ONZE VROUWENRUBRIEK DE GOUDEN BAL. ROND KUSSEN. ENSEMBLES. OP VERZOEK VAN EEN ABONNEE DE GOEDE MANIER. BLOEMENPRAATJE. RECEPTEN. NIEUWE MODELLEN. AAN DeM Gve ame uit deze rubriek zonde' schriftelijke toestemming verboden. Een der nieuwere Duiische dichters Börries v. Münchhausen, die, evenmin als de andere modernen, aan overdreven sentimentaliteit lijdt, zelfs wanneer hij een gevoelig onderwerp behandelt, heeft een gedicht gemaakt, dat hij oorspron kelijk doopte: Vaderliefde. Al jaren lang had ik 'n voorliefde voor zijn werk, maar dezer dagen kreeg ik van hem 'n bundel in handen, die niets anders be vatte dan afbeeldingen van zijn oor spronkelijke handschriften of, juister uitgedrukt, zijn kladjes, want anders kon je ze onmogelijk noemen. Behalve een inleiding door een bewonderaar, kwam er geen enkele regel druks in voor niets dan hanepooten, Latijn- sc'ie en Gothische letters gezellig door een, kladden en moppen van merkwaar dige afmetingen en modellen, doorhalin gen en verbeteringen een Tantalus kwelling, wanneer je gretig zoudt willen gaan genieten 't Moeizaam en hortend ontcijferen was 'n waar schatgraven, te meer, daar ik de meeste van deze ge dichten niet kende. „Vaderliefde" werd door middel van 'n dikken, sputterenden haal als titel af gekeurd en vervangen door „de Gouden Bal" in verband met den inhoud van het vers zeer zeker een artistieker keus. Heel eenvoudig, en zonder 'n zweem van zwemmerige zoetelijkheid, schildert de dichter de bijna afgodische liefde, die zijn vader voor hem koesterde, een liefde, die hij, kleine jongen, nog onmo gelijk naar waarde vermocht te schatten of te beantwoorden. En toen de tijd was gekomen, dat hij ze beter kon begrijpen en waardeeren, was hij zelf een man gewordeh, die er moeilijk toe komen kon, zich te uiten in kinderlijke aan hankelijkheid. „Dus heb ik 't hem nooit vergolden," zegt hij. Enhij vertelt van zijn eigen zoon, die nu naast hem opgroeit, en dien hij liefheeft als het licht van zijn oogen, waaraan zijn hart hangt, zooals hij nooit vermoedde, dat 't iemand aanhangen kón. „En is t niet wonderlijk...." be peinst hij. ,,Wat ik zelf eens ontvangen heb, vergeld ik aan een, die 't mii niet gaf, noch ooit terug zal geven. Want wanneer hij zelf man is en als man denkt, zal hij, als ik, zijn eigen wegen gaan.... En weemoedig, maar zonder afgunst zal ik toezien, hoe hij aan mijn kleinzoon gerft, wat mij toekwam...." Dan vindt hij voor zin mijmerende be schouwingen over die onverbiddelijke wet van altijd-verder-doorgeven en nooit terug-ontvangen, voor dat gestadig voort beweeg in één richting zonder omme-' keer, plotseling uitdrukking in een weidsch beeld, bijna geniaal in zijn een voud: het beeld, waaraan 't gedicht zijn naam ontleent. Het ééne slot-couplet is voldoende om zijn visie weer te geven. Hij staat in de lichte zuilengalerij der tijden en ziet met een klaren, bezonken blik van begrijpen naar het spel des le vens dat zich voortzet, wijd en zijd, van de schaduwdiepte ginds naar de scheme rende verten in 't verschiet De gouden bal rolt vooruit.... vooruit.... ieder werpt hem met een glimlach verder „en niemand geeft den gouden bal te rug. Zien we het niet vcor oogen? De lange lichte speelzaal van ranke bogen, waar zon en vind door dartelen de jonge, hooggeheven handen die ons den bal toewierpen, den blanken gouden glansbal. het beste, dat zij te geven hadden. En we zien ons zelf staan, zoo als we hem vingen om ons dan om te wenden en hem jubelend voort te wer pen naar wie na ons komen blij, het te kunnen gev ;n, 't beste dat wij heb ben. hoe - onze beurt zien we toe, Telers zich omwenden. bevat al de kracht vao hst viessch - N.V. E. Ostermann Co's Eenu- Importeur: Handel Mjj., Amsterdam. den rug naar ons toe, en den gouden bal verder werpen, verder, verder tot hij als een flitsende vonk in de zonneverte verdwijnt t Is onvermijdelijk-natuurliik zóó, en daarom goed en mooi. Ouderliefde is on der alle menschelijke genegenheden de eene, die 't minst rachtstreeksche be antwoording vindt. Wat vermoedt een kind, hoezeer 't ook aan vader en moe der gehecht mag zijn, van de onver moeide bezorgdheid van dagen en nach ten, van de alles-overheerschende har- teliefde, die naar hem uitgaat en naar niets anders vraagt dan naar zijn belan gen en geluk? Van het leven, dat zich voor hem wegschenkt en vergeet, uit put en ontledigt en schijnt uit te monden in zijn groeiende kracht, zonder nog een eigen doel te kennen? Neen, ook het ernstigste en gevoelig ste kind vermoedt. ODgroeiend en zelfs groot geworden, altijd nog maar een deel. Pas wanneer voor hemzell de tijd is gekomen, den gouden bal te werpen, begrijpt hij, in zijn verwondering over den nieuwen rijkdom van ziin eigen hart uit de onvermoeide schatten die hij ver mag te geven, wat hem zelf eens ge geven werd.... En hij herinnert zich tal- looze weldaden, die vroeger bijna onop gemerkt aan zijn bewustzijn voorbijgle den, en weet dat herdenken te benutten en ze nu op zijn beurt te bewijzen. Maar t is geen terugschenken, 't is een voor waarts streven, een nieuwe, vrije Mft, geen afbetalen het niet te stuiten weg- en verder-rollen van den gouden bal. Ouderliefde geven wij om ons kind te leeren wat liefde zeggen wil. om het te leeren, welke liefde het zelf zal ge ven hebben aan zijn kinderen ge ven die liefde niet om ze zelf te ug te winnen, wanneer onze les in 't kinderhart tot rijpheid is gekomen .maar om ze verder te doen voortleven, ia. al ver der van ons weg.... Wii zaaien, maar niet voor eigen oogst: de kinderen van onze kinderen zullen maaien Zou 't ook wel te vergelden zijn, dat onschatbare, dat wij geven, dat wij zelf eens ontvangen hebben? Zou 't anders te betalen zijn dan met heel een leven, een wegschenken van gedachten, ver langens en genegenheid? De gave zelf was immers óók leven en hartebloed? Doch ons leven behoort niet aan die vóór ons kwamen, mnar aan die na ons volgen. De liefde van ouders voor hun kin deren is de eenige die, in verhouding tot haar innigheid, werkelijk van één kant komt, en dat, zonder zich te be klagen, omdat de natuur het zóó wil hn wanneer we soms al eens zien, hoe kinderen hun grijze ouders met de meest voorkomende zorg alle stoffelijke welda den trachten te vergelden, die ze in hun jeugdja'en aan Ken te danken hadden, dan valt 't ons toch altijd dadelijk op, hoeveel meer plichtsbesef dan teeder- heid aan deze verzorging ten grondslag ligt, hoe ze zich kenmerkt-door 'n bijna zakelijk overleg, veel meer dan door spontaan vertroetelen.... Dat stemt ons altijd weemoedig, wan neer we 't aanzien. Maar toch, de enkele uitzonderingsgevallen van kinderen, die zich volkomen voor hun ouders opofle- ren, die jeugd, geluk en alle levensmo gelijkheden voor hen prijsgeven, die van een huwelijk afzien, om bij vader en moeder te blijven, bevredigen ons even min, en onze bewondering voor hun trouw en zelfverloochening wordt ge temperd door het bijna onnatuurlijke van zulke gevallen, die op 't eerste ge zicht een van de schoonste uitingen der natuur kunnen schijnen. Het natuurlijk verloop, het juiste evenwicht en de ge zonde harmonie ontbreken echter, en daardoor kan er van schcone verhoudin gen geen sprake meer zijn en heeft het hooggeprezen voorbeeld iets wanstaltigs gekregen. En dan de ouders, die een dergelijke opoffering accepteeren of zelfs afdwin gen kunnen die ons sympathiek zijn? Is hun manier van doen, afgezien van 't geoorloofde, ons ook maar begrijpe lijk? Waarin kan 't geluk gelegen zijn van dat spijtig grijpen naar den gouden bal, die, eenmaal weggegeven, hun niet meer toebehoort? Ik voor mij zou onder geen voorwaarde wenschen, dat de erf- gave, die ik had uitgezonden op een lange reis door ,,'s levens zuilenzaal", die ik bestemd had voor vele en verre nakomelingen, op mij werd teruggewor pen om onder te gaan in mijn eenzamen ouderdom, zonder tot in de lichtende verte voert te leven! Ik zou den gouden bal niet tegen mijn blinden muur te pletter gekaatst willen zien! Niets is ons eigendom in onze kinde ren, niets, zelfs onze eigen gaven niet! De gouden bal, dien niemand in zijn vaart kan stuiten, rolt eenmaal buiten ons bereik. Mogen we hem naoogen zon der afgunst méér nog: met de diepe, rijpe vreugde, dat wij dit kostbaar klei nood niet kleinzielig-begeerig in eigen handen klemden, maar 't blijmoedig ver der gaven, dat wij trouw en goed onze taak vervulden in 't ernstig Levens-spel onder de zuilen, het gouden wisselspel van geven en ontvangen, MACHTELD. Het kussen is aardig, gemaakt van Peau de pêche of Mattingstof in lila, oranje of licht grijs, bewerkt met dikke, gekleurde wol. Bij een lila ondergrond werken we de bloemen met geel en oranje, de blaadjes en de tak groen. Bij een oranje ondergrond, bloemen zwart en lila, blaadjes en tak groen. Bij een grijzen ondergrond, bloemen ko- renblauw en oranje, blaadjes en tak groen of zwart. Het randje op het kussen wordt even eens in één van de opgenoemde kleuren gewerkt. Het kussen bestaat uit twee ronde plak ken, ieder met een middellijn van 50 c.M. Het is opgevuld met kapok. Figuur 1: het kussen. Figuur 2: bloem motief op ware grootte Het patroon kan gemakkelijk op het kussen geteekend worden, door eerst een grooten cirkel te trekken, daarna, op ge lijken afstand, op de lijn van den cirkel, kleine cirkeltjes, alle van dezelfde grootte; de lijn van den grooten cirkel geeft dan meteen den loop der takken aan De bloemblaadjes kunnen weer aange geven worden, door op gelijke afstanden in de cirkeltjes puntjes te teekenen. Dit kussen is ook zeer mooi van zwart of bruin fluweel. We kunnen dan met alle harde kleuren wol werken. DINA. A 14. Deux-pièces van fijne w lien stof. gegarneerd met zijde, of van Crêpe de Chine, in twee kleuren. Een zeer mooie combinatie voor dit model is beige stof met donker bruine zijde gegarneerd. De bies om den vier kanten üais en het split is 4 c.M bi eed. Op den onderkant der jumper komt 'n zijden bies van ongeveer 7 c.M. en even boven de ceintuur een veel smallere. De bi"1 is worden gewoon opgestikt De rok is recht onder het split der jumper gesloten met een rij knoopjes. De bies aan den onderkant van den rok is 18 c.M. breed. Om de jumper werdt een smal cein tuurtje van bruin peau de suède gedragen. A 15. Trois-picces bestaande uit jum per, rok en jersey, gemaakt van fijne wol len stof en gegarneerd met stof of zijde in een afstekende kleur. De jumper heeft lange, aangesloten mouwen. De ronde hals is afgezet met een platte bies in de af stekende kleur; de verschillende biezen op de jumper en aan den onderkant even eens. De jersey is ook afgezet met platte biezen, manchetjes om de mouwen en wordt open gedragen, zoodat deze met de jumper één geheel vormt. De rok is in één kleur en heeft twee naar voren loo- pende plooien, die een klein stukje wor den ingestikt. A 16 Tr°is-pières van Kasba, bestaan de uit jumper, rok en mantel. De man- V JMC die een middel vraagt tegen vetpuisties- nog een en ander hierover, hoewel ik meen, ze reeds hier en daar besproken te hebben. Ik weet niet precies, welke puistjes bedoeld worden, de chronische z.g. vetwormpjes met zwarte kopjes (Mitesser. blackheads) die het gezicht 1~ 1 - r rin r{ f)n'"'or"n p»"» Cï\rpf?71- terend oranje-scha: la ken, en van licht lila gzv, ene rooue pv.sl.es, met een rijp kopje, die opkomen en na een paar dagen weer verdwijnen De laatste moeten, zoodra het bultje gevoeld wordt, zoo vaak mogelij', gebet worden met gewone salicyl-spiritus; ze komen dan n;et verder door. Geelt men er de voorkeur aan, ze uit te drukken, dan laat men ze rustig rijpen, zonder salicyl te gebruiken, drukt ze met een schoonen zakdoek uit, tot ze bloeden en nog even langer, zuivert ze met een weinig peroxide en verzacht het plekje met wat coldcream Zie verder het Spie- gelt'e van 14 Dec 1.1, over „Puist es" ....van bontwerken! Ja, die moeten we tegenwoordig cok al meester zijn! Vroeger kwam zooiets weinig of niet m 't huiselijk leven voor, maar den laatsten tijd, nu er zooveel wordt gewerkt met dak- en andere haasjes, om aardige effecten en nuttige warmte te verkrij gen, nu we zoo graag zelf eens 'n paar van die verleidelijke kleine velletjes koopen om zonder naaisters-onkosten onze jas te voorzien van 'n modieuzere garneering, moeten we wel degelijk 'n beet e vakkennis bezitten, anders zal 't resultaat maar poovertjes zijn! Met de volgende eenvoudige wenken kan ieder 't een heel eindje bréngen. Natuurlijk kunt u niet 't patroon van uw mantelkraag gezellig op 't bont leg gen en 't naknippen, zooals u met stol doet! Maar hoe kan 't dan wèl? Is 't bont, dat we verwerken willen, reeds gedragen, dan gaan we 't eerst flink schoonmaken; dit onderdeel van de be handeling mag vooral niet verwaarloosd worden! We gebruiken daarvoor een royale hoeveelheid heete zemelen, die rijkelijk in 't bont worden gestrooid, zachtjes heen en weer gewreven en daar na uitgeschud. Wit bont wordt op de zeil de wijze gereinigd met magnesia-poeder, en alle bont, dat eenigszins vettig is ge worden, zooals b.v. een kraag, moet gron dig gewreven worden met viool-wortel, bij den drogist verkrijgbaar. Ieder spopr van t reinigingsmiddel moet daarna zorg vuldig met een zachten borstel verwij derd worden. Waarom bont nooit met een schaar geknipt mag worden? Omdat dan de haren mee worden doorgehakt, rechtaf, als hei polka van 'n Volendammer boerinnetje, wat vooral bij bont met lange, vlaklig- gende haren erg leelijk staat. We hebben dus geen schaar noodig, maar een zeer scherp, stijf mes, beter nog is een veiligheidssclieermesje met slechts één scherpen kant Nu teekenen we met een zacht potlood of een coupeurskrijtje op de achterzijde den vorm af van 't stuk, dat we wenschen uit te snijden Als 't mogelijk is, zien we de hulp van de een of andere gedienstige ziel te krijgen die het bont voor ons strak houdt, terwijl we het snijden langs de krijtlijnen, maar als dat niet gaat, kunnen we de volgende éénpersoons-methode toepassen. We houden 't eene eind van 't stukje bont met onzen rechterpols tegen den rand van de tafel gedrukt en lichten 't andere eind met onze linkerhand een stukje van tel en de rok zijn van effen naturel-kleu rige Kasha. De jumper van gestreepte Kasha met c r n De mantel en jumper worden gegar neerd met Kasha in de kleur der strepen De bies aan den onderkant der mantel loopt van achteren door De rok heeft breede, één kant uitloopende plooien. De mantel wordt open gedragen en kan door een smal ceintuurtje vastgehouden wor- 1 den ANEMOON KN5 'rSTHONEN. Van al deze \::de'.l n ziin a f 0.75 pa tronen naar maat verkrijgbaar aan „Het Patronerkantoor", Postbus No 1, Haarlem. Nauwkeurig maat opgeven- s.v.p. en het bedrag aan postzegels insluiten, waarna cmrfnande toere--lif? vo'gt De andere soort, de vetwormpjes. wor den gebet met heet water, waarin een lepel fijn badzout is opgelost, daarna, wordt het gericht met coldcream gerei nigd en ten slotte gewasschen met zeer koud water, waarin een scheutje eau-de- coxogne. Herhaal dit in het begin om den anderen dag, later elke week Een ander probaat middel is zinkzaif, vermengd met een paar druppels benzoë-tinctuur, bij uw drogist verkrijgbaar, maar vóór ge dit gebruikt, moeten de poriën eerst gron dig gereinigd worden met coldcream, liefst een weinig verwarmd Zie verder nog de Spiegeltjes van 26 Nov en 8 Dec 1.1 over „Vergroote poriën" Een volgenden keer zal ik het hebben over de verzorging van een te vette huid. Daar vetwormpjes daar gewoon'i,k een gevolg van zijn, zullen de daarin voor komende wenken en receptjes u wel licht nog van dienst kunnen zijn EVA het tafelblad op, t stevig strakhoudend tusschen de muis van de hand en de vier vingertoppen, die er tegenaan gedrukt worden. Ook de heele duim steunt mee, om een zoo breed mogelijke strook strak te kunnen houden. De potloodlijn loopt naar ons toe, in 't midden van den strak getrokken reep. We moeten snijden me: de rechterhand, terwijl we den pols, juist waar die in de hand overgaat, tegen den tafelrand houden gedrukt. Indien we het bont plzt op tafel legden en zóó sneden, zouden we hetzelfde re sultaat van doorgesneden haren krijgen als wanneer we 't met een schaar knip ten. Wanneer vve de verschillende strooken hebben uitgesneden en deze aan elkaar zullen gaan naaien, is een van de belang rijkste dingen, er op te letten, dat bij alle 't hear den zelfden kant uitloopt. Bij langharig bont zien we dat onmiddellijk, 't kortharige strijken we zachtjes met de hand en weten 't dan dadelijk. Daarna passen we alles netjes tegen elkaar t Aaneenhechten moet gebeuren met de allerbeste naaizij, die we krijgen kun nen. Eer de verschillende strooken zan elkaar gezet worden, wordt eerst ieder stuk met festonneer- of knoopsgat-steken omgewerkt, daarna wordan ze aaneen- gehecht door de koordjes, die deze ste ken langs de randen hebben gevormd, samen te naaien. Hierbij wordt dus niet in t bont gestoken, waardoor dit mooi plat blijft. We zorgen ook, mr.t onze s'e- ken geen haren vast te naaien, maar hou den deze zorgvuldig buiten 't bereik van elke draadlus. Moeten we nu b.v. een bontkraag ma ken, dan voegen we van aaneen gezette reepen en stukken precies den vorm van het papieren patroon samen, met rondom een klein randje extra. Ook knippen we juist zoo'n stuk bijpassende voering, en maken een smal inslagje. We slaan ook t bont een heel randje in, weer zorg dragend de haren te laten uitspringen en niet mee te pakken, en rijden 't op de voering. Nu hechten we met fijne spelden 't bont op de juiste plaats van 't klee- dingstuk en naaien 't daarna met fijne fla- nelsteken op, beurtelings door de vouw van t bont en de stof daaronder stekend Op deze manier kan 't resultaat niet anders dan bevredigend zijn, en zull?n we er zeker geen spijt van krijgen, dat we zelf dit dankbare peuterwerkje on dernomen hebben. KAJA Een van de schoonste en meest ge waardeerde vaste planten is wel de PHLOX, in het Nederlandsch Vlambloetn of Heristsering genaamd Zij groeien ge makkelijk en in iedere grondsoort, maar het liefst toch staan zij in een goed ge- mesten, lossen tuingrond op een zonnig plaatsje. Groote trossen, naar kruidnage len riekende bloemen, sieren de planten, die circa één Meier hoog worden, van Augustus tot October, terwijl de kleu ren varieeren van zuiver wit tof schit- gaan met vergroote poriën, ofwel de tot donker blauw. Van sommige soorten is het hart lichter of donkerder gekleurd dan het overige gedeelte der bloembla deren, wat een bekoorlijk efefet oplevert Dankbare vaste planten zijn ook de DELPHINIUMS of Riddersporen. De kleurschakeering is niet zoo rijk als bij PHLOX, en bepaalt zich tot verschil lende nuances van blauw, maar plant en bloem zijn één en al sierlijkheid; de bloemstengels bereiken in goeden los sen grond eene hoogte van 1.75 tot 2 Meter, en de bloeitijd duurt van Juni tot Juli. Sniidt men na den eersten bloei de oude slengels weg, dan bloeit de plant dikwijls voor de tweede maal. hoewel met kleinere trosjes DELPHINI UMS ziin wel winterhard, maar zij kun nen niet tegen een vochtige standplaats. Hierdoor gaan des winters heel wat planten verloren. Een prachtige kleuren-combNatie ver krijgt men door lichtblauwe DELPHINI UMS met LILIUM CAND1DUM (de Ma donna Lelie) door elkaar te pbnten Het zuivere wit der lelies harmonieert voortreffelijk met het teere blauw der Riddersporen Van de Riddersporen gaan onze ge dachten onwillekeurig naar de LUPINE De hoofdkleuren ziin blauw, rose en wit, maar de laatste jaren komen er vele nieu we tinten .vooral terra-cotta-, vleesch- en zalmkleurige bij. De planten houden niet van natten grond, doch groeien verder overal eve« gemakkelijk, en bloeien overvloedig v»n af Juni tot Augustus De bloemtrossen zijn dikwijls meer dan een halven meter lang, doch maken een min of meer stij ven indruk AQUILEGIA of Akeleien zijn lang niet zoo bekend, als zij wel verdienen, en ten sterkste raad ik U aan, tenminste eenige exemplaren van deze allersier- lijkste vaste planten voor uwen tuin aan te schaffen, U zult er geen spijt van hebben. Zij brengen reeds in Mei en Juni een overvloed van mooi gekleurde bloe men van grilligen vorm voort, welke buitengewoon geschikt zijn voor snij bloem. In halfschaduw gevoelen zij zicb het best thuis; de grond mag niet te droog ziirt Een uitstekende plant om een somber hoekje van een stadstuin, .waar toch niets groeien wil" een vroo- Kjk aanzien te geven. PYRETHRUMS (een Nederlandsche naam is mij onbekend) zijn met recht populair. Ze bloeien vroeg (in MeiJu ni), ze bloeien rijk, en afgesneden en in water gezet, duren de bloemen zoo lang, dat ze zouden gaan vervelen indien ze niet zoo mooi waren. Het mooist doen PYRETHRUMS het, wanneer ze ia kleinere of grootere groepen (van 3, 6, 12 of meer stuks) van éénzelfde varië teit gerangschikt worden. De kleuren va- rieeren van sneeuwwit tot bloedrood, en er bestaat groote verscheidenheid zoo wel van dubbel- als van enkelbloemige soorten Zonder zon kunnen zij niet le ven, doch evenmin zijn zij gesteld op felle zonnestralen. De grond moet voed zaam en goed gedraineerd, maar tege lijkertijd ook vochthoudend zijn. In sommige tuinen duurt het wel eens en kele jaren, vóór de PYRETHRUM goed door gaat groeien, een weinig geduld is dan ook noodzakelijk. Om te planten of te verplanten is de maand Juni. onmid dellijk na den bloei, de meest geschikte tijd FLORA. SINAASAPPELEN. Een vrucht, die zeer verwant is aan, .of beter gezegd steeds genoemd wordt met citroenen, is de sinaasappel, In aansluiting met 't gebruik van citroenen zoowel als huismiddel als in de spijsbe reiding, wil ik u nu hoofdzakelijk eeni ge recepten met sinaasappelen bereid geven Hoewel sinaasappelen het grootste deel van het jaar te krijgen ziin de maanden Augustus tot December zijn ze er niet zijn deze vruchten van half Ja nuari tot ha'f Maart het lekkerste niet alleen, maar ook het beste, omdat ze dan het saprükst zijn Velen eten si naasappels. omdat ze lekker ziin 't Is waar, ze zijn dorstlesschend en verfris- schend Uit dit oogpunt beschouwd, zijn ze zuiver „genotmiddelen". Bovendien zijn ze zeer „nuttig" voor de gezond heid: ze pri' kelen n.l het darmkanaal waardoor de peristaltische beweging bevorderd wordt en eventueele verstop ping getracht word.t tegen te gaan; ook hebben ze invloed op de samenstelling van het bloed, 't geen door leeken ge noemd wordt, d->t ze bloedzuiverend we'ken; en vooral nie* te verbeten de vitaminen die deze vruchten bevatten In zeer vele vormen zijn deze vruch ten te genieten en wel: rauw. 't zuive re sap, verwerkt in puddingen, vlaas, sausen, vruchtensla, marmelade, limo nade. Voor het maken van limonade en marmelade is het nu de beste tijd. Oranje-marmelade. (Voor 4 a 5 jampotjes, elk van 3d.L.) 4 Sinaasappelen. 1 Citroen. 254 L water ±2 54 Pond suiker Bereiding: Borstel de vruchten schoon en zet ze een nacht in het koude water te weken. Kook ze den Volgenden dag gaar in hetzelfde water, lot ze volko men zacht zijn, gedurende 154 uur. Probeer met een zilveren vork of pun tig houtje of de vruchten zacht zijn. Zorg er echt-r voor, dat ze niét te zacht zijn: ze 'aten zich dan moeilijk behan delen Neem ze dan uit het vocht, snijd ze in vieren, verwijder de pitten, de harde vezels en het witte gedeelte van de schil. Snijd het overige gedeel te van de schil zoo dun mogelijk in lange snippers Voeg het vruchtvleesch en de snippers bij het vocht (zorg vooral, dat er geen wit bii is: dat geeft de rui-m ade e"e nu-pp'-"ar-pp, h' te- ren smaak). Meet de hoeveelheid. Deze moet nu 2 d.L zijn Laat het vocht eenigen tijd inkoken. Neem 2/3 deel van de hoeveelheid vocht aan suiker, d.i. 254 pond; 't gewicht van 1 L. sap wordt daartoe gelijk gesteld met 't ge wicht van 1 L. water 1000 gram, 2 L. is dus 2000 gram of 4 pond, 2'3 deel van 4 pond is 8 3 pond 254 pond). Voeg de suiker bij het vocht en' 1-at de massa ipE^ken tol on :amJ>'kte. d.i. als een druppel, op een bord gedaan, gauw vrij dik wordt. Doe de massa in de uitgekookte jampotjes en sluit deze af met vochtig perkamentpapier Plak op de potten een étiquette met naam en datum van den inhoud. Sinaasappel-limonade (154 flesch). 1 K.G. suiker, waaronder eenige ta bletten suikertjes. 6 Sinaasappelen. 2 Mandarijntjes. 1 Citroen. 30 Gram citroenzuur. 2 a 3 d.L water, zooveel, dat men met al het vruchtensap 6 d.L. vocht heeft Bereiding: Borstel de mandarijntjes en sinaasappelen goed schoon en rasp er met de suikertjes de schil goed af. ^e-s de rirtaa "appelen, de mandariinties en c'en citroen uit en zeef het sap door een netelcoeksch lapje Kook het wa ter en los hierin de suikert en suiker tjes op. Voeg het citroenzuur toe en laat dit koud worden. Doe het gezeefde vruchtensap er bij en giet de limonade in de uitgekookte flesschen. Sluit deze met uitgekookte kurken en lak ze Ver dun de limonade vóór het gebruik me' driemaal de hoeveelheid water. Sinaasappel-bowL 5 a 6 Sinaasappelen. 1 Citroen. Suikerklontjes. 150 a 200 gram basterdsuiker, afhan gende van.de zoetheid van den wijn en de hoeveelheid suikerklontjes, die ge bruikt ziin 2 a 3 flesschen bessenwijn of Meiwijn. 1 Flesch Spuitwater. Bereiding: Wascb de sinaasappelen en wrijf de schil af met suikerklontjes. Zorg, dat geen wit mee afgewreven wordt. Schil de sinaasappelen, verwijder zorgvuldig 't wit en de velletjes. Snijd ze in dunne plakken. Doe de pitten en DÏties er uit en doe ze evenals de suikertjes in een terrine Pers den citroen uit. voeg 't sap er bij. Strooi de basterdsuiker er over en doe er 54 flesch bessen- of Meiwijn bij. Laat dit staan tot even voor 't ge bruik. Voeg den overigen wijn toe, proef de "bowl op smaak af wat zoette betreft en voeg spuitwater toe, even vóórdat de bowl in de glazen geschept wordt. CITROENPUDDING (6 pers.). 200 gram suiker 3 of 4 citroenen (d.i 1 d.L. citroensap) 6 eieren 16 gram witte gelatine 1 d.L water. Bereiding: Roer de eidooiers met de suiker en d>e geraspte schil van 1 citroen in een pannetje dik en wit Voeg dan 1 d.L. ci troensap en 1 d.L. water zeer voorzich tig toe (Door 't zure van de citroenen kunnen de eidooiers schiften). Laat de dooiers op de kachel onder Hink roeren binden. (Eidooiers binden bij 70 gr C. en behoeven dhis niet te koken) Roer van het vuur de in koud water geweekte en goed uitgeknepen glatine toe Laat deze massa een weinig bekoelen. Klop het eiwit zeer stijf en giet hierbij roerende de gebonden mas sa. Doe de pudding in den vorm, die met ongeklopt eiwit is omgespoeld, als ze begint stijf te worden CATHARINA. Het is nu een zeer las tige tijd voor een mode praatje. Om ons nu nog met wintermodelien be zig te houden, daarvoor is het te laat, en precies vertellen wat ons de voorjaarsmode brengt, kunnen we nog niet. De mode is zóó onstui mig en veranderlijk, dat men soms reeds lang vooruit aangekondigde modellen maar even ziet dragen vlug weer ver dwijnen en plaats maken voor andere. Maar toch kunnen we onze lezeressen het een en ander vertellen. Ensembles zullen het nieuwe seizoen veel ge dragen worden, en de deux pièces zal daarbij meer dan ooit een be langrijke rol vervullen, evenals het mouwlooze vest, hetwelk ons op frisse he zomerdagen groote diensten bewijst. Heel smalle ceintuurs worden veel gedragen, met vaak als slui ting een gesp van imitatie-sfeenen. Zijn de ceintuurs breed, dan worden ze versierd door een groote gesp van hoorn, in de kleur der japon. Kasha zal ook dit voorjaar en dezen zomer de veel gedragen stof zijn. We zagen reeds bijzonder mooie ge werkte en gebloemde dessins. Echarpes blijven zeer in den smaak en worden los- jes om den hals gewikkeld of als chabol en shawlkraag gedragen De glanzend zijden voorjaars-hoedjes, enkel versierd met een schitterend speld je of gespje, kunnen niet anders dan be wondering afdwingen, doch dames, die de voorkeur geven aan n grooten hoed. zul len nog teieurgesteld moeten worden: de mode geeft nog steeds den kleinen hoed aan, zoo mogelijk kleiner dan ooit LYA. I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 8