FORHAMINT
Verkeersongevallen
Voornaamste Nieuws
1 f40.-
WOENSDAG 8 FEBRUARI 1928
De oneerlijke
concurrentie
VREEMDE TALEN
DIT NUMMER BFSTAAT UIT DRIE PLADEN
EEN EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16776
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL.
Resmettelijke huidziekte bij
runderen
Personalia
Bloemententoonstelling
Lisse
Waarschuwing.
Zeereerw. heer P. F. W. Soepnel
Faillissementen.
v iSfe
J. J. WEBER ZOON
OPTICIENS - FABRIKANTEN
Koningstraat 10 Haarlem.
Telegrafisch Weerbericht.
DE GRONDEN AAN DE
JAN GIJSENVAART
De Indonesische studenten
BUREAUX: NASSAULAAN 49
Telefoon No. I3S66 (drie lijnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: vooi Haarlem en
Agentschappen; pel week 25 cl.s per
kwartaal 1 3.25; per post, per kwartaal
I 3.58 bij vcofuitbclal ng.
ADVERTENT IE N 35 et. p. regel
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN-
TIES, I—4 regels 60 et. p plaatsing;
elke regel meer 15 ct., bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
fusscbcn den tekst 60 ct. per regel.
AUj abcnnéL cp dit blad zijn, ingevolge de \eizekeringsvcoiwa&:den f - Leven lmre geLeek ongeschi: thcid tot werken door f 7Kfl fcij een ongeval met f veiJ'V v e11
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeer'ngen ölïUu» verlies van beide armen, beide beenen of beide oegen;* docd-lij..en cfk op«wU. een voet of
- r>rp/>uipi\cv niTCnr m/ nmcuA *1 VIPf
bij vcilies ven een f CR
bij 'n breuk van
:ofneCeenhconeJ; t 125.' duim Óf wijsvikge'r; l W biJ* of arm
voor een der volgende uitkecr.ngen www. vernes van ceice armen, Deiae Deenenoi o«ue mgiu,» - ww. Uu.u.uj..cu .ü-upo r een oog,-- uul u' 6
bij verlies v. een
andere vinger.
Reeds jaren wordt er in ons land gepo
lemiseerd over de vraag: „hoe kan de on
eerlijke concurrentie (in de klein-nijverheid)
bestreden worden?" En hoe langer de strijd
duurde, hoe troebeler het vraagstuk en hoe
verder verwijderd de oplossing scheen te
worden.
Er is ln dien strijd één groote mijlpaal,
één rustpunt: de afkondiging van het zoo
genaamde wetje-Aalberse in Augustus 1915,
waarvoor meer dan een dozijn jaren was
gevochten. Met belangstelling werd uitge
zien, wat met dit nieuwe wetsartikel, waar
bij oneerlijke, misleidende concurrentie on
der de strafwet zou vallen, voortaan zou
worden bereikt. Na weinig tijd kwam de
desillusie: practisch bleef alles bij 't oude,
misschien moet men zeggen: het werd er
ger dan vroeger. Een enkele maal werd
met succes of met vrijspraak van den aan
geklaagde, een zaak voor den rechter behan
deld, maar de vervolgingen waren spora
disch; het leek wel of politie en justitie
voor deze materie niets gevoelden.
En de strijd begon opnieuw en nu hevi
ger dan ooit. Men begon te twijfelen aar
de doelmatigheid van het strafwetsartikel?
Was te vroeg gejuicht? Was de middenstand
met een dooie musch blij gemaakt?
De vraag kan ook gesteld worden, of on
eerlijke concurrentie wel als iest misdadigs
werd beschouwd? Een wet, wil zij afschrik
wekkend en regelend werken, moet de vast
legging zijn van wat er leeft in het volks
bewustzijn. Was dit met de bestrijding van
de oneerlijke concurrentie wel het geval?
Of moest hier weer worden geconstateerd,
dat onbetamelijke handelspractijken ons volk
in het bloed zitten; de Nederlanders, die
van ouds befaamd zijn als smokkelhande
laars op alle zeeën, als leveranciers van oor
logsmateriaal en allerlei benoodigdheden
aan strijdende partijen, als listige vervoer
ders van contrabande? De distributietjjd met
zijn ongezonden handel, de ketting- en
smokkelhandel der oorlogsjaren, de ongere
gelde prijzen der na-ooriogsjaren, dat alles
deed aan de van ouds bestaande mentaliteit
toch al geen goed. Hos zou de afkeer tegen
oneerlijke concurrentie in die dagen zóó zijn
gegroeid, dat de rechterlijke macht voor een
strenge toepassing van het wetje-Aalberse
kon rgkenen op een zedelijken steun in de
volksovertuiging? Daar mankeerde alles aan
Op zijn zachtst gezegd is het groote publiek
totaal onverschillig voor de practijken der
oneerlijke concurrentie: een goed deel pro
fiteert er van zonder verder nadenken
Corns zelfs met leedvermaak. En de midden
standers krakeelen onder elkaar. In de vak
bladen, op de vergaderingen, op de congres
sen was groot meeningsverschil over de
deugdelijkheid van het eens zoo zeer toe
gejuichte wetsartikel. Het heette, dat met
zulk een algemeene bepaling niets begonnen
kon worden; in de wet dienden de gevallen
van strafbare, oneerlijke concurrentie pre
cies omschreven te worden, dan eerst zou
er kans op afdoende bestrijding zijn.
Op die manier zou men weer van voren
nan kunnen beginnen en een onderling
vechtende middenstand zou nu Juist eerst
de grootste hinderpaal kunnen worden in
een strijd tegen een kwaal, welke den ge-
heelen, eerlijken middenstand bedreigt en
welke dus de meest nauwe samenhoorigheid
verelscht.
Maar nu schijnt er kentering te komen.
Met belangstelling namen wij kennis van
een lezing, die één der groote kemphanen in
bedoelde twist, n.m. de heer Koopmeiners
verleden week voor de Roterdamsche mid-
denstandsvereeniging „Handel en Nijver'-
heid" hield.
Na uiteengezet te hebben, dat de moei
lijkheid in den strijd voor het bestaan, het
gaandeweg verdwijnen of verworden van tal
van eertijds gevestigde zaken, voor een groot
deel aan de oneerlijke concurrentie is te
wijten en dat dit niet enkel een persoonlijk
middenstandswee, maar ook een ernstige
schade voor het algemeen, dus het lands
belang is, zei deze spreker:
Het spreekt vanzelf, dat hij, die geroepen
ls leiding te geven in de middenstandsbe
weging, verplicht is deze verderfelijke ont
wikkeling tegen te gaan met alle hem ten
dienste staande middelen. Het is daarom,
dat ln „Handel en Nijverheid" tal van ar
tikelen zijn verschenen, die met onverbidde
lijke hardheid de verschillende misleidende
en oneerlijke praktijken in den handel heb
ben aangewezen en veroordeeld. Voor een
belangrijk deel hebben deze artikelen doel
getroffen, hoewel niet bij den handel zelf
en ook niet bij de middenstandspers, maar
niemand minder dan ex-minister Aalberse,
de vurige bestrijder van de oneerlijke con
currentie, heeft eenige onzer beschouwingen
aangegrepen als uitgangspunt van de nui-
dige situatie en heeft daarover hoofdartixe-
ler. in „Het Centrum" geschreven, waaruit
heel wat leering valt te putten, die ook op
spr. niet zonder invloed zijn geweest en hem
een anderen kijk hebben gejeven op de
werkingsfeer van het artikel, indien ht
wordt aangegrepen en toege
past. En het is een fout geweest van der,
middenstand zelf, dat dit aangrijpen en da
toepassing ervan zóóveel te wenschen heb
ben gelaten, dat wij in zulk een chaos zijn
beland, dat het onmogelijk schijnt er uit
te geraken.
Uit de ministerieele interpretatie van art.
328bis valt te leeren, dat er zoo goed als
geen misleidende, dus geen oneerlijke con
currentie behoeft te worden geduld; dat de
middenstand, in samenwerking met politie
en justitie, bevrijd kan worden van dien
kanker der samenleving.
Wij moeten erkennen, dat wij allen heb
ben gedwaald; dat tot heden de actie tot
bestrijding van de oneerlijke en misleidende
concurrentie, van den verkoop met cadeaux,
gericht tegen de schjjnuitverkoopen en ver-
'loopingen, die het publiek op een dwaal
spoor brengen, tegen het euvel der vliegen
de winkels, enz. enz. langs verkeerde wegen
werd geleid. Wij moeten bekennen, dat wij
sedert lang ons vermoeien met het intrap
pen van een open deur.
Maar i s het vraagstuk der misleidende
en oneerlijke concurrentie werkelijk opge-
'ost door het in het leven roepen van art.
328bis Wetboek van Strafrecht (het z.g.
wetje-Aalberse), hoe komt het dan, dat de
middenstand daar niets van merkt, hoe
komt het dan, dat die concurrentie zich
steeds heviger doet gevoelen?
In den loop van het vorige jaar heeft
;pr. deze vraag reeds in „Handel en Nijver
heid" gesteld, naar aanleiding van een po-
'emiek met mr. Aalberse, die toen er op
.vees, dat de middenstand met kracht de
wapenen moet hanteeren, welke de wet hem
'n deze in handen heeft gegeven.
En op de opmerking, dat de middenstand
ten deze zoo weinig medewerking kreeg van
politie en justitie, antwoordde mr. Aalberse,
lat dan te meer klemde zijn vermaning:
'aat de middenstand zélf actief zijn!
Het behoeft zeker niet gezegd, aldus spr.,
lat deze raadgeving, gevloeid uit de pen van
den kundigen en onvermoeiden strijder tegen
de oneerlijke concurrentie, van groote be
tekenis is voor de houding, die de midden-
-.tandsorganisatie in dit opzicht heeft aan
te nemen. De strijd, die van dit oogenblik
af door de organisatie zal moeten worden
gevoerd en de voorlichting, die van haar zal
moeten uitgaan, zullen niet gemakkelijk zijn.
Maar er zijn voorbeelden aan te wijzen, die
moedgevend zijn, ook al worden zij over
vleugeld door teleurstellende feiten.
Wanneer van twee twistende partijen één
ongelijk begint te erkennen, ls er altijd kans
op een spoedig accoord; en wat tot dan kib
belend en werkloos tegenover elkander
stond, gaat dan weldra samen, strevend
naar bereiking van één en hetzelfde doel.
Moge dat in het onderhavige geval ook
zoo zijn! Er is nu genoeg geklaagd en ge
kankerd over de volkskwaal der oneerlijke
concurrentie. Er is een bepaling in de straf
wet, om die kwaal afdoende te bestrijden;
maar de eigenaardigheid van de materie
brengt mee, dat men beter doet de strafwet
meer als dreigement, als stok achter de
deur, als uiterste sanctie te beschouwen, dan
als tuchtigingsmiddel. Het gaat hier om op
voeding van standgenooten door standge-
nooten, om het aankweeken van een an
dere en betere mentaliteit door en in de
organisatie. Het te hulp roepen van Óen
-echter zij „uiterste noodzaak".
Merkwaardig is de heer Koopmeiners
herinnerde er aan in zijn lezing dat een
der pioniers van de Nederlandsche midden
standsorganisatie, de heer Meuwsen, reeds
",n 1915 dezen zelfden weg aanwees, toen hij
schreef
Men vergete niet, dat wij een wet tot
bestrijding van da oneerlijke concurrentie
niet hebben gevraagd, met het doel om zoo
veel mogelijk handeidrijvenden voor den
•echter te brengen, maar wèl om de oneer
lijke concurrentie, door haar schadelijke ge
volgen voor den eerlijken handelaar, te doen
ophouden. Het is daarom noodig, dat de
Nederlandsche middenstand tot accoord
'<omt, en dat besloten wordt om geen klach
ten over oneerlijke concurrentie direct door
alle handeldrijvende-a te laten doen, doch
alle feiten van geconstateerde gevallen ter
hennis der organisatie te brengen. De Mid
denstandsorganisatie zou b.v. door het
'nstellen van een kleine commissie van
rechtsgeleerden, (die op haar beurt, zooals
dit elders reeds geschiedt, voor bepaalde
-cractische gevallen de voorlichting van vak
deskundigen kan inroepen), naar welke com
missie alle te harer kennis gebrachte geval-
'en van oneerlijke concurrentie zouden wor
den verwezen een o. i. uitmuntend werk
doen. Indien de commissie over een te harer
hennis gebracht geval geoordeeld heeft, dat
het valt onder de wet-Aalberse, zou de mid
denstandsorganisatie den man, die zich aan
dit oneerlijke gedoe heeft schuldig ge
maakt, kunnen waarschuwen, en hem aan
manen er direct mede op te houden.
En indien blijkt, dat hij, niettegenstaan
de deze waarschuwing, toch blijft door
gaan met zija oneerlijke handelingen, dan
kan de Middenstandsorganisatie een aan-
hlacht bij de rechtbank indienen.
Al zoo vaak is gebleken, dat de midden
stand niet beter geholpen wordt, dan wan
neer hij zich zelf helpt. Ook hier schijnt
deze wijsheid al weder bewaarheid te wor
den. En, wanneer op deze wijze de midden
stand zich zelf helpt en eigen gelederen
zuivert, dan bewijst hij tevens een dienst
aan de gemeenschap; wat toch zijn eerste
en meest eervolle taak is en blijft.
(Van onzen Romeinschen Correspondent).
Het is vreemd, maar niettemin een feit,
dat nergens ter wereld de kenn's van vreem
de talen zoo gebrekkig is ais in de Metropo
lis, de eenige werkelijke hoofdstad die Euro
pa en de wereld telt, als in Rome.
Met de meest gangbare wereldtalen be
reik je er gewoonweg niets en met gebrek
kig gesproken Italiaansch ook al niet veel
meer.
Natuurlijk kan je je tot een Romein wen
den met een eerbiedig: „Pardon, monsieur,
parlez-vous francais?" ef met een: „Eirie
um Verzeihung, aber sprechen Sie
Deutsch?" of met: „Please, do "ou sneak En-
glich?" en ook wel met: „Fabla Vd el Cas-
tellano?". Regelmatig a's een klok, zal hij
antwoorden met: Qui, ja, yes ef si! Maar
daar blijft het dan ook herseh bij. Zonder 'n
spier van zijn gelaat te vertrekken, laat hij
je verteren wat je op je hart hebt en ant
woordt dan in vloeiend Italia"nsch, dat het
hem heel erg spijt, maar dat h'j je niet
gesnapt heeft. Daarna begint hij ten
minste wanneer hij een vriendelijke winke
lier is; in Rome zijn weinig vriendelijke win
keliers; te raden en je krijgt nooit wat je
hebben wilt en je bent, wanneer je eieren
kiest voor je ge!d, altijd even duur uit. Wa-t
dót praat je geen Italiaan uit zijn ho-fd:
een vreemdeling is schatrijk en met den hvi-
digen stand van de Lira maak ie, met een
reis naar Italië gewoon een reuzen soaarpot.
(Geloof u vooral niet dat dit ook maar op
de werkelijkheid liikt!) Fn dan is het een
erg onhebbelijke gewoonte cm te probeeren
of je een vreemdeling voor het lapje ken
houden of niet.
Fen voorbeeld: Fen wim^ier hoort aan
mün uitspraak van het Italia"ns*h. dat ik
een vreemdeling ben. Hij geeft voor Frans-h
Duitsch en En gelach te spreken. Ik heb er
geen bezwaar tegen om te convrscerrn fn
hij proest een stelletje niet-Italiaarscbe
woorden uit die hij eerst in het Ital aansch
vertalen moet voor ik ze be~r p. Uit dank
baarheid voor het compliment dat ik hem
maak. men make een Italkan ui'sluitend
complimenten! probeert hti me tuss"hen
een aantal lire-stukken die ik van hem
terug ontvang, een vreemde munt toe
vallig nog wel een Hollandschen gulden!
in mijn hand te stoppen. Wanneer ik hem
opmerkzaam maak, heeft hij zelfs geen ex
cuus. Voor wie hem toch met vreemde talen
aan boord komt, spreekt zoo iets van zelf.
Een volgenden keer kon ik met geen mo
gelijkheid op het woord „fazzoletti" (zakdoe
ken) komen en ik heb geen tijd' om naar
huis te gaan en een dictionnaire te raad
plegen. Ik ren dus naar mijn veeltalligen
winkelier en vraag om „mouchoirs". Het
gaat rond-uit gesmeerd en of hij nu niet
precies weet aan welke taal het woord
„mouchoir" ontleend is, weet ik heusch niet,
maar van den weeromstuit spreekt hij
Engelsch. De koop wordt gesloten en dit
maal krijg ik een aantal 5 Lirestukken te
rug. Eén ziet er nog al raar uit...Het blijkt
een oud 1 Lira-stuk te ziin. Ik maak er
hem weêr opmerkzaam op en herinner hem
er aan, dat dit de tweede maal is hl één
week. Hij heeft een handbeweging. Meer
niet. Als je ook vreemde talen spreekt!
Zoo gaat het meer.
En klaarblijkelijk ook met meer succes.
Verondersteld nu dat u geen Italiaansch
kent, want dan is er natuurlijk niks-an,
wat beteekent dan: „Si paria francese, in-
glese, te desco?" Ik maak me sterk, dat het
U een raadsel is. Wel, het beteekent: „Men
soreekt Fransch, Duitsch en Engelsch". Van
die aankondigingen hangen er tientallen in
de romeinsche winkels. Ik vermoed echter
dat ze alleen maar dienen om den Romei
nen in te prenten hoe uitstekend er wel voor
de vreemdelingen gezorgd wordt, want de
arme Baedeker-gymnast die het al zoo ver
heeft gebracht, dat hij die vijf woorden leest,
och! die redt zich ook verder wel!
Natuurlijk zijn er ook zij het in be
perkte oplage, de sterotiepe aankondigin
gen: „On parie francais; English spoken;
Man soricht Deutsch." Zij schijnen den
laatsten tijd zelfs in den handel te zijn,
want hun uniformiteit is onva'Frd. Wa""t
U het echter daar eens cp, om naar bin
nen te gaan! Ik beken U rcnd-u!t, dat het
wel ee-s uo~d afliorrt. '""ar n-o n iik U
do ,telk" inrit vit rn r'an '-o*"t er riruaud
die wel lets van talen afweet. Hij is natuur
lijk een ü.e uiw uo ui—„an
zijn bondstaatje a priori voor een taai-feno
meen doorgaat. En hij spreekt 'n Duitsch,
dat noch in Berlijn, noch in München ver-
Een onderzoek door den VeeartsenUUnndigen
Dienst.
Naar aanleiding van het bekend worden
van enkele gevallen van huidziekten bij
runderen, de Sarcopteschurft, waarbij ook
besmetting van menschen heeft plaats ge
had, heeft de Directeur van het Veeartse-
njjkundig Staatstoezicht, Dr. Berger, den
inspecteurs van dezen dienst opgedragen in
hunne ambtsgebieden een onderzoek naar
het voorkomen dezer ziekte in te stellen,
waarna zal kunnen overwogen worden óf en
welke regeeringsbemoeiing noodzakelijk of
wenscheljjk ls.
Bij beschikking van den Minister van
Einnenlaridsche Zaken en landbouw van 6
Februari 1928, is, voor het tijdvak van 6
Februari 1928 tot 1 September 1928, benoemd
tot leeraar aan de Rijkstuinbouwschool te
Boskoop G. Bleeker, te Santpoor.
staan wordt, een Engelsch, dat het midden
houdt tusschen de fraaie dialecten van
White-Chapcl en Hell-Kitchen; en alleen
zijn Fransch is gewoonlijk aanhoorbaar, al
schijnt bij 't meer met zijn neus dan met z'n
mond te spreken.
Zoo is de man die vreemde talen kent,
vooral zuidelijker dan Genua, een man-met-
een-rug geworden. Hij behoeft maar een ad
vertentie te plaatsen met een opsomming
van de talen, die hij machtig is, en
het regent aanbiedingen.
En ook zoo floreert het ambt van tolk!
Hoeveel tolken Rome telt, weet ik heusch
niet. Maar het zijn er veel. En amateur-
tolken zijn alle vreemdelingen die vijf- en
twintig woorden Italiaansch spreken. Het is
echter slechs om één enkelen officieelen
tolk, dat ik dezen brief begon.
Hoe hij heet? Hoe h'j er uit ziet? Of hij
groot is of klein, dik of dun, een Italiaan
of een Eskimo? Of hjj werkelijk zijn talen
kent en hoeveel? Ik weet er allemaal niets
van. Ik ben brutaal en journalist, of om
gekeerd of beiden, maar mij tot hem te
wenden heb ik nooit gewaagd. Ik bedoel
den tolk van het postkantoor!
U bereikt Rome's postkantoor ik be
doel natuurlijk het hoofdpostkantoor;
door een smal straatje, dat van het Corso af
naar de piazza S. Silvestro leidt. Het is een
groot, leelijk gebouw, dat absoluut vierkant
is en veel weg heeft van een ultgeholden
muur, die om een bloementuin staat. Die
bloementuin welke met zijn palmen en het
marmeren standbeeld van Koning Victor
Emanuel een bijna tropischen indruk maakt,
is de cortile. Hjj wordt omsloten door een
zuilengalerij de portici, waaronder de
loketten zijn aangebracht, en de holten in
den muur waarmee ik het gebouw verge
leek, zijn de loketten.
Men zegt, dat het postkantoor eens dien-
dé cm al het in Rome geschrevene te be
waren en daarna zoek te maken. Ook zegt
men, dat elke goede mop die al eens over
de post werd ten beste gegeven, op Rome's
postkantoor van toepassing was. Momen
teel is dat afgeloopen. Al lean het facisme
er nog hcv'vat bereiken, het heeft be
reikt, dat iemand die niet al te gehaast is,
er naar tevredenheid geholpen wordt.
Als u nu van af de piazza S. Silvestro
het postkantoor betreedt tot onder de por
tici, vindt u aan uw rechterhand een loket
met traliewerk van veel solieder en zeker
veel artistieker uitzicht als dat van het
Haarlcmsche belastingkantoor. Het is ook
precies als op het Klein Heiligland met
bordpapier geblindeerd. Maar er hangen
geen aankondigingen over gepast geld en
verboden te rooken. Er staat keurig geschil
derd; Interprete (klemtoon op ter!) en an
ders niets.
Achter die tralies, in de duisternis des
bordpapiers, bewaren de Romeinsche pos
terijen haar tolk!
Want interprete beteekent tolk! En of u
dat niet weet, daaraan stoort zich de poet
niet! In het Italiaansch is tolk Interprete
en dat staat er: daar mee uit!
Hoe lang of de man daar al zit als
hjj ten minste zit: ik weet het heusch niet,
is mij onbekend. Wat hjj verdient, is me
ook een raadsel. Maar hjj moet dik zijn
van het rusten, en zijn talen bijna verge
ten. Vooral aan loket 13 dat der bui
tenlandsche aangeteekende correspondentie,
zie je menschen knoeien van allerlei na
tionaliteit. De tolk zit ergens in donker en
de Italianen die ten slotte het woord inter
prete moeten kunnen ontcijferen, beleven
ook al weinig plezier van hem, want zij
kunnen zich niet als vreemdelingen voor
doen, bij gebrek aan talenkennis.
Een betrekking met vergezichten dus voor
iemand die een rustkuur behoeft, of zijn
zenuwen tot bedaren wil brengen, of een
poosje gewichtig zijn wil zonder moeite.
Dat was het, ja! Want ik heb niet
gelezen dat de interprete van schrik ge
storven is: onder de aankondiging van
zijn functie is een bordje gehangen waarop
met gulden letteren de woorden geschre
ven staan: Reclamations, claims, klagen
En de rust zal voorbij zijn.
Want te klagen valt er altijd wat!
En nu zullen ze rennen gaan, met tien
tallen, naar het loket van öcn interprete
cn niet langer zullen er <le apinnen vreed
zaam haar netten spannen.
Ilc vermoed dat er een syndicaats-vergade-
ring voor is noodig geweest. Maar dan werd
het toch in elk geval aangenomen met de
stem van den interprete tegen. J. H
Voor den niet-dorpsgenoot is 't gebouw
van 't H. B. G. tamelijk verstopt. Wie P?r
fiets of auto het lintworm-dorp doortrekt,
leert alleen deze welvarende gemeente in °e
'engte kennen. Wat ik hier beweer, geldt al
leen voor de toeristen.
Zakenmenschen dit in den meest uitge-
breiden zin van 't woord zulïen allicht den
Grachtweg kennen en den molen zonder kar>_
Eenmaal daar aangeland, vindt u vanzeu
het H. B. G. gebouw.
Hierin is Dinsdagmiddag de Bloementen
toonstelling geopend, gelijktijdig met de
Winkeibeurs.
De afd. Lisse van Bloembollencultuur nam
het initiatief tot deze tentoonstelling, die V
van de beschikbare ruimte in beslag neemt.
Om twee uur opende de voorzitter van de
afd. Lisse van Bloembollencultuur, de heer
Grillemans, de tentoonstelling met de vol
gende toespraak:
Vijftig jaar geleden werd er te Lisse een
tentoonstelling geopend. Als jongeman be
zocht ik die tentoonstelling met mijnheer v.
Ruiten. Het verschil ln exposeeren van toen
en nu is groot: de artistieke opvatting ',as
zoek. Spr. kan niet zeggen, hoe veel genoe
gen 't hem doet, thans hier aan te treffen:
wat toen gemist werd, terwijl bovendien hier
de kwaliteit beter is en meer soorten aanwe
zig zijn. Aan de jongeren, die zijn wenk om
de tentoonstelling artistiek in te richten,,
volgden, brengt spr. zijn bijzonderen dank.
Zij moeten een voorbeeld nemen aan voor
heen. Toen ging er van Lisse een roep uit.
wat kwaliteit betreft. Het is spr. een vreugde
hier een tentoonstelling te zien, door den
lust en ijver der jongelieden bijeengebracht.
Hij spreekt den wensch uit, dat zij het hier
bij niet zullen laten en als goede Lissenaren
zullen trachten te bereiken, dat er gezegd
wordt: wil je een mooie tentoonstelling zien-
ga dan naar Lisse.
De heer Grullemans brengt dank aan Bur
gemeester en Wethouders.
Het doet spr. genoegen, dat de tentoon
stellingscommissie hare benoeming heeft
f aangenomen en hoopt, dat voor een volgende
maal zij wederom deze functie op zich zal
willen nemen.
De zilveren beker, beschikbaar gesteld
door de gemeente Lisse, overhandigt spr.
aan den heer Vreeburg, van de firma Gebr.
Vreeburg, voor de mooiste en grootste in
zending.
Toespraak van den heer E. H. Krelage.
Na het openingswoord van de voorzitter
der plaatselijke afdeeling, wenscht de heer
E. H. Krelage namens het hoofdbestuur een
enkel woord te spreken.
Als de heer Grullemans herinneringen van
30 jaar her in de gedachten heeft terugge
roepen, kan spr. slechts over herinneringen
van 40 jaar geleden spreken. Zij sluiten zich
merkwaardig aan bij wat hij heeft gezegd.
Ms jonge man bezocht spr. met z'n vader
tentoonstellingen. Een goede roep en kijk op
de cultuur vierden in Lisse hoogtij. Toch is
er een groot verschil r.an te wijzen: toen
maals was 't diep in Maart, nu begin Fe
bruari. Het is ongeveer 50 jaar geleden, dat
de afd. Lisse is opgericht. Het jaar 1879 heeft
9 of 10 afd. zien geboren worden. Als 't vol
gend jaar de afd. 50 jaar bestaat, zal er
groote vooruitgang te zien zijn en heet zal
geen verwondering wekken, dat dit juist in
Lisse het geval is. Lisse is het centrum van
cultuur, wetenschap, onderwijs. Lisse stelt
deze bijzondere omstandigheden zeer op prijs
en het is daardoor niet te verwonderen, dat
de cultuur er vorderingen maakt. Spr.
wenscht de afdeeling van harte geluk en
succes.
Namens „Lisse Vooruit" dankt de heer F.
C. j. van den Eerden voor de uitnoodiging,
die met genoegen is aanvaard, en spreekt er
zijn voldoening over uit, dat de afdeeling ge
lijktijdig met de Winkelbeurs hare tentoon
stelling heeft georganiseerd. Uwe welvaart,
zegt spr., is onze welvaart.
Wij stellen het op prijs ons kunnen te la
ten zien. Anderzijds vraagt spr. den midden
stand een goede kans te geven. Met wen
schen voor welslagen besluit de heer van
den Eerden zijne toespraak.
De inzendingen.
Komende tot de tentoonstelling zelve,
waar naast fraaie cultures allerlei noviteiten
zjjn te bewonderen, verdient het volgende
extra-vermelding
Competitor en Aurora-Annie van den heer
Th. v. d. Vlugt.
Bartigon Rose, darwintulp en Maréchal
Niel, van de firma J. Pijnacker en Zonen.
(Als fraaie noviteit munt uit Generaal de
Weth)
Louis Bouwmeester van de firma Gebrs.
Vreeburg.
Early Surprise (narcis) van den heer J.
Berbóe Gzn.
Pacific, Yellow Poppy en King Harold van
Ir. A. F. de Graaff.
Oranje Blossom, Oranje Globe en Poetas
Mignon van de firma D. W. Lefeber Co.
Een fraaie narcis is Daisy Schaefer.
Olympiade van de firma Gebr. Tegelaar.
L'Aurore van de firma v. Rijn en Beelen.
Een fraaie collectie, verlcopen uit één
soort, Murillo, vraagt in 't middenperk de
aandacht.
Diadeem (Darwin), William Copeland
(rose) van de Ver. Bloemb. Culturen, Noord-
wijk.
Triomfator van den heer J. P. Segers.
Nieuwe, grootbloemige soorten Crocus van
de firma G. v. d. Mey's Zonen.
Wedgewood (Iris) van den heer L. van
Staalduinen, 's-Gravezande.
Onderscheidingen.
D. W. Lefeber Co., gouden medaille;
Gebrs. Segers, verguld zilveren medaille; H.
de Graaff en Zn., gouden medaille; Gebrs.
Tegelaar, verguld zilveren medaille en gou
den medaille, aangeboden door de Coöp.
Veiling Vereeniging. Van Rijn en Beelen,
groote gouden medaille; P. Romijn Pzn.,
gouden medaille; de Graaff en Gerharda,
zilveren medaille; J. Berbëe Gzn., verguld
zilveren medaille; J. Velthujjzen v. Zanten,
verguld zilveren medaille; J. Pijnacker en Zo
nen, gouden medaille; J. en P. Lefeber, gou
den medaille; Gebrs. Tromp, verzilv. bronzen
medaille; J. W. A. Lefeber, zilveren medaille;
L. v. Grieken, verguld zilveren medaille; Da
mes en Werkhoven, zilveren medaille; G. v.
d. Meij's Zonen, verguld zilveren medaille.
L. Onderwater, verguld zilveren medaille.
De Commissaris van Politie der gemeente
Velsen waarschuwt in het algemeen be
lang geen handelsrelaties aan te knoo-
pen met de „Industrieele Handelsonderne
ming en Verkoopcentrale „De Globe", Am
sterdamEindhoven, alvorens inlichtingen
ingewonnen te hebben bij den Commissaris
van Politie voornoemd.
De toestand van den Zeereerw. heer Pas
toor P. F. W. Soepnel te Hoofddorp is nog
zorgelijk.
Hoewel Z. Zeereerw. slaappoeders waren
gegeven, bracht hij een onrustigen nacht
door.
De Arrondissements Rechtbank te Haar
lem sprak de volgende faillisementen uit;
K. Hofnagel, vlsscherman, destijds te
Urk, thans wonende te Zaandijk Zonnepad
37: curator Mr. F. M. Hagemeyer, alhier:
W. J. Cornelisse, A. Cornelisse, beiden
koopman en winkelier in manufacturen te
Wormerveer, zaken gedreven hebbende
onder de firma Gebroeders Cornelisse, thans
beiden wonende te Amsterdam; no. 1 2e
Wittenburgerstraat 25 III, no. '2 Rusten
burgerstraat 4: curator Mr. R. H. Dijkstra
to Amsterdam;
Klaas Schreuder, melkhandelaar te Water
gang, gem. Landsmeer aan den Oostelijken
Kanaaldijk; curator Mr. J. C. Y. Nieuwen-
huys alhier; Rechter-Commissaris Mr. G.
Sluis alhier;
Opgeheven werd het faillissement van
Th. Goemans, caféhouder te Vogelenzang;
curator Mr. W. G. J. Veenhoven, alhier;
Geëindigd zjjn de faillissementen door het
verbindend worden der uitdeelingslijst van:
K. Bakker te Zaandam; curator Mr. Julius
Hoog alhier;
W. Th. van Kesteren te Haarlem; curator
Mr. G. E. Mellema alhier;
Jac. van Ruiten Szn.te Roelof arendsveen;
curator als voren;
C. C. F. Duller, te IJmuiden; curotar
Mr. K. Westerling aldaar;
D. Meineu .reeder te Zaandam; curator
Mr. T. A. M. A. Löben Seis alhier;
J. Bakker te Zaandam; curator Mr. G.
W. C. Pliester alhier.
Te Hillcgom
Gistermiddag had te Hillegom een zeer
ernstig verkeersongeval plaats. Te ongeveer
3 uur reed de heer Carton, voeger te Haar
lem, met zijn zoon op een motor, ter hoogte
van de Kunstkalkzandsteenfabriek in
de richting Hillegom. De motorfiets had een
zeer snelle vaart. Bij de bocht, nabij de fa
briek, stond een handwagen van de tram
remise, die door een viertal mannen werd
voortgeduwd. Ook deze ging in de richting
Hillegom. Van de andere zijde, dus in de rich
ting Lisse, kwam een luxe-auto. De motor
fiets wilde voor den handwagen uitwijken en
reed den auto even aan, zwenkte naar de
andere zijde, greep den arbeider Otten en
sleurde dezen een eind weegs mede; daarna
sloeg de motor over den kop en beide be-
reiders werden met flinke vaart tegen den
grond geworpen. Zij bekwamen zeer ernstige
hoofdwonden en baadden in hun bloed. De
drie gewonden werden in de garage van de
fabriek binnengedragen en onmiddellijk werd
om hulp getelefoneerd. Zeer spoedig was de
loco-burgemeester, wethouder De Vreugd, op
de plaats des onhells, alsmede de politie
met brancard. Zeer spoedig waren de dok
toren Blok, van Lisse, en Steenmeyer en
Ten Hooper, van Hillegom, aanwezig, om de
eerste hulp te verlcenen. Op hun advies
werden de ziekenauto's van de hoeren Scheep
maker, te Lisse. en van Mathot, te Haar
lem, ontboden, die vader en zoon naar het
St. Elisabeth-gasthuis te Haarlem overbrach
ten. Beiden hebben vermoedelijk hersen
schudding. Hun toestand is zeer zorgelijk.
Earon van Hardenbroek tot Ammerstol stelde
alles in het werk, om hulp te verleenen en
bracht den arbeider Otten, die op twee
plaatsen zjjn been had gebroken, met zijn
eigen luxe-auto naar het St. Elisabeth-gast
huis.
Te snel rijden van den motor, is de voor
naamste oorzaak van het treurig ongeluk.
Het 25-jarig bestaan der Nederlandsche
Kamer van Koophandel te Parijs.
Groote bandjirs bij Djokja. Belangrijke
waterwerken vernield.
Prof. Snonck Hurgronje tot cerelid der
Russische Academie van Wetenschappen
gekozen.
Nieuwe komeet in het sterrenbeeld „De
Tweelingen" ontdekt.
De Nederlandsche oogstfflm ln Berlijn.
Jan Toorop naar het ziekenhuis overge
bracht.
Invoer van kunstzijde in Nederland.
Toenemend verbruik van kunstzijde in
Twente.
Dr. Willem Mengelberg door het orkest
van het Amsterdamsch. Concertgebouw
gehuldigd.
Besmettelijke huidziekte bij runderen.
E«n onderzoek door den veeartsenjjkundi-
gen dienst.
De zomertijd. Invoering met de nieuwe
dienstregelingen der spoorwegen.
Een luchthaven in Twente.
Groote brand te Amsterdam.
De heropening van het Britsche parle
ment. Debatten over de troonrede.
Louis de Vries in Kopenhagen. Een groot
succes voor de Hollandsche acteurs.
Sneeuwstormen in Zuid-Rusland.
De groote ram op de Mekong (Indo
china) 43 slachtoffers.
Een motie van wantrouwen tegen het
nieuwe Noorsche Arbeiderskabinet.
Barometerstand 9 uur vjn. 776. Stilstand.
Licht op. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 5.27.
Hoogste stand 782,3 te Clermond.
Laagste stand 733,2 te Ingö.
Verwachting tot den avond van 9 Fe
bruari: matigen tot krachtigen, westelijken
tot zuidelijken wind, betrokken tot zwaar
bewolkt, weinig of geen regen, weinig ver
andering in temperatuur.
Phct»
da keelonUmettenda tabletten
Voorkomt GRIEP en anderd
V besmettelijke ziekten*
In alle Apoth.enDrog.ó/I.- p.Hesclk
Nog dezer dagen vermeldden wd, dat 22
Februari m openbare vergadering behandeld
zullen worden door Ged. Staten de bezwa
ren van enkele raadsleden, ingediend tegen
den voor 252.000. aangevochten grond, ge
legen aan de Jan Gijsenvaart.
Thans is door de heeren Van Liemt c.s. een
motie bij den raad ingediend, waarbij de
raad Ged. Staten verzoekt, het raadsbesluit
niet goed te keuren, op grond van het feit,
dat het besluit niet met volle kennis van
zaken is genomen.
Zij zullen terecht staan wegens opruiing.
Woensdag heeft de beteekening plaats
gehad van de sluiting van het gerechtelijk
vooronderzoek in de zaak van de Indone
sische studenten.
Het dossier in deze zaak is thans in
handen van den President der strafkamer,
voor het bepalen van een dag van behan
deling. Zoodra dit is geschied, zal onmid
dellijk de dagvaarding worden uitgebracht.
Naar verluidt zullen de studenten terechi
moeten, staan wegens opruiing.