Luchtverkeer
RADIO-OMROEP.
RADIO
MOORS
JyJ>
FI.CK WAT 'WILS
Met generaal Nobile boven
de Pooizee
KUNST EN KENNIS
Internationaal Katholiek
EsperantO'Congres
BQEKBEQORDEELING.
O9 Jfcar/em.
Trekjes no. 551
De interessante poolvlucht van de
„Italia"
Woensdag, 14 uur zoo schrijft een der op-
farenden van de „Italia" het majestueuze
luchtschip van generaal Nobile. Mijn notitie
boekje geeft a-n: „Sedert twee urén vliegen
we boven ongeëxploreerd terrein. Wy zijn
de eerste menschen, die met dit landschap
kennis maken. Het ijs is vaak gebroken. Wij
zien een vogel. Deze observatie is te vaag,
om daaruit de meerdere of mindere nabijheid
van land vast te stellen. Dan wordt het ijs
weer compact; de hoop om nabijgelegen
land te ontdekken, vervliegt".
Het ijs is op dit gedeelte verschrikkelijk
gehavend. In de plastische onbeweeglijke
standen wordt nu het samentreffen der ijs
bergen uitgedrukt, een catastrofe, die in de
perioden'van groote koude steeds weer plaats
vindt en die met de getijden verband houdt.
Deze schermutseling, neen, deze oorlog tus-
schen de ijsbergen onderling moet een bui
tengewoon schouwspel zijn. Overal knettert
en splijt het ijs. het hoopt zich op een, het
stapelt zich tot ijspijlers, die weer tot poe
der worden gestampt, Het is niet moeilijk
zich het geweld van een dergelijk samen
treffen voor te stellen, als men let op den
chaos van het ijsveld. Tegen het licht in be
schouwd, doet deze vlakte denken aan een
veld, omhangen met een aschvalen nevel
mantel, als bij het eerste morgengrauwen.
Van nu af is het een voortdurende afwisse
ling van gladde zones en van doorelkaar ge-
smetene. Niettemin doet het steeds vaster
worden van het ijs vermoeden, dat het ge
zochte land niet ver meer kan zijn.
Om 20.30 ontmoeten we een anderen beer.
Het beest wordt door zulk een panischen
schrik bevangen, dat het 't onmiddellijk op
een loopen zet met zulk een komische
sprongen, dat we aan boord in lachen uit
barsten. Als hij veronderstelt zich ver ge
noeg in veiligheid te hebben gebracht, gaat
hij stil zitten, in contemplatie van het feno
meen. Wat later zien we ook een beerin met
haar jong.
En het land van Nicolaas II? Om 21.35
meenen wij het, van het eene oogenblik op
het andere, te zullen ontdekken, omdat de
zee plots vrij van ijs is geworden. Maar de
Noordenwind is in kracht toegenomen en
veroorzaakt een ijskouden nevel. Het uitzicht
is allerslechtst geworden. Ondanks de pogin
gen om aan den wind te weerstaan,wordt
het luchtschip naar het Zuiden gedreven.
We vorderen slechts uiterst langzaam. Een
plots wordt de vrije zee weer ijsveld. Het
schijnt, dat we boven een puinveld vliegen.
We vorderen slechts uiterst langzaam. Even
hadden vastgesteld, om ons doel te bereiken.
Drieduizend liter benzine zijn verbruikt, er
blijven er nog evenveel over, behalve dan
nog de ton voor de reserve, die we niet mee
tellen, omdat deze alleen voor een noodge
val zal dienst doen.
Een heen- en weervluicht, zooals deze, is
oneindig veel moeilijker, dan een tocht van
het eene punt naar het andere. De vlucht
van heden kan niet vergeleken worden met
die van de Norge, twee jaar geleden. Toen
kon Nobile op dit of dat punt te Alaska
landen, want vooraf was al besloten het
luchtschip op te offeren. Nu moet de „Italia"
echter naar de Koningsbaai worden terug
gebracht, omdat; nog slechts een deel van 't
programma is voltooid. Wij begrijpen op
dit oogenblik de moeilijkheden van Nobile
die geslingerd wordt tusschen zijn verlangen,
het gezochte land te vinden, en tusschen zijn
plicht niet de schepen achter zich te ver
branden. Niemand durft hem te ondervra
gen. Wij voelen, dat de minuten voor uren
lellen. Om beter te kunnen zien, hebben wij
het celluloid van de vensterramen wegge
nomen. Alle kijkers zoeken. De ijskoude wind
pijnigt de gezichten en doet ons de tranen
in de oogen komen; ieder oogenblik moeten
we ons even terugtrekken, om onze oogen uit
te wrijven.
Het nu eindelijk te zien het land, dat
zich nog steeds verbergen blijft tusschen de
nevels van den pool-„nacht". Onze oogen
zoeken en pogen de duisternis te doorboren.
Onophoudelijk klinken alarmkreten en een
oogenblik meenen we, dat een lage heuvel
zich tegen den horizon afteekent, maar ook
ditmaal was het een illusie.
De Citta di Milano, waarmee we per radio
nog geregeld in contact blijven, kondigt aan,
dat het weer te Koningsbaai slechter wordt.
Het is het oogenblik van beslissing. Nobile
verlengt zijn onderzoekingen voor nog een
half uur. Als we om 23 uur geen land zul
len zien, dan keeren we terug. Hoe de on
rust van deze 30 minuten te beschrijven?
En maar steeds dichter wordt de mist: het
schijnt, dat hij om dit laatste poolland een
rookkring wil trekken, zooals de schepen
doen, als zij zich willen verbergen. Het half
uur is bijna om: de chronometers aan boord
wijzen aan' drie en twintig minuten. Kalm,
uiterlijk onbewogen, beveelt Nobile van rich
ting te veranderen. Het is een moment van
bitterheid. Om gebruik te maken van den
Noord-Oosten wind besluit men naar Nova
Zembla koers te zetten en van daaruit naar
Spitsbergen door te zetten, het Zuiden van
den Frans Jozef-archipel passeerend.
De eerste uren van dezen terugtocht zijn
triest. In den tweeden nacht van deze vlucht
konden we minder gemakkelijk aan de koude
weerstaan, die om zeven uur Donderdagmor
gen daalde tot 21 graden onder nul. Het is
geen exceptioneele koude, maar men moet er
rekening mede houden, dat wij ons in een
beperkte ruimte bewegen en dat het schuitje
bloot gesteld is aan den ijskouden wind, die
die er van alle zijden vat op heeft. Om te
rusten, en als het kan even te slapen, zijn
twee bontzaken geen weelde. Het is overigens
een heele kunst zich in zulk een zak te wik
kelen, omdat we toch al op bijzondere wijze
gekleed zijn. De afmetingen van ieder onzer
zijn verdubbeld. De gewoonste bewegingen
kosten moeite. Om de instrumenten te be
dienen of om te fotografeeren is het nood
zakelijk de handschoenen uit te doen. Het
is een ware foltering. Als we hadden moe
ten loopen, zouden we in tien minuten door
en door bezweet zijn geweest, maar aan
boord loopen we weinig, ook al omdat het
door onze kleeding zeer lastig is.
De physieke lusteloosheid is onze ergste
vijand. We hebben geen druppel drank meer.
Alles is bevroren. De vloer van onze cabine
is bedekt met een ijslaag. Vijf minuten, na
dat men zich in een pelszak heeft gewikkeld,
bevriest de adem, die men gaat uitblazen en
ook daarom is maar beter wakker te blijven
en wat te praten, waarbij men warme argu
menten kan gebruiken om een toekomstige
expeditie naar Centraal Afrika te verdedi
gen.
Gedurende onzen terugtocht bepaalde No
bile geregeld langs radio-telegrafischen weg
onze positie. Ook als ons een dikke mist had
achtervolgd tot aan Spitbergen toe, zou het
ons mogelijk zijn geweest de remise van Ny
Aalesund te vinden, dank zij de golven, die
werden uitgezonden om ons op te zoeken.
Overigens werd de vaart onberispelijk ge
leid.
Te 4.40 Donderdag bereikten we het Zuide
lijke punt van Nova Zembla, dat we van
kaap Lütke overstaken. Dit verlaten land,
dat toch 91.800 vierkante K.M. groot is
wordt slechts door 200 Samojedsn bewoond.
We hebben helaas geen tijd om kennis met
hen te maken, want we hebben haast. We
vliegen met een snelheid van 60 K.M. -per
uur. Te twaalf uur breekt de zon door den
mist heen en we bevinden ons eindelijk in
wat vriendelijker omgeving. Slechts kort
want dra zitten we opnieuw in den mist. Om
er ons van te bevrijden vliegen we op 1200
meter hoogte en we navigeeren gedurende
eenige uren boven de wolkenzee. De reis
wordt steeds aangenamer. We willen ons
verbeelden, dat we boven Lombardije vlie
gen, inplaats van boven den bevroren oce
aan. Maar dan wordt de mist weer dikker
en het is niet mogelijk ook maar het minste
waar te nemen. Op twee of drie plaatsen is
het ijs, blijkt eenigen tijd later, met bloed
vlekken bedekt. Een episode uit de zwarte
poolkroniek? Ongetwijfeld was het een tra
gedie van beren, want het is uitgesloten,
dat op dat punt van het „pack" zich een
rob of zeehond ophield.
Vrijdagmorgen, in de vroegste uren, trekt
de mist op en de horizon klaart lichtend
voor ons uit. Het luchtschip blijkt dan weer
met een ijskorst bedekt; de schilden, die de
motoren beveiligen, lijken enorme suikeren
paascheieren. Vrijdags, te drie uur tien,
klinkt opnieuw de kreet: „land". Onze boeg
is gewend naar Kaap Leigh Smith, het
uiterste oostelijke punt van Spitsbergen. De
vreugde om de komende rust maakt ons
allen gelukkig. In aanmerking genomen het
uitstekende uitzicht en de vlugge vaart van
het luchtschip, dart nu door een lichte bries
wordt voortgestuwd besluiten we de Koning
baai van den Noord-Oostelijken kant te na
deren.
We moeten over eenige bergen vliegen,
wier toppen zich tot op 1730 meter verhef
fen. Eenige manoeuvres aan het richtings
roer worden uitgevoerd en we sty gen tot op
2800 meter.
Dit is het meest verrukkelijke deel van
den tocht. Het Noord-Oost-land. de straat
van Hinloopen. het schiereiland Nieuw Fries
land en de Wide Bay trekken we over met
een snelheid van 90 K.M. per uur en op een
hoogte, die ons veroorlooft het bewonderens
waardige panorama in al zijn schoonheid te
omvangen. We kunnen ons de weelde veroor-
looven aan ons. programma de exploratie
boven het interne deel van hett Noord-Oost-
land toe te voegen, waarvan de kust met on
gelooflijke moeite door een Duitsche expedi
tie in kaart werd gebracht. Het is een hoog
land, waaruit de talrijke, ongetwijfeld mine
raal-rijke bergen, ieder oogenblik te voor
schijn komen. Het Oost-land daarentegen
bleek doorsneden van canons, gelijk die van
Colodaro en hier hebben de bergen een
meer vulcanische karakter. Dit zijn nu de
Alpen van Spitsbergen.
De;:e archipel biedt de fascineerende van
de poolstreken, maar ook de koninklijke ma
jesteit van het oude Europa.
Maar ziedaar weer de koningshaaf. Het is
onmogelijk u te zeggen, wat we gevoelen, nu
we, van 3000 meter hoogte, de Citta, di Mila
no weer zien liggen; en daar de hangar en
daar Ny Aalesund. Het is geen terugkeer, 't
is een repatrieering.
We dalen met een prachtige manoeuvre
Om 10.20, 69 uur na ons vertrek, wordt het
ankertouw gegrepen door tientallen handen.
Rond om ons klinkt de kreet: Viva l'ïtalia!
Het zijn de mariniers, de alpinisten, de
werklui, alle mannen van onze onderne
ming; het ls het vaderland op de 79e paral
lel. „Res.b.".
Volgons een draadloos bericht van de „Ita
lia" heeft generaal Nobile tijdens zijn rnid-
dernachtelyke vlucht over de oNordpool de
Italiaansche vlag en het door den Paus ge
zegende kruis boven de Pool laten vallen.
Frater \Vigbertus van ZoZn te Reusel
schrijft ons:
Naar aanleiding van ons vorig artikel
werd ons van verschillende zijden de vraag
gesteld, of het mogelijk zou zijn om vóór 12
Aug. nog zóóveel van Esperanto te leeren,
dat men met eenige vrucht het Congres
zou kunnen bijwonen. Ziehier ons antwoord:
Bij gelegenheid van het Congres, dat in
1920 in Den Haag gehouden werd, hield Dr.
Sicking, ik meen op den laatsten dag, een
toespraak in Esperanto. Zijn Ed. had de taal
gedurende de Congresdagen bestudeerd. Een
onderwijzer vatte eenige dagen vóór
het Congres het plan op, om het Congres
te gaan bijwonen. Daar het juist vacaruie
was, benutte hij dien vrijen tyd voor de
studie van Esperanto, na het Congres kon
hij de verzekering geven, dat hij de sprekers
voldoende had kunnen volgen!
Dit zijn natuurlijk maar uitzonderingen
doch nu hebben we ook nog bijna drie
maanden. Wij durven dan ook de verzeke
ring geven, dat, als een ontwikkeld persoon
eiken dag één of twee uren ernstig studeert,
hij stellig voldoende van Esperanto zal ken
nen om het Congres met nut en voldoening
bij te wonen.
Mochten er personen zijn, die het willen
probeeren, dan zijn wij gaarne bereid, na
ontvangst van één gulden, het noodige stu
diemateriaal over te zenden; bovendien zul
len er tegenwoordig maar weinig plaatsen
meer zijn, waar geen personen gevonden
worden, bij wie men eenige voorlichting bij
de studie kan bekomen, zoo die al noodlg
mocht ziin
De zaak is wel waard om de proef te ne
men!
KORN. GOOSSENS.
JUDOKUS
Uitgeversbedrü* „De Spie-
ghel", Amsterdam.
Men kan een academische verhandeling
schrijven o\^r vertelkunst en plastisch
vermogen, over de kunst-om-de-kunst
theorie en psychologische analyse van een
karakter, over origineele beeldspraak,
de „indringende" (een zeer moderne en
gewilde term) stilistische gaven van een
schrijver en over de structuur van impres
sionistische woordkunst, en de conclusies
van een aldus breed gebouwd betoog toet
sen aan de schrijverskwalltelten van Kor-
neel Goossens. Wjjgelooven echter, dat
deze methode van critiseeren niet zou ge
tuigen van een juist inzicht in bedoeling
en beteekenis van Judokus. Want Goos
sens vertelt smakelijk van zijn stunteli-
gen hulpkoster Judokus Klabots, echter
niet als Streuvels of als v. Deyssel, die
bladzijden van zijn rijk en prachtig-beel-
dend proza gaf in wüdloopige beschrijving,
maar meer als Timmermans die een ver
haal (gebeurtenis) geeft in tintelende
smeuïge taal.
De geschiedenis van Judokus, hulpkoster
en stoeltjeszetter in de parochiekerk, die
tevreden maar ietwat imbeciel leeft met
zijn twee bazende zusters, door hen wordt
uitgehuweiykt aan een oorlogsweeuwtje
(hij trouwt op Onnoozele-Kinderen-dag!),
zich totaal door zijij vrouw laat regeeren,
versukkelt en verdoezelt in het huwelijk,
waarin zij naast, niet voor en met elkaar,
leven, tenslotte tct een driftdaad komt en
wegloopt van zijn vrouw naar de saaie
rust van aijn zusters' huishouden,
deze geschiedenis „laat zich gemakkelijk
en vlot lezen", en degene die haar leest
om het verhaal, zal niet dikwijls neiging
gevoelen om een bladzijde beschrijving, 'n
bladzijde woordkunst over te slaan. Waar
mede wij slechts dit bedoelen aan te ge-'
ven, dat het verhaal geen bijkomstigheid
is, terwijl Goossens tevens bewijst, dat hij
zijn pen op zijn eigen wys heeft geslepen.
Op verschillende plaatsen treft mer>
goede stalen van beschrijvingskunst; maar
ook stuit men op zinnen van detailleeren-
de beschrijving, welke als 't ware geschre
ven zijn óm de beschrijving, wel een be
paalde stemming scherp verbeelden, maar
in den context volmaakt overbodig en on
waar zijn. Het prospectus van den uitge
ver, waarin als proeve van beschrijving 'n
aanhaling uit het boekje is afgedrukt,
geeft een goed voorbeeld. „Hy (Pol Pari-
daens, de eenige die in smoking ter brui
loft verscheen) zat hier onteerd en ont-
waardigd in de uniform der mondains, die
hem elders eer en aanzien gaf en hem
hinderde hier, omdat ze te schreeuwend
Was. Niemand uegreep uc uevuingiieiu V
zijn smoking, die grijnsde van heimwee en
hunkerde naar wulpschheid en genot. En
in gedachten verslonden liet hij moedeloos
de handen giyden In de zakken van zijn
vest en ze vonden er nog enkele nageble
ven confetti, die hij bovenhaalde en in
zwymel van losbandige slempery vóór zyn
voeten neerdwarrelen liet" Niemand zal
ontkennen, dat de zinnen in se goed ge
schreven zyn, zal op den eersten zin een
gegronte aanmerking maken, maar even
min ontkennen dat de tweede zin speciaal
het tweede gedeelte, sterk overdreven is,
en geheel uit het verband valt, evenals de
laatste zin: wanneer Iemand verlangt naar
een losbandige slempparty gaat hy niet
met wat confetti spelen.
Kan men aldus hier en daar min ge
lukte zinnen aanwyzen (b.v. de harde zin
op pag. 36), op andere plaatsen geelt
Goossens blyken van verrassende zeg
gingskracht, rake beeldspraak en knappe
plastiek („met een lichte hoofdbuiging
waar een ijdele glimlach afdroop"
Het Wen van Judokus met zfjn scrupu
leuze zusters en bazige vrouw, was waard
verhaald te worden; aan de eene zijde Ju
dokus, verlegen, stuntelig, tevreden met
zijn saai leventje, spoedig overbluft, op
gaand in zijn kinderlijke genoegens en vol
eerbied voor elk gezag aan de andere
zijde Charlotte, sterk en kordaat, die huwt
om practische redenen, kribbig en humeu
rig wanneer baar plan een misrekening
biykt te zyn. En zooals Goossens het be-
schryft, ls het ook waard gelezen te wor
den. In sprekende lünen trekt hy het
beeld van Judokus en Charlotte in de mi
sère van hun huweiyk, dat een mislukking
worden moest, omdat hy in botte gela
tenheid zich leven liet, en zy, teleurge
steld in haar man in alle opzichten,
troost denkt te vinden in een soort hys
terische vereering van de nagedachtenis
van Remy, haar eersten man.
De scène in de boks'.ent, waar Judo
kus murw. wordt geslagen, trekt Goos
sens er echter met de haren du in een
dilettantische poging om den sukkelaar in
zyn botsing met het ongenadige leven
nog sterker te doen uitkomen.
De bekrompenheid van het burgerlijke
kringetje, de bedilzieke zusters, die hun
opdringende bezorgdheid voor Judokus tot
het onwelvoeglijke dryven. zyn goed en
waar geteekend. De bedoeling van Char
lotte en' haar ontgoocheling geeft de
schryver kernachtig in .dezen zin: „Ze had
gedacht Judokus als een deeg te bewerken,
maar hij was pap, die tusschen haar vin
gers doorliep."
De. vaak ongemotiveerde, overgang van
verleden tijd in voltooid verleden tijd,
heeft een onaangenaam, stootend effect.
Goossens heeft de antipathieke eigen
aardigheid, die ons bü meer Vlaamsche
schrüvers algeheele waardeering onmoge
lijk maakt, n.l. zün houding tegenover de
geestelijkheid.
Zooals hij den pastoor voorstelt bij het
bruiloftsmaal, kennen wij ris priesters niet
en zien wü hen liever niet voorgesteld, ook
omdat het een onware voorstelling ls. Bo
vendien laat Goossens op pag. 102 den
pastoor dingen zeggen welke een priester
nooit zeggen kan en zal.
Volwassenen zullen den roman overigens
met smaak lezen.
Verzamelaars zyn soms abnormale men
schen. Een postzegel, een boek, een munt
of een bordje is voor hen een onwaar
deerbaar bezit, wanneer zij slechts weten
dat het uniek is of minstens dagen moeten
reizen en snuffelen om een tweede exem
plaar te vinden. De waarde is dan alleen
ontleend aan de zeldzaamheid. In dat op
zicht kan „Judokus" een kostbaarheid
worden als ieder ander boek.
Maar in se is dit boek van Goossens
niet zoo'n litteraire kostbaarheid, om er
vijftig genummerde exemplaren van te
laten drukken op mooi Hollandsch Van
G-elder-papier (met handtekening van
den schryver), voor den kostbaren prijs
van f 10. Goossens heeft zijn eenvoudig
gegeven verwerkt op een manier, welke
hem recht tot uitgave schenkt, meer dan
vele andere tegenwoordige schrijvers en
dichters; maar er was geen reden ons te
vragen een genummerd exemplaar te koo-
pen voor tien stevige Hollandscbe guldens.
Die mode van nummering en handtee-
kening moest nu maar verdwynen.
JHR. A. v. RIEMSDIJK
EEN STEM UIT DE BERGEN
Uitgave: Op dc Hoogte,
Haarlem.
Jhr. v. Rdemsdyk schijnt nog steeds
zijn hart te hebben verloren aan de ro
mantiek, welke men in de vorige eeuw
niet kon missen, n«g wel een romantiek
van een dilettantische kwaliteit.
Het eenige element dat zijn laatste too-
neelstuk met de producten der tegenwoor
dige tooneelschrijvers gemeent heeft, is
dat het gebouwd is op den driehoek van
man, vrouw en de derde. De derde ls in
dit geval een jonge buitenlandsche vrouw,
die met den gids Roedl een bergbeklim-
ming onderneemt, waarby het tot een
liefdesverklaring komt en Roedl in een
gletscherspleet verongelukt. Het stuk
speelt in de meest romantische omgeving:
de alpen, de schrijver werkt zeer vrijgevig
met geesten, duivelsverschynlngen en ys-
ZONDAG 27 MEI.
HILVERSUM, 1060 M. i2 Lunchmuziek door het Trio
„Bruns". 2.303 Lezing door J. v. d. Ven: Folklo
ristische en Pinkstergebruiken in Nederland. 33.30
Pianoconcert door Julia Noach. 3.304 Declamatie
door Marie Meunier-Nachtegaal. 5 Solistencon
cert, H. v. Wezel, cello, J. v. Hyman, flpno. 67.15
Dinermuziek door het Trio „Bruns". 8 uur Persber,
en sportuitslagen. 8.10 Klassiek Concert door het ver
sterkte Omroep-orkest o.l. van Nico Treep, Stefan
Bergmann, piano. <3.50 Declamatie door Rodie Me-
denbach. 10.20 (vervolg) Orkestconcert.
HUIZEN, (Golflengte tot 6 u. 340.9 M. Na 6 u. 1870 M.
Behalve de K.ft.O. kerkdiensten, welke op 1870 M.
worden uitgezonden). 8.309.30 K.R.O. Morgen
wijding. Spr. Jos. Mineur, lid van het Gilde „De klare
waarheid." De Bergrede, Muziek en zeng. 9.50 N.C.
R.V. 13.301.30 K.R.O. Lunchmuziek door het Trio
„Winkels". 1.301.45 Rede door C. J. Kuiper: Het
Dr. Schaepmanfonds; de partij doen bloeien is het fonds
doen groeien: Steunt daarom beide. 1.452.15 K.R.O
Verteluurtje door een cathechiste van Huize Eethanie.
2.304 K.R.O. Concert door het Dubbelmannen-
k war te: „Art." te A'dam, Dir. A. Wolthers. 4—5
K.R O. Ziekenuurtje, met medew. van A. Schcermakers,
leeraar Seminarie Ypelaar Ginneken ep Jan Nederpelt,
pianist. 5.50 N.C.R.V. 7308 K.R.O. Vraagge
sprek tusschen C. M. v. Moorsel Pzn., architect. Voor-
L urg en Dr. H. P. Berlage naar aanl. van het 25-jarig Ju
bileum der Beursinwijding door H.M. de Koningin.
8 uur K.R.O. Concert. Het K.R.O.-orkest o.l. van M.
v. d. Ende. Spr. Pater L. J. Callewaert O.P. u, Kloos
ter der Predikheeren te Gent. „De Geest v. d. H. Geest"
10 uur Persber. 10.45 Epiloog door het koor.
DAVENTRY, 1600 M. p.50 Concert E. Fenton, alt, H.
fcisdell, tenor, S. Baynes en zijn orkest. 5.20 Herden
kingsdienst v. h. Britsche Legioen. 3.45 Gedichten
voorlezing door J. C. Squire. 6.106 50 Bach-cantate
no. 172 voor sopraan, alt, tenor, bariton, koor en orkest.
8.20 Kerkdienst. 9.05 Licfdadigheidsoproep.
9.10 Nieuwsber. 9.25 Het Albert Sandler-orkest. D.
Bennett-sopraan. 10.50 Epi'oog.
PARIJS „RADIO-PARIS" 1750 M. 12.20 Rekgieuse
causerie, muziek en zang. 1.05 Bilboquet in een schets,
Orkestconcert. 4.50 Dansmuziek. 8.5011.20
Orkest en Mile. Fissore-zang.
LANGENBERG, 469 M. 7.20 Pinkstermorgen-concert,
9,20T0.20 Kath. Morgenwijding. 12.201.20
Orgelconcert. 1.202.50 Orkestconcert. 4.05-—
4.50 Bach, pianoconcert. 4.506.20 Orkestconcert.
6.307.05 P8inksteren. Declamatie. 8.35 Orkestccn-
cert, R. Rhein-viool. Werag-orkest. Daarna tot 12.20
Dansmuziek.
ZEESEN, 12 50 M. 6.50—8.20 Vrcegconcert. 9.20
Morgenwijding. 11.50j.io Pinksterconcert. Orkest
en zang (sopraan-bariton). 8.50 Uit opera's en operet-
ten. Orkest o. 1. v. Bruno Seidler.Winkler. M. Alfermann,
sopraan. 10.5012.50 Dansmuziek.
HAMBURG, 395 M. 11.15 Kath. Kerkuitzending.
11.so Orkestconcert. 1.20 Orkestconcert. 5.20
Orkestconcert. 8.20 Pfïngstfahrt ini Maien". Daarna
tot U.20 Dansmuziek.
BRUSSEL, 509 M. 5.206.20 Dansmuziek, 8.35
10.35 Concert. Orkest en vocaal duet.
Steecis fyetJVievwste in/iaetto.
Vafi£una'/>?e //ersteffirryen vevyuarboq/d.
MAANDAG 28 MEI.
HILVERSUM, 1060 M. 12.302.00 Lunchmuziek door
trio „Bruns". 2.00—3.co Populair solisfenconcert
Mia v. d. Eynde, sopraan Boris Lensky, viool. 3.00
4.00 Koorconcert op het landgoed „Bantam" te Bus-
sum door de Arb. zangver „De Volksstem" te Bussum
met onde.'afd. Gem. Koor „Jong Kunstgenot" en Man
nenkoor „Zang na Arbeid" te Amsterdam o. 1. v. Gerard
Leenders. W. Schelling, pianobegeL 4.004.40
Gramofoonmuziek. 4.40—5.55 Kinderuuitje o. v.
Mevr, Ant. v. Dijk. 6.007.30 Dinerconcert door
Trio „Bruns". 8.00 Persber. en sportuitslagen.
8.10 „De Mascotta" operette in 3 bedrijven van Audran.
Bcttina, kalkoenhoedster Betty v. d. BoschSchmidt
Fiarnetta, dochte. van Laurent XVII, Greta Santhagens;
Carlo (Page) Annie v, BeekRistjouw Angelo (Page),
W.lh. v. d. Hoeck,; Laurent XVII, Vorst v. Pimbino,
Jan Grootveld Pippo, herder, Ed. v. d. Ploeg Prjns
Fritellini, M. Plooyer Rocco, landbouwer, Herre de
Vos Mattheo, herbergier, M' v. Reen Sergeant. J.
Jansen Antonia en Francisca, boerinnen, Wilh. v, d.
Hoeck. Her verst. Omroep-orkest o. 1. v. J. J. v. Amerota.
Chris de Vos, Algeh. voorber.
HUIZEN, 340.9 M. tot 6 uur 1870 M.Bchalvc de K.R.O.
kerkdiensten, Welke op 1870 M. worden uitgezonden.
9 uur K.R.O. Kerkdienst in de kapel van het Missie-col
lege St. Franciscus Solanus, Sfttart. Koor van het Missie
college o.l. van Pater Canutus Peters O.F.M. De „Missa
Brevis (4-st.) van de Palestrina. De wisselende gezangen
worden gezongen door de Schoüacantorum van het col
lege. Na het Offertorium het 4-st. Factus est repente
(Greg. Aichinger). Na de H. Mis het 4-st. „Tantum
Ergo" van Vittoris en het 5-st. Exsultate van Da Pales
trina. Predikatie door Pater Honoratus Caminada O.F.M.
van het Miüie-college. 10.30—1 N.C.R.V. Bondsdag
van Meisjesver. op Geref. grondslag in Nederland.
1.152.15 N.C.R.V. Middagconcert in de Nieuwe Kerk
(Westerkerk) te Rotterdam. Mevr. D. den Daas van
Bemel, alt, Karei van Riet, orgej. a.305 N.C.R.V.
Middagvergadering Bondsdag can Meisjesver. op Geref.
grondslag in Nederland. 7.30 N.C.R.V. Concert,
Mevr. J. Helderman-Smit, piano, F. Meyerse, bariton,
F. Eldert-Bakker. viool. 8 uur N.C.R.V. Cor.cer, in
de Ned. Kerv. Kerk te Hillegom
DAVENTRY, 1600 M. 10.35 Kerkdienst. 11.20 Gramo
foonmuziek. 12.20 Concert voor sopraan en tenor.
12.50 Dansmuziek. 1.20a.20 Orgelconcert. 3.20
Orkestconcert. 4.20 De Piccadilly Spelers. - 5.20 Huis-
houdpraatje. 5.35 Kinderuurtje. 6.30 Concert, or
gelbespeling. 6.40 Voor padvinders. 6.50 Nieuws
berichten. 7.05 Concert, orgelbespeling. 7,20 Dram.
critiek. 7.35 Liederen van Sir H. Parry voor sopraan.
7.45 Fransche causerie. 8.05 Vaudeville, Dansor-
kest en variété-art?sten. 9.20 Nieuwsber. 9.35 Ac-
tueele causerie. 9.50 Nieuwsber. 9.55 Vocaal con
cert, F. Russell, tenor. 10.10 Militair orkest concert
D. Labbette, sopraan, T. Kinniburgh, bas. 11.30—
12.20 Dansmuziek.
PARIJS „RADIO-PARIS", 1750 M. 10.50—11 Concert.
13.502.Ï0 Klassieke kwartetten. 4.055.05 Li
ter. en muzik. matinée. 9.0511.20 Concert, variété.
Daarna dansmuziek.
LANGENBERG, 469 M. 9.2010.20 Morgenwijding'
10.2011.50 De Eifelrennen. I.202.50 Militair or
kest concert. 4.506.20 Concert, Dubbelkwartet en
Cornet-kwartet. 8.qo „lm Weissen Rössi" klucht van
ËlumenthaJ en Kadelburg. Daarna tot 13.20 Orkest-
concert.
ZEESEN, 1350 M. 6.508.20 Vroegconcert. 9.20 Mor
genwijding. 11.50—.x.io Concert door den Kosleck-
schen Blazersbond. 5.20—7 Concert in Hotel Bristol.
8.20 „Rigoletto," opera in 4 acten van Verdi. 10.50
—12.50 Dansmuziek.
HAMBURG, 395 M. iq.20 Orkestconcert. 4.20 Orkest
concert. 8.20 „lm weissen Rössl", klucht in 3 acten
van BlumenthaJ en Kadelburg. Daarna tot 11.20 Dans
muziek.
BRUSSEL, 509 M. 1.50 Vergadering van den Eoeren-
bond. 5.206.20 Trioconcert. 8.35 Operette-con
cert, Mile Cevene Hr. Lefevre, zang, Orkest. 10.35
Sluiten.
SPECIALISTEN - Tel. 14609 - HAARLEM
PHILIPS, Telefunken en R. M. Toestellen
DINSDAG 29 MEI.
HILVERSUM, 1060 M. 12.302.00 Lunchmuziek dooi
het Trio Groeueveld. 3.004.00 Knipcursus. 6.0c
—7.15 Dinerpiuziek door het Trio Rentmeester.
7-157.45 2« Duitsche Olympiade les. 8.00 Concert
door het Omroep-orkest o. I. v. Nico Treep. Merg.
Couperus, zang Dina Italië, piano. 8.45 Pianoconcerl
door Dina Italic. 9.15 Voortzetting Orkestconcert.
ro.30 Persber. Daarna Concert.
HUIZEN. 240. M. Na 6 uur 1870 M. (K.R.O.-uitzendin
gen uitsluitend). 12.301.30 Lunchmuziek door hel
Trio „Winkels". 2.304.15 ie Alg. Verg. v. d. 4de*
Neder!. Katholiekendag Maastricht. Openingswoord
door Mr. A. J. M. J Baron van Wijnbergen. Rede dooi
Henri Hermans Het Koningschap van Christus in hei
Huisgezin. 5.306.30 Dinermuziek. 7.308.0c
Cursus Kerklatijn door Leo Speet. 8.00 2c Alg. ver
gadering. Rede door Mr. Dr. L. N. Deckers Het Ko
ningschap van Christus in het Sociale Leven. Rede dooi
Prof. J. D. J. Aengcnent, ïrof. a. h. Groot-Semi'nam
Warmond Het Koningschap van Christus in het Poli
tieke leven. 10.co Een uurtje volkszang, freorg. dooi
de R. K. Ver. tot veredel, v. d. Volkszang Maastricht
Daarna persb.
DAVENTRY, 1600 M. 10.35 Kerkdienst. 71,2c
Gramofoonmuziek. 12.20 Het Georgian, Trio er
sopraan. i.ao2.20 Qrkestconcert. r.20 Duettee
voor 2 piano's en vocaal concert (sopraan-bariton).
4.20 Orkestconcert. 5.20 Vacantic-causerie. uj
Kinderuurtje. 6,20 Gramofoonmuziek. £55
Nieuwsber. 7.05 Gramofoonmuziek, 7.20 Causerii
over Canada. 7.35 Liederen van Sir. H. Parry root
sopraan. 7.45 Causerie. 8.05 Variété. .20 Le
zing Modern Transport. 9.20 Nieuwsber. 0.33
Muzick-causerie. 9.55 Nieuswber. 10.09 „Th<
survivor" mysterie in 3 actden van Hogan en Constan-
duros. ii.20ja.30 Dansmuziek.
PARIJS „RADIO-PARIS", 1750 M. - ïo.50it.oc
Muziekles. 12.502.10 Orkestconcert, Fauré er
Messager, 4.05—5.53 Orkestconcert. 9.05—11.21
Concert. Orkest en koor.
LANGENBERG, 469 M. 1.252.50 Orkestconcert.
4.50—5.25 Concert voor piano en viool. 6.207.15
Duetten en oude strijkmuziek. 8.40 Orkesfconcert.
10.50 Sluiten.
ZEESEN, 1250 M, 12.205.20 Lezingen. 5,20—6.20
Orkestconcert. 6.208.05 Lezingen. 8.209.3e
Pianoconcert van Mich. Zadora. 9.20—10.20 Bach-
concert. Orkest en Licco Amar an Walter Caspar, viool.
11.50 Sluiten.
HAMBURG, 305 M. 4.35 Voorltzing door Dr. Ci
Beste. 6.20 Walsmuziek door orkest. 7.45 „Fideïio"
opera in 2 acten van Beethoven 10.20 Causerie. Daarna
tot u.20 Cabaret en dansmuziek.
BRUSSEL, 509 M. 5.20—6.20 Dansmuziek. 8.2c
Orkestconcert. Daarna tot 10.35 Dansmuziek.
goden (met haren en nagels van Ijs, geze
ten op een ystroon!), laat voortdurend ne
vels over het tooneel trekken en lawines
donderen, requireert herhaaldelijk een
„feeërieke verlichting" en laat krankzin
nige vaders door den geest van een ge
storven zoon verlossen „van den knellen
den band om het hoofd".
Wanneer men bovendien nog weet, dat
de vrouw met 'n goeden geest en Mephlsto
debatteert over vrije liefde, waarbij een
zonderling allegaartje van Christelijke ze-
deleer en paganistische theorie omtrent
„zich uitleven" wordt aangeboden, heeft
men een denkbeeld van de waarde van
dit stuk. Liefhebbers kunnen het overigens
niet romantischer wenschen: hartstochte
lijke liefde in de bergen, tusschen sneeuw
en ijs, bliksemflitsen en donderslagen, en
een krankzinnige gids als ongewenschte
getuige van de ongeoorloofde verhouding
tusschen Roedi en de jonge buitenland
sche. Het zoontje van Roedi zorgt voor de
aandoenlijke momenten.
Ongeschikt voor het amateurs-tooneel,
dat, heel langzaam, de drakenperiode ont
groeit; oj) het beroepstooneel zullen wy
evenmin deze stem uit de bergen hooren.
Bovendien zou de requisiteur een onkos-
tenrekening moeten indienen, welke voor
het beste en mooiste stuk een bezwaar
zou zijn.
Voor Katholieken is het natuurlijk on
aanvaardbaar.
De monoloog, geschreven in 1909. waar
uit dit tooneelstuk is gegroeid en die ach
ter in het boek is afgedrukt, is verschrik-
keiyk saai.
BOEKENSCHOUW.
Op zyn bekende eerlijke, nooit stuiten
de manier bepaalt pater A. Gielen S.J. in
het Mei-nummer van „Boekenschouw" de
waaide van den jong gestorven Vlaam-
schen dichter Paul v. Ostayen, „wien wij
met eeibied groeten om zijn lijden en
vroegen dood, maar van wiens dichtkunst
wy toch nooit de dupe hopen te worden."
In „Wat anderen schryven", een der
interessantste rubrieken van Boekenschouw
door de geestige, menschkundige commen
taren van den hoofdredacteur, wordt o.a.
Jager's brekende critiek van dr. Moller's
nieuwe literatuurgeschiedenis onder de
leupe genomen.
P. Assmann levert een artikel over den
Engelschen succes-schrijver Am. Bennett,
waarin duidelijk wordt aangetoond wat de
waarde voor de letterkunde is van dezen
practicus en kunstenaar, die na zyn eer
sten grooten roman uitrekende: „na aftrek
van de onkosten voor het typen, heb ik
juist genoeg overgehouden om een nieu
wen hoed te koopen."
Een gedetailleerde critiek op Timmer
man s „Pastoor uit den bloeyenden Wyn-
gaerdt" wordt gegeven door Jos. Hen-
drickx. Nauwgezet speurt hh de fouten en
goede eigenschappen van het boek na en
motiveert zijn meening.
Hendrickx rekent 't boek tot de roman
tiek.
De een en twintigste jaargang is met
dit gevarieerd nummer begonnen.
Pinksterbloemen.
Op de bloemenmarkt was 't weer de
oude gezellige drukte van elke Pinkster-
Zaterdag.
Voor elk stalletje stonden koopsters en
koopers, en vrooiijke kindergroepjès, on
der geleide van vader, moeder of dienst
bode. trokken naar alle richtingen huis
waarts, trotsch dragend hun geurende en
kleurfeestende schatten, die ze, nog niet
voor alles wat hen lief was, zouden wil
len afstaan.
De zon belachte de montere snuitjes
en glanzende oogjes, smeet goud-pla/;en
op de witte tent-zeilen en 't rimpelende
singel-water en maakte vuur-bollen van
de dik-gebloeide roode geraniums.
't Was weer 't Lente-bloemenfeest van
elk jaar't Feest van kleur en geur
en lach, waarby voor enkele oogenblikken
vergeten wordt wat aan leed en zorg weer
te wachten staat in menige woning.
En wie let er in die blije drukte op 'n
eenzaam b u gervrouwtje, dat aarzelend,
by na schuw langs de' bloemenata'Ict.Jjs
schuift en tusschen de hoofden en schou
ders van voorop-gedrongen kooplustigen
de tentoongestelde potjes en plantenbak
ken tracht gade te slaan.
Ze zag ei ook te gewoon uit, om op te
vallen en haar achteraf-houding bracht 'r
met niemand in aanraking.
Ze was bü 't vierde bloemenkraampje
aangeland. Daar Was 't niet zoo druk, en
't scheen w«l of ze blij was, dat ze niet
verder hoefde, 'n Sloome jongen van 'n
jaar of zestien hi. jd er de wacht.
„Wat koste die foksia's?" vroeg ze
bijna nederig.
„7tvt stuiver, jvrffroiv'.
„Zeve stuiKan 't niet wat min
der, bij 'n stuk of vier vyf?"
„Zal u motte wachte tot de baas terug
isik heb daar geen zeggen over
hy zal wel gauw kommels blomme
ón 't wegbrenge naar de Wlllemienestraat
•<P>Ja'k heb weinig tyd
afün'k wou ze dan toch óók graag
bezorgd hebben as 't kan
j.Zal wel gaan, juffrouwhoeveel?"
„Nou...,, vier stuks dan maar".
„Best, 'k zal ze apart zetteen het
adres?"
„Steenstraat twaalf."
„Komt in orde, juffrouw".
„Ziezoo" fluister-zuchtte ze, toen ze
van de bloemenmark af wasda's dan
weer voor-mekaar. Heb 'k me zenuwach
tig gemaakt voor nikszou ook wel
merakel-toevallig geweest zyn als ie nou...
na tien jaar nog
Maar toen ze 'n honderd stapjes ver
der was, wist ze weer niet, of't wel zoo
erg akelig gevonden zou hebben als ie
daar had gestaan met z'n bloemenkraam
pjeZeker, ze zou d'r eigen hebben
doodgeschaamd, en als de weerga hebben
gemaakt, dat ze van de potjesmarkt af
kwamMaar dan had ze 'm toch
nog es gezienWas ze déarvoor eigen
lijk niet met 'n soort angstig verlangen
naar de Pinkstermarkt gegaan? Gunst-
nog-toenou moest ze toch lachen
Hoe kon 'n mensch van dik in de vijf
tig nog aan zulke dingen denkenaan
de liefdeNou ja'n ouwe liefde
danwas heelemaal geen schande
en als daar dan óók nog 'n soort wroe
ging bij kwamja, wroegingwant
ze had Gerrit toentertijd toch leeljjk be
handeldEn as ze nou deris wist, dat
ie goed bezorgd was'n knappe, de
gelijke vrouw had getroffendan kon
ze wel weêr vrede met 'r eigen hebben
ofschoon
En thuis, onder d'r bezig zyn voor 't
middagmaal, moest ze alsmaar aan Ger
rit denkenen toen ze zat te eten
zoo vervelend alléén als elke dag, maar
nu nog meer beknepen door nog Immer
versche eenzaamheidtoen voelde ze T
pijnend, dat 't heel anders had kunnen
zijn.
En haar gedachten gingen terug naar
'n gedenkwaardige Pinkst er*- Zaterdag van
tien jaar geleden.
Ze moest bloemen koopen voor haar
mevrouw, en kwam bij hem terecht. De
ergste drukte was voorbij en ze kon op T
gemak uitzoeken en bedisselen... En zooals
dat dan ging'n levenslustige, vrooliike
meid was ze'n praatje'n aardig
heidjeheel en al in 't fatsoenlijke,
want als dienstbode van meer dan twintig
jaar by dezelfde mevrouw maak je geen
gekheid met mannen meervooral niet
als 't tien tegen een is, dat je met 'n
getrouwd persoon te doen hebt...... ala
de vriendeliikheid begon dan eigenlyk
meer van zyn kanthij was buienge-
woon schappelijk met z'n prijzenbood
aan de potjes netjes by mevrouw te be
zorgen en, als mevrouw 't graag had, ze
in de grond te zettenen zoo kwam
van 't eene gesprek 't anderewaaruit
bleek, dat ie haar zoo'n beetje scheen te
kennenMet praten en gissen kwam t
uit, dat ze in één wagon hadden gereisd
in 'n bodevaart-trein ntvar Kevelaar
'n jaar of drie vier geleden.
's Middags bracht ie de bloemen, plaat
ste de potten waar mevrouw ze graag had
en kreeg in de keuken 'n kop thee en
'n sigaar. Hij vertelde haar toen, dat ie
al 'n goed jaar weduwnaar wasdat
z'n dochter, die 't huishouden deed, ging
trouwen enafyn, dat ie nou weer op
zoek was naar een flinke, degelyke vrouw
van zyn leeftyd. Wat er bij "t tweede kop
theeen bij 't derde toen weeral
lemaal gepraat wasdat wist ze op 't
oogenblik zoo precies niet meerMaar
in elk gevalvanaf die Pinkster-Zater
dag kwam ie elke week met z'n bloemen
wagen aan de deurenbloemen
noodig of niet noodig'n praatje maak
te hij tochen 'n paar maanden later
'n weduwnaar doet; er zoo lang niet
over zeggen ze waren ze 't met el
kaar esns. Mevrouw vond 't jammer.
Ruim twintig jaar had Anna haar
trouw gediend, ze zou niet gemakkelijk
aan 'n ander wennenmaar ze wou 't
geluk van Anna niet in de weg staan en
beloofde haar de meubels voor 't hééle
huisje.
Toen'n paar weken vóórdat :*3
zouden aanteekenendat conflict. Ze
begreep nu, na tien jaar. nóg niet dat
geëngageerde menschen van vyf en veer
tig konden kibbelen als 'n piepjong stel.
'n Verkeerd begrepen afspraak... 'n schero
woordvan haórja, dat wist ze
nog als de dag van gisteren. Zij zelf was
de aanleiding geweest'n heuschelyke
ruzie was 't geworden, met koppig volge
houden tegenspraak van haar en 't stand
punt van eerlijk gelijk hebben van hèm...
en hy was weggeloopenen niet meer
teruggekomen. Later hoorde ze. dat ie z'n
boeltje verkocht had en ergens commen
saal was geworden
'n Jaar later vroeg mevrouw haar, of
ze weer voor bloemetjes wou zorgen
Maar hoofdschuddend zei ze, dat ze er
niet toe kon komen, om naar de „Luilak-
markt" te gaanze schaamde zich
voor Gerritze had de moed niet hem
onder de oogen te komenMevrouw
stuurde 't tweede meisjeen dat bleef
ook de andere jaren zoo. 't Sleet
Gewoonlijk krygt men op die leeftijd
geen ongeneeslyke liefde-wonden meer.
Maar nou was mevrouw dooden
Anna zat in 't stille twee-kamer-wonink
je van haar hjfrente te levenWel had
ze kennissen, maar daar kon je óók niet
de heele dag over de vloer liggenEn
in haar eenzaamheid dacht ze aan Gerrit,
en haalde zich van alles in 't hoofd
werd geplaagd door de angst, dat 't met
hem misschien de verkeerde kant was uit
gegaandoor haar schuld
en die angsten de herinne
ring hadden haar op deze Pinkster-Za
terdag weer naar de bloemenmarkt ge
drevenmet de niet uitgesproken hoop
hem te zien en de vrees hem te zuilen
ontmoeten. Maar er was niets gebeurd
en nu zou weer alles gewoon doorgaan
maar ze voelde, dat Juist dat „gewone"
haar zou biyven knoeiengut-gut
was mevrouw maar biyven levenwant
die eenzaamheid haalde alles weer los
of 't zou moeten zyn, dat na deze Pinkster-
Zaterdag
Daar was 'n man met de bestelde bloem
potjes.
Toen ze de deur open deed stond ze
meteen als 'n bloken nijliet haast
de mand met foksia's op 't stoepie vallen.
„Gerrit," deed haar mond, zonder ge
luid.
„Anna," beef-wipte z'n ruige Zaterdag-
kin. „Wist ik, dat jij
„En wist ik, dat jij
•'adaar stonden ze nouHulpe
loos friemelde hy aan de glimmende,
weelde-belovende bloemknop oenen zei
toen, om z'n houding te redden, wat ru
wer dan ie 't bedoelde: „Hier benne de
blomme't is't ls één-twintig
„Kom je d'r niet effe in?"
Ze voelde, dat ze vuurrood werd toen ze
dit zei, en ging hem meteen maar vóór
naar 't huiskamertjeom 'r gezicht te
verbergen Hij draalde haar achterna
nam z'n pet in z'n hand en kneep die tot
een prop, zonder 't te merkenveegde
z'n voeten op 'n velvet deurkleedje in
plaats van op de mat er vlak vóóren
stond in de kamer als 'n bedremmelde
jongen.
Eh terwijl ze de bloempotten uit de mand
nam en ze in 't rekje van het kozijn
plaatste, vroeg ie zacht: „Hoe kom je hier
zoo te wonen?"
Ze vertelde 'tvan mevrouw's over-
lyden en schoof 'n stoel naar 'm toe. HU
ging zitten 'en keek wat rond.
Of-ie soms wou wachten, dat ze effe 'n
bakkie thee zette
„Ja. daar had-ie wel trek in.
En terwyi ze in 't keukentje was, keek-ie
vrijer rond. en zag 't groote verschil...
Hier alles helder, blinkend, vroolijken
bjj hemno-ja... niet smerig, maar....
sjonge-jonge, nou zag je toch, dat ergens
in de kost zyn niet alles wasen hij
duwde de rafelboordjes van z'n boezeroen
wat naar binnenen dankte de hemel,
dat de rest niet te zien kwam.
En onder 't kopje thee raakten ze aan
't pratenover onbenullige dingetjes
eerst, en ze dachten allebei aan dat aller
eerste kopjebij mevrouw in de keu
ken Gerrit loog. dat-ie 't best naar z'n
zin hadwou z'n eigen niet laten ken
nen: maar aan heel z'n houding en ma
nier van spreken merkte ze, dat-ie niet
oprecht was. Ze keek naar 1e plaatsen aan
zn kleeren, waar knoopjes moesten zitten
en naar z'n boezeroen-mouwen, die weer
plagend omlaag kropen.
Hij bedankte voor 'n tweede kopje
deed nog wat onrustigen stond toen
op
••Nou't beste maar," wist-ie niets
beters te zeggenen ging heen
„Wacht," riep ze hem iaik heb
nog niet eens betaald!"
Hij deed weer 'n paar stappen terug 't
gangetje in en veegde z'n zand-handen
aan z'n broek af
En toen ze 't geld in een van die han
den neerteldezag ze, dat die beefde
„Nee," duwde hy de centen in haar por-
temonnaie weerom„ik wil geen geld
hebben voor die blommet is nou
't is nou eenmaal zoo geloopert't zal
zoo wel hebbe motte wezenmaar geld
neem 'k dar niet voor anik hoop. dat
je er plezier van zal hebben'n blom
metje in huis is altyd
„Da's aardig van je, Gerriten.... en
als ik je nou zegdat ik teen.... toen....
je weet wel.... erg leeli.jk tegen je geweest
ben.... en dat 't heelemaal an mijn groote
mond heb gelege, datte ween dat 'k T
direk spijt van had
Door Gerrit's lijf ging 'n warme golf
en Anna keek naar 't cocus-loopertje
om niet te laten zien, dat haar oogen het
niet konden Kilden tegen wat daar achter
te dringen zat.
In de namidsag kwam Gerrit terug.
Met z'n Zondagsche pak aan.
En met de mooiste geranium, die-ie van
de Pinkstermarkt had overgehouden.
G. N.