Landbouw en Visscherij
Varia uit het radio-laboratorium, i
door JOH. SCHNABEL.
UIT DE PERS.
De Socialistische Katholieke
Kerk
De zesdaagsche te Breslau
H. S. C. „Excelsior"
Elfde Jaarvergadering van den
R. K. Prov. Bond van
Geitenfv. in Z.-Holland
SPORT EN WEDSTRIJDEN
Inrichting haan Olympische
Roeiwedstrijden
MODERNE THEO-SOPHIA.
verzoeken dringend, rapporten betreffende
De Politie-radio.
„Hier gemeente-politie Hilversum"
tweemaal per dag, in bijzondere gevallen
nog wel eens meer. kunnen we het uit onze
koptelefoon of luidspreker hooren. En hoe
wel vele luisteraars vooral naar de avond-
berichten luisteren, is het doel van die uit
zendingen hen niet duidelijk; vandaar, dat
wij er hier een en ander van willen ver
tellen.
*t Was op 1 April 1925, dat een 80-tai
autoriteiten in Hilversum bij elkaar kwa
men, om het nut te bespreken van de radio
ten dienste van de justitie en politie. De
Commissaris van Politie te Hilversum, de
heer A. L. van Beusekom, was 't, die in ons
land het initiatief nam. om ook hier te
komen tot een z.g. politie-radio omroep.
Zooals hij indertijd ook zelf heeft verklaard,
was zijn idee niet geheel origineel, daar o.
a. Amerika reeds langer een dergelijke spe
ciale omroep kende. Na uitvoerige besprekin
gen, woorbij vooral de Hoofdcommissaris van
Den Haag zich als tegenstander van een
politie-radio-omroep deed kennen, werd ten
slotte overgegaan tot samenstelling van een
„Politie-Radio-Commissie", waarin zitting
kregen de heeren: A. L. van Beusekom,
Comm. van Politie, te Hilversum: A. Dubois,
Dir. N. S. F-, te Hilversum: P. Frima. Dir.
Politie Vakschool, te Hilversum: E. J. Pa oer,
Comm. van Politie, te Amsterdam en H. J.
Versteeg, Comm. van Politie te Amsterdam.
En dat deze commissie goed werk heeft
geleverd, kunnen we dagelijksch hooren.
Heeft een of andere politie-autoriteit een be
richt om opsporing, aanhouding of iets der
gelijks, dan behoeft hij dit slechts aan de
Hilversumsche politie door te geven, om het
bericht enkele uren later te hooren uitzen
den via den Hilversumschen omroepzender.
Is het bericht bijzonder belangrijk, dan kan
dit ook direct worden uitgezonden en be
hoeft niet gewacht te worden op de twee
vaste politie-zendtijden.
En het nut hiervan is duidelijk: voor en-
jaren moest óf gewacht worden, totdat het
Politieblad verscheen, öf er moest gebruik
worden gemaakt van telegraaf en/of tele
foon. Op de eerste plaats was dit een om
slachtige, op de tweede plaats een kostbare
manier, om berichten aan de resp. politie
autoriteit endoor te geven.
De politie radio heeft hierin nu veel ver
andering gebracht. Slechts een bericht wordt
er verzonden, en wel naar Hilversum, dat
dan door een der inspecteurs wordt voorge
lezen voor de microfoon. Fn op hetzelfde mo
ment kunnen n groot aantal politie-ambte-
naren het bericht opvang:n en... uitkijken!
Natuurlijk zijn er ook bezwaren aan dit
soort berichtgeving verbonden, maar de re
sultaten op net afgeloopen jaar, bijv. geven
een 80-tal goede resultaten, wat zeker niet
weinig genoemd kan worden. Men moet nl.
nu niet uit het ook verliezen, dat neg be
trekkelijk weinig politie-ambtenaren een ra
dio-ontvangtoestel bezitten. Talrijk zijn nog
de plaatsen, waar het politie-bureau nog
niet over een eenvoudig ontvangtoestel, als
noodig is voor het opvangen der berichten,
ter beschikking heeft.
In het jongste verslag van de Commissie
lezen we, dat momenteel in 68 Marechaus
sees-kazernes, inrichtingen tot het opnemen
van radio-berichten aanwezig zijn, terwijl
bovendien ruim 100 Rijksveldwachters in het
bezit van ontvangtoestellen zijn. De Com-
mis-ie vestigd er echter de aandacht op, dat
een groot aantal cntvangposten wel zeer ge-
wenscht is. om het aantal resultaten nog
hooger te kunnen opvoeren. In het tijdvak
van 15 November'1926 tot 15 Nov. 1927 werd
-H. niet minder dan 859 maal van„den omroep-
zender gebruik gemaakt en werden 1572 be
richten verzonden. De opsporing van misda
digers werd 509 maal verzocht, 194 maal die
van minderjarigen. 273 maal van vermiste
personen. Verder van 196 rijwielen, 19 auto's,
42 honden, enz. Zooals gezegd, werden^ 83
successen geboekt, waaronder 28 misdadi
gers, 16 minderjarigen. 27 vermiste cf ge
zochte personen e.d. Niet steeds kreeg de
Commissie de afloop van een of ander po
litiebericht te hooren, zoodat het aantal ge
vallen, waarin de politie-omroep hulp ver
schafte, ongetwijfeld groo'er is. Citeeren
wij nog. een en ander uit het eerste verslag:
„Wanneer wij niet van radio gebruik maken,
moeten wij m sommige gevallen 1100 lusten
maken, om de politie op de hoogte te hou
den van wat er gebeurd is. Dit is natuurlijk
een heel werkje, terwijl met vijf minuten
praten aan de microfoon, het bericht over
het geheele land bekend kan worden ge
maakt. Er is maar één velletje papier noo
dig!"
Inderdaad, het is o.i. van veel belang, dat
de politie-radio die uitbreiding krijgt, welke
er in het buitenland reeds lang aan gegeven
is Zoo is het op de eerste plaats noodig, dat
alle politieposten met e°n eenvoudig toestel
worden uitgerust, om die daarna aan het
plaatselijk corps bekend te maken. Mogelijk
zal het ongetwijfeld ook zijn om de polltie-
radio-dienst tot het buitenland uit te brei
den. Daartoe zouden dan op bepaalde, van
te voren internationaal vastgestelde tijden
de daartoe bestemde berichten in bijv. En-
gelsch om te roepen zijn.
Herhaaldelijk wordt ons de vraag gesteld,
wat beter Is: transformator- smoorspoel- of
weerstandverstrekking. Ziet hier een „col
lectief" antwoord:
Toen indertijd de weergave, welke met be
hulp van een transformator bereikt werd,
niet zoo bijzonder fraai te noemen was, bo
vendien meer dan eens zoo'n instrument
„doorsloeg" cn daardoor zoo goed als waar
deloos werd en met in 't minste, de prijs vrij
hocg was, peinsde men op andere verster
kingsmethoden. Eén hiervan is die, waarbij
als koppelelement gebruik wordt gemaakt
van een weerstand van enkele tienduizenden
Ohms. De kosten hiervan bedroegen hiervan
niet veel meer dan een paar gulden, terwijl
bovendien da gereproduceerde muziek op
merkelijk zuiver was. Een nadeel was echter,
dat vrij hooge anodespanningen versiseht
werden. Waar toentertijd vrijwel uitsluitend
gebruik werd gemaakt van droge anodebat
terijen, die een spanning van ca. 60 a 80
volt leverden, was dit voor velen een be
zwaar, omdat men dan 2 batterijen moest
aanschaffen, wat de mindere kosten van een
weerstandskoppeling weer teniet deed.
Eeij andere methode was die met behulp
van een z.g. smoorspoel. De geluidsterkte
welke hiermede bereikt werd was niet zoo
overweldigend, doch bü eep overigens zui
vere weergave behoefde de anodespanr.ing
niet zoo hoog te worden opgevoerd.
Van deze drie methoden tot laagfrequent-
versterking geniet momenteel die, waarbij
transformatoren toegepast worden, nog sterk
de voorkeur. Daarnaast wordt door de pro
pageering van verschillende firma's de weer
standversterking ook meer en meer toege
past. Telefunken bijv. wist keurige ontvan-
gertjes (Arcolette's) samen te stellen, welke
zijn uitgerust met weerstandsversterking.
Compactheid, lagen prijs en groote zuiver
heid van weergave worden hierbij gepaard
aan groote bedrijfszekerheid van dergelijke
ontvangers. Andere firma's propageeren de
transformator versterking weer in het bij
zonder. In de Philips' ontvangtoestellen bijv.
zien we als koppeling tusschen detector en
laagfrequentversterkeriamp een transforma
tor toegepast. Juist in den laatsten tijd is
men bij" het fabriceeren van transformatoren
een enorm stuk vooruitgegaan. Zoo is het
vrijwel uitgesloten, dat een transformator
van goede kwaliteit doorslaat. Geen trans
formateur wordt maar lukraak gewonden,
maar eerst zorgvuldig uitgerekend en wel
voor de meest gebruikelijke lampen.
De firma R. S. Stokvis Zonen bijv.
brengt transformatoren in den handel
welke aan speciale lampen zijn aangepast,
evenals de fa. Korting Mathiesen te
Amsterdam. Hoewel een prima transfor
mator altijd nog 8. a 12. kost, zijn er
tegenwoordig zeer goede in den handel voor
een gulden of zes. In vele gevallen, waar
niet al te hooge (muzikale!) eischen aan
de weergave gesteld worden, zijn dit soort
transformatoren heel goed bruikbaar.
Wat geluidsterkte betreft, wint in vele
gevallen de transformator-versterking het
van die met behulp van weerstanden, hoe
wel deze laatste ook een krachtig geluid
kunnen leveren in combinatie met de spe
ciale weerstandversterker-lampen. Over het
algemeen kan gezegd worden, dat men voor
een krachtig geluid transformator-, voor een
meer zuiver doch zachter geluid weerstand
versterking moet nemen. We moeten er ech
ter ernstig voor waarschuwen, om geen
transformator noch weerstandkoppelingen,
ja, eigenlijk heelemaal niets te koopen van
minder goed fabrikaat. Men kruipe dus niet
in vliegende e. d. winkeltjes, want bijna
steeds zal men er bekocht uitkomen. Tot
slot van dit „versterkings" praatje willen
we nog opmerken, dat er tegenwoordig z.g.
weerstands-eenheden (bijv. Lissen, Philips)
in den handel zijn, welke het mogelijk ma
ken, een transformator zonder verande
ring van het ontvangtoestel te vervangen
door zoo'n weerstandskoppeling, vice versa!
De montage van transformatie- of weer
standsversterking levert geen van beiden bij
zondere bezwaren op, temeer, waar soldee-
ren niet veréischt wordt.
Ontvangst in Ned. Indië.
Te Meyendell, het officieele Rijks radio
ontvangstation, nabij den Haag, wordt te
genwoordig eiken dag Batavia-Bandoeng ont
vangen op een één lamps ontvangtoestel,
waarachter één, dan wel twee trappen laag-
frequent versterking wordt toegepast. Om
het ook bij deze radio-telefonische verbin
ding zeer hinderlijke sluier of „fading-effect
op te heffen, althans te verminderen, maakt
men gebruik van twee, op eenigen afstand
van elkaar gelogen ontvangstations. Het
geluld, wat beide ontvangen, wordt dan door
gegeven naar één centrale luidspreker, en
't opmerkelijke is nu, dat als bij A sluier
effect optreedt, B hiervan geen of minder
last heeft. Waar beide geluktijdig gehoord
worden, wordt een vrij regelmatige ont
vangst verkregen, welke het gesproken woord
uit Batavia zeer goed volgbaar maakt even
als de muziek. Er moeten echter nog zeer
veel moeilijkheden worden opgelost, voor
dezen dienst voor het publiek kan worden
opengesteld.
HUIZEN OP DE KORTE GOLF.
Wij vestigen er de aandacht op, dat op
13, 14 en 15 Februari a.s. overdag geen
uitzendingen op de gebruikelijke golflengte
l van 1840 meter zullen plaats vinden. Deze
I golf wordt n.l. van 13 Februari af niet
meer door Huizen gebruikt, daar overdag
in het vervolg zal worden uitgezonden op
een golflengte van 340.9 M. Proefuitzen-
dtngen vinden op de drie hierboven ge
noemde dagen plaats en wel tot 5.35. Des
avonds wordt op een gewone golflengte van
1950 meter gewerkt. Vanaf 16 Februari
wordt dus overdag gewerkt op een golf
de korte golf-ontvangst van Huizen, in te
zenden aan Joh. Schnabel, Regentesselaan
240, Den Haag.
DE KATHOLIEKE RADIO-GIDS.
Speciaal voor onze zelfoouwenden ama
teur, bevat het nummer van deze week een
zeer belangrijk artikel, n.l. „Een selectief en
goedkoop toestel", door P. L. Hofmeijer. Aan
de hand van een principe-schema en een
boormal, wordt de geheele opbouw van
dezen ontvanger beschreven op een zeer
duidelijke wijze, terwijl een werkteekening,
die een geheele (pagina beslaat, het geheel
tot een betrouwbare handleiding maakt.
Verder bevat dit nummer een interessant
artikel genaamd: „Waarom geen radio-cen
trales?" door R. v. d. Heyden, waarin o.m.
wordt uiteengezet, dat de aansluiting op een
radio-centrale voor ons dikwijls meer na-
dan voordeelen biedt. De uitvoerige K. R. O.-
programma's vermelden o.m. de uitzending
van een kinder-operette: „De fee van de
bron." De bekende zangeres Bella Palla te
Sittard zal 14 Februari voor het laatst en
voor den K. R. O. optreden, daar zij reeds
den volgenden dag in de orde der Bene
dictinessen zal intreden. Een pagina „Ra
dio-kliniek" een muziek-overzicht, enz. ma
ken tezamen weer een keurig nummer.
Wij lezen ln „De Tijd";
Nu alle pogingen van de S. D. A. P. en
haar propagandisten, om de katholieke ar
beiders op de roode lijmtakken te vangen,
over het algemeen zijn mislukt, verzint men
in die kringen iets nieuws, om hen door
misleiding tot de partij te trekken. In het
jongste nummer van „Het Volk" wordt
de socialistische Katholieke Kerk aange
kondigd, een eigen stichting in de rangen
van de klassesfcriiders, opgericht om het be
kende bisschoppelijke verbod te ontgaan en
aan Katholieke kameraden een soort
„Ersatz" voor hun geloof te garandeeren.
Behalve de geheele protestantsch-theolo-
gisch getinte beweging van Ds. Banning
en zijn Ned. Herv. geloofsgenooten"
aldus schrijft A. H. Pilger, die als de wolf in
de schaapskooi wil pelgrimeeren zijn er
„duizenden Katholiek opgevoede en innerlijk
katholiek voelende arbeiders", die „omdat
zij gelooven in de alomvattende waarde van
de sacramenten, deze sacramenten niet kun
nen offeren voor hun strijd voor de sociale
ontwikkeling der arbeidersklasse". Want de
Kerk „onder dwang van het kapitalisme"
kwelt hen. En dan volgt het:
Verbittering en haat zijn het zaad, dat de
Roomsche kerk in hun harten strooit. Ter
wijl wij ook dikwijls onder partijgenooten
zien, hoe velen na een leven van actieven
strijd in de arbeidersbeweging op hun sterf
bed toch nog verlangen, en toch nog ont
vangen, de laatste sacramenten.
Door dezen noodtoestand, door de Room
sche Kerk zelf geschapen, hebben zich in
de laatste jaren, in verschillende plaatsen
van ons land vele partijgenooten aange
sloten bij de vrij jonge katholieke, maar niet
Roomsche, kerkelijke organisatie, die het
katholiek ceremonieel en de katholieke sa
cramenten ln haar dienst heeft opgenomen.
Terwijl tevens iedereen, ook de niet tot
deze kerk aangesloten personen, tijdens de
Mis de Hostie kunnen ontvangen. Deze be
weging is ontstaan uit de Katholieke Kerk
zelf en heeft dan ook de voor den katholiek
denkenden mensch zooveel beteekenende apos
tolische successie bij de wijding harer prie
sters bewaard. Door deze successie hebben
alle ceremoniën die wijding, die daarvan
door een katholiek verlangd wordt.
Deze korte beschouwing over de waarde
die de Vrijs Kath Kerk heeft voor de socia
listische arbeidersbeweging, heb ik daarom
hier gepubliceerd, omdat mijns inziens de
bekendheid met deze kerk voor een groot
deel onzer katholiek-opgevoede partijgenoo
ten, maar vooral ook voor die kameraden
die zich totnogtoe niet konden aansluiten,
een oplossing kan geven voor de moeilijk
heden op religieus gebied, die aansluiting
tot onze party met zich brengen.
Een vrije socialistische katholieke
kerk, garantie van „sacramenten", zelfs niet-
aangeslotenen kunnen &de hostie ontvan
gen". En dit reine Ersatz-Katholicisme
wordt in „Het Volk" gepropageerd, om van
katholieke arbeiders bewuste klassestrijders
te maken.
Wij vestigen de aandacht op deze nieuwe
manier, om den katholieken werkman af
vallig te maken van zijn Kerk en hem over
te halen tot de roode theosofie. De methode
dezer sluwe propagandisten signaleeren zal
voor het gezonde verstand voldoende zyn,
om haar onschadelijk te maken.
De Hollandsche renner Piet v. Kempen
zal deelnemen aan den Zesdaagschen wed
strijd te Breslau, waar hij een Koppel vormt
met den Duitscher Knappe.
De H. S. C. „Excelsior houdt a.s. Zon
dag een clubrit. Bijeenkomst half negen in
het clublokaal Tempeliersstraat.
Bovenstaande Bond hield Woensdag zijn
11e jaarvergadering in een der zalen van
„Zomerzorg" te Leiden.
Van de 19 aangesloten afdeelingen waren
13 vertegenwoordigd. Behalve de meeste
leden van het Dagelijksch Bestuur was ook
aanwezig de Weleerw. Bondsadviseur, kape
laan G. J. Morsch van Zaandam.
Te ruim half twee opent de Bondsvoor
zitter, de heer J. H. M. Balvers van Hille-
gom, de vergadering met den Christelijken
groet en een kort woord ter inleiding. Spr.
heet allen hartelijk welkom, in het bijzon
der den Bondsadviseur en den heer J. Th.
Verkleij van Alphen aan den Rijn, spreker
op deze vergadering. De voorzitter maakt
tevens van de gelegenheid gebruik, om
allen een gunstig jaar toe te wenschen voor
zich zelf, hun gezin, hun afdeeling en den
Bond. Bizonder wekt hij op, de a.s. verlo
ting van den Bond krachtig te steunen ten
einde door algeheele schulddelging de mooie
instelling te houden in principieele banen.
De Bondssecretafis leest nu de notulen
der vorige jaarvergadering en die der bui
tengewone vergadering van 19 October 1927,
welke zonder op- of aanmerkingen onder
dankzegging worden goedgekeurd en getee-
kend.
Hierna wordt het woord gegeven aan den
heer J. Th. Verkleij, die een causerie houdt
over de Onderl. Geitenverzekering „De Geit",
instelling van den Bond, en waarvan spr.
President-Commissaris is. De geachte inlei
der begint met te moeten constateeren, dat
de sterfte onder geiten in het algemeen aan
zienlijk is: gemiddeld sneuvelen 12 a 13 pet.
Bij het vaststellen der premie ter verzekering
en hare uitkeeringen moet met dit feit ern
stig rekening worden gehouden.
Vervolgens gaat spr. na, op welke basis
onze vee-assurantie is opgezet en dan blijkt
uit een zesjarige ervaring, dat de opzet ge
zond was. Een paar abnormale Jaren, wat de
sterfte betreft hebben echter „De Geit" in
financieele moeilijkheden gebracht en het
was het Hoofdbestuur, dat steun verleende,
zoodat de verzekering steeds aan haar ver
plichtingen kon blijven voldoen. Wanneer
het aantal deelnemers stijgt, zullen we den
Bondssteun zelfs niet meer behoeven, omdat
we dan in de jaren met weinig sterfte vol
doende voor de kwade jaren kunnen reser
veeren. De geachte spr. toont aan, dat men
zelfs met geringe kosten aan de verzekering
kan deelnemen en dan bij sterfgeval toch
nog een vrij aanzienlijke uitkeering kan
verwerven. Met een aansporing aan de af
deelingen, om in de a.s. ledenvergaderingen
aan de hand der tabellen de verzekering te
propageeren, sluit de heer Verkleij zijn zake
lijke en duidelijke propagandistische rede.
Nadat nog eenige vragen tot tevredenheid
zijn beantwoord, dankt de voorzitter den
geachten inleider voor zijn opwekkend en
leerzaam betoog.
Onder de ingekomen stukken wordt mede-
deeling gedaan van enkele verhinderingen
tot bijwoning dezer vergadering, de ontslag
name van den heer G. J. Schoonderwoerd te
Hengelo wegens vertrek uit Oegstgeest als
Dir. Admr. van „De Geit" enz.
Hierna was aan de orde het jaarverslag
van den Bondssecretaris. Hieraan ontleenen
we; De keuringen verdienen nog beter be
zocht te worden dan tot heden geschiedde,
terwijl ook bij ernstig willen in de afdeelin
gen en door haar meer werk kan worden
gemaakt van de groote verlotingen, die uit
sluitend dienen tot schulddelging. Een be
roep wordt gedaan op steun aan de verze
kering. welker bestaan een wezenlijk Bonds-
bel^ng moet worden genoemd. Een eeresa-
Vuut wordt gebracht aan den heer Schoon
derwoerd, thans te Hengelo, voor alles wat
deze pionier gedaan heeft voor den Bond,
de verzekering en voor de Afd. Oegstgeest.
Nu onze Bondsadviseur overgeplaatst ls naar
Zaandam, is bijwoning der vergaderingen
van het Dag. Bestuur voor Z.eerw. ondoen
lijk: zijn tegenwoordigheid on deze jaar
vergadering getuigt echter opnieuw van zijn
belangstelling en meeleven met onze orga
nisatie. Gewag wordt gemaakt van de pret
tige samenwerking in de Prov. Regelings
commissie met den heer K. Bosma den
nieuwen Riiksveeteelteonsulent en met diens
assistent, den heer Zuidam. Aan 2 afdeelin
gen werd door den Bond een subsidie ver
strekt, n.l. aan Hazerswoude-Groenendijk
en aan Voorhout. Met leedwezen maakt het
verslag melding van de houding van het
Gemeentebestuur der laatstgenoemde ge
meente, die ondanks haar R. K. burgemees
ter en overgroote meerderheid van R. K.
raadsleden aan de Afd. Voorhout een ge
meentelijke subsidie weigerde. De gemeente
vormt hierdoor een scherp contrast met
HiHe»om Lisse en Sassenheim. Met genoe
gen wordt er melding van gemaakt, dat geen
enkele afdeeling afviel, dat het aantal gei-
ten en leden iets stijgende is, dat het Rijk
subsidieerde en de provincie Zuid-Holland
het tekort uit hare fondsen zal dekken. De
verhouding onderling ln de bestuursvergade
ring was hoogst aangenaam. Er werden in
het geëindigde boekjaar 16 bestuursverga
deringen gehouden en 2 algem. vergaderin
gen, ongeacht kleinere conferenties tusschen
voorzitter en secretaris. De wilde bokken
blijven een belemmerend euvel voor een
super gezonden toestand; toch treedt reeds
eenige verbetering in: zoo zijn ze te Llsse
geheel weg. De geitenhouders hebben het
geheele verdwijnen daarvan in de hand, in
dien ze tot eiken prijs weigeren hun dieren
bij de wildebokhouders te geleiden.
Door ds Regelings-commissie werden we
der mooie medailles voor de keuringen be
schikbaar gesteld. De melkcontröle wordt
beoefend, doch kan nog zeer veel worden
uitgebreid; de Bond verleent hierbij zeer
gaarne zijn steun en medewerking. De heer
Borst te Hoogmade werkt tot groote tevre
denheid van het Dag. Bestuur aan de ver
zorging der mann. fokdieren, waarvoor het
bestuur hem gaarne dank betuigt. Van den
collega-Bond werd door ons het aanvullend
fokmateriaal aangekocht, dat zeer goed ver
zorgd was, keurig gebouwd en waarvan ds
koopprijs billijk was: een der dieren bleek
onvruchtbaar. Met een opwekkend woord
sloot het verslag, dat met applaus werd be
groet. De voorzitter dankte den Bondssecre
taris voor zijn schitterend gestyleerd en hu
moristisch getint stuk werk.
De Bondspenningmeester sloot zijn boeken
met een tekort van 521.43, hetgeen, bij
accoordbevinding door de provincie wordt
gerestitueerd. Een Controle-commissie zal ds
bescheiden t. z. t. nazien en rapport uit
brengen.
Bij de verkiezing van een Dir. Adm. der
Geitenverzekering zei de heer P. P. A. Cle
mens toe, een rondgang te maken door de
afdeelingen ter contröleering van de verze
kerde dieren. Tot Directeur-Administrateur
werd gekozen de heer L. de Haan te Ter
Aar, dien de voorzitter met de benoeming
harteiyk feliciteert en die toezegt, alles te
doen, om den bloei der instelling te verhoo-
gen.
Tot Commissaris van „De Geit" werd her
kozen de heer J. B. Borst te Hoogmade.
Uit het verslag der gehouden verloting
bleek, dat ditmaal slechts een batig saldo
te boeken viel van 263.05. Besloten werd,
een nieuwe verloting te houden, waarvoor
nuttige en practische wenken werden ge
geven.
De begrooting voor 1928 werd vastgesteld
conform het concept op 1456 in ontvang
sten en uitgaven. De afd. Ter Aar zei bij
deze vaststelling toe, te trachten de melk
contröle voor Ter Aar ln te voeren, ook te
Hoogmade en te Voorhout zal hiermee wor
den begonnen. Het dekgeld werd vastgesteld
op 30 cent per geit en de contributie op 25
cent per lid. Besloten werd, weder de bok
ken, die we tekort mochten komen, bij den
collega te koopen, terwijl van sommige eerste
klas geiten door de leden een bok] am mag
worden aangehouden, dat dan door den
Bond zal worden gekocht. Vooral werd er
op gewezen, dat de jonge bokken binnen 24
uur na de geboorte moeten worden gedood
of gecastreerd.
Rondvraag. Zoeterwoude bespreekt het
zelfbokweiden In de afdeeling. Leimuiden
informeert naar het ruilen der bokken. Voor
hout deelt mee, dat te Noordwijkerhout de
bok van den Bond ln hetzelfde schuurtje
staat als een wilde. Het bestuur zal dit on
derzoeken en spreekt zijn afkeuring uit, als
dit feit juist is.
De heer Van Noort beveelt aan, goede
nota te nemen van de nieuwe Stamboeken
en deze op de afdeelingsvergadering te be
spreken.
De voorzitter spreekt nu een passend
dankwoord en sluit de vergadering.
wy vernemen dat de Nederl. Roeibond
dezer dagen bij het Comité 1928 zijn plan
nen en de begrooting heeft ingediend en
dat een en ander reeds het onderwerp van
bespreking tusschen beide lichamen uit
maakt.
Zooals bekend geacht mag worden, is de
baan nabij Sloten door de F. I. S. A. aan
gewezen. Niet alleen ontbreekt daar alles
wat noodig is om eenen eenigszins belang
rijken wedstrijd te houden om nog maar
niet te spreken van de algeheele afwezig
heid van accomodatie voor het publiek
maar ook de toegangswegen tot het wed
strijdterrein zelf zijn in elk opzicht on
voldoende.
Doordat in de Commissie van Advies
talryice experts op verschillend gebied zit
ting namen, konden alle onderdeden reeds
bij voorbaat worden behandeld. Het is dus
uitgesloten, dat zij later nog onaangename
verrassingen kunnen veroorzaken.
Het wedstrijdterrein zélf ligt op de grens
van Amsterdam. De noordelijke oever van
de ringvaart ressorteert onder deze ge
meente, de zuidelijke oever onder Haarlem
mermeer, en het water zélf onder den
Haarlemmermeerpolder, terwijl voorts de
berm aan den noordeiyken oever eigendom
is van den Akerpolder en tenslotte Ged.
Staten van Noord-Holland en het water
schap Rijnland te beslissen hebben over
stremmen van de vaart en het opruimen
van uitgroeiend riet en ander vuil, waartoe
overigens de medewerking van het polder
bestuur óók al weer onmisbaar ls.
Tenslotte en zeker niet in de onbe
langrijkste plaats komt de Gemeente
Amsterdam wêlker organen „Publieke
Werken" en „Verkeers-Politie" een zéér
hartig woordje medespreken.
Immers is men by het bouwen van berg
plaatsen voor gieken en van kleedkamers en
sanitaire-inrichtingen aangewezen op het
éénige terrein dat op niet él te laag peil
ligt en dat toebehoort aan Amsterdam.
Bovendien stelt het verkeer zéér zware
eischen, hetgeen te meer noodzakelijk is
naarmate de ligging van en de toegangswe
gen tot het wedstrijdterrein uit verkeers
technisch oogpunt ongunstiger, resp. onbe
vredigender zijn.
De Sloterstraatweg is op zich zelf geheel
onvoldoende voor snelverkeer in twee rich
tingen. De Osdorperweg, die den Sloterweg
midden in het dorp Sloten ontmoet, eindigt
zóó smal dat eenigszins lange voertuigen
den hoek van 90 graden niet kunnen ne
men om op den Sloterstraatweg te komen.
De brug over de ringvaart is zóó smal dat
voertuigen elkander daarop niet kunnen
passeeren en is bovendien uitgesloten voor
het verkeer met voertuigen boven een zeker
gewicht, zoodat in deze richting geen vei
ligheidsklep kan worden gevonden.
Het lag dus voor de hand om te den
ken aan de mogelijkheid van een parkeer
plaats op het aan de Gemeente Amster
dam toebehoorende terrein.
Dit dient daartoe goed voorzien te wor
den, o.a. met eenen verharden weg die
zoodanig op den Sloterweg (Akerweg) uit
komt, dat het opkomende verkeer niet ge-
gekruist behoeft te worden. Van veel be
lang was het voorts dat dit parkeerterrein
vry dicht by de toegangen tot het wed-
strydterrein is gelegen, zoodat bezoekers
niet eerst nog eenen vry langen weg te
voet moeten afleggen.
Voor middelen van vervoer van de zijde
van Haarlem, Leiden. Den Haag, Rotter
dam, kortom van de richting over de
vaart, wordt in de eerste plaats gedacht
aan parkeergelegenheid aan de zuidzyde
van de ringvaart, zoodat de onvoldoende
brug nabij Sloten niet gepasseerd behoeft
te worden.
De baan zelf vereischt eigeniyk de min
ste zorgen, zy is vrijwel recht en, behalve
inrichtingen aan start en finish, afstands
borden en enkele lichte piketten aan de
zuidzyde, ls er weinig noodig.
Op het terrein, dat gedacht is als plaats, waar
do bergplaatsen, kleedkamers, enz. sullen
verrijzen, is in de eerste plaats een berg
ruimte voor de vaartuigen ontworpen. Deze
moet ongeveer 60 x 25 Meter beslaan en
plaats bieden voor c.a. 100 gieken.
Aan de z.g. loskade, die zich voor dit
terrein bevindt, moet c.a. ICO Meter vlot
ten worden aangebracht, opdat een groot
aantal gieken tegelijkertijd te water ge
bracht, resp. op het droge gebracht kan
worden. Om bedoelde loskade te bereiken,
is een overbrugging noodig van de sloot, die
het terrein van die kade scheidt.
Achter de bootenbergplaats is een kleed
gelegenheid gedacht met pl.m. 20 kleed
kamers, die alle uitkomen op het midden
stuk, waarin wasch- en douchegelegenhe
den, alsmede sanitaire-inrichtingen. Deze
kleedgelegenheid moet dienen vooi1 min
stens 350 personen, welke zich echter niet
alle tegelijk verkleeden.
Met het oog op een vlot verloop van de
wedstrijden, is gedacht aan een schuil
plaats voor de roeiers in het stoomgemaal
..De Lynden". Hierbij zouden dan nog c.a.
40 Meter vlotten moeten komen, opdat men
gemakkelijk kan uit- en instappen.
Teneinde te voorkomen, dat de ploegen
elkander tijdens het oefenen zouden hinde
ren, zijn twee oefenbanen gedacht, één
vanaf de Lynden in de richting Halfweg en
één ten Oosten van de brug over de ring
vaart in de richting Schiphol. Deze banen
worden eventueel op eenvoudige wyze voor
zien van afstandsborden.
De Noordelijke oever (d. i. de Amsterdam-
sche zijde) is gedacht als gereserveerd ter
rein. Op den hier c.a. 40 M. breeden berm
is een overdekte, zoowel als een onover
dekte tribune ontworden, te zafr.en plaatsbie-
dende voor c.a. 4000 personen. Verder maken
een restaurant, een muziektent, alsmede een
flinke ruimte om te circuieeren, deel uit
van dit bijzonder aantrekkelijke plan.
De natuurlyke afscheiding van dit terrein
in Westelijke richting wordt gevormd dooi
den Zuiderweg, die van den Osdorperweg
naar de ringvaart leidt. Voorbij dezen Zui
derweg is een groote strook terrein langs
de vaart gedacht als goedkoope rang, zon
der installaties. Tegen een zeer geringe ver
goeding zullen dus ook de minder goed ge
situeerden de wedstrijden kunnen bijwonen
De geheele Noordelijke oever zal, zoo noo
dig, tijdens den duur der wedstrijden var.
het verkeer uitgesloten kunnen worden, het
geen natuurlyk in het belang, eencr goede
financieele exploitatie is.
De Zuidelijke oever is bestemd voor het
volgen der wedstrijden in auto's door offi
cials en pers. De weg kan door het ge
meentebestuur van Haarlemmermeer uit het
verkeer worden genomen, waarbij eene spe
ciale regeling getroffen moet worden voor
de bewoners der aan dien oever gelegen
huizen. De jury en commissarissen van aan
komst moeten aan den oever hunne plaats
vinden, terwijl eveneens voor de pers dient
gezorgd te worden.
Dit zyn, in ruwe trekken, de voorstellen,
die aan het Comité 1928 werden gedaan.
De plannen dragen het kenmerk van ern
stige en deskundige voorbereiding en, indien
zy de goedkeuring van de Olympische auto
riteiten kunnen verwerven, kan men ervan
verzekerd zyn, dat althans dit onderdeel
der roeiwedstrijden op de meest doeltreffen
de wyze is verzorgd.
De immer interessante artikelen over mo
derne theo-sophia van de hand van prof^J.
P. Verhaar te Warmond, worden in het Fe-
bruari-nummer van het apologetisch tijd
schrift „Het schild vervolgd.
Professor Verhaar schrij.t aaarin als yo.gt.
Anthropo'og'e: psychology.
In onze vorige beschouwingen over de
theosopische kosmogenese cn anthropoge-
nese de leer -van den oorsprong en de
ontwikkeling van kosmos (heelal) en rccnsch-
dora heben we gezien, dat iedere kos
mos uit een gematerialiseerden Logos en het
mensebdom uit de kosmische materie vol
gens een zeer gecompliceerd proces ont
staan en zich ontwikkelen. En hiermede zijn
we logisch gekomen aan dat deel der theo-
«opische anthropologic, hetwelk handel!
ever de samenstelling van den individuee-
!en mensch en hetwelk vaak wordt aange
duid met den oneigenlijken naam van thco-
sophische psychologie. Het is niet gemak
kelijk om dit gecompliceerde gedeelte dei
thcosophische anthropologic, hetwelk boven
dien aan voortdurende vaagheid en ondui
delijkheid lijdt en door verschillende theo-
«ophische schrijvers niet zelden verschillend
wordt voorgesteld, in een kort tijdschrift
artikel samen te vatten. Wij zullen ons daar-
om tot het allervoornaamste moeten be
palen.
Gelijk we reeds vroeger gezien hebben, is
naar theosophische opvatting alles god,
is dus ook de mensch een deel van het Eene
(„Sat"): er is slechts één reëel Wezen, dat
zich op allerlei wijzen naar buiten mani.es-
teert en zich in sommige manifestaties be
wust wordt. De bewuste manifestaties vin
den plaats in den mensch. Individualiteit be
staat er dus eigenlijk niet. Wat de mensch
als zijn eigen „ego" of „ik" beschouwt, is
niet 2ijn eigen „ik," maar het bewust gewor
den „goddelijk zelf," het „goddelijke Eéne,"
hetwelk zich bewust wordt door 'n stof.'e-
iiike begrenzing en afsluiting in een stoffelijk
iichaam of „voertuig." M.a.w. de mensch is
:een individu, geen eigen persoonlijkheid,
heeft geen eigen „ik, geen eigen „zelf,
maar is' tenslotte niets anders dan een ge
materialiseerde bewustzijnskern van het al-
gemecne ééne, goddelijk Princiep. Van een
invividuccle m~nschenzicl kan alzoo niet ge-
sproken worden. Wat wij de menschelyke
ziel noemen, is voor de theosophen de eene
goddelijke ziel, uitgestraald door den Logos
fn de mcnschelijke monade of oerkism en
daarin tot bewustzijn gekomen. De theoso
phen trachten dit duidelijk te maken door
vergelijkingen. Zoo spreken zij van een
flesch, die, gevuld reet water uit den Oceaan,
ronddrijft in den Oceaan: het water in ^d.c
desch is weliswaar van zijn oorsprong afge
sloten (door de wanden van de flesch), maar
het is toch Oceaanwater, dus hetzelfde als
de Oceaan. Zoo ook is het „goddelijke zelf
in den mensch wel begrensd en afgescheiden
door het stoffelijk voertuig (het menscheüjk
lichaam) van zijn oorsprong, maar* is toch in
wezen een en hetzelfde, (wij wijzen reeas
hier op een innerlijke tegenspraak in het
systeem. Immers, als alles „godis, dan is
ook het menscheüjk lichaam een deel van
het ééne „goddelijke" en kan dus niet dié
nen als scheidsmuur, gelijk de wand van de
flesch).
Uit dit alles trekken de theosophen deze
consequenties: ten eerste dat de algemeene
opvatting van individualiteit onjuist is, een
waanvoorstelling, welke voortkomt uit den
onvolmaakten toestand onzer materiëele be
grenzing; ten tweede dat het hooge vol
maaktheid is, om het ik-gevoel in ons te
dooden en zich bewust trachten te worden
van het één-zijn met het goddelijk Princiep;
ten derde dat het doel van den mensch uit
eindelijk gelegen is in het terugkeeren tot
het goddelijke Eéne of Sat. Dit alles echter
kan slechts geschieden door te treden langs
verschillende moeilijke „paden" en door ver
schillende „inwijdingen" te ondergaan, ge
lijk wij reeds eerder hebben uiteengezet.
Hiervoor echter is het noodig, dat de mensch
meerdere „reïncarnaties" doormaakt, waarop
wij echter later uitvoerig terugkomen.
Uit deze beschouwing hlijkt derhalve, dat
er naar theosophische opvatting geen per
soonlijke mcnschelijke ziel of psyche be
staat. Het bezielend element is niets anders
dan een uilstraling van den Logos in een
begrensd stoffelijk „voertuig," dat wij ge
woon zijn „menschelijk lichaam" te noemen.
Over dat menschelijk lichaam of het voer
tuig van het goddelijk „ego" willen wij thans
nog een en ander zeggen.
Eigenlijk bestaat de mensch („mikrokos-
mos" genoemd), volgens theosophische op
vatting, uit zeven verschillende lichamen,
evenals het heelal of de makrokosmos zich
op zeven gebieden beweegt (zie vorig ttlï-
kelDie zeven lichamen zijn in wezen het
zelfde, d.w.z. bestaan alle zeven uit materie;
ze zijn van elkaar onderscheiaen door -.er-
schillende graden van stoffelijke dichtheid
cn daardoor tot verschillende functies ge
schikt. Evenwel, ofschoon ze van eikaar on
derscheiden zijn, vormen ze toch een een
heid, omdat ze eikaar geneel doordringen,
al wordt ons helaas niet mcegcdeeeld, op
welke wijze dit geschiedt. Zeifs zijn niet alle
theosophen het eens in de opsomming dej
verschillende namen en functies dezer
lichamen, zoodat het niet gemakkelijk is dt
„zuivere" theosophische leer hieromtrent
volledig te weten te komen. Wij zulien in
hoofdzaak de indceüng en beschrijving vol
gen, zooals die door Annie Besant in haar
geschriften worden medegedeeld.
In de eerste plaats wordt onderscheiden
het z g. grofs loffelijk lichaam („stiila sha-
rira), bestaande uit de meest dichte en grove
materie, en wel uit vaste stoffen, vloeistof
fen en gassen. Het is het „gewone" menscbe-
üjke lichaam, zooals wij dit kennen, en dient
0m met de grof-stoffelijke elementen 'n con
tact te treden. Bij den dood wordt het af
geworpen en gaat het over tot ontbinding
)n de bestaande stoffelijke wereld.
Zeer nauw hiermee verbonden is een fij
ner stoffelijk lichaam, hetwelk genoemd
wordt het etherisch-dubbel (linga sharira).
Het bestaat uit violet-grijze of blauw-grijzc
^etherische" stof en is een „dubbel"-ganger,
een soort mal van het grof-stoifelijk lichaam,
waarmede het door magnetische kracht is
verbonden. Het dient, om de „electrische,
magnetische en levengevende krachten,"
welke door de zon worden uitgestort, ovei
te brengen op „zijn stoffelijke tegenhanger,"
het groi-stoffelijk lichaam. Annie Besant
deelt nog deze bijzonderheid mede, dat het
stoffelijk lichaam bij een goede gezondheid
een deel der ontvangen magnetische en elec
trische levenskrachten door middel van het
etherisch-dubbel weer uitstraalt napr buiten.
pie uitsfralings.sfeer („gezondheids-aura"
genoemd) strekt zich„enkele centimeters bui
ten de geheele oppervlakte van het lichaam"
uit. Met deze gezondheids-aura kan de hyp
notiseur levenskrachten overstorten op zie
ken en zwakken Aldus A.B. in „Oude Wijs
heid," bladz. 64—66,
Als derde element in den mensch onder
scheidt men het astrale lichaam, bestaande
uit gecondenseerde „astrale stof," een mate
rie, welke nog fijner en ijler is dan ether en
al het bestaande doordringt. Het wordt ook
genoemdgenoemd „begeertelichaam" of „ka-
marüpa' (van karna begeerte, en rupa
-a vorm), omdat het de zetel is der men-
schelijke hartstochten en begeerten. Naar
mate de gewaarwordingen verschillen, neemt
dit lichaam ook verschillende kleuren aan.
Het kan zich van den mensch losmaken
[bijv. in den slaap) en uittrekken op onder
zoekingen of zich met andere astrale licha
men in verbinding stellen. Heel veel wonder
lijke eigenschappen worden aan dit astrale
lichaam toegeschreven. Op de vraag of dit
lichaam door anderen is waar te nemen,
wordt geantwoord, dat dit heel goed moge
lijk is, mits ons waarnemingsvermogen vol
doende is ontwikkeld: als een gekleurde
sfeer of wolk omgeeft het t gewone men-
schelijke lichaam. We komen later, bij de
behandeling der Vrij-Katholieke Kerk daar
op nog terug.
Het vierde en vijfde voertuig, verstands-
lichaam en oorzakelijk lichaam. (Dit lichaam
is volgens A, B. de „stapelplaats van e^va"
ring en herinnering van vroegere levens en
daardoor, krachtens de we'van karma,
„oorzaak" van een bepaalde reïncarnatie m
een volgend leven,) behooren tot het gebied
van manas of het verstandsgeoied. liet na-
nas-gebicd wordt gevormd door mentale
stof, door denkmaterie, welke nog ijler en
dunner is dan de astrale stof.
Die manas-stof (denk-stof) wordt verdeeld
in een lagere en hoogere manas-stof, en van
daar twee soorten van voertuigen of licha
men, n.l. het verstandslichaam of lagere ma-
nas en het oorzakelijk lichaam of hoogere
manas (ook wel kortweg „manas" genoemd.)
Nog een enkel woord over de samenstelling
en functies van beide voertuigen in den
mensch. Door manas is de mensch een „den
kend" wezen geworden, want daardoor is
de Logos in staat tot bewust-wordend den
ken te evoleeren, daardoor ontstaat in den
mensch het bewust-denkende „ik". Toch is
er groot verschil tusschen de lagere manas
(verstandslichaam) en de hoogere manas
(oorzakelijk lichaam). Want vooreerst, of
schoon beide uit fijne stofdeeltjes bestaan,
en dus in wezen hetzelfde zijn, heeft het
verstandslichaam, volgens A. Besant, de ge
daante van een langwerpigsn, ovaalvornjigen
omtrek, die grooter wordt en schooner van
kleur, naarmate de verstandelijke groei van
den mensch toeneemt („Oude Wijsheid",
bladz. 162-171) terwijl het oorzakelijke
lichaam eivormig is: „het is uiterst fijn, een
vlies van de fijnste ijlheid; en naarmate het
ontwikkelt, wordt het een schitterend voor
werp van bovcnaardschen glans en.schoon
heid" (t.a.p. bladz. 172). Vervolgens zijn ook
heider functies verschillend. Wel is dit ver
schil volgens A. B. niet zoo gemakkelijk
aan te geven, maar zij tracht toch beider
aard als volgt te bepalen. Het verstands-
lichaanu is het lager denkvermogen, „het
verstand, dat rede, oordeel, verbeelding, ver
gelijking en de andere verstandelijke ver
mogens omvat; zijn gedachten zijn konkreet
en zijn stelsel is logika; het betoogt, het
redeneert, het maakt gevolgtrekkingen"
(t.a.p bladz. 179); het oorzakelijke lichaam
daarentegen is het intellect, de zuivere
rede, welker gedachten afgetrokken (ab-
straktjzijn, welke wijze om kennis te ver
krijgen intuïtie is; haar aard zelve is ken
nis en zij herkent waarheid op het eerste
gezicht als overeenstemmend met haar
zelf" (t.a.p. bladz. 178). Kort samengevat:
het verstandslichaam strekt zich uit over
het concrete denken, het oorzakelijke
lichaam over het abstracte denken. (De
theosophen drukken zich ook aldus uit: dat
het lager denkvermogen (met de drie eer-
(ste lichamen) behoort tot het gebied rupa
(en het hooger denkvermogen (met de twee
nog volgende elementen) behoort tot het
arupa-gebied. Rupa (is vorm) is bet gebied
der concrete lagere vormen van begeeren
en denken, het zinnelijke genoegen (kama);
arupa (is zonder vorm) is he tgebied van
het abstracte, niet-ccncrete. De arupa-ver-
mogens trachten de lagere begeerten, die
den mensch naar omlaag trekken, te be-
heerschen.Arupa blijft na den dood, rupa
verwisselt; daarover l»ter.)
Ook na den dood is er volgens de theo
sophen een belangrijk verschil, waarover
echter later.
(Wordt vervolgd.)
41