LEEKEPREEKEN.
Voornaamste Nieuws
•'a Huisapotheek
voor 60 centen
Kloosterhalsem
ZATERDAG 25 FEBRUARI 1928
DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN
FN HFT r.FVI I IlSTPFFRn 70Nr>AnSP! AD.
EEN EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16791
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL
Wij controleeren Uwe uitlotingen gratis met volledige ga
rantie tegen renteverlies.
zHi'.:-vgv^ v-
Controle op rijwielreflectors in
de Haarlemmermeer
Jongen vermist
De radio-wet door de Tweede
Kamer aangenomen
De fasant schadelijk wild
Hollandsche Voorschotbank
Schuur afgebrand
Commissie van Toezicht op het
Lager Onderwijs te Haarlem
Weer de overweg aan de
Kleverlaan
Gevaar door slechte bestrating
Doodelijk ongeluk bij een
bouwwerk te Maastricht
De co-Opera-tie
Een oplichter gezocht
De oorlog bevordert het
overgaan van heidenen tot de
R.K. Kerk in Noordelijk
China
MUZIEK.
STADSSCHOUBURG
Liederen-avond Vera
Janacopulos
J. a
ft
-2
J. J. WEBER ZOON
OPTICIENS - FABRIKANTEN
Koningstraat 10 Haarlem.
Telegrafisch Weerbericht.
,,Geen goud
zoo goed"
De werking van den Krakatau
Het feit bewezen, doch niet
strafbaar
BUREAUX: NASSAULAAIM 49
1 eleioon No. 13866 (drie lijnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: vooi Haarlem en
Agentschappen: per week 25 ct.; per
kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal
f 3.58 bij vooruitbetaling.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN.
TIES, 14 regels 60 ct. p. plaatsing;
elke regel meer 15 et-, bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusscbcn den tekst 60 ct. per regel.
Alle abcnr.é's op dit blad zijn, ingevolge de verzekeringsveorwaarden f Ifjfifl Leven:lange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7Kf| bij een ongeval met f ORfi
n der Aolgende uitkeeringen J 1 üvCw"» verlies van beide armen, beide beenen of beide ocgen, A docdehjven aflccpC/tJJ.
bij verlies van een hand, f IOC bij verlies van een f Cf) bij 'n breuk van f Af) bij verlies v,
1 1 Lil. duim of wijsvinger; 1 "L been of arm; 1 andere vil
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen 1 dOUU." verlies van beide armen, beide beenen ot beide ocgen; vv. aocaenjsen ancopeen voet of een oog
ecu
vinger.
127.
DE BEPERKTHEID VAN DEN VRIJEN WIL
De al j>f niet erkenning van een vrijen
wil ban™ zooals wij zagen met heel
onze levensbeschouwing samen. Zij, die geen
persoonlijken God erkennen, geen Schepper en
Bestuurder van het heelal, geen schepping
en geen erfzonde, moeten noodzakelijker
wijze den vrijen wil ontkennen. Wat voor zin
toch heeft een wereldorde, waarin schepse
len tusschen goed en kwaad moeten kiezen,
tegen hun kwade neigingen moeten ingaan,
zonder een einddoel na dit leven? Het ge
zond verstand van den mensch zegt hem dan
ook reeds, dat er verschil is tusschen hem
zelf en het dier. Zeker, er is overeenkomst
In het streven van beiden. Er is bij het
stellen van een daad een beweegkracht van
binnen, die de beweegkracht van buiten
aanvult, zoowel bij het dier als bij den
mensch. Bij het onredelijke schepsel echter
gaat het zóó. dat het dier noodzakelijker wijze
den sterksten indruk moet volgen; het is
geen meester over zijn eigen daden; de
mensch daarentegen kan kiezen; hij is vrij.
Nu tracht men dit te ontkennen, vooral
In onzen tijd. Vrije wil, en dus persoonlijke
schuld, worden ontkend. Argumenten voor
die ontkenning zijn gemakkelijk te vinden.
In onze eerste beschouwing over den wil i
zagen wij reeds, dat die wil in drie om
standigheden kan verkeeren en in één daar
van handelt hij slechts bewust; in één dier
drie omstandigheden is een afdwaling dus
slechts zondig. Wanneer men dus de zaken
gaat verwarren en het abnormale en nor
male door elkaar gooien, dan is het niet
moeilijk tot een ontkenning van den vrijen
wil te komen. En het is een dankbaar thema;
immers, wanneer er geen vrije wil is, is er
ook geen zonde, geen persoonlijke schuld!
Durven nu de deterministen beweren, dat
wij even mechanisch handelen als het dier,
even onvrij zijn als een beest en dus nood
zakelijker wijze altijd uitsluitend den sterk
sten indruk moeten volgén? Neen, zoo iets
durven zij niet aan! Een zekere vrijheid van
den mensch moeten ook zij erkennen. Wat
dwaasheid zou de eeuwige strijd voor vrij
heid en onafhankelijkheid worden, wan
neer de mensch zelf niet vrij was? Dit is
juist de dwaling, zeggen de deterministen,
dat wij de diepste gronden van onze daden
niet kunnen achterhalen en meenen, dat wij
Vfij zijn!
Wanneer wij echter dezen filosofen vragen,
geef eens een bewijs voor uw bewering, dan
kunnen zij ens niet anders zeggen, dan dat
er geheime drijfkrachten voor onze
daden moeten bestaan. Waarom, vragen wij
dan; bewijs, wat gij zegt! Maar dat bewijs
blijft uit: de bewering wordt gratis gegeven,
terwjjl wij, die een vrijen wil aannemen, wel
degelijk en zeer deugdelijke bewijzen hebben.
Immers, wij ontleden den wil van den
mensch en van het dier; zien het laatste
steeds kiezen uit noodwendigheid van een
uitwendigen dwang; maar den mensch be
raadslagen, wikken en wegen met zijn ver
stand, terwjjl zijn neiging boven het stof
felijke kan uitgaan, het schoone, het ware,
het goede kan begeeren.
Spinoza de grondlegger van het pan
theïsme, heeft zich ook in den vrijen wil
verdiept, welken hij niet wil aannemen. Toch
moet hij erkennen, dat hem iedere verkla
ring ontbreekt en dat er wel degelijk ver
schijnselenvan den vrijen wil bestaan. En wie
durft dat eigenlijk in gemoede te ontken
nen? Hoeveel spontane handelingen ver
richten wij niet herhaaldelijk? Wij zitten
thuis, hebben een vrij uur. Buiten schijnt de
zon; de natuur lokt in lente- of zomer-
pracht. Plotseling rijzen we op en besluiten
naar buiten te gaan, te genieten van fris-
sche lucht en zonneschijn. Is daar een ge
heime kracht, die ons drijft? Neen, 't is de
schoonheid, die buiten lokt.
Toch is het nog niet zeker of we gaan.
Terwijl we ons gereed maken, komen er
overwegingen bij ons op; er kan bezoek ko
men; we moeten over een uur aan een be
paalde bezigheid; zou een wandeling te vo
ren niet te veel vermoeien of ons te lang
ophouden? Zoo kunnen er tal van overwe
gingen zijn, die ons na wikken en wegen
doen besluiten uit te gaan of thuis te blij
ven. Wie durft hier de vrijheid van den wil
te ontkennen? Trouwens, letten wij eens op
ons zelf én op hen, die zich ontkenners
van een vrijen wil noemen. In gesprekken
zult gij geregeld opmerken, dat allen steeds
onderscheid maken tusschen vrije en onvrije
handelingen: „hij kan dat niet helpen; dat
had zij toch vooruit kunnen voorzien; maar
dat is zijn of haar schuld; wie niet hc.oron
wil, moet maar voelenhet ligt ons als
In den mond bestorven en heel de practijk
van iederen mensch, hij moge dan filosofee
ren zoo hard hij wil, gaat uit van den vrijen
Wil van zijn naaste. Wanneer iemand, van
Wiens gezond verstand wij overtuigd zijn,
dien wij altijd als normaal hebben gekend,
plotseling naar ons toekomt, ons beleedigt.
ons een klap in het gezicht geeft, ons aan
valt, ons berooft, dan blijft niemand daar
kalm bij staan en zegt: die man of die
vrouw moet zoo handelen .door een onna
speurbare drijfkracht. Neen, wij verdedigen
ons, loopen naar de politie, klagen aan, we
gens schuldige beleediging, mishande
ling, berooving. Welnu, geen schuld zonder
vrijen wil.
Er zijn nog meer bewijzen vóór den vrijen
en tegen de opvatting, als zouden wij
onze daden door een onverklaarbaren drang
verrichten. St. Thomas reeds wees daarop in
het zesde hoofdstuk van zijn Summa: „als
er geen vrije wil was, dan zouden niet tot
hun waarde komen: raadgevingen, verma
ningen, voorschriften, zoo menig verbod,
loon en stral en vooral het geweten met
zijn goed- en afkeuring, met zijn wroeging".
Over dat geweten spreken wij een ander
maal nog afzonderlijk. Maar nu reeds kun
nen wij In het algemeen vragen: heeft
St. Thomas geen gelijk? Welk een dwaas
heid zouden wij allen toch iederen dag be
gaan met onze raadgevingen aan anderen,
met aan kinderen en ondergeschikten het
een en ander te bevelen, te verbieden, met
te beloonen en te straffen, wanneer er geen
vrije wil bestond en alle menschelijke daden
onder een noodzakelijken drang geschied
den? Wanneer iemand zelf geen invloed op
zijn eigen daden kan uitoefenen, wanneer hij
zelf niet kan kiezen tusschen goed en kwaad,
is het dan geen dwaasheid hem te vermanen,
hem tot iets aan te sporen, hem te straffen?
Hij is dan immers in den eigenlijken zin on
toerekenbaar voor zijn handelingen? Toe
rekenbaarheid toch veronderstelt een vrijen
wil. Wij zouden dan de moderne straf-
theorie moeten aanvaarden, dat n.m. mis
dadigers alle ontoerekenbare schepselen zijn,
die op dezelfde wijze als zielszieken en
krankzinnigen behandeld moeten worden.
Want, zeggen de deterministen, er mag zoo
iets zijn, dat op een geweten gelijkt, toch
werkt ook dit mechanisch op den wil. Is dat
geweten defect, dan moeten de handelingen
noodzakelijk verkeerd zijn.
Wij hebben al gezien, dat juist het ken
merk van den menschelijken wil tegenover
den dierlijke is, dat er bij den mensch altijd
oen drang naar iets hoogers Is, dat zijn
strevingen een zedelijk karakter dragen, on
danks de kwade neigingen, die daar tegen
ingaan. Vandaar dat het dwaasheid is
tenzij in abnormale gevallen te spreken
van een defect geweten. Hoewel verzwakt
en door de erfzonde ten kwade geneigd,
heeft de menschelijke wil toch het vermogen
om het goede boven het kwade te kiezen.
Wij, christenen, weten, dat het menschelijk
geslacht deze zedelijke redding dankt aan
Christus' Verlossingsdaad, zonder welke wij
tot niets goeds in staat zouden zijn. Maar
ook zonder deze zuiver godsdienstige over
tuiging, moet een normaal denkend mensch
er toe komen om uit de werking van den
menschelijken wil te besluiten, dat er een
kracht aanwezig is, welke ten goede kiezen
kan en wel uit vrijen aandrang.
Want, zooals St. Thomas zoo juist zegt;
zender vrijen wil zou het maatschappelijk
leven een en al verderf zijn.
Moeten wij nu uit een en ander besluiten,
dat de menschelijke wil bij ieder normaal
individu en onder normale omstandigheden
op dezelfde wijze werkt? Neen, wij kunnen
niet verder gaan, dan een algemeene theorie
van een vrijen wil opzetten. Aannemen, dat
de wil zonder eenige oorzaak tusschen beide
springt, dat noch verschil van karakter, noch
verschil van ontwikkeling invloed doet gel
den, is strijdig met een gezonde opvatting.
De wil is dus niet absoluut onafhankelijk,
maar wordt op verschillende wijzen in zijn
daden beperkt.
Ten eerste wordt hij bepaald door zijn
hoogste einddoel, waarnaar hij van nature
is gericht, n.m. God en bijgevolg naar het
goede, dat in God als het volmaakte goed
zijn eindpunt vindt. Op de tweede plaats is
ook het karakter van invloed op de wils
kracht. Wanneer men aan twee verschillende
karakters hetzelfde motief voorhoudt, dan
zullen beide verschillend handelen, al naar
mate hun aard hen in de een of andere
richting drijft.
Bovendien kan de wil beïnvloed worden
door allerlei geestelijke of lichamelijke
ziekelijke afwijkingen, die de wilskracht
kunnen verzwakken en zelfs vernietigen. Dit
kan geschieden doordat de verbeelding te
sterk werkt en daardoor heerscht over het
verstand; of wel, doordat de verbeelding te
zwak werkt en er dus geen krachtig genoeg
beeld gevormd wordt, bij het in beweging
brengen van den wil. Dit laatste noemen wij
den apathischen toestand. In die zooge
naamde apathie kan het b.v. voorkomen, dat
een moeder voor haar oogen haar kind ziet
dooden, zonder een hand uit te steken, zon
der zelfs een traan te laten; het volle besef
n.m. ontbreekt dan, hetwelk in normalen
toestand zou aandrijven tot een daad van
afweer of tot e.en uitbarsting van smart.
Op de derde plaats kan het gelijk wij
reeds in een vorige beschouwing zagen
gebeuren, dat de lagere driften te sterk
werken en zoodoende het verstand overval
len. voordat het tijd heeft om na te denken
en den wil dus in de goede richting te leiden.
Staan wij dus als christenen en gezond
denkende menschen beginselvast tegenover
het bestaan van een vrijen wil, dat neemt
niet weg, dat wij oog hebben voor de be
lemmeringen. welke de juiste werk'ng van
dien vrijen wil in den weg kunnen staan en
dus de persoonlijke schuld aan een ver
keerde handeling kunnen ontnemen.
Dit brengt ons tot de kwestie van de al
of hiet toerekenbaarheid bij misdaden en
het moeilijke vraagstuk der erfelijkheid,
waaraan wij ten slotte een volgende maal
nog enkele regels hopen te wijden.
HOMO SAPIENS.
RN F
geval is als in meerdere groote steden, zoodat
in den vervolge ook de Haarlemmers door het
geregeld optreden der co-opera-tie op goede
operakunst vergast worden.
20 BEKEURINGEN
Naar wij vernemen, heeft de politie te
Haarlemmermeer tegen een 20-tal personen
proces-verbaal opgemaakt wegens het
's avonds rijden met een rijwiel, waaraan een
reflector was bevestigd, welke niet aan de ge
stelde eischen voldeed en niet voldoende
terugstraalde.
De 15-jarige W. J. K., wonende aan den
Lisserweg te Abbenes heeft Donderdagmiddag
om onbekende redenen de ouderlijke woning
verlaten en is tot heden niet teruggekeerd.
Zooals begrijpelijk, verkeeren de ouders in
groote ongreustheid. Ondanks alle nasporin
gen, mocht het ook Vrijdag niet gelukken den
jongen te vinden. Het is niet onmogelijk, dat
hem een ongeluk is overkomen.
Nader vernemen wij, dat de jongep is
gevonden in den hooiberg van den land
bouwer C., waar hij den nacht had door
gebracht. Hij is naar zijn ouders terugge
bracht.
Geen radio-belasting.
De Tweede Kamer heeft gistermiddag de
Radio-wet (aanvulling en wijziging van de
Telegraaf- en Telefoonwet 1904) aangeno
men zonder hoofdelijke stemming, nadat
enkele wijzigingen waren aangebracht.
Besloten 'werd o.m. te bepalen, dat bij
het verleenen van een uitzendvergunning de
zendtijd naar billijkheid over de omroep
organisaties dient verdeeld te worden; inge
steld wordt een Radio-raad; er zal geen
retributie of belasting geheven worden.
Bij Kon. besluit is bepaald, dat de fasan-
ten zullen worden gerekend te behooren tot
schadelijk wild in het geheele Rijk, met
uitzondering van do navolgende gebieden,
te weten de gemeenten Castricum, Egmond-
Binnen en Egmond aan Zee. Dit besluit
wordt herzien vóór 1 Maart 1929.
Door dit besluit vervalt het Kon. besluit
van 14 Februari 1927 (Staatsblad no. 31),
ter uitvoering van artikel 1, derde lid, der
Jachtwet 1923.
In de Vrijdagmiddag te Haarlem gehouden
vergadering van aandeelhouders der Hol
landsche Voorschotbank werden de balans
en winst- en verliesrekening goedgekeurd.
Het dividend werd bepaald op 15 pet. Tot
commissaris werd herkozen de heer Mr. H.
Ph. Visser 't Hooft. Besloten werd geen 4 jé
of 6 pet. schuldbrieven uit te loten.
Aan het jaarverslag over 1927 der „Hol
landsche Voorschotbank" ontleenen wü het
volgende:
De resultaten over het afgeloopen boek
jaar kunnen alleszins bevredigend worden
genoemd.
Op 1 Januari 1927 was uitgezet in voor
schotten 1.339.571, aan het einde van het
boekjaar een bedrag van 1.303 861. Aafi
schuldbrieven was einde 1927 in omloop
1.119.100 1.148.350), het totaal bedrag
der reserves is gestegen van 76.697 tot
82.513.
Voorzichtigheidshalve blijft een bedrag van
5000 gereserveerd voor dubieuze voorschot
debiteuren. omdat op enkele voorschotten
vermoedelijk eenig verlies zal worden gele
den, hoewel dit nog geenszins vast staat.
De winst bedraagt 17.962 22 933), dis
wij voorstellen te verdeelen als volgt: af-
schriivingen 416 2987), extra-reserve
2400 4800), belasting 878, (878),
nieuwe rekening 280 279), reserve-reke
ning 1831 (onv.), tantièmes 5494 (onv.).
Aandeelhouders ontvangen 15 pet. (onv.)
dividend.
Gisterenavond omstreeks 11 uur ontstond
door onbekende oorzaak brand in de schuur
achter de woning van den arbeider G. T.
aan den Parkweg te Hoofddorp. De schuur
brandde tot den grond toe af. Drie rijwielen
en eenige gebruiksvoorwerpen en gereed
schappen werden door het vuur vernield.
De brandweer, die met de motorspuit was
uitgerukt, behoefde niet op te treden, om
dat het vuur inmiddels door de omwonenden
was gebluscht.
Deze houdt een vergadering op Donder
dag 1 Maart 1928 's avonds 8 uur, ten Stad-
huize.
De agenda vermeldt:
1. Notulen. 2. Ingekomen stukken. 3. U.L.O.
school. 4. Fransche lessen MO. 5. Bewaar
ders scholen. 6. Mededeelingen school Voor
bereidend Onderwijs. 7. Jaarverslag. 8. Ver
kiezing bestuur. 9. Inzage schoolverslagen.
10. Rondvraae-
Dr. A. de Vletter en dr. W. H. G. van Esveld
hebben zich met een adres tot den Raad van
Haarlem gewend, waarin zij constateeren, dat
er op den weg van het Kennemer Lyceum
naar de Kieverlaan twee plaatsen zijn, die
voor het verkeer grooten hinder opleveren en
voor de voorbijgangers zeer gevaarlijk zijn.
Het eerste gevaarlijke punt is dat van den
overgang van den spoorweg Haariem-Velsen
aan de Kleverlaan, waar de nauwe doorgang,
de telkenmale voorkomende groote opstoppin
gen en de zeer slechte bestrating aanleiding
zijn tot gevaar.
Wij hebben aan den gemeenteraad van
Bloemendaal als onze meening te kennen ge
geven, dat o.a. een oplossing gevonden zou
kunnen worden in doortrekking van den uit
het Kinheimpark komenden goed onderhou
den bitumenweg in de richting van Stoop's
Bad, aansluitend op de daar reeds aanwezige
Frederik Hendriklaan.
Een zaak, waarbij het gemeentebestuur van
Haarlem ook betrokken schijnt te zijn, is een
verbetering van de bestrating aan de Klever
laan, die werkelijk zeer veel te wenschen
overlaat. Deze bestrating is in de buurt van
den overgang zóó slecht, dat er werkelijk
groot gevaar voor ongelukken bestaat. Het
komt ons onjuist voor, dat jonge menschen,
zooals de leerlingen van een school, in ge
vaar zouden komen door kwesties van on-
eenigheid tusschen twee gemeentebesturen
over het onderhoud van wegen. Wij zullen
dan ook eventueel de vrijheid nemen ons nog
tot hoogere autoriteiten te wenden om op de
gevaren te wijzen.
Een tweede gevaarlijk punt op den weg van
Bloemendaal naar Overveen over Haarlemsch
gebied, is dat van de spoorwegviaduct bij den
Verspronckweg, waar door het aanwezig zijn
van een dubbele trambaan en het onder het
viaduct doorgaan van water een verkeers-
moeilijkheid ontstaat, die, mede in verband
met de slechte bestrating, wederom gevaar
oplevert.
Het ligt niet op onzen weg om aanwijzingen
te doen betreffende mogelijke verbeteringen
(overkluizing van het water?), maar wij ach
ten het onzen plicht op den bestaanden zeer
bedenkelljken toestand te wijzen.
Dezelfde heeren hebben zich ook tot den
Raad van Bloemendaal gewend met een
adres. Sprekende over den overweg aan de
Kleverlaan, merken zij o.m. op, dat het gé-
vaar en de moeilijkheden njiar hun inzicht
op min of meer radicale wijze zouden zijn te
verminderen en weg te nemen; b.F door het
maken van een dubelen overgang met voet
gangersovergang, of door het maken van een
verbindingsweg KinheimparkFrederik Hen
driklaan te Overveen, ten Noordoosten van
het schoolgebouw van het Kennemer Lyceum.
Adressanten zijn van oordeel, dat het ge
brek aan samenwerking tusschen de gemeen
ten Bloemendaal en Haarlem, waaraan de
bestaande toestand wordt toegeschreven, geen
aanleiding mag zijn tot den zeer gevaarlij
ken toestand.
Verder wijzen adresanten nog op den slech
ten toestand bij de viaduct Verspronckweg
en komen tot dezelfde conclusie als in het
adres aan de gemeente Haarlem.
Een arbeider, de 40-jarige H. uit Ambt
Hardenberg, is te Maastricht bij den aan
bouw van een cementfabriek bekneld ge
raakt tusschen een kipwagen en een ijzeren
pilaar. Binnen enkele minuten overleed de
ongelukkige aan de gevolgen.
Men meldt ons uit den Haag:
Nu wij zoo langzamerhand het einde van
het speelseizoen van het operagezelschap „de
co-opera-tie" beginnen te naderen, en de op
voeringen in dit tijdvak in onze gedachten
laten voorbijgaan, verwonderen wij ons er
over dat er nog altijd Hollanders bestaan, die
de waarde van een Hollandsch operagezel
schap door afbreuk altijd becritiseeren.
Niets is minder waar dan dat. Een vast
staand feit is het, dat bij de auteurswetten
een bepaling bestaat die luidt, dat geen twee
ërlei troepen dezelfde stukken mogen uitvoe
ren. Zoodat ditmaal de Italiaansche Opera
beslag heeft gelegd op populaire werken zoo
als b.v. Tosca, La Bohème, Butterfly e.a..
waarvna zij zich het alleenopvoeringsrecht
heeft veroverd.
Hierdoor was het gezelschap van de heeren
Van Raalte en Poolman, wel genoodzaakt
eenige composities van meesters als Wagner
en Mozart in te studeeren, waaronder „de
Ring des Nibelungen" het grootste werk van
dit seizoen is geweest. Zoo men weet, bevat
deze Ring de opvoeringen van de Rheingold,
die Walkure, Siegfried en als laatst Gotter-
dammerung, welke alle uitsluitend met Hol
landsche krachten gegeven werden. Slechts
een enkele maal moest wegens ziekte van den
dirigent de heer Albert van Raalte deze door
een buitenlander vervangen worden.
Reeds eerder meldden wjj het, dat de ge
heele Koninklijke Familie al deze opvoeringen
bijwoonde, een overtuigend bewijs dat het
bestaan eener Hollandsche operagezelschap
tot zelfs in de hoogste kringen belangstelling
schijnt te hebben.
Naast Wagner's trilogie werden nog uitge
voerd: Tannhauser, Rigena, Faust, Lohengrin,
Carmen, La Julve, de bruiloft van Figaro, die
alle min of meer geslaagd mogen genoemd
worden.
et is te hopen dat 't te Haarlem evenzoo 't
De commissaris van politie van het bu
reau Leidscheplein te Amsterdam verzoekt,
namens den officier van Justitie, opsporing
en aanhouding van Johannes Jaeobus
Koblens, geboren te Amsterdam, 28 Januari
1897, kantoorbediende, zeggende te wonen
aan de Heerengracht 354 te Amsterdam.
Zijn signalement is: lengte 1,90 M., slank
postuur, blond uiterlijk, glad geschoren, ge
kleed met grijs colbert-costuum, slappen
hoed en lichte gabardine regenjas.
Hij maakt zich schuldig aan oplichting,
door zich uit te geven voor electricien en als
zoodanig contracten af te sluiten voor het
aanbrengen van lichtpunten, levering van
electrische apparaten en het doen van re
paraties. welke niet worden nagekomen. Ve
len zjj nhiervan reeds het slachtoffer ge
worden.
Agentia Fides meldt:
ROME. Twee missiegebieden van de pro
vincie Chiili schrijven met dezelfde pest, dat
niettegenstaande alle troebelen in Noord -
China, de golf van bekeeringen op hun ge
bied steeds toeneemt. Het zijn de vicariaten
van Pacttngfu; geleid door Z.D H. Mgr. Paul
L. C. Montagne en dat van Lihsien, onder
'eiding van een inlandsch Chineesch: Z.D.H.
Mgr. Melchior Soun
Onlangs werd een rondreis voor het toe
dienen van het Vormsel, die Z. D. H. Mgr.
Montagne ondernam, veranderd is een ware
triomphtocht in miniatuur, want in iedere
stad waar hij aankwam, werd hij door groe
pen van heidenen toegejuicht, die hem be
dankten voor de weldaden van de missiona
rissen gedurende de perioden van strijd in
hun land in 1927. Verscheidene honderden
hebben zich als catechisten aangemeld als
gevolg van den goeden indruk die de kerk
gedurende de troebelen maakte.
„De oudste priesters van het land", schrijft
Pater Vincent Lebbe, correspondent van
Agentia Fides in het vicariaat van Lihsien,
„kunnen zich niet herinneren de heidensche
boeren ooit in zulk een uitstekende gesteld
heid te hebben gezien." Sedert de oogst van
den herfst waren er meer dan 2000 be
keerlingen.
In 't begin van den herfst, verzamelde Z.
D.H. Mgr. Soun een uitgezochte groep cate
chisten om zich, en onderwees ze onafge
broken gedurende twee maanden, om ze
klaar te maken voor de wintercampagne
waarop hij veel vertrouwen heeft. Het
apostolaat onder de leeken. van de U.A.C.S.
(Unio Actionis Catholicae Sinensis) bestaat
uit verscheidene comité's die hun hulp ver
leenen door gebed en vasten en door de me
dewerking, die ze den Chineeschen priesters
verleenen.
„Ze had zich niet schuldig willen maken",
zoo leidde de groote Braziliaansche zangeres
gisterenavond haar optreden in voor een
klein doch uitgelezen publiek, „aan de onbe
leefdheid om de dames en heeren te leur
te stellen, ofschoon een zware verkoudheid
haar sinds een paar dagen het zingen
zeer bemoeilijkte. Ze zou dus trachten de
aanwezigen een uurtje aangenaam bezig te
houden met zang, al kon zij dan niet de
volheid geven van haar muzikaal kunnen."
Ondanks deze verzekering, misschien
wel juist daarom, hebben wij den gan-
schen avond ademloos geluisterd naar het
zingen van deze buitengewone kunstenares,
die zich in Yvonne Herr-Japy een begeleid
ster heeft gekozen, welke zich met benij
denswaardig begrip en fijnzinnig aanvoelen
weet aan te passen en in te leven, in al de
stem- en stemmingsschakeeringen der con
certgeefster.
De samenstelling van het programma gaf,
ondanks het feit dat het liederen bevatte
van slechts een viertal componisten, nJ. de
beide Scarlatti's, Gabriël Fauré en Mous-
sorgsky, de zangeres gelegenheid tot de
meest gevarieerde muzikale expressiviteit. En
daarin heeft zij dan ook geen enkel moment
te kort geschoten. Zoowel de Italiaansche
liederen, waarvan de beide laatste, van
Alessandro Scarlatti, „O cessate di piagar-
mi" en „Violette" ons volkomen het mate-
rieeele „zingen" deden vergeten, als de
fransche chansons met zeer gevarieerden
inhoud van Fauré en Moussorgsky, werden
ons voorgedragen met een volkomenheid
van techniek en gave, dramatische zeg
gingskracht, zooals men slechts weinig in de
gelegenheid is, te hooren. Er werd, vooral
in de zachte passages, en daarvoor was
vooral in de hier gekozen liederen volop
gelegenheid, een sfeer geschapen van groote
toon-reinheid en sterk dramatische uitbeel
ding, om bijvoorbeeld te noemen: „Au
cimetière" van Fauré, en „Le Secret", en
achalle andere liederen, want niet één
was er onder dat minder juist expressief
werd weergegeven. Vera Janacopulos heeft
van al deze gezangen ten volle het karak
ter gepeild, met een wonderfijne techniek
en een eenige, licht ruischende expressiviteit.
Eindeloos schier was de keuze der accenten,
feilloos de uitspraak, grootsch en teeder,
schalksch en speelsch de muzikale uitdruk
king.
We zullen geen aanhalingen meer doen,
omdat we dan alles aan zouden moeten
streepen, slechts nog even noteeren, dat we
ons aan het slot van „Le Secret" van Fauré
Aux plis de sa robe palie" afvroegen of we
nu werkelijk de dagvorstinne geruischloos
zagen wegzinken aan den einder, of dat een
menschelijke stem ons dit voortooverde.
Met groote vaardigheid en dichterlijk,
fragiel toucher verzorgde Yvonne Herr
Japy dc muzikale begeleiding op den fraai-
kilnkenden Kettner-vleugel. En de hulde,
waarin de groote zangeres de begaafde klar
vier-speelster telkens betrok, was dan ook
alleszins verdiend, en het excuus, dat de
kunstenares nog bij de ovatie aan het slot,
met het oog op hare indispositie, meende
te moeten maken, aanvaardden we dan ook
niet, om de eenvoudige reden dat er niets
te excuseeren viel en onze voldoening, bij
betere dispositie, bijna onmogelijk grooter
had kunnen zijn.
Les absents avaient grand tort!
Dc Tweede Kamer heeft gisteren de be
handeling der radio-wet na enkele wijzigin
gen zonder hoofdelijke stemmen aangeno
men.
De Centrale commissie voor de filmkeu
ring is geïnstalleerd.
Een belangrijke aanwinst voor het Ned.
Historisch Scheepvaartmuseum.
Nog een 10e verdachte is in verband met
de verduistering van 15000 bij de Haagsche
Tramweg Maatschappij gearresteerd.
Een commissie is ingesteld om te onder
zoeken of verlaging van den accijns op ge
distilleerd uit een oogpunt van drankbe
strijding ook thans nog moet worden ont
raden en zoo neen, hoever in dezen behoort
te worden gegaan.
In de Zweedsche cellulose-industrie wordt
een uitsluiting aangekondigd, waarbij 57.000
arbeiders zijn betrokken.
Het rapport inzake de „Principessa Ma-
falda".
Een Rnssisch bergdorp wordt door een
lawine bedolven.
Van Duitsche zijde wordt gewaarschuwd
tegen levering van wapens voor China.
iiuvmfu7
Barometerstand 9 uur van.: 778. Vooruit.
Licht op. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 6 uur én over
morgen om 6.02 uur.
Hoogste barometerstand 783.3 m.M. te
Danzig.
Laagste barometerstand 746.1 m.M. te
Jan Mayen.
Verwachting: matige, meest Z.O.-wind, hel
der tot lichtbewolkt, mogelijk met ochtend
nevel, droog weer, lichte vorst of om het
vriespunt des nachts, over dag zelfde tempe
ratuur.
goed voor brand-, snij- cn stootwonden,
verouderde wonden, zonnebrand, aam
beien, spierpijnen, spit, rheumatische
r ijnen, wintervoeten, springende handen
en nog veel meer, koopt ge met een
pot Akker's Kloosterbalsem, de snel
werkende merkwaardige veelzijdige zalf.
35 Vulkanische bevingen
Aneta seint hedenmorgen uit Batavia:
Gisteren zijn 35 vulkanische bevingen bi}
den Krakatau geconstateerd.
Gisteren heeft de Amsterdamsche recht
bank vonnis gewezen in de strafzaken te
gen een bewoonster der Quellijnstraat te
Amsterdam en een kapper, die zich te ver
antwoorden hebben gehad wegens het op
zettelijk toelaten, dat goederen opzettelijk
worden ontrokken aan het daarop gelegde
wettige beslag.
In beide gevallen had men den deur
waarder, die wegens belastingschuld beslag
kwam leggen, opmerkzaam gemaakt op het
feit, dat de goederen niet toebehoorden aan
de belastingschuldigen, maar aan den meu
belmaker, van wien zij ze in huurkoop had
den. Niettemin was de deurwaarder over
gegaan tot het leggen van beslag, de beide
verdachten aanstellende tot bewaarder. De
verdachten warschuwden hierop den meu
belmaker, die de hem in eigendom toebe-
hoorende meubelen liet weghalen.
Het O. M. had gevorderd resp. 50 boete
of 20 dagen en 25 boete of 10 dagen
hechtenis.
De Rechtbank achtte het feit wettig en
overtuigend bewezen, doch niet strafbaar en
ontsloeg de verdachten van alle rechtsver
volging.