengde commissie vreest spr., dat men meer zal treden in de verschillende belangen der commissie en niet op de belangen der onderscheidene groepen in de commissie vertegenwoordigd, letten, Spr. acht het beter, dat de gemeen te zelf een plan maakt en daarover advies vraagt aan belanghebbenden. De Kamer van Koophandel is voor handel en indus trie en beziet het plan uit dat oogpunt, 'n financieele commissie uit den raad uit fi nancieel oogpunt. B. en W. stellen dan aan de hand van die adviezen het rapport sa men. Dat is ook in het belang der werk loosheidsbestrijding, welke zoo krachtig mogelijk moet zijn. Uitbreiding van pro ductieve werkzaamheden is daartoe noo dig. De millioenen, besteed aan het Noord zeekanaal en de haven van IJmuiden, moe ten benut worden en daartoe dient de bouw van een haven te Haarlem. Haarlem dus industrie-stad, aldus spr., maar Haarlem ook als woonstad. Het noor delijke deel der gemeente had men, in overeenstemming met Schoten, reeds voor de annexatie, als woonplaats geschikt moeten maken. Door niet tijdig voorzien is schade gedaan aan Haarlem als woon plaats. Spr. meent, dat B. en W. te weinig doen; zij laten de zaken slechts voor wat ze zijn. Er moet meer welvaart gebracht worden onder de maatschappelijk minderbedeel den. Er is verbetering te constateeren in de volkshuisvesting en volksgezondheid, misschien het minste op het gebied der ar menzorg. Wij moeten echter vooruit en dit moet met behulp van de gemeentebe drijven. De tarieven der bedrijven moeten omlaag, er moet gewerkt worden voor bevrediging van behoeften, voor zoover dit op het terrein der gemeente ligt en niet aileen op materieel gebied. Spr. bepleit uitbreiding der medezeggenschap in de bedrijven. Dat zou ook kunnen geschieden bij de bouwbedrijven. De gemeente zou dit ten minste kunnen pogen; het gevolg zou zijn een betere woningmarkt. Spr. zal voor vervulling dezer eischen blij ven vechten. De heer LOOSJES noemt het een verras sing, dat de sluitpost der begrooting met 65.000 kon verminderd worden. Voor ver laging van posten verwacht men het initia tief en B. en W. De financieele uitkomsten over de laatste 6 maanden zijn eeniger- mate" bekend. Spr begrijpt wel niets van den invloed, welken dit op de begrooting heeft, maar het voornaamste is, dat de sluit post verminderd is Spr. mist groote daden van B. en W.f de zaken zijn slechts gaande gehouden. Een herziening van de salarissen van het ge- meentepersoneel acht spr. noodzakelijk. Sinds 1924 zijn de Iconen der lagere klas sen ambtenaren met 300 pCt. verhoogd de indexcijfers zijn met 100 pCt. verhoogd. Men kan toch wel te veel loon geven. De hoo- gere ambtenaren zijn met slechts 87 pCt. vooruitgegaan. Spr. noemt de loonen van een hoofdfitter en een helper, bij het water leidingbedrijf; deze zijn resp. 38 en 32. Nu verdient de eerste te weinig of de tweede te veel. Komt er geen herziening dan zal een een initiatief-voorstel uit den raad kemen. De rondgezonden corruptie-circulaire acht spr. onsympathiek en ook vreemd. Indertijd is verklaard, dat er in Haarlem geen cor ruptie was en nu is deze circulaire rondge stuurd, waarvan spr. geen effect verwacht. Met de bedrijvenpolitiek van B. en W. gaat spr. mede. Verder vraagt spr. aanhouding van het voorstel inzake de schoonhidscommissie. De heer CASTRICUM vraagt allereerst, welke perspectieven B. en W. hehben ten aanzien van groo'-Haarlem. Hoe zullen zij de nieuwe gronden exploiteeren? Hoe zal het Zuid-Westelijk deel der stad een goede verbinding krijgen met de binnenstad? In welk stadium zijn thans de onderhandelin gen, dienaangaande met de spoorwegmaat schappij? Ook over den aanleg van nieuwe bruggen en verkeerswegen in het Noord- Oostelijk deel der stad vraagt spr. inlich tingen. Spr. gelooft, dat het Zuid-Westelijk deel der stad luxe-stad kan worden. Getracht moet worden, finantieel-krach- tigen in de gemeente te krijgen en te hou den. Overwogen moet mede worden, we'ke industrie men in Haarlem gaarne wenscht. Het gemeentebestuur moet er op letten, of een industrie een belang of een nadeel voor de gemeente is. Spr. meent, dat de politiek hier achter wege kan blijven, omdat hier de materieele en zede'ijke be'angen der inwoners behar tigd moeten worden. De heer Gerritzs heeft echter de zaak aangesneden en daa-om wil spr er ook iets van zeggen. De Katholieken hebben 2 zetels, de Vrijz.-Dem. 1 zetel cr bij gewonnen en daarom gelooft spr., dal daarmede goedgekeurd is het gevoerde be leid. 'Spr. acht het juist, dat de personeele be'asting verlaagd is. De democratische arbeiders zouden zich meer bij de soc.-dem. moeten aansluiten, volgens den heer Gerritsz. Spr. gelooft, dat de zaak ander9 is. De R. K. Staa'spartij 's glansrijk uit den strijd te voorschijn geko men. Als het e'gens kraakt is het bij de S. D. A. P. Ziet maar naar Koerlen en Am sterdam. Spr. wijst er op dat de S. D. A. P. don heer Slingenberg aangezocht heCit, bespre kingen te voeren over de wethouderszetels. De heer Slingenberg zou dus toch we' teruggekomen zijn.als wethouder, 't Is er om te doen, democratische elementen in den raad te krijgen, Die democra'ische richting moet vertegenwoordigd ziin in het college van B. en W. De christeHiken en vrijz.- dem. hadden de macht, den soc.-dem. wet houder te weren, maar dat hebben zij niet Gedaan, omdat zij meenden, dat ook de soc.-democraten recht hadden op een zetel. Spr. brengt B. en W. dank voor hun werk voer de annexatie. Hij uit den wensch, dat de twee wethou ders, die daarvoor in aanmerking komen, hun particulie-e bedrijf gescheiden zul'en we'en te houden van wat het algemeen be lang allereerst eischt. Spr. acht het vanzelfsprekend, dat de heer Heerkens Thijssen waarnemend bur gemeester is; met ouderdom en traditie moet rekening gehouden werden. Ce verbinding met de bui enwijken eischt snelle voorziening en spr. vraagt, daarmede haast te maken. De gemeente heeft ook te werken voor het geestelijk heil der menschen. Gewaakt moet worden legen ontspanning, schadelijk voor het geestelijk leven der menschen. Spr. hoopt, dat B. en W. voldoende aan dacht zu'len schenken aan die hu:zen, welke niet in het belang der menschheid werk zaam zijn. Spr. is dankbaar, dat de salarissen van het gemeente-perscneel gehandhaafd zijn. Hij hoop dat te dier zake B. en W. niet te veel aandacht zullen schonken aan hetgeen de hec I ooses gezegd heeft en dat de nersoneelsforma'ie spoedig tot stand komt. In het kader der personeelsformatie moe'en cck de roodige krachten aangevuld worden. Spr. komt nu tct de gemeente-fipanciën. De teleurstelling van 1926 komt in deze be grooting tot uitingen en daarmede moet men rekening houden. Het is goed gezien van B. en W de reserve's aan te spreken, om niet met een schuld in Groot-Haarlem te beginnen. Maar als er geen bijzondere bezuinigin gen zijn zal het percentage van 1 pCt. ver hoogd moeten worden. Spr. vraagt naar de uitkomsten over 1927 en wel wat betreft de inkomsten van wege de belastingen. Is het bedrag van 65.000, waarmede de sluitpost verlaagd is, soms onttrokken aan den dienst 1927? Meermalen is door den heer Joosten ge klaagd dat de financieele commissie den raad niet voldoende inlicht. Maar alle uit gaven zijn onder de loupe genomen; de uit geven bij de bedrijven zijn door de direc teuren nagegaan, alle uitgaven kunnen reëel genoemd worden, de crisisleeningen kunnen het volgende jaar afgelost worden; reke ning is gehouden met de financieele gevol gen als gevolg van de annexatie. Met Mei kan dus rustig beschouwd worden de vast stelling van het heffingspercentage. Spr. komt nu tot de door de S.D.A.P. voorgestelde tarievenverlaging. Onzekerheid heerscht nog over deze eerste begrooting van Groot-Haarlem. Er is een overgangstijdperk en daarom begrijpt spr. dit voorstel niet. De tarieven zijn te hoog, maar eerst moeten de resul taten over 1927 afgewacht worden. Zijn die gunstig, dan zullen de katholieken ook voor verlaging zijn. Maar thans kunnen zij daar toe niet medewerken, omdat eerst de fi nancieele tcestand gerealiseerd moet zijn. De heer BOES wijst er op„ dat de begroo ting is samengesteld zonder dat druk ge legd is, op de bevolking, zonder schade van de cultureele belangen der inwoners en zonder de belangen van het gemeente- personeel aan te tasten. Daarom begrijpt spr. het pessimisme der S.D.A.P. niet. Het ware misschien voorzichtiger ge weest, den passus weg te laten uit het fi- nacieele raadsstukje, waarin gespreken wordt over een percentage van 1 K pCt.. Spr. is overtuigd, dat het belastbaar in komen meer dan 55 miilioen zal zijn en dan zal een percentage van IK pCt. vol doende zijn Spr. acht het dwaasheid nu tot tarieven- verlaging over te gaan, omdat er nog nooit zoo'n onzekere begrooting is geweest als deze. Wat de toekomst van Groot-Haarlem be treft, heel veel heeft hij daarvan niet be merkt in de begrooting. Met het voorstel tot instelling van een gemengde commissie in zake de havenplannen kan spr. mede gaan. t Spr. heeft zich afgevraagd, of eenige aan drang kan uitgeoefend worden op de spoe diger financieele gelijkstelling tusschen rijk en gemeenten Spr. ontkent niet de zedelijke taak der gemeente maar ziet deze anders dan de heer Castricum. Hij kent hier geen inrich tingen, schadelijk voor het zieleheil der in woners. Maar hij meent, dat B. en W. zoo weinig mogelijk mseten optreden in deze, omdat men anders in de hand werkt het verborgen houden van vermakelijkheden, welke zeker niet hooger zijn. De Vrijz. Dem. hebben met genoegen me degewerkt aan de samenstelling van het college van B. en W. De Vrijz. Dem. hebben een andere samen stelling mogelijk geacht, maar zij hebben geen samenspreking geweigerd. Spr. gaat accoord met het antwoord van den heer Sl'.ngerberg, dat ook goedgekeurd is door de Vrijz. Dem. kiesvereeniging. De Vrijzz. Dem. fractie verklaarde zich bereid tot bespreking, maar meende dat een con ferentie tusschen S.D.A.P., V.D. en V.B. te beperkt was, Zij meende, dat alle partijen uitgenoodigd moesten worden, behalve de Comm. en Anti-Stemdwangparfij. Een college van 2 S. D. A. P.'ers, Vrijz- Dem. en een V. B. kon nooit een homogeen college zijn, want nu reeds noemt men den vrijz.-dem. wethouder niet democratisch. Zelfs de federatie der S. D. A. P. heeft dit idéé afgekeurd. Hel voorstel was een dwaasheid. Nog was er een mogelijkheid dat men ook een zetel aangeboden had aan de katholieken, maar dan was zeker niet een katholiek gekozen die tot de demo craten gerekend wordt. Met de anti-rev. en chr. hist, is geen sa menwerking gezocht; de vrijz.dem. fractie verklaarde zich dleen bereid tot herkiezing van het zittend college. Zij zou echter nooit medegewerkt hebben tot niet-herkiezing van den soc.-dem. wethouder. De heer MIEZÉRUS wil wel conservatief geacht worden in dien geest, dat hij het al gemeen belang beschouwt en niet alleen het arbeidersbelang. Spr, meent, dat de S. D A. P. op niet meer dan één wethouders- eetel recht heeft. Al staat de chr.-hist.- Iractie thans alleen, zij zou ook nu nog niet anders haar stem uitbrengen dan op 6 Sep tember. Spr. meent, dat niet elk jaar de samenstelling van het college besproken moet worden. 4 Jaar geleden is spr. ge vraagd, mede te werken tot een andere sa menstelling van het college van B. en W maar daaraan heeft hij niet willen mede werken. Spr. gaat de grondpolitiek der gemeente na en wijst o.m. op den aankoop van grond van Henneman, waarbij men een kat in den zak gekocht heeft. Laat men eerst een on derzoek instellen naar de eigendomspapie ren. Spr. vraagt het daarheen te leiden, dat e belastingen verlaagd kunnen worden. Hij verklaart zich tegen een progressieve be lasting als de S. D. A. P. wil. Spr. meent, dat de gemeente Haarlem een redelijke winst uit de bedrijven mag halen. Verder begrijpt hij niet waarom de ge meente het hoofd niet "buigt voor het rijk ter verkrijging van de subsidie voor het middelbaar onderwijs. Spr. dringt aan op een nieuwe salaris- regeling voor nieuw aan te stellen gemeen- tepersoneel. ,De, beer JOOSTEN is van oordeel, dal als de heer Castricum spreekt over zede lijke opvoeding van het volk, hij alleen denkt aan wat zijn partij daaromtrent denkt. Er zijn menschen, die geen behoefte heb ben aan een kerk. Als een dominé de men schen door zijn langdradigheid verveelt, is dat geen opvoeding. Daartegenover stelt spr., dat een voorstelling in den schouwburg een zedelijke strekking kan hebben. Spr. begrijpt niet, dat op len Kerstdag de vermakelijkheden gesloten moesten zijn. hij kan zich indenken, dat veel menschen, die naar hun opvatting meenen dat Jezus door Zijn geboorte de menschen van de zonden kwam verlossen, daarover zoo ver heugd zijn_ dat zij moeten dansen en zich mceten vermaken. Wat de salarieering van gemeenteperso- neel betreft, een weekloon van 32 is dus danig, dat men eerst in die positie moet verkeeren, om te weten, of men dankbaar moet zijn. Spr. wijst er op, dat partijgenooten van den E-.eer Castricum in de betreffende com missie zich verklaard hebben voor verla ging van het huishoudtarief bij het electri- citeitsbedrijf. Spr. is van oordeel, dal, als men Haarlem's welvaart wil bevorderen dit op andere wijze dan tot heden meet geschieden. Fi nancieel moet Haarlem anders gaan hande len: „de cost gaat voor de baet uit." De tot nu toe gevoerde politiek, om de belas ting te verlagen en in 's Hemelsnaam niet het 1 K-percentage te verhoogen, leidt tot stilstand van arbeid. Er is de laatste 4 jaren 1 miilioen aan besparingen opgemaakt, de bedrijven brach ten meer op dan geraamd was, het batig saldo, waarmede de begrooting 1924 begon, was 200.000 hooger dan dat van 1928, er is niet gereserveerd en ondanks dit alles is de toestand niet verbeterd. Spr. vraagt zich af, of de gemeente nu niet meer voor belangrijke tekorten komt tc staan, reserveeringen niet meer opgemaakt behoeven te werden, gedaan kan worden wat gedaan moet worden en of de op te leggen lasten zoo billijk mogelijk zullen zijn, Er is volgens spr. een ontvangst van 100.000 in deze begrooting opgenomen, die er niet is. Er is een saldo over 1926 van 43.000, maar daarvan is in 1927 reeds 100.000 gebruikt. Maar nu is er geen na- deelig saldo van 57.COO in deze begrooting opgenomen en dat acht spr. niet juist. Spr. wijst er op, dat de belasting-op brengst voor een bepaald deel K minder opgebracht heeft in 1926 en vraagt, of die zelfde fout niet voor 1928 gemaakt wordt. Als spr. aanneemt, dat het kohier 60 miilioen zal bedragen, is de opbrengst 900.000; geraamd is voor klein-Haarlem reeds 810.000, maar niet aan te geven is in hoeverre die 90.000 meer dan een ge volg is van de uitbreiding van Haarlem. Spr. becijfert, dat de opbrengst van Groot- Haarlem over 8 maanden in 1927 215.000 moet zijn, zoodat men daar dus 125.000 op tekort komt. Spr. maant aan tot voorzichtigheid bij het aangaan van leeningen, omdat de rente daarvan maar door de belastingbetalers op gebracht moeten worden en elke geleende gulden tot twee gulden wordt. Spr. breekt hier zijn rede af. Benoemingen. Herbenoemd worden tot leden der Plaat selijke Commissie van Toezicht op het L.O. mevr, D. v. d BreggenSpillenaar Bi! gen, dr. A. AE. S. Sluyterman. L. Broekhuizen, C. Overbeek en E. J. Jonckbloed', terwijl in de vacature van mevr. M. F. Boes Smith, die bedankt had, gekoren wordt J. A. School. De vergadering wordt geschorst tot 's avonds 8 uur. Avondvergadering. Voortgegaan wordt met de behandeling van de GEMEENTEBEGROOTING VOOR 1928. en de daarbij behoorende voorstellen. De heer JOOSTEN zet zijn algemeene beschouwingen voort. Spr. betoogt, dat indertijd aangevoerd is, dat het percentage van IK gehandhaafd moest blijven, om de kleine lieden niet te zwaar te drukken. Spr. is dankbaar voor de verstrekte gegevens in zake belastinghef fing en gaat verder na. dat door het te groote winst nemen uit de bedrijven juist de „kleine luyden" te zwaar belast worden. Daarom is de S. D. A. P. tegen te groote winstneming uit de bedrijvjp. In Haarlem heft men 100 pCt, op de rijesinkomstenbe- las ing plu,s een evenredig percentage. Deze laatste belasting acht spr. onbillijk, omdat het niet juist is, van elk inkomen eenzelfde percentage te heffen. Uit het overgelegde belastingstaa! je blijkt. dat men er belastingstaatje blijkt, dat men dijoltsSiije naast elke 100.— belas'ing 42.— uit de bedrijven haalt; voor Arnhem zijn die cijfers 100 en 35 en voor Nijmegen 100 en 27. Ook de vergelijking met Amster dam1 valt ten nadeele van Haarlem uit. Spr acht Haarlem daarom niet op den goeden *..roer moet om gegooid worden. Ook bij de verlaging der personeele be lasting zijn de „kleine luyden" in bet na deel geb'even, naar spr. verder betoogt. Hij concludeert, dat er een te zware belasting is voor de kleine inkomens. In 1924 kwamen tegenover elke 100 uit de„ belasting 26 uit de bedrijven, voor 1928 is dat 36 tegen 100 uit de belas- tinfi- Spr. gelooft, dat men eigenlijk den moed mist, 0m te bekennen, dat men de kleine inkomens te zwaar wil belasten. De heer WOLZAK: „U moet bewijzen, dat wij dat willen." De heer JOOSTEN is van oordeel, dat de heeren moeten bewijzen, dat de winst uit de bedrijven nie* zoo zwaar drukt als een pro- gressieven heffing. Eigenlijk zou de S.D.A.P. moetan voorstellen, een progressieve be lasting naar het inkomen te heffen, de personeele belasting voor de hoogere huur waarden te verhoogen en de winsten uit de bedrijven te verminde-en. Doch dergelijke voors ellen worden toch niet aangenomen; spr. weet ze'fs niet. of wel iets aangenomen wordt van de voorstellen der S. D. A. P. w'l de S. D. A. P. bescheiden din gen doen in den vorm van een motie, waarin Z'°'1 u'k-preekt, en spr. dient de volgende motie in, waarbij de raad, over wegende, dat het ongewenscht is. om vroe- f!c.r gemaakte financieele reserve's te ver minderen; dat het noodig is, de bij de be groeting geraamde versterking van de fi nancieele reserves, speciaal die voor de be drijven, niet te verlagen in de rekening zon der voorafgaand besluit van den raad; dat de tmancieele las'en der gemeente door het systeem van heffingen, zooals dit blijkt uit de cijters voor de begrooting van 1928, meer min noodig en bilijk i,s, zijn geleed op de Ic eine inkomens, besluit B. en W. uit te r co igen, voor de toekomst zoodanige mea regelen te nemen en eventueel voor- 1 6 rf1 ®oen< waarbij rekening wordt ge nu en met het vorenstaand oordeel van den raad. ^Pr. verdedigt nog u'tvoerig deze motie. »r- memoreert verder naar door Ged. s ten na.,r voren gebrachte bezwaren te- e" "e rekening van 1927. Hij vraagt ter in- za e leggjng van het betreffende schrijven va£ Ged. Sla'en. i-e heer PEPER meent te kunnen consta teeren, dat van de bij de verkiezingen door de verschillede partijen gegeven beloften nle s in deze begrooting verwezenlijkt wordt. Spr. maakt eenige opmerkingen over u Ter,ScbiIende poitieke partijen aan de hand van wat zij bekend gemaakt hebben in de verkiezingsdagen. Spr. acht vooral de A, P. misleidend door haar gepub'i- ceerde illusWies, o.m. van woningen, de bad- en zvem-inrichting. enz. wethoudersverkiezing besprekende, van de producten der bedrijven aan de per sonen met dergelijke inkomens tegen kost prijs. De huurprijs der woningen mag 1/7 van I het inkomen van den huurder niet te boven j gaan; onderwijs moet kosteloos gegeven worden. Spr, zal een aantal moties indienen, waar in dit alles gevraagd wordt en vraagt ver der, la'er te behandelen het voorstel in zake de verbindingen tusschen stad en bui tenwijken. Spr. dient dan moties in, waarin gevraagd wordt, invoering van een progressief belas tingstelsel, levering tegen kostprijs van produc en der bedrijven aan daarvoor in aanmerking komende ingezelenen en invoe ling van de 45-urige werkweek voor ge meente-personeel. De heer WOLZAK gaat allereerst de mededeeling na van B. en W.. dat bezuini ging noodig is, om he; percentage van IK te handhaven. Na de grensuitbreiding zijn er nog zoo veel onzekere factoren, welke nog niet een luist overzicht geven. Daa'om zit er in deze begrooting ook iets onzekers. Spr. verheugt er zich over, dat, als deze onzekere fac toren verdwijnen, B. en W. met ini iatief- voorstelien zuPen komen. Dat blijkt reeds uit de verlaging van den sluitpost met 65.0C0. Spr. gaat verder na, dat de aanval bij deze begrooting in hoofdzaak gericht is tegen den wethouder van financiën, en be- c-itiseeri de door de S. D. A. P. ingediende voorstel'en tot tarievenverlaging bij de be drijven. Dat zou de gemeente 100.000 kos ten. Spr. is van oordeel, dat de S D. A. P.. consequent b'ijvende, ook voorstellen had moeten indienen, om de uitkeeringen der bedrijven aan de gemeente te verminde-en, Spr. wijst er op, dat het geheele col'ege van B. en W. ve-antwoordeli'k is voor het financieele beleid en niet alleen de wethou der var. financiën. De beer Bruch is democraat maa- zijn eenige fout is, da', hi? anti-revclutionnair is. En omdat de heer 'Slingenberg met den heer Bruch in het college zit. is hij geen democraat. Wel is er geen homogeniteit in het college, maar er is toch sprake van col- lec'ieve verantwoorde'ilkhoid. Spr. acht de wethouders stuk voor stuk berekend voor hun taak. Dat de S. D. A. P. den wethouder van financiën aanvalt, is te begrijpen, omdat zij zelf naar de mach' streeft en een leidende positie in het college wil innemen. Dan zcu ook die partij winsten uit de bedrijven ne men en uit de reserves putten. Verwacht men van een andere belasting heffing meer geld in het iaatie? Dan zou men teleurgesteld uitkomen, tenzij men de belastingschroef wat meer aanzet. Haarlem slaat, naar spr. meent, een goed figuur. Iemand met een inkomen va 1000 be taalt in plaatsen als Amsterdam. Utrecht. Zaandam, Arnhem 14—15. in Haarlem 13. Bij een inkomen van 2003 wordt in eerstgenoemde gemeenten 98,40 tot 138 betaald, in Haarem 98. Spr. gaat de samenstelling van het col lege van B. en W. na en vraagt, waarom de G' A. P. s'eun gezocht heeft bij die ver kiezing bij die partijen, waartegen zij" nu zooveel bezwaren inbrengt. Een vraag is, of de rechtsche democraten hun vaandel zul len verlaten, om samen te werken met de linksche democ~aten. Een oproep daartoe, ui gaande vooral van de sociaal-democraten, zal niet baten, zoo- ïana de rechterpartijen zich blijven stellen op het door haar ingencmen principieele standpunt. Spr. vraagt zich af, welke hoogere be ginselen ten grondslag liggen aan werkver ruiming stichting van 'n buitenschool e.d. Hoe wil men op die gronden zzz' mwerking zoeken met de rechtsche groepen? Spr. juicht de instelling eener gemengde commissie inzake de havenplannen toe en verzekert ten slotte aan het college van B. en W. den steun der rechtsche partijen. De heer VAN LIEMT merkt op, dat het geen de heer Castricum gezegd heeft, vol komen weergeeft, wat in de Katholieke fractie over deze begrooting leeft. Spr.^ brengt hulde aan den wethouder van financiën, die in dezen moeilijken tijd het beste van de begrooting gemaakt heeft, wat en van te maken was. Hij hoopt, dat de cijfers uit zullen komen en zal daarom niet met voorstellen komen tot afschaffing van de zakelijke belasting op het bedrijf en tot verlaging van de haven- en kaaige'den. Brengt spr. dus hulde aan B. en W. voor de samenstelling der begrooting, hij kan dit niet doen voor het geven van antwoor den ir, de memorie van antwoord, B. en W. maken er zich met ean Jantje van Leiden af, ten bewijze waarvan spr. een enkel antwoord aanhaalt. Zoo klaagt sp-, er ever, dat ondanks de gegeven beloften, niets gedaan is voor betere accountancy bij de bedrijven. Handel en industrie moeten in de commissie in zake de havenplannen ve-tegenwoordigd zijn. Dat zal in het voor deel van de gemeente-financiën zijn. Hel is jammer, dat eerst nu Haarlem wat te ver tellen heeft gekregen over de plaats, waar de los- en laadhaven moet komen. Spr. wijst verder nog op de urgentie van de uitvoering der havenplannen en be spreekt verder de rondgezonden circulaire aan de ambtenaren in zake corruptie. Hij acht de rondzending dezer circulaire, zacht genomen, niet handig. Spr. steunt het denk beeld Peper, om het autobus-vraagstuk niet bij de begrooting te behandelen. Dan gaat spr. na, hoe in de commissie voor de lichtfabrieken verlaging van het huishoutarief bij het electriciteitsfcedrijf be- sproken is. Daar waren ook de beide katho- I'eke leden dier commissie voor. Wethouder slingenberg zou de mogelijkheid daarvan onderzoeken, maar omdat er niets meer van gehoordw erd, moest geconcludeerd worden, dat het niet mogelijk is. Spr. acht het van den heer Gerritsz een groote vrijmoedigheid en een onjuistheid, te zeggen dat bij de verkiezingen de recht sche partijen in stemmenaantal zijn terug geloopen, terwijl toch ieder weet, dat dit te zoeken is in het vergroote Haarlem. De wethoudersverkiezing nagaande, zegt spr., dat, wat de S.D.A.P. gedaan heeft, voor haar rekening komt. Het wps haar te doen, de katholieken uit het college van B. en w! te weren. Wat heeft de S.D.A.P. zich eigen lijk voorgesteld met haar laag-bii-de- grondsche-politiek? Zou zij gemeend" hebben den heer Slingenberg tot een ander belas tingstelsel te kunnen brengen of de fede ratie der S.D.A.P. tot een ander bèlasting- stelsel te brengen? Niemand die het ge- looit. Het was alleen er om te doen, de katholieken buiten het college van B. en W. te houden. Dat die opzet niet is gelukt. me!"kt spr. op, dat de S D. A. P. het welbe wust er 0p aangelegd heeft, de kerkelijke partijen huiten het college van B. en W. te •"fjj ëro°te gunst ha-erzijds zou als vijlden wethouder in het co'lege opgenomen mogen worden de katholieke mr. Heerkens thijssen. Sor. me^nt heel wat misstanden bij de S. D. A. P. te kunnen constateeren. Spr. bepleit vrijstelling van belasting voor inkomens beneden de 2000 en levering nalda als wethouder "gekozen werd, werd zijn woningpolitiek hemelhoog verheven, hoewel deze dezelfde was ais die van spr. daarvoor. De heer Reinalda liet zich kiezen zonder urgentie-program. Eerste gemis aan vastheid van lijn bij de S.D.A.P. In 1923 kwamen er er 11 soc.-dem. raadsleden van de 35 raadsleden. Toen begon een felle cri tiek op denzelfden Vrijz.-Dem. wethouder. De soc.-dem. kwamen toen met een voor stel tot progressieve belastingheffing. In 1924 zeide de heer Joosten dat wel niet volstaan zou kunnen worden met de hef- iing van een percentage van 3. En de S.D.A.P. stemde daarom tegen de vaststel ling van dat percentage. Maar in 1925 stem de die fractie voor een percentage van 2 en later voor IK. Een tweede gemis aan vastheid van lijn bij de S.D.A.P.- In Juli 1927 verzette de S.D.A.P. zich tegen de verlaging van de personeele be lasting. Maar 14 dagen later kreeg spr. als een donderslag bij helderen hemel een uit- noodiging, om over de wethoudersverkie zing te praten. Was de critiek der S.D.A.P. op spr. dan niet zoo gemeend? Vond men hem wel bruikbaar, als er maar soc.-dem. wethouders naast hem waren voor de stuw kracht? Spr. heeft in moeilijke tijden de ambten van wethouder der volkshuisvesting en la- ier van financiën uitgeoefend en ^ooit kreeg hij een woord van waardeering van de S.D.A.P. En in Juli 1927 kreeg hij een ver zoek, om mede te helpen de wethouders Heerkens Thijssen en Bruch weg te wer ken. Maar dacht men dan dat spr. een ka- rakterlooze politicus was? In 1919 was het aantal stemmen, op hem uitgebracht, voor spr. een verrassing. In 1923 wilde de S.D.A.P. spr. als wethouder wippen. Altijd had hij aangenaam samengewerkt met zijn mede-we'.houders en moest hij nu in 1927 medegaan met hen, die hem altijd verguisd en tegengewerkt hadden? 'Spr. veelde, dat hij zich daartegen verweren moest. Spr. acht hel een groote po'itieke fout, dat de S. D. A. P. getracht heeft een linksch college samen te stellen, bestaande uit 'eden van V. B. tot S. D. A. P. Kende zij dan niet de poging der politieke leiders van S.D.A.P. en V.D., om een andere po litieke formatie te krijgen? Bij het bestuur der gemeente weigert spr. te steunen op de stemmen van Oversteegen en Peper en zonder hen zou geen meerder heid te krijgen zijn. Met algemeene stemmen heeft de Vrijz.- Dem. kiesvereeniging de houding der Vrijz.- Dem. fractie goedgekeurd, terwijl in de soc.-dem. federatie scherpe critiek uitge oefend is op de houding der S. D. A. P.- raadsfractie. Da» is nog het eenige lichtpunt voor spr. in deze zaak. Spr. breekt hier zijn. rede af. De vergadering wordt verdaagd tot Don derdagmiddag half 2. Mededeelingen aan den raad. a. ingekomen zijn; een schrijven van bewoners van de Ged. Oude Gracht, waarbij zij mededeelen dat zij sedert langen tijd last ondervinden van het gedreun der tram en zij verzoeken het daarheen te leiden, dat de Tramwegmaat schappij hierin verandering brengt; Gesteld wordt in handen van B. en W. ter afdoening; een verzoekschrift van J. Jonker e.a. om het daarheen te leiden, dat aan hen wordt terugbetaald het aan de gemeente Bloemen- daal gestorte bedrag ad ƒ40, voor het plaatsen van den watermeter; Besloten werdt: lo. het besluit van 6 September 1927, No. 15 tot verkoop van grond aan de Leidsdhe Vaart aan S. L. Blom en Tj. de Vries zoodarig te wijzigen dat, inplaats van „met de hc emming daar op te bouwen zes woonhuizc" c-i 2 winkel huizen met 2 bovenwoningen" worde gele zen „met de bestemming daarop te bouwen 4 woonhuizen, 2 winkelhuizen en 2 winkel huizen met 2 bovenwoningen"; 2o. om de huur van bij"raadsbesluit d.d. ;S Juli 19zó, no, 19 verhuurden grond aan den weg langs de I.ric'rchevaart met in gang van 1 Januari 1973 over te schrijven van de wed. W. M. J. van Dooremalen Van Oorschot op A. J. van der Linden te Bennebroek. acht spr. een zegen voor de gemeente. Dan komen de wethouders aan het woord, allereerst mr. SLINGEN BERG. Deze heeft er zich over verwonderd, dat de S.D.A.P. meent, zoo goed uit den ver kiezingsstrijd gekomen te zijn. Spr. zal eerst de vaste lijn der S.D.A.P. sinds 1919 nagaan. In 1919 waren er 33 raadsleden, waarvan 13 soc.-democraten. Zij wenschlen toen een democratisch college gegrondvest op een urgentie-program. De Vrijz.-Dem. gingen daar in hoofdzaak mee accoord, de rechtsche partijen wezen het af. Bij de wet houdersverkiezing in 1919 wed ten slotte als vierden wethouder de soc.-dem. Nagt- zaam gekozen, maar deze kreeg geen verlof van zijn partij, den zetel te aanvaarden. Op de plaats, waar nu de heer Reinalda zit, ze telde toen de heer Bomans. Vanaf October 1919 is de woningoolitiek van het toenmalige college door de S.D.A.P. steeds uitgeoefend, maar toen de heer Rei- Afwijzend prae-advies van de meerderheid van B. en W. Thans is verschenen het prae-advies van B. en W. op het voorstel der S. D. A. P. om over te gaan tot stichting van een ge meentelijke hypotheekbank. B. en W. zetten uiteen, dat het voorstel twee belangrijke vraagstukken aan de orde stelt: 1. Bevordering van de uitgifte in erfpacht van gemeenteweg; 2. De oprichting eener gemeentelijke hy potheekbank. Het eerste vraagstuk besprekende, zetten B. en W. uiteen, dat zij afwijzend daarte genover staan, omdat van een beheerschen der grondmarkt geen sprake is en ook de ügÊ'ng n;et zoo gunstig is, dat men de na- deelen, die men in het erfpachtstelsel ziet, maar op den koop toeneemt, om zich toch in de gemeente te vestigen. Dit alles zou voor de gemeente slechts nadeelige gevolgen kunnen hebben. De bedoeling van de voorstellers is, door een gemeentelijke hypotheekbank het erf pachtstelsel algemeen en dwingend voor de gegadigden naar grond te maken. B. en W. meenen, dat dit ook niet door oprichting van een dergelijke hypotheekbank is te bereiken. Immers, de bezwaren tegen het erfpachtstelsel zijn niet uitsluitend ge grond op het niet kunnen verkrijgen van een hypotheek. Het beheer van een hypotheekbank ver- eischt groote kennis van geld- en bankwezen, beoordeeling van controle op grondwaarde, bouwprijzen, geregeld toezicht op en taxatie van de opstallen. De gemeente zou blijvend beschikbaar moeten stellen de volle waarde van den grond, benevens 70 van de waarde der opstallen. De kapitaalslasten van de ge meente zouden dan buitengewoon zwaar drukken. B. en W. zijn daarom tegen instelling van een gemeentelijke hypotheekbank, maar stellen eenige wijzigingen voor in de bepalin gen van de erioachtsvoorwaarden, waar door zooveel mogelijk de bezwaren der hy potheekbanken worden weggenomen. De minderheid van B. en W., wethouder Reinalda, is voor stichting van een gemeen telijke hypotheekbank. Dinsdag kwam te IJmuiden binnen het Duitsche stoomschip „Saltmarche", geladen met erts voor de Hoogovens. Het schip liet zijn anker vallen, teneinde te kunnen zwaaien en achteruit in de ha ven van het Hoogovenbedirijf te stoomen. Het anker greep echter niet en liep vast achter de telefoon- en electrische kabels, welke de verbinding vormen tusschen den Ncordpier en het fort met den vasten wal. Het bleek niet mogelijk, het anker te lichten, waarom besloten werd de zware ankerketting door te kappen. Gisteren is de duiker van Drummeien, van het Bureau Wijsmuller, van 's morgens 10 uur tot s middags 4 uur bezig geweest met het losmaken u* de kabels van het zware klepanker, waaraan nog 'n 15 vadem zware ankerketting was verbonden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 8