STADSNIEUWS Verkeersongevallen CHEQUE,KOERSEN us- NIEUWE HAARLEMSGHE COURANT VRIJDAG 22 JUNI 1928 BLADZIJDE 4 Ned. R. K. Bond van Overheidspersoneel „St. Paulus" Het Jubileum van den Haarlemschen R.K. Patronatenbond T oespraak plebaan Westerwoudt MUZIEK Concert H. O. V. m NöyiÈi a Ongeval bij het voetballen „Kinderspeelplaats Duinlustpark" De Rerum Novarum-meeting Wegenbelasting Botsing tusschen 2 auto's Aanbesteding DE TRAM- EN AUT VERBINDINGEN IN HAARLEM Jubileum H. Mis voor den R. K. Middenstand- bond INGEZONDEN DE SPAARNEBANK Haarlem- Amsterdam BON t.m. 30 Juni GRATIS Het bondsaltaar in de parochiekerk van „St. Martha", Hoefkade, Den Haag Bij gelegenheid der jongste Bondsverga dering van „St. Paulus" vond in de parochie kerk van „St. Martha" Hoefkade Den Haag de wijding plaats van het bondsaltaar naar het ontwerp van Alex Asperslagh. De stichting van dit altaar is het resultaat van een gemeenschappelijk streven om een band te leggen tusschen Godsdienst, Kunst en Arbeidersbeweging. - De benoeming van den Bondsadviseur, den Zeereerw. Heer Pastoor J. G. Jansen tot Pas toor van de St. Marthaparochie, was meer de onmiddellijke aanleiding tot de stichting van het Bondsaltaar, waarvoor gelden door den Bond en door de gaven der leden per soonlijk, zijn bijeengebracht. Het werk van Alex. Asperslagh is een al taar met muurbeschilderingen. Omtrent de schildering het volgende: Daar Sint Paulus van het Kruis, de stich ter der Passionistenorde, tevens de Pa troonheilige van den schenker is, en boven dien het altaar moest toegewijd zijn aan het H. Hart van Jezus moest de ontwerper na tuurlijk deze twee gegevens in één schilde ring verwerken, hetgeen hij gedaan heeft op de volgende wijze! De Passionisten doen buiten de geloften van armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid nog een vierde gelofte n.l. die van de over weging van het lijden van Christus. Daarom heeft hij de houding van Sint Paulus gegeven van den gekruisten Christus waarmede hij doelt op de innerlijke gestelte nis van Sint Paulus n.l. door de meditatie van het Goddelijk Lijden eigen volmaakt heid te betrachten. De Sint Paulus-figuur staat hier als mid delaar tusschen het offer van den Priester (vertegenwoordiger van 't volk) en het zoen offer onzer zonden, het Heilig Hart van Jezus. Het gelaat van Sint Paulus en zijn houding drukken uit het smeeken om barmhartigheid en de ontroering om het Lijden van Chris tus. Daarboven verschijnt Christus, ons Zijn van Liefde brandend Hart toonend, om ons tot beter leven en eerherstel op te wekken. Links en rechts van St. Paulus bloeien de rooskleurige passiebloemen, welke symbolen zfjn van het lijden. De diverse spitsboogvormen, in de schilde ring duiden op den groei in de volmaaktheid en zijn tevens aangebracht als toepassing aan de vormen der architectuur. De altaartafel van wit marmer rust op vier kloeke kolommen van de zelfde steen soort, terwijl het geheel rust op een grond slag van donker marmer. Feestavond Gisterenavond werd een feestavond ge geven in gebouw St. IBavo vcjr genood'gden en belangstellenden In het patronaatswerk, ter gelegenheid van het jubileum van den Patronatenbond, dat deze week gevierd wordt. Op dezen feestavond werd een feestrede uitgesproken door den Hoogeerw. heer plebaan L. A. A. M. Westerwoudt. Wij staan tusschen de Lente en den Zo mer. Tusschen de dagen van het jonge groen, de uitbottende bloemknoppen en bloesems, en den komenden tijd van vollen wasdom en krachtig uitgegroeid leven. Ik noem het een schoon samentreffen, dat ik juist hedenavond bij dien overgang tusschen Lente- en Zomertijd, hier de plaats mag innemen tusschen onze Haar- lemsche jongens, die jubileeren om hun koperen Bondsfeest, èn u, de Haarlemsche mannen en vrouwen, die door uw krach- tlgen steun en in uw diep gewortelde, en rijp doorgroeide overtuiging, immer de groote stuwkracht waart van het zoo hoogst i nuttige patronaatswerk. Mag ik dan op dezen 21 Juni. den feest dag van St. Aloysius, den grooten Patroon der Katholieke jongelingschap, staande i tusschen lente en zomer, tusschen jong en oud, hedenavond een enkel woordje zeggen tot opluistering van het feestgetij, dat ons allen gelijkelijk juichen doet. Een dei- schoonste verhalen der H. I Schrift is dat van den braven Tobias en I zijn zoon. Schoon om de teedcre zorgen, waarmee de godvreezende, blinde vader waakt over het belang en meer bijzonder over de toekomst van zijn dierbaar kind. Als de jonge Tobias de eerste jaren in het veilig ouderhuis heeft doorgebracht, als de dag is aangebroken, dat ook voor hem de wijde wereld zich openen zal, dan, alvo rens hij hem heenzendt herhaalt de wijze vader nog eenmaal voor zijn zoon zijn kostbare levenslessen en beëindigt hij die met deze woorden: „Ga nu verder mijn kind en zoek u allereerst een vertrouwden gids, die u langs uwen weg geleiden zal." 't Is aan die woorden, dat ik op. een feest als dit bijzonder denken moet. Immers, indien wij het werk der Patro naten van zoo bijzonder groot gewicht ach ten voor onze schoolvrij geworden jongens, indien wy dankbaar 't feit gedenken, dat nu reeds 12 jaar de Haarl. Patrona tenbond in zyn krachtige organisatie aan dat hoognuttig werk zekerder richting en vaster eenheid gaf, dan is het toch boven al, omdat, dank zy dat liefdewerk, onze aangroeiende jongens, staande aan 't begin van het meer openbare leven, in den boe zem van het patronaat zich de bekwame gidsen mochten vinden, onmisbaar by 't al verder voortgaan op hunnen levensweg. Al het overige niet te na gesproken en volop waardeerend zooveel meerder goeds, wat onze jongens in hun patronaat moch ten winnen, noemen wij toch dit hun rijkste winst; dat zy er vonden vertrouweiyken om gang met hunne Priesters en met de edel moedige mannen, die als commissieleden den directeur van het Patronaat zoo be langeloos en zoo yverig terzyde stonden. De eerste klndertyd is voorby. Het vei lig ouderhuis is ontsloten. De schoolbanken zyn, of worden straks, voor goed verlaten, en in al zyn wydte en bange onzekerheid ligt het groote wereldrijk voor de nieuwe burgers open. De Hoogeerw. spr. wees daarna op de ge varen, welke de jeugd bedreigen. Die gevaren, altoos aanwezig, zyn in on zen tyd eindeloos grooter dan voorheen. Bovendien zyn er meer middelen om den hartstocht te voldoen. Maar of minder gevaariyk is onze harts tocht, naar gelang ons meer of minder ge schikte middelen ter beschikking staan, om zich uit te leven en uit te woeden. wy kunnen ons de wereld al niet meer voorstellen zonder fietsen en auto's, zon der voetballen en bioscopen, zonder dien overvloed van boeken en tydscnriften en illustraties, zonder dancings en radio's en die tallooze ontspanningsgelegenheden, die overal, en in eiken vorm, zich presentee ren. Zeker, al die uitvindingen zyn zegen rijk, als zy slechts in dienst treden van de deugd, maar wee de menschheid, als de hartstocht er beslag op legt. Dan grypt het kwaad verwoestend om zich heen en wordt als de alles-verdelgende lawine. Welnu, had vroeger de menschheid slechts zyn vuisten voor het kwaaddoen ter be schikking, thans met dezelfde harts tochten behept zwaait zy met sabel en revolver. De meerdere hulpmiddelen heb ben de wereld gevaarlijker gemaakt dan ooit. Zoo heeft dan ook de zonde den weg gevonden tot de kinderlyke verbeeling en het kinderlijk hart, door het verderfelyk voorbeeld dat jeugdige personen elkander geven op de straat, op het ontspannings terrein, in de vakschool, op de werkplaats. Eens huiverde men terecht voor het gevaar, dat men jonge menschen moest toevertrou wen aan het kazerneleven, waar rijp en groen, gaaf en rot byeenkwam. Maar in dezen tyd vindt men nog veel jeugdiger menschen met heel wat gevaariyker „we tenschap", in de godsdienstlooze inrichtin gen van meer gevorderd onderricht, op de byeenkomsten van pret of sport, waar men op dertien- en veertienjarigen leeftyd el kaar meer „leert" dan voorheen deoude ren wisten. Wat ons huiveren doet voor de toekomst, dat zyn de hemeltergende gebeurtenissen, die zich afspelen b.v. in het ongelukkig Rusland. De Internationale van de jeugd omvat er 2 organisaties: vooreerst den bond voor de oudere jeugd, de zoogenaamde Komso mols (voor jongens van 1623 jaren) en daarnaast de zoogenaamde Roode pioniersof Leninjongens van 916 'jaar. En weet gy wat in de Russische „Roode Dageraad" hun als levensles werd voorgehouden? „Laat al die mythen achter je, begraaft die doode Goden en Christussen en schept een nieuwe wereld. Zwaait dé roode vlag en dan eerst zult ge "kinderen des levens zyn." Zeker, in alle eeuwen is het tydperk van de jongelingschap een periode geweest vol hachelyke gevaren. Meer echter dan ooit dreigt het gevaar in den maatschappelijken toestand onzer tyden. Met onstuimig ge weld dringt het verderf op de zielen onzer jongens en meisjes aan. Gretig luisteren zy vooral naar de grootsprekers en veelbe- lovers, die hoe funest ook bun drijven is immer zichzelf aanmelden als de echte, de eenige volksvrienden. Vooral in jeugdige lieden vindt de party van onte vredenheid en afgunst zyn sterken aan was. Immers by dezen jaagt het heete bloed naar genot en laat de onervarenheid 't gemakkeiykst zich blonddoeken. Maar dan is het ook voor ons Katholie ken allereerste plicht ons aan te trekken het lot van die opgroeiende en zoo schrik barend bedreigde jeugd. Voor hen allereerst is het gebiedend noodzakelyk, dat zij in geloovige vereenigin- gen en christeiyke organisaties steun vin den, om tegen verleiding en bedreiging on wrikbaar pal te staan. En omdat nu de Bond, tot welke wy he den onze gelukwenschen richten. 12 K jaar onverdroten aan dit zoo heilig belang zyn beste zorgen wydde, daarom is dit feest der Haarlemsche Patrohaten ëen jubelfeest voor ons allen. Gaarne stemmen wy in, met wat rèeds byna 70 jaar geléden ten Hirscher in Duitschland zei in hét voorwoord van zyn Catechismus: „Neemt ons alles af en geeft ons dit alléén: verstandige, in-vrome men schen. volyver voor de jeugd, leèraars en beschermers, dié heden en morgen, met onvermoeide liefde zich wyden aan hare belangen enwy hebben genoeg. Omgekeerd: „geeft ons alels, maar Iaat het ons aan zulke mannen ontbreken en wy hebben niets!" Dankbaar zeggen wy het onzen grooten Broere na, waar hy, zelf nog in zyn jon- genstyd, deze dichtregelen neerschreef: Dan zegent God hem, die een Vader, Een leidsman heeft, voor vriend en rader, Die van 't gevaar hem onderricht. Zoo slechts is 't mogeiyk voort te stappen En aan den vogelknip te ontsnappen Die onder 't loof verborgen ligt. Ik zeg dankbaar herhalen wy priesters die woorden v. d. Hageveldschen jongen, omdat wy zelf maar al te goed weten, hoe onnoem lijk veel wy te danken hebben aan hen, wier vaderhand ons in de moeiiyke jongelings jaren mocht steunen en geleiden. Welnu.dat voorrecht, een priester te hebben als meer by zonderen beschermer en leidsman in den onstuimigen tyd hunner jongelingschap, dat juist is het wat het patronaat zoo kostbaar maakt voor onze jongens. De priester is voor hen wat eens Mozes was voor 't volk van Israël. Hy kan en hy wil hen helpen. Hy kan hen helpen. God heeft hem, den priester, de roeping gegeven zyn volk uit het Egypte der hei- densche wereld veilig heen te leiden naar het land van belofte. Daarom treedt de priester, als een tweede Mozes, in een dage- ïyksch verkeer met God. Daarom bestygt hy eiken dag den berg van het Altaar, om ne derdalend zyn volk te toonen de Tafelen der Wet. Als Mozes voert hy den staf, die 't levengevend water op doet springen tot lafenis der jeugdige harten, en zyn zy gewond, door den slangebeet der zonde, dan is 't de Priester die hen heen wyst naar 't kruis van Hem, van Wien de koperen slang der woestyn slechts een verre vooraf beelding was. Hongeren hunne Jonge zielen naar voed zaam levensbrood dan roept het priesteriyk woord voor hen een Heilig Manna van den hemel af. Zoo staat de priester in het Patronaat als „de man van vertrouwen". En al is het waar, dat ook dan nog het kwaad kan bin nensluipen; als eens dat echt vertrouwen in den leidsman het Patronaat bezielt, dan zal dat kwaad toch nimmer zich vast zet ten; dan nestelt het zich er niet, want de ziel is open en verlicht, Gods geest waait er als frissche lucht doorheen en zyn licht verdry ft er het duister. Dank dan aan U. die als begunstigers en donateurs van ons Patronaats-werk, thans 12 J4 jaar lang aan den Haarlemschen jon gen den weg hebt geopend, die hen, in zyn moeliyksten tyd brengt onder het be reik en de bescherming van den priester en zijn trouwe helpers. Dank aan U allen die door moreele en sfcoffeiyke hulp het onzen Roomschen jongens hebt mogeiyk ge maakt te gehoorzamen aan Christus* bevel, waar Hy zegt: „Ga en vertoon U aan den Priester." En wilt gy een bewys van onzen dank! Welnu wy Westers wy Geestelykheid van Haarlem, wy beloven n gaarne, dat waar gy de jongens ons toevertrouwt, wij van onzen kant ze zullen opnemen en biyven verzor gen met alle liefde waartoe ons priesterhart in staat is. Trouwens dit is onze heiligste plicht! Toen vast stond dat wy God beminde», beval hi( mot i— -» voor de lammren voor de jongsten zyner kudde, wat wy doen wilden voor Hem zelf En voor dat werk vragen wy geen belooning dan die welke God zelf ons eenmaal geven zal. Gelijk de Engel, die eens den jongen Tobias geleid had, zoo zegt de Priester, die belangloos zich aan het lot der jeugd mocht wyden: „Ik ben een dergenen" „qui asta- mus ante Dominum.' (Tob. XII 15), de staan voor het aanschyn Gods, ik gebruik een spyze, die onzichtbaar is voor de men schen; en die spyze is: den wil te doen van onzen Vader, die in den Hemel is. Welaan dan, m.d. en h„ moge dit korte woord U hebben aangespoord, om waar gij slechts het heeiyk werk der Patronaten, moreel en financieel te steunen. Mo ge het by U nog hebben versterkt dat zeker vertrouwen, waarmede gij tot nu dit zoo nuttig werk ter uitvoering, steeds overliet aan de Eerw. Directeuren der Patronaten en hun vele wakkeren helpers. Iedere huisvader, die als een andere N.oë zyn duifje het venster opent om 't met angstig hart zyn vlucht te zien nemen door de ruimte, m.a.w. ieder, die voor den onervaren jongen de "leur van het ouder huis ontsluit, opdat hij zyn tocht door de wereld beginne. moge alle vrees vergeten by de gedachte, dat boven de woedende gol ven v. d. modernen zondvloed, de vruchtba re oiyfboom van het Patronaat zijn groene takken uitstrekt. Daar zal de jonge zwer ver een veilige rustplaats vinden en van daar zal hy telkens weer, dragend den vre destak en ongeschonden weerkeeren in de huiselyke woning. Zegenen wy dan Hem, die ook dezen boom des levens voor ons groei en deed; werken wy allen meê, opdat steeds meerderen in zyn schaduw en by zijn vruchten verkwikking vinden, en des te ze kerder als eenmaal de onstuimige jonge- lings-jaren voorby zijn en die eerste zond vloed van opbruisend leven bedaard is, hun vlucht mogen nemen naar omhoog. Dan zal van ons Roomsche Haarlem nooit de klacht des Heeren behoeven te gelden, de klacht die Hy eenmaal over Jeruzalem deed hooren: „Hoe dikwyls heb ik verlangd Uwe kinderen te verzamelen en gij, gij hebt het niet gewild." Steunt het Patronatenwerk, dan zal ook de Roomsche Haarlemsche jongen, na als een andere Ismaël te hebben gedronken van deze bron in de woestyn, door God hem geopend, niet van dorst bezwijken, maar sterk en krachtig opgroeien, om eenmaal als Agar's zoon te worden „de vader van een nieuw geslacht." Medewerking werd verleend door de R. K. Mandolineclub Santa Lucia en het dubbel meisjeskwartet St. Caecilia, welke met hun pittige en beschaafde muziek en zang zeer veel by val oogstten en een dank baar gehoor vonden. Ook werd opgevoerd «het drama „Samuel, of de Martelaar van het H. Sacrament", waarover wij reeds geschreven hebben. De Weleerw. Pater A H. J. Prankenmolen, O.F.M., voorzitter van den Patronatenbond. bracht in zijn dankwoord vooral hulde aan den Hoogeerw. heer Plebaan, die ondanks zeer drukken bezigheden bereid was dezen avond zyn bezielende woorden, voortko mend uit een warm en edel priesterhart, te spreken. Pater Frankenmolen dankte voorts alle medewerkenden en beval het moeiiyke, maar mooie Patronaatswerk in aller steun en belangstelling aan. Voor den feestavond van heden in gebouw St. Bavo, heeft men, voorzoover er plaats is, ook toegang op de kaarten van Woensdag en Donderdag. I Het z.g. Volksconcert, dat, den hemel zij dank,' de maanden Mei en Juni in de Ge. meentelijke Concertzaal wordt gegeven, om dat de tent in den Hout daarvoor ten eenenmale ongeschikt is, en de omgeving, waarheen men ook de tent zou verplaatsen, er altijd ongeschikt voor zal blijven, dit Volksconcert is voor de H.O.V. een eclatant succes geworden, gisteravond. Er was een gast-dirigent, de heer Gerard Alphenaar, en er was een gastsolist, de heer Hugo van Dalen uit Den Haag, aan den Grotrian Stelnweg-vleugel. Het programma bestond uit vier num mers, n.l. de Tweede Suite Arlésienne van Bizet, het Piano-concert no. 2 van Serge Rachmaninoff, en het Eerste Piano-concert van Serge Bortkiewicz, met als slot de Pré ludes uit de Poème Symphonique van Franz Liszt. Dit programma werd tevens door de Ra dio rondgezonden, zoodat deze avond er een is geworden, waarvan niet slechts de bezoe kers, maar ook de radio-luisteraars hebben kunnen genieten. Laten we echter beginnen met eerlijk te zeggen dat deze genieting althans voor ons niet onverdeeld is geweest. Er waren nog al enkele vlekjes, vooral voor de pauze, welke wel voor een groot deel hun oorzaak vonden in het gemis aan contact tusschen dirigent en orkest. Dit behoeft natuuriyk niet te ver wonderen; de kennismaking is daarvoor na tuurlijk wederzyds te kort geweest. Toch werd de Suite Arlésienne met bravour ge speeld, al leek de algemeene opvatting van den heer Wagenaar ons wat zwaar en log. Trouwens, daar leed ook o.i. het plano-con cert van Rachmaninoff onder. Dit had zyn terugslag op den pianist, den heer Hugo v. Dalen, wiens spel bijwijlen geheel ten onder ging onder de klankenzee van het orkest, zouden het niet betreuren, wanneer hy dan nog eens met deze zelfde piano-concerten kwam. Het orkest kan zich in dien tus- schentijd in beide werken dan nog eens ver diepen, zoodat we dan een volmaakte weer gave zullen krygen, voorzoover dit op het 'dermaansche althans te bereiken is. J. S. By het voetballen op het terrein op het Staten-Bolwerk had gisteren de 15-jarige J. v. W. wonende 't Krom 26 rood, het onge luk den rechterenkel te breken. Nadat een lid van O. D. de eerste hulp had verleend, is de jongen per auto naar het St. Elisa beth's Gasthuis overgebracht. Te Santpoort is opgericht een vereeniging voor een kinderspeeltuin genaamd „Duin lustpark." Het terrein daarvoor werd wel willend afgestaan en omrasterd door de Erven van Vliet te Overveen en is gelegen aan den Brederodeweg naby het Provin ciaal Ziekenhuis. De opening is bepaald op 27 Juni a.s. 's middags om twee uur. Iedereen heeft vryen toegang mits hy zich houdt aan de daarvoor geldende bepalingen. Op het by de Rerum Novarum-meeting gezonden telegram aan den Hoogeerw. heer Mgr. H. J. M. Taskin, Vicaris-Kapitulaar, is thans het volgende antwoord ontvangen; Haarlem, den 20 Juni 1928. Myne Heeren, By deze bedanken wy U harteiyk voor het Ons toegezonden uitvoerig telegram op den gehouden Encycliek-Dag van 18 dezer. Met de daarin aangegeven denkbeelden kunnen wy Ons volkomen vereenigen en Wy wenschen U van harte toe, dat deze denkbeelden binnen afzienbaren tyd werke- lykheid mogen worden. Met byzondere hoogachting verbiyven Wy inmidde's. Uw dienaar in O. H. (w.g.) H. J. M. TASKIN, Vicaris-Kapitulaar. By beschikking van den Minister van Fi nanciën zyn de werkzaamheden, waarmede by de wegenbelastingwet de ontvangers der directe belastingen zyn belast, voor de ge meenten Bennebroek, Bloemendaal, Haar lem, Haarlemmerliede en Spaamwoude, Heemstede en Zandvoort, met Ingang van 1 Juli opgedragen aan den ontvanger der in voerrechten en accynzen te Haarlem, en voor het gedeelte van de gemeente Amsterdam, gelegen ten zuiden van het IJ, met ingang van 1 November 1928, aan den ontvanger der aocynzen te Amsterdam. Aanrijding te Bennebroek. Gistermiddag kwart voor zes uur werd de wielrijder L. v. L., wonende te HUlegom, op het kruispunt door een auto aangereden, doordat deze van Haarlem komend den Zwarteweg naar Vogelenzang insloeg. De wielrijder had het niet bytyds opgemerkt en kwam te vallen. Een inwendige bloeding aan het oor had hy opgeloopen. Na door dr. van Aalst verbonden te zyn, kon hy, per auto naar zyn woning vervoerd worden. Op de kruising van den Wagenweg en Jordensstraat had gisteren een aanrijding plaats tusschen 2 auto's. De ééne, bestuurd door T. I. uit Santpoort, kwam uit de rich ting Jordensstraat, de andere kwam van den Wagenweg en werd bestuurd door D. K. Te gen dezen laatsten bestuurder werd wegens te snel rijden proces-verbaal opgemaakt. Een der auto's werd aan de voorziide emstie be- «aKs/IWI Hugo van Dalen hetgeen vooral opviel in het eerste piano concert. Dit zwaar te begrijpen, overigens echt Russische toonwerk moet het toch al afleggen tegen dat van Bortkiewicz, dat ge makkelijker aanvoelbaar is, melodieuzer en doorzichtiger van compositie dan dat van Rachmaninoff, en meer onmiddellijk vol doening schenkt. Zoo heeft de heer van Dalen ons de pri meur geschonken van een tweetal werken, welke hij op een der Zomer.concerten van het Residentie-orkest, onder leiding van prof. Schneevoigt, te Scheveningen zal spe- len. Eenige byzonderheden over dezen landge noot meenen wy onzen lezers niet te mogen onthouden. Hugo van Dalen, wiens eonterfeitsel we hier afbeelden, die 40 jaar is, slaagde reeds op 14-jarigen leeftyd voor het Amster. damsch Conservatorium, waar hij les kreeg o.a. van Julius Röntgen en Joh. Wijsman, en al met z'n 17e jaar het einddiploma be haalde. In 1907 vertrok hy naar Berlyn. Daar werd hij leerling van den grooten, enkele jaren geleden gestorven Buscni en zag zich weldra tot leeraar in het klavier- spel aan verschillende muziekscholen be noemd. Na eenige jaren vertrok hy naar Weenen; z'n voorliefde voor Liszt dreef hem daartoe. Hij werkte er met één van 's meer- ters leerlingen. Dan kwam eindelijk ook de tijd van zijn muzikale zwerftochten. Hy trad al dan niet met andere musici op in Duitschland, Oostenrijk en Rusland en na tuuriyk heeft hy ook in ons eigen land tal van concerten gegeven Hoe men hem ook elders waardeert, bleek nog slechts een jaar geleden uit een verzoek, dat hij kreeg, om een tournée doOr Spanje te ondernemen. Trouwens in verschillende buitenlandsche handboeken over muziek en musici wordt de naam van dezen landgenoot genoemd. In 1918 kwam Van Dalen definitief in Holland terug; sinds dat jaar is hy leeraar aan het Koninklyk Conservatorium voor Muziek te 's-Gravenhage. Dat Hugo van Dalen op dit concert juist twee Russische composities speelde vindt wel voornamelijk zyn oorzaak hierin, dat hy deze muzikale mentaliteit wel heel byzonder en sterk aanvoelt. Wat ons niet verwonderen mag wanneer wy weten, dat Hugo van Dalen met name Serge Bortkiewicz in zijn Berlynsche periode persoonlijk heeft leeren kennen. Zoo is de vertolking, welke Hugo van Da len van deze muziek geeft, dan ook zeer oor- spronkelyk en is waarschynlyk ook het ver schil te verklaren tusschen de weergave van het concert van Rachmaninoff en dat van Bortkiewiecz. Men kan hier in elk geval spreken van een sterk temperament, en toch, by alle kracht en breedheid, welke van zyn spel uitgaan, blijft de muzikaliteit overheerschend. Men heeft zelfs reeds be weerd dat voor de uitvoering van de werken van Bortkiewicz „het talent van Hugo van Dalen veel meer geëigend was dan dat van den componist zelf, die te teer en te soepel speelde voor zyn eigen composities". De heer Hugo van Dalen had zichzelf, dirigent en orkest gisterenavond geen ge makkelijke taak gesteld. Wanneer we echter mogen oordeelen naar den luiden byval, vooral by het concert van Bortkiewicz, van het dankbare publiek, dat de geheele concertzaal vulde, dan mogen we wel besluiten dat hy met de medewerking van dirigent en orkest, allen op uitnemende wyze heeft bevredigd. Een oprecht gemeend „Tot ziens" óók op een ledenconcert der H. O. V., moge dan ook van deze plaats de tolk zyn van onze waar deering en hoogachting voor dezen talent- vollen, ernstig strevenden, Hollandschen kunstenaar van bijzondere begaafdheid. We Gistermorgen werd door B. en W. ten Raad- huize eer verpachting plaats van diverse standplaatsen voor den verkoop van bloe men, planten kleine eetwaren, roomijs en vischwaren: voor het plaatsen van rywiel- hekken en fotografietoestellen. Inschreven werd als volgt: Worst, standplaats de Dreef idem Verwulft idem Zomervaart idem Paviljoenlaan idem Raaks idem Ramplaan idem den Hout idem Spanjaardslaan idem Hertenkamp Rozenhoek, standplaats, K. Houtweg Veldhoven, standpl., Oudeweg J. Smit, standpl. Spaarnwouderstr. Jak, standpl., Heerenvest P. Esveld, standpl. Kennemerbrug v. Bergen, standpl. Verwulft W. Vijselaar, standp. Soendaplein W. H. Buuren, standpl. Soendapl. Raar, standpl. Gen. Cronjéstraat W. Vijselaar, standpl. Verwulft idem den Hout D. de Heer, standpl. den Hout J. v. d. Erf, standpl. de Dreef K. Roos, standpl. Plein-Postkant. C. v. Gooi, standpl. Schoterweg C. H. P. Zwart, standpl. Pavilloenl. C. H. P. Zwart, standpl den Hout Barbos, standpl. Kleverlaan W. Vyzelaar, standpl. Zomervaart C. J. Vlucht, standpl. Ramplaan W. Vijzelaar, standpl. Ramplaan W. F. Schoen, standpl. Zomervaart, J. M. Bakker, standpl. Stationsplein W, F. H. Maas, standpl. Wagenweg A. H. Vriesland st.pl. P. Krugerstr. W, Vijzelaar, standpl. Spanjaardsl. J. G. v.d. Mey, st.pl. Kennermerpl. W. Vijzelaar, standpl. Heerensingel M. v. Beelen, standpl. Verwulft J. L. de Vries, standpl. den Hout J. L. Zomer, standpl. Ramplaan N. Norden, standpl. Verwulft J. P. Pelses, standpl. Bilderdykstraat P. Guit, standpl. den Hout F. Scheelings, standpl. Schoterw. A. C. Tanis, standpl. Verwulft P. Guit, standpl. Batermarkt J. v. Reelen standpl. Verwulft J. P. v. Lant standpl. Heerenvest T. Scheelings,, standpl. stationspl. J. A. v. d. Aa, standpl. N. Gracht K. d, Groot, standpl. Stationsplein G. Mys, standpl Stationspl. M. Scheffer, standpl. Gr. Houtstr. W. H. v. Moot, standpl. Riv. Vischm. H. G. Adams, standpl. Heerensingel A. Eerhart, standpl. Spaarn.wstr. F. Order, standpl. Verwulft R. de Groot, st.pl. Gen. Joubertstr. C. L. Hansen standpl. den Hout A. Wesseling, st.pl. Schalkwijkerbr. F. Brom, 'Standpl. den Hout G. Jonker, standpl. P. Krugerstraat G. Jonker standpl. P. Krugerstr. J. Lubbers, standpl. Kleverlaan C. Koning, standpl. Gen. Cronjéstr. G. de Vries, standpl. den Hout Dorrestijn, standpl. Spaarnd.w. A. Oosten, standpl. Gen. Cronjéstr. J. v. Sprakelaar, standpl. Gr. Markt W. v. Danzink standpl. Gr. Markt 40.— 50.— 30.— 75.— 25.— ff 95.— ff 175.— 125.— 25.— O ff O. 40.— 20.— 101— ff 40.— 140.— 30.— 40.— 250.— 76.— 165.— M 20.— 26.— 28.50 50.— 30.— 30.— 156.— ff 30.— 30.— 70.— 10.— 41.— 150.— 150.— 91.— 150.— 40.— 175.— 60.— 42.— 75.— 30.— 210.— 60.— 160.— iy 50.— 230.— 30.— ff 175.— 5.— 60.— 42.— 40.— 55.— 41.60 30.— 250.— 60.— 50.— 41.60 15.— 25.— 25.— 50.— 41.60 25.35 50.— 20.— 35.— 70.— (Ingezonden). Ik weet niet, geachte Redactie, of het uw bedoeling is geweest met uw publicatie in de N. Haarl. Crt. van Donderdag een oordeel van uw lezers uit te lokken om trent de voorgestelde verkeersverbindingen in Haarlem. Mynentwege wil ik u danken voor de op heldering, die u omtrent de plannen ge geven hebt. Er is nu tenminste een basis voor discussie. Het zal voordien wel nie mand duidelijk zyn geweest waar het ei genlijk om ging. Van den gemeenteraad wordt een beslis sing gevraagd over verschillende punten. Ten eerste zal de gemeenteraad moeten uitmaken of de raad dan wel B. en W. de tram- en autobus-routes moeten vaststellen. Myns inziens moet de gemeenteraad al thans in groote trekken weten, hoe het ver keer in Haarlem geregeld wordt. Hij moet de hoofdpunten aangeven en zich met name uitspreken of wel voor het „Brockway- plan" of wel voor het plan-N. Z. H. T. M. Ondergeschikte wijzigingen kunnen dan voor een vloten gang van zaken aan de be oordeeling van B. en W. worden overge laten. Dat houdt vanzelf in, dat er ook nu een beslissing genomen wordt over de toekom stige tramlijnen. U hebt terecht opgemerkt, dat de Raad niet eerst de autobuslijnen kan vaststellen en daarna weer eens de tramlijnen kan gaan bestudeeren. Het verkeersvraagstuk vormt één onafscheide- lyk geheel, dat men niet in twee stukjes kan afdoen. Dat is dus het tweede punt, waarover de gemeenteraad moet beslissen. Ten derde zal de gemeenteraad een keuze tusschen het Brockway-plan en het plan- N. Z. H. T. M. moeten doen. Iedereen, die onbevooroordeeld de door u aangegeven kaartjes bekijkt, moet de voor keur geven aan het plan-N, Z. H. T. M. Dat is een afgerond geheel, waarmede voorzien wordt in de behoefte aan ver keersverbindingen voor de geheele stad, zonder dat natuurlijk iedere Haarlemmer een tram- of bushalte voor de deur van zyn woning heeft, een ideaal dat nooit te bereiken is. Het Brockway-plan, waar on- mogeiyk zich kronkelende autobuslynen kris-kras door het tramnet dringen als om elkaar te plagen, is veel minder „af" dan het plan der N. Z. H. T. M. Uw kaartje van de Brockway-lijnen is in dit opzicht niet zoo duidelyk als het andere en u zoudt velen verplichten, met dit kaartje nog eens duidelyk af te drukken. Maar om de voorkeur te geven aan het plan-N. Z. H. T. M., zal de Raad zyn vertrouwen aan deze trammaatschappy moeten schenken. Daar in schuilt nu voor vele raadsleden de moei lijkheid en het dreigt de beslissing te beïn vloeden. Ik vraag my echter af, of zoo het al gemeen belang van Haarlem het N. Z. H. T. M.-plan vergt of de Raad niet zoe ken moet naar middelen om de verhouding met de N. Z. H. T. M. te verbeteren. Het ls deze moeiiykheid, die overwonnen moet| worden, en de Raad moet ze niet omzeilen door de N. Z. H. T. M. eenvoudig uit te schakelen. Vergissen wy ons niet, dan is de ver houding tusschen tram en gemeentebestuur in den laatsten tyd veel beter gewórden en geeft de directie der N. Z. H. T. M. be- wyzen van plooibaarheid. Eenige, wat meer op jaren zijnde raadsleden, kunnen echter vroegere moeilijkheden nog niet vergeten. Is de goede samenwerking niet te verzekeren door de instelling van een commissie, waar in de wederzijdsche belangen van tram en gemeente Haarlem rustig besproken kunnen worden met kennis van zaken en door ter zake kundige mannen? Eenerzijds een ver tegenwoordiging van de tramdirectie en anderzijds enkele bekwame raadsleden, de Commissaris van Politie en de directeur van Openbare Werken, onder presidium van een wethouder? In den trant .dus van de commissie, die zou ingesteld zijn, indien er een gemengd bedryf ware gemaakt? In Den Haag werkt zoo'n commissie uitstekend. Door sommige raadsleden schijnt het bezwaar geopperd te zyn, dat de Raad geen zeggenschap zou hebben over de arbeids voorwaarden. Laat ik dit zeggen: het per soneel der N. Z. H. T. M. stelt geen prijs op deze medezeggenschap van den Raad. Hun belangen worden behartigd bij den Minister van Waterstaat en dat geschiedt door zyn organisaties. Zij achten hun be langen op deze wyze voldoende veilig en het behoeft zeker geen reden te zyn om de plannen der N. Z. H. T. M. af te wyzen. De voordeelen van een concessie-verlee ning aan de N. Z. H. T. M. zijn niet ge ring. Er komen dan goede verbindingen in Haarlem. Autobuslynen kunnen desge- wenscht in tramlijnen worden omgezet en tramlijnen in autobus- of trolley-lynen. De routes kunnen, waar noodig, gewijzigd wor den. Vrees voor conflicten van belangen behoeft niet te bestaan, want het gemeen tebelang eischt, dat er vèrkeer is, waar passagiers zijn en het belang van de tram eischt, dat zij tramlynen legt waar passa giers zijn. Sporadisch zal het geval zich voordoen, dat een tram- of autobuslyn ge- wenscht is in een omgeving waar geen passagiers komen. Een lijn aanleggen, die niet rendabel is. of binnen afzienbaren tijd geen uitzicht geeft op rentabiliteit, doet geen gemeentebestuur, dat zich respecteert. Bij concessie aan de N. Z. H. T. M. geen moordende concurrentiestrijd, faciliteiten voor het publiek by overstappen, accep tabele arbeidsvoorwaarden voor het perso neel, een financieel krachtige maatschappy en geen kans, dat de onderneming mislukt, zooaat de gemeentekas een deel der kos ten zal moeten dragen. Op den keper beschouwd, ziet de door snee Haarlemmer niets dan voordeelen by een concessie aan de N. Z. H. T. M. Dit wilde ik even naar voren brengen en u zoudt mij groot genoegen doen, dezen ge- dachtengang onder de aandacht der raads leden te brengen. G. Wij zullen aan dit verzoek voldoen. Redactie. Heden was de heer G. Roeland, werk zaam in de Lettergietery der Firma Joh. Enschede en Zonen, gedurende 40 jaren by genoemde firma in dienst. Namens de firma werd hy hartelyk ge complimenteerd door mr. H. J. D. D. En schedé, die hem het gebruikelyk geschenk onder couvert overhandigde. Voorts ontving hy bloemen van de firma, het kantoorpersoneel en het personeel zijner afdeeling. Hedenmorgen werd om 9 uur aan het Hanze-altaar in de Kathedrale Kerk voor de levende en overleden leden van den R. K. Middenstandsbond in het bisdom Haarlem, door den geestelijken adviseur, den Zeer Eerw. Heer Rector Bots, een H. Mis op gedragen. Deze H. Mis werd door verschillende leden van de afdeeling Haarlem bijgewoond. Na de H. Mis hield het hoofdbestuur een vergadering. Voor den inhoud van deze rubriek stelt de Redactie zich niet aansprakelijk Beleefd verzoek ik u het navolgende als „Ingezonden stuk" in het nummer van 22 Juni te willen plaatsen. In het Eerste Blad van uw geacht blad van 19 Juni is in het verslag der officieele ope ning der R. K. Industrie- en Huishoudschool in kolom 3 met vette letters vermeld, dat door mij „byzondere hulde" is gebracht aan myn collega's Mr. Bruch en Reinalda, die op de bres hebben gestaan voor het gegeven woord? Het is mij gebleken, dat deze myne uiting welke inderdaad heeft plaats gehad, tot misverstand heeft aanleiding gegeven en door sommige lezers is opgevat als zoude ik hebben willen doen uitkomen, dat de an dere leden van het College van Burgemees ter en Wethouders een andere houding heb ben aangenomen. Ik stei er prys op dit misverstand weg ic nemen door te verklaren, dat het gansche College dezelfde meening was toegedaan en dat ik speciaal de beide genoemde Wethou ders heb aangehaald, omdat zy resp. als Wethouder van Onderwijs en van Openbare Werken meer in 't bijzonder betrokken wa ren bij de plaats van vestiging der school. Mr. J. N. J. E. HEERKENS THIJSSEN. Haarlem, 21 Juni 1928. MWnFOEDEFLD DOOR VRIJDAG 22 JUNI. Bieden Laten 59.20 59.30 Parijs 9.70 9.80 34 .60 34.70 12.09 12.10 47.75 47.85 13.— 13.10 40.85 41 Weenen 34.85 34 .95 New-York (cablei 2.471 2.48 J 7.30" 7.40 27.— 27.10 66.40 66.55 66 30 66.45 66.45 66.60 Maatnemen, maken en plaatsen van LANCASTER GORDIJNEN GEBR. BRAAKMAN, KLEINE HOUTSTRAAT 2 TEL. 11030

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 12