Maria-Stichting GEMEENTERAAD VAN HAARLEM De kwestie der openbare danshuizen in Haarlem Slechts een motie, het bestaande politietoezicht te handhaven, aangenomen. Over een voorstel, de dans vergunningen tot 12 uur te verleenen en de nachtver gunning aan „Modern" in te trekken, staken de stemmen Interpellatie over de corruptie bij ge meentebedrijven „Gevleugelde Vrienden" Heemstede Haarlemsche Postduivenhond De Paardesteeg en het gebouw van Vroom en Dreesman Nachtvergadering van Autobuschauffeurs Woniugbouwvereeuiginjt „Onze Woning" DE ACTIE IN HET LOOD- GIETERSBEDRIJF lederen m I d d a g van 2-3 uur Polikliniek ■-j 3"' (Vervolg). De heer BOES gelooft, dat de dancings té zwart zijn afgeschilderd. Er gebeurt niet zooveel ongerechtigds. In Haarlem althans is scherp toezicht. Ten opzichte van ver keerde uitwassen, aan de dancings verbon den, kunnen die maatregelen misschien verscherpt worden. Spr. bedoelt die gele genheden, waar mannen en vrouwen sa menkomen, om niet te dansen. In die ge vallen kan de politie misschien scherper optreden, omdat het dan geen plaatsen meer zijn, waarvoor vergunning is verleend. Verschillende uitwassen zouden, indien het mogelijk was, weggenomen moeten worden. Spr. gelooft, dat veel jongelui te veel de dancings bezoeken. Maar spr. meent, dat de overheid daar niet tegen kan op treden. Een minderheid der Federatie vraagt, de minderjarigen niet meer toe te laten in de dancings. Hebben wij daartoe echter wel het recht? Spr. meent van niet. Over het algemeen dansen jonge menschen, die over dag hun brood moeten verdienen. Als an deren van denzelfden leeftijd kunnen ten nissen, enz. en zich dus 's middags kunnen vermaken, dan is het toch niet te verwon deren, dat zij, die overdag moeten werken, zich 's avonds willen vermaken. Als ook zij zich 's middags kondne vermaken, zou het bezoek aan de dancings wel verminderen; daar is spr. van overtuigd. De motie-Castricum is wel mak, maar hij kan zich toch niet met alles, wat er in staat, vereenigen. Welke maatregelen vraagt men eigenlijk? Men vraagt misschien maatregelen, waar mede spr. zich niet kan vereenigen. Het sluitingsuur is' reeds op half 12 be paald. Eén inrichting mag eens per week tot 3 uur open blijven. Spr. gelooft, dat dat voor Haarlem toch wel geoorloofd is. Spr. kan er zich wel mee vereenigen, dat er een behoorlijke exploitatie moet zijn, maar dat weet men juist niet van te vo ren. De toestand groeit eerst langzamer hand. Spr. vraagt zich ook af of men het ver leenen van dansvergunnlngen moet verbin den met de vergunning voor het nuttigen van sterken drank. Hij gelooft niet, dat er veel gedronken wordt, maar zou, indien het practisch mogelijk was, zich wel met het laatst gevraagde in de motie kunnen ver eenigen. De heer VISSER is van oordeel, dat de Federatie de zaak zeer ernstig behandeld heeft, hetgeen voldoende uit het adres blijkt. Gevraagd wordt beteugeling der mis standen en regeling in goede banen. Spr. heeft indertijd een, voorstel inge diend, waarin sluiting om 12 uur gevraagd wordt. Hij acht het onbillijk, één inrich ting een privilege te geven. Het is een in richting, j waar slechts welgestelden kunnen komen. ;Laaf' men dan het privilege aan meer inrichtingen geven. Besluit men tot 12 uur-Sflujting, dan vervalt automatisch het privilege.' Men zegt, dat met de gevraagde maat regelen ni$e zou bereikt worden. Maar dan zou men den weg: gaan bewandelen van „laisser faii^,.Ji|isser aller." Op sociaal ge- biec, heeft tóen dien weè reeds lang ver laten, waaróm zou m n dit nu ook mot deen op zedelijk' gebied? Dit laatste acht spr. zelfs wel van even zooveel belang als het treilen van maatregelen op sociaal ge bied. In beginsel is mén het met elkaar eens, want enen willen wij onverzwakt handha ven de bestaande maatregelen. Maar men kan toch wel iets verder gaan. Het slui- ingsuur kan op 12 uur gesteld worden; men kan een verbod van verkoop van alcohol houdenden drank voor de dancings invoe ren. Is er s avonds geen andere ontspanning te zoeken dan danSen? Als er gedanst moet worden, moet dit oponschuldige wijze ge schieden. Tegen dansen als lichaamsoefe ning heeft spr. geen bezwaar. Dansen is ook een uiting van vreugde. Het gaat ech ter tegen de uitwassen en moderne dansen. Er zijn obscure dansen; de charleston bijv. Spr. heeft er niets van gezien Geroep: „Dan kunt u er ook niet over oordeelen." De heer VISSER: „Ik ben ingelicht door de adressen, wy zijn toch veelal ingelicht door papieren inlichtingen, o,m. by benoe mingen. De heer Boes onderzoekt ook niet alles persooniyk." Spr. wil zich gaarne aansluiten by de motie-Castricum, als daarmede hetzelfde doel bereikt wordt, als zyn vroeger inge diende voorstel beoogt. Spr. meent, dat verhooging van den en- treeprijs geen baat zal brengen. Er moet naar gestreefd worden, de jeugd wat beters te geven dan obscure dansgelegenheden. De heer KLEIN heeft een onderzoek naar de uitspattingen ynn het dansen inge steld. Hij heeft dat gedaan bij hen, die treurige gevolgen van dansen kunnen con- stateeren. Namen kan spr. niet noemen, omdat er misschien hee Ibekende persoon lijkheden bij betrokken zyn, die men dan niet eerbaar meer kan noemen. De heer Gerritsz sprak van aanranding der persooniyke vrijheid. Maar wat heeft men dan anders gedaan met de Leerplicht wet, de Bakkerswet, enz.? Als uitbundig ge danst wordt, verdwijnt de lust tot arbeid en neemt de arbeidsschuwheid toe. En de S. D. A. P. vraagt juist maatregelen tegen de ar beidsschuwheid. Spr. acht de motie-Castricum een serum tegen de dansgevaren en daarom moet zij z.i. aangenomen worden in het welbegrepen belang der maatschappy. De heer PEPER meent, dat de omvang van het dansen is een weerspiegeling der zeden van den tegenwoordige^ tijd; een verzinking der burgeriykè maatschappy. Men neemt zooveel mogeiyk waar men iets goeds meent te krygen en laat verder Gods water over Gods akker loopen. Zedeloosheid manifesteert zich overal, ook in het dansen. Spr. wijst op een artikel in de „Nieuwe Haarlemsche Courant" van 6 Maart. Maar hij meent, dat het in dat artikel genoem de geval over een meisje niets met de danskwestie te maken heeft. Spr. meent, dat geen enkel arbeidersbe lang met: het al of niet bestaan der dan cings gemoeid is. Als er een overheid was, die het algemeen belang verzorgde, zou zy verkeerde dancings kunnen sluiten. Maar spr. ontzegt dat recht aan een burgerlijke overheid, die steunt een bedorven, zedeloozé maatschappy. De winkelmeisjes, onze dochtfers, aldus spr., buit men uit, maar zy hebben het recht, zich te ontspannen, „wy," aldus spr... De heer KEESEN: „Wij?" motie meer instemming zou gehad hebben. Zij is misschien wat vaag, maar wat wil men meer? Men kan niet anders, dan den i burgemeester iets vragen; rekening moet gehouden worden met art. 188 der Gemeen tewet. Toch had spr. niet een verzet, ver wacht, als van de zyde van de heeren Ger ritsz en Boes gekomen is. De actie gaat niet tegen het dansen, doch tegen de uitwassen. Het gaat tegen datgene, dat gevaar oplevert voor de moraliteit van jeugdige personen. Waarom zou de overheid niet dergeiyke maatregelen mogen nemen, maar er wel mogen treffen op sociaal gebied? Er wordt gestreefd naar beteren woningbouw, ook een zedelijkheidsmaatregel. En hier zegt men, dat de overheid geen maatregelen mag tref fen tegen de dansgevaren. Geroep links; „Wie zegt, dat het niet mag?" De heer WOLZAK: „Als dat zoo is, kan men de motie aannemen. Wordt zy aange- men dan kan, de burgemeester zich aan de uitspraak van den raad houden en zoo goed als nooit nachtpermissie geven." Spr. zou gaarne den toegang tot de dancings aan minderjarigen verboden zien en vraagt, hoe de burgemeester daarover denkt. Men moet de zaak verder overlaten aan het beleid van den burgemeester. Zij is zeer ernstig en de burgemeester moet van zijn kant ook de zaak ernstig opnemen. De iieer GROENENDAAL gelooft, dat het adres voorbygepraat wordt. Het vraagt maatregelen tegen de uitwassen en verder moet men niet gaan, meent spr. De motie-Castricum kan spr. niet steu nen, omdat daarmede bona-fide vereenigin gen by het organiseeren van dansavonden in gevaar worden gebracht. Spr. meent, dat de ouders moeten zorgen dat hun kinderen de niet-goede inrichtingen niet bezoeken. De heer JOOSTEN meent, dat de over heid wel kan optreden tegen gevaren voor de jeugd. Men kan den burgemeester op dragen, bepaalde maatregelen uit te voe ren. Daarom kunnen de voorstanders van maatregelen wel wat meer vragen, dan in de motie staat. Door de actie;heeft men op Haarlem het stempel gedrukt, dat het er een zoodje is. zy roepen wel, dat de belastingen niet te hoog mogen zyn, omdat anders vestiging van nieuwe inwoners tegengehouden kan worden. Maar zij denken er niet aan, dat ouders zich nu gaan afvragen: „Is het' wel veilig in Haarlem voor mijn kinderen?" Ook kan het gevolg van de actie zijn, dat een deel der bevolking bepaalde inrich tingen schuwt en een ander deel er juist heen gaat. Was de gevoerde actie noodig? Spr. meent, dat niet gesproken kan worden van hiaten, geslagen in de rijen der jeugd door het bezoeken der dancings. Het in de „Nieuwe Haarlemsche Courant" van e Maart besproken geval besprekende, meent spr., dat men zyn dochters dan ook niet meer in dienst mpet doen en Bloem bollencultuur beter naar Lutjebroek had kunnen stoppen, in plaats van f 100.000 te geven, om haar hier te houden. Spr. ontkent dan ook, dat er gevaren voor de jeugd zyn. Hy zal de laatste zyn, te. ontkennen, dat er vrouwen van verdachte zeden in de dan cings komen. Maar zyn die vrouwen er eeist sedert de dancings? In, vroegere eeu wen en ook in de middeleeuwen was de zedelijke toestand niet in zyn geheel goed. Men wil de ongehuwde moeders voor een deel toeschrijven aan de dancings, maar hoe wil men dan vroeger gedanst hebben? Het aantal onwettige geboorten neemt af? De heer BIJVOET: „Waardoor?" De heer JOOSTEN onderschrijft, dat het aantal onwettige geboorten geen maatstaf is voor de al of niet onzedelykheid der maatschappy. Spr. meent, dat men verdere maatrege len blijft vragen, omdat men niet wil er kennen, dat men zich vergist heeft. Spr. citeert een artikel uit de „Nieuwe Haarlemsche Courant" van 14 April 1.1. Hij begrijpt, da# de katholieken uit respect voor hun zielzorgers geen genoegen kunnen nemen met hetgeen door den burgemeester toegezegd is. Maar spr. meent, dat de raad zich niet op dat standpunt moet stellen. Als er geen armoede meer is, zal er geen prostitutie meer zyn. Spr. wil wil niet be weren dat er dan ook geen onzedelykheid meer zijn zal. Spr. meent, dat de maatschappy niet laag neer moet zien op de zondaars; dan zou het heel wat beter zijn in de maatschappy. De heer BIJVOET: „Wat een nonsensl Schei toch uit!" De heer ADRIAN hoort en leest wel, dat de dancings zoo slecht zyn, maar hij hoort nooit feiten. Wie kwaad wil zoeken kan het altijd vinden. Zij doen het kwaad op plaatsen, waar minder toezicht is, dan in de dancings. De motie-Castricum besprekende, vraagt hij zich af, wat een openbare dancing is, De gevraagde eischen willen meer dan de uitwassen van het openbaar dansen te gengaan. Er zijn zooveel vwreenigingan, die een uitvoering geven voor leden, introducé,*, enz. Maar dan worden kaarten verkocht. En er is dan een openbare dansgelegen heid, welke om 12 uur gesloten moet wor den. Ook by het geven van introducties is er een openbare dancing. Bij het ver bod van verkoop van sterken drank zou daar een vader geen whisky-soda mogen drinken, omdat er een 19-jarige zoon of dochter in de zaal is Dat acht spr. de menschen te veel beknotten in hun vrij heid. De heer BIJVOET wyst er op, dat niet geageerd wordt tegen dansen of openbare dancings, maar tegen de excessen. Er is een merkwaardig feit. Er wordt geadresseerd door jeugdorganisaties en anderen, die het weten kunnen, die zeg gen, dat de toestand niet is, zooals hij zijn moet. Dat heeft spr. ook persoonlijk kunnen constateeren. En de burgemeester beweert dat de toestand wel goed is. Dat is een gevolg van het systeem van het ver leenen van dansvergunnlngen alleen aan dancings. Zoo'n vergunning heeft men nooit aan café's willen verleenen. Een hotel of café waar geen goede din gen gebeuren, wordt niet door fatsoenlij ke lieden bezocht. Dat is dus een prikkel om de dansgelegenheden goed te houden, anders komt men niet meer in het hotel, café of restaurant. In Amsterdam ggeft men slechts dansvergunningen aan te goeder naam en faam bekend staande in richtingen. Daar heerscht een andere at mosfeer in de dancings dan hier. Door het systeem van dansvergunningverleentog daar speculeert men tevens op de beurs der ondernemers. Is h»t in de motie ge vraagde zoo gevaariyk, dat het heele an- de heer Joosten dat anti-dricale arsenaal leeggehaald heeft. De moue is opgesteld in den vorm van een verzoek aan den burgemeester en spr. wist niet, dat hy den burgemeester uitleg moest geven van wat in de motie ge vraagd werd. Als men dat bedoelt, zal hij voortaan een memorie van toelichting ge ven. j Met dancing wordt bedoeld de drie ge legenheden in Haarlem Besloten dansclubs worden niet bedoeld. Uitvoeringen van clubs zijn nog geen openbare dancings, dus openbare danshuizen. Openbaar zit vast aan datgene, waar iedereen toegang heeft. Met opzet is gesproken van open bare dancings, dus danshuizen. Worden buiten de drie gelegenheden in Haarlem die avond aan avond open zyn, ook kaarten verkocht door vereenigingen, dan zouden zij ook in deze motie betrok ken moeten worden. Maar dat gebeurt ook nu reeds. Het is echter in het geheel niet de bedoeling, vereenigingen te beletten, lan ger te dansen dan tot 12 uur 's avonds. De heer ROODENBURG vraagt, welke houding de burgemeester zal aannemen, als door de politie iets verkeerds in een dansgelegenheid geconstateerd wordt, als zoo'n gelegenheid eigenlyk meer een ver keerd karakter krijgt. De heer MEIJERS meent dat het ont nemen der persoonlijke vrijheid Retor 1st moet worden aan het maatschappelijk nut en aan de doeltreffendheid der maatrege len en dat acht hii hier niet aanwezig De VOORZITTER merkt op, dat het adres der Jeugdfeöeratie afsnijding der uitwassen vroeg Hy meent, dat de politie niet verder moet optreden, dan zij nu reeds doet. Men moet zich wachten voor overdrijving. Niet gezegd kan worden, dat de toestand hier slechter is dan in an dere plaatsen. Als spr. blykt, dat er ongewenschte toe standen in een bepaalde inrichting be staan, wordt zij gesloten. Spr. komt nu tot de motie-Car,tricum. Men wil de dancings sluiten om 12 yur. Spr. sluit ze om half 12. Gaat de motie tegen „Modern"? Laat men dan een mo tie indienen, om de vergunning aan „Mo dern" in te trekken. Wat het tweede punt betreft, ook '*in Haarlem ziin de eigenaren bang dat er iets gebeurt, waardoo- de inrichting ge sloten kan worden. Als men doet, wat de motie vraagt, komen allerlei aanvragen en wordt het er druk mede. Dan wordt het aantal dansvergunningen uitgebreid. Geroep rechts: Heelemaal niet. Kan er dan niet een vergunning opgeheven worden?" De VOORZITTER- .Dan geven wy haar aan een te goeder naam en faam bekend staande inrichting. Ontstaat er dan geen .willekeur?" De heer WOLZAK" „Is er dan nu ook geen willekeur?" De VOORZITTER roeent, dat hem niet precies voorgeschreven moet worden, wat er gebeuren moet. Als de motie aangeno men wordt, wordt het aantal, dansver gunningen zeker uitgebreid. Laat men dus tevreden zijn met de toezegging van spr. De heer CASTRICUM wijst er nader on. dat de motie slechts vraagt, wat de geheele raad wil. Was alleen handhaving der be staande maatregelen gevraagd, dan zou daarmede te kennen gegeven zyn, dat men zich geheel kan vereenigen met den 9 be- staanden toestand. Wat het tweede deel der motie betreft, dit geldt voor de toekomst en sPr. meent, dat dit kan. Het treffen der maatregelen wordt aan den burgemeester overgelaten. De heer VISSER vraagt, of het lot over de motie ook beslist over zyn vroeger inge diend voorstel. De VOORZITTER antwoordt bevestigend. De discussies worden gesloten. De heeren Gerritsz, Joosten en Scholl stellen voor, de motie te bepalen tot heyon- verzwakt handhaven van maatregelen. Dit voorstel wordt aangenomen met 19 17 stemmen (links tegen rechts). De rest der motie-Castricum vervalt nu. Over 't voorstel-Visser, geen latere vergun ningen dan tot 12 uur 's avonds te verlee nen en de vergunning aan „Modern" in te trekken staken de stemmen. Met de recht- sche partijen stemde voor het voorstel de heer Peper. De burgemeester verlaat de vergadering Wethouder Heerkens Thyssen neemt de leiding der vergadering over. Het uitvoeren van schilderwerk. De heer PEPER heeft vragen gesteld over de uitvoering van schilderwerk aan de 203 woningen in de zgn. rivierbuurt in Haar lem-Noord. Wethouder REINALDA deelt mede, dat bij de betreffende woningen eenmaal minder wordt gegrond. Dat geschiedt by particu lieren woningbouw meer. Overigens is de kwaliteit van den arbeid juist. De waarde der huizen voor de verlee ning der hypotheek wordt eerst geschat, als de woningen geheel klaar zyn. De heer PEPER meent, dat dan niet de blijvende duurzaamheid der woningen kan geconstateerd worden. Voor het vastgestelde loon wilden de schilders het werk niet uit voeren. Hy constateert, dat men het parti culier initiatief gelegenheid wil geven tot bouwen, maar het blijkt wel, dat men dan zoo min mogelijk werk voor zooveel mogelyk geld wil geven. De interpellatie wordt gesloten. Aanschaffing verplaasbare muziektent. B. en W. vragen een crediet van 4.350 aan voor de aanschaffing van een gemak kelijk verplaasbare muziektent en voor het maken van een bergplaats daarvoor op het gemeente-erf aan den Harmenjansweg. De heer KEESEN zou willen, dat dezen zomer de nieuwe regeling al getroffen zou worden en ook zangvereenigingen van de tent gebruik kunnen maken. De VOORZITTER antwoordt, dat het eerste de bedoeling is, als het kan. Het tweede zal overwogen worden. Het crediet wordt verleend. De heer visser is het met den heer Peper eens, dat B. en W. in gebreke geble ven zyn met de uitvoering van woning bouwplannen. De heer MEIJERS merkt op, dat er be zwaren verbonden zyn aan een verhuizing thans en daarom kan hy zich met het voor stel van B. en W. vereenigen. Wethouder REINALDA deelt mede, dat nu het rapport van de woning- en gezins telling verschenen is, B. en W. met voor stellen zullen komen, welke uit dat rapport voortvloeien. Spr. wyst er op, dat de laatste jaren reeds veel gedaan is in zake de opruiming van krot- en noodwoningen. I Hedenmorgen zijn enkele beslissingen af gekomen van Ged. Staten in zake het be roep, ingesteld door eigenaars van onbev- woonbaar verklaarde woningen tegen het besluit van den raad. Zoolang die beslissing niet afgekomen was, konden B. en W. niets doen. In enkele gevallen zyn B. en W. in het gelijk gesteld, in andere de eigenaars. Spr. kent gevallen, dat er bewoners van krotwóningen zyn, wier gezinsinkomen groot genoeg is, om meer te verwonen. De heer GERRITSZ deelt mede, dat de S. D. A. P. thans voor zal stellen, maar hoopt, dat een dergelyk voorstel niet meer aan de orde komt. Gehoopt wordt, dat re kening gehouden wordt met wat aan de overzyde opgemerkt is. Wethouder REINALDA kan de toezeg ging, dat dit voorstel het laatste is in dien geest, niet doen, omdat hy daaromtrent geen zekerheid kan geven. Geleidelijk zal datgene gedaan worden, wat volgens het rapport in zake de woning- en gezinstel ling moet geschieden. De heeren PEPER en VISSER wijzen er op, dat door den wethouder toegezegd is, dat hy goedkoope woningen zou laten bouwen, maar dat hy daaraan niet voldaan heeft. Wethouder REINALDA ontkent, dat hy een belofte niet nagekomen zou zyn. Het voorstel van B. en W. wordt aange nomen. De heer Pepe,r verklaart er zich tegen. Aankoop perceel. i B. en W. stellen voor, voor 35.000 aan te koopen perceel Kruisweg 26, hoek Rozen straat. Aldus besloten'. Onbewoonbare woningen. verklaarde De heer PEPER: voelen er dan ook ti-clericale arsenaal, dat oud-roest, naar niets voor, de ingediende motie te steunen." voren gehaald moet worden? Spr. verstand De heer WOLZAK had verwacht, dat de staat er bij stil, dat by deze tamme motie B. en W. stellen voor, den termyn, binnen welken een aantal onbewoonbaar verklaarde woningen aan Bannesteeg, Koudènhorn, 't Krom, Ravesteeg, Valkesteeg en Vrouwe- steeg ontruimd moeten zijn, te verlengen .met 6 maanden. De heer PEPER is van oordeel, dat de mensfchen wel woningen hadden kunnen i vinden, als men slechts de huren van an dere woningen had verlaagd. Hy vraagt, hoe het staat met den bouw van woningen van een wekelijkschen huurprys van f 4. De heer KEESEN vindt' het ook niet pret tig, dat de termijn verlengd moet worden, maar hy is er van overtuigd, dat, als er wo ningen beschikbaar waren, zeker de termyn niet verlengd zou worden en men vooral de gezinnen met kinderen zou laten verhui zen. In hoofdzaak betreffen de woningen, die van ouden van dagen, die er zelfs gaarne blijven wonen. De heer VAN LXEMT onderschrütt dit ten volle. Onderbrenging transfonna- torenstation. Oorspronkeiyk bestond de bedoeling, op de Botermarkt een transformatorenstation te bouwen. Door de groote afmetingen daar van zou het geheele marktplein dan afge sloten worden. B. en W. stellen nu voor, om niet tot den bouw over te gaan, maar ten behoeve van het gemeente-electriciteitsbedryf voor 6000 aan te koopen perceel Botermarkt 4, waarin het transformatorenstation ondergebracht kan worden. Het crediet wordt B. en W. verleend. Overplaatsing onderwijzer. B. en W. stellen voor, den heer G. C. v. d. Haar over te plaatsen van school 5 naar school 17. Aldus besloten. De autobusdiensten. Wethouder REINALDA deelt mede, dat na vergadering met de Tramcommissie een brief is geschreven. Redeiykerwyze kan het antwoord dusdanig verwacht worden, dat de autobuskwestie in de volgende vergade ring behandeld kan worden. Het ongeval aan school 13. Wethouder BRUCH deelt mede, dat thans positief gebleken is, dat er geen oorzakelijk verband bestaat tusschen het overlyden van een onderwyzeres en het uit de hengsels vallen van een deur aan school 13 in de Haarlemmerliedestraat. Er was slechts een jongen van 7 jaar als getuige by en daarom kan de van buiten af komende oorzaak niet juist vastgesteld worden. Het is mogelijk, dat een windvlaag de deur uit de hengsels geslagen heeft; niet is uit te maken, of bal dadigheid soms oorzaak is. De ketting van de deur is stuk geslagen. Uit de mondelinge verhooren is geen re sultaat te verkrijgen, hoe dikwyis over de deur is geklaagd. Nimmer is een schriftelijke klacht bij Openbare Werken ingediend. 9 September 1927 en later nog eens is over het slot geklaagd en beide keeren is het her steld. Er is geen sprake van verzuim bij Openbare Werken. De scharnieren waren wel versleten, maar naar het oordeel van den betrokken directeur en ambtenaren en van een derde waren zy voor normale eventualiteiten ge schikt. Opdracht is gegeven, alle deuren na té kyken, welke niet geheel naar buiten kun nen openslaan. De corruptie De heer KLEIN stelt vragen omtrent de circulaire, welke aan de ambtenaren gezon den is in zake het plegen van corruptie. Hy vraagt, of die circulaire aan alle ambte naren gericht is en of allen haar geteekend hebben. Zoo niet, wat denken B. en W. dan tegenover weigerachtige ambtenaren te doen? De heer OVERSTEEGEN vraagt, of de be zoldigde ambtenaar van den burgerlijken stand fooien mag aannemen. De heer PEPER merkt op, dat eerst door B. en W. verklaard, is, dat hier geen corrup tie gepleegd was, terwijl daarna toch de circulaire rondgezonden is. Wethouder SLINGENBERG antwoordt op dit laatste, dat in die beide gevallen geen tegenspraak ligt. Naar de meening van B. en W. is geen corruptie gepleegd, al zijn door twee ambtenaren fooien aangenomen. Onder corruptie verstond men het aan nemen van percentages van aan de ge meente geleverde goederen door gemeente ambtenaren. Wel hebben twee ambtenaren nu en dan geschenken in geldsbedrag ontvangen. Dat stond los van leveringen en had daarop ook geen invloed. De circulaireis uitgereikt aan alle ambte naren, die naar het oordeel van B. en W. in aanmerking konden komen, om verkeerde handelingen te plegen. De politie hééft geen circulaire gekregen, omdat de burgemeester zich op het stand punt stelde, dat diegenen, die een misdrijf moeten opsporen, zich niet aan misdryf schuldig maken. Met dat standpunt hebben de wethouders zich vereenigd. Toen de corruptie zoo'n grooten omvang nam en er zelfs een justitiéel onderzoek in gesteld werd, waarby ook de namen van de twee Haarlemsche ambtenaren genoemd wer den, meenden B. en W., dat ook in Haar- j lem de zaak nader onderzocht moest worden. De bedoeling van de circulaire was een humane, ni. om de eventueele schuldigen I in de gelegenheid te stellen, him fout te bekennen en alzoo een clemente behande ling te verkrygen. Niet allen hebben de circulaire geteekend. B. en W. zullen op hen geen verdere pressie uitoefenen. Mocht later biyken, dat iemand, die de circulaire niet geteekend heeft, toch schuldig is, dan zal hem de volle straf tref fen. De bezoldigde ambtenaar van den burger- lyken stand valt niet onder het ambtenaren reglement. Zou hy fooien aannemen, dan acht spr. dit echter een. ernstige fout en noemt hy dit een onjuiste uitoefening van het ambt. De heer KLEIN acht het niet juist, dat een bepaalde groep ambtenaren niet de cir culaire toegezonden is, omdat zich daarbij juist een betreffend geval heeft voorgedaan. Spr. is echter dankbaar voor de verstrekte 1 'nlichtineren. vracnigemers De heer SCHOLL had vragen gericht aan B. en W. omtrent de plaatsing van wacht gelders bij het onderwys. Wethouder BRUCH deelt mede, dat hy niet-benoeming van een niet-wachtgelder de rijks vergoeding gederfd wordt. Dat geldt niet voor de niet-verplichte vacatures. Spr. geeft een verdere uiteenzetting en wyst er op, dat B. en W. er tegen zullen waken, dat de school slechter wordt door het aanstellen van wachtgelders. Commissie voor de havenplannen De heer VAN LIEMT vraagt, wanneer de benoeming der havencommissie is te ver wachten. Wethouder REINALDA antwoordt, dat B. en W. het verslag van het gesprokene in den raad afwachten, om te weten, of B. en W. dan wel de raad die commissie benoemt. Zyn het B. en W., dan volgt die benoeming onmiddellijk. De vergadering wordt dan gesloten. Mededeelingen A. ingekomen is; een verzoekschrift van J. H. Sauveur om .ervol ontslag met ingang van 1 September 1928 als leeraar aan het Gemeentelijk jyceum; b. Gesteld worden in handen van Bur gmeester en Wethouders om prae-advies: een verzoekschrift van de Haarlemsche Reddingsbrigade voor Drenkelingen om be schikbaarstelling van een medaille voor den ;er gelegenheid van haar 15-jarig bestaan te houden nationalen wedstryd; een adres van B. C. R. Sluyters, hande- ende onder de firma Vernhout en van Jluijters, waarin hij in beroep komt tegen het besluit van Burgemeester en Wethou ders, waarby hem vergunning is geweigerd "ot verbouwing van de pèrceélen Zakstraat *a, 4b en 4c.; een verzoekschrift van R. Byker om de huur van den grond vóór perceel Schoter- weg 133, verhuurd aan J. R. Deckers, op rijn naam over te schryven; een verzoekschrift van D. Anderson om en perceel grond aan de Kempstraat in oop te ontvangen; een verzoekschrift van D. A. Appelboom om een perceel grond aan de Brakenburgh- otraat in koop te ontvangen; c. Gesteld wordt in handen van Burge- neester en Wethouders ter afdoening: een verzoekschrift van G. J. A. van Zalen CJzn. om wederom verlichting te doen aan brengen op de Amsterdamschevaart naby de Vaartsfcraat. Zondag werd deelgenomen aan den wed vlucht van Hal, België, afstand 185 K.M. In concours vlogen hiervoor 77 duiven. Om 8.30 v.m. losgelaten, arriveerde de eerste duif om 12 uur 3 min, 8 sec. en de laatste prijswinnaars om 12 uur 58 min. 40 seconden. De prijzen werden als volgt gewonnen: 1. H. Leuven. 2. A. Verdonschot Jr. 3. H. Vellinga 4. N. A. Evelcces. 5. J. G. v. d. Meer. 6, 7, 9, 10 A. van Zadel. 8. W. Eekhof. 11. A. Voordenhake; 12. W. v. Huis. 13. H. Wit te veen. 14. T. J. Deurzen. Kropprijzen werden gewonnen door de nummers 1, 2, 3, 4, 5, 6 en 8. Bovengenoemde Bond hield Zondag 6 Mei een wedvlucht vanaf Lier, afstand 138 K.M., waaraan door de aangesloten vereenigingen werden deelgenomen met 160 duiven: welke om 8 uur werden in vrijheid gesteld, van 321 prijzen werden de eerste 100 als volgt be haald: A. Dorsman, le, 56e; Jan Lasschuit 2e, 93e; J. Heesemans 3e; P. A. Bosse 4e, 73e; H. Heesemans 5e; H. Holsken 6e, 67e; J. Verwer 7e; C, Kortekaas 8e, 10e; M. Grif fioen 9e, 17e, 90e; P. Koning 11e, 21e, 96e; T. Veen 12e; J. Klumper 13e, 25e, 33e; B. Gort 15e; J. Dorsman 14e, 99e; J. J. Hart 16e 76e; P. Rosemeyer 18e; W Petrie 19e; M. Mes 20e; J. H. Wilten 22e,. 48e; H. J. v. d. Kort 23e; J. J. D. Doeglas 24e; H. J. Haver 26e; P. v. Daalen 27e, 35e, 52e, 70e; H. D. Roosdorp 28e P. v. d. Veen 29e, 37e; F. Bra- kel 30e; H. v. Es 31e; T. Cornet 32e; D. Radsma 34e; H. Dingerdis 36e, 71e; H. Keer- wolf 38e; P. Kok 39e; T. Mens 40e; H. van Oldenmark 41e; B. C. v. d. Meer 42e; A. Schuiten 43e; W. Eekhof 44e; L. v. Bragt 45e, 87e; W. Klumper 46e; H. Fikkert Jr. 47e, 58e, 85e, 99e; J. de Vries 49e, 50e, 78e, 80e; E. Koning 51e, 74e; F. J. Neuman 53e; G. Voorting 54e, 57e, 65e; J, J. v. d. Meyden 55e; P. Verputten 58e; Jac. Kuperus 61e, 91e; J. v. d. Pol 60e; M. Mes 62e, 66e; 97e; P. Boe ree 63e; J. F. Harmse 64e; A. J. Kloek 68e, 77e; H. Nos 69e; Gebr. Nieuwburg 73c R. Slot 75e; H. Paap 79e; M. Fehres 81e; A. v. Zadel 82e P. Bannink 83e; L. Gimbrere 84e: J. J. Petrie 86e; J. Scherff 88e; H. de Droog 89e; J. Veth 92e; K. Paap 94e; M. Snoeks 95e; M. Booymans 100e. Eerste duif te 10 uur 9 min. met een snel heid van 1065 M. per minuut. Laatste prijs- winner 321e, te 10 uur 34 min. Behandeling bij Ged. Staten. Zooals bekend, Is by raadsbesluit van 30 November 1927 door de gemeente een over eenkomst aangegaan met de firma Vroom en Dreesmann, waarby grond aan de Paar desteeg werd verkocht aan deze firma, de steeg aan den openbaren dienst werd ont trokken en in ruil door de firma aan de gemeente grond werd afgestaan aan Ver- wuift en Korte Veerstraat. Tegen dit besluit dienden de fa's Droste, en Haverschmidt en Klaje een bezwaar schrift in, omdat door het sluiten der Paardesteeg. de waarde van hun perceelen, gelegen in de Groote Houtstraat, tegen óver deze steeg, zou vermeinderen. De zaak werd Woensdagmiddag behan deld m openbare zitting van Ged. Staten van Noord-Holland. Voor de firma's Droste en Haverschmidt en Klaje, trad op mr. P. Tydeman. Deze zeide, dat de Paardesteeg altyd een zeer oude en zeer belangrijke verkeersweg is ge weest. Er zyn drie soorten van reclamanten. De heer Klaje betoogt, dat de Paarde steeg zoo is gelegen, dat het publiek, ko mende uit de Gierstraat, op zyn zaak in d« Groote Houtstraat toeloopt. De heer Droste is verontwaardigd over het feit, dat een openbare verkeersweg wordt prijs gegeven aan het particulier belang, terwyl de gemeente zich nog offers moet getroosten. Ten derde is er een adres van Gierstraat bewoners; de onderteekenaars achten de sluiting van de Paardesteeg een groot na deel voor hunne zaken. Een van deze zaken in de Gierstraat, ligt recht tegenover de steeg. Een vierde groep is niet gemobiliseerd, nL de Botermarkters. De Botermarkt is een plaats van druk verkeer en vervoer; boven dien wordt er een markt gehouden. De marktbezoekers gebruiken zeer veel de Paar desteeg. Het gemeentebestuur van Haarlem heeft voorts, volgens spr., geen rekening gehouden met de belangen van stedenbouw. Spr. vreest, dat het streven van het gemeentebe stuur in deze kwestie noodlottig is voor het mooie, antieke karakter van de binnenstad van Haarlem. Spr. wyst op soortgeiyke veranderingen In de stad, welke op gansch andere wyze heb ben plaats gehad. Vroeger heeft men ope ningen gemaakt, inplaats van straten te sluiten (o. a. de Nieuwstraat). Voor deze methode pleit in onzen tyd met het zeer groote verkeer, veel meer dan enkele eeuwen geleden. Als andere voorbeelden noemt spr. de Jacobijnestraat en Appelaarsteeg. Vanaf de 16e eeuw, zegt spr., Is de Paar desteeg de groote verkeersader geweest tusschen Gierstraat en Botermarkt en Groote Houtstraat. Wanneer men het Verwulft gaat verbre den, bereikt men het tegenovergestelde, waf men bereiken wil. Het verkeer zal er dan nog minder te beheerschen zyn. Op het Verwulft monden reeds nu tien wegen uit. De oplossing, welke B. en W. willen zien aangenomen, is volgens spr., totaal ver keerd. Het argument van het gemeentebestuur, dat er geen andere oplossing is, druischt in tegen verschillende wetteiyke bepalingen en de Algem. Politie-verordenlng. Het gaat gaat voorts niet aan, dat de gemeente helpt om een groot commercieel lichaam nog meer overwicht te verzekeren ou concur- reerende zaken. Het perceel Groote Houtstraat, hoek Ver wulft, zal, als de plannen worden dooigr- voerd en de rooiiyn van het Verwulft naar achteren w:ordt verplaatst, op een soort eilandje worden geïsoleerd van de aan beide zyden aangrenzende perceelen. Na- tuuriyk zal de waarde van dat perceel daardoor verminderen. Spr. vreest een praecedent te scheppen, wanneer het bedoelde raadsbesluit wordt goedgekeurd door Ged. Staten, krygt men byv. by de Berkenrodesteeg een gelyk ge val. Deze steeg is in handen van een parti culier, die aan het gemeentebestuur zal vragen ook dezen openbaren verkeersweg te sluiten. Daardoor zal o. a. een prachtig stadsaspect (op de Groote Kerk) vervallen. Spr, hoopt, dat Ged. Staten van deze ge legenheid gebruik zouden maken, om Haar lem te beschermen tegen zyn eigen gemeen tebestuur. Spr. hecht geen waarde aan statistieken omtrent het verkeer in de Paardesteeg, die niet gemaakt zyn vóór den tyd, dat be kend was, dat er verzet zou worden aange- teekend tegen het raadsbesluit. Volgens spr. heeft de firma Vroom en Dreesmann immers de steeg zoo volgeladen met wagens, dat het verkeer werd belemmerd. De heer Dumont, directeur van Openbare Werken van Haarlem, sprekend namens de gemeente, zelde, dat door het raadsbesluit wordt tegemoet gekomen aan een bezwaar van den heer Tydeman; nu wordt immers een rooilijn vastgesteld, welke er nu niet is. De verkeerstelling noemt spr. waardeloos, omdat alle wielrijders, die de Paardesteeg gebruiken, naar de fietsenstalling gaan van de firma Vroom en Dreesmann. Het zyn dus geen gewone weggebruikers, maar be zoekers van de magazijnen van V. en D. Ged. Staten zullen later beslissing nemen. Dinsdagnacht werd in het gebouw „De Centrale", een vergadering gehouden van wege het personeel van de Brockway- Maatschappij, welke was uitgeschreven door de Ned. Unie van den Centr. Bond van Transportarbeiders en den R. K. Bond van Transportarbeiders. Door denv oorzitter, den heer A. Mars, werd in zyn openingswoord een over zicht gegeven van de moeilijkheden, die waren te overwinnen geweest, alvorens de directie van de Brockway My. bereid was een collectieve arbeidsovereenkomst aan te gaan. Hij herinnerde hierbij aan de ge houden mobilisatievergadering, waar een ernstig conflict dreigde, doch door de toe zeggingen werd voorkomen. Een zeer uitvoerige correspondentie is hierop gevolgd en ook eenige conferenties, met als eindresultaat, dat de vorige week zoowel de directie als de besturen het con tract hebben geteekend. Spreker wenschte het personeel geluk met deze overwinning en sprak den wensch uit, dat door loyale nakoming van de overeen komst geschillen zouden worden voor komen. Hierna werd door den heer Sormandi de inhoud van de overeenkomst medegedeeld, Nadat nog eenige vragen waren ge steld, die allen bevredigend beantwoord werden, ging men over tot het verkiezen van de scheidsrechters voor de arbi trage-commissie met het resultaat, dat met algemeene stemmen werden aangewezen de heeren A. Mars, uit Haarlem en J. Jan zen, uit Amsterdam. De heer Janzen van den R. K. Bond be- waarby hy de gelegenheid kreeg, verschil lende belangryke bepalingen nader toe te lichten. sprak het organisatorisch verband en de mooie overwinning, waarby hy het per soneel in overv/eging gaf ook nu te zorgen dat het geheele personeel zoo sterk ge organiseerd blijft, als het thans is. Door het bestuur van de Wonlngbouw- vereeniging „Onze Woning", is thans, naar aanleiding van de, doy ons gepubliceerde aanbesteding van het schilderen der 127 woningen, het schilderwerk gegund aan de 'firma A. Breed voor een bedrag van* 3814 In deze actie Is hoegenaamd weinig ver andering te bespeuren. Een aantal werknemers, dat de vorige week nog aan den arbeid was, is door de stakers er toe overgehaald, om even als zy, den stryd aan te binden voor den vacantie-eisch, met het gevolg, dat het j aantal stakers ls uitgebreid. Voorts zyn er nog eenige werkgevers, die j de overeenkomst teekenden, doch dit zyn kleine werkgevers, die momenteel geen (werknemers in hun dienst hebben, j De stryd gaat in hoofdzaak tegen de groo- tere werkgevers, waarvan er momenteel nog niemand de overeenkomst met de werk nemersorganisaties heeft willen aangaan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 15