STADSNIEUWS
Verkeersongevallen
CHEQUE,KOERSEN
us-
NIEUWE HAARLEMSGHE COURANT
VRIJDAG 22 JUNI 1928
BLADZIJDE 4
Ned. R. K. Bond van
Overheidspersoneel
„St. Paulus"
Het Jubileum
van den Haarlemschen
R.K. Patronatenbond
T oespraak plebaan
Westerwoudt
MUZIEK
Concert H. O. V.
m
NöyiÈi a
Ongeval bij het voetballen
„Kinderspeelplaats
Duinlustpark"
De Rerum Novarum-meeting
Wegenbelasting
Botsing tusschen 2 auto's
Aanbesteding
DE TRAM- EN AUT
VERBINDINGEN IN
HAARLEM
Jubileum
H. Mis voor den R. K. Middenstand-
bond
INGEZONDEN
DE SPAARNEBANK
Haarlem- Amsterdam
BON t.m. 30 Juni
GRATIS
Het bondsaltaar in de parochiekerk van
„St. Martha", Hoefkade, Den Haag
Bij gelegenheid der jongste Bondsverga
dering van „St. Paulus" vond in de parochie
kerk van „St. Martha" Hoefkade Den Haag
de wijding plaats van het bondsaltaar naar
het ontwerp van Alex Asperslagh.
De stichting van dit altaar is het resultaat
van een gemeenschappelijk streven om een
band te leggen tusschen Godsdienst, Kunst
en Arbeidersbeweging.
- De benoeming van den Bondsadviseur, den
Zeereerw. Heer Pastoor J. G. Jansen tot Pas
toor van de St. Marthaparochie, was meer
de onmiddellijke aanleiding tot de stichting
van het Bondsaltaar, waarvoor gelden door
den Bond en door de gaven der leden per
soonlijk, zijn bijeengebracht.
Het werk van Alex. Asperslagh is een al
taar met muurbeschilderingen.
Omtrent de schildering het volgende:
Daar Sint Paulus van het Kruis, de stich
ter der Passionistenorde, tevens de Pa
troonheilige van den schenker is, en boven
dien het altaar moest toegewijd zijn aan het
H. Hart van Jezus moest de ontwerper na
tuurlijk deze twee gegevens in één schilde
ring verwerken, hetgeen hij gedaan heeft
op de volgende wijze!
De Passionisten doen buiten de geloften
van armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid
nog een vierde gelofte n.l. die van de over
weging van het lijden van Christus.
Daarom heeft hij de houding van Sint
Paulus gegeven van den gekruisten Christus
waarmede hij doelt op de innerlijke gestelte
nis van Sint Paulus n.l. door de meditatie
van het Goddelijk Lijden eigen volmaakt
heid te betrachten.
De Sint Paulus-figuur staat hier als mid
delaar tusschen het offer van den Priester
(vertegenwoordiger van 't volk) en het zoen
offer onzer zonden, het Heilig Hart van
Jezus.
Het gelaat van Sint Paulus en zijn houding
drukken uit het smeeken om barmhartigheid
en de ontroering om het Lijden van Chris
tus.
Daarboven verschijnt Christus, ons Zijn
van Liefde brandend Hart toonend, om ons
tot beter leven en eerherstel op te wekken.
Links en rechts van St. Paulus bloeien de
rooskleurige passiebloemen, welke symbolen
zfjn van het lijden.
De diverse spitsboogvormen, in de schilde
ring duiden op den groei in de volmaaktheid
en zijn tevens aangebracht als toepassing
aan de vormen der architectuur.
De altaartafel van wit marmer rust op
vier kloeke kolommen van de zelfde steen
soort, terwijl het geheel rust op een grond
slag van donker marmer.
Feestavond
Gisterenavond werd een feestavond ge
geven in gebouw St. IBavo vcjr genood'gden
en belangstellenden In het patronaatswerk,
ter gelegenheid van het jubileum van den
Patronatenbond, dat deze week gevierd
wordt. Op dezen feestavond werd een
feestrede uitgesproken door den Hoogeerw.
heer plebaan L. A. A. M. Westerwoudt.
Wij staan tusschen de Lente en den Zo
mer. Tusschen de dagen van het jonge
groen, de uitbottende bloemknoppen en
bloesems, en den komenden tijd van vollen
wasdom en krachtig uitgegroeid leven.
Ik noem het een schoon samentreffen,
dat ik juist hedenavond bij dien overgang
tusschen Lente- en Zomertijd, hier de
plaats mag innemen tusschen onze Haar-
lemsche jongens, die jubileeren om hun
koperen Bondsfeest, èn u, de Haarlemsche
mannen en vrouwen, die door uw krach-
tlgen steun en in uw diep gewortelde, en
rijp doorgroeide overtuiging, immer de
groote stuwkracht waart van het zoo hoogst i
nuttige patronaatswerk.
Mag ik dan op dezen 21 Juni. den feest
dag van St. Aloysius, den grooten Patroon
der Katholieke jongelingschap, staande i
tusschen lente en zomer, tusschen jong en
oud, hedenavond een enkel woordje zeggen
tot opluistering van het feestgetij, dat ons
allen gelijkelijk juichen doet.
Een dei- schoonste verhalen der H. I
Schrift is dat van den braven Tobias en I
zijn zoon. Schoon om de teedcre zorgen,
waarmee de godvreezende, blinde vader
waakt over het belang en meer bijzonder
over de toekomst van zijn dierbaar kind.
Als de jonge Tobias de eerste jaren in het
veilig ouderhuis heeft doorgebracht, als de
dag is aangebroken, dat ook voor hem de
wijde wereld zich openen zal, dan, alvo
rens hij hem heenzendt herhaalt de
wijze vader nog eenmaal voor zijn zoon zijn
kostbare levenslessen en beëindigt hij die
met deze woorden: „Ga nu verder mijn
kind en zoek u allereerst een vertrouwden
gids, die u langs uwen weg geleiden zal."
't Is aan die woorden, dat ik op. een
feest als dit bijzonder denken moet.
Immers, indien wij het werk der Patro
naten van zoo bijzonder groot gewicht ach
ten voor onze schoolvrij geworden jongens,
indien wy dankbaar 't feit gedenken, dat
nu reeds 12 jaar de Haarl. Patrona
tenbond in zyn krachtige organisatie aan
dat hoognuttig werk zekerder richting en
vaster eenheid gaf, dan is het toch boven
al, omdat, dank zy dat liefdewerk, onze
aangroeiende jongens, staande aan 't begin
van het meer openbare leven, in den boe
zem van het patronaat zich de bekwame
gidsen mochten vinden, onmisbaar by 't al
verder voortgaan op hunnen levensweg.
Al het overige niet te na gesproken en
volop waardeerend zooveel meerder goeds,
wat onze jongens in hun patronaat moch
ten winnen, noemen wij toch dit hun rijkste
winst; dat zy er vonden vertrouweiyken om
gang met hunne Priesters en met de edel
moedige mannen, die als commissieleden
den directeur van het Patronaat zoo be
langeloos en zoo yverig terzyde stonden.
De eerste klndertyd is voorby. Het vei
lig ouderhuis is ontsloten. De schoolbanken
zyn, of worden straks, voor goed verlaten,
en in al zyn wydte en bange onzekerheid
ligt het groote wereldrijk voor de nieuwe
burgers open.
De Hoogeerw. spr. wees daarna op de ge
varen, welke de jeugd bedreigen.
Die gevaren, altoos aanwezig, zyn in on
zen tyd eindeloos grooter dan voorheen.
Bovendien zyn er meer middelen om den
hartstocht te voldoen.
Maar of minder gevaariyk is onze harts
tocht, naar gelang ons meer of minder ge
schikte middelen ter beschikking staan, om
zich uit te leven en uit te woeden.
wy kunnen ons de wereld al niet meer
voorstellen zonder fietsen en auto's, zon
der voetballen en bioscopen, zonder dien
overvloed van boeken en tydscnriften en
illustraties, zonder dancings en radio's en
die tallooze ontspanningsgelegenheden, die
overal, en in eiken vorm, zich presentee
ren. Zeker, al die uitvindingen zyn zegen
rijk, als zy slechts in dienst treden van de
deugd, maar wee de menschheid, als de
hartstocht er beslag op legt. Dan grypt het
kwaad verwoestend om zich heen en wordt
als de alles-verdelgende lawine.
Welnu, had vroeger de menschheid slechts
zyn vuisten voor het kwaaddoen ter be
schikking, thans met dezelfde harts
tochten behept zwaait zy met sabel en
revolver. De meerdere hulpmiddelen heb
ben de wereld gevaarlijker gemaakt dan
ooit. Zoo heeft dan ook de zonde den weg
gevonden tot de kinderlyke verbeeling en
het kinderlijk hart, door het verderfelyk
voorbeeld dat jeugdige personen elkander
geven op de straat, op het ontspannings
terrein, in de vakschool, op de werkplaats.
Eens huiverde men terecht voor het gevaar,
dat men jonge menschen moest toevertrou
wen aan het kazerneleven, waar rijp en
groen, gaaf en rot byeenkwam. Maar in
dezen tyd vindt men nog veel jeugdiger
menschen met heel wat gevaariyker „we
tenschap", in de godsdienstlooze inrichtin
gen van meer gevorderd onderricht, op de
byeenkomsten van pret of sport, waar men
op dertien- en veertienjarigen leeftyd el
kaar meer „leert" dan voorheen deoude
ren wisten.
Wat ons huiveren doet voor de toekomst,
dat zyn de hemeltergende gebeurtenissen,
die zich afspelen b.v. in het ongelukkig
Rusland.
De Internationale van de jeugd omvat
er 2 organisaties: vooreerst den bond voor
de oudere jeugd, de zoogenaamde Komso
mols (voor jongens van 1623 jaren) en
daarnaast de zoogenaamde Roode pioniersof
Leninjongens van 916 'jaar. En weet gy
wat in de Russische „Roode Dageraad" hun
als levensles werd voorgehouden? „Laat al
die mythen achter je, begraaft die doode
Goden en Christussen en schept een
nieuwe wereld. Zwaait dé roode vlag en dan
eerst zult ge "kinderen des levens zyn."
Zeker, in alle eeuwen is het tydperk van
de jongelingschap een periode geweest vol
hachelyke gevaren. Meer echter dan ooit
dreigt het gevaar in den maatschappelijken
toestand onzer tyden. Met onstuimig ge
weld dringt het verderf op de zielen onzer
jongens en meisjes aan. Gretig luisteren zy
vooral naar de grootsprekers en veelbe-
lovers, die hoe funest ook bun drijven
is immer zichzelf aanmelden als de
echte, de eenige volksvrienden. Vooral in
jeugdige lieden vindt de party van onte
vredenheid en afgunst zyn sterken aan
was. Immers by dezen jaagt het heete
bloed naar genot en laat de onervarenheid
't gemakkeiykst zich blonddoeken.
Maar dan is het ook voor ons Katholie
ken allereerste plicht ons aan te trekken
het lot van die opgroeiende en zoo schrik
barend bedreigde jeugd.
Voor hen allereerst is het gebiedend
noodzakelyk, dat zij in geloovige vereenigin-
gen en christeiyke organisaties steun vin
den, om tegen verleiding en bedreiging on
wrikbaar pal te staan.
En omdat nu de Bond, tot welke wy he
den onze gelukwenschen richten. 12 K jaar
onverdroten aan dit zoo heilig belang zyn
beste zorgen wydde, daarom is dit feest der
Haarlemsche Patrohaten ëen jubelfeest
voor ons allen.
Gaarne stemmen wy in, met wat rèeds
byna 70 jaar geléden ten Hirscher in
Duitschland zei in hét voorwoord van zyn
Catechismus: „Neemt ons alles af en geeft
ons dit alléén: verstandige, in-vrome men
schen. volyver voor de jeugd, leèraars en
beschermers, dié heden en morgen, met
onvermoeide liefde zich wyden aan hare
belangen enwy hebben genoeg.
Omgekeerd: „geeft ons alels, maar Iaat
het ons aan zulke mannen ontbreken
en wy hebben niets!"
Dankbaar zeggen wy het onzen grooten
Broere na, waar hy, zelf nog in zyn jon-
genstyd, deze dichtregelen neerschreef:
Dan zegent God hem, die een Vader,
Een leidsman heeft, voor vriend en rader,
Die van 't gevaar hem onderricht.
Zoo slechts is 't mogeiyk voort te stappen
En aan den vogelknip te ontsnappen
Die onder 't loof verborgen ligt.
Ik zeg dankbaar herhalen wy priesters die
woorden v. d. Hageveldschen jongen, omdat
wy zelf maar al te goed weten, hoe onnoem
lijk veel wy te danken hebben aan hen, wier
vaderhand ons in de moeiiyke jongelings
jaren mocht steunen en geleiden.
Welnu.dat voorrecht, een priester te
hebben als meer by zonderen beschermer en
leidsman in den onstuimigen tyd hunner
jongelingschap, dat juist is het wat het
patronaat zoo kostbaar maakt voor onze
jongens.
De priester is voor hen wat eens Mozes
was voor 't volk van Israël. Hy kan en
hy wil hen helpen.
Hy kan hen helpen.
God heeft hem, den priester, de roeping
gegeven zyn volk uit het Egypte der hei-
densche wereld veilig heen te leiden naar
het land van belofte. Daarom treedt de
priester, als een tweede Mozes, in een dage-
ïyksch verkeer met God. Daarom bestygt hy
eiken dag den berg van het Altaar, om ne
derdalend zyn volk te toonen de Tafelen
der Wet. Als Mozes voert hy den staf,
die 't levengevend water op doet springen
tot lafenis der jeugdige harten, en zyn zy
gewond, door den slangebeet der zonde, dan
is 't de Priester die hen heen wyst naar
't kruis van Hem, van Wien de koperen
slang der woestyn slechts een verre vooraf
beelding was.
Hongeren hunne Jonge zielen naar voed
zaam levensbrood dan roept het priesteriyk
woord voor hen een Heilig Manna van den
hemel af.
Zoo staat de priester in het Patronaat als
„de man van vertrouwen". En al is het
waar, dat ook dan nog het kwaad kan bin
nensluipen; als eens dat echt vertrouwen
in den leidsman het Patronaat bezielt, dan
zal dat kwaad toch nimmer zich vast zet
ten; dan nestelt het zich er niet, want de
ziel is open en verlicht, Gods geest waait
er als frissche lucht doorheen en zyn licht
verdry ft er het duister.
Dank dan aan U. die als begunstigers en
donateurs van ons Patronaats-werk, thans
12 J4 jaar lang aan den Haarlemschen jon
gen den weg hebt geopend, die hen, in
zyn moeliyksten tyd brengt onder het be
reik en de bescherming van den priester
en zijn trouwe helpers. Dank aan U allen
die door moreele en sfcoffeiyke hulp het
onzen Roomschen jongens hebt mogeiyk ge
maakt te gehoorzamen aan Christus* bevel,
waar Hy zegt: „Ga en vertoon U aan den
Priester."
En wilt gy een bewys van onzen dank!
Welnu wy Westers wy Geestelykheid van
Haarlem, wy beloven n gaarne, dat waar gy
de jongens ons toevertrouwt, wij van onzen
kant ze zullen opnemen en biyven verzor
gen met alle liefde waartoe ons priesterhart
in staat is. Trouwens dit is onze heiligste
plicht!
Toen vast stond dat wy God beminde»,
beval hi( mot i— -»
voor de lammren voor de jongsten zyner
kudde, wat wy doen wilden voor Hem zelf
En voor dat werk vragen wy geen belooning
dan die welke God zelf ons eenmaal geven
zal. Gelijk de Engel, die eens den jongen
Tobias geleid had, zoo zegt de Priester, die
belangloos zich aan het lot der jeugd mocht
wyden: „Ik ben een dergenen" „qui asta-
mus ante Dominum.' (Tob. XII 15), de
staan voor het aanschyn Gods, ik gebruik
een spyze, die onzichtbaar is voor de men
schen; en die spyze is: den wil te doen van
onzen Vader, die in den Hemel is.
Welaan dan, m.d. en h„ moge dit korte
woord U hebben aangespoord, om waar gij
slechts het heeiyk werk der Patronaten,
moreel en financieel te steunen. Mo
ge het by U nog hebben versterkt dat zeker
vertrouwen, waarmede gij tot nu dit zoo
nuttig werk ter uitvoering, steeds overliet
aan de Eerw. Directeuren der Patronaten en
hun vele wakkeren helpers.
Iedere huisvader, die als een andere
N.oë zyn duifje het venster opent om 't
met angstig hart zyn vlucht te zien nemen
door de ruimte, m.a.w. ieder, die voor den
onervaren jongen de "leur van het ouder
huis ontsluit, opdat hij zyn tocht door de
wereld beginne. moge alle vrees vergeten
by de gedachte, dat boven de woedende gol
ven v. d. modernen zondvloed, de vruchtba
re oiyfboom van het Patronaat zijn groene
takken uitstrekt. Daar zal de jonge zwer
ver een veilige rustplaats vinden en van
daar zal hy telkens weer, dragend den vre
destak en ongeschonden weerkeeren in de
huiselyke woning. Zegenen wy dan Hem,
die ook dezen boom des levens voor ons groei
en deed; werken wy allen meê, opdat steeds
meerderen in zyn schaduw en by zijn
vruchten verkwikking vinden, en des te ze
kerder als eenmaal de onstuimige jonge-
lings-jaren voorby zijn en die eerste zond
vloed van opbruisend leven bedaard is,
hun vlucht mogen nemen naar omhoog.
Dan zal van ons Roomsche Haarlem nooit
de klacht des Heeren behoeven te gelden, de
klacht die Hy eenmaal over Jeruzalem
deed hooren: „Hoe dikwyls heb ik verlangd
Uwe kinderen te verzamelen en gij, gij hebt
het niet gewild."
Steunt het Patronatenwerk, dan zal ook
de Roomsche Haarlemsche jongen, na als
een andere Ismaël te hebben gedronken van
deze bron in de woestyn, door God hem
geopend, niet van dorst bezwijken, maar
sterk en krachtig opgroeien, om eenmaal
als Agar's zoon te worden „de vader van
een nieuw geslacht."
Medewerking werd verleend door de
R. K. Mandolineclub Santa Lucia en het
dubbel meisjeskwartet St. Caecilia, welke
met hun pittige en beschaafde muziek en
zang zeer veel by val oogstten en een dank
baar gehoor vonden.
Ook werd opgevoerd «het drama „Samuel,
of de Martelaar van het H. Sacrament",
waarover wij reeds geschreven hebben.
De Weleerw. Pater A H. J. Prankenmolen,
O.F.M., voorzitter van den Patronatenbond.
bracht in zijn dankwoord vooral hulde aan
den Hoogeerw. heer Plebaan, die ondanks
zeer drukken bezigheden bereid was dezen
avond zyn bezielende woorden, voortko
mend uit een warm en edel priesterhart, te
spreken. Pater Frankenmolen dankte voorts
alle medewerkenden en beval het moeiiyke,
maar mooie Patronaatswerk in aller steun
en belangstelling aan.
Voor den feestavond van heden in gebouw
St. Bavo, heeft men, voorzoover er plaats is,
ook toegang op de kaarten van Woensdag en
Donderdag.
I
Het z.g. Volksconcert, dat, den hemel zij
dank,' de maanden Mei en Juni in de Ge.
meentelijke Concertzaal wordt gegeven, om
dat de tent in den Hout daarvoor ten
eenenmale ongeschikt is, en de omgeving,
waarheen men ook de tent zou verplaatsen,
er altijd ongeschikt voor zal blijven, dit
Volksconcert is voor de H.O.V. een eclatant
succes geworden, gisteravond.
Er was een gast-dirigent, de heer Gerard
Alphenaar, en er was een gastsolist, de heer
Hugo van Dalen uit Den Haag, aan den
Grotrian Stelnweg-vleugel.
Het programma bestond uit vier num
mers, n.l. de Tweede Suite Arlésienne van
Bizet, het Piano-concert no. 2 van Serge
Rachmaninoff, en het Eerste Piano-concert
van Serge Bortkiewicz, met als slot de Pré
ludes uit de Poème Symphonique van Franz
Liszt.
Dit programma werd tevens door de Ra
dio rondgezonden, zoodat deze avond er een
is geworden, waarvan niet slechts de bezoe
kers, maar ook de radio-luisteraars hebben
kunnen genieten.
Laten we echter beginnen met eerlijk te
zeggen dat deze genieting althans voor ons
niet onverdeeld is geweest. Er waren nog al
enkele vlekjes, vooral voor de pauze, welke
wel voor een groot deel hun oorzaak vonden
in het gemis aan contact tusschen dirigent
en orkest. Dit behoeft natuuriyk niet te ver
wonderen; de kennismaking is daarvoor na
tuurlijk wederzyds te kort geweest. Toch
werd de Suite Arlésienne met bravour ge
speeld, al leek de algemeene opvatting van
den heer Wagenaar ons wat zwaar en log.
Trouwens, daar leed ook o.i. het plano-con
cert van Rachmaninoff onder. Dit had zyn
terugslag op den pianist, den heer Hugo v.
Dalen, wiens spel bijwijlen geheel ten onder
ging onder de klankenzee van het orkest,
zouden het niet betreuren, wanneer hy dan
nog eens met deze zelfde piano-concerten
kwam. Het orkest kan zich in dien tus-
schentijd in beide werken dan nog eens ver
diepen, zoodat we dan een volmaakte weer
gave zullen krygen, voorzoover dit op het
'dermaansche althans te bereiken is.
J. S.
By het voetballen op het terrein op het
Staten-Bolwerk had gisteren de 15-jarige J.
v. W. wonende 't Krom 26 rood, het onge
luk den rechterenkel te breken. Nadat een
lid van O. D. de eerste hulp had verleend,
is de jongen per auto naar het St. Elisa
beth's Gasthuis overgebracht.
Te Santpoort is opgericht een vereeniging
voor een kinderspeeltuin genaamd „Duin
lustpark." Het terrein daarvoor werd wel
willend afgestaan en omrasterd door de
Erven van Vliet te Overveen en is gelegen
aan den Brederodeweg naby het Provin
ciaal Ziekenhuis.
De opening is bepaald op 27 Juni a.s.
's middags om twee uur. Iedereen heeft vryen
toegang mits hy zich houdt aan de daarvoor
geldende bepalingen.
Op het by de Rerum Novarum-meeting
gezonden telegram aan den Hoogeerw. heer
Mgr. H. J. M. Taskin, Vicaris-Kapitulaar,
is thans het volgende antwoord ontvangen;
Haarlem, den 20 Juni 1928.
Myne Heeren,
By deze bedanken wy U harteiyk voor
het Ons toegezonden uitvoerig telegram op
den gehouden Encycliek-Dag van 18 dezer.
Met de daarin aangegeven denkbeelden
kunnen wy Ons volkomen vereenigen en
Wy wenschen U van harte toe, dat deze
denkbeelden binnen afzienbaren tyd werke-
lykheid mogen worden.
Met byzondere hoogachting verbiyven Wy
inmidde's.
Uw dienaar in O. H.
(w.g.) H. J. M. TASKIN,
Vicaris-Kapitulaar.
By beschikking van den Minister van Fi
nanciën zyn de werkzaamheden, waarmede
by de wegenbelastingwet de ontvangers der
directe belastingen zyn belast, voor de ge
meenten Bennebroek, Bloemendaal, Haar
lem, Haarlemmerliede en Spaamwoude,
Heemstede en Zandvoort, met Ingang van 1
Juli opgedragen aan den ontvanger der in
voerrechten en accynzen te Haarlem, en voor
het gedeelte van de gemeente Amsterdam,
gelegen ten zuiden van het IJ, met ingang
van 1 November 1928, aan den ontvanger
der aocynzen te Amsterdam.
Aanrijding te Bennebroek.
Gistermiddag kwart voor zes uur werd de
wielrijder L. v. L., wonende te HUlegom, op
het kruispunt door een auto aangereden,
doordat deze van Haarlem komend den
Zwarteweg naar Vogelenzang insloeg. De
wielrijder had het niet bytyds opgemerkt
en kwam te vallen. Een inwendige bloeding
aan het oor had hy opgeloopen. Na door
dr. van Aalst verbonden te zyn, kon hy,
per auto naar zyn woning vervoerd worden.
Op de kruising van den Wagenweg en
Jordensstraat had gisteren een aanrijding
plaats tusschen 2 auto's. De ééne, bestuurd
door T. I. uit Santpoort, kwam uit de rich
ting Jordensstraat, de andere kwam van den
Wagenweg en werd bestuurd door D. K. Te
gen dezen laatsten bestuurder werd wegens
te snel rijden proces-verbaal opgemaakt. Een
der auto's werd aan de voorziide emstie be-
«aKs/IWI
Hugo van Dalen
hetgeen vooral opviel in het eerste piano
concert. Dit zwaar te begrijpen, overigens
echt Russische toonwerk moet het toch al
afleggen tegen dat van Bortkiewicz, dat ge
makkelijker aanvoelbaar is, melodieuzer en
doorzichtiger van compositie dan dat van
Rachmaninoff, en meer onmiddellijk vol
doening schenkt.
Zoo heeft de heer van Dalen ons de pri
meur geschonken van een tweetal werken,
welke hij op een der Zomer.concerten van
het Residentie-orkest, onder leiding van
prof. Schneevoigt, te Scheveningen zal spe-
len.
Eenige byzonderheden over dezen landge
noot meenen wy onzen lezers niet te mogen
onthouden.
Hugo van Dalen, wiens eonterfeitsel we
hier afbeelden, die 40 jaar is, slaagde reeds
op 14-jarigen leeftyd voor het Amster.
damsch Conservatorium, waar hij les kreeg
o.a. van Julius Röntgen en Joh. Wijsman,
en al met z'n 17e jaar het einddiploma be
haalde. In 1907 vertrok hy naar Berlyn.
Daar werd hij leerling van den grooten,
enkele jaren geleden gestorven Buscni en
zag zich weldra tot leeraar in het klavier-
spel aan verschillende muziekscholen be
noemd. Na eenige jaren vertrok hy naar
Weenen; z'n voorliefde voor Liszt dreef hem
daartoe. Hij werkte er met één van 's meer-
ters leerlingen. Dan kwam eindelijk ook de
tijd van zijn muzikale zwerftochten. Hy trad
al dan niet met andere musici op in
Duitschland, Oostenrijk en Rusland en na
tuuriyk heeft hy ook in ons eigen land tal
van concerten gegeven Hoe men hem ook
elders waardeert, bleek nog slechts een jaar
geleden uit een verzoek, dat hij kreeg, om
een tournée doOr Spanje te ondernemen.
Trouwens in verschillende buitenlandsche
handboeken over muziek en musici wordt de
naam van dezen landgenoot genoemd.
In 1918 kwam Van Dalen definitief in
Holland terug; sinds dat jaar is hy leeraar
aan het Koninklyk Conservatorium voor
Muziek te 's-Gravenhage.
Dat Hugo van Dalen op dit concert juist
twee Russische composities speelde vindt wel
voornamelijk zyn oorzaak hierin, dat hy
deze muzikale mentaliteit wel heel byzonder
en sterk aanvoelt. Wat ons niet verwonderen
mag wanneer wy weten, dat Hugo van
Dalen met name Serge Bortkiewicz in zijn
Berlynsche periode persoonlijk heeft leeren
kennen.
Zoo is de vertolking, welke Hugo van Da
len van deze muziek geeft, dan ook zeer oor-
spronkelyk en is waarschynlyk ook het ver
schil te verklaren tusschen de weergave van
het concert van Rachmaninoff en dat van
Bortkiewiecz. Men kan hier in elk geval
spreken van een sterk temperament, en
toch, by alle kracht en breedheid, welke
van zyn spel uitgaan, blijft de muzikaliteit
overheerschend. Men heeft zelfs reeds be
weerd dat voor de uitvoering van de werken
van Bortkiewicz „het talent van Hugo van
Dalen veel meer geëigend was dan dat van
den componist zelf, die te teer en te soepel
speelde voor zyn eigen composities".
De heer Hugo van Dalen had zichzelf,
dirigent en orkest gisterenavond geen ge
makkelijke taak gesteld.
Wanneer we echter mogen oordeelen naar
den luiden byval, vooral by het concert van
Bortkiewicz, van het dankbare publiek, dat
de geheele concertzaal vulde, dan mogen we
wel besluiten dat hy met de medewerking
van dirigent en orkest, allen op uitnemende
wyze heeft bevredigd.
Een oprecht gemeend „Tot ziens" óók op
een ledenconcert der H. O. V., moge dan ook
van deze plaats de tolk zyn van onze waar
deering en hoogachting voor dezen talent-
vollen, ernstig strevenden, Hollandschen
kunstenaar van bijzondere begaafdheid. We
Gistermorgen werd door B. en W. ten Raad-
huize eer verpachting plaats van diverse
standplaatsen voor den verkoop van bloe
men, planten kleine eetwaren, roomijs en
vischwaren: voor het plaatsen van rywiel-
hekken en fotografietoestellen.
Inschreven werd als volgt:
Worst, standplaats de Dreef
idem Verwulft
idem Zomervaart
idem Paviljoenlaan
idem Raaks
idem Ramplaan
idem den Hout
idem Spanjaardslaan
idem Hertenkamp
Rozenhoek, standplaats, K. Houtweg
Veldhoven, standpl., Oudeweg
J. Smit, standpl. Spaarnwouderstr.
Jak, standpl., Heerenvest
P. Esveld, standpl. Kennemerbrug
v. Bergen, standpl. Verwulft
W. Vijselaar, standp. Soendaplein
W. H. Buuren, standpl. Soendapl.
Raar, standpl. Gen. Cronjéstraat
W. Vijselaar, standpl. Verwulft
idem den Hout
D. de Heer, standpl. den Hout
J. v. d. Erf, standpl. de Dreef
K. Roos, standpl. Plein-Postkant.
C. v. Gooi, standpl. Schoterweg
C. H. P. Zwart, standpl. Pavilloenl.
C. H. P. Zwart, standpl den Hout
Barbos, standpl. Kleverlaan
W. Vyzelaar, standpl. Zomervaart
C. J. Vlucht, standpl. Ramplaan
W. Vijzelaar, standpl. Ramplaan
W. F. Schoen, standpl. Zomervaart,
J. M. Bakker, standpl. Stationsplein
W, F. H. Maas, standpl. Wagenweg
A. H. Vriesland st.pl. P. Krugerstr.
W, Vijzelaar, standpl. Spanjaardsl.
J. G. v.d. Mey, st.pl. Kennermerpl.
W. Vijzelaar, standpl. Heerensingel
M. v. Beelen, standpl. Verwulft
J. L. de Vries, standpl. den Hout
J. L. Zomer, standpl. Ramplaan
N. Norden, standpl. Verwulft
J. P. Pelses, standpl. Bilderdykstraat
P. Guit, standpl. den Hout
F. Scheelings, standpl. Schoterw.
A. C. Tanis, standpl. Verwulft
P. Guit, standpl. Batermarkt
J. v. Reelen standpl. Verwulft
J. P. v. Lant standpl. Heerenvest
T. Scheelings,, standpl. stationspl.
J. A. v. d. Aa, standpl. N. Gracht
K. d, Groot, standpl. Stationsplein
G. Mys, standpl Stationspl.
M. Scheffer, standpl. Gr. Houtstr.
W. H. v. Moot, standpl. Riv. Vischm.
H. G. Adams, standpl. Heerensingel
A. Eerhart, standpl. Spaarn.wstr.
F. Order, standpl. Verwulft
R. de Groot, st.pl. Gen. Joubertstr.
C. L. Hansen standpl. den Hout
A. Wesseling, st.pl. Schalkwijkerbr.
F. Brom, 'Standpl. den Hout
G. Jonker, standpl. P. Krugerstraat
G. Jonker standpl. P. Krugerstr.
J. Lubbers, standpl. Kleverlaan
C. Koning, standpl. Gen. Cronjéstr.
G. de Vries, standpl. den Hout
Dorrestijn, standpl. Spaarnd.w.
A. Oosten, standpl. Gen. Cronjéstr.
J. v. Sprakelaar, standpl. Gr. Markt
W. v. Danzink standpl. Gr. Markt
40.—
50.—
30.—
75.—
25.—
ff
95.—
ff
175.—
125.—
25.—
O
ff
O.
40.—
20.—
101—
ff
40.—
140.—
30.—
40.—
250.—
76.—
165.—
M
20.—
26.—
28.50
50.—
30.—
30.—
156.—
ff
30.—
30.—
70.—
10.—
41.—
150.—
150.—
91.—
150.—
40.—
175.—
60.—
42.—
75.—
30.—
210.—
60.—
160.—
iy
50.—
230.—
30.—
ff
175.—
5.—
60.—
42.—
40.—
55.—
41.60
30.—
250.—
60.—
50.—
41.60
15.—
25.—
25.—
50.—
41.60
25.35
50.—
20.—
35.—
70.—
(Ingezonden).
Ik weet niet, geachte Redactie, of het
uw bedoeling is geweest met uw publicatie
in de N. Haarl. Crt. van Donderdag een
oordeel van uw lezers uit te lokken om
trent de voorgestelde verkeersverbindingen
in Haarlem.
Mynentwege wil ik u danken voor de op
heldering, die u omtrent de plannen ge
geven hebt. Er is nu tenminste een basis
voor discussie. Het zal voordien wel nie
mand duidelijk zyn geweest waar het ei
genlijk om ging.
Van den gemeenteraad wordt een beslis
sing gevraagd over verschillende punten.
Ten eerste zal de gemeenteraad moeten
uitmaken of de raad dan wel B. en W. de
tram- en autobus-routes moeten vaststellen.
Myns inziens moet de gemeenteraad al
thans in groote trekken weten, hoe het ver
keer in Haarlem geregeld wordt. Hij moet
de hoofdpunten aangeven en zich met name
uitspreken of wel voor het „Brockway-
plan" of wel voor het plan-N. Z. H. T. M.
Ondergeschikte wijzigingen kunnen dan
voor een vloten gang van zaken aan de be
oordeeling van B. en W. worden overge
laten.
Dat houdt vanzelf in, dat er ook nu een
beslissing genomen wordt over de toekom
stige tramlijnen. U hebt terecht opgemerkt,
dat de Raad niet eerst de autobuslijnen
kan vaststellen en daarna weer eens de
tramlijnen kan gaan bestudeeren. Het
verkeersvraagstuk vormt één onafscheide-
lyk geheel, dat men niet in twee stukjes
kan afdoen. Dat is dus het tweede punt,
waarover de gemeenteraad moet beslissen.
Ten derde zal de gemeenteraad een keuze
tusschen het Brockway-plan en het plan-
N. Z. H. T. M. moeten doen.
Iedereen, die onbevooroordeeld de door u
aangegeven kaartjes bekijkt, moet de voor
keur geven aan het plan-N, Z. H. T. M.
Dat is een afgerond geheel, waarmede
voorzien wordt in de behoefte aan ver
keersverbindingen voor de geheele stad,
zonder dat natuurlijk iedere Haarlemmer
een tram- of bushalte voor de deur van
zyn woning heeft, een ideaal dat nooit te
bereiken is. Het Brockway-plan, waar on-
mogeiyk zich kronkelende autobuslynen
kris-kras door het tramnet dringen als om
elkaar te plagen, is veel minder „af" dan
het plan der N. Z. H. T. M. Uw kaartje van
de Brockway-lijnen is in dit opzicht niet
zoo duidelyk als het andere en u zoudt
velen verplichten, met dit kaartje nog eens
duidelyk af te drukken. Maar om de
voorkeur te geven aan het plan-N. Z. H.
T. M., zal de Raad zyn vertrouwen aan deze
trammaatschappy moeten schenken. Daar
in schuilt nu voor vele raadsleden de moei
lijkheid en het dreigt de beslissing te beïn
vloeden.
Ik vraag my echter af, of zoo het al
gemeen belang van Haarlem het N. Z. H.
T. M.-plan vergt of de Raad niet zoe
ken moet naar middelen om de verhouding
met de N. Z. H. T. M. te verbeteren. Het
ls deze moeiiykheid, die overwonnen moet|
worden, en de Raad moet ze niet omzeilen
door de N. Z. H. T. M. eenvoudig uit te
schakelen.
Vergissen wy ons niet, dan is de ver
houding tusschen tram en gemeentebestuur
in den laatsten tyd veel beter gewórden en
geeft de directie der N. Z. H. T. M. be-
wyzen van plooibaarheid. Eenige, wat meer
op jaren zijnde raadsleden, kunnen echter
vroegere moeilijkheden nog niet vergeten.
Is de goede samenwerking niet te verzekeren
door de instelling van een commissie, waar
in de wederzijdsche belangen van tram en
gemeente Haarlem rustig besproken kunnen
worden met kennis van zaken en door ter
zake kundige mannen? Eenerzijds een ver
tegenwoordiging van de tramdirectie en
anderzijds enkele bekwame raadsleden, de
Commissaris van Politie en de directeur
van Openbare Werken, onder presidium van
een wethouder? In den trant .dus van de
commissie, die zou ingesteld zijn, indien er
een gemengd bedryf ware gemaakt? In Den
Haag werkt zoo'n commissie uitstekend.
Door sommige raadsleden schijnt het
bezwaar geopperd te zyn, dat de Raad geen
zeggenschap zou hebben over de arbeids
voorwaarden. Laat ik dit zeggen: het per
soneel der N. Z. H. T. M. stelt geen prijs
op deze medezeggenschap van den Raad.
Hun belangen worden behartigd bij den
Minister van Waterstaat en dat geschiedt
door zyn organisaties. Zij achten hun be
langen op deze wyze voldoende veilig en
het behoeft zeker geen reden te zyn om
de plannen der N. Z. H. T. M. af te wyzen.
De voordeelen van een concessie-verlee
ning aan de N. Z. H. T. M. zijn niet ge
ring. Er komen dan goede verbindingen in
Haarlem. Autobuslynen kunnen desge-
wenscht in tramlijnen worden omgezet en
tramlijnen in autobus- of trolley-lynen. De
routes kunnen, waar noodig, gewijzigd wor
den. Vrees voor conflicten van belangen
behoeft niet te bestaan, want het gemeen
tebelang eischt, dat er vèrkeer is, waar
passagiers zijn en het belang van de tram
eischt, dat zij tramlynen legt waar passa
giers zijn. Sporadisch zal het geval zich
voordoen, dat een tram- of autobuslyn ge-
wenscht is in een omgeving waar geen
passagiers komen.
Een lijn aanleggen, die niet rendabel is. of
binnen afzienbaren tijd geen uitzicht geeft
op rentabiliteit, doet geen gemeentebestuur,
dat zich respecteert.
Bij concessie aan de N. Z. H. T. M. geen
moordende concurrentiestrijd, faciliteiten
voor het publiek by overstappen, accep
tabele arbeidsvoorwaarden voor het perso
neel, een financieel krachtige maatschappy
en geen kans, dat de onderneming mislukt,
zooaat de gemeentekas een deel der kos
ten zal moeten dragen.
Op den keper beschouwd, ziet de door
snee Haarlemmer niets dan voordeelen by
een concessie aan de N. Z. H. T. M. Dit
wilde ik even naar voren brengen en u
zoudt mij groot genoegen doen, dezen ge-
dachtengang onder de aandacht der raads
leden te brengen. G.
Wij zullen aan dit verzoek voldoen.
Redactie.
Heden was de heer G. Roeland, werk
zaam in de Lettergietery der Firma Joh.
Enschede en Zonen, gedurende 40 jaren by
genoemde firma in dienst.
Namens de firma werd hy hartelyk ge
complimenteerd door mr. H. J. D. D. En
schedé, die hem het gebruikelyk geschenk
onder couvert overhandigde.
Voorts ontving hy bloemen van de firma,
het kantoorpersoneel en het personeel zijner
afdeeling.
Hedenmorgen werd om 9 uur aan het
Hanze-altaar in de Kathedrale Kerk voor
de levende en overleden leden van den R. K.
Middenstandsbond in het bisdom Haarlem,
door den geestelijken adviseur, den Zeer
Eerw. Heer Rector Bots, een H. Mis op
gedragen.
Deze H. Mis werd door verschillende
leden van de afdeeling Haarlem bijgewoond.
Na de H. Mis hield het hoofdbestuur een
vergadering.
Voor den inhoud van deze rubriek stelt de
Redactie zich niet aansprakelijk
Beleefd verzoek ik u het navolgende als
„Ingezonden stuk" in het nummer van 22
Juni te willen plaatsen.
In het Eerste Blad van uw geacht blad van
19 Juni is in het verslag der officieele ope
ning der R. K. Industrie- en Huishoudschool
in kolom 3 met vette letters vermeld, dat
door mij „byzondere hulde" is gebracht aan
myn collega's Mr. Bruch en Reinalda, die
op de bres hebben gestaan voor het gegeven
woord?
Het is mij gebleken, dat deze myne uiting
welke inderdaad heeft plaats gehad, tot
misverstand heeft aanleiding gegeven en
door sommige lezers is opgevat als zoude
ik hebben willen doen uitkomen, dat de an
dere leden van het College van Burgemees
ter en Wethouders een andere houding heb
ben aangenomen.
Ik stei er prys op dit misverstand weg ic
nemen door te verklaren, dat het gansche
College dezelfde meening was toegedaan en
dat ik speciaal de beide genoemde Wethou
ders heb aangehaald, omdat zy resp. als
Wethouder van Onderwijs en van Openbare
Werken meer in 't bijzonder betrokken wa
ren bij de plaats van vestiging der school.
Mr. J. N. J. E. HEERKENS THIJSSEN.
Haarlem, 21 Juni 1928.
MWnFOEDEFLD DOOR
VRIJDAG 22 JUNI.
Bieden
Laten
59.20
59.30
Parijs
9.70
9.80
34 .60
34.70
12.09
12.10
47.75
47.85
13.—
13.10
40.85
41
Weenen
34.85
34 .95
New-York (cablei
2.471
2.48 J
7.30"
7.40
27.—
27.10
66.40
66.55
66 30
66.45
66.45
66.60
Maatnemen, maken en plaatsen van
LANCASTER GORDIJNEN
GEBR. BRAAKMAN,
KLEINE HOUTSTRAAT 2
TEL. 11030