Stadsnieuws Verkeers-ongevallen. DE Dr. SCHAEPMANAVOND IN HAARLEM Een schitterende inzet der actie ELCK WAT WILS De verzamelingVan Stofk De feesten van den R. K. Volksbond Het veertig-jarig bestaan Gemeentelijke Inrichtingen voor Gymnasiaal en Middelbaar Onderwijs te Haarlem Christel. Radio-avond TOONEEL. De Olympische Spelen Kinder-Oranjebond A „Prinses Juliana" in het Amstéï* damsche Kwartier Gemeentezaken INGEZONDEN Trekjes no. 547 penrusting, die het schild van het geloof omvat, gedekt door de helm des heils, om met het zwaard van het woord te strijden en zijn levensrust op te offeren voor den strijd. Spr. vraagt zich af, of men begrijpt, wat het zeggen wil, dat Schaepman zijn Geloof tot de laatste tittel en jota beleefd heeft. Op zijn sterfbed werd hij klein als een kind, maar kind is hij steeds gebleven. Zeggen ook wij: „Ik geloof, dus ik strijd 1" In de tegenwoordige wereld is het moei lijk, het Geloof met de strijdvaardigheid der daad te bewijzen. En daarom ziet spr. met eerbied op naar Dr. Schaepman, die zijn be ginselen uitdroeg. Hij stond op het hooge peil, waarop wij den priester zoo gaarne zien. En hebben zij, die zijn nagedachtenis beklad hebben, wel het besef gehad van de psyche van Schaep man; Al zijn daden vloeiden voort uit zijn geloof. Dan schetst spr. Schaepman als semina rist, ietwat stuntelig en boersch, maar door alles heen slaat de vlam van zijn geloof. En hij schrijft zijn eersteling: „De Paus". Schaepman moest publiek beginnen met „De Paus". Dat deed hij in 1866 in het anti papistische "Nederland. En zelfs niet-Ka- tholieken als Van Lennep stonden verbaasd over zijn werk. En hij maakte gedicht na ge dicht, gezang na gezang. Nu willen we dat werk niet meer kennen, de tegenwoordige kunst wil iets anders. Maar spr. wil opmerken, dat de gedichten van Schaepman véél medegegeven voor het le ven van seminaristen. Zij verslonden ze met huid en haar, zoo werd gevoeld de Roomsche bezieling, welke van die gedichten uit ing. Schaepman is niet alleen de poëet, maar ook de prozaïst. Hij voerde strijd op elk ge bied, op dat van politiek, historie, theorie. Hij verslond boeken en gaf zijn overpein zingen weer. Hij beeldhouwde en marmerde zijn zinnen in gebeeldhouwde stijl, zooals wij het sinds Schaepman niet meer beleefden. Dan komt het proces over het feit, of Schaepman in de Kamer mocht, maar de Aartsbisschop en de raadgevers zwichtten eindelijk voor den duidelijke aanwijzing van Gods vinger. En Schaepman werd de eerste jriester-afgevaardigde in de Tweede Kamer. En hij overzag zijn terrein, hij mat zijn vij anden die dachten, dien pastoor gemakkelijk te kunnen kraken. Hij wist zijn tegenstanders met rake antwoorden te treffen. Als typisch voorbeeld daarvan citeert spr., wat Schaepman eens gezegd heeft over ds. Bronsveld. Spr. wijst op de verschillende emancipatoirs voor de vrijheid Le Sage ten Broeck,Smits Nuijens, Alberdingk Thijm, Broere, maar Schaepman heeft gevochten voor het ont brekende in die vrijmaking. En hij kwam met zijn partijprogram, waarin vervat zijn de richtsnoeren voor ons. Schaepman heeft alles gedaan om de zaak, niet om zijn persoon en daarom moet het verbazen, dat hij zelfs door zijn geloofs- genooten aangevallen is. Dat sloeg een wonde in zijn hart, maakte een scheur in zijn ziel. Met wantrouwen en hoon werd hij omringd. Maar als Schaepman niet deelgenomen had aan de daadwerkelijke politiek, waar zouden dan heden staan, aldus spr. Schaepman was een profeet, hij had een goeden kijk op de zaken hij beheerschte den toestand bij zijn beginselen zweren wij nu nog. Spr. teekende Schaepman vervolgens als redenaar en wees op de kracht, welke van zijn woord uitging. Schaepman bewijst, hoe de Belgische socialist Kamiel Huysmans zich een week geleden vergiste, toen hij zeide „Hoe meer de pastoors aan de wetenschap doen, hoe minder zij zich met de politiek bemoeien". We missen Schaepman welhoe zou hij nu bijv. een Kersten en een Lingbeek als haringen uiteengescheurd hebben. Maar in Gods Voorzienigheid treden wij niet. Schaepmans figuur treedt steeds duide lijker voor ons oog en al het menschelijke valt van hem weg. Als een beschermgeest, als een genius staat hij voor ons. Wij weten niet wat ons wacht. Satanische machten zijn bezig, de staatsmacht, maar ook het katho lieke leven te ontwrichten. Het is allerminst de tijd, om te gaan rusten. Als wachters, als strijders moeten wij gereed zijn, het hooge geestelijke goed, dat wij van God gekregen hebben, te beschermen, om het aan het nageslacht na te laten. Allen moeten als een gegoten leger aan eengesloten staan. En ons richtsnoer moeten zijn de woorden en werken van dr. Schaep man. Zijn geschriften moeten wij lezen. Een centrale macht moet er komen, .opdat er voeling komen en Roomsch bloea gaat stroomen door de R.K. Staatspartij. Gezorgd moet worden, dat het eigen Partijbureau der R.K. Staatspartij er zoo spoedig mogelijk kome, 6 a 7 ton is er noodig, maar dat is niet veel voor katholiek Nederland. Na het herstel der Bisschoppelijke Hiërarchie zijn ontelbare kerken en kloosters gebouwd, is geofferd voor missies en liefdadige doel einden, voor de katholieke pers, voor eigen onderwijs. En als men dat alles bij elkaar voegt, die vele millioenen, in 75 jaren ge offerd, dan betee kenen 7 tonnetjes niet veel. In een schitterende peroratie spoorde spr. tot het ruim storten van giften aan. Deze enthousiaste rede van ongeveer anderhalf uur, zonder onderbreking gehouden werd meermalen onderbroken door levendig applaus en aan het einde werd pater Molken- boer een donderende ovatie gebracht. Nadat de heer Nelissen dan weder een lied had gezongen, werd gezamenlijk het Dr. Schaepmanlied gezongen. Dr. Koot sprak dan woorden van dank tot pater Molkenboer, plebaan Westerwoudt en den heer Neelissen, waarna met het zingen van „Roomsche Blijdschap" deze echt ka tholieke avond, zoo bij uitstek geslaagd, ge sloten werd. Nog zij vermeld, dat het borstbeeld van dr. Schaepman te midden van groen en vaan dels op het podium prijkte. Schgepmanspeldjes en het Schaepmanlied werden verkocht en gingen grif van de hand. De komende veiling bij Fred. Maller te Amsterdam De buitengewone belangrijkheid van het Museum Van Stollj blijkt ten zeerste uit de groote belangstelling, die voor de veiling in het buitenland bestaat en uit de vele buiten- landsche bezoekers die nu reeds de collectie in de Doelenstraat te Amsterdam komen zien. Voor de extra kijkdagen zijn kaarten ver krijgbaar gesteld. Wü raden allen, die er belang in stellen ten zeerste aan deze gelegenheid, om de col lectie nog eens te zien, niet te laten voor bijgaan, te meer, daar, volgens den heer Mensing, een dergelijke verzameling in ons land nooit meer te zien zal zijn. De Centrale Raadsvergadering neemt dit jaar twee dagen in beslag n.l. Zondag 6 en Maandag 7 Mei. Om 11 uur Zondagmorgen, 6 Mei, begint de Centrale Raadsvergadering. Deze zal wel omstreeks een uur of vijf afgeloopen zijn. De feestelijkheden vangen dan dienzelfden avond al aan met een feestvergadering in het gebouw „St. Bavo", waar de welbekende Re derijkerskamer „Alberdingk Thijm" een uit voering zal geven. Deze feestavond is toegan kelijk voor de afgevaardigden, de leden van den Haarlemschen bestuursraad van den R.- K. Volksbond en voor de leden van die af- deelingen uit den omtrek van Haarlem, waar mede Haarlem zal samenwerken om dit jaar een klinkend Rerum Novarum-feest te orga- niseeren. Ook het zangkoor „St. Cecilia", di recteur de heer Rooyakkers, zal medewerken De eigenlijke herdenking heeft op Maandag 7 Mei, plaats. Om 8 uur 's morgens wordt er in de paro chiekerk van den H. Joseph een H. Mis opge dragen, waarschijnlijk door den tegenwoordi- gen geestelijken adviseur van den Bond, den Zeereerw. heer Bots. De intentie zal zijn voor de zielerust van wijlen den heer Pastoors, den eersten president van den jubileerenden Bond. Om 9 uur verzamelen de deelnemers zich dan aan een gemeenschappelijk ontbijt, in het gebouw „Sint Bavo". Er zullen ongeveer honderd couverts zijn. Om 11 uur 's morgens heeft de officieele ontvangst ten stadhuize plaats door het ge meentebestuur van Haarlem. Voor hen (organisaties, e.a.) die het Cen traal Bestuur willen complimenteeren, zal daartoe gelegenheid bestaan om half één in het gebouw „Sint Bavo". Om 2 uur volgt dan een lunch in Hotel de Leeuwerik, en om 3 uur wordt de feest vergadering in gebouw „Sint Bavo" gehouden. Als feestredenaar zal optreden de Zeereerw. heer Pastoor J. G. Jansen uit Den Haag. Aanrijding te Bloemendaal Vrijdagmorgen had op den hoek Bloemendaal scheweg en Mollaan een ernstige aanrijding plaats tusschen een autobus en een motorrij der. De heer S„ garagehouder te Haarlem kwam met de autobus van de Mollaan, de heer N. Bloemist van den Parkweg. Beide bestuurders hebben elkander te laat gezien, en daar de bestuurder van de autobus een flinke vaart had bij den afloopenden weg was een botsing onvermijdelijk De motor rijder N. kwam met zijn rechterbeen in aan raking met de treeplank van den auto. Hij kwam te vallen en bloedde hevig. Hij werd bij de dames Bispinck binnengebracht waar dr. van B. hem dei eerste hulp verleende waar na hij per ziekenauto van den heer Mathot naar het St.. Elisabeth's gasthuis werd ver voerd. Het rechteronderbeen was versplinterd en er werd een zeer ernstige beenbreuk ge constateerd De inschrijving van nieuwe leerlingen voor den cursus 1928/1929 zal plaats hebben voor: het Gymnasium (rector Dr. Spoelder), in het gebouw Prinsenhof .3; het Lyceum (onder leiding van Dr. C. Spoelder en Ir. W. C. G. H. van Mourik Broekman), in de gebouwen Zijlvest 27 en Prinsenhof 3; de Hoogere Burge'rschool A met 5-jar. cur sus (Hoogere Handelsschool en H. B. S. met 3-jarigen cursus met aparte handelseind- klasse, Directeur Ir. M. Voorzanger), in het gebouw Prinsenbolwerk 3; de Middelbare school voor meisjes met 5- jar. cursus (Directrice Mej. J. Berdenis van Berlekom), in het gebouw Krocht 1; op Dinsdag I, Donderdag 3 en Vrijdag 4 Mei a.s. tusschen 2.30 en 4 ure des namiddags. Tot sluiting van de propaganda-campag- ne, die gedurende de 3 laatste maanden ge houden is door den Bond van Christelijke Politie-ambtenaren in Nederland, werd gis terenavond in samenwerking met de Ned. Christ. Radio-Vereeniging door den zender van Huizen den door het hoofdbestuur van genoemden bond georganiseerden propa- ganda-avond uitgezonden. Door het Radio huis (fa. G. Scheefhals Co.) Krocht 14 In de feestelijk versierde groote zaal van het St. Bavo-gebouw heeft katholiek Haarlem gisteren zijn propaganda-avond voor het Dr. Schaepmanfonds gehouden. Er was zeer veel belangstelling, niet het minst van de Zijde van geestelijke en wereldlijke autori teiten. O.m. waren aanwezig mr. J. N. J. E. Heerktns Thijssen, Eerste Kamer-lid en Wet- aoudervan Haarlem, de Tweede Kamerleden Chr. v.d. Bilt, mr. J. B. Bomans en A. J. Loerakker, de Hoogeerw. heer Plebaan L. A. A. M. Westerwoudt, deken van Haarlem en vele E.E. H'H. geestelijken der stad, katholieke raadsleden, het gevormde eere comité e.a. De avond werd op de gebruikelijke wijze geopend door dr. Th. Th. Koot, die met voldoening allen welkom heette. Hij wees er op, dat niet velen zich aan de huldebe tuiging van de nagedachtenis van dr. Schaepman kunnen onttrekken. Haarlem moet f 10.000 opbrengen en spr. denkt met dankbaarheid aan de drie milde gevers, die ieder f 1000 gaven. Ook de overige f 7.000 moeten er komen, al zal het moeilijk gaan. Maar de propagandisten zullen hun best doen. Het R.K. Partijbureau moet er komen. Spr. las een schrijven voor van den Hoog- terw. heer Mgr. M. P. J. Möllman, vicaris- generaal, die tot zijn spijt verhinderd was, de bijeenkomst bij te wonen, maar de beste wenschen voor het slagen van den avond inzond. Bericht van veithndering was ingekomen van de raadsleden, de heeren Van Liemt tn Klein. Rede Plebaan Westerwoudt Heryaaldelijk en dringend zijn wij Katho lieken van Haarlem door uw bestuur ge- aoodigd om te deelen in de algemeene hul diging, gebracht aan den roemrijken Priester staatsman Dr. Schaepman. Het begeesterendwoord zoo juist door u gesproken was ons een nieuwe en nog krach tiger aansporing om in dankbare herinnering den reusachtigen arbeid te gedenken welke hij jarenlang gewijd heeft aan de emani- nipatie op elk gebied van de Katholieken van Nederland. Moge onze komst, mijnheer de voorzitter, op dezen herinneringsavond u het bewijs zijn, dat wij uwe uitnoodiging hoogelijk waardeeren. Jaook wij Katholieken van Haarlem willed van harte instemmen met het lied V3n £cr cn v.u nk. 25 jaar na zijn zalig af sterven aangeheven ter eere van hem, van wien eenmaal onze groote Alberd. Thym voor spelde, dat hij worden zou een sieraad der Kath. Kerk van Nederlandter eere van hem van wien thans eenstemmig door allen kan worden getuigd, dat hij inderdaad een sieraad van Gods Kerk geworden is. Een sieraad, niet enkel door zijn veel zijdige en schitterende gaven, maar bovenal door de wijze waarop hij er mede gewoekerd heeft, door den gloed en hare geestdrift waarmede hij ze alle heeft weten dienstbaar te maken aan de belangen onzer dierbare Moederkerk. Het is ons mijnheer de Voorzitter een groote blijdschap, met U en geheel Katholiek Nederland, hedenavond den cijns onzer warme erkentelijkheid te betalen der vuri- gen ijveraar voor alles wat strekken kon tot onze godsdienstige, intellectueele en maat schappelijke verheffing. 25 jaren terug was het nog niet mogelijk ten voeten uit in brons te gieten het beeld van wat Dr. Schaepman voor ons Katho lieken geweest is. Naar het woord van een Mgr. Cooth stond men toen nog te dicht bij de gebeurtenissen zelve om aanstonds het juiste gezichtspunt te vinden, van waaruit de ware gelijkenis kan worden getroffen en de volle beteekenis viel te lezen. Thans echter is het de tijd voor ons Roomsche volk om de herinnering den vrijen loop te laten en den grooten doode te bren gen de eerbiedige hulde die hem van allen gezamelijk toekomt als een onbetwistbaar recht. Geachte vergadering, ik heb aan den grooten Dr. Schaepman maar een persoon lijke herinnering. Toen ik nog student was te Warmond, 28 jaren geleden had ik eens ..ct voorrecht den Dokter op zijn studeer- krmer te bezoeken. Ik was in gezelschap van zi n toenmaligen collega prof. Hinsbergh. Nog zie ik in mijn herinnering hem zitten, den stoeren forschen man met zijn impo sant uiterlijk. Bij ons binnenkomen bladerde hij juist in het pas verschenen prachtwerk getiteld „Le vingtième siècle", een lijvig boekdeel in folio-formaat bevattende de portretten en daarbij het levensverhaal eer groote figuren uit de 20ste eeuw, 5det blij enthousiasme riep hij ons naast zich en toonde ons bewonderend de verschillende koppen en slechts met moeite kon hij be sluiten van zijn boek te scheiden om te ver nemen het minder gewichtige, wat wij hem te vertellen hadden. Welnu, vanavond gaat in zijn gedac-ten dat geschiedboek der 20ste eeuw weer voor ons open, en 't is niemand minder dan Pater Molkenboer die ons in dankbare vereering zal wijzen op een der meeste imposante fi guren der 20ste eeuw, Dr. Schaepman zelf hij die onder de groote mannen van zijn tijd voorzeker een der eerste plaatsen verdiend heeft. Pater, uit naam van ons Kath. Haarlem Zeg ik u voor 't geen gij zeggen gaat gaarne onze onverdeelde aandacht toe. Stellig ben ik overtuigd, dat uwe rede niet alleen, de geestdrift zal doen groeien in uw hart, maar bovenal zal uw woord ons bewegen om allen naar vermogen daadwerkelijk en edelmoedig bij te dragen tot stichting van het zoogen. Schaepmanfonds, opdat het te stichten ge- denkteeken in lengte van dagen getuigen moge allereerst van het levenswerk van dezen grootste onder de grooten, maar bo vendien van de dankbaarheid dergenen, wien hij den weg gebaand heeft naar de zoo veel gunstiger omstandigheden waaronder thans de Roomsche overtuiging mag worden uitgeleefd. Voor 25 jaren, verre van het hem zoo dierbaar vaderland maar voor den Roomschen strijder toch niet in den vreem de, is de wapenspreuk van Schaepman zijn Credo Pugno" ik geloof en moedig strijd ik voor dat geloof" op zijn stervende lippen verstomd. In dat zelfde jaar 1903 gaf Gods goedheid aan dit Haarlemsch Bisdom toen een nieu wen Kerkvorst, Mgr. Callier, die den ouden leus van onverschrokken strijdensmoed voor het H. Geloof, opnieuw voor ons Zijne kitr- deren in Christus deed weerklinken. „In fide nihil haesitam"„Mijn geloof weet van geen vrees of aarzelen" schreef de op volger van Mgr. Botfemanne nu 25 jaren terug in zijn bisschoppelijk wapen en heeft sinds dien in woord en werken ons geleerd moedig vol te houden in den strijd voor God en Zijne rechten. Welnu, mijne heeren en dames, in het bange vooruitzicht dat ook de stem van dezen grooten leider en zorgvollen vader straks in den slaap des doods voor immer zwijgen Zal, ik zeg in zulk bang vooruitzicht willen wij hedenavond ons zelve aanzetten tot nieuwen strijdensmoed. Dan zal en met dezen wensch moge ik besluiten dan zal het verslag van dezen avond en> van de actie hier thans voor Haarlem begonnen, nog zijn een zoete troost voor onzen zwaarbeproef de n Bisschop op Zijn lijdenssponde. En laat mij dan u vragen met mij te bidden een Onze Vader en Weesgegroet, opdat God deze wensch vervullen en tevens onzen doodelijk zieken Bisschop sterke in zijn laatsten en dus moeilijken strijd. Gezamenlijk werd dan een gebed gestort voor Mgr. Dan zong de heer Joh. Nelissen, bariton, „Pauslied" van dr. Schaepman, dat daverend applaus ontlokte. Rede pater Molkenboer. Nu was het woord aan den Zeereerw. pater Molkenboer O.P., die de Dr. Schaepman- rede zou houden. Deze wees er op, dat bij deze herdenking allereerst de gedachten terug gaan naar de angstige, spannende dagen van 1903, toen de onrustbarende berichten binnenkwamen uit Rome over den man, dien God had ge geven voor de bevrijding, de uiteindelijke emancipatie van katholiek Nederland. Met kansberekeningen hield men zich be zig, of de 59-jarige alsnog te redden was. Maar de Goddelijke Voorzienigheid vond, dat Schaepman genoeg gearbeid had en 21 Januari 1903 was katholiek Nederland in rouw gedompeld. Schaepman was gestor ven! En wij voelden, dat het het telegram van dr. Kuijper „Quis non fleret „wie zou niet weenen?" de vertolking was van onze gevoelens. De kroon was ons van het hoofd gevallen bij den doo<4 v3n dien held, van dien Macchabeëer, die streed voor vrijmaking. En onze gedachten gingen ultra montes, over de bergen, naar die herculische figuur, liggend op de doodsbaar, in het paars ge dost met den doctorstabberd, maar verdee moedigd in het bruine kleed van St. Fran- ciscus, den rozenkrans in de dorre vingeren. En hij werd met vorstelijke praal uitgedragen naar het kleine kerkhof, nabij de rustplaats der martelaren, waarboven, staat: „Teutones in pace," „Germanen (Nederlanders) In vrede." En met heimwee denken wij nu aan dat graf van Schaepman. Met zekerheid weten wij nu, dat dat graf niet de minst heilige plaats in de Eeuwige Stad voor ons is. Het graf van Schaepman is een magneet voor ons geworden en, naar 't graf van St. Pieter te zijn gegaan en na te hebben ont vangen den zegen van den H. Vader, gaan wij naar het graf van Herman Schaepman. Dan hebben wij gevoelens van smart, maar ook van dankbaarheid, omdat God ons zoo'n man gegeven heeft. Op dat graf staan zijn titels, niet zijn karakter, maar dat laatste voelen. Wij weten, wat wij aan hem verlo ren, wij weten, wat wij nog aan hem bezitten. En wanneer wij nu de figuur van Schaep man gaan ontleden, worden wij overrompeld door de veelzijdigheid van dien priester, staatsman, dichter, redenaar en zooveel meer. Er is een overvloed van buitengewone gaven. God heeft als het ware den hoorn van Zijn overvloed uitgestort in de ziel, van dien Tub- bergschen jongen. Maar als spr. Schaepman's psych wil door gronden, moet het eerste en het laatste woord zijn: „Credo". Hij was een held in het Ge loof. Daarom staat op zijn graf: „Credo Pugno", ik geloof, dus ik strijd." Schaepman is volkomen de man in de wa daarom u op 't éérste woord aan uw over ste onderwerpen, want de vijand van buiten wordt vlugger overwonnen, wanneer 't van binnen bij den mensch niet overhoop ligt. Leer gehoorzamen, stof; leer u vernederen, aarde en leem, en onder aller voeten te bui gen. Ik ben de nederigste en geringste van allen geworden, opdat gij uw hoogmoed door Mijn ootmoed mocht overwinnen." En dan luisterden de kameraadjes, als Max zoo aan 't praten wasz'n geluid deed prettig aaner lag warmte in En ze werden stilzeiden niets terug, ook omdat ze wisten, dat Max nog lang niet klaar was En zoo kreeg ieder 'n wenk of raad voor elk soort ongerechtigheidje wist Max 'n paar zinnetjes uit „De Navolging" op te pikkenen 't verbaasde hen telkens op nieuw, dat ie gevalletjes van al maanden geleden er bij haalde, die door de anderen reeds lang waren vergeten. Op zoo'n „stille dag" van Max werd dat allemaal verwerkt.... elk kreeg z'n portie of had zich minstens er iets van aan te trekken Wat ze zich van anderen niet lieten zeg gen," dat namen ze aan van Maxvaak zonder eenige tegenspraak. De volwassenen dachten verschillend over hem. De een noemde Max 'n „eigenwijs stuk eten"de ander 'n „rare snijboon", de derde zei weer, dat het 'n „echte aansteller" wasmaar ook waren er veel, die 't heel anders opnamen...... en d'r om durfden wed den, dat ie priester zou worden. Max was eenigst kind. Z'n moeder liet hem stilletjes begaan noemde hem „de kleine filosoof"bad voor z'n levensstaatmaar wilde hem niets opdringen, geen enkele richting aangeven zelfsde jongen was verstandig en braaf't zou allemaal wel komen, zooals de Voorzienigheid 't verlangde. De vader keek soms bezorgd en deed ver strooid als Max aan 't lezen en snuffelen was in z'n „Thomas a Kempis", of in 't leven van St. Franciscus of dat van 'n an dere groote heilige. Die vader had 'n ongeneeslijke hartkwaal en peinsde soms bang over de toekomst. En die vader beefdetoen Max 't hem zei Ja, 'n eigenaardige knaap 'n Andere jongen zou er 't allereerst mee naar z'n moeder gaanmaar Max kwam er mee bij vaderWas het 'n voorgevoel? 'li Verklaarbare daad van voorzichtigheid? En die vader beefdevoelde naar z'n hartmoest 'n heele poos wachten op rustiger ademhaling „Zoo, jongen" poogde hü toen kalm te zeggen „wil je priester worden? Zou je denken, dat dit werkelijk je roeping is „Ja, vaderdat denk ikVroeger heb 'k wel es gedacht aan onderwijzer maar priesterdat vind 'k toch 't aller mooisteen 'k zou dolgraag willen, dat uen moederwordt u weer niet goed, vaderweer hartkloppingen?" „t Gaat al weer over, ventJa daar moet 'k met jou over praten..™ nu, was in de zaal van het gebouw Het Blauwe Kruis aan de Oude Groenmarkt welwillend een radio-ontvangstinstallatie opgesteld om de uitvoering, die via Huizen werd uitge zonden, op te vangen. Vele leden van de afd. Haarlem en omstreken van genoemden bond waren in bovengenoemd gebouw bij eengekomen, om in aandachtige stilte te luisteren naar het keurig uitgevoerde pro gramma, dat ten gehoore werd gebracht en voortreffelijk overkwam. Tot het welslagen van dezen avond ver leenden medewerking mej. Sophie Bijleveld (piano), P. C. Brederode (bariton). W. Brederode (viool) allen uit Den Haag. Het uitgezonden programma vermeldde o.m. ge wijde muziek (J. S. Bach en J. Brahms). Populaire muziek (F. Mendelssohn e. a.) en eenige zangnummers, waaronder Dank gebed, (Valerius-Röntgen). Het Geuzenven del, (Fl. v. Duyx)Tot herdenken (A. Spoel). Gelukkig Vaderland (Valerius). Vis- schersliedeke (J. Block). De heeren D. Reeder, bondsvoorzitter te Rotterdam, hield een rede over „Iets over het Ned. Politiewezen en de positie van den Bond van christelijke Politie-ambtenaren, terwijl de heer W. de Jong een rede uitsprak over het onderwerp: De taak van den Bond van Politie-beambten heden en in de toe komst. De Nachtelijke Veldslag, kluchtige fantasie door Wii van Willigevoorjaarsuit voering R. K. Kring. Voor een tjokvolle zaal voerde de R. K. Kring Vrijdagavond in den Stadsschouwburg „De Nachtelijke Veldslag" op, 'n geesteskind van een der meespelenden. Deze jonge auteur, die voor ons een onbe kende is, kan ons meer bekoren als acteur dan als auteur. De schrijver heeft het blijkbaar wenschelijk geacht eenige toelichting te geven bij dit vreemdsoortige product, dat hij wenscht be schouwd te zien als een droom-fantasie-sen- satie. Uit zijn voorwoord, in het programma opgenomen, dat snorkt van rhetoriek, blijkt verder, wat de heer van Willige met dezeonge- wone woordkoppeling bedoelt. Voor ons is 't voornaamste daarin, dat „de Nachtelijke Veldslag" de benauwde droom s van een oud-kolonel, die in zijn goede jaren de betere zijn al lang voorbij boksles neemt, om zijn levensduur te rekken. De inspanning bij deze sport vergt van den ouden man te veel, hij valt in slaap. In zijn droom ziet hij allerlei waanvoorstellingen. In den overgang van droom tot werkelijk heid heeft de auteur zich wat al te gemakke lijk van zijn taak afgemaakgt. Daar immers ligt de kern van de heele klucht. Het valt xntusschen niet te ontkennen, dat er verschillende goede gedeelten in dit stuk zijn aan te wijzen aardige vondsten, geestige zetten. En verder dient erkend, dat de ver tooning in menig opzicht geslaagd is. De hoofdrol, die van den oud-kolonel en de rol van Areho, zijn bibliothecaris, waren in handen van de gebroeders Vintgens, respectie velijk Jan en Wim, die goed samenspel gaven. Baron v. d. Stadt (P. Borghouts) was beter geweest, als hij aardiger had gelachen. Zijn lach leek sterk op gehinnik. De schrijver zelf had de rol van luitenant Bravour gekozen, d e met bravour gespeeld werd, in beschaafden toon. Vagebond Jansen (Theo v. d. Veer) was goed, hoewel ook bij hem de kunstmatige lach te wenschen overliet. Tony v. Tetering speelde voor neef Bastiaan, een rol, die door z'n buitenissigheid wel een kolfje naar de hand was van dezen jongen man die meer wilde geven dan verlangd werd. Van neef Anton, den anderen neef, maakte Piet Dieben een kluchtige charge. Molenslag, de boksleeraar, verdween ge lukkig spoedig van het tooneel. De heer Th. Hooy, de wakkere voorzitter, hield vóór de opvoering een keurige speech, en uit zijn handen ontving de auteur tevens regisseur bij het einde een krans. De pauze werd benut voor den verkoop van Schaepman-medailles. De buitenlandsche deelnemers in Haarlem en omgeving. Bij de a.s. te Amsterdam te houden IXe Olympiade zullen verschillende deelnemers uit het buitenland gedurende dien tijd te Haarlem of omgeving wonen. Uit Argentinië zullen ca. 30 voetballers wonen in Bloemendaal, de overige 70 deel nemers in Hotel d'Orange te Zandvoort. Uit Duitschland zullen 228 deelnemers te Zandvoort wonen, grootendeels ln het Grand-Hotel en in Hotel d'Orange en ook enkelen in Hotel Dyers en Hotel Suisse. De belangstelling uit Duitschland is zeer groot. Er zjjn extra-treinen ingelegd voor de be zoekers, die al 20.000 kaarten bestelden tot dusverre. De meeste belangstelling is er voor de athletiek. Het costuum der Duitschers bestaat uit witte broek, wit hemd met breede roode streep over de borst. In deze streep de Duit- sche adelaar. Op den dag der openingsplechtigheid in 't stadion zullen de Duitschers hun intocht houden in blauw jacquet met witte broek. Uit Oostenrijk zullen 65 deelnemers ko men, waarvan een gedeelte in Pension Wel gelegen te Zandvoort zal wonen. Uit Zwitserland ca. 200 deelnemers, waar- Arme, te bezorgde vaderwaarom deed je dat? Waarom gaf Je die wending, die gevaar lijke wending aan dat Jonge leven? onder 26 Hoskeyers. De hockeyen wS l Duin en Daal, BloemendaaL Uit Tsjecho-SlowakiJe circa 80 deetoen*» voor athletiek, gymnastiek, schermen, zweofr* men en ruitersport. Deze zullen wonen Hotel Belvédère te Zandvoort. Uit Uruguay circa 30 personen. Deze zijn. eenige dagen geleden met de Lubec te Havre aangekomen voor de voetbalwedstrijden. Ook zal Uruguay deelnemen aan schermen en boksen en mogelijk nog enkele sporten. De voetballers zullen wonen in Hotel Velserbeet te Velsen. Ten vervolge op vorige berichten kan mt nog worden vermeld, dat behalve de middag»- en avondfeesten, thans ook eene electrisch gedreven caroussel op het Teijlerplein aan wezig zal zijn, benevens wellicht, nog eenige attracties. De optocht met het vaandel, en opgeluis terd door de medewerking van de welbe kende Haarlemsche Politie-Muziekvereeni- ging, vertrekt te half 2 van het Teijlerplein langs NagtzaamstraatPotgieterstraat f HazebroekstraatHofdijkpleinHofdijk straat PotgieterstraatAdr. Loosjesstraat f Da CostastraatNagtzaamstraatNagt- zaamplein KruistochtstraatEmostraat DamiatestraatKrüistochtstraatGraaf van WiedstraatVan KeulenstraatZomer straat VijfhuizerstraatZomervaartSchalk wijkerstraatHeerensingelAmsterdam straat NagtzaamstraatZuidpolderstraat RomolenstraatVooruitgangstraatTeijler- straatBerensteinstraatNagtzaamplein Nachtzaamstraat en Teijlerplein. Aldaar wordt de optocht ontbonden. Te ongeveer 5 uur n.m. is er opnieuw op stellen van den optocht en vertrek van het Teijlerplein, dan nog mede opgeluisterd door de Eerste Haarlemsche Orkestleve ring, directeur J. C. J. de Jong, langs Dyse- rinckstraatAmsterdamstraatAmster- damsche PoortSpaarnwouderstraatWijde- steeg Spaarne (stille zijde)Melkbrug t Spaarne Ged. Oude GrachtGroote Hout straat Groote Markt en Smedestraat. In het Bavogebouw wordt de optocht ont bonden en verder zal de Kindervriend Wil liam van Amsterdam, een programma af werken. In de pauzes worden versnaperingen uit gereikt. jl' B. en W. vragen machtiging, voor de ge meente aan te koopen voor den prijs van f 2.300 de perceelen Rijksstraatweg 346, 348 en 350. B. en W. vragen machtiging aan H. H. J. Heule Jr. tegen een jaar lij kschen erfpachta- canon van f 0,77 per M2 in erfpacht uit te geven 555 M2 grond, gelegen aan de Zonne* bloemstraat. B. en W. bieden ter goedkeuring aan de balans met verlies- en winstrekening over 1927 betreffende 68 woningen der Coöp. Woningbouwvereeniging „Volkshuisves ting". Voor de benoeming van onderwijzer san school 4 is de volgende voordracht opgemaakt 1. J. A. v. d. Schaaf, Haarlem 2. J. Y. Ber ger, Wildervank 3. R. Fabriek, Heemsrede. B. en W. vragen machtiging, om aan de be sturen der daarvoor in aanmerking komende bijzondere scholen voor L.O. op de jaarlijk- sche vergoeding, ingevolge art. 100 der L.O. wet 1920 eventueel verschuldigd, een voor schot toe te kennen onder nadere voorwaar den. Voor den inhoud van deze rubriek stelt 0* Redactie zich niet aansprakelijk Het Comité voor de Emmabloem-collecte betuigt haar oprechte dankbaarheid voor den grooten steun zoo spontaan van alle zijden ontvangen bij de gehouden collecte. Dit is wel de reden waardoor zoo'n schitterend resul taat is bereikt. Door de inwoners van Haar lem en Bloemendaal is wederom een prachtig bewijs geleverd van hun offervaardigheid, wanneer het geldt nooden te lenigen en een mooi bewijs van sympathie voor ons streven. Zelfs na den bloemendag ontvangen wij nog bewijzen van belangstelling voor dezen dag en wel in het bijzonder van de bekende Tooneelvereeniging H. Tdie wil trachten ons te brengen tot ons ideaal, n J. f 10.000 als opbrengst der collecte. Maandag 30 April zei door deze vereeniging worden opgevoerd „Millionnair tegen wil en dank", in den Jans-Schouwburg. Het batig saldo komt ten voordeele van de Emma bloem-collecte en, waar dien avond toch met millioenen gegooid wordt, zal de opbrengst zeker belangrijk "zijn. Wier hieraan wil mede werken, verzuime niet zoo spoedig mofelijk kaarten te nemen het wordt niet alleen een avond van weldadigheid, maar tevens een avond van goede tooneelspelkunst en gezonde humor. U, geachte redactie, onze groote erkente lijkheid voor de bijzondere welwillendheid waarmede u ons steeds ter zijde staat. Namens het Emmabloemendag-Camfté Hoogachtend, ui--;, Uw. dienstw. v G. v. WAARD, Seer. Het verschil 'n Bijzonder ventje was Max. De schooljongens noemden hem Thomas Kempis Maar ze gebruikten deze uitdrukking niet bij wijze van scheldnaamwant Max was 'n goed vriendje voor allen en maakte nooit onderscheid. 'n Jongen op klompen was evengoed z'n kameraad als een, die in 'n heerenhuis woonde. En als een hunner zich soms die bijnaam ietl ontvallen in Max' tegenwoordigheid, dan zei direct 'n blosje van schaamte, dat 't liever niet gezegd wou zijn. Meestal deed Max aan alle spelletjes mee...... maar 'n enkele keer ook kon ie vreemd stil zijnzoo heelemaal met z'n eigen bezigen dan dacht géén der vriendjes er aan hem in 't spel mee te sleu renwant ze voelden in Max hun meer dereze hadden eerbied voor z'n gedach ten, die ze beschouwden als iets mooi- aparts En op zoo'n „stille" dag had Max bij 't uitgaan der school altijd 'n groepje jongens naast zich, ook wel 'n beetje, om te laten zien, dat ze hem begrepen. En dan begon hij, zonder "n zweem van vertoon of heilig-wilien-zijn, lesjesi uit t deelenkalmpjes, eenvoudig en met een stem, die altijd aangenaam bleef. „Zeg, Piet" ging hij dan vertrouwelijk naast de aangesprokene loopen „wat was jü nijdig, gisteren, toen meneer van Dalen je onder de Fransche les 'n uitbrander gafen je zat toch echt vervelend te doen't was heelemaal verdiend, j6." „Nou ja, die vent mot mijn ook altijd „Boehventwat 'n misselijk woord vin 'k dat tegenover 'n onderwijzerdaar meen je niks van, denk 'ken dat ie altijd jou moet hebben...... nou, da's geen complimentje voor je. PietStel je 's voor, dat jij als onderwijzer voor 'n klas van 'n kleine veertig staaten d'r is 'r één bij, die altijd maar net doet of 'r geen school en geen meester en geen les isen ge woon maling heeft aan standjeszou je op 't laatst óók niet driftig worden? 't Lijkt allemaal zoo gewoon voor onsmaar ik geloof, dat 't geen gemakkelijk baatnje is, om goed onderwijzer te zijndaar den ken we eigenlijk veel te weinig &n. Heb je nou al 'n Navolging gekocht?" „Hè? Ehjada's te zeggen: ik vraag er een voor m'n verjaardag d'andere week „Elk woord wat daar in staat is goud waardBekijk vooral es goed 't dertien de hoofdstuk, Piet. over de gehoorzaam heidWillen jullie d'r wat van hooren, voor zoover ik 't uit mijn hoofd weet?" „Ja ja, Max!" „Zoo iemand" staat er „zich niet gaarne en gewillig aan zijn overste ondér- werpt, is dat een teeken, dat zijn vleesch hem nog niet volkomen gehoorzaamt, maar dikwels achteruitslaat en tegenmort. Leer Ut dit groote oogenblikLuister, Max Ik word niet ouddat staat vast't is eenmaal zooen als 'k sterfover 'n jaar, over twee, drie jaardat weet God alleendanDenk es goed na, jon genIk heb 'n beste betrekkingmaar 't is geen Rijk of Gemeentemet mij zullen ook de inkomsten verdwijnenje kunt van 'n firma, waar Je nog geen tien jaar bent, niet verwachten, dat ze 'n weduwe levenslang zullen onderhoudenen als jij danJe begrijpt 't natuurlijk alwat zal er van moeder worden? Moet ze leven van de familievan de liefdadigheid? Dat is m'n angst, van jaren alJij leert^ prachtigje rapporten waren allemaal' even mooije kunt later 'n positie krij gen, die je in staat zal stellen voor moeder te zorgenda's óók 'n roepingMeer wil 'k niet zeggenmaak 't nu met je zelf uit, wat je moet doen Max zat als 'n beelden ook de vader verroerde niet Alsof ze bang waren te verschijnen, zoo schuchter en langzaam kwamen er twee, drie tranen uit de jongen z'n oogen krui penen bleven steken op de heete wan genlagen daar kleintjes te flikkeren als diamantjes Moeilijk zei Max: ,,'t Is goed, vaderlaat 't dan maar blijven zooals t is.™. Misschien moet 't wel zoo zijn Waarom heb je voor Onze-Lieve-Heer wil len denken? Wist je iets van de toekomst, die God in handen had? Je bent gestorven na enkele jarenen je hebt de veranderingde verschrikke lijke verandering niet meegemaakt Kleine, arme vaderwaarom liet Je *m niet gaan? Z'n ziel zou daar ginds zoo vei lig zijn geweesten z'n verstand zou daar in 't goede spoor zijn gebleven De Dood is goed voor je geweest, want die heeft gezorgd, dat je niet meer zag hoe je jongen zich verder ging verdiepen in de boekenhoe ie later die andere groote God die andere boeken ter hand nam..™ en toen Arme vaderwaar is die ziel van je? Och, neeje zult 'r wel niet erg voof gestraft zijnwant je was 'n klein mensch, zooals wil allemaalJe hebt t goed bedoeld..™ maar je dacht enkel aan 't materleeleje liep Hem voorbij, Die alléén 't weten kon. Achwaarom deed je dat toch? Nu is je jongen 'n Godloochenaar..™ en schrijft boeken, die moorden doenen die maken, dat je gqede vrouw niet meer onder de menschen durft verkeerenen als 'n schim van wat ze vroeger was door 't huis loopti En niet meer schreien kan...™^ H G. K.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 11