ONZE VROUWENRUBRIEK
KIM
GK
i
1
1
AaMT)
m
s
ZAKELIJKHEID.
SMOCKWERK.
Patronen naar Maat.
MANTELCOSTUUMPJES.
IJDELHEID DER IJDELHEDEN.
KINDEREN EN MUZIEK.
ZIEKENVERPLEGING IN HUIS.
RECEPTEN.
HANSOPJE VOOR JONGENS VAN
5—6 JAAR.
■'HM'-HiiiÊÊti
ui...
_-//
Overname ail deze rubriek zonde' schriftelijke toestemming verboden.
Waneer we er precies den smaak van
hebben beetgekregsn, is niet met zeker
heid te zeggen. Misschien in den eersten
opgewonden voorvechterstijd van harts
tochtelijke verontwaardiging over de
mannelijke minachting voor ons gebrek
aan consequentie en redeneerkunst. We
zouden toen eens even laten zien, wat we
op dat gebied toch maar wisten te pres-
teeren, wanneer we werkelijk onverzet
telijk wilden. En diegenen onder ons,
die daar 't best in slaagden, maakten
zich met hun uitgedroogde wetenschap
pelijkheid of kattige handelskennis tot
akelige caricaturen van hun imposant
ideaal. Ik voor mij heb de gedachte
nooit van me af kunnen zetten, dat aan
al dat gedoe van zulke zoogenaamde
mannenhaatsters onbewust 'n naïeve en
niet al te snuggere poging tot behagen
ten grondslag lag, en dat heel de hoog
bejubelde vrijheidsoorlog en ontworste
ling aan de voogdij van het tyrannieke
sterke geslacht voor 'n goed deel ge
leid werd door den onvervalscht-vrou-
welijken wensch, op 'n heel nieuwe en
nooit vertoonde manier de aandacht te
trekken, indruk te maken en bewonde
ring af te dwingenl Zooals ik al zei, 'n
beetje naïef en niet al te menschkun-
dig. Want 't vertwijfeld zuchten van de
heeren der schepping over onze onbruik
baarheid in zaken is van oudsher altijd
erg goedaardig geweest, en deze leemte
in onzen aanleg is hun eer een bron
van gemoedelijk vermaak dan 'n ernstig
beletsel voor waardeering. Wat hen in
ons aantrekt en verteedert, is niet de
overeenkomst met hen zelf, maar juist
de tegenstellingen (en we kunnen 't
rustig aan hen overlaten, alle zwakheid-
jes reeds als zoodanig bij de tegenstel
lingen in te deelen!)
't Is dan ook een fiasco geworden,
al die gewichtig-doenerij. De beminne
lijke mannelijke inconsequentie bleek er
allesbehalve van gecharmeerd, nog min
der dan van het vroegere gansjes-ge
slacht. En we waren oprecht en pijnlijk
verbaasd. Zelfs ons verbeten, aan haat
grenzend streven naar zelfbestuur bracht
de „onmenschen" niet 't minst in be
roering, en dat was wel de ergste tegen
valler. We waren zelf door alle eeuwen
heen gewend, vrouwenhaters met alle
blijken van verrukking en heftige be
langstelling tegemoet te komen, maar
omgekeerd bleek de ontvangst veel min
der enthousiast te zijn. Een mannen-
haatster laat men met 'n soort van
meesmuilend ontzag aan 'r lot overl
Nu vinden wij zelf de vogelverschrik-
sters uit deze periode belachelijker dan
den meest sarcastischen mannelijken tijd
genoot. Maar de gerijpte vrucht van al
dat gekrijt en oogengebliksem, geëisch
en gedemonstreer: de meerdere zelf
standigheid en "t hooger aanzien van de
vrouw in wetenschappelijke en zaken-
kringen, plukken we met al de beza
digde behaaglijkheid van menschen, die
ergens eerlijk, maar zonder moeite aan
komen. Dit is er toch wel uit dien tijd
overgebleven, en zóó zijn de vooruit
strevende en conservatieve denkwijzen
tegenwoordig in evenwicht gekomen,
dat ons modern ideaal is: zakelijk en
vlot, en toch vrouwelijk te zijn. Het prijs
geven van onze innerlijke en uiterlijke
vrouwelijkheid hebben we als een fout
leeren inzien, maar over 'n gebrek aan
helder inzicht en redeneerkunst zouden
we ons nu toch bijna even diep scha
men als over 'n vormlooze jurk vol
vlekken of 'n paar afgetrapte schoenen.
Zooveel is er toch wel blijven hangen
van de vrouwelijke eerzuaht-epidemie.
En de mannen hebben zich óók aan
gepast aan de eenmaal tot rust geko
men nieuwe opvattingen, die in hun
tegenwoordigen vorm wel blijvend be
loven te zijn. De lieve, domme vrouw
is voor eeuwig en altijd uit de mode ge
werkt, en zal er nooit meer inkomen,
ook zelfs niet al» reactie op een tijd
perk van savantes! En de woorden van
waardeering, die ze nu gewillig en zelfs
geestdriftig overhebben voor de knap
pe, vlotte, succesvolle studentjes en
veelzijdig actieve jonge vrouwen, knoo-
pen we ijverig in onze ooren en ver
geten daarbij soms wéér de eenig nood
zakelijke voorwaarde voor die waar
deering: een onverwrongen vrouwelijk
heid; vergeten, hoe belachelijk en on
sympathiek onze voorgangsters waren in
dat korte tijdperk, toen haar dat ééne
ontbrak. En zoo zou soms hier en daar
één van ons nog weer eens dezelfde
fout begaan, die onze tantes en oud
tantes indertijd „gezamenlijk en in ver-
eeniging" begingen.
Uiterlijk is er weinig gevaar voor.
Iedere pientere vrouw, zelfs al heeft ze
nog zoo'n druk leven,_ strijkt genoeg op
uit tijdschriften, foto's en gesprekken,
om het steeds scherper omlijnd vrouwe
lijk ideaal van den nieuwsten tijd te
leeren kennen: een uitstekend ver
zorgd uiterlijk, smaakvolle, beschaafde
harmonie in kleeding, en dat niet alleen
buiten, maar ook tijdens haar werktijd.
Afet de zeldzame energie, die het aan
genaam bewustzijn van eigen veelzijdig
heid haar kan bijbrengen, verwisselt ze
haar practische, aantrekkelijke werk
plunje, om 'n vermoeienden dag met
onverminderd goed humeur te gaan
beëindigen in schouwburg of dancing
altijd even vlot en verzorgd. Neen, 't
gevaar voor fouten ligt meer innerlijk!
'n Man stelt er een eer in, in zijn
werkuren zooveel mogelijk te prestee-
ren en zich met uitsluiting van al 't
andere te concentreeren op zijn bezig
heden; maar met evenveel animo schudt
hij ze krachtig van zich af, begeerig alle
problemen te vergeten, 'n gewoon hui
selijk mensch te zijn en over allerlei
onderwerpen te praten behalve juist z'n
zaken. De geleerdste mannen en ijve
rigste werkers zijn in hun vrijen tijd dik
wijls 't kinderlijkst-onbevangen en uit
gelaten, en doen 't minst vermoeden,
welk zwaar werk van vérstrekkende
beteekenis ze enkele uren geleden te
verrichten hadden.
Maar met typisch vrouwelijke overdrij
ving meenen wij, dat onze gewichtige
persoonlijkheid van werkende, vooruit
strevende vrouw niet voldoende tot haar
recht komt, wanneer we er niet op alle
tijden en plaatsen de aandacht op ves
tigen, discreet, maar toch doelbewust.
Ernst en zakelijkheid worden bij 'n
vrouw maar al te licht een blijvende
pose, die ze niet weet af te leggen met
haar werkpakje, en die smakeloos con
trasteert met haar teere, fleurige uit-
gaansverschijning. We zijn maar al te
gauw bereid, onze arbeidsuren in ons
privaat-leven te brengen. Wanneer we
ons werk verstaan en beheerschen, heb
ben we er behoefte aan, dat door ieder
een te doen opmerken, en vergeten, dat
anderen, en mannen in 't bijzonder, dat
heel goed zien, zonder dat we 't hun in
stampen. Ze weten ons in onze rede
lijkheid en doorzicht uitstekend te on
derscheiden van de vrouwen waar-niet-
mee-te-praten-valt en die géén man in
den tegenwoordigen tijd nog voor oogen
zien kan, .Onverschillig hoe'n lieftalligen
aanblik zé overigens ook biedt. Maar
wat hij in gezamenlijke ontspannings
uren 't meest in ons blijft waardeeren,
is onze vrouwelijkheid. En deze eigen
schap doet niet af aan zijn appreciatie
van onze capaciteiten of talenten. In
tegendeel, het overtuigt hem steeds
meer van het gewichtig feit, dat een
vrouw hersens en karakter kan hebben
en toch een echte vrouw blijven!
Veel bonter maken 't echter dikwijls
nog de jonge moderne huisvrouwen, al
klinkt dat misschien in 't eerst onge
loof elijk! Maar sinds huishouding en
alle aanverwante kundigheden als 'n re
actie op 't overdreven meisjes-gestu-
deer meer dan ooit in de mode zijn ge
komen, maar nu op geheel nieuwe, meer
wetenschappelijke leest geschoeid (met
voedingsleer, paedagogie en heel den
verderen nasleep), is er ook 'n heel
nieuw type van huisvrouwen opgestaan.
Deze vervelen eeuwig en altijd iedereen
met hun hoogst belangwekkend model
huishouden. Ze sleuren dit als 't ware
overal rond, maar niet op de zeurige
linnenkast- en kersenjam-manier van de
vroegere sloofjes, die toch nog haar
charme had, neen, ze spreken er over,
of 't een fabriek is, met de scherpe
oogen en de koudie, zakelijke stem van
den organisator van 't grootbedrijf. Ze
snerpen over vitamines en koolhydra
ten, dragen witte operateurs-jassen, die
je onpasselijk maken van vlekkeloos
heid, hebben nooit schilderachtige pech-
jes en humoristische complicaties, alles
van puur overleg en zakelijk inzicht
en.... zijn zóó onverwoestbaar en on
geneeslijk prozaïsch, dat ik geloof, dat
'n man 't eer met ieder ander denk
baar soort vrouw zou uithouden dan met
dit type!
Practisch doorzicht en rustig organi
satie-talent zijn van onschatbare waar
de in 't huishoudelijk bestuur, maar
laat ze in 's hemelsnaam niet in ons ge
zicht gebeten en gekerfd staan. Laat
onzen glimlach en onzen zachten blik er
niet onder lijden! Laten we zakelijk
werken, maar nooit of te nimmer zake
lijk kijken! 't Is nergens voor noodig en
't staat ons niet; ons gezicht is er niet
op gemaakt. En de eigenschap zakelijk
heid wordt heusch wel in ons ontdekt en
geapprecieerd, zonder dat we er ons
als 't ware mee behoeven te beschilde
ren, en ons zelf tot een leeliike, in één
expressie versteende karakterpop be
hoeven te maken!
MACHTELD
Smockwerk fs en blijft 'n aardige gar
neering. Vooral op eenvoudige kinder
jurkjes voldoet zij bijzonder goed. On
ze illustratie geeft U er een voorbeeld
van. Wij dachten dit aardige jurkje in
blauwe wollen stof. Het smockwerk ter
hoogte van de armsgaten en aan de
pols met licht grijs borduurkatoen aan
gebracht, Een rond kraagje, versierd
Fig- I geeft aan hoe het te smocken
gedeelte der stof in vakjes moet wor
den verdeeld en ingerimpeld.
i' -li het voorbeeld van twee
verschillende smocksteken.
De bovenste steek is wel de eenvou
digste, de onderste, welke een ietsje
bewerkelijker is, zal echter beter vol
doen.
l»i&X
met een smal grijs lintje en een bijbe-
hoorend broekje voltooien het geheel.
Voor lezeressen, die de smocktech-
nlek niet kennen of wel haar vergeten
zijn, teekenden wij Fig. I en Fig. II.
Voor smockwerk gebruike men vrij
dik borduurkatoen en een naald van
gemiddeld* grootte.
MARGUERITE.
De maten gelieve men bij bestelling
van een patroon met het numrner van
bet gewenschte model duidelijk op te
geven aan: „Het Patronen-Kantoor" Post
bus 10, 1. Haarlem, onder bijvoeging van
bet bepaalde bedrag in postzegels. Men
verwijze daarbij naar den naam van dit
blad. Binnen enkele dagen volgt dan
franco toezending van het patroon.
PRIJZEN
A 9 11.25.
A 8 f 1.25
A 7 I 1.25
DER PATRONEN:
anemoon*
No. 7 A. Mantelpakje van fantasiestof,
gegarneerd met bont; de mantel heeft 'n
opgezet schouderstukje. Aan den voor
kant loopen vanaf het schouderstukje,
twee biais, die opgestikt zijn tot aan «ie
ceintuur. Het onderste lipje wordt op
den zak vastgemaakt met knoop en
knoopsgat.
De ceintuur kan dan door het open
gedeelte gehaald worden. On de mou
wen komt eveneens 'n los linie, met 'n
knoop vastgemaakt.
De rok heeft recht onder de biais van
den mantel 'n platte plooi. Dit costuum-
pje, hoog gesloten, staat bijzonder goed.
No. 8. A. Is gemaakt van velours de
laine.
De kleur beige, gegarneerd met don
kerbruin bont, voldoet hiervoor zeer.
De mantel valt nauw. Aan den onderkant
komen twee apart tusschengezette
biais van dezelfde stof, aan den voorkant
loopen de lipjes over het bont. en vor
men zoo de sluiting.
De mouwen zijn op dezelfde manier
gegarneerd. De rok is recht en nauw.
Wil men de mantelcostuumpies lang in
het voorjaai blijven doordragen, dan
kunnen ze ook zonder bontgarneering
gemaakt worden.
No. 9. A. Is gemaakt van fantasiestof.
De mantel is eenigszins oo zij geslo
ten met een rij knoopen.
De kraag kan hoog gesloten worden;
ook de rok wordt gesloten met een
rij knoopen, recht onder de sluiting van
den mantel, zoodat het één geheel vormt.
De stukjes aan de mouwen ziin aange
knipt.
Metalen knoopen voor garneering is
zeer nieuw, en voor dit costuumpje ook
bijzonder geschikt.
ANEMOON.
Er is geen ding, waar de heel ouder-
wetsche, ietwat al te degelijke vrouwen
vinniger tegen gekant warén en zijn, dan
tegen poeder, dat ze nooit erg best
wisten te onderscheiden van „blanket
sel" en dat ze veroordeelden als 't top
punt van ijdelheid en wereldschen geest!
En toch 'n matig gebruik van poe
der is onontbeerlijk, niet alleen voor
een bekoorlijk, maar zelfs voor 'n goed
verzorgd uiterlijk, 'n Glimmende huid,
veroorzaakt door zeep, warmte of vet
tigheid, is erg onaesthetisch «n dan ook
werkelijk onvergeeflijk, daar het
zoo gemakkelijk te verhelpen is.
Met deze onontbeerlijke poeders moe
ten we echter erg voorzichtig zijn. Niet
tegenstaande 't nauwe verband, dat
sommigen willen zien tusschen poeder
en ijdele leeghoofdigheid, is er juist 'n
flinke mate verstand noodig, om goed
met poeder te kunnen omgaan!
Onverbeterlijke nufjes kunnen er zich
hopeloos belachelijk mee maken, door
's morgens om 'n uur of tien rond te
wandelen met 'n kalkwitten neus (die
soms paarsig doorschemert van de kou),
terwijl vrouwen met 'n beetje meer
hersens en schoonheidsgevoel er voor
tachtig procent haar onveranderlijk ver
zorgd voorkomen aan danken.
Bij 't ochtendtoilet dadelijk poeder
aan te brengen, is onzinnig, en voor ver
reweg de meeste vrouwen overbodig.
Er kunnen soms heele dagen komen, dat
we er in 't geheel geen gebruik van
hoeven te maken. Vergeten we het niet:
poeder dient uitsluitend ter oogenblik-
klijke verfraaiing, niet ter blijvende ver
zorging van de teint, en is in zich eer
schadelijk dan weldadig, zoodat we er
geen ruimer gebruik van moeten maken,
dan strikt noodig is. Wanneer we een
bezoek gaan afleggen, of naar 'n concert
of schouwburg moeten, is 't tijd genoeg
om ons eens zorgvuldig te gaan poede
ren; in den huiselijken kring is 'n enkel
vleugje langs neus en kin voldoende, om
er altijd frisch en aantrekkelijk uit te
zien.
Het soort poeder, dat wij kiezen, en
de wijze, waarop wij het aanbrengen, is
van veel belang, wanneer we de geva
ren, die aan 't goedje verbonden kun
nen zijn, in aanmerking nemen. Daar
over een volgende maal!
EVA.
Onlangs hoorde ik iemand zeggen'.
„Och jullie met die muziek voor kin
deren altijd, kinderen hebben immers
geen begrip van muziek."
En ik dacht: „Stellig heeft die iemand
geen gevoel voor muziek of hij heeft
nooit gezien de stralende gezichtjes van
onze kleinen, wanneer zij tonen ontlok
ken aan piano of orgel en heeft hij hen
ooit goed aangekeken, wanneer zij lui
steren naar werkelijk goede muziek? En
ontgaat hem ook de gevoelvolle uitdruk
king van het kindergelaat, wanneer het
kind een liedje zingt, dat hem lief is?
Over 't algemeen vergeet men, hoeveel
muzikaal gevoel zelfs een klein kind in
zich heeft. Ik ben geneigd te zeggen,
dat de muzikale opvoeding van een kind
reeds kan beginnen in de wieg.
Trouwens onbewust geschiedt dit
reeds, want welke moeder heeft niet aan
het wiegje gezeten, een slaapliedje voor
haar lieveling gezongen? Wat heeft
Fröbel, toen hij zijn bekende Mutter-
und Kosenlieder dichtte, toch goed be
grepen, dat een kind van nature muzikaal
is! En let eens op een kind, dat in pret
tige stemming is, begint te zingen, het
geen vooral dikwijls gebeurt, wanneer
het 's avonds te bed is.
In zich zelf begint het dan te neuriën,
of tracht bekende liedjes te zingen.
Is het kind wat ouder (dit hangt na
tuurlijk heelemaal af van zijn bevatte
lijkheid op dit gebied, maar als maatr
staf is wel aan te nemen de drie-jarige
leeftijd), dan neemt moeder of vader het
naast zich bij de piano en speelt een
liedje, dat al gauw door het kind wordt
medegezongen. En zoo oud behoeft het
kind nog niet te zijn geworden: als het
reeds aan zijn innigen wensch heeft ge
volg gegeven om ook eens met zijn
handje op de toetsen te slaan, zooals bij
het heeft zien doen. Want het is niet
alleen de beweging, die hem aantrekt,
maar ook de gevolgen van deze bewe
ging. „Het kind maakt muziek."
Naast de vreugde aan de muziek, ge
niet het kind ook van rythme. Met ge
voel hiervoor gaat fn den regel vooral.
Kinderen doen niets liever, dan op de
maat der muzielc marcheeren. Maar ook
het rythme van een dansje heeft voor
hen een eigenaardige bekoring. Natuurlijk
zijn er kinderen, die weinig maatgevoel
hebben, doch er zullen er slechts zeer
weinigen zijn, bij wie bij eenige oefening,
niets te bereiken valt.
Wij moeten geen gelegenheid laten
voorbijgaan, om bij onze kinderen den
bodem voor te bereiden, waarop later
zonde muziek gedijen kan: „Muziek
ontsluit voor ons de kinderziel ©n ver-
wekt een sterk gemeenschapsgevoel.
Laten wij dus van haar hooge roeping
doordrongen zijn."
Een groote bekoring met een gevoel
van êemeenschap gaat uit, van het te
zamen niet kinderen muziek maken,
waarbij dan eenvoudige muziekinstrumen
ten gebezigd kunnen worden.
Het spelen op kinderinstrumenten is
niet nieuw. Joseph Haydn, de groote
kindervriend, wiens muziek ons dikwijls
kinderlijk.biijde in de ooren klinkt, heeft
eens een symphonie met gebruik van kin-
derinstrumenten geschreven. In deze
symphonie worden talrijke instrumenten
bespeeld, die weliswaar den kindleren
veel vreugde verschaffen, maar die
overigens van weinig invloed zijn op de
ontwikkeling van het muzikaal gevoel.
Hiervoor kunnen vooral dienen: trom
mels, bekkens, tambourijn, triangel, klok
kenspel en castagnetten.
Deze instrumenten te laten bespelen
ter begeleiding van goede pianomuziek,
leert de kinderen maatgevoel niet alleen,
doch bij eenige oefening ontdekken zij
vanzelf, Wanneer hun instrument het
best meeklinkt.
Aan ons de keuze van het muziek
stuk; wij moeten den kinderen slechts
de middelen geven, waardoor hun aanleg
zich in de juiste richting kan ontwikke
len.
Men bedenke, dat alleen het beste voor
onze kinderen goed genoeg is, ook in
de muziek.
JACOBS.
VII.
DE VERZORGING VAN DEN MOND.
Vooral bij ernstige zieken is de ver
zorging van den mond een belangrijke
factor. Iedereen, die wel eens met koorts
te bed heeft gelegen, weet dus uit on
dervinding (is zij niet de beste leer
meesteres?), hoe onaangenaam en afmat
tend 't is, dat gevoel van droogte in den
mond. Door te snelle ademhaling en
door de verhoogde temperatuur hebben
zij voortdurend dat zeer onaangename
gevoel en is 't dus te begrijpen, welk
een ontspanning het geeft, wanneer de
mond niet alleen frisch, maar goed ver
zorgd wordt gehouden. Wanneer 't rei
nigen van den mond wordt verwaarloosd,
wordt de tong hard en houtig en kan
't voedsel niet verwerkt worden en
wordt 't slikken bemoeilijkt. De mond
zal dan tevens slijm af gaan scheiden
de droge lippen krijgen „korsten"
en „kloven" en kunnen bij lange yer-
waarloozing zelfs „bloederig" worden.
Dan kan zich op tong, lippen en tan
den een beslag vormen, dat er roest
kleurig uitziet, waardoor zweertjes
kunnen ontstaan. En zelfs in de erge
gevallen (laat 't nooit zoover komen!)
kan er een ontsteking van de oorspeek
selklieren ontstaan. Ja, zelfs midden
oorontsteking.
Ook kan zich op 't wangslijmvlies en
het verhemelte een witte laag vormen
(spruw d.i. een schimmel, die zich hecht
in 't slijmvlies). Ook deze spruw geeft
vaak aanleiding tot zweren en maakt 't
opnemen van voedsel tot iets zeer pijn
lijks.
Voor 't schoonhouden van den mond
bestaan allerlei middeltjes; b.v. borax
(1 theelepel op een glas water), glyceri-
ne met water, boorwater ,een slappe op
lossing van permanganas kalicus, en tot
besluit gewoon lauw water (gekookt).
Voor gebarsten lippen kan men ge
bruiken: cacaoboter of ongezouten boter
(smelt een stukje boter in water) Is de
boter weder gestold, dan is 't zout in 't
water aanwezig. En deze ongezouten bo
ter is een eenvoudig goedkoop middel.
Maar al deze middeltjes moeten niet
noodig zijn, en men kan dit bereiken,
door den mond van af 't begin der ziek
te goed te onderhouden: Laat den patiënt
wanneer bij er zelf toe in staat is, tan-
denborstelen (geen maagpatiënten) en
voor en na voedselgebruik en voor 't
slapen gaan nog éénmaal poetsen en
spoelen Kan dé zieke 't niet zelf, kom
dan te hulp, borstel héél voorzichtig en
zacht, steun 't hoofd bij 't spoelen. Be
veilig dekens en laken door onder de
kin den badhanddoek te leggen en ge
bruik een oud bakje van steen of ge
ëmailleerd „nierbekkentje" (bij den dro
gist verkrijgbaar), om 't water na 't spoe
len uit te spuwen. Is de patiënt te ziek
of te lusteloos, veeg dan met een
schoon gaasje, gedraaid om den tanden
borstel; pincet, in 't uiterste geval om
een uiterst goed schoon geborstelden
vinger, de mondholte voorzichtig uit.
Heeft uw patiënt neiging tot bijten, ge
bruik dan nooit uw vinger!
Ook wordt gemakkelijk „spruw" ver
wijderd door de mondholte flink uit te
vegen en veel te laten naspoelen met
lauw water.
U ziet uit bovenstaande, dat, els we
er gauw bij ziin, er veel onaangenaam»
kan voorkomen worden èn voor U èn
vooral voor den u toevertrouwden zie-
kc
CORMA v. T LAM-TEEPE.
EENIGE RECEPTEN VOOR
KOUDE WINTERDAGEN.
De maand Januari is in het land! We
weten maar al te goed, dat het
dan koud kan zijn. Maar hoe verschil
lend kan die koude nog zijn: door een
vriezende lucht met een vriendelijke zon,
die iedereen naar buiten lokt, om een
wandeling te maken, om, zooals men het
uitdrukt ,,'n frisschen neus te halen", ol
ook door een vochtige, intens kille lucht,
waarachter de zon zich voortdurend
verscholen houdt.
De menschen weren zich tegen deze
koude door dikke kleeding, dikke hand
schoenen, slobkousen of sokjes en dikke
dassen, waar men tot aan den neus in
zit. En al deze verweermiddelen helpen
nog niets, als men geen voeding kiest,
waarvan we innerlijk veel warmte
krijgen!
Een paar van onze „echte winter-
gerechten" zijn wel de erwten- en boonen
soepen, bruine boonen met spek en
uien!
Dezen keer wil ik mij speciaal bepalen
tot de „boonen-gerechten".
Velen beseffen niet, welk een groote
en rijke waarde boonen en erwten in
onze voeding vertegenwoordigen! Niet
alleen bevatten ze veel meelstoffen, de
voedingsstof, die ons onze werkkracht
geeft, ook bevatten ze veel eiwit en
celstof. Eiwit is die stof in onze levens
middelen, die het duurste is. De ver
schillende vleeschsoorten en visschen
geven veel eiwit, maar we weten ook
allen, dat juist die levensmiddelen het
duurste zijn! De boonen en erwten be
vatten minstens evenveel eiwit. En als
we dan den prijs van laatst genoemde
levensmiddelen vergelijken met vleesch
of visch de meeste visschen dan
kunnen we ze niet genoeg waardeeren.
Zelfs de schilletjes van boonen en erwten
zijn nuttig voor het bevorderen van de
spijsvertering. Bedenken we daarbij, dat
we de onontbeerlijke vitaminen niet
behoeven te missen, dan zijn deze levens
middelen niet hoog genoeg te prijzen!
Boonen en erwten worden meest klaar
gemaakt in combinatie met spek of vet
varkensvleesch. Dit vet geeft veel
warmte aan het lichaam. Daarom zijn deze
gerechten zoo bijzonder aan te bevelen
voor koude winterdagen.
In verband hiermee laat ik een paar
recepten volgen:
ERWTENSOEP (6 k 8 personen).
1 Pond groene erwten of spliterwten
of parelerwten.
4 L. water.
1 Varkensknie of -poot.
250 Gram versche worst.
2 Preien.
Selderij-groen
1 Selderij-knol
Peterselie
Zout
Bereiding:
Wasch de erwten en laat ze een nacht
in water weeken. Breng ze den vol
genden dag met het weekwater aan de
kook, onder af en toe roeren. Maak de
prei schoon en snijd ze in dunne plak
jes; snijd den selderij-knol in plakken,
schil ze dik en snijd ze tot dobbel
steentjes; wasch het selderij-groen en
snijd of hak dit fijn. Voeg dit alles bij de
erwten. Wasch het varkensvleesch, zout
het en kook het mee Laat de soep
eenige uren zachtjes koken .Roer voor
al af en tos in de soep, omdat de
zwaardere erwten en het vleesch op
den bodem der pan zakken en gemak
kelijk kunnen aanbranden. Wasch en
prik de worstjes en laat deze de laatste
drie-kwart uur meekoken. Voeg, zoo
noodig, nog zout toe en maak de »oep
af met de gewasschen en fijn gesneden
pieterselie.
N. B. In plaats van varkensvleesch
kan men ook spek nemen, dit in dobbel,
steentjes snijden en in de soep gaar
laten koken.
BRUINE-BOONENSOEP (3 4 pers.)
4 kopjes gekookte bruine boonen,
dat zijn 2 kopjes rauwe
1)4 Liter boonennat
35 Gram bloem
40 Gram vet van jus of margarine.
1 Ui
Een restje bruin van jut
)4 Pond vet spek.
Bereiding:
Snipper de ui niet te grof; fruit ze
met die bloem in 't vet mooi goud-bruin
van kleur, zonder ze te branden. Voeg
dan roerende de boonen met het nat toe;
eveneens het gewasschen en in dobbel
steentjes gesneden spek. Laat de soep
'n half uur doorkoken. Druk de boonen
tegen den kant der pan stuk en maak de
soep op smaak af met bruin van jus en
zoo noodig zout,
CATHARINA.
^***w*it***Y**
01 N
Benoodigd 3)4 el gestreept flanel van
70 c.M. breed, 8 parelmoeren knoopen.
Alvorens dit hansopje te knippen,
meet ge eerst even of uw kleine jongen
een heupwijdte heeft van pl.m. 72 c.M.,
terwijl de lengte vanaf den schouder tot
den enkel gi.meten pl.m. 90 c.M. moet
bedragen.
Hebt ge het patroon volgens de aan
gegeven maten gekuipt. dan legt ge het
zóó op de stof, dat de mouwtjes naast
elkaar, de groote broekpanden onder
elkaar, en dan naast het voorpand de
rug geknipt kan worden. Onder aan den
rug wordt een 3 c.M, breede zoom inge
maakt, zoo ook de overslag aan de beide
kanten midden-voor. Dan kunt ge de
zij- en schoudernaadjes met een platten
naad verbinden. Vervolgens maakt ge de
broeksplitten in, waartoe ge aan den
achterkant een stukje tegen-, en aan den
voorkant een stukje aanstikt, terwijl
beide, na afwerking, 2 c.M. breed moeten
zijn. Nu kunt ge ook den achternaad en
het stukje van den voornaad tot aan
den overslag met een platten naad
dichtstikken. Op gelijke wijze werkt ge
ook den kruisnaad af, er voor zorgend,
dat voor- en achternaad in elkaar over
gaan. De pijpjes, onderaan, werkt ge
af met een breede bies, welke men 36
c. M. lang. en 12 c.M. breed knipt De
bies wordt aan- en overgestikt, waarna
deze, naar den bovenkant toe, om wordt
geslagen. Achter tegen den bovenkant
van de broek wordt een rechte bies ge
stikt, welke, na afwerking, 3 c.M. breed
is, en waarin men 4 knoopsgaten maakt.
I Het kraagje knipt men 32 c.M. lang en
18 c.M. breed; de zijkantjes naait men
dicht, waarna het manchetje opgezet
moet worden. Hiertoe wordt de mouw
onderaan iets ingerimpeld. Het man
chetje knipt men 22 c. M. lang en 10
c.M. breed. Men stikt bet dicht; de naad
van 't manchetje komt op den naad van
het mouwtje, terwijl het manchetje dan
opgestikt en overgezoomd wordt. Voor
het inzetten der mouwtjes neemt ge dien
naad van het mouwtje pl.m. 3 c.M. meer
naar voren, dan de zijnaad van het han
sopje let goed op rechter- en linker
mouw! waarna ge het instikt, en het
mouwtje op het hansopje wordt over
gestikt. In den rechterkant van het split,
midden-voor, worden de knoopsgaten
gewerkt, terwijl links de knoopen wor
den aangezet
Voorzeker een heel werk het maken
van zoo'n hansopje, maar dat hebt ge
toch wel over voor uw kleinen boy?,
DINXs
Ai.'Sfti&kSSlï*.