LEEKEPREEKEN. Voornaamste Nieuws w f ZATERDAG 24 MAART 1928 rms DIT NUMMER BESTAAT UIT VIER BLADEN EN HET GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD. EEN EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16814 DE TOESTAND VAN Z. D. H. MGR. A. J. CALLIER. Administratie van vermogens. Open- en gesloten bewaringen. De bouw der nieuwe R. K. kerk te Halfweg De belasting van Nederlanders in het buitenland De Scheewva&rt HULDEBLIJK VOOR H. M. DE KONINGIN-MOEDER „Een droge maand Maart is alles waard" Het radio-wetje De vrijspraak der Indische studenten Wegenverbetering Een ongelukkige samenloop van omstandigheden Een hachelijke positie De klachten over de leiding der heelkundige en vrouwen klinieken te Utrecht Nederlandsche arbeidsbeurzen De werktijden in boter- en kaasfabrieken J. J. WEBER ZOON De raden van beroep voor de directe belastingen Door ontploffend kruit in het gelaat getroffen BUREAUX: NASSAULAAN 49 Telefoon No. 13866 (drie lijnen) Postrekening No. 5970. ABONNEMENTEN: voor Haarlem en Agentschappen: per week 25 et.; per kwartaal 1 3.25; per post, per kwartaal 1 3.58 bij vooruitbetaling. ADVERTENTIEN 35 ct. p. regel VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN. TIES, 1—4 regels 60 ct. p. plaatsing: elke regel meer 15 cl., bij vooruitbci. Bij contract belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN tusscbcn den tekst 60 ct. per regeL Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f 7En bij een ongeval met f OEfl bij verlies van een hand, IOC bij verhes van een f Efl verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen;! /3U. docdelijken aflccp Z3Ü. een \oet of een oog; 1 duim of wijsvinger, AANGIFTE MOET, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL. Alle abonné's op dit blad zijn, ingevolge de verzekeringsvcorwaarden f QfiBfi tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen 1 uw»u' bij 'n breuk van f til been of arm: 1 wU." bij verlies v. een andere vinger. 231 GODS WIL. Tijdens de publicatie van onze beschou wingen over den vrijen wil en het geweten ontvingen we wederom enkele brieven met vragen en opmerkingen van belangstellende lezers. Deze geven aanleiding voor enkele nieuwe beschouwingen. Het meest heeft mij getroffen een brief van een protestantschen lezer, die begint met de Katholieken gelukkig te prijzen, om dat zij overal een eigen pers hebben, waarin zij, behalve het gewone dagelijksche nieuws, nog zooveel voor hun hoofd en hart te lezen krijgen, wat de protestanten bij gebrek aan eigen gewestelijke dagbladen moeten missen. Het is wel eens goed zulk een op merking van onverdachte zijde te hooren; er zijn nog maar altijd te veel Katholieken, die het bezit van een eigen Roomsche pers niet op de juiste waarde weten te schatten. Dan wil de geachte schrijver mij ver lokken tot een debat over de al of niet juistheid van de Katholieke opvatting van den vrijen wil. in tegenstelling met de calvinistische, welke in Jezus' zoendood ons eenig heil ziet en onze eigen medewerking aan onze zaligheid uitsluit. Hierdoor zou ik echter vervallen tot een theologisch dispuut over de genadeleer, wat geheel buiten het bestek van deze verhandelingen valt. De godsdienstleer is voor den kansel of het afzonderlijk onderricht van den priester. Een dagblad kan allerlei groote vragen van den dag belichten en de schrij ver dient daarbij op den stevigen bodem van zijn geloofskennis te staan; voor het geven van catechismuslessen in het algemeen, is m. i. een courant overigens niet de ge schikte plaats. Er is echter een ander deel in dit schrij ven, hetwelk wij allen met vrucht eens kennnen bekijken, nj. het moeilijke ant woord op de vraag: wat is eigenlijk Gods wil; hoe leer ik die kennen; hoe moet ik in een bepaald geval uitmaken of een ge beurtenis In mijn leven mij door God wordt overgezonden of aaa mijn eigen schuld of aan die van anderen moet worden toege schreven? Onze briefschrijver vertelt als voorbeeld hoe hij van zijn drie kinderen er reeds twee heeft moeten verliezen, eerst een lief kind van zeven jaar en toen een zoon van tien jaren. Naar rneMche- lijke berekening was de dood van den laatste aan de onachtzaamheid üt onkunde van den behandelenden medicus toe te schrijven aldus is de conclusie van zijn uiteenzet ting van het ziektegeval. „Nu komt bij mij aldoor de vraag op schrijft hij wie i hier nu de schuldige: God die ons ons kind op ons vragen niet liet houden, of de dok ter, die door Zijn achteloosheid ons Kind heeft laten liggen?" Ziedaar een moeilijkheid die men veel vuldig, in allerlei vorm, kan hooren oppe ren. De mensch is als door raadselen om geven. Wanneer hij niet behoort tot het soort der oppervlakkigen, die in louter dans en vermaak door het, leven tollen, dan komt hjj er gemakkelijk toe zich te ver diepen in de verschijnselen rondom hem. Er rijzen allerlei vragen: waarom wordt dat brave gezin door zoovele slagen getroffen: dood, ziekte, armoede staan daar geregeld op den drempel. Waarom gaat het dat an dere gezin, waar God nóch gebod word geëerd, waar openbare ergernis wordt ge geven, zoo voor den wind? Ongelukken, plot selinge sterfgevallen, tragische gebeurtenissen in eigen kring of van anderen vernomen, 't zijn allemaal raadsels, waarop het be perkt menschenverstand niet uitgedacht raakt. Waarom laat God dit toe; kan dat nu de wil van God zijn; waarom weten wij in dit of dat geval niet hoe te handelen; waar aan heb ik dat verdiend; het lijkt voor niets goed en schijnt enkel maar onschuldigen te treffen? 't Zijn alle vragen, welke van tijd tot tijd bij ons opkomen. De goedgeloovige christen tracht bh zich alle gevoel van op stand tegenover den Schepper, allen twijfel aan de juistheid van Gods inzichten, zijn goedheid en rechtvaardigheid te onderdruk ken. Niettemin blijft maar al te vaak een gevoel van onvoldaanheid achter; zoo gaarne zouden wij eens schouwen achter den sluier, die de verschijnselen om ons heen tot raad selen maakt. Welke is bij dit alles de kern van de vraag; wat is eigenlijk de grond van onzen twijfel en onze onvoldaanheid? Dit, dat wij, kleine menschen, met ons zeer beperkt verstand, ons onbewust gaan meten met de klare inzichten der Voorzienigheid. Er rest in ons nog iets van den adeldom van den eersten mensch in zijn volkomen staat voor den zondeval, den staat, waarin de mensch regelrecht met zijn Schepper verkeerde. Maar wij vergeten, dat Wij dit voorrecht door de erfzonde verloren hebben. Het beste middel nu om gelukkig en in zielevrede te leven zou zijn een kinder lijke, volkomen nederige onderwerping aan Gods beschikkingen over ons. Maar juist de nederigheid is voor den gevallen mensch, ge vallen door den noogmoed, zulk een moeilijk te beoefenen deugd. Want wat willen wij eigenlijk, wanneer wij ons rekenschap geven van ons zoeken en vor- «chen, wanneer wij consequent en onverbid delijk de conclusie uit onze houding trek ken? Dit, dat God ons bij alle gevallen, waarbij wij voor een raadsel staan, langs directen weg de verklaring zou geven. Maar wij vergeten, dat dit slechts bij uitzondering geschiedt, als een hooge gunst. In het oude verbond zijn er voorbeelden, dat God door een stem uit den hemel of door middel van een afgezant, een engel, tot de menschen sprak en hun Zijn wil openbaarde. Dit ge schiedde voornamelijk bij de aartsvaders (denk aan Abraham en Jacob) en bij de pro feten. En op de grens van het oude en nieu we verbond hebben wij een ontroerend bewijs daarvoor in de geschiedenis van Josef, die aarzelde om Maria tot zijn vrouw te nemen en op het punt stond haar te verlaten. Dat is een heel treffend voorbeeld, hoe de mensch in verwarring kan raken. Maar God zond aan Josef een Engel in den slaap en deze wees den man Gods den weg en gaf hem ook de verklaring: het heilige, dat uit haar geboren zal worden, zal Gods Zoon genoemd worden. Waar echter is ons recht om in alle levensomstandigheden zulk een uitleg van God te verlangen? Bovendien, wij verwarren vaak twee geheel verschillende zaken. God heeft Zijn wereldplan opgesteld, de aarde, het heelal en den mensch geschapen; en alles ontwikkelt zich verder langs natuurlij ken weg onder Zijn toelating. Maar dit wil niet zeggen, dat God alles, wat gebeurt, ook zóó bestemd heeft. De eerste mensch al reeds greep in Zijn plannen in en verstoorde de schoone orde. Al het kwaad, het onnoeme lijke kwaad, dat dagelijks geschiedt, gebeurt tegen Zijn wil, al Is het met Zijn toelating. Hoeveel duizenden dingen zijn niet uit heel natuurlijke oorzaken te verklaren? Neem een vader of moeder, die klaagt over de verdor venheid van een zoon of dochter. Hoe dik wijls zou, bij nauwkeurig onderzoek niet zijn aan te wijzen, dat die verdorvenheid voor een groot deel de schuld is van hun eigen onverstandige opvoeding? Maar in hun kort zichtigheid zien zij dat niet. Vaak zijn de ge vallen ingewikkelder; is de oorzaak moeilij ker op te sporen en toch wanneer wij ze later in het licht der eeuwigheid zullen zien is de verklaring heel eenvoudig en natuur lijk. 't Is de bekrompenheid van ons inzicht, dat ons verhindert te zien, wat In zich niets buitengewoons is. De catechismus doet ons in de omschrijving van de gevolgen der erfzonde de beste verklaring aan de hand: ons ver stand is verduisterd en onze wil verzwakt. Dat is niet de schuld van God; dat is de schuld van de zonde. Wij moeten daarvan de gevolgen dragen en gelukkig hij, die dit in nederigheid en ootmoed doen kan. Want ziedaar de oplossing van de geheele moeilijkheid: wanneer God het noodig acht ons iets te openbaren, dan zal Hij dit doen. Ook in het nieuwe testament, in de levens der heiligen, ook in die van onzen tijd,, zijn daarvoor overvloedige bewijzen. En zóóver behoeven wij niet eens te gaan. Ieder goed geloovig en waarlijk vroom christen heeft in eigen leven of in dat van anderen menigmaal Gods vinger duidelijk waar genomen. Ge woonlijk geschiedt dat in een tijd van zware beproeving, in een levenscrisis na een tijd van vertrouwvol gebed. Men geraakt in moei lijkheden, hetzij door ziekte of achteruitgang van zaken, hetzij anderszins. Men bidt; het wordt al duisterder. Zelf heeft men zich een oplossing gedacht, want de mensch doet niets liever dan voor zichzelf of anderen voorzienig heid spelen. Dan valt de slag; de uitkomst is tegen verwachting. Wat doet een waarlijk vroom christen nu? Klagen en morren en God om uitleg vragen; jammeren, dat een zoo vurig gebed niet is verhoord? Neen, de ware ootmoed onderwerpt zich en getuigt: zóó moet het goed zijn! Immers, wanneer wij zelf alles hebben nagelaten, wat onze zaak zou kun nen schaden en de uitslag is tegen verwach ting, de dood treed in, waar wij op beter schap hadden gehoopt; de uitkomst, welke redding had moeten brengen, is voor goed verkeken; dan mogen wij verwachten, dat God daarmee iets anders ten onzen voordeele of dat van anderen vóór heeft. Hoe dikwijls laat eigen en anderer ervaring spreken getuigen wij vaak heel veel later niet: zie. daarom was het goed, dat mij toentertijd dit of dat overkwam; de bevrediging van mijn eigen wil zou het ongeluk van mij of van een ander geweest zijn! En wie in ootmoedig luis teren naar Gods stem eenmaal tot die erva ring gekomen is die wacht zich ook wel om met ijdelen waan te speuren rondom de levensraadselen, wetend, dat bij de recht vaardigheid Gods er geen straf is zonder schuld, geen leed zonder oorzaak, en dat, bij het wegvallen van alle sluiers, Zijn volkomen rechtvaardigheid als volmaakte goedheid zal blinken. Wie zóó de beteekenis van „Gods wil" ziet, die zal zich ook wachten, om bij sensatio- neele gebeurtenissen in het leven^ bij natuur rampen, oorlogen, epidemieën en dergelijke, dadelijk klaar te staan om Gods beschikking in dat bepaalde geval te verklaren. Zij, die zoo gaarne den schijn aannemen van het patent op Gods oordeelen te hebben, zijn juist dikwijls oorzaak, dat zij bij ongeloovigen en twijfelzieken den Schepper belachelijk maken. Welke treurige voorbeelden hebben wij daar van niet in den grooten wereldoorlog gezien, De toestand van Z. D. H. den Bisschop van Haarlem, Mgr. A J. Callier, is zorgelijk. VV'TTv toen allerlei voorlichters der openbare mee ning God aan hun kant trokken en tegen den vijand uitspeelden. Er is niets gevaarlijker dan voorzienigheid spelen voor zich zelf of voor anderen. Dat is hoogmoed in den hoog- sten graad, terwijl juist aan de nederigen van harte Gods wil het eerst geopenbaard wordt! HOMO SAPIENS. De bouw van de nieuwe R.-K. Kerk te Halfweg is thans zoover gevorderd, dat men op het terrein reeds een duidelijk over zicht krijgt, hoe de situatie zal zijn, als alles gereed is. Het complex gebouwen wordt in een kring gebouwd, zoodat middenin een plein gevormd wordt. Staan wij aan den ingang hiervan, dan is aan de linkerzijde de nieuwe kerk, recht voor ons de pastorie en rechts de kosters woning en stalling. Het open gedeelte tus- schen kerk en kosterswoning wordt afge sloten door een muur met een ruime in gang naar het plein. Tusschen de pastorie en de stalling wordt een doorgang opengelaten naar de reeds bestaande begraafplaats. De pastorie is door een gang verbonden met de kerk. Het is de bedoeling om op het overige terrein, dus waar thans de nieuwe straten worden aangelegd, villa's te bouwen. De oppervlakte van plein, kerk, pastorie, kosterswoning en stalling is ongeveer 3000 vierk. M. De totale lengte van de kerk is 52 M. De breedte tusschen de groote bogen is 12.25 M. De totale breedte is 18 17 M. De processiegang is 2.50 M. breed. Het priesterkoor is 13.20 M. bij 3 M. Het zangkoor wordt 12.50 M. iang en 4 M. breed. De terrasvormige toegang ligt 0.70 M. boven het plein. De hoogte van den toren bedraagt totaal 37 M. De torenspits en het kruis worden van koper gemaakt, evenals de absis (de koepel boven het hoofdaltaar). Waarschijnlijk zal in den teren een uur werk worden aangebracht, dat 's avonds verlicht is. In de kerk is plaatsruimte voor ongeveer 600 menschen Behalve een hoofdaltaar z;jn een zij-altaar, een devotiekapel en vier biechtstoelen aanwezig. De inrichting voor centrale verwarming wordt aangebracht in den kelder onder de sacristie: De bogen in de kerk zijn kettingbogen en, behalve de triomphboog, zever, in getal. In iedere gevel zijn 6 ramen aangebracht, met kettingboog en omlijsting. Het binnenmetselwerk is van gelen steen, de lambrizeering is gemelabseerd. Het buitenwerk zal bestaan uit genuan ceerde gele steenen met een donkere plint van waalsteen. Het dak zal van ver beterde, roode Hollandsche pannen gemaakt worden. Het wetsontwerp thans aangenomen De Tweede Kamer heeft het thans gewij zigde wetsontwerp, houdende bepalingen betreffende de belasting van de nalaten schappen en schenkingen van Nederlanders, die niet zijn ingezetenen des Rijks, aange nomen met 49 tegen 12 stemmen. In verband met de werkzaamheden aan de sluizen aan het Overtoom te Amsterdam, welke reparatiën van 20 Maart tot 30 April zullen duren, is de scheepvaart in de Ring vaart van den Haarlemmermeerpolder ge deeltelijk stilgelegd. Het scheepvaartverkeer wordt thans geleid langs den Amstel en Haarlem. In Januari 1929 zal het 50 jaar geleden zijn, dat H. M. de Koningin-Moeder den Nederlandschen bodem betrad. Deze gebeur tenis willen de Nederlandsche vrouwen gaar ne herdenken door Haar een huldeblijk aan te bieden. Voor dit doel heeft zich te Haar lem, evenals in andere plaatsen een huld:- gingscomité gevormd, bestaande uit de dames Mevr. A. Roëll geb. Baronesse de Vos van Steenwijk, Eere-Presidente. Mevr. J. W. M. Maarschalk—van Coppe- naal, Presidente. Mevr. L. F. J. M. Heerkens Thijssen van der Kun, Vice-Presidente. Mej. A. I .Cool, Zijlweg 52, secretaresse. Mej. A. B. Plantenga, KI. Houtweg «L 2e secretaresse. Mevr. A. BruchSteylin^. Mevr. J. Josselin de Jong—Kappeyne van de Coppello. Mevr. H. D. Slingenberg—Bleeker. Mevr. S. W. Teding van Berkhoufr-v. Taak Trakranen. Mevr. J. de Vriesde Jong. Jonkvr. C. van der Wijck, Penningm. Daar het Harer Majesteits uitdrukkelijk verlangen is, dat voor dit doel niet gecol lecteerd of op andere wijze gevraagd zal worden, stelt het comité zich voor, eenige dagen (10, 11, 12, 13 April) zitting te hou den in daartoe nader aan te wijzen gebou wen, alwaar een ieder in de gelegenheid ge steld zal worden, uit vrije beweging eene gave, hoe gering ook, te geven. Indien er nog dames zijn, die enkele uren beschikbaar hebben, om op een der boven genoemde dagen te kunnen komen helpen, om bijdragen in ontvangst te nemen, dan worden zij vriendelijk verzocht, liefst zoo spoedig mogelijk, haar naam en adres, met vermelding der uren, die zij disponibel heb ben, aan een der secretaressen te zenden. De inzameling wordt gehouden van 's mor gens 10 uur tot n.m. 5 uur en des avonds van 7.30 tot 9.30. Den velen landbouwers in den Haarlem- mermeerpolder is het dank zij het droge voorjaarsweder der laatste weken met het bewerken der landerijen, die er prachtig en kerngezond bijliggen, zeer voorspoedig ge gaan. Allerwegen is men thans druk bezig om de verschillende landbouwgewassen, waarvan de bieten en de erwten ook dit jaar weder tot de hoofdproducten zullen behooren, uit te zaaien. De veehouders verlangen naar een paar flinke regenbuien, omdat de hooivoorraden beginnen op te raken en gevreesd wordt, dat er straks voor het vee, als dit de weide in kan, nog geen voldoende gras zal zijn. Ook is men hier en daar al begonnen met het poten der aardappelen. Opmerkingen in het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer Blijkens het Voorloopig Verslag der Eer ste Kamer over het ontwerp van wet tot aanvulling en wijziging van de Telegraaf - en Telefoonwet 1904, zooals deze laatstelijk is aangevuld en gewijzigd bij de wet van den 31sten Mei 1923, betreurden sommige leden, dat de retributieheffing is vervallen; zij betoogden, dat de opbrengst daarvan had kunnen worden besteed voor het aan brengen van technische verbeteringen. An dere leden daarentegen verheugden er zich over dat de retributieheffing is geschrapt. Gaarne zouden eenige leden worden inge licht, hoe de Minister zich denkt den Radio- raad samen te stellen. Zullen alle bestaande radiovereenigingen daarin behoorlijk verte genwoordigd zijn? Andere leden waren van oordeel, dat in den Radio-raad personen behooren zitting te hebben, die technisch op de hoogte van radio-telegraaf en -telefoon zijn. Bovenal moet er echter volgens hem voor worden gezorgd, dat geen particulieren zeggenschap over den radio-omroep bekomen. Van andere zijde werd naar aanleiding hiervan nog de opmerking gemaakt, dat de samenstelling van den Radio-raad zoodanig moet zijn, dat deze zal bestaan uit hoog staande personen en in geen geval uit lie den, die in het partijleven ook maar eeni- germate op den voorgrond treden. De subs, officier van justitie gaat in hooger beroep Naar gemeld wordt, gaat de substitu'jt- officier van justitie, mr. Rijkens, in hooger beroep van het vonnis der Haagsche recht bank, waarbij de 4 Indonesische studenten, die terecht hadden gestaan als verdacht van opruiing, zijn vrijgesproken. Met de werkzaamheden tot verbetering van verschillende wegen in den Haarlemmer- meerpolder Is men thans zoover gevorderd, dat de Sloterweg tusschen Sloterbrug en Kruisweg een der drukste hoofdverkeers wegen in dezen polder, die in een zeer slech ten toestand verkeerde onder handen is genomen. Op het gedeelte tusschen Vijfhui- zerweg en Spaarnwouderweg is men nu bezig een nieuw wegdek aan te brengen. Hiervoor is ook de groote stoomwals in gebruik. Te Elburg heeft een botsing plaats gehad tusschen een woonwagen en een tram. De woonwagen kon niet gauw genoeg tot stil stand worden gebracht, werd aangereden en kantelde om. Door het vuur van de kachel geraakte de wagen in brand en brandde ge heel uit. Het paard brak zijn voorpoot op drie plaatsen en moest worden afgemaakt. De landbouwer A. D. W. uit Someren, die een stier ging afleveren, is onderweg, naar de „Msb." verneemt, doer het dier aan gevallen. Het wilde beest had zijn geleider al zeer spoedig op den grond en trachtte hem met zijn horens te doorboren. Daar W. den stier met den neusring vastgeklemd hield, kon hij het beest tijdelijk van zich af houden. Indien echter niet ijlings hulp was komen opdagen, was het slachtoffer zeker ge dood geworden. In deerniswekkenden toe stand en met hevige inwendige kneuzingen werd de man, die het bewustzijn had ver loren. opgenomen en in een naburige boerde rij binnengedragen. Hij is voorzien van de laatste H.H. Sacramenten. Een commissie van onderzoek ingesteld Bij beschikking van den Minister van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen is in gesteld eene commissie, aan welke wordt opgedragen een onderzoek in te stellen naar de klachten, door het lid van de Tweede Kamer der Statcn-Generaal mej. Groeneweg met betrekking tot de leiding van de heelkundige en vrouwenklinieken te Utrecht ter kennis van de Regeering ge bracht, met verzoek over hare bevindingen verslag uit te brengen, en zijn in deze commissie benoemd. a. tot lid en voorzitter: dr. J. F. J. ten Berge, directeur-geneesheer van het zieken huis van den H. Joannes de Deo te 's-Gra- venhage; b. tot leden: A. Couvée, lid van de com missie van toezicht op 'net beheer van het Academisch Ziekenhuis te Leiden, mr. B. J. L. baron de Geer van Jutphaas, secreta ris van het college van curatoren der Rijks universiteit te Utrecht; mej. J. J. Kiewit, directrice van het Wilhelmina-Kinderzie- kenhuis te Utrecht; B. F. Krantz, lid van de commissie van toezicht op het beheer van het Academisch Ziekenhuis te Leiden; c tot lid en secretaris: mr. H. J. Smidt, hoofdcommies bij het Departement van On derwijs, Kunsten en Wetenschappen. Op 3 en 4 Juli a.s. zal te Breda, onder voorzitterschap van den heer Albarda, lid van de Tweede Kamer, de algemeene ver gadering van de Vereeniging van Neder landsche Arbeidsbeurzen gehouden worden, waarin prae-adviezen zullen worden uitge bracht over het onderwerp: „Op welke wijze kan de arbeidsbemiddeling voor losse ar beidskrachten en tijdelijke werkgelegenheid het beste worden georganiseerd?" Als prae-adviseurs zijn uitgenoodigd de heeren J. de Kanter, secretaris van de af- deeling Rotterdam van den Metaalbond; D. P. van Wageningen, algemeen secretaris van de Scheepvaartvereeniging Zuid, te Rotter dam; J. Ratté, bestuurslid van de afdeeling Rotterdam van den Centralen Bond van Transportarbeiders; W. Strijbis, voorzitter van den Nederlandschen Bond van Christe lijke Fabrieks- en Transportarbeiders, in Den Haag; F. Lindsen, voorzitter van den Nederlandschen R.-K. Bond van Transport arbeiders „St. Bonifacius", te Rotterdam; J. E. van Riet, directeur van de Arbeidsbeurs, te Rotterdam en W. F. Detiger, directeur van de Arbeidsbeurs, te Amsterdam. De Minister van Arbeid, Handel en Nij verheid heeft gedurende het tijdvak van 1 April 1928 tot en met 31 Maart 1929, in af wijking van het bepaalde in artikel 24, eerste lid der Arbeidswet 1919, aan hoofden of bestuurders van: lo. boter- of kaasfabriel en in alle ge meenten des Rijks vergund, dat gedurende 26 weken 10 uren per dag en 55 uren per week door de arbeiders van 16 jaren of ouder arbeid wordt verricht, mits be halve voor wat betreft arbeid in kaasfabrie ken in Noord-Holland, waarin ten hoogste 7 personen werkzaam zijn gedurende 13 weken niet langer dan 7 uren per dag en 42 uren per week arbeid wordt verricht; 2o. boter- en tevens kaasfabrieken in alle gemeenten des Rijks vergund, dat: A. hetzij arbeid wordt verricht, als onder lo. omschreven; B. hetzij gedurende 13 weken 10 uren per dag en 57 uren per week arbeid wordt ver richt door mannen en 10 uren per dag en 55 uren per week door vrouwen en door jeugdige personen van 16 jaren of ouder, en gedurende 13 weken 10 uren per dag en 54 uren per week door arbeiders van 16 jaren of ouder arbeid wordt verricht, mits gedurende 13 weken niet langer dan 7 uren per dag en 42 uren per week arbeid wordt verricht 3o. fabrieken van gecondenseerde melk en melkproducten in alle gemeenten des Rijks vergund, dat gedurende 17 weken 10 uren persdag en 55 uren per week en gedurende 9 weken 9 uren per dag en 50 uren per week door arbeiders van 16 jaren of ouder ar beid wordt verricht; 4o. melkinrichtingen te Amsterdam, Rot terdam, 's Gravenhage Utrecht, Haarlem, Arnhem, Nijmegen en Apeldoorn vergund, dat gedurende 17 weken 10 uren per dag en 55 uren per week en gedurende 9 weken D uren per dag en 50 uren per week door arbeiders van 16 jaren of ouder arbeid wordt verricht; 5o. melkinrichtingen, voor zoover niet ge legen in gemeenten, hierboven onder 4o. genoemd, vergund, dat gedurende 17 weken 10 uren per dag en 55 uren per week en gedurende 9 weken 9 uren per dag^ en 50 uren per week door arbeiders van 16 jaren of ouder arbeid wordt verricht, mits ge durende 9 weken niet langer dan 8 uren per dag en 45 uren per week arbeid wordt verricht. De Tweede Kamer heeft het thans ge wijzigde wetsontwerp inzake de belasting van nalatenschappen en schenkingen van Nederlanders in het buitenland met 49 tegen 12 stemmen aangenomen. Het conflict in de stccnindustrie. Een belangrijke order voor Werkspoor: de levering van tien locomotieven voor de Ned. Spoorwegen' Verschenen is de Memorie van Antwoord op het Voorloopig Verslag der Eerste Ka mer over de begrooting van Binnenland- sche Zaken en Landbouw; overwogen wordt een wijziging der veewet. Het Voorloopig Verslag der Eerste Ka mer over het Radio-wetje is verschenen. De substituut-officier bij de Haagsche rechtbank gaat in hooger beroep van de vrijspraak der 4 Indische studenten. De Lutherfilm voor geheel Duitschl&nd toegelaten. Nieuwe voorstellen der Russen op dc ont wapeningsconferentie te Genève. Het Britsche Lagerhuis verwerpt een voorstel der Arbeiderspartij tot weder-invoe- ring van den zeven-nrigen werkdag in het mijnbedrijf. By een auto-ongeluk in Mississippi zijn vyf kinderen om het leven gekomen. Barometerstand 9 uur v.m.: 75L Stilstand OPTICIENS FABRIKANTEN Koningstraat 10 Haarlem. Licht op De lantaarns moeten morgen worden opgestoken om 6.50 en overmorgen om 6.52 uur. Het Voorloopig verslag der Tweede Hamer over het wetsontwerp tot herziening verschenen Thans is verschenen het Voorloopig Ver slag der Tweede Kamer op het wetsontwerp tot Herziening van de wet van 19 December 1914, houdende instelling van raden van be roep voor de directe belastingen en vaststel ling van algemeene bepalingen betreffende het beroep op die colleges en wijziging van de artt. 265b en 265c der Gemeentewet. Verscheidene leden hadden bezwaar tegen de mogelijkheid van enkelvoudige kamers. Voorts werd er de aandacht op gevestigd, dat in belastingzaken de raad van beroep de hoogste feitelijke instantie is. Men krijgt dus twee feitelijke instanties, beide samengesteld uit één persoon, want al mogen de beslis singen van de inspecteurs op reclames for meel geen beslissingen in. beroep zijn, door het publiek worden zij toch als zoodanig be schouwd. Andere leden konden zich met het denk beeld van enkelvoudige kamers wel vereeni- Als tweede maatregel tot vereenvoudiging en voorkoming van achterstand wordt voor gesteld inkrimping van de werkingsfeer van de raden van beroep ten aanzien van de ge meentelijke belastingen. Sommige leden had den hiertegen bezwaar en betoogden, dat het ongewenscht is het beroepsrecht der schat- plichtigen te verkorten. Gevraagd werd, waarom de raden van be roep niet over dit wetsontwerp zijn gehoord Hun advies zou van gewicht kunnen worden geacht wegens de practische ervaring, die zij bezitten. Eenige leden zouden wenschen, dat alsnog het advies, van deze colleges werd in gewonnen, andere leden waren van meening, dat hiervoor geen reden bestaat. Met bevreemding had men onder de Me morie van Toelichting gemist de onderteeke- ning van den Minister van Justitie. Men drong er op aan, dat alsnog de medewerking van dien minister voor dit wetsontwerp zou worden ingeroepen. Vier jongens gewond Te Amsterdam zijn bij het inslaan van den laatsten paal voor het bouwwerk van de Ned. Hervormde Kerk in Plan-West vier schooljongens gewond. Zooals bij deze ge legenheden gebruikelijk is, werd op den paal een kleine hoeveelheid kruit gelegd en toen deze, nadat het hijschblok gevallen was, tot ontploffing kwam, werden de vier jongens er door in het gelaat getroffen. Een geneesheer legde het eerste verband, waarna de knapen huiswaarts konden gaan. Naar de oorzaak van het gebeurde wordt door de politie een onderzoek ingesteld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 1