DE WAERELD ROND EERSTE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT WOENSDAG 27 JUNI 1928 BLADZIJDE 1 l>e asphaltecringf van den Rijksstraatweg: tnsschen Schoten en Santpoort is gereed gekomen. Ter eere van de in gebruik name waren de autobussen met kleine vlaggetjes versierd. Links: Totaal-aanzicht van de in aanbouw zijnde nieuwe R.-K. kerk en to ren te Zandvoort, waar over wü in het nummer van Maandag hebben geschreven. In Uitgeest wordt naast het Raadhuis een nieuwe woning voor den Burgemeester gebouwd. t - ..jS| Be paardensport trekt in het buitenland meer belangstelling dan hier. Het is althans te betwijfelen, of in ons land bij paardenrennen ooit een menigte, ais op deze foto, op de been kwam als te Longchamp, waar om den Grand Prix de Paris wordt gestreden. Opel heeft nu ook een raketten-auto geconstrueerd die op rails loopt. Bij de eerste proef werd een snelheid van 254 K.M. per uur bereikt. De machine werd electrisch gestart en reed zonder bestuurder. Bij de tweede proef sloeg de auto om door het onklaar raken der rem-inrichting. Deze primitieve brug is nog in gebruik in China. Sommige Chineezen oordcelen het niet noodig een gewone loopbrug te maken en wandelen volkomen rustig over dit wankele samenstel van planken. Overzicht van den massalen tooneelbouw op de Paardenmarkt te Delft, waar tijdens het 16e lustrumfeest van het Delftsche studentencorps het openluchtspel „Mensch en Machine" wordt opgevoerd. INTERVIEWS MET HONDERDJARIGEN Nu de komkommertijd weder dreigt en het steeds meer noodig blijkt nu en dan iets oorspronkelijks te vinden, iets nieuws, iets wat nog niemals dagewesen ist, heeft de redactie van een Madrileensche courant een idee uitgewerkt, dat, zoo het niet sensatio neel of bijzonder geestig is, in ieder geval de attractie van het nieuwe bezit en geen imitatie van een concurrent is. Het dag blad gaat n.l. interviews publiceeren met menschen, die langer dan een eeuw de ver anderingen van het leven hebben medege maakt. De redactie is daarbij tot de ontdekking gekomen, dat Spanje zeer rijk is aan hon derdjarigen, zoodat de stof voor de nieuwe rubriek vooreerst nog niet is uitgeput* Een van de eersten, die den interviewenden journalist op bezoek kreeg, was José Perara in het dorpje La Lenca bij Gibraltar, die 103 jaar oud is. José is bijna 50 jaar straat- veeger geweest in Gibraltar; dezen dienst tijd vond hij lang genoeg om daarna kalmp jes te rentenieren in La Lenca, waar hij echter om zijn inkomsten te verruimen, een verkoopkantoor van de Staatsloterij hield. Bij het interviewen bleek, dat José uit een sterk geslacht is, zijn moeder leeft nog en kan zich nog, ondanks haar 127 jaar, zeer goed op deze wereld amuseeren. Behalve José heeft zij nog drie zoons in leven, die samen 320 jaar tellen; zij zijn n.l. 109, 106 en 105 jaar oud. Natuurlijk was een der voornaamste vra gen bij het interview wat de oorzaak was dat de leden der familie Perara zoo'n aarts vaderlijken ouderdom bereikten. José dacht „dat het aan de familie zelf lag", althans niet aan een bepaalde levenswijze, want iedereen leeft zooals het hem 't best bevalt. Pedro bijv., de oudste, heeft zijn leven lang geen sterken drank geproefd, terwijl José er een regelmatig gebruiker van was. Het huwelijk kan evenmin als al of niet bevor derlijk worden aangevoerd. „Ik ben zelf vrijgezel gebleven," vertelde José, „Pedro ia getrouwd en mijn andere broers ook; alle drie zijn zij overgrootvader. Je wordt dus oud of je wordt niet oud," concludeerde hij, volkomen onaanvechtbaar. De lezers, die in de interviews een lang-leven-recept hoopten te vinden, werden dus teleurgesteld. JUSTUS VON LIEBIG De groote Duitsche scheikundige Justus von Liebig, die vooral bekend is geworden door het naar hem genoemde vleesch-ex- tracht behoorde in zijn jongensjaren op school tot de slechtste leerlingen. Hij had geen belangstelling voor oude talen, daar toen reeds zijn neiging voor practische na tuurkunde overheerschend was., en deze hem geheel in beslag nam. Zoo bleef hij telkens bij zijn medeleerlingen ten achter en besloot zijn vader hem van de school te nemen en bij een apotheker in de leer te doen. Al spoedig bleek toen op schitterende wijze wat er in hem stak. De oude Liebig was zelf drogist en hield zich bezig met scheikundige proeven om zijn producten, zooveel mogelijk zuiver te bereiden. Zoo was de knaap reeds vroeg op studie aangewezen, op een gebied waar nog weinig onderzoek had plaats gehad. Hij voelde er zich geheel in zijn element, verzamelde scheikundige boeken en opstel len en deed in huis proeven, op de wijze, als hij ze vond beschreven. Vaak hadden hierbij ongelukken plaats, maar de jongen liet zich daardoor niet afschrikken. Reeds in zijn jonge jaren had hij zulke wetenschappelijke onderzoekingen verricht, dat de geleerden van zijn lana hem niets meer konden leeren; toen ging hij naar Parijs naar den beroem den scheikundge Gay Lussac. Reeds op zijn 21ste jaar was hij professor en onver moeide arbeid maakte hem weldra tot een der beroemste scheikundigen van zijn tijd, die in zijn „Scheikundige brieven" ook het publiek in zijn vaderland voor de eerste maal met de problemen van de nieuwe we tenschap bekend maakte, i Liebig experimenteerde ook in het publiek, en het kwam daarbij ook wel tot kleine on gelukken. Toen hij eens eenige proeven aan het Koninklijk hof te München gaf, deed zich zulk een ongeluk voor. Hij experimen teerde daar de verbranding van zwavelkool stof in stikoxydegas en de voorname toe schouwers waren door het prachtig lichtblau we licht verrukt Toen hij de proef herhaal de, ontplofte de flesch, waardoor de scherven met luncht wegsprongen. „Toen ik na de verschrikkelijke ontploffing", zoo schreef hij later in een brief, de zaal rondkeek en bloed zag vloeien van het gelaat van konin gin Therese en prins Luitpold, was mijn schrik ontzettend, ik was half dood." Hij was overigens zelf het meest verwond, maar gelukkig bleken de kwetsuren niet van ernstigen aard. Liebig stierf in 1873 in den ouderdom van 70 jaar. Hij was op 12 Mei 1803 geboren en ftet was dit jaar dus 125 jaren geleden, dat hij het eerste levenslicht aanschouwde. Hoewel hij, zooals wij boven zeiden, vooral bekend is geworden door het verkrijgen van het vleesch-exiract, heeft hij ook door vele andere vindingen de wereld aan zich ver plicht. Hij ontdekte de chloroform en het chloraal en verrichtte op bijna elk gebied der chemie baanbrekenden arbeid, o.a. ten bate van den landbouw. In 1845 werd hij wegens zijn groote ver diensten door den groothertog van Hessen in den adelstand verheven. Aan hem dankt Duitschland ook zijn eerste chemische labo ratorium. HYPER-BELEEFD Dr. Samuel Johnson, over wien Chester ton vóór enkele maanden een tooneelstuk heeft geschreven, is bekend om zijn groote voorliefde voor thee, zijn helderen geest en groote geleerdheid en zijn minachting voor de uiterlijke beleefdheidsvormen. Toen hij voor de allereerste maal op be zoek was bij de familie Throle, die latei- zijn intieme vrienden werden, kon de gast vrouw, ondanks Johnson's boeiende en gees tige gesprekken, niet nalaten zich te erge ren over zijn onhebbelijke manieren. Toen hü zijn thee niet zoet genoeg vond, stak hij eenvoudig zijn vingers in het suikervaasje en bediende hij zich zoo ongegeneerd alsof er geen dame achter de theetafel zat. Mevrouw Throle kreeg een kleur van er gernis en liet het suikervaasje, dat door 's docters vingers verontreinigd was, onmiddel lijk wegnemen. Johnson deed alsof hij het niet zag en nuttigde op zijn gemak zijn 10 a 12 kopjes thee, een drank waarop hij ver zot was. Toen hü zün dorst gelescht had, zette hü zijn kopje en schoteltje niet, zooals de an dere gasten op de tafel, maar wierp ze in den haard. Iedereen keek verschrikt op. Maar doctor! riep mevrouw Throle uit, wat doet u? Daar bederft u mün mooiste stel porceleinen kopjes. 't Spijt me zeer mevrouw, antwodrdde Johnson kalm, maar ik verzeker u, dat ik het alleen uit beleefdheid deed, want uit uw handelwijze met het suikervaasje maak ik op, dat u nooit meer iets zoudt willen aan raken, dat ik met mün vingers bezoedeld heb. DE DOMME VROUW Ze wachtte op een hoek, eerst vroolü'k, daarna peinzend, vervolgens hoopvol, toen werd ze onverschillig, ten slotte angstig en woedend. Toen zei ze: Alle mannen zün verrader lijke sujetten, valsch en gemeen en ze kun nen nooit hun beloften houden. Zij nam zich voor geen man meer te vertrouwen. Twee honderd meter verder stond hü en zei hetzelfde over de vrouwen. Zij stond op den verkeerden hoek. JEUGD EN BIOSCOOP Het jeugdgerecht der stad Rio de Janeiro heeft besloten, dat minderjarigen niet de bioscoop mogen bezoeken. Eveneens zal hun het bezoek van theaters en schouwburgen worden verboden, met uitzondering van be paalde gevallen in welke een bijzondere toe stemming verlangd wordt. Dit verbod werd uitgevaardigd, omdat de meerderheid van cinema's en theaters slechts voorstellingen geven, die niet met de openbare eerbaarheid en den goeden smaak in overeenstemming' te brengen zijn. Het voorbeeld der hoofdstad werd reeds door andere steden nagevolgd, zoo b.v door Sao Paolo. ZAKELIJK BLIJVEN „Ma u bent me al twee weken mijn zak geld schuldig. Geef het me nu dadelük." „Maar jongen, mag jü zoo tegen je moeder spreken?" „Pa zegt altüd: In geldzaken houdt de ge moedelijkheid op." De vijfde kolom JAMMER Verloofden en dichters zullen allerminst opgetogen zün over de ontdekking welke een Engelsch geleerde onlangs gedaan heeft. Voor verloofden, vooral als zij na lange weken van zou-ik-'t-durven-vragen-angst het begeerde jawoord pas hebben ontvan gen zijn de oogen, die blauwe oogen van de aangebedene een voorwerp van zoete mijme- rü, waarover zü heerlük kunnen schrijven in liefdesbrieven en honderden dichters zou den nooit een sonnet hebben geschreven, indien zü niet een blauw oogenpaar hadden gezien, waarin „het licht schijnt van teere schoonheid en het blauw glanst van onpeil bare diepten." Spreken, denken en schrüven over blauwe oogen is het monopolie van verliefde jongemannen en dichters; een ge leerde is de laatste die daarover zün ge dachten mag laten gaan, laat staan ze tot voorwerp maken van zün droge, weten- schappelüke ontledingen en onderzoekingen. Niettemin heeft de Engelsche oogspecialist, dr. William Corbett, het gewaagd. Hü heeft een speciale studie gemaakt van blauwe oogen en het resultaat is van dien aard, dat het verloofden tot vertwü'feling heeft ge bracht en de inspiratie veler dichters hope loos is verdroogd. Want over eenige jaren bestaan er geen blauwe oogen meer. Zü zullen bruin worden. Nu behoeven bruine oogen niet noodzakelijk leelijk te zün en kan een verliefd jongmensch wel zoo kleu renblind zijn dat hü bruine oogen als blauwe ziet, maar het ideaal is toch echte diepe, blauwe oogen. Het onheil is echter niet te keeren. Blauwe oogen zün niet be stand tegen het electrische licht; zij veran deren daardoor van kleur en worden bruin. Het proces gaat te vlugger, omdat tegen woordig vele zakenmenschen, kantoorbedien den e.a. dikwijls bü kunstlicht moeten wer ken. Ook het intensieve lezen van kranten heeft een slechten invloed op blauwe oogen en verhaast het bruin-worden. Daarentegen zijn bruine oogen ongevoelig voor het helle electrische licht. Dr. Corbett gaat zelfs zoo ver, dat hü beweert, dat blauwe oogen niet alleen bruin worden, maar dat de natuur zich ook aan deze verandering zal aanpassen en dat binnenkort blauwe oogen geheel zullen verdwijnen. Dat laatste dient echter te wor den afgewacht. De ontdekking van den Engelschen dokter wat de reden is der kleurverandering van oogen zou sterk in waarde stügen, als tege- lükertijd het middel gevonden werd om het proces tegen te gaan. Nu is het niet veel meer dan een curiositeit, die voor verliefde menschen een ramp beteekent. Zelfs als niet waar blükt te zün wat dr. Corbett be weert. zullen jongelui iederen keer angstig en beklemd de oogen van hun verliefde be schouwen en natuurlijk een bruine tint zien al zijn zij nog blauwer dan anders. Om het meest romantische tüdperk van 's menschen leven niet grootendeels door onbestemde angst te laten versomberen, zal het dus zaak zün een geneesmiddel te zoe ken om de blauwe oogen te behouden. Blauwe oogen zün onmisbaar voor de poë zie des levens en om herdrukken mogelük te maken van dichtbundels waarin blauwe oogen bezongen worden. Want men kan moeilük in deze bundels de voetnoot plaat sen: „voor blauwe oogen leze men overal bruine oogen". DE VERGELIJKING „Wü kunnen u dezen auto op gemakkelüki betalingsvoorwaarden verkoopen." „Ja, dat kennen we. Die uitdrukking „ge- makkelüke betalingsvoorwaarden" behoort tot dezelfde categorie als „pünlooze tand heelkundige behandeling." DOODELIJK GESCHROKKEN Bediende: „Meneer, daar is de commissi ris van politie om u te spreken. Bankier: „W-w-wat?" Bediende: „Hij wou wat geld beleggen. Bankier: „Zeg dat dan eerst, kerel; je laat me dood schrikken!" WEL EN BETER DOEN „Anna" zeide moeder, „ik beveel je t4 overdenking dit woord aan; ge doet wel al ge trouwt, maar ge doet beter als ge niet trouwt". „Lieve moeder", zei Anna, „ik ben al te vreden als ik wel doe en laat het beter doen gaarne aan anderen over."

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 5