DE WAERELD ROND Tweede Blad NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT Woensdag 21 Maart 1928 iiuu WÉ i t ?T 1:VHTH"tryV s&ss««5s~-;-. <- - Weer een molen minder in Nederland. De korenmolen van de Gebrs. Jonge- jans te Nieuw-Vennep zal worden gesloopt. In het onderstuk zal een machinale malerij worden ingericht. De St. Joseph-parochie te Hillegom bestaat 1214 jaar. Hierboven een foto van de parochiekerk. Op den voorgrond de noodkerk, die 12 yt jaar geleden in gebruik was. Onder leiding van den heer J. Nelissen heeft zich het Ned. Vocaal Ensemble gevormd, dat een reeks concerten zal geven voor den K.R.O. Zittend van links naar rechts, de dames: N. Verkroost, J. Kuypers, J. Luy- ken en J. Boelen. Staand, van links naar rechts, de heeren: J. Gerhards, J. v. Helvert, J. Ne lissen, H. Sanders en Art. van Oppen. De heer A. G. Verbeek, een be kende figuur in Ilaarlemsche zangerskringen, heeft na een 45-jarigen diensttijd aan de Centrale Werkplaatsen met pensioen den dienst der Ned. Spoorwegen verlaten. ÖiJ i/iifi snLLr. oMUANo D'waare afbeeldinge van het H. Sacrament van Mirakel, geschiet tot Amsterdam op de H. Stede in 't iaer 1345 De koffer, waarin de H. Hostie van het Mirakel het eerst gelegd zou zijn. Gezicht in de H. Stede, die steeds het middelpunt is geweest der vereering van het H. Sacrament van Mirakel in de hoofdstad. Het eindpunt van den Stille Omgang. De Nieuwe Zijdskapel (de H. Stede), tusschen Kalverstraat, Enge Kapelsteeg, Bokln en Wijde Kapelsteeg te Amsterdam. De kapel Is thans afgebroken en de plek, waar vroeger de H. Stede stond, is nu omgeven door moderne kantoren en winkelgebouwen. Een natie-loos eiland. In den Donau ligt het eiland Ada-Kale, dat tot geen enkele natie behoort. Vóór 1878 behoorde het bij Turkije, maar bij een vredesverdrag is het vergeten, zoodat de 500 bewoners nu een eigen republiekje vormen. I Ml» SCHUILKERKEN IN MEXICO Kort geleden publiceerde „The Pert Re cord" een brief van een zakenman uit Australië, die, zoo juist teruggekeerd van een reis naar Mexico, zijn indrukken over het „Land met het schrikbewind"" als volgt weergeeit. Hij schrijft: „Nog nooit heb ik de kerk in zoo'n ont- zettenden noodtoestand aangetroffen. Toen ons schip aan de ankerplaats van de „Ade laar Olie-Mij." voor wal lag, vroeg ik aan den loods toen hij over de loopbrug ging" „Waar staat hier de katholieke kerk?" „De katholieke kerk," antwoordde hij zachtjes, „is gesloten." „Waar houden de katholieken dan hun godsdienstoefeningen?" vroeg ik verder. „Nergens," was het antwoord. „Alle ker ken zijn gesloten en alle priesters zijn ver jaagd." Een ingenieur van de Olie-maatschappij bevestigde deze verklaringen. „De tyran van Mexico." zei hij, „heeft het nergens eerbied voor. Er bestaat geen wet geving meer hier. Calles heeft het land ge ruïneerd De regeering is bolsjewistisch Mer. mag hier zijr, godsdienstplichten met meer uitoefenen Een Engelsche kerk hierover en hij wees daarbij in de richting van de spoorlijn is juist gesloten en de geeste lijke is vertrokken." Een dame, die op de bank van Minheel werkzaam was. vertelde mij„U moet eens naar de kathedraal gaan. Op verschillende tijden van den dag gaat het volk daarheen om te bidden. Misschien is er wel een pries ter, die in het geheim den menschen ge legenheid geeft om* te biechten. Bij de ka thedraal staat een jongen op wacht. Hij zai u wei bij den priester brengen." Ik ging naar de kathedraal en vond daar Frank, een Mexicaan van 18 jaar. Frank was de gids, die me bij den pries ter bracht. Ik volgde hem over een plein met lange huizenrijen. Wij draaiden een boek om en gingen dan nog een paar hon derd meter verder. Dan draaiden we weei om en bleven ten slotte staan voor 'n kleir. houten huisje, dat door een vervallen om heining afgesloten was. Frank floot. Een vrouw kwam op de veranda en deed dc deur open. De priester, een kleine man van middelbaren leeftijd, eenvoudig gekleed, ver welkomde mij op de veranda. Zijn oogen schitterden, want hij dacht, dat ik" een pries ter was. Toen ik hem zei, dat dit niet het geval was. bleef hij echter even vriendelijk Hij zei, dat ik den volgenden morgen om 7 uur (officieele tijd) de H. Communie kon ontvangen. Toen kon ik wat bidden. Ik knielde voo. het Allerheiligste op het altaar neer, da in een kleme, donkere ruimte ver van der ingang stond. Het venster van de kamei zag op de straat uit en was geheel gemas keerd door tropische bloemen. In de kamer waar ik was binnengegaan, hing een schil derij van het H. Hart met het onderschrift „Viva Christo Rey!". Leve Christus Koning! Boven net altaar hing in een ovale lijst een voorstelling van Christus in den hol van Olijven. De priester wachtte mij op In de veranda en gaf mij nog eens de verzekering, dat ik den volgenden morgen communiceeren kon De volgende dag brak aan. De gedachte dat Christus in de vervolging met ons was deed ons hart sneller slaan. Daar ik geen Spaansch kon spreken, kon ik met den priester niet van gedachten wisselen, want hij kon ook maar een paar woorden En- gelsch. Onder deze omstandigheden was de godsdienst weer iets heel nieuws voor mij De Kath. Kerk is in ieder geval blijven be staan. al is het dan ook in het verborgen Omdat ik de taal niet goed kende, kon il den priester niet eens waarschuwen voot het gevaar, dat hem dreigde." Dit uitvoerig bericht, hoe een katholiek m Mexico zijn godsdienstplichten moet uit oefenen. zal ongetwijfeld er het zijne toe bijdragen, om aan te toonen, dat er in Mexico een schrikbewind heerscht. EEN CHINEES OP PELGRIMSTOCHT NAAR HET HEILIG LAND De vorig maand klopte een christen uit pe provincie Chi-li. bij de missiestatie var Lanehau aan. om onderdak te bekomen. Hei was een rustige, oude Chinees. De dunne witte baard bewees, dat hij zijn vijftigste jaar reeds lang voorbij was. „Schenfu (pries ter) ik wil naar Jeruzalem, de heilige plaat sen zien, waar Jezus leefde en dan sterven!" Hy zegt het op een toon, of het iets heel gewoons is. Is het Middeleeuwsche geestdrift of is het een idée-fixe? In deze onrustige tijden, terwijl de winter voor de deur staat, door de woestijnen en de steppen van Cen- traal-Azië te trekken, is op zich zelf reeds 'n groote, avontuurlijke waaghalzerij. En nu staat daar voor mij deze arme Christen uit Chili, op pelgrimstocht naar het H. Land! Het is hem heilige ernst, spoedig verder te gaan. Ik tracht al om hem er toe te bren gen. de reis voor den winter uit te stellen, maar hij wil er niets van weten. Zijn eigen and had hij eerst aartsvaderlijk onder zijn 'oons verdeeld. Hij heeft op deze wereld nog slechts één verlangen: de heilige plaatsen te zien en dan te sterven. In Juli 1927 had hij zijn pelgrimstocht door de provincie Schans! en Kansu te voet afgelegd en niets ter wereld zou hem terug kunnen houden dan de dood. PAUSELIJKE ONDERSCHEIDING VOOK EEN WILDE Vunuvi, een 70-jarig Inboorling der Fidsji- eilanden, heeft een Pauselijke onderschei ding ontvangen Ofschoon de eiland-bewo ner, die deze onderscheiding verwierf, een nakomeling van Kannibalen is, heeft hij zijn leheele leven gewijd aan de verdediging van de Katholieke Missionarissen en aan ten dienst der Katholieke Kerk. Dit is de eerste maal in de geschiedenis, dat een on derscheiding verleend werd aan een wilde. De vijfde kolom BIJ DE FOTO'S VAN DE H. STEDE Zóó sinds der vreemden nieuwe leer 1) Drong in het vaderland, Bleef de Amstelaar aan 't Kruis getrouw, En 't vroom gebruik in stand. 2) Zóó gloeide daar in duisternis De vonk der liefde voort, Die altijd, altijd om zich grijpt En altijd hooger gloort. Hoe menig traan is daar gestort! Hoe veler beê daarbij, Als weer de dag des wonders kwam, En 't duister was aan 't IJ: „God! hoor ons om Uw lieven Zoon, Zend Uw genade neer, En voer al aie zijn afgedwaald Naar d'ééne schaapstal weer!" Die tranen werden opgeteld, Die beden, waarin 't bloed Des Altaars om verzoening riep, Zij rezen voor Gods voet. De kracht blonk in de zwakheid uit: Er kwamen telkens meer, Wier edel hart naar waarheid zocht, Tot d'éénen schaapstal weer. En schoon van Amstels oud geloof Geen tempel werd gezien, En 't Kruis, waar 's werelds heil aan hiw In duisternis moest vliën: Toch nam de schaar in aanzien toe Met ieder eeuwgetij Want trouw hield men den bedegang En fluisterde daarbij: „God! hoor ons om Uw lieven Zoon, Zend Uw genade neer, En voer al die zijn afgedwaald Naar d'éénen schaapstal weer." Vijf eeuwen zijn nu heengesneld, Sinds Amstel 't Wonder zag, Waarom het met de Keizerskro'"^ Op 't wapen prijken mag. Stil! stil op weg ten bedegang, Bij 't huidig eeuwgetij! En vuriger dan ooit voorheen Zij ons gesmeek daarbij: „Geef, God! om Uwen lieven Zoon Ons onze broed'ren weer! En dat al wie is afgedwaald Naar d'éénen schaapstal keer!" Uit „De Bedezang" van Mgr. C. Broerse. 1) De Hervorming. 2) nl. het gebruik om jaarlijks den Stilli Omgang te maken.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 5