ONZE VROUWENRUBRIEK i M .1 n DE BUREN! EEN SPEELKAMERTJE. wmmmmt KINDERKLEEDING SPROETEN. OPVOEDING TOT DE GEZINSTAAK. RECEPTEN. HANDSCHOENTJES-MISERE. PEIGNOIRS VOOR DAMES. kBmtfmÊ ■PP j f#" il* pi tmm '•y.X' wÊÊmm B AAN MN (jW/ri- JUL Overname uit deze rubriek zonde» schriftelijke toestemming verboden. Er zijn twee soorten van menschen: menschen die leven en wonen en huis houden voor hun eigen genoegen, en menschen, die zulks doen tot genoegen en stichting van hun buren er althans met zenuwachligen ijver naar streven. Op 't eerste gehoor klinkt zooiets erg altruïstisch en sympathiek! En toch is in aangelegenheden als deze een dik huidige en onmeédoogende zelfzucht de •enig gezonde zielsgesteltenis! De burerf! Met de tegenwoordige ma aier van Wonen in risten kleine, gelijk soortige, gehoorige huizen met allemaal dezelfde voordeuren, ramen en hekjes, de heele buurt door, schijnen ze nog veel dichterbij geschoven te zijn dan ooit. Ze lijken dén heelen dag met hun ooren of heel hun luisterend-gebogen lichaam tegen de dunne muren te liggen, ze lijken voortdurend over de popnige haag jes vóór te hangen, of door het raster werk In den achtertuin te loeren; ze weien wannéér je uitgaat, een hoestbui hebt of /t. licht uitdoet z-; leven niet meer naaat, maar half bovenop je, de buren van tegenwoordig. Daar komt dan nog bij, dat iedereen, letterlijk iedereen, er in onzen tijd naar streeft, jaug^ en jakkert alweer met dezelfde overspannen bezorgdheid een. beschaafden- indruk te maken, en dat niet zoekt te bereiken met werkelijke veredeling van denken en voelen, maar met "t gegeneerd achterwege laten en verstopoen van allerlei onvermij:' eli'ke karweitjes, die zijn bescheiden f;nan- eieele omstandigheden hem dwingen, zelf op te knappen! Burenvrees is een kwaal, die bij som mige menschen de wonderlijkste vormer, kan aannemen .Ze schijnen er een eigen catechismus 00 na te houden, waarin 't antwoord op de eerste vraag luidt) „Wij zijn op aarde om onze buren te dienen en er daardoor „in" te komen." Bij ieder besluit, dat genomen, iedere verandering die ingevoerd dient te worden, wordt aan de afgoden van „hiernaast" of „hier schuin tegenover" de verschuldigde schatting gebracht in den vorm van angstige gissingen naar hun sneciale voorkeur of mogelijk misprijzen. Ik durf wedden, dat ze, wanneer er van een nieuw plan sprake is, niet eens meer zuiver en onmiddellijk reageeren met 'n gewaarwording van eigen genoegen of afkeuring, maar dat het buren-visioen zich er tusschen dringt en vóórgaat en den doorslag geeft! Hun eerste natuur lijke opwelling is niet; wat vind ik er van? maar: hoe zullen zij er over denken? Wel een van de koddigste vor men van menschelijk opzicht! Momenteel verheug ik me in *t bezit van buren in den gebruikelijken zin des woords, maar wanneer ik er later nog eens mee mocht gezegend worden, ben ik niet van plan, eenige rekening met bun gevoelens te houden, hoe onmen- schelijk dat ook moge klinkenl Wat kan 't je fn vredesnaam allemaal schelen, of ze je smaak in gordijnen bij vallen èn hun goedkeuring hechten aan de mani<sr waarop je je werkzaamheden indeelt?! Ze zijn gewoonlijk, door 't feit alleen van hun buren-roeping, bedeeld «net zéö'n breed-gewiekten geest van critiek, dat 't bekrompen zou zijn, dien aan banden te willen leggen of hem 't onontbeerl'ike voedsel te onthouden! Als tjf zèjf van je gordijnen houdt, en je man! houdt van je huiselijk bestier, zie ik niét in, waarom iets ter wereld verder gewicht in de schaal zou leggen! Je hebt de gordijnen niet gekocht voor de menschen hiernaast (misschien eer tégen hen) en evenmin houd je voor hun pleizier.je huishouden in orde. Wat kan er dan bedorven zijn, wanneer ze er géén pleizier in hebben? Ik werd tot deze overpeinzingen be wogen door 't verblijf bij een pas-ge trouwde'. vriendin, en zou nu, na afloop van dit bezoek, een boekdeel kunnen vullen piet waarschuwingen voor jongge huwden bij hun eerste optreden voor 't eritisqh baron-publiek! Elly behoorde tot hen, die 't zonder dienstbode klaar wenschen te spelen. Dat is al erg genoeg, wanneer je alleen aan jezelf te denken hebt! Maar wan neer je daarbij nog denken moet aan De Buren, laad je jezelf werkelijk al te zware lasten op! Het probleem, waarom bij Elly heel het huiselijk leven draaide, was: hoe de stoep schoon te maken, zonder daarbij door De Buren gezien te worden! Nadat we ponden grijs „droog-schuur- sel" hadden verknoeid en kilo's energie, werd 't vraagstuk opgelost, door Henk op Zaterdagavond om elf uur naar buiten te duwen met een boender en een em mer! En door hem vanuit de donkere vestibule sissend-gefluisterde inlichtin gen toe te stieren betreffende 't juiste gebruik van een en ander! Dan was er nog het vraagstuk van het buitenbrengen der vuilnisbakken, het vraagstuk van de groentenkar buiten het hek en het vraagstuk van het halen van melk! Alles werd heimelijk-sluipend en schuw-geniepig volvoerd, als een lang- beraamd moordplan. Toen ik 's Maandagsmorgens wegging, liet ik Elly achter, worstelend met het vraagstuk, hóe de thee- en stofdoeken onzichtbaar buiten te hangenl En hoe de bel na te loopen, zonder betrapt te worden bij 't zelf-openen van de voor deur! 't Wil me toeschijnen, dat 't al een knap inspannend werkje is, 'n huishou den en 'n man met 't gewenschte ge volg te besturen! En je zoudt zoo den ken, dat ieder verstandig mensch zou trachten, zich dat baantje zooveel moge lijk te vergemakkelijken inplaats van 't nog ingewikkelder te maken! Waarom kun je in vredesnaam je stoep niet schoonmaken bij eerzaam daglicht, als je er lust in hebt? Wat steekt er voor menschonteerends in, een vuilnis bak te omarmen en naar buiten te til len? En zou de waarde van je persoon lijkheid er iets door verminderen, wan neer je gesignaleerd wordt met een melkkan in de hand, of confereerend met een groentenboer? Als we de kin derachtige schaamte, die ons daarvan terughoudt, verslijten voor zelfrespect, dan vergissen we ons deerlijk in den aard van die goede eigenschap! De ware bezitters ervan zijn juist overtuigd, dat ze altijd zichzelf blijven, welk werk ze ook doen, en dat geen enkele uiterlijke verrichting, hoe nederig ock, iets kan afdoen aan hun werkelijke waarde, of hun „ik" kan veranderen of verlagen daarom doen ze alles zoo bedaard en onbevangen. Maar menschen, die zelf voelen, dat hun waarde rijst en daalt met 't soort bezigheid, waarbij anderen hen aantreffen, van auto-rijden af tot stoep jes-schrobben toe die de kern van hun wezen bedreigd voelen door 'n wap perenden theedoek die hebben 't peil van hun persoonlijkheid niet al ie se cuur vastliggen'. Ze hebben trouwens nauwelijks 'n eigen bewustzijn: ze zien en taxeeren zichzelf met de oogen van hun buren en kennissen. Prijzen die hen, dan voelen ze zich opgeheven en geridderd, spQtten ze daarentegen, dan schamen ze zich diep over hun eigen minderwaardigheid 1 Toch doen we bijna allemaal tot op zekere hoogte af en toe zoo dwaas: Dat is juist 't raadsel! We houden niet bij zonder van de Burenl We bewónderen ze niét! We verfoeien hun smaak in stoffeering én de maniér,. waarop ze hun vreemde woorden verhaspelen! We ver kondigen dikwijls,, dat we ons zouden verdrinken, als we niet beter konden koken, dan Mevrouw van Wijk, of zulke kleuren-combinaties moesten aantrekken als Mevrouw van Dijk, of zoo idioot de den in gezelschap als Mevrouw van Eik! En toch hechten we ontzaglijke waarde aan 't oordeel van die menschen zonder smaak of beschaving!) Neen, laten we liever leeren, onze bezittingen en gedragingen alleen door eigen oogen te zien! Laten we zelfver getelheid beoefenen tegenover èlle an dere schepselen maar zoo egocentrisch mogelijk zijn, waar 't gaat om De Buren! MACHTELD. In de meeste gevallen komen we in buis ruimte te kort, dus is er van een speelkamertje voor onze kinderen geen sprake. Doch oek komt het veel voor, dat Moeder hog zoo'n klein kamertje vóór of achter heeft, ja.... waar ze eigenlijk maar Wat rommel opbergt, omdat het anders heelemaal geen dienst doet. Zoo'n kamertje nu zouden we beter als speelhokje kunnen inrichten. Kinderen vinden het heerlijk een eigen kamertje te hebben, waar ze zoo echt vrij "kunnen spel.-n. Dezen keer wil ik nu in 't kort vertellen, hoe we zoo'n vertrekje leuk kunnen maken. Op de teékening zien we een vierkant kamertje met één raam. De muren worden beplakt met een aardig, maar goedkoop behangetje, licht met kleine bloempjes. In het midden plakken - we een randje behang, waar op allerlei grappige voorstellingen of met verschillende dieren. We kunnen ook de muren met waterverf in twee ver schillende kleuren verven. Aan de mu ren konlen hier en daar leuke platen of kleine schilderijtjes te hangen. Voor het raam maken we, van ge bloemde cretonne, gordijntjes, schuin op genomen; Is er rin het venster een breede nis, dan zettefj we er een paar van die groe ne bloempotten in. Daar laten we onze kinderen dan zelf iets in planten dat ze dan geheel zelf mogen verzorgen. Moeder vertelt, hoe ze het moeten doen. Ze leeren daardoor reeds heel jong, bloemen en planten liefhebben. En dan vooral niet te vergeten in de venster- nis een glazen flesch of aquarium, met levende vischjes en plantjes, het groot ste genoegen van de jongens._ Hebben we geen vensternis, dan wil Vader misschien wel, voor het raam, 'n breede gladgeschaafde plank timmeren en deze een verfje geven, en als Vader tijd heeft, dan kan hij ook van een ste vige kist een boekenkastje maken. Voor het kastje komt een gordijntje, gemaakt van hetzelfde cretonne als voor het raam. Ook de zitbank tegen den zijmuur kan van een groote stevige kist gemaakt worden, het deksel hééft aan den achter kant scharnieren, zoodat deze kan wor den opgeklapt. Op de zitting komt een los kussen, ook weer van het gebloemde cretonne. De bank en het kastje kunnen bijv. lichtgrijs geverld worden. We laten de kinderen 's avonds al het speelgoed in de kist bergen, de boeken netjes in het kastje, want al hebben ze een eigen hoekje, ze mogen het toch niet rommelig achterlaten; ze moeten leeren alles zelf netjes op te ruimen. Werkelijk een gezellig kamertie, waar voor men niet veel geld behoeft uit te geven. DÏNA. «Wh»)*- SMrjln #5 V v-'4 fp, ©11 A 14. Jongensjasje, leelt. 4 tot 7 jaar ven wollen stof cf ratiné. Het modelletje is eenvou dig recht, maar staat al lerliefst. De revers zijn tamelijk breed, het kraag je kan ook van fluweel in een afstekende kleur gemaakt worden. De zakjes Zijn aan den bin nenkant en hebben aan den buitenkant over- slagjes. Het jasje is gesloten met twee rijen knoopen. De broek moet nog even zichtbaar zijn. A 15, Jongenspakje, leef tijd 3 tot 5 jaar. Het is aardig dit pakje té maken van donker bruin" of donker lila rib-fluweel. Het hesje is lang, zoodat het broekje er maar even onder uitkomt. Langs den geheelen voorkant loopt een belegstukje, daarvoor nemen we de stof dubbel. Het ceintuurtje is op het lijfje gestikt. Vóór- en rugpand zijn door schouderstuk jes verbonden. Het broekje is recht zon der zakjes en .:an met knoopen en knoopsgaten aan een voeringlijfje of draagbandjes bevestigd worden. Thans volgen, op verzoelj, twee modellen van een jumperjurk, met geplisseerden rok, voor een meisje van 10 tot 12 jaar. 7Ct n&J/y finj men v schuin, voor de rok recht. Het directoirtje is van de effen stof, ruim met om het been sluitend bandje. Door den bovenkant wordt elastiek ge haald. Voor den leef tijd van tien jaar ech ter, worden meestal geen bijpassende di rectoires gemaakt ANEMOON. A 16, Is gemaakt van effen wollen crêpe Viyel- la, Kasha of andere stof. Het lijfje heeft ruime in gezette mouwen met smalle manchetjes, en is langs den geheelen voor kant .eenigszins opzij ge sloten met knoopen en lussen, van dezelfde stof gemaakt Het platte kraagje, het welk ook eenigszins naar •links valt, kunnen we af zetten met een smal roes je van zijde in de kleur .der jurk. De manchetjes eveneens. Het rokje kan aan een voeringlijfje gezet wor den, doch het bovenstuk kan ook op den rok ge stikt wórden. A 17. Jumper-jurk, leef tijd 10 tot 17 jaar, van effen en geruite stof met bijpas- directoirtie. Het hious'e heeft een in gezette Yi mouw. Om de heupen komt 'n breede nauwsluitende band; het model wordt daardoor overbloueend. Het kraagje is van dezelfde ruit van den rok en loopt achter precies als voor. De breede bies lóópt van-f den schouder naad, en wordt van voren door twee ope ningen door het lijfje gehaald. Hét kraagje is van voren met twee knoo pen op de biais vast. Voor kraagje, biais en mouwgarneering ne- de ruit KNIPPATRONEN Van al deze modellen zijn a 0.75 patronen naar maat verkrijg baar aan „Het Patro- nenkantoor", Postbus No. 1, Haarlem. Nauwkeurig maat op geven s.v.p. en het bedrag aan postzegels insluiten, waarna om gaande toezending volgt. Lijkt 't u misschien misplaatst in dezen tijd van het jaar? Dan behoort u zeker niet tot de ongelukkigen, wier zonuq- vlekjes doodleuk op htm aanschijn- blijven overwinteren, wel 'n ietsje verbleekt, maar toch nog duidelijk zichtbaar) En dan weet u zeker óók niet, dat de win ter en later het heel vroege voorjaar, de beste tijd is om zomersproeten te behandelen, door ze te voorkomen! Zelfs wanneer uw sproeten met de zomerzon komen en verdwijnen, zult u toch opmerken, dat, jvanneer u ge durende deze wintermaanden uw ge zicht behandeld hebt, verstandig en geregeld, uw huid in de komende lente veel minder gevoelig zal blijken. Er zijn enkele uitstekende zomer sproeten-crèmes in den handel, die werkelijk doen wat de gebruiksaan wijzing belooft, en ook daarmee moet in den winter begonnen worden. Maar een sproetige Imid is tegelijk ook een heel teere huid, en de eenigszins straffe praeparaten worden niet altijd even goed verdragen. Daarom volgt hier een eenvoudig hmsrecepf, dat u zelf kunt klaarmaken en zonder vrees voor schadelijke gevolgen gebruiken. In een halven liter water mqngt u het sap van een citroen, voegt er een niet al te zuinige dosis peroxyde en een paar lepels borax aan toe. Dit alles kunt u eenige dagen bewaren. Wasch hiermee vóór 't slapen gaan royaal uw gezicht, overal waar de sproeten zich gewoon lijk vertoonen, en zoo noodig ook uw handen. Desgewenscht probeert u 't voor alle veiligheid in 't begin om den anderen avond. Houd dit gedurende cle wintermaanden vol, en verdubbel uw nauwgezetheid, zoodra de zon meer kracht begint te krijgen. Het resultaat zal u bevredigen. Ook eenvoudig citroensap is al heel nuttig, maar 't moet altijd met water verdund worden. EVA. Hoe ook getracht wordt door sommige menschengroepen het bestaansrecht van het normale gezinsleven aan te randen, toch is er gelukkig nog een overgroots meerderheid, die het gezin beschouwt als een middelpunt in onze maatschappij, van waaruit zeer veel opvoedende kracht kan uitgaan. En dat niet elleen, maar die meerderheid ziet ook een hoogstaand ge zin, als de plaats waar krachtige, goede en groote karakters worden gevormd. Al worden .kinderen in een opvoedings huis, in een kinderhuis, in een, kolonie, ook nog zoo liefderijk en goed verzorgd, toch ontbreekt hun altijd dat „iets", dat in een gezin beleefd wordt, dat dcelen in alle lief en leed van de huisgénóotet) onderling, Hoe sterker het gezin bedreigd wordt, hoe meer de voorstanders van het nor male gezinsleven worden wakker geschud Dat is een gelukkig en gewoon verschijn sel. Heel sterk kwam dat onlangs tot uiting in een bijeenkomst, die te Utrecht op initiatief van de Ned. Unie voor Vrou- weabelangen gehóuden werd. Vele rich tingen en partijen waren daar vertegen woordigd om tiefzelfde belang tq behar tigen, nl. den' opbouw en de versterking van het gezinsleven. Uitgaande van de gedachte, dat we via het kind van heden het gezin van de toekomst kunnen beïnvloeden en dat de leerplichtwet ons in staat stelt, bijna aile kinderen te bereiken, is de a.s. weder invoering van het 7e leerjaar dankbaar aangegrepen om het doel te benederen. Wat wordt er eigenlijk gedaan om onze jongeren voor te bereiden voor hun taak als Vader en Moeder? Och ja, een groep meisjes* ontvangt goed onderwijs in huis houden, koken, wasschen, strijken en naaien, op huishoud- en industriescholen of vakscholen, enkelen ontvangen onder wijs in kinderverzorging en opvoeding- In enkele plaatsen van ons land zijn er zoogenaamde „Huizen voor Ouders", in Rotterdam is een museum voor Ouders en Opvoeders; hier en daar geven lee- raressen in kinderverzorging en opvoe ding cursussen, of houden lezingen, bet landbouw-huishoudondcrwijs bereikt een groep en daarbij blijft het zoo ongeveer. Maar denkt u nu eens in een toestapdy waarbij alle leerplichtige kinderen iri een 7de leerjaar, jongens zoowel ais meisjes iets zullen meekrijgen voor huri tater leven. Natuurlijk met het 7de leer jaar bereiken we niet allen, want wie vanuit een 6de leerjaar naar Lyceum, II. B. S., of Gymnasium gaat, wie naar een Nijverheids- of Ambachtsschool gaat, wie naar een Vakschool voor meisjes gaat, valt er buiten. Maar dat percen tage is gering in vergelijking met de groo te massa, die in het 7de leerjaar eind onderwijs zal ontvangen. En waarin dat onderwijs zal moeten bestaan? En of qr Wat van zal blijven hangen? Allerlei vragen zullen bij u op komen in dit verband. Het onderwijs zal zoowel de jongens als dc meisjes moeten bereiken, want met de verandering van de positie van de vrouw in de laatste tientallen jaren, zijn de toestanden ook in het huisgezin ge wijzigd. Vroeger stond het ongeveer zoo; Vader de zorg voor het geld, moeder die voor huishouding en kinderen. Nu wordt het zoo Vader èn moeder samen de zorgen dragende voor het gezin, samen de be langen van dq huishouding behartigend, samen hun kinderen opvoedend. En den is noodig, dat de jongens, die later Vaders zullen zijn, als het noodig is, de handen in huis uit de mouw moeten steken, dat ze iets leeren begrijpen van goede en verkeerde invloeden, die bij kinderen kunnen inwerken op lichaam en geest, dat ze eenvoudige eischen van hygiene voor woning en lic.haara kennen. En is de algemeene klaqbl. dat er van °?.?f '£ger onderwijs zoo bitter weinig blijft aangen, niet gedeeltelijk een bewijs, dat de leerstof niet juist gekozen is? l^n z°u Cr j'et vee' rneer blijven hangen van onderwijs, dat in de praktijk van bet dafe,i;ksch leven staat? Natuurlijk, oqJj de meisjes zullen rijke lijk pr0liteeren van dit onderwijs, Net buitenland is ons al ver voor in dit opzicht. Waar er in ons land nog slechts, voor zoover mij bekend is, twee scholen zijn, waar iets in deze richting gedaan wordt, zijn er in Zweden, Noor wegen, Zwitserland, België, Duitschland, Amerika, o.a. al lang proeven mee ge nomen en met succes. Een uitvloeisel van de vergadering in Utrecht is, dat er geheel los van de Uni3 voor Vrouwenbelangen een commissie gevormd is, die deze belangrijke zaak verder ter hand zal nemen. Uit deze commissie, die uiteraard groot is, zal eon studie-commissie benoemd worden, die grondig onder de oogen zal zien, hoe het onderwijs het meest doeltreffend ge geven zal kunnen worden en die er rap port over zal uitbrengen aan de autori teiten. Voorwaar een mooie en belangrijke taak, die veler belangstelling zal hebben, het gaat immers om de verheffing van het gezinsleven; dat ligt ons na aan het hart! EENIGE RECEPTEN MET CITROENEN. HET BEWAREN VAN CITROENSCHILLEN. Meermalen komt het voor. dat citroen sap in spijzen, voor kwast e.d„ gebruikt wordt en dat de gave schillen overblij ven. Ook het omgekeerde komt voor, n.l, dat voor 't een of andere doel al leen citroenschil noodig is. Wat is er nu eenvoudiger, dan citroenschil te bewa ren: er behoeft dan geen enkel stukje schil weggegooid te worden. De schil len worden voor dit doel goed gewas- schen en zóó dun afgeschild, dat er vooral geen wit aan blijft. Deze schille tjes doet men in een stopflesch'e of jampotje en giet er een heel dik suiker- stroopje over, zóó, dat ze onderstaan, óf men doet er gewone suiker bij, dat ze onderstaan. Het vocht van de schille tjes doet dleze suiker langzamerhand .smelten en zoo niet, dan kan men er altijd nog een druppeltje water bijvoe gen. Niet alleen zijn deze schilletjes, oin 't aftrekken, heel geurig, ook de suiker oplossing is zoo heerlijk van smaak en geur, dat ik zelf dikwijls deze oplossing gebruikte en steeds nieuwe suiker toe voegde. CITROENMELK- 2 L. melk Schil van 1H citroen 80 gram suiker 20 gram maïzena. Bereiding: Wasch de citroenen goed afj schil ze zoo dun af, dat er geen wit aan de schil blijft zitten. Doe deze in de melk en laat ze een tijdje trekken. Neem er dan de schil uit, voeg de suiker toe en de dun aangemengde maïzena bij en laat ze roerende 5 minuten doorkoken. CITROENSAUS (zoete). 4 d.L. water Sap van 2 citroenen Schil van 1 citroen Pl.m. 75 gram suiker, Pl.m. 20 gram sago of aardappelmeel. Bereiding: Rasp de goedl afgewasschen schil vaa één citroen 00 een geëmailleerde of gla zen rasp af. Breng het water met de sui ker, de citroenschil en het uitgeperste citroensap aan de kook. Giet er de met koud water aangemengde sago in ea laat de saus roerende' even doorkoken. Presenteer ze bij griesmeel-, maizena- pudding, enz. GESOUFFLEERD CITROENSCHOTELTJE. 50 gram suikerklontjes. 5 eieren 2 citroenen 50 gram boter 65 gram aardappelmeel, Bereiding: Wasch de citroenen; rasp de sehii af met de suikerklontjes. Maak daarnaj de suikerklontjes fijn. Roer de boter tot room, voeg één voor één de eidooier» tpe en de suiker. Roer deze massa lang en luchtig. Voeg vérvolgens het uitge perste citroensap toe en vlutf het aard appelmeel. Sla het eiwit zeer stijf en vermeng dit luchtig met de massa. Doe alles vlug in een met boter inrfesmeerd vuurvaSt-schoteltje én bak dit in een matig warmen oven Hebt bruin en gaar. Dit gerecht moet dadeliik uit den oven opgediend worden. N.B. Daar de massa in den oven rijst, mag het schoteltje niet geheel gevuld worden. CITROENLIMONADE. 2 K.G. suiker 2 ctLL. water 58 gram citroenzuur 30 gram citroenessenee.; Bereiding: Breng het water aan de kook en te» er de suiker en het citroenzuur in op. Roer er na bekoeling de essence doof en giet de limonade in de goed gewas- schen en uitgekookte fles&qhen. Sluit deze met een uitgekookte kurk en lak ze desgewenscht. Verdun de limonade bij het gebruik met drie deelen water. NB. Desverkiezende kan men door deze hoeveelheid eitroenlimonade 30 gram oranjebloesemwater roeren. CATHARINA. Winterweer, kinderen en hand schee tjes behooren bij elkaar. Maar helaas, de kinderen en de handschoentjes ra ken elkaar telkens en telkens weer kwijt. En dat geeft aanleiding tot veel gebrom van de ouders en veel verdriet van de kinderen. De ouder» zijn natuur lijk ontdaan, omdat er nu alweer één handschoentje verloren is van een paar tje, en wat heb je nu aan het tweede? En de kinderen huilen van de koude handjes, want werkelijk, 't is niet om uit te houden, als je daar last van hebt. Al die misère kunnen we voorkomen door de handschoentjes met het boord aan een eind band te naaien, dat even lang is als de breedte van den rug, met de gestrekte armen tot aan de polsen. *3$ De handschoenen steken we nu in de mouwen van de jas of het manteltje, dat ons kleine klantje geregeld draagt, en laten het heele stelletie er rustig inzit ten als het jasje aan en uit gedaan wordt De band blijft dus altijd tegen den rug van de jas zitten en we voorkomen, dat de handschoentjes, die niet dieo genoog in de zakken opgeborgen worden, door de gang slingeren en vuil worden. Hebben de kinderen buiten hun hand* schoentjes op deze wijze aan, en willen zij ze even uittrekken om een sneeuwbal te maken of om herten te voeren, of katjes te plukken, dan trekken ze hun hand uit den handschoen terug en blijft het leege handschoentje uit bun mouw bengelen, inplaats van de kans te loopen verloren te worden. Velen uwer zullen zeggen, wat een oud recept, handschoentjes aan een band naaien, en ik geef U gelijk, het ia een oud recept: maar waarom zie ik dan toch nog telkens handschoentjes-mi» sère? Overal, in de tram, in den trein, bij school, in de kinderbewaarplaats?. Waarom moet ik dan nog telkens laten zien, boe mijn kinderen nooit hun hand schoenen verliezen kunnen? Er is een groep opvoedster», die zeggen, dat het onzin is "t onzen kinde ren zóó gemakkelijk te maken. Neen, hoor, dat mag niet. Kinderen moeten leeren verantwoordelijkheid te voelen voor wat hun is toevertrouwd. Ze moe ten leeren zich te bepalen bij hun eigen dommen en er zorg voor te dragen, Schoone theorieën, beste onvoedsters, maar de practijk in het huisgezin i» dikwijls eenigszins anders. In een gezin met vijf kinderen voorkomen we maar lie ver, dan telkens weer te" moeten gene zen, Zoowel terwille van de b 'Urs al» ter wille van 't vervelende, vermoeien de gedoe van verdriet of straf! J, F. JACOBS—ARRIëNS, Benoodigd; 6 el gewerkt mousseline, I el effen mouseline. Bovenstaande peignoir is zeer gemak kelijk te maken, de moeilijkheid is slechts het knippen.Maakt men bem van mousse line, dan heeft men een breedte van 70 c,M, Eerst knipt men den achterkant, en hieronder de beide voorkanten uit. De lengte van dqn peignoir bedraagt 115 c.M terwijl men nog 6 c.M. extra voor zoom aanrekent. Nu knipt men de mouwstuk ken apart aan weerszijden bij dqn zelf kant weg. Men krijgt 4 van deze stukken, zoodat men ze twee aan twee onder elkaar legt. Vervolgens stikt men de mouwstukken aan het voor- en achter pand vast, zoodat ge het patroon krijgt als de teekening u aangeeft. Hierna wordt tegen de beide voorkan ten een reep mousseline gestikt, die na afwerking 10 c.M. breed is. De zijnaden en de beide schoudernaden kunt ge met een Engelschen naad dichtstikken, waarna ge ean den onderkant den 6 c.M. breeder, zoom in kunt maken. De onderkant ven de mouw wordt af gewerkt met een bies, die men 8 c.M. breed knipt en welke aan- en over wordt gestikt. Nu de knoopsgaten, waardoor de cein tuur wordt gehaald. Hiervoor knipt men eerst 8 lapjes, welk? 10 c.M. lang en 5 j c.M. breed zijn. Het lapje legt men op de A*t L, pla_ats, waar het knoopsgat komt, bet midden op het midden, waarna men de lengte van het knoopsgat (7 <5 Md even op het lapie doorrijgt. Nu stikt men deze 7 c.M met een Vi c,M. naad om 0aaj wordt het knoopsgat in het midden door- geknipt, het lapje door het knoopsgat naar den anderen kant gehaald» en daar op^ezoomd, kraagje, dat men 42 c.M, lang en 20 c.M. breed knipt, wordt opgestikt midden voor en aan den verkeerden kant overgezoomd. Het overige gedeelte van den overslag wordt tegen elkaar ingesla gen. De zakken knipt mem 15 c.M. lang en breed. Aan den bovenkant zet men van de effen mouseline een klepje op, terwijl men daarna de zakken op de daarvoor bestemde plaats opstikt. Zooal» het plaatje u toont, sluit de peignoir met e®? strik. Voor bovenaan knipt ge de strik ken 7 c.M breed en 70 c,M. lang, waarna ge de kanten afwerkt met een smai zoompje, en den onderkant eenigszirji schuin af laat loopen, waarna ge de strik ken onder het kraagje vastzet. Voor dt ceintuur knipt ge de «trooken 10 s.M, breed, terwijl de lengte in 't geheel pl.m. 2 c.M. moet bedragen. Be afwerking ge schiedt op dezelfde manier als boven. DINY. J. F. JACOBS—ARRIËNS, I 'y** föjr*

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 10