FASCISME OP STRAAT
Van Alles ee van Overal
Li
1 m—
Binnenlandsch Nieuws
L0TTGERING
ii
Ér
DERDE BLAD
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
MAANDAG 23 JULI 1928
BLADZIJDE 1
Indrukken van een passieven voorbijganger
Wat kost Facisme?
BI
ONBEHOORLIJK
■■:-mÊtÊÊÊaÈÊÊtÊÈ
4 -
UIT ONZE OOST
Zware boschbrand
Eindelijk gepakt
Gekalmeerd
Centr. vereeniging voor
school- en werktuinen en
boomplantdagen
in Nederland
Een Chineesche
Scheepvaart Maatschappij
„Nos Jungunt Rosae'
mimnm
VOOR ST00MEN
- EN VERVEN -
Houtstraat 5 a Tel. 10771
VIII
ROME, 12 Juli. i ik L. 20. In Genua had ik echter L. 35. Het
Ik zat met een Italiaan te praten over j gemiddelde kunnen we zeker op ongeveer
net fascisme. De man dweepte als ge
woonlijk met Mussolini en vond even
eens als gewoonlijk het stelsel een tame
lijk vervelende, veel te lang durende geschie
denis. Hij klaagde zijn nood over de schreeu
wende duurte, die doör de fascistische belas
tingen wordt veroorzaakt; over de ontzet
tende vermindering van het vreemdelingen-
bezoek, welke in de duurte en de veldwin
nende ongemotiveerde! vrees voor de
fascisten haar oorzaak vindt; over de kleine,
steeds meer beknibbelde inkomens, over de
angst aanjagende opdrijving der indirecte
belastingen, over de systematische uitputting
van allen particulieren handel; enfin, hij
maakte zijn bewondering van den duce voor
mij tot een daverende contradictio in ter-
mitus; want. dat Mussolini ..de'' man van
het fascisme en eigenlijk het fascisme-zelf
is, daaraan heb ik nog nooit een Italiaan
zien twijfelen.
Ik poogde hem wat op te fleuren met hem
te wijzen op het vele goeds, wat door het
fascisme ontegenzeglijk tot stand kwam.
Maar hü was hardnekkig.
„Kijk eens," zeide hij: „wij hebben ont
zettend gewonnen aan politieke beteekenis:
de heele wereld haat ons! De handel en de
nijverheid bloeien bij den dag harder: Mus
solini krijgt een buik. Volpi de juist
Zondag afgezette minister van financiën
gaf zijn dochter onlangs 40 millioen bruids
schat mee. de fascisten eten er goed van!
Eigenlijk gaat alles reuze-goed; alleen ver
hongeren we een beetje. Ten slotte
Iemand dien ik als vurig anti-fascist
kende, kwam ons gezelschap completeeren.
Miin eerste kennis ging voort:
„Ten slotte hebben wij aan het fascisme
ons leven, onze redding van het bolsjewisme,
de bevrijding van Italië van de vrijmetselarij
te danken. Zonder het fascisme
waren we nu een klein, veracht
landje, dat armoe leed en zijn bestaan niet
verdiende." viel de laatst gekomene bij. die
ik herhaal het mij als een vurig anti-
fisclst bekend was.
Enzoovoorts
Het gesprek, dat ontstond, was zeer verve-
fewd voor me, want de nonsens die volgde,
moet ik toch al dagelijks, tot beu wordens
toe, in de .kranten lezen.
Na een half uur heb ik den knoop door
gehakt:
„Dus, nadat jullie onder de plak hebt ge
zeten vae» je liberalen, de socialisten, de
communisten en de vrijmetselaars, ben ie er
van overtuigd, dat het fascisme, maar het
fasofcme dan ook alléén, de gewenschte re-
geerlngsvorm is?!"
.Absoluut!"
Ze knipoogden beiden naar me, maar dat
Wisie» ze voor elkaar niet.
-Ik zou dus niet beter kunnen doen dan in
mijn correspondenties te hameren en te
blijven hameren?"
„Natuurlijk! AlleenJe moet je niet
te veel voorstellen van je succes, want Rome,
Italië, is zeer zeker de moeder der wereld,
doch de barbaren hebben dat nooit begre
pen!"
(U verdenke mij er niet van dat ik anti-
Hollandsche kennissen heb. Een goede fas
cist echter betitelt de bewoners van be
vriende naties bij voorkeur als barbaren;
voor niet-zoo-bevriende aardbewoners begint
men met „varkenshoeders" en te eindigen
met begrippen waarvoor wij. barbaren, zoo
geen woorden bij de hand hebben).
„Goed." zei ik: „maar ik ben journalist en
als zoodanig kan je in een land. dat nog
niet gefascistineerd Is. ongetwijfeld wat be
reiken. Ik begin dus van avond. Maar zeg
nu nog eerst: op hoeveel komt ons de grap?"
„Hollander!
Het viel ze uit de verbaasd-open monden.
Een Italiaan toch denkt aan betalen nooit
en zeker niet vooruit. Iets los te krijgen is
de kunst en later prakkizeer je over betalen.
Eigenlijk prakkizeer je er heelemaal niet
over en doe je alleen maar alsof. Wanneer
het je leverancier niet aanstaat, kan hij
hoogstens een proces beginnen. En dat
duurt lang. Ontzettend lang!
Met z>» drieën begonnen we ons eerste
onderzoek in een zeer diepen kelder aan den
voet van het Kapitool. De wijn is daar erg
goed, maar dan ook tamelijk duur. Mijne
gidsen haddemmii echter gezegd dat je, om
échte fascisten te zien, niet in zulke héél
goedkoope gelegenheden moet gaan. Het ge
luk was ons in zoo verre dienstig, dat wij
twee militi leden van het fascistische le
gér troffen, die de eerlijkheid dwingt
mij te zeggen, dat mij dit niet eer overko
men is tamelijk boven hun theewater wa
ren. We hadden niet veel moeite ze te gast
te krijgen en hun tongen wéren al los.
Nadat, ife me na 'n half-uur meer of minder
hardleersch had getoond, resumeerde de één
een kleine, pittige Sard aldus:
„Onze plicht is eventueel tusschen beide
te komen, onverschillig waar, op bevel van
den duce. Ons werk bestaat uit militaire
oefeningen, soms uit controle- of bewakings-
arbeid. Wij wonen in kazernes, hebben vrij
kost en kleeding, vrij vervoer, vrije genees-
dertig Lire stellen. Dat verdient in Italië
niet één arbeider! En bovendien hebben wij
onze kleeding, onze kostenfin; de heele
rataplan! Halen we den rang van korporaal,
sergeant of officier, dan is onze vergoeding
steeds het drie-dubbele van wat/feen korpo
raal, sergeant of officier van het konink
lijke leger haalt. Dit alles vermeerderd met
dezelfde voordeelen. Halen we geen rang,
dan kunnen we een administratieve betrek
king aanvragen en trouwen! Wilt u rooken?"
Hij bood me een buitenlandsche sigaret
een groote luxe in Italië waarbij mijn
(althans zeer betrekkelijk) goedkoop Egyp
tisch rookertje een tamelijk slap figuur sloeg.
„Het kan nogal lijden?"
„Kost me geen cent! Ik heb er zestig zoo
per dag. Wij hebben meer van die extra-
tjes!"
„Maar dan kosten jullie don staat toch
zeker düizend Lire per maand?"
„Zeg gerust twee-duizend, meneer!"
„Dat is duurder dan een werkman die
met 700. hoogstens 800 Lire per maand te
vreden is. Zijn er veel militi?"
„Een dik millioen."
Toen we weer op straat liepen, stelde ik
de vraag, die me al lang obsedeerde:
„Vertel me eens: wat beteekenen toch de
insignes of zijn het decoraties? welke
al die lui op hun revers dragen?"
„Die? Dat zijn insignes! Fascistische insig
nes. Een ieder, die lid is van de corporaties,
1) draagt er een. Wie het geluk heeft lid te
zijn van de fascistische partij, 2) draagt er
ook daar een van."
„Maar u draagt er vier!"
„Juist. Eigenlijk mag ik dat niet doen,
maar ze zijn me te duur om ze zoo gauw
weg te gooien."
„Duur, zegt u?"
„Natuurlijk! Wij geven niets voor niets, j
Ziet u, ïid van de corporaties of van de
fascistische partij is men voor den tijd van
een jaar. Daarna wordt men automatisch
geschrapt en de eerste of vernieuwde in
schrijving kost L. 100. Daar komt per maand
L. 15 contributie bij. Als onderscheiding
krijgt men het recht tot het dragen van het
insigne dat eerst L. 75 kostte en nu tot L. 30
is afgeslagen Lid te zijn van de fascistische
partij kost even veel!"
„Dat beteekent dus L. 325 per jaar en
L. 650 voor één die ook nog fascist is?"
„Betrekkelijk! Soms is er geldgebrek en
worden wij het er over eens, dat het insigne
erg leelfjk is. De regeering laat dan nieuwe
maken die wij voor L. 75 koopen kunnen.
Verleden jaar veranderden wij vier malen
van devies!"
„Dat zou dan al naar gelang men cor
poratie-man of ook nog lid van de partij is,
neerkomen op een verlies van 8 tot 15 pet.
op het jaarsalaris?"
„Ja, zoo moet u niet rekenen. Zulke bij
dragen kunnen er nog wel mee door. De
„vrijwillige bijdragen" voor allerlei doelein
den, dèi doe* je de das om!"
„Wat is bijvoorbeeld een vrijwillige bij
drage?"
„Nou, anderhalf jaar geleden schreef de
regeering een milliardleening uit. De ban
ken bleven dag en nacht open, verlichte
vliegtuigen maakten reclame in de nacht
donkere lucht, om de tien meter stond een
oorlogsgewonde te speechen, enz. Toen begon
de controle op de. vrijwillige bijdragen. Wat
moest je doen? L. 500 was zoo ongeveer het
minste wat je geven kon. Terug betalen
kunnen ze vanzelf nooitEnfin, de lee
ning is volteekend. En wanneer je nu in ver
schillende winkels voor L. 100 koopt, kan je
L. 100 in schuldbekentenissen geven en
dan hoef je maar L. 75 bij te betalen!" 3)
„Jullie krijgen dus niets voor dat geld?"
..Ja zeker! Ontwikkeling, hè?"
„Bijvoorbeeld?"
„Lezingen."
„Zijn die goed?"
„Hm, u weet hoe dat gaat. Naar weten
schappelijke lezingen gaan alleen vreemde
lingen. en de niet-wetenschappelijke zijn erg
vermoeiend."
0 9 0 9 9"
„Ja, wanneer je den heelen tijd overeind
moet springen, hoerah gillen en fascisten-
liedjes zingen
En niets anders dan lezingen?"
„Toch wel, vrijkaartjes voor de bioscoop.
Dié zijn erg nuttig!"
„En de niet-militi, gewone leden van de
fascistische partij, hebben die nog wat?"
Zeker, een gratis zwart hemd, soms een
lialveli dag vrij-af om eja eja, a-la-Ia 4>
te roepen. Voorts hebben ze soms een gratis
reisje, wanneer hier of daar de zaak op
stelten moet worden gezet. Voorts hebben
ze nun club-huizen waar ze zich ontspannen
kunnen en waar ze vaderlandslievend wor
den gemaakt. Dan zijn er de kinderen, de
Balilla, die worden gekleed en heel groote
reizen maken
„Wel aardig voor die kinderen!"
„Misschien. In elk geval vragen wij na
tuurlijk niet of ze het aardig vinden!"
De meneer, die mij als.zeer belangrijk
kundige behandeling en pensioen. Wanneer werd voorgesteld, toonde zich hevig veront-
we trouwen, wonen we bijna gratis in rijks- waardigd, toen ik vond dat het fascisme
huizen." meer reclame moest maken, meer rucht-
„Goed. Maar dat heeft het gewone leger baarheid moest geven aan zijn bestaan,
ook. Een soldaat of matroos heeft boven- i „Laat ik u vertellen, meneer, dat w\j een
dien nog een geldelijke vergoeding." staand leger hebben van twee millioen man.
„Precies! Een soldaat of matroos heeft een waarvan wij er dagelijks vijf millioen kunnen
geldelijke vergoeding: namelijk 40 Centecimi maken. Voorts hebben we een millioen militi
per dag of L. 2.80 in de week (ongeveer 37 en een ander millioen zwarthemden waarmee
Hollandsche centen). Wij hebben echter L. 10 we de wereld de stuipen op het lijf jagen,
per dag behalve den toeslag. Heelemaal zon- Wij hebben oorlogs- en luchtvlooten als geen
der toeslag zijn we nooit. Hier in Rome heb ander land. Een paar weken geleden heeft
i Rome kunnen hooren daveren onder onze
anks, waarvan wij er een zwerm bezitten.
Voorts is er geen stad of dorp in Italië zon
der een stadion voor minstens twintig
duizend personen, zonder een monument
voor de in den oorlog gevallen soldaten, dat
dikwijls het grootste gebouw van die stad
of van dat dorp is. Kijk dan eens naar
Nobile's Poolvlucht, die 15 milliard kostte,
ongerekend de hulppogingen. Kijk naar de
duur- en afstandsrecords van Ferrarin en
Del Prete, waarvoor we millioenen over
hadden. Herinner u hoe tienduizend Mila-
neesche fascisten. Rome bezochten, gevolgd
door de partij genooten uit Napels, Marseille
en nog meer. Herinner u onze bedevaart
naar Dalmatië. Kijk om u heen hoe kinderen
van fascisten uit alle deelen der wereld mo
menteel door Rome rondwandelen. Kijk
naar de sportdemonstraties van fascistische
meisjes, een paar maanden terug; van de
fascistische jongens op dep laatsten Zondag.
Millioenen kost dat. meneer, millioenen! Of
dacht u dat wij die tienduizend kinderen
momenteel voor niets een reisje konden la
ten maken door Europa. Azië en Afrika, ter
passeering van hun vacantie?"
l
143
Dien meneer ben ik ontvlucht en ik j
wendde mij tot een anderen kennis:
„Zeg eens: wie betaalt die grap? Jullie be
talen contributie en vrijwillige bijdragen;
de prijzen der levensmiddelen bestaan voor
60 pet. ongeveer uit belasting, enz. Maar
dat is toch steeds nog ontoereikend?"
„Weet je dat niet? Engeland, Amerika
„Maar wanneer het dien nu eens begint te
vervelen?"
„Begii.it te vervelen? Het verveelt ze al
zoo lang! En we krijgen dan ook geen cent
meer los! Maar wat we los hebben, maken
we natuurlijk feestelijk oi*'
„Jan Kan beware er ons voor!" zuchtte ik,
toen mijn eerste kennis vroeg hoe het er
mee stond.
„Wat zegt u?" zeide hij; want ik zucht!
altijd in het Hollandsch.
„Ik zeg dat vanavond de eerste stap zal
worden gezet om Holland te fascistizeeren." j
1> La Carta del Lavoro. de fascistische
arbeidswet, verdeelt heel het arbeidende Ita-
liaansehe volk over een aantal corporaties
syndicaten.
2) Van de fascistische party kan men maar
niet zonder meer lid worden. Vroeger ging
dat natuurlijk wel, maar nu de partij het
heft in handen heeft, is de gelegenheid
om zich by haar aan te sluiten, be
halve in heel enkele uitzonderingsgevallen,
afgesneden.
3) Een zeer interessant voorbeeld van
„vrijwillige bijdrage" verneem ik juist bij het
afzenden van dezen brief uit een bron voor
wier betrouwbaarheid ik borg sta.
Dezer dagen ontving een kennis van me,
lid der fascistische party, het bezoek van
twee militi, die hem een boek te koop aan
boden; de redevoeringen van Augusto Turati,
secretaris-generaal der fascistische partij:
prijs L. 60.
„Het spijt me zeer," zeide mijn kennis;
„maar ik kan dat boek niet koopen. Ten
eerste is het een paar jaren oud; ten
tweede lees ik alle redevoeringen van Tu
rati zoo als ze volledig in de bladen ver
schenen; ten derde kan ik geen half week-
salaris op zoodoende wijze uitgeven; ten
vierde meen ik me stellig te herinneren dat
de prijs van dergelijke uitgaven slechts
L. 30 is."
Om kort te zijn: er bleek dat het boek
tot de restanten behoorde van een mislukte
uitgave, dat de prijs was verdubbeld, om
dat er geen handteekening van Turati was
bijgevoegd, en dat geen goede fascist nog
geweigerd had het te koopen.
Miin kennis hield voet bij stuk.
„Mogen wy dan uw tessera (bewijs van
lidmaatschap der partij) even zien?"
„Maar
„Ik gelast u om ons uw tessera te toonen!"
Toen mijn kennis gehoorzaamde nie
mand kan zich tegen de fascistische militie
verzetten werd van zijn persoon en zijn
handelwijze een volledig proces-verbaal op
gemaakt.
Een paar dagen later keerden dezelfde
zwarte jongens aldua de populaire bena
ming terug.
„Neemt u my niet kwalijk, mijne heeren,
maar ik blijf bij mijne beslissing!"
„Pardon, u heeft radio, niet waar? Wel,
wij komen u er op wyzen dat uw antenne
te hoog is en door haar constructie boven
dien hinderiyk werkt op het telefoonnet."
„Onmogelijk! IJ weet zelf dat telefoon en
radio in Rome onder één en dezelfde maat-
schappü vallen. Het lijkt me buitengeslo
ten. dat de maatschappij door het verkeerd
aanleggen van radio, den anderen tak van
haar bedrijf, de telefoon, in gevaar zal bren
gen. Wat het te hoog plaatsen van de an
tenne betreft ik wist niet dat dit moge-
ïyk was kan u zich beter wenden tot de
maatschappij, die in dit geval de overtreding
heeft begaan."
„Wilt u L. '100 boete betalen?"
„Beslist niet!"
„Dan zal u ons moeten volgen!'
Een fascistische gevangenis is een
oubliette. Men krijgt vijfentwintig jaren
of wordt na vier, vyf jaren wegens gebrek
aan bewijs vrij gelaten......
Miin vriend betaalde dus L. 100zon
der dat hem de redevoeringen van Augusto
Turati werden gegeven
4) Eja, eja, a-la-la! De fascistenkreet.
Wordt gebruikt als ons Hoezee.
Gabriele d' Annunzio heeft uitgevonden,
dat het eens de oorlogsgil der oude Grieken
was. welke door de Romeinen werd overge
nomen.
J. H.
m
Antennes
de ioods
voor
voor
gerichte energie uilstraling (beam-antennes). Op den voorgrond rechts
de korte-galf-installatie. opden achtergrond het reusachtige betonnen
lange-golf gebouw
KORTE GOLF OP LANGEN AFSTAND
Andermaal heb ik met Indië gesproken,
ditmaal niet met Bandoeng maar met Wel.
tevreden. Een aantal journalisten, waaronder
verschillende buitenlandsche. vereenigden
zich daarvoor, na 'n bezichtiging der lange-
en der korte-golf-installaties op Kootwijk,
in de studio aldaar, waar gedurende on.
geveer anderhalf uur in het Fransen, in
't Engelsch. in 't Duitsch, in 't Poolsch en
in het Nederlandsch door de journalisten
met hun collega's in Indië werd gesproken.
Reeds vroeger heb ik over de lange- en
de verschillende korte-golf.telegrafiezenders
en ook over den. door den Rijkstelegraaf -
dienst zelf vervaardigden telefonie-zender
uitvoeriger geschreven en wil daar dus niet
ncgmaals op terugkomen; alleen is nog
mede te deelen, dat sedert mijn vorig be
zoek aan Kootwijk Irï 't iange.golf-gebouw,
waar de oorspronkelijke zender geheel bezet is
met gesprekken met Amerika, nog twee
nieuwe zenders voor Europa zyn bijge.
gebouwd. De eene (1950 M.) werkt op Ko
penhagen en Weenen, de andere (3250 M.)
op Bern en Praag. Een derde, die voor de
verbinding niet Portugal. Griekenland, Fin
land enz. gebruikt zal worden, is besteld en
zal binnenkort eveneens in gebruik komen.
Dit zijn echter alle telegrafie-zenders,
evenals de zeven korte-golf-zenders, waar
van er vier tegelijk kunnen werken, die in
een loods vóór het groote gebouw zyn op
gesteld en die voor den dienst op Indië
v/orden gebruikt. Maar bovendien bevindt
zich in deze loods de telelonie-zender (P. C.
L. L.), waarmee op 20 September 1927 het
eerste kruisgesprek met Bandoeng werd ge
voerd.
Daarmede werden ook nu weer door de
journalisten gesprekken gevoerd met Indi
sche collega's en ik moet aanstonds zeg
gen, dat de gesprekken ditmaal met Wel
tevreden, lang niet zoo goed overkwamen
als die, welke ik eenige maanden geleden
met Bandoeng mocht voeren. Er waren nu
voortdurend storende bijgeluiden.
Dat kan toeval zyn ook uw radio is
niet alle dagen even zuiver maar toch
schijnt ook de verbinding Weltevireden—
Bandoeng wel gewicht in de schaal te leg
gen. Immers, toen. nadat elk der aanwezige
journalisten met een zyner Indische colle
ga's een minuut of vijf had gesproken, volg
de nog een particulier gesprek van een hun
ner, den Pool Emil Flaumenhaft, vertegen
woordiger van Poolsche bladen te 's Graven-
hage, met diens zuster in Indië. Deze, ih
Madioen woonachtig, was echter niet voor
het gesprek naar Weltevreden gegaan, doch
naar Bandoeng, zoodat nu weer werd ge
sproken tusschen Kootwyk en Bandoeng.
Merkwaardig was het, hoe onmiddellijk
van het eerste woord van dit gesprek, waar
van ik natuuriyk absoluut niets verstond,
alles veel en veel duidelijker overkwam, dan
bij de gesprekken met Weltevreden. Van bij
geluiden geen sprake; een telefoongesprek
tusschen twee abonné's van het Haarlem,
sche net kan niet duidelijker zijn.
Ik verstond, zooals gezegd. )geen woord
van het in het Poolsch gevoerde gesprek
^tusschen de dame in Indië en haar
broer, haar zuster en haar schoon
zuster in Nederland, maar toch was het
treffend. Want. al verstond men de woor
den niet, de verrukking in de stem der da
mes, die daar zoo plotseling, na een schei
ding van zeven jaren, weer mei elkaar bab
belden, was niet te miskennen. Er sprak
uit de blijdschap, nu ook zelf getuige te
mogen zijn van het groote wonder, dat
broer en zuster hier in Nederland konden
spreken met die andere zuster, die hen
zeven jaren geleden in Polen had veriaten
en die nu reeds al dien tijd 13000 K.M. van
hen verwijderd leefde.
Toen ik na afloop aan mej. Flaumenhaft
vroeg of zij ook de stem harer zuster her
kend had. antwoordde zij mij, dat die haar
wel eenigszins vreemd voorkwam en dat
ook haar zuster haar, verwonderd, had toe
gevoegd: „Wat is je stem veranderd".
Het sch;jnt dus, dat, al komen de woor
den ook onberispelijk over, de klank der
stem eenigszins wordt gewijzigd.
Of zouden, in zeven jaren hadden deze
menschen elkaar immers niet hooren spre
ken, de stemmen misschien werkelyk ver
anderd zyn?
ARTHUR TERVOOREN
..z
Een blik in het prachtige stadion van denP (artito) N (azionale) F (ascistay, tijdens een
Ier sportwedstrijden waarop we tegenwoor- dig bijna eiken Zondag worden vergast. De
toegang is geheel gratis
Drie kampongs vernield.
Een vrouw verbrand.
Ar.eta Seint uit Medan: Een ladangbosch-
brand in Boven-Serdang op de grens van
de Karolanden, verwoestte drie kampongs,
bestaande uit vyftig woningen. De schade
wordt geschat op 25.000. Een vrouw is ver
brand. 100 Stuks vee zijn omgekomen en
200 vierk. km bosch zyn verbrand. De oor
zaak ligt in onvoorzichtigheid bü den aan
leg van het ladangveld. De boschreserve
brandt op zes plaatsen.
Uit Soerabaja seint Aneta:
De veldpolitie arresteerde den Madoerees
Bonadin, die op 21 October 1926 den heer
Elsenburg, tweeden machinist op de s. f.
„Djatiroto", vermoord heeft.
Overzichtfoto van den kortegolf-telefonie-zender r C L L, welke voor het telefoon
verkeer met N. O.-Indië wordt gebruikt. Met deze eenvoudige installatie wordt het wonder
gewrocht.
Aneta verneemt uit Meester Cornells:
De affaire tusschen de Javaansche en
Ambonneesche militairen, die onderling
twistten, is verder rustig verloopen. De troe
pen zyn op manoeuvre vertrokken.
Bovengenoemde vereeniging heeft te
Arnhem haar jaarvergadrineg gehouden
onder voorzitterschap van den heer J. B.
Koning.
De congressisten werden toegesproken
door mr. dr. A. D. H. Fockema Andreae,
voorzitter van de Arnhemsche vereeniging.
De heer Rosenboom gaf een uiteenzet
ting van d® werking van het massa-on-
derwijs op het gebied van planten en die
ren e Amsterdam, waaraan door 248 school
klassen werd deelgenomen.
Het rapport concludeerde, dat zeer zeker
in andere plaatsen een dergelijk onderwijs
waaromtrent gaarne door het centrale be
stuur inlichtingen zullen worden verstrekt,
van groot nut zou zijn.
De heer Popmen. bestuurslid van den
kring Noord-Holland, roerde bij het punt
beschouwingen en ondtrlinge bespreking
de kwestie aan omtrent de subsidierege-
link door rijk, provindie of gemeente. De
voorzitjer uitte na eenige besspreking als zijn
meening, dat zoowel bij rijk, provincie
als gemeente de overtuiging vaststaat,
dat voor een instelling ais deze voor
al het particuliere initiatief den stoot
moet geven. Schiet dit tekort, dan meent
I de overheid, dat zy niet meer behoeft te
I subsidieeren, omdat door het tekortschie-
I ten van het particulier initiatief men
geen voldoende blijk van belangstelling
I geeft. Spr. gaf echter in overweging een
weg te zoeken tot het verkrijgen van sub
sidie, waarop men zal meenen recht te
hebben.
In den breede werd nog het woord ge
voerd omtrent de boomplantdagen. De be
doeling van deze besprekingen was, dat toch
vooral niet de oorzaak van het afsterven der
boomen zou worden toegeschreven aan
het feit, dat ze door kinderen zijn geplant.
Verschillende sprekers wezen erop. dat bij
sommige boomplantdagen de leiding haar
taak niet begrijpt, of dat de jonge boomen
niet voldoende worden verzorgd. Hieraan is
het te wyten, dat vele jong geplante boo
men sterven en de boomplantdag den naam
krijgt van in het water gevallen te ziin.
Na eenige bespreking werd de vergadering
gesloten.
De Mexicaanselie legatie in Den Haag heeft
een manifest van president Calles betreffende
den moord op president Obregon ter kennis
van het Nederlandsche volk gebracht.
Dit is een officieëele daad en dus moet de
Mexicaansche regeering het billyken, dat het
Nederlandsche, of een deel van het Neder
landsche volk op die mededeeling reageert,
temeer daar het niet onmogelijk is, dat de
verspreiding van dit manifest een terugslag is
op de katholieke protesten tegen de Mexi
caansche kerkvervolging.
Welnu met de eerste alinea van de officieele
mededeeling kunnen wij en kan voorzeker
ieder katholiek zich vereenigen. Zy luidt als
volgt: „De ongehoorde misdaad, waardoor de
gekozen president van de republiek, generaal
Obregon. om liet leven is gekomen, heeft de
natie met gerechtvaardigden rouw vervuld en
er bestaat geen eerlijk denkend wezen, waar
dan ook. dat haar niet met de diepste ver
ontwaardiging afkeurt."
Maar tegen den verderen inhoud van het
Calles-manifest, dat de misdaad op de schuld
van de Mexicaansche katholieken legt, pro
testeeren wij krachtig èn als katholieken èn
uit naam van de Gerechtigheid.
President Calles moet den Nederlandschen
katholieken niet met praatjes en dergelyken
ongemotiveercien lasterpraat aan boord ko
men.
Wij laten ons door hem niet beleedigen,
want wy leven Goddank! niet in Mexico. Hij
houde zyn verdachtmakingen in Amerika en
blijve er ons mode van het lyf.
Wij protesteeren tegen het manifest èn ais
katholieken èn uit naam - der Gerechtigheid.
Want waar haalt president Calles het
recht vandaan den moord aan de katholie
ken te verwijten?
Slechts als een onpartijdige, (wy zeggen
niet: als een Mexicaansche) rechtbank het
verband tusschen de misdaad en de actie der
katholieken zou hebben vastgesteld, zou Cal
les een oordeel mogen uitspreken, zooals hij
nu. voorbarig en ontydig, doet. Er is echter
geen sprake van, dat dit verband bewezen
is. President Calles betoogt, dat de met de
opheldering van de feiten belaste autoriteiten
beschikken over talrijke informaties, die deze
misdaad in direct verband met de clericale
actie brengen. Zekerheid daaromtrent is er
dus. blijkens deze uitlating, nog niet en het
is in stryd met de meest elementaire begrip
pen van bewijsvoering om daarop de conclusie
te bouwen: de katholieken zullen dus wel de
schuldigen zijn. Maar wij vragen bovendien:
is het waar wat Calles beweert; zijn er tal
rijke informaties over het verband tusschen
de misdaad en de clericale actie? En wie
zijn die autoriteiten, die de bewijzen verza
melden? Staan zy onbevooroordeeld tegenover
de katholieken of .zijn het partygangers van
Calles? Bovendien wenschen de katholieken,
wenschen wij zelf dat bewijsmateriaal te
kennen en te beoordeelen alvorens president
Calles het recht te geven om te spreken zoo
als hij doet. Op een onvolledig onderzoek
lanceert het hoofd van den Mexicaanschen
staat een verdachtmaking tegen de katholie
ken. Nogmaals uit naam der Gerechtigheid,
uit naam van het menschenrecht protesteeren
wy daartegen.
„De misdadiger heeft reeds ten volle be
kend, dat zijn funeste handeling door gods-
dienst-fanatisme is gemotiveerd," heet het in
het Calles-manifest.
Laten wij aannemen, dat deze mededeeling
juist is.
Dan is dat godsdienst-fanatisme ofwel een
soort krankzinnigheid, een waanzin, waarvoor
Calles niemand, ook den dader zelf niet,
verantwoordelijk mag stellen en dus is zyn
verwijt aan de katholieken grof en onjuist, of
wel het godsdienst-fanatisme is een tot het
toppunt gestegen leed over den smaad, die
den Mexicaanschen katholieken door de kerk
vervolging wordt aangedaan en dan het be
wijs van het enorme lijden, dat de regee
ring van Calles den katholieken van Mexico
aandoet.
En zou dit dan geen veroordeeling van de
Calles-politiek zijn, waarvoor hy zich dient
te schamen? Ook in dat geval past hem dit
manifest allerminst.
In midden-Amerika vindt men dergelyke
opgeschroefde taal waarschijniyk heel ge
woon; wij nuchtere Nederlanders, laten ons
door zulke communiqué's niet van de wys
brengen!
en de financiën zijn aanzieniyk verbeterd.
„Een schoone lei" stond er boven het over
zicht van 1927, d. w. z„ dat de leeningschuld
geheel is afgedaan.
Grootere organisaties zullen de vereeniging
hierom benyden, o.a. het Genootschap, waar
de jaarlyksche tentoonstelling pleegt plaats
te vinden. Toch wordt niet steun gevonden
by allen, van wie deze kon worden verwacht.
De klacht, dat slechts 10 pCt. van de kwee
kers lid zijn, achtte spreker rechtvaardig,
niet 10, doch 100 pet. moesten lid zyn.
Wat de tentoonstelling betreft er waren
in het voorjaar booze geruchten, dat zij niet
in Den Haag zou worden gehouden. Het deed
spr. veel genoegen, dat het bestuur hierop
is teruggekomen, en nu de groote zaal, de
rontonde en een byzaal in beslag heeft ge
nomen.
Moge Den Haag opgenomen worden in den
band van rozen, die de vereeniging te zamen
houdt. Met den wensch, dat vele Hagenaars
de tentoonstelling zouden bezoeken, ver
klaarde de burgemeester deze voor geopend.
Aneta seint uit Medan:
De „Sumatra Post" verneemt, dat een con
cern is gevormd van Chineesche handelaren
met het doel een Scheepvaart My. op te
richten voor vracht- en passagiersdiensten
van Belawan op Singapore en Penang en
van Belawan op Batavia, Semarang en
Soerabaja. Het maatschappeiyk kapitaal
zal 5 millioen bedragen, waarvan reeds
50.000 byeen is. De combinatie heeft on
langs geconfereerd met de Chineesche han-
delsvereeniging.
Een rozententoonstelling in den Haag.
Zaterdag en Zondag is in den Dierentuin
te 's Gravenhage. een uitgebreide en zeer
interessante rozententoonstelling gehouden,
georganiseerd door „Nos jungunt rosae".
Zaterdag had de opening plaats.
De burgemeester van den Haag, mr.
Patijn, hield de openingsrede.
Spr. zou niet opsommen al wat de ver
eeniging „Nos jungunt Rosae" in haar 37-
jarig bestaan heeft tot stand gebracht. Al
leen in het laatste jaar heeft zij georgani
seerd de radio-voordrachten en den wedstrijd
op de „Nenyto". Het ledental gaat vooruit
n
z)