LEEKEPREEKEN. Voornaamste Nieuws •'a Huisapotheek voor 60 centen Kloosterhalsem ZATERDAG 25 FEBRUARI 1928 DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN FN HFT r.FVI I IlSTPFFRn 70Nr>AnSP! AD. EEN EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16791 AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL Wij controleeren Uwe uitlotingen gratis met volledige ga rantie tegen renteverlies. zHi'.:-vgv^ v- Controle op rijwielreflectors in de Haarlemmermeer Jongen vermist De radio-wet door de Tweede Kamer aangenomen De fasant schadelijk wild Hollandsche Voorschotbank Schuur afgebrand Commissie van Toezicht op het Lager Onderwijs te Haarlem Weer de overweg aan de Kleverlaan Gevaar door slechte bestrating Doodelijk ongeluk bij een bouwwerk te Maastricht De co-Opera-tie Een oplichter gezocht De oorlog bevordert het overgaan van heidenen tot de R.K. Kerk in Noordelijk China MUZIEK. STADSSCHOUBURG Liederen-avond Vera Janacopulos J. a ft -2 J. J. WEBER ZOON OPTICIENS - FABRIKANTEN Koningstraat 10 Haarlem. Telegrafisch Weerbericht. ,,Geen goud zoo goed" De werking van den Krakatau Het feit bewezen, doch niet strafbaar BUREAUX: NASSAULAAIM 49 1 eleioon No. 13866 (drie lijnen) Postrekening No. 5970. ABONNEMENTEN: vooi Haarlem en Agentschappen: per week 25 ct.; per kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal f 3.58 bij vooruitbetaling. NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN. TIES, 14 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer 15 et-, bij vooruitbet. Bij contract belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN tusscbcn den tekst 60 ct. per regel. Alle abcnr.é's op dit blad zijn, ingevolge de verzekeringsveorwaarden f Ifjfifl Leven:lange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7Kf| bij een ongeval met f ORfi n der Aolgende uitkeeringen J 1 üvCw"» verlies van beide armen, beide beenen of beide ocgen, A docdehjven aflccpC/tJJ. bij verlies van een hand, f IOC bij verlies van een f Cf) bij 'n breuk van f Af) bij verlies v, 1 1 Lil. duim of wijsvinger; 1 "L been of arm; 1 andere vil tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen 1 dOUU." verlies van beide armen, beide beenen ot beide ocgen; vv. aocaenjsen ancopeen voet of een oog ecu vinger. 127. DE BEPERKTHEID VAN DEN VRIJEN WIL De al j>f niet erkenning van een vrijen wil ban™ zooals wij zagen met heel onze levensbeschouwing samen. Zij, die geen persoonlijken God erkennen, geen Schepper en Bestuurder van het heelal, geen schepping en geen erfzonde, moeten noodzakelijker wijze den vrijen wil ontkennen. Wat voor zin toch heeft een wereldorde, waarin schepse len tusschen goed en kwaad moeten kiezen, tegen hun kwade neigingen moeten ingaan, zonder een einddoel na dit leven? Het ge zond verstand van den mensch zegt hem dan ook reeds, dat er verschil is tusschen hem zelf en het dier. Zeker, er is overeenkomst In het streven van beiden. Er is bij het stellen van een daad een beweegkracht van binnen, die de beweegkracht van buiten aanvult, zoowel bij het dier als bij den mensch. Bij het onredelijke schepsel echter gaat het zóó. dat het dier noodzakelijker wijze den sterksten indruk moet volgen; het is geen meester over zijn eigen daden; de mensch daarentegen kan kiezen; hij is vrij. Nu tracht men dit te ontkennen, vooral In onzen tijd. Vrije wil, en dus persoonlijke schuld, worden ontkend. Argumenten voor die ontkenning zijn gemakkelijk te vinden. In onze eerste beschouwing over den wil i zagen wij reeds, dat die wil in drie om standigheden kan verkeeren en in één daar van handelt hij slechts bewust; in één dier drie omstandigheden is een afdwaling dus slechts zondig. Wanneer men dus de zaken gaat verwarren en het abnormale en nor male door elkaar gooien, dan is het niet moeilijk tot een ontkenning van den vrijen wil te komen. En het is een dankbaar thema; immers, wanneer er geen vrije wil is, is er ook geen zonde, geen persoonlijke schuld! Durven nu de deterministen beweren, dat wij even mechanisch handelen als het dier, even onvrij zijn als een beest en dus nood zakelijker wijze altijd uitsluitend den sterk sten indruk moeten volgén? Neen, zoo iets durven zij niet aan! Een zekere vrijheid van den mensch moeten ook zij erkennen. Wat dwaasheid zou de eeuwige strijd voor vrij heid en onafhankelijkheid worden, wan neer de mensch zelf niet vrij was? Dit is juist de dwaling, zeggen de deterministen, dat wij de diepste gronden van onze daden niet kunnen achterhalen en meenen, dat wij Vfij zijn! Wanneer wij echter dezen filosofen vragen, geef eens een bewijs voor uw bewering, dan kunnen zij ens niet anders zeggen, dan dat er geheime drijfkrachten voor onze daden moeten bestaan. Waarom, vragen wij dan; bewijs, wat gij zegt! Maar dat bewijs blijft uit: de bewering wordt gratis gegeven, terwjjl wij, die een vrijen wil aannemen, wel degelijk en zeer deugdelijke bewijzen hebben. Immers, wij ontleden den wil van den mensch en van het dier; zien het laatste steeds kiezen uit noodwendigheid van een uitwendigen dwang; maar den mensch be raadslagen, wikken en wegen met zijn ver stand, terwjjl zijn neiging boven het stof felijke kan uitgaan, het schoone, het ware, het goede kan begeeren. Spinoza de grondlegger van het pan theïsme, heeft zich ook in den vrijen wil verdiept, welken hij niet wil aannemen. Toch moet hij erkennen, dat hem iedere verkla ring ontbreekt en dat er wel degelijk ver schijnselenvan den vrijen wil bestaan. En wie durft dat eigenlijk in gemoede te ontken nen? Hoeveel spontane handelingen ver richten wij niet herhaaldelijk? Wij zitten thuis, hebben een vrij uur. Buiten schijnt de zon; de natuur lokt in lente- of zomer- pracht. Plotseling rijzen we op en besluiten naar buiten te gaan, te genieten van fris- sche lucht en zonneschijn. Is daar een ge heime kracht, die ons drijft? Neen, 't is de schoonheid, die buiten lokt. Toch is het nog niet zeker of we gaan. Terwijl we ons gereed maken, komen er overwegingen bij ons op; er kan bezoek ko men; we moeten over een uur aan een be paalde bezigheid; zou een wandeling te vo ren niet te veel vermoeien of ons te lang ophouden? Zoo kunnen er tal van overwe gingen zijn, die ons na wikken en wegen doen besluiten uit te gaan of thuis te blij ven. Wie durft hier de vrijheid van den wil te ontkennen? Trouwens, letten wij eens op ons zelf én op hen, die zich ontkenners van een vrijen wil noemen. In gesprekken zult gij geregeld opmerken, dat allen steeds onderscheid maken tusschen vrije en onvrije handelingen: „hij kan dat niet helpen; dat had zij toch vooruit kunnen voorzien; maar dat is zijn of haar schuld; wie niet hc.oron wil, moet maar voelenhet ligt ons als In den mond bestorven en heel de practijk van iederen mensch, hij moge dan filosofee ren zoo hard hij wil, gaat uit van den vrijen Wil van zijn naaste. Wanneer iemand, van Wiens gezond verstand wij overtuigd zijn, dien wij altijd als normaal hebben gekend, plotseling naar ons toekomt, ons beleedigt. ons een klap in het gezicht geeft, ons aan valt, ons berooft, dan blijft niemand daar kalm bij staan en zegt: die man of die vrouw moet zoo handelen .door een onna speurbare drijfkracht. Neen, wij verdedigen ons, loopen naar de politie, klagen aan, we gens schuldige beleediging, mishande ling, berooving. Welnu, geen schuld zonder vrijen wil. Er zijn nog meer bewijzen vóór den vrijen en tegen de opvatting, als zouden wij onze daden door een onverklaarbaren drang verrichten. St. Thomas reeds wees daarop in het zesde hoofdstuk van zijn Summa: „als er geen vrije wil was, dan zouden niet tot hun waarde komen: raadgevingen, verma ningen, voorschriften, zoo menig verbod, loon en stral en vooral het geweten met zijn goed- en afkeuring, met zijn wroeging". Over dat geweten spreken wij een ander maal nog afzonderlijk. Maar nu reeds kun nen wij In het algemeen vragen: heeft St. Thomas geen gelijk? Welk een dwaas heid zouden wij allen toch iederen dag be gaan met onze raadgevingen aan anderen, met aan kinderen en ondergeschikten het een en ander te bevelen, te verbieden, met te beloonen en te straffen, wanneer er geen vrije wil bestond en alle menschelijke daden onder een noodzakelijken drang geschied den? Wanneer iemand zelf geen invloed op zijn eigen daden kan uitoefenen, wanneer hij zelf niet kan kiezen tusschen goed en kwaad, is het dan geen dwaasheid hem te vermanen, hem tot iets aan te sporen, hem te straffen? Hij is dan immers in den eigenlijken zin on toerekenbaar voor zijn handelingen? Toe rekenbaarheid toch veronderstelt een vrijen wil. Wij zouden dan de moderne straf- theorie moeten aanvaarden, dat n.m. mis dadigers alle ontoerekenbare schepselen zijn, die op dezelfde wijze als zielszieken en krankzinnigen behandeld moeten worden. Want, zeggen de deterministen, er mag zoo iets zijn, dat op een geweten gelijkt, toch werkt ook dit mechanisch op den wil. Is dat geweten defect, dan moeten de handelingen noodzakelijk verkeerd zijn. Wij hebben al gezien, dat juist het ken merk van den menschelijken wil tegenover den dierlijke is, dat er bij den mensch altijd oen drang naar iets hoogers Is, dat zijn strevingen een zedelijk karakter dragen, on danks de kwade neigingen, die daar tegen ingaan. Vandaar dat het dwaasheid is tenzij in abnormale gevallen te spreken van een defect geweten. Hoewel verzwakt en door de erfzonde ten kwade geneigd, heeft de menschelijke wil toch het vermogen om het goede boven het kwade te kiezen. Wij, christenen, weten, dat het menschelijk geslacht deze zedelijke redding dankt aan Christus' Verlossingsdaad, zonder welke wij tot niets goeds in staat zouden zijn. Maar ook zonder deze zuiver godsdienstige over tuiging, moet een normaal denkend mensch er toe komen om uit de werking van den menschelijken wil te besluiten, dat er een kracht aanwezig is, welke ten goede kiezen kan en wel uit vrijen aandrang. Want, zooals St. Thomas zoo juist zegt; zender vrijen wil zou het maatschappelijk leven een en al verderf zijn. Moeten wij nu uit een en ander besluiten, dat de menschelijke wil bij ieder normaal individu en onder normale omstandigheden op dezelfde wijze werkt? Neen, wij kunnen niet verder gaan, dan een algemeene theorie van een vrijen wil opzetten. Aannemen, dat de wil zonder eenige oorzaak tusschen beide springt, dat noch verschil van karakter, noch verschil van ontwikkeling invloed doet gel den, is strijdig met een gezonde opvatting. De wil is dus niet absoluut onafhankelijk, maar wordt op verschillende wijzen in zijn daden beperkt. Ten eerste wordt hij bepaald door zijn hoogste einddoel, waarnaar hij van nature is gericht, n.m. God en bijgevolg naar het goede, dat in God als het volmaakte goed zijn eindpunt vindt. Op de tweede plaats is ook het karakter van invloed op de wils kracht. Wanneer men aan twee verschillende karakters hetzelfde motief voorhoudt, dan zullen beide verschillend handelen, al naar mate hun aard hen in de een of andere richting drijft. Bovendien kan de wil beïnvloed worden door allerlei geestelijke of lichamelijke ziekelijke afwijkingen, die de wilskracht kunnen verzwakken en zelfs vernietigen. Dit kan geschieden doordat de verbeelding te sterk werkt en daardoor heerscht over het verstand; of wel, doordat de verbeelding te zwak werkt en er dus geen krachtig genoeg beeld gevormd wordt, bij het in beweging brengen van den wil. Dit laatste noemen wij den apathischen toestand. In die zooge naamde apathie kan het b.v. voorkomen, dat een moeder voor haar oogen haar kind ziet dooden, zonder een hand uit te steken, zon der zelfs een traan te laten; het volle besef n.m. ontbreekt dan, hetwelk in normalen toestand zou aandrijven tot een daad van afweer of tot e.en uitbarsting van smart. Op de derde plaats kan het gelijk wij reeds in een vorige beschouwing zagen gebeuren, dat de lagere driften te sterk werken en zoodoende het verstand overval len. voordat het tijd heeft om na te denken en den wil dus in de goede richting te leiden. Staan wij dus als christenen en gezond denkende menschen beginselvast tegenover het bestaan van een vrijen wil, dat neemt niet weg, dat wij oog hebben voor de be lemmeringen. welke de juiste werk'ng van dien vrijen wil in den weg kunnen staan en dus de persoonlijke schuld aan een ver keerde handeling kunnen ontnemen. Dit brengt ons tot de kwestie van de al of hiet toerekenbaarheid bij misdaden en het moeilijke vraagstuk der erfelijkheid, waaraan wij ten slotte een volgende maal nog enkele regels hopen te wijden. HOMO SAPIENS. RN F geval is als in meerdere groote steden, zoodat in den vervolge ook de Haarlemmers door het geregeld optreden der co-opera-tie op goede operakunst vergast worden. 20 BEKEURINGEN Naar wij vernemen, heeft de politie te Haarlemmermeer tegen een 20-tal personen proces-verbaal opgemaakt wegens het 's avonds rijden met een rijwiel, waaraan een reflector was bevestigd, welke niet aan de ge stelde eischen voldeed en niet voldoende terugstraalde. De 15-jarige W. J. K., wonende aan den Lisserweg te Abbenes heeft Donderdagmiddag om onbekende redenen de ouderlijke woning verlaten en is tot heden niet teruggekeerd. Zooals begrijpelijk, verkeeren de ouders in groote ongreustheid. Ondanks alle nasporin gen, mocht het ook Vrijdag niet gelukken den jongen te vinden. Het is niet onmogelijk, dat hem een ongeluk is overkomen. Nader vernemen wij, dat de jongep is gevonden in den hooiberg van den land bouwer C., waar hij den nacht had door gebracht. Hij is naar zijn ouders terugge bracht. Geen radio-belasting. De Tweede Kamer heeft gistermiddag de Radio-wet (aanvulling en wijziging van de Telegraaf- en Telefoonwet 1904) aangeno men zonder hoofdelijke stemming, nadat enkele wijzigingen waren aangebracht. Besloten 'werd o.m. te bepalen, dat bij het verleenen van een uitzendvergunning de zendtijd naar billijkheid over de omroep organisaties dient verdeeld te worden; inge steld wordt een Radio-raad; er zal geen retributie of belasting geheven worden. Bij Kon. besluit is bepaald, dat de fasan- ten zullen worden gerekend te behooren tot schadelijk wild in het geheele Rijk, met uitzondering van do navolgende gebieden, te weten de gemeenten Castricum, Egmond- Binnen en Egmond aan Zee. Dit besluit wordt herzien vóór 1 Maart 1929. Door dit besluit vervalt het Kon. besluit van 14 Februari 1927 (Staatsblad no. 31), ter uitvoering van artikel 1, derde lid, der Jachtwet 1923. In de Vrijdagmiddag te Haarlem gehouden vergadering van aandeelhouders der Hol landsche Voorschotbank werden de balans en winst- en verliesrekening goedgekeurd. Het dividend werd bepaald op 15 pet. Tot commissaris werd herkozen de heer Mr. H. Ph. Visser 't Hooft. Besloten werd geen 4 jé of 6 pet. schuldbrieven uit te loten. Aan het jaarverslag over 1927 der „Hol landsche Voorschotbank" ontleenen wü het volgende: De resultaten over het afgeloopen boek jaar kunnen alleszins bevredigend worden genoemd. Op 1 Januari 1927 was uitgezet in voor schotten 1.339.571, aan het einde van het boekjaar een bedrag van 1.303 861. Aafi schuldbrieven was einde 1927 in omloop 1.119.100 1.148.350), het totaal bedrag der reserves is gestegen van 76.697 tot 82.513. Voorzichtigheidshalve blijft een bedrag van 5000 gereserveerd voor dubieuze voorschot debiteuren. omdat op enkele voorschotten vermoedelijk eenig verlies zal worden gele den, hoewel dit nog geenszins vast staat. De winst bedraagt 17.962 22 933), dis wij voorstellen te verdeelen als volgt: af- schriivingen 416 2987), extra-reserve 2400 4800), belasting 878, (878), nieuwe rekening 280 279), reserve-reke ning 1831 (onv.), tantièmes 5494 (onv.). Aandeelhouders ontvangen 15 pet. (onv.) dividend. Gisterenavond omstreeks 11 uur ontstond door onbekende oorzaak brand in de schuur achter de woning van den arbeider G. T. aan den Parkweg te Hoofddorp. De schuur brandde tot den grond toe af. Drie rijwielen en eenige gebruiksvoorwerpen en gereed schappen werden door het vuur vernield. De brandweer, die met de motorspuit was uitgerukt, behoefde niet op te treden, om dat het vuur inmiddels door de omwonenden was gebluscht. Deze houdt een vergadering op Donder dag 1 Maart 1928 's avonds 8 uur, ten Stad- huize. De agenda vermeldt: 1. Notulen. 2. Ingekomen stukken. 3. U.L.O. school. 4. Fransche lessen MO. 5. Bewaar ders scholen. 6. Mededeelingen school Voor bereidend Onderwijs. 7. Jaarverslag. 8. Ver kiezing bestuur. 9. Inzage schoolverslagen. 10. Rondvraae- Dr. A. de Vletter en dr. W. H. G. van Esveld hebben zich met een adres tot den Raad van Haarlem gewend, waarin zij constateeren, dat er op den weg van het Kennemer Lyceum naar de Kieverlaan twee plaatsen zijn, die voor het verkeer grooten hinder opleveren en voor de voorbijgangers zeer gevaarlijk zijn. Het eerste gevaarlijke punt is dat van den overgang van den spoorweg Haariem-Velsen aan de Kleverlaan, waar de nauwe doorgang, de telkenmale voorkomende groote opstoppin gen en de zeer slechte bestrating aanleiding zijn tot gevaar. Wij hebben aan den gemeenteraad van Bloemendaal als onze meening te kennen ge geven, dat o.a. een oplossing gevonden zou kunnen worden in doortrekking van den uit het Kinheimpark komenden goed onderhou den bitumenweg in de richting van Stoop's Bad, aansluitend op de daar reeds aanwezige Frederik Hendriklaan. Een zaak, waarbij het gemeentebestuur van Haarlem ook betrokken schijnt te zijn, is een verbetering van de bestrating aan de Klever laan, die werkelijk zeer veel te wenschen overlaat. Deze bestrating is in de buurt van den overgang zóó slecht, dat er werkelijk groot gevaar voor ongelukken bestaat. Het komt ons onjuist voor, dat jonge menschen, zooals de leerlingen van een school, in ge vaar zouden komen door kwesties van on- eenigheid tusschen twee gemeentebesturen over het onderhoud van wegen. Wij zullen dan ook eventueel de vrijheid nemen ons nog tot hoogere autoriteiten te wenden om op de gevaren te wijzen. Een tweede gevaarlijk punt op den weg van Bloemendaal naar Overveen over Haarlemsch gebied, is dat van de spoorwegviaduct bij den Verspronckweg, waar door het aanwezig zijn van een dubbele trambaan en het onder het viaduct doorgaan van water een verkeers- moeilijkheid ontstaat, die, mede in verband met de slechte bestrating, wederom gevaar oplevert. Het ligt niet op onzen weg om aanwijzingen te doen betreffende mogelijke verbeteringen (overkluizing van het water?), maar wij ach ten het onzen plicht op den bestaanden zeer bedenkelljken toestand te wijzen. Dezelfde heeren hebben zich ook tot den Raad van Bloemendaal gewend met een adres. Sprekende over den overweg aan de Kleverlaan, merken zij o.m. op, dat het gé- vaar en de moeilijkheden njiar hun inzicht op min of meer radicale wijze zouden zijn te verminderen en weg te nemen; b.F door het maken van een dubelen overgang met voet gangersovergang, of door het maken van een verbindingsweg KinheimparkFrederik Hen driklaan te Overveen, ten Noordoosten van het schoolgebouw van het Kennemer Lyceum. Adressanten zijn van oordeel, dat het ge brek aan samenwerking tusschen de gemeen ten Bloemendaal en Haarlem, waaraan de bestaande toestand wordt toegeschreven, geen aanleiding mag zijn tot den zeer gevaarlij ken toestand. Verder wijzen adresanten nog op den slech ten toestand bij de viaduct Verspronckweg en komen tot dezelfde conclusie als in het adres aan de gemeente Haarlem. Een arbeider, de 40-jarige H. uit Ambt Hardenberg, is te Maastricht bij den aan bouw van een cementfabriek bekneld ge raakt tusschen een kipwagen en een ijzeren pilaar. Binnen enkele minuten overleed de ongelukkige aan de gevolgen. Men meldt ons uit den Haag: Nu wij zoo langzamerhand het einde van het speelseizoen van het operagezelschap „de co-opera-tie" beginnen te naderen, en de op voeringen in dit tijdvak in onze gedachten laten voorbijgaan, verwonderen wij ons er over dat er nog altijd Hollanders bestaan, die de waarde van een Hollandsch operagezel schap door afbreuk altijd becritiseeren. Niets is minder waar dan dat. Een vast staand feit is het, dat bij de auteurswetten een bepaling bestaat die luidt, dat geen twee ërlei troepen dezelfde stukken mogen uitvoe ren. Zoodat ditmaal de Italiaansche Opera beslag heeft gelegd op populaire werken zoo als b.v. Tosca, La Bohème, Butterfly e.a.. waarvna zij zich het alleenopvoeringsrecht heeft veroverd. Hierdoor was het gezelschap van de heeren Van Raalte en Poolman, wel genoodzaakt eenige composities van meesters als Wagner en Mozart in te studeeren, waaronder „de Ring des Nibelungen" het grootste werk van dit seizoen is geweest. Zoo men weet, bevat deze Ring de opvoeringen van de Rheingold, die Walkure, Siegfried en als laatst Gotter- dammerung, welke alle uitsluitend met Hol landsche krachten gegeven werden. Slechts een enkele maal moest wegens ziekte van den dirigent de heer Albert van Raalte deze door een buitenlander vervangen worden. Reeds eerder meldden wjj het, dat de ge heele Koninklijke Familie al deze opvoeringen bijwoonde, een overtuigend bewijs dat het bestaan eener Hollandsche operagezelschap tot zelfs in de hoogste kringen belangstelling schijnt te hebben. Naast Wagner's trilogie werden nog uitge voerd: Tannhauser, Rigena, Faust, Lohengrin, Carmen, La Julve, de bruiloft van Figaro, die alle min of meer geslaagd mogen genoemd worden. et is te hopen dat 't te Haarlem evenzoo 't De commissaris van politie van het bu reau Leidscheplein te Amsterdam verzoekt, namens den officier van Justitie, opsporing en aanhouding van Johannes Jaeobus Koblens, geboren te Amsterdam, 28 Januari 1897, kantoorbediende, zeggende te wonen aan de Heerengracht 354 te Amsterdam. Zijn signalement is: lengte 1,90 M., slank postuur, blond uiterlijk, glad geschoren, ge kleed met grijs colbert-costuum, slappen hoed en lichte gabardine regenjas. Hij maakt zich schuldig aan oplichting, door zich uit te geven voor electricien en als zoodanig contracten af te sluiten voor het aanbrengen van lichtpunten, levering van electrische apparaten en het doen van re paraties. welke niet worden nagekomen. Ve len zjj nhiervan reeds het slachtoffer ge worden. Agentia Fides meldt: ROME. Twee missiegebieden van de pro vincie Chiili schrijven met dezelfde pest, dat niettegenstaande alle troebelen in Noord - China, de golf van bekeeringen op hun ge bied steeds toeneemt. Het zijn de vicariaten van Pacttngfu; geleid door Z.D H. Mgr. Paul L. C. Montagne en dat van Lihsien, onder 'eiding van een inlandsch Chineesch: Z.D.H. Mgr. Melchior Soun Onlangs werd een rondreis voor het toe dienen van het Vormsel, die Z. D. H. Mgr. Montagne ondernam, veranderd is een ware triomphtocht in miniatuur, want in iedere stad waar hij aankwam, werd hij door groe pen van heidenen toegejuicht, die hem be dankten voor de weldaden van de missiona rissen gedurende de perioden van strijd in hun land in 1927. Verscheidene honderden hebben zich als catechisten aangemeld als gevolg van den goeden indruk die de kerk gedurende de troebelen maakte. „De oudste priesters van het land", schrijft Pater Vincent Lebbe, correspondent van Agentia Fides in het vicariaat van Lihsien, „kunnen zich niet herinneren de heidensche boeren ooit in zulk een uitstekende gesteld heid te hebben gezien." Sedert de oogst van den herfst waren er meer dan 2000 be keerlingen. In 't begin van den herfst, verzamelde Z. D.H. Mgr. Soun een uitgezochte groep cate chisten om zich, en onderwees ze onafge broken gedurende twee maanden, om ze klaar te maken voor de wintercampagne waarop hij veel vertrouwen heeft. Het apostolaat onder de leeken. van de U.A.C.S. (Unio Actionis Catholicae Sinensis) bestaat uit verscheidene comité's die hun hulp ver leenen door gebed en vasten en door de me dewerking, die ze den Chineeschen priesters verleenen. „Ze had zich niet schuldig willen maken", zoo leidde de groote Braziliaansche zangeres gisterenavond haar optreden in voor een klein doch uitgelezen publiek, „aan de onbe leefdheid om de dames en heeren te leur te stellen, ofschoon een zware verkoudheid haar sinds een paar dagen het zingen zeer bemoeilijkte. Ze zou dus trachten de aanwezigen een uurtje aangenaam bezig te houden met zang, al kon zij dan niet de volheid geven van haar muzikaal kunnen." Ondanks deze verzekering, misschien wel juist daarom, hebben wij den gan- schen avond ademloos geluisterd naar het zingen van deze buitengewone kunstenares, die zich in Yvonne Herr-Japy een begeleid ster heeft gekozen, welke zich met benij denswaardig begrip en fijnzinnig aanvoelen weet aan te passen en in te leven, in al de stem- en stemmingsschakeeringen der con certgeefster. De samenstelling van het programma gaf, ondanks het feit dat het liederen bevatte van slechts een viertal componisten, nJ. de beide Scarlatti's, Gabriël Fauré en Mous- sorgsky, de zangeres gelegenheid tot de meest gevarieerde muzikale expressiviteit. En daarin heeft zij dan ook geen enkel moment te kort geschoten. Zoowel de Italiaansche liederen, waarvan de beide laatste, van Alessandro Scarlatti, „O cessate di piagar- mi" en „Violette" ons volkomen het mate- rieeele „zingen" deden vergeten, als de fransche chansons met zeer gevarieerden inhoud van Fauré en Moussorgsky, werden ons voorgedragen met een volkomenheid van techniek en gave, dramatische zeg gingskracht, zooals men slechts weinig in de gelegenheid is, te hooren. Er werd, vooral in de zachte passages, en daarvoor was vooral in de hier gekozen liederen volop gelegenheid, een sfeer geschapen van groote toon-reinheid en sterk dramatische uitbeel ding, om bijvoorbeeld te noemen: „Au cimetière" van Fauré, en „Le Secret", en achalle andere liederen, want niet één was er onder dat minder juist expressief werd weergegeven. Vera Janacopulos heeft van al deze gezangen ten volle het karak ter gepeild, met een wonderfijne techniek en een eenige, licht ruischende expressiviteit. Eindeloos schier was de keuze der accenten, feilloos de uitspraak, grootsch en teeder, schalksch en speelsch de muzikale uitdruk king. We zullen geen aanhalingen meer doen, omdat we dan alles aan zouden moeten streepen, slechts nog even noteeren, dat we ons aan het slot van „Le Secret" van Fauré Aux plis de sa robe palie" afvroegen of we nu werkelijk de dagvorstinne geruischloos zagen wegzinken aan den einder, of dat een menschelijke stem ons dit voortooverde. Met groote vaardigheid en dichterlijk, fragiel toucher verzorgde Yvonne Herr Japy dc muzikale begeleiding op den fraai- kilnkenden Kettner-vleugel. En de hulde, waarin de groote zangeres de begaafde klar vier-speelster telkens betrok, was dan ook alleszins verdiend, en het excuus, dat de kunstenares nog bij de ovatie aan het slot, met het oog op hare indispositie, meende te moeten maken, aanvaardden we dan ook niet, om de eenvoudige reden dat er niets te excuseeren viel en onze voldoening, bij betere dispositie, bijna onmogelijk grooter had kunnen zijn. Les absents avaient grand tort! Dc Tweede Kamer heeft gisteren de be handeling der radio-wet na enkele wijzigin gen zonder hoofdelijke stemmen aangeno men. De Centrale commissie voor de filmkeu ring is geïnstalleerd. Een belangrijke aanwinst voor het Ned. Historisch Scheepvaartmuseum. Nog een 10e verdachte is in verband met de verduistering van 15000 bij de Haagsche Tramweg Maatschappij gearresteerd. Een commissie is ingesteld om te onder zoeken of verlaging van den accijns op ge distilleerd uit een oogpunt van drankbe strijding ook thans nog moet worden ont raden en zoo neen, hoever in dezen behoort te worden gegaan. In de Zweedsche cellulose-industrie wordt een uitsluiting aangekondigd, waarbij 57.000 arbeiders zijn betrokken. Het rapport inzake de „Principessa Ma- falda". Een Rnssisch bergdorp wordt door een lawine bedolven. Van Duitsche zijde wordt gewaarschuwd tegen levering van wapens voor China. iiuvmfu7 Barometerstand 9 uur van.: 778. Vooruit. Licht op. De lantaarns moeten morgen worden opgestoken om 6 uur én over morgen om 6.02 uur. Hoogste barometerstand 783.3 m.M. te Danzig. Laagste barometerstand 746.1 m.M. te Jan Mayen. Verwachting: matige, meest Z.O.-wind, hel der tot lichtbewolkt, mogelijk met ochtend nevel, droog weer, lichte vorst of om het vriespunt des nachts, over dag zelfde tempe ratuur. goed voor brand-, snij- cn stootwonden, verouderde wonden, zonnebrand, aam beien, spierpijnen, spit, rheumatische r ijnen, wintervoeten, springende handen en nog veel meer, koopt ge met een pot Akker's Kloosterbalsem, de snel werkende merkwaardige veelzijdige zalf. 35 Vulkanische bevingen Aneta seint hedenmorgen uit Batavia: Gisteren zijn 35 vulkanische bevingen bi} den Krakatau geconstateerd. Gisteren heeft de Amsterdamsche recht bank vonnis gewezen in de strafzaken te gen een bewoonster der Quellijnstraat te Amsterdam en een kapper, die zich te ver antwoorden hebben gehad wegens het op zettelijk toelaten, dat goederen opzettelijk worden ontrokken aan het daarop gelegde wettige beslag. In beide gevallen had men den deur waarder, die wegens belastingschuld beslag kwam leggen, opmerkzaam gemaakt op het feit, dat de goederen niet toebehoorden aan de belastingschuldigen, maar aan den meu belmaker, van wien zij ze in huurkoop had den. Niettemin was de deurwaarder over gegaan tot het leggen van beslag, de beide verdachten aanstellende tot bewaarder. De verdachten warschuwden hierop den meu belmaker, die de hem in eigendom toebe- hoorende meubelen liet weghalen. Het O. M. had gevorderd resp. 50 boete of 20 dagen en 25 boete of 10 dagen hechtenis. De Rechtbank achtte het feit wettig en overtuigend bewezen, doch niet strafbaar en ontsloeg de verdachten van alle rechtsver volging.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 1