H Telegraphisch Weerbericht BUREAUX:NASSAULAAN4$ DIT NUMMER BESTAAT UIT TWEE BLADEN DINSDAG 17 JULI 1928 AD VERTENT IE N 35 ct. p. regels T".72Z EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16909 l, flOC 1 AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN, GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL. HET SJACHTY-PROCES Wijk aan Zee en Annexatie Het breken van een schroefas van de„RikaXIII" De redding van de Nobile-expeditïe Tsjoeknowski en zijn met gezellen door de „Krassin" gered In zee verdronken Giovanni Giolitti t De Rijksmiddelen Brand te Hillegom Een kind van 6 jaar verbrand Voornaamste Nieuws De carbid-ontploffing op de „Julie Streiff" Paardensport in de Haarlemmermeer Plechtige inwijding der nieuwe R. K. Kerk te Zandvoort tg J. J. WEBER 5i ZOON Groote Houtstraat 166 Haarlem Een paniek aan het Scheveningsche strand De warmte JTelefoon No. 13866 (drie lijnen} Postrekening No. 5970. w ABONNEMENTEN: voor Haarlem en Agentschappen: per week 25 ct.; per kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal i 3.58 bij vooruitbetaling. NIEUWE HAARLEMSCHE VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN TIES, 1 4 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer.„15,ct., bij vooruifbet. Bij conlracl belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGÉN tusscben den tekst 60 ct. per Tegel, (t Alle abonné's op dit blad zijn Ingevolge de verzekeringsvoorwaarden f Qflftfl Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door fVCfl 0Ü een ongeval met f OC|| tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen: 1 OUUU." verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; I dU." doodelijken afloop; 1 odu. bij verlies van een hand 'een voet of een oog 1 ILü." duim of wijsvinger; bij 'n breuk van been of arm bij verlies van een f50. n f K 0 bii verlies v. een I TtU.-anderen vinger. Oiize lezers kennen het geval. Er was door de Russische Sovjet-autoriteiten een „sa menzwering" ontdekt in het industrie-rijke Dongebied. Een groot getal Russen en en kele Duitschers werden op beschuldiging van „sabotage" voor een der beruchte Sovjet rechtbanken gedaagd met het gevolg, dat tien hunner ter dood werden veroordeeld, en verschillende anderen tot maanden en jaren gevangenisstraf. Van de tien doodvon nissen zijn er later vijf in tuchthuisstraf veranderd en vijf andere beklaagden zijn door de wachten der Ge-Pe-Oe doodgescho ten. Men stelle zich eens even voor, dat een dergelijk proces met eenzelfden uitslag in een der door de Bolsjewisten vermaledijde bourgeois-landen zou gevoerd worden! Het lijkt niet mogelijk. Voor wie nog heil van den communisti- schen toekomststaat verwachten is dit pro ces echter zeer leerzaam. Want het is geen incidenteel verschijnsel, geen uitbarsting van een plotselinge woede van de Sovjet-be stuurders tegen, laat ons zeggen, een groep saboteurs. Ook die uitbarsting met een der gelijk verloop zou al erg genoeg zijn in een land, dat een plaats wil innemen, in de rij van verlichte volkeren. Het is echter veel erger, want het proces is een onderdeel van de Bolsjewistische tactiek. In een schema van den toekomstigen heil staat en van de manier, waarop men daar toe zou kunnen geraken heeft de grootmees ter van de bolsjewistische (lees: communis tische) gedachte, Lenin, dezen gang van zaken reeds openhartig voorspeld als een der middelen die door de bolsjewisten zou den aangewend worden om hun. doel te be reiken. Tot. aan de verwezenlijking van het vol maakte communisme moest, volgens hem, nadat van de kapitalisten alle bezit was af genomen, het allerstrengste toezicht op de verdeeling en de voortbrenging der goede ren worden toegepast. Alle burgers in dienst van den Staat en allen aan hem onderge schikt! De Staat oefent het toezicht op het goed verrichten van den arbeid, die door allen onder dezelfde omstandigheden en tegen hetzelfde loon moet verricht worden. De staat, die dat toezicht oefent, bestaat uit gewapende arbeiders. Het Is waar, Lenln heeft het bij deze beschrijving vooral over het toezicht, da't op de kapitalisten moet geoefend worden, kapitalisten die dan arbei ders zijn geworden. Maar deze voorstelling is al te doorzichtig alleen maar de vergulde pil, die den arbeiders toegediend wordt om hen de Leninsche heilsleer te laten slikken. Want duidelijk is 't, dat 't toezicht op den -arbeid zich tot allen zal moeten uitstrekken. Ook tot de arbeiders. En wie hieraan nog mocht twijfelen kan in 'n oekase, die Lenin in April 1918 uitgaf, lezen, dat den arbeiders de discipline tot den arbeid diep ingeprent moet worden. Op vergaderingen moogt gij donderende en opruiende luidruchtigheid plegen, maar gedurende den arbeid moet er ifeen ijzeren discipline heerschen en een on voorwaardelijke onderwerping aan den wil van de Sovjet-directie. IJzeren discipline! Het Sjachty-proces toont aan, dat die discipline erger is dan de vroe gere slavenzweep, zij eischt den dood tegen den onwillige. (Dat in het Sjachty-proces 't wettig bewijs zou geleverd zijn, willen wü hiermede niet zeggen en mag sterk betwij feld worden.)! Men ziet hieruit dat 't Sjachty-proces een welbewuste en weloverwogen uiting is van 't bolsjewistisch regiem. In dat systeem wenscht men van staatswege toezicht op den arbeid. Wie het niet naar zin doet, wordt gestraft. Rauw wijst het Sjachty-proces er op, dat de ze straf zelfs kan zijn de doodstraf. Maar dan vragen wij aan wie het maar hooren wil, is dit voor ons een aanlokkelijk perspectief? Met liefde en volharding wordt hier en in andere landen gewerkt aan verbetering van sociale misstanden. Dat er misstanden zijn, het wordt door iedereen toegegeven. Maar zouden vele van die misstanden zooveel on dragelijker zijn, dan de weldaden, die nu aan het Russische volk ten deel vallen? Wü geven toe, dat Lenin het in zijn be schrijving heeft over een overgansttjdperk tusschen de kapitalistische samenleving en den communistischen heilstaat. In Rusland gelooft men in dat overgangs stadium naar het communistisch Walhallah te leven! Dat is een utopie. In den echten heilstaat zullen de menschen altijd volgens Lenin en consorten graag werken en iedereen zal dat kunnen doen naar zijn lust, aanleg en bekwaamheid. Er zal in dien heilstaat zooveel van alles geprodu ceerd worden, dat iedereen kan nemen wat hem belieft en zooveel hij wil. Misdaden zul len er in die maatschappij niet meer voor komen, ook geen menschen met booze neigin gen, zoodat politie en een geordende Staat volmaakt overbodig zullen zijn. In het over gangstijdperk nu, In den tijd, dat er zoo'n 6trenge discipline en terreur heerscht, moe ten de menschen voor dien nieuwen staat klaar gemaakt worden. Op de manier zooals dat In Rusland gebeurt. Men vraagt zich af hoe een nuchter den kend mensch zulke utopieën kan voeden. Ze ker, de sociale kwestie zou opgelost zijn als alle menschen volmaakte wezens waren. De moeilijkheid van de oplossing der sociale kwestie zit dan ook voor het grootste deel in de gebreken, die de menschelüke natuur eigen zijn. Bij zijn beschrijvingen van den nieuwen heilstaat nu veronderstelt Lenin en dat is het eenige zwakke punt in zijn redeneering dat er in zijn heilstaat een ander soort men schen zal leven, geheel verschillend van het soort, dat nu op aarde rondloopt, menschen, die o.m. graag werken, menschen zonder kwade neigingen en booze instincten, hij .ver onderstelt ook, dat de geproduceerde goede ren in den heilstaat ten allen tijde in elke soort en in zoo ruime mate aanwezig zullen zijn, dat iedereen daarvan nemen kan wat hij wil. Geen misoogsten dus, nooit het geval, dat iemand een pisang zou wenschen, maar dat zijn buurman juist de laatste tien, die in voorraad zijn voor zijn neus weghaalt voor zijn eigen vrouw en kinderen. Op dergelijke zwakke en dwaze gronden een geheel an der soort menschen en overvloed ten allen tijde van alles wat maar wenschelijk Is bouwen de bolsjewisten hun toekomstplan nen. En zoolang die utopistische heilstaat er nog niet is, moet er dan een ijzeren discipline, een slavenregiem gehandhaafd worden, waarvan dat, wat nu in Rusland heerscht nog maar een zwakke afspiegeling is. De heilstaat-Lenin zal er nooit komen en dus zal alleen de slavernij ons deel blijven. Hierop vestigt het Sjachty-proces weer eens de aandacht. Een van de schilderachtigste gelegen bad plaatsen langs onze Noordzeekust blijft nog immer het kleine, rustige Wijk aan Zee, genesteld als het ware tegen den binnen kant van de hooge duinenreeks. Knus staan de eenvoudige woningen geschaard rondom den typisch, platgedakten ouden dorps'oren, die in zijn goede dagen den Wijk aan Zee- schen visscher als baken de „veilige ree" wees. In de laatste jaren is de villabouw we liswaar toegenomen, maar toch is de eigen aardige hoefijzervorm, waarin het dorp ge bouwd Is, behouden. Holland's hooge duinen, hier weelderig begroeid, omringen het dorpje geheel en hebben om haar verrassend schoone panorama's Wijk aan Zee den veel- zeggenden naam van „Klein Zwitserland" verleend. Met Wijk aan Duin vormt de bad plaats één gemeente, die, hoewel zeer uitge strekt zijnde, tamelijk dun bevolkt is. Het zielental is de laatste Jaren belangrijk toegenomen, omdat Beverwijk, in een eng keurslijf van grenzen opgesloten als het is. zich daaruit perst en zich eigenlijk uitbreidt op Wijk aan Duinsch gebied. Het gevolg daarvan is, dat men te Beverwijk heel gaarne terug wil naar den toestand van 30 35 jaar geleden. Beverwijk en Wijk aan Zee en Duin één gemeente. Ook in de badplaats vindt de fusie-idee wel ingang, omdat daar van voor de badplaats heilzame gevolgen worden verwacht. In officieele kringen te Wijk aan Zee en Duin is men echter minder enthousiast. Burgemeester H. Rothe, met wien wij dezer dagen over deze aangelegenheid spra ken, nam zeer gedecideerd omtrent een eventueele samenvoeging met Beverwijk, een afwijzend standpunt in, gebaseerd op de wetenschap en geschraagd door een jaren lange ervaring, dat zijn mooie gemeente Wijk aan Zee en Duin, waar de bevolking zoowel in het tiiinbouw-, als in het badbe- drijf haar bestaan vindt, zich in een vrij regelmatigen bloei mag verheugen en die zooals burgemeester Rothe nadrukkelijk verklaarde zichzelf heel goed kan redden. „Is het waar", zoo vroegen wfi, „dat de badplaats Wijk aan Zee in de laatste jaren belangrijk is achteruitgegaan, zooals te Be verwijk gaarne wordt beweerd? En prompt kwam het antwoord: „Geen kwestie van. Zeker, het eene jaar is beter dan liet andere, maar Wijk aan Zee is en blijft een ideaal vacantieoord, waar tal van families ieder jaar gaarne terugkeeren." Wij wezen op het feit, dat toch zeer zeker het aantal „dagjesmenschen" belangrijk ver minderd is. Het Is inderdaad waar, dat de laatste jaren de stroomen Amsterdammers, die in den zomer Zondag aan Zondag met booten en treinen te Beverwijk werden aan gevoerd, gemist worden. Burgemeester Rothe vond het voor Wijk aan Zee niet zoo'n groot verlies, hij acht de badplaats meer gebaat bij pensiongasten, waarvoor veel bewoners hun huizen speciaal hebben ingericht. Het spreekt evenwel van zelf. dat vooral de neringdoenden slechts noode het vroeger zoo drukke bezoek van de dagjesmenschen missen. Op het grondgebied van de gemeente Heemskerk is een geheel nieuwe strand- exploitatie ontstaan. In enkele jaren tijds heeft de aldaar werkende Maatschappij „Noorderbad" een behoorlijk ingericht be drijf geschapen, dat zich meer en meer gaat ontwikkelen en dat de dagjesmenschen trekt. Wijk aan Zee, dat voor de badgasten een geliefkoosde plaats is, heeft betere trein verbindingen met Amsterdam en de Zaan streek noodig en zoo mogelijk de „A.T.O."- bussen voor een doelmatige, bedrijfszekere, en goedkoopere verbinding BeverwijkSta tionWijk aan Zee-bad. De Raad voor de Scheepvaart heeft verder uitspraak gedaan in zake het breken van de schroefas van het stoomvisschersvaartuig „De Rika XIII" IJM. 127. De Raad Is van oordeel, dat voor het bre ken van de schroefas geen bepaalde oorzaak kan worden opgegeven. De as was een goed half jaar tevoren nagezien. De vraag doet zich echter voor of de waarschuwing, welke eenige uren voor het ongeval werd vernomen, niet had moeten leiden tot het staken der visscherij. De Raad beantwoordt die vraag bevestigend. In elk geval was er alle reden om niet „volle kracht" te stoomen. Juist, In dien een meer serieus onderzoek niet tot de ontdekking van het gebrek had geleid, was er Ialle reden om voorzichtig te zijn. Dergelijke klappen als na half zeven geregeld werden gehoord, kunnen moeilijk van weinig beteeke- nis geacht worden, Reuter seint uit Moskou: De „Krassin" heeft Tsjoeknowski en zijn vier metgezellen aan boord genomen. Het B.T.A. meldt uit Moskou, dat de ijs- breker „Krassin" ook den Noor Noys en drie Ialianen aan boord heeft genomen, die kort na de inscheping van Tsjoeknowski en zijn makker waren gearriveerd en die waren uit gezonden om den Russischen vlieger hulp te verleenen. De toestand van allen is bevredigend. De ijsbreker „Krassin". zoo meldt het, W.B. uit Moskou, die Tsjoeknowski aan boord heeft genomen, gaat thans in de Aövent- baai kolen innemen en vervolgens op zoek naar Amundsen en Alessandrini Tegelijker tijd zal Tsjoeknowki verkenningsvliegtochten doen. V. D. meldt uit Stockholm: In een interview met de „Degens Nyheter" heeft de eerste minister, Ekman, verklaard, dat de Zweedsche regeering overweegt een officieel onderzoek te doen instellen naar de omstandigheden omtrent den dood van prof. Malmgren. In antwoord op de order der regeermg om te trachten Malmgren te vinden, heeft kapi tein Thombcrg, de leider der Zweedsche ex peditie geseind, dat verder zoeken nutte loos is. Op voorstel van kap. Thomberg heeft de regeering order gegeven de Moth-. Fokker-, en Daimler-vliegtuigen met de „Tanja" en hun bemanningen huiswaarts te zenden, daar zij verder niet noodig zijn. Volgens een W. B.-bericht uit Moskou heeft de Viglieri-groep den berichtgever van het Tel.-Ag. der U.S.S.R. medegedeeld, dat de noodlanding der „lalia" was geschied op de zelfde ijsschots, waarop de ijsbreker de groep vond. De motoren van het luchtschip werk ten tot op het oogenblik, waarop het op het ijs stiet. Het exploratie-werk was tot op het laatste oogenblik voortgezet. De Viglieri- groep had voor haar redding al haar hoop gevestigd op den vlieger Lundborg en, na diens ongelukkige landing, op den ijsbreker „Krassin". Stefani meldt uit Rome, dat Mussolini aan Thomberg, den leider der Zweedsche expeditie, het volgende telegram heeft ge zonden: Ik heb u dagelijks gevolgd In de gevaren, die gij hebt getrotseerd bij het vervullen van uw stoute en edelmoedige aak. Ik betuig u en allen, die met u hebben samengewerkt, mijn hartelijken dank. Den Finschen commandant Sarko zond Mussolini het volgende telegram: Ik dank u voor uw hartelijke medewerking en voor uw stoutmoedigen vliegtocht ter red ding der groep-Gord Leugens Een Stefani-bericht uit Rome meldt, dat de door buitenlandsche bladen verbreide tij ding, dat de ramp van de „Italia" het gevolg zou zijn van een bevel, aan generaal Nobile gegeven om de Noordpool te bereiken op 24 Mei, den verjaardag van Italië's oorlogsver klaring, onwaar is. Een dergelijk bevel is nimmer gegeven. In het telegram wordt ge sproken van een lastercampagne tegen Italië. De geredden De toestand van Mariano wordt langzaam aan beter, die van Zappi is al bijna normaal. Tot dusver werd nog geen rapport ontvangen over de gebeurtenissen van den tocht der groep Mariano over het ijs, meldt een Stefa ni-bericht uit Rome. De dood van Malmgren Een Reuter-bericht uit Londen bevat 'de uit Moskou ontvangen mededeeling, dat pro fessor Malmgren, toen hij zich niet in staat voelde verder te gaan, zijn metgezellen heeft verzocht een graf in het ijs te hakken, waar in hij toen is gaan liggen om er zijn einde af te wachten. Hij bad hun den tocht voort te zetten en alle voedsel mee te nemen, zeg gende, toen ze nog aarzelden te vertrekken: „Als ge gaat, zijt ge misschien in staat an deren te redden." HET rapport van Tjoechnowsky. Naar uit Moskou gemeld wordt heeft de Russische vlieger Tsjoechnowsky kort voor zijn aankomst aan boord van de „Krassin" aan den expeditiechef rapport uitgebracht. Gedurende zijn verblijf op het ijs heeft hij naar het lijk van Malm gren gezocht, zonder echter iets te kun nen vinden, In de geheele streek heeft men geen spoor van menschen waargeno. men. Men neemt aan, dat het lijk van Malmgren op een ijsschots in onbekende richting Is afgedreven. De Sovjet-vegeering heeft voor het verdere opsporingswerk van Malmgren wederom 50.000 roebel uit getrokken. Te Scheveningen is aan het Stille Strand een partij kleeren gevonden en op het politie-bureau gedeponeerd. Voorts heeft zich iemand bij de politie vervoegd, die verklaarde, dat hij Zaterdag avond, omstreeks 10 uur, iemand zich in zee heeft zien begeven, juist op de plek, waar de kleeren gevonden zijn. Men vreest, dat de persoon, die zijn kleeren daar neer gelegd heeft, in zee verdronken is, maar zijn lijk is tot op heden niet aangespoeld. Bh de kleedingstukken waren een grijze jockeypet, een gestreepte broek, zwarte schoenen en grijze sokken. De Rijksmiddelen brachten in Juni 4.287.916 minder op dan in dezelfde maand van het vorige jaar; over het eerste half jaar 2.872.551 minder dan in hetzelfde tijd vak van 1927. Rijwielbelasting De rijwielbelasting heeft over de maand Juni j.l. opgebracht 198.500 tegen 189.057 over Juni 1927. De opbrengst over de eerste zes maanden van dit jaar bedraagt i 5.870.975. BERLIJN, 17 Juli Naar uit Rome gemeld wordt, Is de vroegere Italiaansche minister-president, Giovanni Giolitti, Dins dagmorgen te 1 uur 35 overleden. Giovanni Giolitti werd 27 Augustus 1842 in Mondovi (prov. Cuneo) als zoon van een notaris geboren. Hij studeerde rechten en was bij den dienst der justitie, later bij de financiën werkzaam. In 1883 werd hij tot staatsraad benoemd en kwam in hetzelfde jaar als afgevaardigde in de Kamer, waar van hij meer dan 40 jaar onafgebroken lid was. Minister werd hij voor 't eerst in 1889 en in 1892 vormde hij zelf een kabinet, dat in 1893, in verband met bankschandalen, waaraan Giolitti zelf geen deel had, aftrad. In 't ministerie-Zanardelli kreeg Giolitti de portefeuille van buitenlandsche zaken (1901) en trachtte door een sociaal-poli tiek programma het vertrouwen te winnen. Na het aftreden van het kabinet.Zanar- delli vormde hij in November 1903 zijn tweede kabinet, dat tot Maart 1905 aan. bleef. Van Mei 1906December 1909, van Maart 1911—Mei 1914 en nog- eens van Juni 1920—Juli 1921 stond hij aan 't hoofd der regeerihg. Giolitti heeft steeds in zijn ambtstijd de politieia van den Driebond vertegenwoor digd. Do oorlog van Italië tegen Turkije, die Italië Tripolis en Cyrenaiea gaf, valt ook in deze periode.Toen hij in Maart 1914 aftrad, deed hij dit volgens zijn eigen ver klaring, om ruimte te maken voor jongere krachten. De eigenlijke reden was, dat hij tijdens den oorlog niet actief had ingegre pen. Daarentegen heeft hü zich ondubbel zinnig uitgesproken ten gunste van de per manente neutraliteit van Italië en had uit dien hoofde zware aanvallen af te weren. Toen Italië ten slotte toch aan den oorlog deelnam, verliet Giolitti Rome en trok zich terug op zijn klein landgoed Turijn. Op zien Wekte zijn optreden wederom, toen hij, voor de eerste maal in Rome teruggekeerd, in de Kamer de Italia'ansche soldaten te genover de blaam in bescherming nam, als zou hunne vlucht oorzaak zijn geweest van de nederlaag. Bij de Kabinetscrisis in Mei 1920 werd de naam Giolitti voor 't eerst weer bü de verdeeling der portefeuilles genoemd. Vier weken later kon zich het kabinet-Nitti niet meer handhaven. Giolitti werd 11 Juni 1920 voor de vijfde en laatste maal minis ter-president. Hij wist een sterke meerder heid voor zijn programma te vinden. Be halve het presidentschap had hij ook de portefeuille van binnenlandsche zaken. Bij 't langzaam afbrokkelen der meerderheid trad hij ten slotte in Juni 1921 weer af. De opdracht een nieuw kabinet te vormen, weigerde hij. Tegenover het Fascisme heeft Giolittt eene wisselende houding aangenomen. Aan vankelijk stond hij er welwillend neutraal tegfenover. Daarna scheen hij zich sinds November 1924 tegen Mussolini te keeren en zich tot leider der oppositie te wilton opwerpen. Hij moer.t het evenwel tegen over de fascisten afleggen. Toen hij zich einde 1925 ook uit den provincieraad vr.n Cuneo terugtrok, werd zelfs een verzoek om hem dank te brengen met morren aan vaard. Sindsdien is het stil geworden om den eens in Italië almachtigen man, die, als geen tweede, de parlementaire machine beheerschte. Gisterenmiddag is bij den heer H. P. in de Kortenbachstraat te Hillegom brand uit gebroken. De brandweer, die spoedig ter plaatse was, was het vuur na ongeveer drie kwartier meester. Na het blusschen vond men bij het onderzoek in de woning het lijkje van het 6-jarig zoontje van den heer P„ dat levend verbrand was. De oorzaak is waarschijnlijk het spelen met lucifers op den zolder. Daardoor heeft een der bedden vlam gevat. Men vermoedt dat het knaapje, uit vrees voor straf, zich onder het ledikant heeft verborgen en daar verbrand is. De zolder is gedeeltelijk uitgebrand. Nader vernemen wij: De brand, die ongeveer half zes uitbrak, was door de brandweer, welke met volledig materiaal was uitgerukt, spoedig gebluscht. Toen men na den brand het zoontje ver miste, vond men het lijkje op zolder, geheel verscholen onder het ledikant. De ouders wisten niet dat hij op zolder was, waa,r hü vermoedelük met lucifers heeft gespeeld. Hü had slechts lichte brandwonden opgeloopen, zoodat hü waarschijnlijk spoedig door den rook is gestikt. Het lükje is in beslag geno men en naar het St. Josephsgesticht over gebracht. De politie stelt een nader onder zoek in. De woning van den heer H. D. Perfors en van de buren had belangrijke waterschade. De schade wordt door verzekering gedekt. Nader vernemen wü nog dat men oor spronkelijk gedacht had, dat 't 6-jarig zoon tje, dat waarschünlijk tabak, welke op den zolder lag, aangestoken heeft, daarna naar buiten was gegaan. Een der brandmeesters verwüderde, na de blussching, eenige ma trassen van het ledikantje, dat op den zolder stond. Tusschen den vloer en den onderkant van het ledikant was ongeveer 18 c. M. ruimte. Daarbü ontdekte de brandmeester het lijkje van het kind. Eerst werd getracht den vader, die ook op den zolder was, naar be neden te doen gaan en daarin slaagde men gelukkig. Ter volgens is het lijkje naar de St. Josephstichting overgebracht. De ouders werden later met het overlü- den van hun zoontje in kennis gesteld. Ver- li ondersteld wordt, dat het ventje, uit vrees voor straf, onder het ledikant zich verbor gen heeft. Het is waarschijnlük reeds door den rook gestikt, vóór de Brandweer aanwe zig was. Zaterdag behandelde de Raad v. d. Scheep vaart allereerst de zaak van den stoomtrawler „Julie Streiff" IJM. 159, aan boord waarvan op 26 Juni 1.1. tengevolge van een carbid- ontploffing brand ontstond in de machineka mer, waarbij de jongste stoker zoo levensge- vaarlük werd gewond, dat hü aan de gevol gen Is overleden. De machinist, die aan boord van de „Julie Streiff" dienst deed, deelde o.a. mede, dat de carbid in bussen wordt gedaan, als het schip nog aan wal ligt; ook wordt dat werkje wel eens op zee gedaan. Zoo geschiedde het ook op den bewusten dag. Het weer was toen regenachtig. Get. Is met de bus naar beneden gegaan, hü rook toen eenige carbidlucht, hetgeen er op zou kunnen wüzën, dat de bus niet hermetisch gesloten was. Get. heeft hier geen acht op geslagen. Ook had hij er geen bezwaar in ge zien dat de bus aan een kant bol stond, en dat zü warm was. Bij het omlaag dragen van de bus 't was get.'s bedoeling haar in den tunnel te plaatsen slingerde het schip eens klaps hevig, met het gevolg dat de bus aan get.'s handen en aan die van zijn helper, den jongsten stoker, ontglipte en in de machine kamer terecht kwam, waar zü ontplofte. Get. wist bütüds te ontsnappen, hoewel hü aan een arm ernstige brandwonden had op geloopen; zijn helper verscheen een oogenblik later ook op dek, overdekt met brandwonden. De persoon, die de bus aan boord had ge bracht, deelde mede, dat hü de bus van de verschansing op dek had laten vallen, van een hoogte van ongeveer 80 c.M. Een onvoor zichtige handelwüze, waarover hij door den Raad ernstig werd berispt. De Raad zal later uitspraak doen. Te Hoofddorp werd vanwege de provinciale regelingscommissie de verriehtingsproef ge houden voor stamboekmerriën (N. S. Tg.) voor de Provincie Noord-Holland. Voor deze proef was door den Minister van Oorlog een bed'ag van f 500.beschikbaar gesteld. De eisch voor deze verriehtingsproef was deze, dat een afs and van 8 K.M. moest wor den afgelegd in 30 minuten. De regelings commissie had echte.' wegens de drukkende hitte dezen tijd gewijzigd en gebracht op 40 minuten. Te ongeveer 2 uur startten de 29 deelne mers, op één uitzondering na, allen onder den man. De ruiters regelden hun tempo naar den voorrijder, den heer P. K. Kistemaker, waar door de verriehtingsproef rustig en uitstekend verliep. Slechts 2 deelnemers voldeden niet aan de gestelde eischen, omdat van de eene het zadel niet goed opgelegd was en de andere kwam te vallen. De jury wa op het concoursterrein aan wezig voor de beoordeel ng tevens was de M. C.-commissie present om de M. C. merriën te primeeren, waarvan de uitslag echter nog geheim blijf: tot h:t concours-hippique op Donderdag a.s. De premiën van het ministerie van oorlog werden verdeeld in een aantal van f 30. f 20.en f 10.met dien verstande dat elk der deelnemers een premie ontving. De uitslag is als volgt Een premie van f 30.— aan„Grada" van M. W. v. d. Schans te Bovenkerk „Lym- pha" van J. M. Knoop te Nieuw-Vennep „Itziva" van O. de Kok te Nieuw-Vennep „Jetta" van Wed, C. Bruijnis te Nieuw-Ven nep „Iholante" van B. Biesheuvel Azn. te Houtrakpolder„Houtra" van B. Biesheu vel Azn. te Houtrakpolder„Incense" van Joh. Colijn te Haarlemmermeer en „Immetje" van J. de Jong (e Ams erdammerpolder. Een premie van f 20.aan „Jipillia" van A. Buurman te Hoofddorp „Julia" van A. Buurman te Hoofddorp„Floda" van 0. de Kok te Nieuw-Vennep „Farga" van Joh. Colijn te Haarlemmermeer Fos- coa 1" van Joh. Colijn te Haarlemmermeer „Landa," van J. M. Knoop e Nieuw-Vennep „Gerda" van Jac. Molenaar te Hoofddorp. Een premie van f 10.aan „Jellettie" van M. W. vrd. Schans te Bovenkerk „N.N." van P. van Tol te Abbenes „Enera" van Joh. Colijn te Haarlemmermeer „Homadain" van G. Nijssen te Nieuw-Vennep; „Eefje" van M. W. v. d. Schans te Bovenkerk „Ke- rite" van A. Buurman te Hoofddorp „Ietora ex Leentje" van Jac. Molenaar te Hoofddorp Bella IX van Wed. C. Bruinis te Nieuw- Vennep „Krinolita" van Wed. C. Bruinis te Nieuw-Vennep „Jellie 1" van P. de Boer te Heerhugowaard„Kestra" van J. F. Gehrels te Halfweg en „N.N." van G. Nijssen te Nieuw-Vennep. Naar wü vernemen, zal de nieuwe R. K. Kerk van St. Agatha te Zandvoort morgen te half tien plechtig worden Ingewijd. De Russische vlieger Tsjoechnowsky en zijn metgezellen zijn door den ijsbreker „Krassin" aan boord genomen. De Ned. Bioscoopbond en het boycot der Olympische films. De ziektegevallen aan boord van de „Insu- linde". Passagiers verhalen van den droeven tocht. Stichting der Katholieke Arbeiders Interna tionale. De zetel zal te Utrecht gevestigd zijn. Opgericht is de Ned. Indische Luchtvaart Maatschappij. Jhr. J. D. Six f. Inzake de ramp in de mijn „Hendrik" te Brunssum publiceert de directie der Staats mijnen een officieele mededeeling. Het anti-oorlogsverdrag. De inhoud van het Fransche antwoordt Engeland zal morgen het antwoord op Kellogg's voor stellen overhandigen. De leider van het Macedonische Comité, Ivanoff Miohailoff, vermoord? De militaire gouverneur van Chineeseh Toerkestan doodgeschoten. De Russische commissaris en twintig zijner volgelingen geëxecuteerd. Barometerstand 9 uur v.m.: 7.75. Vooruit. OPTICIENS FABRIKANTEN Licht op. De lantaarns moeten morgen worden opgestoken om: 9.40. Hoogste barometerstand 774.9 m.M. te Valencia. Laagste barometerstand 748.3- m.M. te Jan Mayen. Verwachting: matige, later afnemende N.O. tot N. wind, licht tot half bewolkt, droog weer, des ochtends koeler, weinig verande ring in temperatuur. Men schrijft aan de „N. R. Crt.": Ongeveer vier uur gisterenmiddag pas seerden twee torpedojagers Scheveningen en keerden voor de Pier terug In de rich ting Hoek van Holland. Een militair vlieg tuig vloog er over en cirkelde herhaalde lijk boven de duizenden badgasten, die zich met hun kinderen daar amusserden. Aller oogen waren gevestigd op het lucht schip en de zeeschepen. Opeens klonk het: „O, kük eens, wat doet de zee vreemd; wat een hooge golven!" En Inderdaad er geschiedde iets zeer vreemds. Of er door het keeren der oor logsbodems of door andere oorzaak büzon. der hooge golven werden veroorzaakt, is niet met zekerheid te zeggen, maar een hooge zee kwam plotseling opzetten en ge gil en een wilde vlucht alom! Maar zoo snel trachtte men zich niet in veiligheid te brengen, of de zee was nog vlugger. Stoe len spoelden om, dames lagen te water, om niet te spreken van de weggedreven tas. schen, thermoflesschen, boeken en alles, wat zich zoo al bevindt in en bij de bad stoelen. In enkele seconden was de vloed golf weer teruggetrokken, maar uren zullen er mee gemoeid zijn geweest, eer de ouders van schrik zullen zijn bekomen en de klee ren etc. weer in orde hadden, die de zee in enkele seconden doorweekte. Gelukkig geen persoonlüke ongelukken. Overal In Europa Uit alle steden van Europa komen berich ten van ondraaglijke hitte. Alle steden wa ren vrüwel uitgestorven; iedereen trok naar buiten, vooral naar de badplaatsen. Alle vervoermiddelen boekten hoogere cijfers dan zij ooit behaald hadden. Reeds in den vroe gen morgen steeg de thermometer onrust barend; in Duitschland en Rusland was de temperatuur toen 65 gr. en te Parijs 72 gr. Op het heetst van den dag werd het in de schaduw 95 gr. en in de zon 120 gr. In Berlijn werden verschillende menschen door zonnesteek getroffen; zelfs in hun wo ning waren sommigen niet veilig en werden door de hitte bevangen. Op plaatsen waar zonder toezicht gebaad en gezwommen werd, vielen verschillende slachtoffers van de hitte, die bü het baden verdronken. In Londen was de Theems buiten de stad geannexeerd door roeiers en baders. Velen brachten den Zaterdag en Zondag op of aan het water door; in de stations en treinen heerschte een vreeselük tempera tuur. Vele reizigers werden bewusteloos uit de afgeladen coupé's gedragen. Het aantal gevallen van zonnesteek met doodelüken af loop is groot. De temperatuur-cüfers van gisteren wor den door het Meteorologisch Instituut te De Bildt als volgt gegeven: 8 uur *s morgens 73.8 Fohrenheit; 2 uur 's namiddags 86.9 Fahrenheit; 4.30 uur 90.1 Fahrenheit; en 's avonds om 7 uur 88.5 Fahrenheit; alle temperaturen in de schaduw.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 1