STER-TABAK ^5 oornaamste Nieuws VRIJDAG 13 APRIL 1928 Opnieuw teleurgesteld DE DANSHUIZEN IN HAARLEM OPTICIEN VINK Barometers Thermometers O'JREAUXN ASS AULA AN 49 ADVERTENTIEN 35 ct. p. rage) DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN EEN EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16830 AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL. R. K. Kiesvereeniging in den Provincialen Kieskring Velsen Het 40-jarig jubileum van het Concertgebouw te Amsterdam De Schaakmatch Euwe Bogoljubow Een nieuw museum-Boymans te Rotterdam Het bezoek van Sir Austen Chamberlain aan ons land Een botsing op 1000 voet hoogte Het huldeblijk voor H.M# Koningin-Moeder Kindermoord Een groote rozententoonstelling te 's Gravenhage f 52.000 subsidie voor het Utrechtsch Stedelijk Orkest Een avontuurlijke dame De Poolvlucht van Mobile De Oceaanvlucht van de „Bremen" J. J. WEBER ZOON OPTICIENS - FABRIKANTEN Koningstraat 10 Haarlem Telegraphisch Weerbericht. SPEK TRAAT No. EEN Uitslag examen Godsdienst- Diploma B te Bloemendaal (Bethanië) VAN ONZE RECHTBANK. Telefoon No. 13866 (drie "lijnen) Postrekening No. 5970. ABONNEMENTEN» voor Haarlem en Agentschappen: per week 25 ct.; per kwartaal I 3.25; per post, per kwartaal f 3.58 bij vooruitbetaling. NIEUWE HAARLEMSCHE VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN TIES, 1 4 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer 15 ct., bij voor^itbeL Bij contract belangrijke korti; g. INGEZONDEN MEDEDEELING2N tusscbcn den teksl 60 ct. per regel. ,i i- v.een Alle abonni's cp dit blad zijn, mge\oige de leizekeringsvcorwaaiden f OAIifl m Leven_l-nge geheels ongestluUheid tot werken door 7CD bij een ongeval met f OCfl bij verlies van een hand, f IOC bij verlies van een f Cfl bij 'n breuk van f t II bij verlies v. tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen t «JUUU. verlies van beicc armen, beide beenen of beide oogen; 1 «U. doodelij ken afloop1 6dU. een voet of een oog; A ltu." duim of wijsvinger; 1 3U»" been of arm; I 'rU." andere vinger. Hoe dikker de politieke duisternis om ons heen wordt, bij het langzaam naderen van de nieuwe algemeene verkiezingen, hoe meer politieke sterren van den eersten rang er aan den hemel verschijnen. Wij heb ben daarop de laatste weken herhaaldelijk gewezen. We zouden het ook andersom kun nen zeggen, wat menigeen allicht logischer zou toeschijnen, maar minder vriendelijk zou zijn. En het is vóór alles noodig, dat wij de politieke sfeer rustig en zuiver hou den. Dit laatste heeft gisteren de leider der chrlstelijk-hlstorlschen, mr. Schokking, op de jaarvergadering der Unie bij herhaling verklaard in zijn openingsrede. Wij hebben van deze redevoering met be langstelling kennis genomen. De letterlijke tekst in „de Nederlander" van gisterenavond bevat zeven kolom druks. Mr. Schokking heeft zich dus niet met een paar woorden van zijn taak afgemaakt! Deze rede, welke grootendeels gewijd was aan het brandende vraagstuk van de al of niet bruikbaarheid en doelmatigheid van het parlementaire stelsel in onzen tijd, geeft blijk van rijpe politieke ervaring, ernstige studie en groote belezenheid, 't Is een stuk werk, dat eer bied afdwingt, ook en niet het minst om de overtuiging, welke er uit spreekt. Begrijpelijkerwijze gaat onze belangstelling bij het lezen van uitspraken van politieke voormannen van het kaliber van mr. Schok king niet het minst uit naar datgene, wat verhelderend kan zijn voor den verwarden en troebelen politieken toestand, waarin wij met ons intermezzo-kabinet leven, een ka binet, dat naar mr. Schokking terecht zeide door zijn langen duur van „Inter mezzo" van zelf tot een extra-parlementaire regeering zonder meer geworden is. Mr. Schokking zei nog veel meer, waar mee wü het volkomen eens zijn en dat In zijn mond en op zijn plaats gezegd lang geen overbodigheid was. Met kracht verde digde hij nJ. het parlementaire kabinet tegenover het extra-parlementaire, welk laatste z.i. alleen recht van bestaan heeft bij een noodtoestand, zooals tijdens den oor log - Hoewel de staat in theorie heel goed een wel geordende samenleving kan vormen zonder den parlementairen regeeringsvorm, is deze toch voor onzen tijd in de meeste Europeesche landen niet goed denkbaar zonder zulk een zuivere volksvertegenwoor diging. En het parlement op zijn beurt is weer zwak en wankelend, wanneer het niet een parlementaire regeering oplevert, waar bij dus het uitvoerend bewind steunt op één sterke groep of een combinatie van gelijk gezinde groepen in de Kamers. Het doet goed den leider der christelijk- historischen zulk een pleidooi te hooren houden. En onze volledige instemming blijft, wanneer wij mr. Schokking met kracht hooren opkomen tegen fascisten en commu nisten, geheime ondergravers of openlijke af brekers van het parlement; wanneer wü hem hooren betoogen, dat wü in Nederland zoo spoedig mogelük weer tot een parle mentaire regeering moeten komen en dat dit liefst moet zün een regeering steunend op de vroegere combinatie van de drie christe- lüke partijen. Maar hier houdt dan ook onze instem ming óp. Want gekomen aan het netelige punt, aan het antwoord op de vraag: „hoe komen wü weer aan zulk een christelüke regeering," begint mr. Schokking zelf te vragen, problemen te stellen en moeilükhe- den op te werpen, in plaats van antwoord te geven en een uitweg te wüzen. Feitelük, zegt hü, moest de oplossing heel eenvoudig zün: het kablnet-Colijn sneefde op de stemming over het pauselük gezant schap. Daarna heeft mgr. Nolens verklaard, dat, nu deze moeilükheid uit den weg is, dit punt geen nieuwe strüdvraag voor een eventueel nieuw christelük kabinet zou zün. Dus, besluit de leider der christelük-histo- rlschen, staat aan de hernieuwde totstand koming van de oude coalitie niets meer in den weg! Hü zelf voegt daaraan echter zelf dadelük toe: dit Is maar schün! Immers, nadien is juist gebleken, dat er vele andere moeilijk heden zün. En hü somt op: de geneigdheid der katholieken en anti-revolutionnairen voor beschermende rechten tegenover den vrühandeisgeest der christelük-hlstorischen; het verschil van opvatting over de onder- wüspolitiek en de sociale wetgeving. Vooral het laatste punt brengt de moellükheden. En het is jammer, dat mr. Schokking zich niet wat meer moeite heeft gegeven, om bü deze gelegenheid eens te zeggen, wat de christelük-hlstorischen als de taak der over heid ten opzichte van het sociale vraagstuk voor onzen tüd en voor de naaste toekomst denken. Met een algemeene theorie, welke hü nu opstelde, is geen practische politiek te voeren; nog minder met de verwüten, welke hü aan de R.K. Staatspartü richtte, als zou deze zelf niet goed weten, wat zü op dit punt wil. Toen hü zün rede opstelde had mr. Schokking zeker nog geen kennis genomen van de praeadviezen, dezer dagen versche nen voor de a.s. vergadering van den R.K. Partüraad, al waren deze niet eens noodig om te weten, welke de meeningen van de overgroote meerderheid der R.K. Staatspar tü ten deze zün. Wanneer mr. Schokking als aanvulling van een vrü duistere passage in zijn rede van verleden jaar thans zegt, dat het doel der christelük-hlstorischen bij de medewer king aan een christelüke regeering Is het streven om de door de Unie beleden begin selen tot erkenning te brengen en niet om de regeermacht in handen te geven van met zekere Christ, beginselen instemmende perso nen, dan wil hü, naar wü hopen, aan zijn partij daarmee geen brevet van hoogheid en voornaamheid boven de andere christelüke partijen geven. Geen partij is het, wanneer zü streeft naar de regeermacht, te doen om aan bepaalde personen een minlstertitel te bezorgen. Allen is het te doen om haar beginselen tot practük te brengen. De Unie vormt hier dus geen uitzondering! Een der gelüke verklaring is dan ook allerminst ge schikt om de sfeer zuiver te maken, iets wat mr. Schokking terecht zoo noodzakelijk noemt. Maar behalve ontactisch, -zün dergelijke verklaringen ook onpractisch. Zü leiden af van hetgeen wij juist in deze dagen zoo zeer noodig hebben: n.l. precieze omschrü- ving van de toekomstige staatstaak als grondslag voor een eventueel regeeringspro- gram. Dat is het, wat de kiezers moeten weten, wanneer zü straks opgeroepen wor den, wederom hun plicht te doen en een nieuw parlement samen te stellen, waarin de basis voor een nieuw parlementair kabinet gelegd moet worden. Vooral ten opzichte van het sociale vraagstuk zou een derge- iyke verklaring uit den mond van den lei der der christebjk-historische Unie geen overbodige weelde zijn geweest. Ondanks haar lengte en doorwrochtheid heeft dus de groote rede van mr. Schokking weer opnieuw teleur gesteld. Een enquête De beschrijvingsbrief voor de Jaarverga dering, welke Zaterdag 28 April 1928, des namiddags 3 uur in het gebouw „St. Bavo" ie Haarlem gehouden wordt, luidt als volgt: Opening. Mededeelingen. Ingekomen stüx- xen. Notulen vorige jaarvergadering. Jaar verslag van den Secretaris. Jaarverslag van den Penningmeester. Benoeming commissie art. 7 der Statuten. Vaststelling der contri butie. Verkiezing Bestuurslid. Rondvraag. Sluiting. Voorgesteld wordt door het bestuur in overleg met den Penningmeseier een con tributie van twee cents te heffen. De heer S. J. F. Pinxter heeft door ves tiging buiten den kieskring, opgehouden be stuurslid te zijn. In de vacature kan op de vergadering worden voorzien door vrije keuze. Een huldiging Binnenkort bestaat het Concertgebouw te Amsterdam 40 iaar. Ofschoon de ofïicieele viering van dit jubileum eerst op 22 April het eerste buitengewone feesteoncert zal plaats hebben, was de feestelijke stem ming reeds in het abonnementsconcert van gisteravond. Het podium was met veel smaak versierd en eenige kransen hingen aan de lessenaars van Willem Mengelberg en Louis Zimmermann, die als aanvoerder de voor het orkest bestemde hulde in ontvangst had te nemen. Bij Mengelberg's binnentreden rezen or kest en publiek op en gedurende eenigen tijd weerklonk' een warm en geestdriftig applaus. Onmiddellijk daarna begon het concert. Na afloop van het concert heeft het be stuur van het Concertgebouw in de solisten kamer de verschillende componisten gere cipieerd. De voorzitter van het bestuur, jhr. mr. dr. A. Röell, heeft in een korte toespraak allen hulde gebracht en hun dank van het be stuur betuigd voor hun arbeid voor de Ne- derlandsche toonkunst. Het is voor het Concertgebouw een groote voldoening ge weest. deze feestconcerten met een Neder- landschen avond te .mnneu openen. Willem Mengelberg huldigde het bestuur voor zün groote medewerking bij het organi- seeren van dezen avond. Ten slotte sprak dr. Johan Waeenaar na mens alle componisten een woord van dank tot Willem Mengelberg, die op de Neder- landsche toonkunst en hare beoefenaars een zoo verheffenden invloed heeft uitgeoefend, waarna Mengelberg in een reestige rede de verdiensten van alle hedendaagsche Neder- landsche toondichters in net licht heeft ge steld. Euwe verliest de vierde partij. Euwe heeft gisteren de te Scheveningen gespeelde vierde partü van den schaalonatch verloren. Na langdurige bespreking heeft de ge meenteraad van Rotterdam, het voorstel tot stichting van een nieuw museum Boy mans, zonder hoofdelijke stemming, aange nomen. De minister van bultenlandsche zaken van Engeland, Sir Austen Chamberlain, lady Chamberlain en hun zoon en dochter, zün voornemens Maandagavond, in intiemen kring te dineeren bü den Minister van Staar, jhr. mr. dr. H. A. van Karnebeek, commissaris der Koningin in Zuid-Holland en oud-minis ter van Buitenlandsche Zaken. Met groote ingenomenheid hebben wü eenige weken geleden het adres begroet van het bestuur der Federatie van Jeugd werk basturen, waarin aangedrongen wordt op maatregelen tegen de openbare danshuizen in Haarlem. Des te pünlijker zün wü en met ons allen, die het goed meenen met het eeuwig en tijdelijk welzyn van onze jeugd getroffen door de wel wat brute, althans onvriendelüke, afwüzing van dat adres door onzen burgemeester. Door het federatiebestuur toch is van den heer Maarschalk een schrüven ontvangen van den volgenden inhoud: „In antwoord op uw nevenvermeld schrijven deel ik u mede na ampele overweging geen aanleiding te vinden in de bestaande regeling, ten aanzien van het dansen in openbare dans gelegenheden, wijziging te brengen" Geen poging wordt er ze.fs aangewend om den adressanten duidelijk te maken, waarom dan wel hun verzoek zóó absurd is, dat het alleen maar eer afwijzing waard is, die gelykt op het gebaar van iemand, die een lastige vlieg van zijn gezicht wegslaat. Toch behooren de adressanten tot de beste burgers van Haarlem. Het zyn men- schen, die hun arbeid en hun liefde be langloos voor hun medemenschen, met na me voor het mooie jeugdwerk, geven; men- schen, wier altruïsme gunstig afsteekt te gen de materialistische eigenliefde van dui zenden Haarlemmers; menschen. die ver dienen met alle egards te worden behan deld. Onder hen is pater Hentzen O. F, M., toch waarachtig niet iemand om als een dweepzieke te worden behandeld, mevr. Levenkamp en de heeren Figee, van Dam en Oets. Tezamen vormen zü het dagelük- sche bestuur der Federatie van Jeugdver- eenigingen en mogen geacht worden niet al leen het onderwerp, dat zij behandelen ge heel te beheerschen. maar ook te weten, wat zü willen. Hun advies aan den burge meester was wél overlegd en het zou den burgervader wat waard moeten „eweest zün te vernemen, wat deze jeugdleiders in Haar lem hem konden vertellen over den moree- len toestand van de stad, waarover hü als hoogste autoriteit is aangesteld. Zóó zouden vrijwel alle burgemeesters van Nederland dergelijke adressen behandelen. Misschien zou onze burgemeester hen hebben over tuigd, dat hun vrees ongegrond is, misschien en dat gelooven wij eerder zou hy overtuigd zyn geworden, dat er in Haarlem nog wel wat te doen is en te laten voor de zedelyke verheffing der burgerij- Wü stellen er prüs op zooveel nadruk te leggen op de wijze# waarop dit adres is weggewerkt om den pünlijken indruk, die de afwüzing van' het advies in breede kringen heeft gemaakt en om het misselijke praatje den kop in te drukken, dat het adres een liefhebberytje van een jong advocaatje hier ter stede is, dat er een middel in zou zien om naam te maken. Dit lasterpraatje ontsiert den uit vinder ervan meer dan den aangevallene zelf. Het is een der zeer kleine middelen om een actie by gebrek aan argumenten af te breken, zoo klein, dat het ons niet lust daar verder op in te gaan. Alleen willen wij ver klaren, dat de heer Mr. van Dam in dezen niet anders deed dan als spreekbuis fungee- ren van het federatie-bestuur, omdat hü uit den aard der zaak voor den meest bekwa men penvoerder over dit onderwerp werd ge houden. Ware net den heer van Dam trou wens te doen om naam te maken, het zou hem lucratiever wezen als verdediger van de belangen der danshuizen op te treden. De kwestie zelf! De danshuizen in Haarlem doen ontzag- lük veel kwaad. De Jeugd wordt er met het kwaad vertrouwd gemaakt en vindt er zeer dikwüls een vroegtijdigen, moreelen dood. Wanneer men spreest over het kwaad, dat de danshuizen stichten, dan moet men, zooals in vele zaken, onderscheid maken. Niet velen, althans wü niet, zullen be zwaar hebben tegen een inrichting in onze stad, waar, na gedanen arbeid, aangenaam verpoosd kan worden en gelegenheid be staat een cabaret-repertoire te hooren en een dansje te maken. Duizenden burgers in 'n stad met gemengde bevolking als de onze zullen die tüdpasseering naar waarde kun nen genieten en daartegen gaan de be zwaren der bestrijders van het danshuizen- kwaad niet. Maar in die danshuizen ko men ook vele jongelieden, die er hun gees telijke en lichamelyke gezondheid verlie zen; in die danshuizen gaat menig huise- ly'k geluk te gronde. En nu is het fout, dat de autoriteiten alleen willen zien de aan gename verpoojring die danshuizen kunnen brengen en met gesloten oogen het kwaad ontkennen, dat in die dancings gebrouwen wordt. Wat wü vragen is de dancings te laten beantwoorden aan de oorspronkelyke be doeling, waarmede hun stichting hier ter stede bevorderd werd, n.l. het verschaffen van een passend genoegen aan een deel der burgerij, maar tevens, dat met alle moge- lüke middelen getracht wor it het kwaad dat zü stichten in te perken. Wie zegt, dat de danshuizen als zoodanig slecht zijn, beweert te veel, maar de auto riteiten, die durven beweren, dat de dans huizen in Haarlem geen maatschappelük euvel zün, dwalen eveneens en zondigen te gen de Haarlemsche gemeenschap. Beide partüen zullen tot elkaar komen, wanneer zij, naar beste krachten, het kwaad trachten uit te snijden en behouden wat er voor goeds aan de dancings gevonden kan worden. De danshuizen in Haarlem stichten kwaad Wanneer deze stelling door ons zal bewe zen zijn, dan vertrouwen wü, dat de autori teiten ook wel bereid zullen zün, vöor zoo veel in hun vermogen is. maatregelen te ne men om dat kwaad tot een minimum te be perken. Aangetoond moet dus worden, dat de danshuizen in Haarlem kwaad stichten. Wü hebben daartoe een kleine enquête gehouden onder Haarlemsche burgers. Allereerst hebben wü ons gewend tot auto riteiten op het gebied van het onderwüs. Hen vooral vroegen wü of zij bekend waren met het kwaad der dancings en of zü prin cipieel voor ingrijpen der Overheid voelen, büaldien vaststaat, dat de dancings gevaar opleveren voor de goede zeden. Verder hebben wü ons gewend tot per sonen, die zich met jeugdwerk bemoeien en tenslotte hebben wü inlichtingen gevraagd aan degenen, die, uit den aard van hun betrekking, met menschen in aanraking ko men, die door het bezoek aan de dancings in moeilijkheden geraakt zün, zooals de re- classeeringsvereenigingen, vereenigingen tot bescherming van meisjes, Middemachtszen- ding enz. Een groote categorie van burgers, die ons navrante mededeelingen had kunnen doen, hebben wü helaas, moeten overslaan. Dat zyn de ouders, die hun kinderen in en door de dancings zagen ondergaan, dat zün echt- genooten, die haar man of hun vrouw door de dancing van zich vervreemd zagen 'tWas niet mogelijk hen in de enquête te betrekken en dus is ons onderzoek zeker niet aan den zwarten kant, want alleen de meest frap- pante gevallen van verwording en afdwaling kwamen ons dus ter oo-e. Het is echter erg genoeg. De vragen, die wü stelden waren deze: 1. Meent u, dat er van de openbare dan cings in Haarlem een demoraliseerende J invloed uitgaat op de bevolking van Haar lem en in het büzonder op de jeugd? 2. Meent u, dat de gemeentelijke over heid tot taak heeft, zoo mogelyk, maat regelen te treffen om dezen slechten in vloed. zoo die er naar uw meening is, te gen te gaan? 3. Meent u, dat daarvoor een verbod moet wqrden gegeven, waarbü alle min derjarigen uit de dancings worden ge weerd, tenzü zij onder behoorlük toezicht van ouders of voogden zijn? 4. Gevoelt u iets voor een verbod van alcohol gebruik in dancings, waar minder jarigen mogen komen (aangenomen dat de maatregel sub. 3 niet wordt toegepast)? 5. Acht u nuttig een bepaling van ver plichte entreeheffing en verbod van vrü- kaarten in dancings, waar minderjarigen komen? 6. Het slechts by uitzondering verlee- nen van nacht-permissie in dancings, waar toegang is voor minderjarigen? 7. Is het niet wenschelyk, dat er toe zicht is bü z g. besloten dansgelegenheden of er eigenlijk niet sprake is van een open baar dancing, door na te gaan of ieder een toegang krijgt en door de soliditeit van bestuur, organisatoren enz. na te gaan? 8. Hebt u wellicht nog meer, naar aan leiding van deze kwestie, op te merken? De uitslag van onze enquête onder het onderwijzend personeel is in zoover teleur stellend geweest, dat slechts heel weinig hoofden van onderwüsinrichtingen hier ter stede blükbaar bekend zyn met de gevaren van de dancings. De leerlingen der scho len bezochten blükbaar niet by voorkeur de dansinrichtingen. Althans is dit aan de onderwiis-autoriteiten niet bekend. De leer lingen zwijgen er over en de ouders, die het te weten komen, vinden geen reden zich er over te beklagen bij den directeur of de direc trice van de onderwijs-inrichting. Dit klopt ook wel met veler overtuiging, dat het voor al onze meisjes zijn uit den arbeidenden stand, meisjes, die op kantoren, fabrieken, in winkels of ais dienstbode werkzaam zün, die in de dancings hun ongeluk vinden. Zoo schreef de heer Ir. W. C. G. H. van Mourik Broekman, directeur van het Gemeentelük Lyceum, het volgende: „Daar ik mü niet voldoende op de hoog te acht van de quaestie betreffende de dancings te Haarlem, meen ik beter te doen, geen gebruik te maken van de wel willend geboden gelegenheid, myn oordeel daarover kenbaar te maken." Andere onderwüs-autoriteiten voegen aan een dergelüke mededeeling hun eigen zeer gewaardeerde overtuiging toe. Zoo schrijft ons de heer H. W. Korenstra. directeur der Nutskweekschool voor Onderwyzeressen, ons het volgende: „Naar aanleiding van uw vraag mün meening te vernemen omtrent de open bare dancings te Haarlem, deel ik u mede, dat ik nog nooit een openbare dancing te Haarlem heb bezocht en dat mii ook niet bekend is, of leerlingen onzer Kweekschool tot de bezoekers zouden behooren. Het laatste zou door my beslist worden 1 afgekeurd, omdat ik van meening ben, dat minderjarigen in dergelijke inrichtingen niet behooren te komen, tenzü zü onder behoorlük toezicht van ouders of voogden zün. Indien werkelük van de openbare dan cings te Haarlem een demoraliseerende in vloed zou uitgaan, in het büzonder op de jeugd, dan ligt het m. i. stellig op den weg der overheid dien slechten invloed zooveel mogelijk tegen te gaan, en op den weg der ouders, om het bezoeken aan hunne kin deren te verbieden. Maar, nog eens, ik kan de zaak niet be- oordeelen, en ik mag daarom geen oordeel vellen." De heer Ir. W. van Dorp, directeur van het Christelük Lyceum, schrüft ons: „Zeker ben ik ervan overtuied, dat er van openbare dansgelegenheden demorali seerende invloed kan uitgaan, terwül ik ook wel meen, dat het op den weg ligt van de gemeentelijke overheid, zoo mogelük maatregelen te treffen om dezen invloed tegen te gaan. Ik acht mij echter nie be voegd, een oordeel uit te spreken over den aard dezer maatregelen, daarvoor ben ik waarlük niet genoeg op de hoogte van wat er in dergelüke gelegenheden omgaat." Van groot gewicht is, wat de menschen, die dagelüks het door de dancings gestichte kwaad aanvoelen, over den demoraliseeren- en invloed denken en over de te treffen maatregelen. Daarbij worden huiveringwekkende voor beelden van mislukte jonge levens medege deeld. Wü zullen ze morgen publiceeren. Twee vliegers gedood Wolff meldt uit Bahia Blanca (Argen tinië) Twee vliegtuigen, die deelnamen aan een vliegfeest, dat gegeven werd ter gelegen heid van het eeuwfeest der stad Bahia Blanca, botsten op 1000 voet hoogte tegen elkaar. Beide bestuurders vonden den dood. Naar het „Vad." verneemt, overweegt het comité voor het huldebly'k aan de Koningin- Moeder van de Nederlandsche vrouwen H. M. een tapyt aan te bieden voor een der groote salons van het paleis Soestdük. Het ligt in het voornemen dit in een Nederlandsche fabriek te laten vervaardigen. De Officier van Justitie bü de Rechtbank te Breda heeft 8 jaar geëischt tegen den 24-jarigen A. van H., thans wonende te Te- teringen, die verdacht wordt in November een pasgeboren kind opzettelijk, na kalm beraad, van het leven te hebben beroofd, door het een kussen op het hoofdje te drukken. Men meldt ons uit Amsterdam: De Nederlandsch eRozenvereeniging hield Donderdagmiddag in Krasnapolsky, haar 48ste buitengewoone ledenvergadering. De vergadering besloot in de groote zaal en byzalen van Haagschen Dierentuin, een groote tweedaagsche rozententoonstelling te houden en wel op 21 en 22 Juli a.s. In de gisteravond gehouden vergadering van den Utrechtschen gemeenteraad, is, na langdurige discussie, met algemeene stem men, de voordracht van B. en W. aange nomen om het Utrechtsch Stedelük Orchest, gedurende vier achtereenvolgende jaren, een subsidie van 52.000 te verleenen. Lady Hoath, die een peging doet de vlucht van Kaapstad naar Engeland te volbrengen heeft thans vergunning gekregen haar tocht voort te zetten De autoriteiten van de Royal Air Force te Cairo hadden haar n.l. de fa ciliteiten onthouden, benoodigd voor het oversteken van de Middellandsche Zee, op grond van haar gebrekkige ervaring als pi lote. Zü heeft nu vergunning gekregen, doch haar is te verstaan gegeven, dat de voile ver- antwoordelükheid vooi haar rekening komt, nu zij de gevaren van de vlucht wil ris- keeren. Vandaag het vertrek? Bü het rüksministerie van verkeer te Ber- lün is een mededeeling binnengekomen, dat generaal Nobile zyn vertrek met de „Italia" voor zün vlucht naar de Noordpool tot he den heeft uitgesteld in verband met het slechte weer. Alles is voor de ontvangst gereed. Uit New-York wordt hedenmorgen ge seind: Hoewel er tot hedenmorgen vroeg geen enkel bericht omtrent de Duitsche vliegers was ontvangen, wordt alles op het vliegveld Mitchell-field in gereedheid gebracht voor de landing. De noodige zoeklichten zün ge plaatst. Reeds hedenmorgen trok een groote menigte naar het vliegterrein om de komst van de Bremen af te wachten. De politie heeft de noodige maatregelen genomen, om het verkeer naar het vliegterrein te regelne. Ook op het vliegterrein zelf zün maatregelen genomen, om de menschenmenigte in goede orde te houden. NEW-YORK, 13 April. Uit Engeland ko men geruchten omtrent het zien of hooren van de Bremen op verschillende plaatsen van New-Foundland. Deze geruchten zijn evenwel alle onjuist. Tot 7 uur hedenmorgen was nog geen enkel definitief bericht omtrent de Bremen ont vangen. Het weer boven New Foundland wordt beter. Alle kuststations nebben ver zoek gekregen naar het vliegtuig uit te kü- ken NEW-YORK, 13 April. He s.s. Mauretania, dat zich op ongeveer 300 miil van de Ame- rikaansche kust bevindt, meldt uitstekend vliegweer. Ook de laatste weerberichten van New-Foundland luiden gunstig. Te 9 uur hedenmorgen was nog geen be richt van de vliegers ontvangen. De Eerste Kamer heeft gisteren de alge meen e beschouwingen over de Staatsbegroo- ting 1928 voortgezet. De Oceaanvlucht van de „Bremen". Verschenen is de Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer inzake de OnderWijs- begrooting 1928. Jaarvergadering der Christ. Historische Unie. Costes en Lebrix worden van hun lange afstandsvlucht, heden te Parijs terugver wacht. De gemeenteraad van Rotterdam heeft besloten tot den bouw van een nieuw mu seum-Boymans. De Memorie van Antwoord aan de Eerste Kamer is verschenen inzake de Indische begrooting 1928. Euwe heeft de vierde schaakpartij tegen Bogoljubow verloren. Bjj de opening der Internationale Jaar beurs, te Milaan, is een aanslag gepleegd op den Koning. Er zijn 16 dooden en een groot aantal gewonden, waaronder enkelen in stervensgevaar verkeeren. Op de spoorlijn, waarlangs de trein soa rijden, waarin Mussolini was gezeten, werd een bom gevonden. Tsjitsjerin, de Russische Volkscommis saris van buitenlandsche zaken, zal wegens gezondheidsredenen in Mei a.s. ontslag nemen. Als zijn opvolger wordt Litv inon genoemd. Barometerstand 9 uur v. m. 7.60 vooruit. Licht op De lantaarns moeten morgen opgestoken worden om 7.23. Hoogste barometerstand 775.4 miil. te Hemösand. Laagste barometerstand 750.6 m.M. te Va lencia. Verwachting: Matige N.O. tot O. wind, zwaar bewolkt tot betrokken, aanvankelijk nog kans op regen- of sneeuwbuien, iets kouder. Geslaagd voor het eerste gedeelte der Godsdienstleer in de Bübelsche Geschiede nis: de contemplatieve Zusters: M. A. A. Al- bers, E. E. E. A. Dorbeck, F. H. M. S. Huf, S. M. O. A. C. Huf en A. M. Westermann; de dames catechisten: C. E. A. Bsse Schlmmelpenninck van der Oye, Th. M. P. Timmermans en T. M. Westermann. Alleen in de Bybelsche Geschiedenis maakte examen en slaagde de comtempla- tieve Zuster: C. J. A. M. van der Lugt. Uitspraken van Donderdag 12 April 1S28. A. B., wonende te Haarlem, appèl overtr. Algem. Politie-verordening Zandvoort, von nis Kantonrechter Haarlem bevestigd. C. K., aannemer, wonende te Zandvoort, appèl overtr. Alg. Politie-verordening Zand voort, 1 boete subs, een dag hechtenis o.v. C. K., aannemer, wonende te Zandvoort, appèl overtr. Alg. Politie-verordening Zand voort, 1 boete subs, een dag hechtenis o.v. C. de W., schipper, wonende te Rotterdam, appèl overtr. Binnenaanvaringsregelement, vonnis Kantonrechter Purmerend bevestigd. G. W„ winkelbediende, wonende te Haar lem, appèl overtr. Motor- en Rüwielregle- ment, vonnis Kantonrechter Haarlem beves tigd. P. C. T., musicus, wonende te Bloemen daal, appèl overtr. Motor- en Rywielregele- ment, vonnis Kantonrechter Haarlem be vestigd. P. K„ koopman, wonende te Haarlem, thans gedetineerd, art. 432 en 250 bis W. v. S„ acht dagen hechtenis en twee maanden gev. straf o.v.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 1