Buitenlandsch Nieuws
FEUILLETON
RADIO-OMROER
TWEEDE BLAD
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
MAANDAG 20 AUGUSTUS 1928
BLADZIJDE 4
Paters Augustijnen
Een marmeren altaar uit de
18e eeuw
De zangmethode-Ward
Het Eucharistisch Congres
te Sydney
DE BEKEERING EENER
VESTAALSCHE
MAAGD
GEMENGDE BUITENL.
BERICHTEN
KERK EN SCHOOL
De onderteekening Tan het
Kellog-pact.
De Amerikaansche minister van buiten-
landsche zaken, Prank B. Kellogg, is, ver
gezeld van zijn particulieren secretaris en
van den chef van den persdienst, per trein
uit Washington naar New-York vertrokken,
om naar Europa over te steken.
Gemeld wordt, dat J. Reuben Clark, advo
caat te Salt Lake City, tot onderstaatssecre
taris van buitenlandsche zaken is benoemd.
Clark zal het beheer van het departement
van buitenlandsche zaken op zich nemen
gedurende de afwezigheid van Kellogg.
Kellogg gaat scheep op de „Isle de France"
naar Europa. De te Parijs vertoevende direc
teur van de af deeling West-Europeesche za
ken, Marriner, zal zich na Kellogg's aan
komst te Parijs bij hen aansluiten. De amb
tenaren van het staatsdepartement te
Washington wijzen er bij herhaling op, dat
het Kellogg alleen en uitsluitend te doen is
om de onderteekening van het anti-oorlogs
pact.
De Amerikaansche gezant te Dublin be
vestigt, dat Kellogg de uitnoodiging van
Cosgrave heeft aanvaard, om na de onder
teekening van het pact te Parijs een bezoek
aan Dublin te brengen. President Cosgrave
heeft besloten met Kellogg te Parijs een sa
menkomst te hebben en hem aan boord
van den kruiser „Detroit" op 29 Augustus
naar Dublin te begeleiden. Te Dublin zal
Kellogg aan een aantal openbare plechtig
heden deelnemen.
Stresemann heeft eindelijk de uitnoodiging
der Fransche regeering aanvaard, om te Pa
rijs het Kellogg-pact mede te komen onder
teekenen. Het zal de eerste maal na den
wereldoorlog zijn, dat de Duitsche minister
van buitenlandsche zaken in de Fransche
hoofdstad komt. Dit feit op zichzelf is van
beteekenis op het gebied van doelbewuste
toenadering tusschen Frankrijk en Duitsch-
land. Tevens zal dfc Duitsche minister onge
twijfeld de gelegenheid aangrijpen om de
hem nauw aan het hart liggende kwesties
het Rijnland aan te roeren. Fransche
bladen achten het niet meer dan logisch, dat
Stresemann, die zulke dikke maatjes is met
Briand, op het gebied van doelbewuste toe
nadering der vroegere vijandelijke staten,
ook zal pogen Poincaré te polsen over de
vervroegde ontruiming van den linker-Rijn-
oever. Daar tevens Kellogg in eigen per
soon het pact te Parijs komt onderteekenen,
is het eveneens vanzelf sprekend, dat nog 'n
ander „brandend" vraagstuk de herstel
en intergeallieerde schulden op het tapijt
zal komen, niet officieel, wel te verstaan,
maar in de aparte officieuze besprekingen
der hooge staatslieden, die zoozeer het ge
heim kennen om in knusse onder-onsjes,
achter stevig gesloten deuren, belangrijke
zaken te doen. Wie spreekt daar van „ge
heime diplomatie?" Intusschen. de wereld
neemt ook genoegen met achter de coulissen
bekonkelde afspraken
Het lijdt geen twijfel dat bij gelegenheid
van de teekening van het anti-oorlogspact,
te Parijs op 27 dezer, andere belangrijke
internationale kwesties besproken zullen
worden en in verband daarmee heeft Poni-
caré een buitengewonen ministerraad bijeen
geroepen tegen 23 dezer.
Havas meldt, dat de bijzondere minister
raad het protocol zal vaststellen voor de on
derteekening van het pact. ter gelegenheid
waarvan drie groote recepties zullen worden
gehouden, n.l. door Doumergue, Poincaré
en Briand. Verder zal de raad, behalve de
diplomatieke kwesties, welke ter sprake zou
den kunnen komen ook de vraagstukken be
handelen, welke op de agenda der Volken
bondsvergadering staan.
Poincaré wil blijkbaar vooraf het Fransche
standpunt vaststellen om oneenigheid onder
zijn kabinetsleden te voorkomen.
De premier zal zijn zomervacantie, welke
bij te Sampigny doorbrengt, ervoor afbreken
en naar Parijs overwippen.
De komende dagen kunnen derhalve be
langrijk worden en de aankondiging van den
buitengewonen ministerraad heeft te Parijs
al eenige sensatie gewekt.
Betreffende de uitnoodiging van dr. Stre
semann voor de onderteekening van het pact-
Kellogg wordt bekend, dat de uitnoodiging
tot den minister persoonlijk is ingericht. Er
zullen dan ook geen andere leidende ambte
naren van het departement van Buitenland
sche Zaken den. minister vergezellen.
Eenigerlei onderhandelingen met de Fran
sche regeering over kwesties van algemeene
politiek staan dan ook niet op het program
ma, maar desniettegenstaande zal er ver
moedelijk toch wel gelegenheid- zijn zoo
danige onderhandelingen te voeren.
De nieuwe Duitsche kruiser
Het rjjksweer-departement heeft de N.V.
Deutsche Werke te Kiel den bouw van den
pantserkruiser A opgedragen.
De bouw van dit oorlogsschip (binnen het
kader van het verdrag van Versailles) heeft
zooals gemeld aanleiding gegeven tot scherpe
critiek op de regeering-Müller. In de soc.-
democratische party gaan krachtige stem
men op, die het ontslag der soc.-democra-
tische rijksministers eischen. De „Germa-
nia", het leidende roomsch-katholieke or
gaan, is eenigszins bezorgd over de moge
lijke politieke gevolgen van de nieuwe aan
winst der Duitsche oorlogsvloot en schrijft:
De houding van de sociaal-democratische
rijksministers in het vraagstuk van den pant
serkruiser heeft in de sociaal-democratische
partij een beroering gewekt, welke een on
zekerheidsfactor vormt, die gemakkelijk tot
ernstige verrassingen kan voeren.
Het moest den sociaal-democraten moge
lijk zijn de besprekingen in het vraagstuk
van den pantserkruiser tot die beteekenis
terug te voeren, welke haar in meer alge
meen verband werkelijk toekomt.
De met zooveel spanning tegemoet ge
ziene vergadering van de sociaal-democrati
sche Rijksdagfractie en van den partijraad
is, dank zij niet in de laatste plaats de'wilde
campagne van de communisten tegen de
sociaal-democratische ministers, met een
sisser afgeloopen.
Toen Zaterdagmorgen om 10 uur de ver-
dering werd geopend, bleek de deelneming
belangrijk grooter te zijn dan men had ver
wacht. Ten na„ste bij 180 leden van de frac
tie en van den partijraad waren uit hun
vacantie-oorden naar Berlijn teruggekeerd
om aan de besprekingen deel te nemen,
o.w. ook de rijkskanselier Hermann Muller.
Alleen minister Wissel ontbrak op het appèl.
De debatten duurden wel is waar lang
pas om 7 uur des avonds werd de vergade
ring gesloten maar zij droegen een vrü
rustig karakter, rustiger in ieder geval dan
men, gezien de algemeene opwinding in ar
beiderskringen en de scherpe moties, die
met name in Saksen, de laatste dagen sche
ring en inslag zijn geweest, had durven
verwachten.
Hermann Mtiller verdedigde de houding
van de roode ministers en bracht weer de
zelfde zwakke argumenten te berde, die in
de dezer dagen gepubliceerde officieuze ver
klaring worden opgesomd. Het was, naar een
van de deelnemers aan de vergadering ons
na afloop zeide, een slechte verdediging van
een slechte zaak en als het lot van de socia
listische ministers alleen van deze verdedi
ging afhankelijk wa geweest, zou het er
slecht voor de heeren Müller c.s. hebben uit
gezien. Maar gelukkig voor hen werd zoo
veel kabaal gemaakt en zulk een ophitsen
de campagne gevoerd, dat het zelfs de meest
oppositioneele elementen in de sociaal-demo
cratische partij te bar werd. Men begreep,
dat een crisis in de partij slechts koren op
den molen van Moskou zou zijn en'dit ge
noegen heeft men den communisten niet
willen doen. Daaaan alleen is het te danken,
dat het in de vergadering niet heeter is toe
gegaan en dat er ten slotte een motie werd
aangenomen, waarin wel is waar nog eens
wordt verzekerd, hoezeer men het betreurt,
dat de socialistische ministers vóór het bou
wen van den kruiser hebben gestemd, maar
waarin tevens nadrukkelijk wordt verklaard,
dat ministers in het belang van de arbeiders
klasse in het kabinet moeten blijven.
Deze mot:'-" is niet met algemeene stem
men aangeno: ;n. Er waren, als wij goed
zijn ingelicht zelfs heel wat tegenstemmers,
maar zij bleven toch ver in de minderheid.
Samenvattend kan men zeggen, dat alles bij
het oude blijft. De pantserkruiser wordt ge
bouwd, en de roode ministers behouden hun
portefeuille, maar men kan niet beweren, dat
het gezag van Hermann Müller en van de
drie andere socialistische ministers door dit
incident is gestegen. Integendeel!
De Poolsch.Litausche kwestie
Zooals gemeld is, heeft Polen aan Litauen
voorgesteld om de rechtstreeksche onder,
handelingen tusschen belde landen op
30 Augustus t;e Genève te hervatten.
De Raad van den Volkenbond zal zich
met de Poolsch.Litausche kwestie wederom
hebben bezig te houden. Men moet dus
toch te Genève zijn en zou nu blijk kun.
nen geven van goeden wil om onderling de
daar hangende vraagstukken te bespreken.
De altijd weerstrevende heer Woldemaras
heeft echter dit Poolsche voorstel weige
rend beantwoord. Juist omdat de kwestie
wederom voor den Volkenbond komt, heeft
Woldemaras bezwaar tegen onderlinge be
sprekingen te Genève,' die op den dag
van de bijeenkomst van den Raad zouden
beginnen.
Men heeft dan genoeg te doen en zou
voor onderlinge besprekingen geen tijd heb
ben. En de heer Woldemaras doet zijn wei
gering dan vergezeld gaan van allerlei on.
beteekenende formeele bezwaren, die wel
duidelijk toonen, hoezeer hij er op uit is,
om zich te onttrekken aan hetgeen inder.
tijd juist door den Volkenbond is aangera.
den.
Zoo zal de Poolsch.Litausche verhouding
dus weer door den Raad van den Volken
bond moeten worden behandeld, zonder dat
beide partijen een stap nader tot elkaar
zijn gekomen.
Maar intusschen heeft Woldemaras
door zijn onverzoenlijke houding zijn positie
tegenover den Volkenbond ten zeerste
verzwakt. Dat bleek wel uit de houding,
die door den voorzitter van den Raad en
den rapporteur in de Poolsch.Litausche
kwestie, jhr. Beelaerts van Blokland, is
aangenomen tegenover het verzoek van
Litauen om in verband met de Poolsche
legermanoeuvres een onderzoek te doen in
stellen aan de Poolsch.Litausche grens.
Het verzoek werd geweigerd, omdat de
Volkenbondsautoriteiten van oordeel wa
ren, dat na de Poolsche verklaringen er voor
een dergelijk onderzoek geen aanleiding
was.
Dat wil dus zeggen, dat men in Vol
kenbondskringen volstrekt geen waarde
hecht aan de verontrustende uitleggin.
gen die Litauen aan de Poolsche politiek
geeft en zich niet op een dwaalspoor wil
laten brengen door da sensationeele
mededeelingen over de booze Poolsche
plannen. In verband hiermede is zeker
wel van belang er op te wijzen,, hoe de
beweringen van Litausche zijde over de
voornemens van Pilsoedski ter gelegenheid
van zijn bezoek aan Wilna volkomen on
gegrond zijn gebleken. Pilsoedski heeft
niets gedaan van al hetgeen van Litausche
zijde omtrent zijn plannen werd beweerd.
Het is nu zeker te hopen, dat ditmaal
eindelijk de Raad van den Volkenbond er
in zal kunnen slagen aan de onhoudbare
toestanden in dit deel van Oost-Europa een
einde te maken.
Albanië weer Koninkrijk?
Europa staat op het punt weer een nieuw
koninkrijk of vorstendom rijker te worden...
in Albanië. Te Rome waar men van de Alba-
neesche zaken bijzonder goed op de hoogte
is, weet men te vertellen, dat de huidige
president van Albanië, Ahmed Zogoe, zich
binnenkort tot koning of vorst des lands zal
laten uitroepen. Al geruimen tijd is sprake
geweest van een herstel der monarchie in
Albanië, waar prins Wilhelm von Wied op 7
Maart 1914 den troon besteeg, maar reeds
op 5 September van datzelfde jaar de vlucht
nam. Na den wereldoorlog werd Albanië een
republiek, waarvan Ahmed Zogoe, sedert drie
jaren, president is. Hij beschikt stellig over
méér aanhang in den lande dan de aange
waaide prins von Wied en daarenboven kan
Ahmed Zogoe op steun van Italië rekenen.
Hij heeft, naar uit Rome wordt gemeld, reeds
verschillende mogendheden gepolst en ook
voelhorens uitgestoken bij zijn Balkan-buren
en het resultaat was zoo bevredigend, dat
Zogoe het er thans op wagen kan zijn hoofd
met de Albaneesche kroon te versieren.
Ahmed Zogoe gaat voorzichtig te werk. Hij
wachtte eerst de algemeene verkiezingen af,
die Donderdag jj. aan zijn regeering een ver
pletterende meerderheid bezorgde. Om dit
gunstig resultaat te bereiken waren in Al
banië ook doeltreffende voorzorgen genomen
en o.a. waren alle leiders van de oppositie in
ballingschap gezonden met de boodschap,
dat indien zij terugkeerden de galg voor hen
klaar stond.
De constitueerende vergadering zal nu deze
week bijeenkomen en men verwacht, dat deze
de door Zogoe verlangde wijzigingen in de
grondwet zal aanbrengen, n.l. hem tot ko
ning willen verheffen, wellicht nog met een
overgangstitel van „president voor het le
ven," welke dan de brug zal vormen naar het
koningschap.
Een „oorlogje" in Mongolië
Uit Charbin komen berichten, dat Sovjet-
Mongolië aan den staat Barga den oorlog
heeft verklaard, ten einde dezen te dwingen
zich weer bij Mongolië aan te sluiten. Roode
cavalerie der Mongolen, die door de Russen
is geoefend, is over de grens "getrokken en
heeft twee spoorwegstations aan den Oost-
Chineeschen spoorweg bezet.
Het gebied van Barga, ook wel Bargoe of
Barckoet genaamd, lig aan de West-grens
van Mandsjoerije. Het maakte zich in 1912
los van China en sloot zich aan bij het
nieuwe gebied van Oerga, dat zich van China
had losgescheurd. Sedert werd Barga uit
naam van den heerscher van Oerga door
prins^ Itioefoe geregeerd.
Toen het rijk van den Czaar ineenstortte,
trachtte China zijn invloed in Mongolië te
herstellen. In 1921 echter trad een nieuwe
regeering te Oerga in, die onder invloed van
Sovjet-Rusland staat.
Naar de „Times" meldt, hebben berich
ten over het optreden der Mongoolse*»» troe
pen in de buurt van Heilar in NoordeUje
Mandsjoerije groote ongerustheid verwekt.
De gouverneur van Heiloengkiang heeft te
Moekden om versterkingen gevraagd. Een
trein, die 15 Augustus van Mandsjoeli was
vertrokken, is door Mongolen aangehouden
en doorzocht.
De Chineesche Oosterspoorweg is op ver
schillende punten opgebroken. De Siberische
trein, die 16 dezer van Charbin in Westelijke
richting zou vertrekken, is cwwhfcuden.
't Bericht, dat de Mongoolsche troepen,
die 5000 man sterk zouden zijn, onder leiding
van een sovjet-officier staan, is niet beves
tigd, doch het is zeker, dat er een beweging
van de „roode" boeren aan den gang is.
Of Moskou achter deze beweging staat, is
de vraag. De toestand in Mandsjoerije is
reeds netelig genoeg en het is onwaarschijn
lijk, dat sovjet-Rusland een beweging zou
steunen, waardoor de status quo wordt be
dreigd en aan Japan gelegenheid gegeven
zou worden zijn positie in Mandsjoerije te
versterken.
De correspondent van de „Morning Post"
te Charbin meldt, dat de vijandelijkheden
voortduren. Afdeelingen Mongoolsche sov
jet-troepen verontrusten de bevolking van
Bargas en dwingen de bewoners zich bij de
onafhankelijkheidsbeweging aan te sluiten.
Volgens berichten uit Amerikaansche bron
staat de roode Mongoolsche ruiterij onder
bevel van den Russischen generaal Soel-
kowskl. Een Chineesch leger trekt de Mon
golen tegemoet.
FABRIEKSSPIONNAGE TEN BATE VAN
FRANKRIJK.
Dezer dagen zijn drie agenten van de
Fransche geheime politie, de z.g. Süreté ge
arresteerd.
De gearresteerden zijn drie employé's van
de I. G. Farbenindustrie te Ludwigshafen
en wel de laborant Fritz Hellmann de labo
rant Richard Müller, beiden uit Ludwigs
hafen en de werktuigkundige Arwalder uit
Mannheim.
Bij te zelfder tijd in de woningen der ge
arresteerden gedane huiszoekingen moet be
zwarend bewijsmateriaal in de handen der
politie zijn gevallen, waaruit blijkt, dat de
drie employé's fabrieksspionnage in de Duit
sche chemische industrie hebben bedreven.
Volgens de berichten -omvat de spionnage
in hoofdzaak de fabriek te Ludwigshafen
en Oppau van de I. G. Farbenindustrie en,
naar het heet, blijkbaar ook het „Leuna-
werk" te Mersburg bij Halle. De betrekkin
gen der gearresteerden tot den Franschen
spionnagedienst moeten teruggaan tot 1927.
Naar de „Ludwigshafener Generalanzei-
ger" mededeelt, kon helaas niet meer wor
den voorkomen, dat reeds eenige bedrijfsge
heimen in de handen der tegenpartij zijn
geraakt.
ERNSTIG ONGEVAL IN EEN KAZERNE.
Naar uit Nizza gemeld wordt, is in de ka
zerne van VUla Franca een deel van het
dak ingestort, waarop eenige arbeiders
werkzaam waren. Drie werklieden verdwe
nen met het dak, dat door de plafonds van
de derde en tweede verdieping heenviel, in
de diepte. Zij kwamen terecht op de eerste
verdieping tusschen een groep soldaten. On
der de puinhoopen werd het lijk van een der
dakbedekkers gevonden. De overige twee
arbeiders, alsmede zeven Alpenjagers wer
den ernstig gewond.
DE BERGING VAN DE ENGELSCHE
DUIKBOOT „L. 55"
In een bericht uit Moskou worden nadere
bijzonderheden meegedeeld omtrent de ber
ging van de ,L. 55", de Engelsche duikboot,
die in Juni 1919 in de Baltische Zee gezon
ken is. Hierbij wordt er op gewezen, dat in
het boek van den 'Engelschen marine-des
kundige Wilson: „Linieschepen in actie",
meegedeeld wordt, dat in 1919 de „L. 55"
verloren is gegaan, doch de bemanning ge
red kon worden. Het Russische bericht
maakt hieruit de gevolgtrekking, dat de En
gelsche admiraliteit deze gebeurtenis tot
nu toe geheim heeft gehouden. Na de lich
ting van de duikboot kon worden vastge
steld, dat in het geheel 43 man omgekomen
zijn. 37 lijken werden gevonden in ruimten
waar het water nog niet was doorgedrongen
De commandant was nog bij de stuur-inrich-
ting. De geraamten vielen bij aanraking uit
een. De lijken der matrozen, die zich be
vonden in de ruimte, waar het water nog niet
was doorgedrongen, vormden een taaie
massa, die echter bij aanraking ook uiteen
viel. De gummi-kleedingstukken, waarmede
de lijken bekleed waren, zijn echter geheel
bewaard gebleven. De beenderen zijn opge
baard. De voorwerpen van waarde die ge
vonden zijn, zullen aan de bloedverwanten in
Engeland toegezonden worden.
De admiraliteit heeft door middel van de
Noorsche regeering tot de Sovjets het ver
zoek gericht toestemming te verkrijgen tot
het zenden van een oorlogsschip om het
stoffelijk overschot van de bemanning dei-
in 1919 in de Oostzee gezonken duikboot
,L. 55" naar Engeland over te brengen.
VRIJGEVIGHEID van venizelos
ut Athene wordt aan het „Berliner Tage-
blatt" gemeld, dat Venizelos in de laatste
zitting van het kabinet een algemeene ver
hooging van de salarissen der staatsambte
naren heeft voorgesteld. Hiervoor zal in de
begrooting een post van 135 millioen drach
men worden uitgetrokken.
Voorts besloot de regeering alle officieren
van het leger, de "marine, de gendarmerie
en van de politie een toeslag van 7 pet. te
geven. Al deze salaris-verhoogingen hebben
terugwerkende kracht tot het begin van het
begrootingsjaar 1928'29. Evenals de ge
deeltelijke uitbetaling van de schadeloosstel
lingen aan de vluchtelingen heeft deze maat-
rege natuurlijk ten doel de ambtenaren en
officieren gunstig voor Venizelos te stem
men.
Hij hoopt op deze wijze zijn vooruitzich
ten voor de verkiezingen te elfder ure nog
wat te verbeteren.
STORMRAMP IN ALGIERS
Uit Constantine wordt aan de Matin"
gemeld: Djidjelli (in Algerië) is door een
verwoestingscatastrophe geteisterd. Alle ver
bindingen zijn verbroken.
Er zijn 15 personen gedood en 150 gewond.
In de haven van Bougie is een boot omge
slagen, waarbij van de 7 opvarenden er 5 ver
dronken.
Stormen en overstroomingen in de V. S.
Hevige stormen en overstroomingen heb
ben in de staten Virginia, Noord- en Zuid-
Carolina en Georgië groote schade aange
richt, waarvan de omvang nog niet kon
worden geschat. Vele spoorweg-, telegraaf -
en telefoonverbindingen zijn verbroken, ter
wijl verscheidene dijken bezweken zijn en een
aantal bruggen werd weggeslagen.
De boeren in die staten zijn er bijzon
der onfortuinlijk aan toe, omdat voor dui
zenden hectaren bouw- en akkerland ver
woest zijn en tallooze huizen vernield.
Onder diamantdelvers.
Uit Rio de Janeiro wordt bericht, dat
tien duizen man platelandspolitie onder
aanvoering van José Morbeck, die in de
wandeling de „Cecil Rhodes van Zuid-Ame-
rika" heet, een eind hebben gemaakt aan
een guerilla in den staat Matto Grosso door
de verjaging van twee duizend ontevreden
inheemsche diamantdelvers over de grens
van den staat Goyaz. De strubbelingen be
gonnen toen de inlanders bemerkten dat zij
waren betaald met valsch geld voor weken-
langen zwaren arbeid op zoek naar vind
plaatsen in ongezond oerbosch. De woeden
de inlanders besloten ten slotte hun werk
gevers uit te roeien. Zij braken huizen af,
verbrandden nederzettingen en vermoord
den de bewoners. De gouverneur van Matto
Grosso kwam tusschenbeide, doch hij slaag
de er niet in, den toestand meester te wor
den. Toen deed José Morbeck, de „onge
kroonde koning" van het gebied, een beroep
op zijn aanhangers, die min of meer op
treden als plattelandspolitie. Tien duizend
man schaarden zich om hem, terwijl de
malcontenten zich verzamelden onder d.e ba
nier van een rooverhoofdman, genaamd
Carvel Hinho, of bijgenaamd „Watereik".
Morbeck's mannetjes slaagden er in de vol
gelingen van den roover te overweldigen,
van wie 2000 naar den staat Goyaz werden
gedreven. Daar werd hun onderdak verleend
en hun toegestaan, in de diamantvelden van
den staat te werken, nadat de gouverneur
hen had doen ontwapenen.
De diamantvelden der belde staten zijn al
sedert 1918 centra van wrijving en onge
regeldheden, toen een Duitsch diamantdel-
ver de eerste steenen vond, in het gebied
van de Araguayrivier. Sedert zijn avontu
riers van elk slag de velden binnenge
stroomd, niet alleen van Brazilië, doch uit
alle hoeken der wereld. Zonder spoorwegen
wegen en andere middelen van contact met
de beschaafde wereld maakten zij hun eigen
wetten en pasten die op hun eigen wijze toe.
Het ontwakende China.
Generaal Tsjang Kai Sjek verklaarde bij
het van stapel loopen van een kleine Chi
neesche kanoneerboot: China moet tot zijn
volledige bevrijding een zeemogendheid eer
ste klasse worden en heeft binnen tien jaar
een oorlogsvloot noodig van 600.000 ton.
ITALIë PROTESTEERT TE BELGRADO
Het „Giornale d'Italia" deelt mede, dat
door Italië tot Zuid-Slavië een protest is ge
richt tegen de incidenten te Spalato, waarbij
officieele verontschuldigingen van de plaat
selijke autoriteiten van Spalato aan den
Italiaanschen consul en bestraffing der
schuldigen worden gevraagd.
De Italiaansche gezant te Belgrado ver
klaarde bovendien, dat hij zich het recht
voorbehield om alle andere vergoedingen te
vragen die de Italiaansche regeering noodig
mocht achten.
Soemenkowitsj, plaatsvervangend minis
ter van buitenlandsche zaken van Zuid-
Slavië betuigde den Italiaanschen gezant zijn
leedwezen en bood zijn verontschuldigin
gen aan.
Men meldt uit Sebenico. dat te Hoeblitz 'n
groep betoogers met steenworpen schade
heeft aangericht aan boord van het Itali
aansche stoomschip „Promotore".
Er zijn eveneens steenen geworpen naar
woningen die door Italiaansche optanten
worden bewoond.
Naar „de Morgen" verneemt, zal het no
viciaat der Paters Augustijnen van Witmar-
sum worden verplaatst naar Eindhoven, ter
wijl de studie der Philosophie, welke thans
te Eindhoven geschiedt, met ingang van 15
September a.s. in het klooster der paters
aan den Graafschen weg te Nijmegen wordt
vervolgd.
De professoren dr. Mackaay en Dr. Ver
meulen worden van Eindhoven naar Nijme
gen verplaatst, terwijl pater Bloem van
Witmarsum naar Eindhoven zal verhuizen.
In het parochieblad der kerk van den H.
Willibrordus Binnen te Amsterdam, „Het
Vredesduif je", wordt het volgende gemeld:
Ongeveer een halve eeuw geleden werd
doöï Dr. P. Cüypers den bekenden bouw
meester van het Rijksmuseum een nieuws
kerk gebouwd in het Limburgsche dorp Leur.
In de oude dorpskerk stond een wit marme
ren altaar uit de 18e eeuw, dat in de nieuw
gebouwde kerk heel niet paste, en daarom
door bemiddeling van de heeren Dr. P.
Cuypers en Victor de Stuers aan het Rijk
overgedaan als monument in het Rijksmu
seum geplaatst werd.
Men is nu echter in dat Museum langza
merhand zuinig moeten worden met de
plaatsruimte. Daarom oordeelde de tegen
woordige directeur, de heer Schmidt Dege-
ner, dat bedoeld altaar dat immers van
betrekkelijk recenten datum is daar min
der goed op zijn plaats was. En zoo deed
hij aan den heer C. Baard, den katholieken
directeur van het Stedelijk Museum het
voorstel: indien u een katholieke kerk weet,
bij voorkeur in Amsterdam, waar dat altaar
geschikt geplaatst kan worden, ben ik be
reid aan Z.Exc. den Minister van O. K. en
W. voor te stellen, het aan zulk een kerk in
bruikleen af te staan.
De heer Baard kende onze kerk en wist,
dat ons Jozef-altaar zonder schade kan
worden opgeruimd, en hij oordeelde, dat
het altaar uit het Rijksmuseum in onze kerk
paste. En zoo kwam op een goeden dag tot
het Kerkbestuur het voorstel, bedoeld al
taar van het Rijk in bruikleen te vragen
en in onze kerk te doen opstellen.
Een voorstel, dat wel vrij aanzienlijke kos
ten voor ons meebrengt, want niet enkel
moet de bodem zóó versterkt worden, dat
hij een marmeren altaar dragen kan, maar
bovendien moet dit altaar een zeer bewer
kelijke reinigingskuur ondergaan, hier en
daar gerestaureerd en dan weer opgebouwd
worden; maar dat toch te aanlokkelijk was
om het niet gaarne en dankbaar te aan
vaarden.
En zoo komt onze kerk door de goedgun
stige beschikking van den Minister en de
hooggewaardeerde medewerking van den
heer Schmidt Degener, directeur van het
Rijksmuseum, in het bezit van een zeer
waardevol altaar; immers een altaar van
kostbaar materiaal en kunstvolle bewerking.
Blijkens een inscriptie in het marmer, is
het altaar ontworpen en uitgevoerd door
A. J. Ansiaü in het jaar 1782. Onderaan in
het basement staat nog: A. D. van Aert 1787.
DINSDAG 2i AUGUSTUS
HILVERSUM. 1071 M. 12.302.00 Lunchmu-iek
door het Trio Courtel. 6.00—7.45 Concert door het
Omroep-orke t o. I. v. Nico Treep. G. B. de Boer, accor
deonvirtuoos. 10.00 Persber.
HUIZEN, 340.9 M. Na 6 uur 1870 M. (Uitsluitend KRO-
Uitzendinsen). 12.30—1.30 Lunchmuziek door het
Tri.i Winkels. 6.007.00 Gramotoonm* z,ek. 8.15
Concert in Loon op Zand. De Kon. Harmonie Sophia's
Vereeniging, Dir. P. J. van Abeelen. Het mannenkoor
„Echo der Duinen", Dir. J. D. E. v. d. Heuvel. (C. Dan-
kers, saxophone, C. v. a. Nieuwenhuizen, clarinet. A.
Dankers, alt-saxophone, C. Denkers, tenor-saxophone
en M. V. d. Hoven, bariton-saxop' one. Spr. J. D. E. van
den Heuvel Loon op Zand en zijn industrieën.
DAVFNTRY. 1600 M. 10.35 Kerkdienst. 11.20
Gramo'oonmuziek. I2.20 Fausto Bomno's sextet
en V. S. Turnnuil, alt. .20—2.20 Orkestconcert.
4.20 Orkestconcert. 5-20 Voorlezing van Pr'za.
5.35 Kinderuurtie. 6420 Gramofoonmuziek. 6.50
Nieuw ber. 7.05 Gramotfoonmuzick. 7-20 Lezing
Londoners country. 7.25,De liederen vin Mousso .--
sky, voor sopraan. 7.50 Qudc volksmuziek. Salon
orkest en J. Farrington, bas. 8.so De Wireless Singers.
S.Eaton, viool. 9. "5 Lezing r Housing. 8.50 Ni-uws
bcr. 10.10 „The lacked Chest*', i-acter van Masefield.
10.5012.20 Dansmuzie*.
PARIJS „RADIO-PARIS", I ;5<* M. 12.50—2.10
O-kestconcert. 4.055.05 Orkest concert. 0.05
11.20 Concert. Orkest en Hr. Dov-yn, piano. Daarna
„Louise de Charpentier", radio-toaneel.
LANGENBERG, 469 M. 12.30V-io Mechanische
muziek. 1.252.50 De Wiener SchV^lbenSchram-
meln. Concert. 6.20—7.15 Orkestconcert. t*-35
Concert. „G'schichten aus den Bergen". Orkest en so
listen. "ang, muziek, radio-tooneel.
KONIGSWUSTERHAUSEN, 1250 M. (2.EESEN)
12.205.20 Lezingen. 5.206.20 Orkestconcert.
6.208.05 Lezingen. 8.50 Concert. Ouverture s.
Het Omroep-orkest o. I. v. Bruno Seidler-*—Winkler.
HAMBURG, 395 M. 4.35 Guitaarconcert eaü liedjes
bij de luit. 5.20 Orkestconcert. 6.20 Orkestcon
cert. 8.20 „Der saturnische Liebhaber", tra*i-c»vmeaie
in 3 acten van R. Walter. Daarna tot 11.20 Cabaret.
BRUSSEL. 509 M. 5.20 Gramofoonmuziek. 5-5°
Orkestconcert. 6.50 Orkestconcert. 8.20 Concert
in den dierentuin Antwerpen. 10.35 Sluiten.
Overigens zal iedere aandachtige beschouwer
gemakkelijk zien, dat het altaar met zijn
omlijsting zeker niet in zijn geheel van één
maker, noch ook van denzellden tijd is.
Men schrijft ons
Tijdens de R. K. Kerkmuziekweek, die
van 2630 Augustus te Utrecht zal werden
gehouden, zal o.a. als spreekster optreden
mevrouw J. B. Ward uit New-York. Me
vrouw Ward zal spreken over haar stemvor-
ming en zangmethode, terwijl een klein
koortje van meisjes, van ongeveer 17 jaar uit
New-York en een koortje van school
kinderen jongens en meisjes - van de 2e
klas der lagere school uit de Limburgsche
dorpen Haelen en Horn onder leiding van
rector Vullinghs en den heer Lennards het
gesprokene zullen demonstreeren.
Mevrouw Ward is een Amerikaansche
dame, die haar leven, haar krachten en ver
mogen gewijd heeft aan de verspreiding
van den Gregoriaanschen zang. Van huis uit
Protestantsch omhelsde zij ongeveer twintig
jaren geleden op ruim 30-jarigen leeftijd het
Katholiek geloof. Zij volgt de leer van de
school der Benedictijnen van Solesmes, waar
zij elk jaar minstens drie maanden verblijf
houdt. Aan het H. Hart-College te New-
Yoric stichtte Mevr. Ward in 1918 een leer
stoel voor kerkmuziek „Pius X-Instituut"
genoemd.
Aan dit instituut zijn in 10 jaar tijds reeds
duizenden leerkrachten gevormd. En dezen
zijn nu bezig volgens de Ward-methode de
zangkunst te onderwijzen aan ruim een half
millioen schoolkinderen. Want door de
schoolkinderen wil Mevr. Ward haar her
vormingsplan ten opzichte der kerkmuziek
verwezenlijken.
De groote trekken van haar zangmethode
heeftMevr.Ward ontworpen in samenwerking
met Dr. Shields, destijds professor aan de
Katholieke Universiteit van Washington, en
in overeenstemming met zijn paedagogische
beginselen, neergelegd o.a. in „Philosophy
of Education".
De ondervinding heeft geleerd dat volgens
de methode Ward ieder kind gemakkelijk en
goed leert zingen en dat iedere onderwijzer(es)
in staat is de methode goed te leeren toepas
sen.
Mevrouw Ward is de eerste, en tot nu toe
de eenige, die de onderscheiding verwierf
van Doctor honoris causa van de Pauselijke
Hooge School voor Kerkmuziek te Rome.
Zij verkreeg ook de Pauselijke onderschei
ding „Pro Ecclesia et Pontifice".
Voor haar voordrachten, die Woensdag
29 Augustus te 12 en 21/, uur in het Gebouw
voor K. en W. te Utrecht worden gehouden,
zal ongetwijfeld groote belangstelling be
staan.
Op het 29ste internationale Eucharistische
Congres, dat van 59 September a.s. te
Sydney zal gehouden worden, zal de hulp
bisschop van Kardinaal Hayes Mgr. Dunn n
„geestelijk bouquet" voor Paus Pius XI aan
bieden van de Katholieken der Ver. Staten
Mgr. Dunn is op 23 Juli j.l. naar Sydney ver
trokken.
Het „bouquet" beslaat 72 bladzijden, die in
wit kalfsleer gebonden zijn, terwijl op den
band en relief een gouden kelk met edel
gesteente is aangebracht, waarboven een
hostie van kostbaar wit gesteente.
Het boek vermeldt 22.145.089.361 handelin
gen van godsdienstige strekking, waaronder
opgedragen en bijgewoonde Heilige Missen,
daadwerkelijke en geestelijke Heilige Com
muniën, gebeden enz.
Het „geestelijk bouquet" zal door Mgr.
Dunn te Sydney overhandigd worden aan
kardinaal Cerretti. den pauselijken legaat
naar het Eucharistische Congres die het bij
zijn terugkeer te Rome aan den Paus zal ter
hand stellen.
Het „bouquet" is samengesteld door de Pa
ters van het H. Sacrament.
24
Ik heb niet meer kunnen doen, zeide
de oude vrouw. Ik zou gaarne gewild heb
ben, dat er meer eerbied rondom haar
lijk heerschte.
Het Is reeds veel. Wat was deze vrouw?
Een vreemdeling ln ons land en voor u een
heidin.
Het is waar, maar we moeten ons
medelijden tot allen uitstrekken.
Toen ze ophield met spreken, hoorden
zij zware voetstappen. Verscheidene man
nen verschenen vervolgens op de smalle
trap, met een soort gesloten kist Del aden.
Oi zeide de tinata kort, de dragers!!!
Zij onttrok zich aan het gezicht van deze
nrwa mannen, die hun ambt met schaam
teloosheid vervulden. Een van hen zei op
gemoedelijken toon tot haar:
t. naar döfchter of haar nicht zijn,
ge kunt haar volgen.
Maar »L zonder wachten, als door een
plotselingen onverstandigen schrik aange
grepen, sloeg gejaagd, geheel in strijd met
haar natuur, haar mantel om, en hen ach
terlatend in de kamer met de doode, rende
zij naar buiten.
HOOFDSTUK VI
Nauwelijks was Flora op straat, of zij
vertraagde haar loop eenigszins. zy beefde
alsof zy aan een groot gevaar ontsnapt was.
Iedere blik op haar slavinnenkleeding ge
worpen, scheen haar er een van kwaadwil
lige scherpzinnigheid. Eerst liep ze langs de
huizen en om zich een houding te geven,
scheen zy zich te interesseeren voor de koop
waren der winkels. Dan, daar dit de op
merkzaamheid trok, ging zij weer naar
het midden der straat en versnelde haar
pas. Na haar onbezonnen daad zoo
jammeriyk mislukt was, werd zy er onge
rust over en kreeg er byna een kleur
van. En zich alleen te voet te bevinden,
zonder slavinnen, zonder lictores, zonder
bescherming, welk een vernederende ver
rassing!
Nu pas ontdekte zy, dat zij menschen
tegenkwam, die ook maar de geringste op
voeding misten, en dat de Suburra een
hol vormde, waaruit zy zich moest haas
ten weg te komen.
Meer dan eens spatte de modder op
haar sandalen, maar deze volkswyk kon
ze niet langzaam doorkruisen. Met het uur
vermeerderde de drukte en het leven. Nu
eens noodzaakte een wagen vol steenen
den voorbygangers om dtegen de muren te
gaan staan, dan weer staken de pas afge
houwen pijnboomstammen met hun zwie
pende uiteinden een eind buiten de wa
gens, dan weer versperden een troep man
nen, die alle mogeiyke soorten huisraad
droegen, den weg. Er waren er, die ver
huisden, en atroozakken, tafels water en
oliekruiken verschenen van verre op hun
schouders. Bij dit alles een oorverdoovend
lawaai; opeens bevond zich de ongelukkige
Flora, die niet wist waarheen uit te wyken
op het punt omvergegooid te worden door
een groote sterke vrouw, die dicht bij haar
liep. Een krachtige hand trok haar juist
nog bytijds naar achteren, zy meende Se-
gearix te zien, maar het was slechts Boni-
facius.
Pas toch op, riep hij haar toe, zondér
haar te herkennen, waar hebt ge toch uw
verstand.
Dan zyn oogen opheffend:
Is het niet de edele Flora, die ik hier
in deze vermomming ontmoet?
O, Bonifacius, antwoordde zU, zwijg toch
en breng mij weg.
HU antwoordde niets, maakte een door
gang tusschen de menigte, gevolgd door
het jonge meisje en leidde haar op deze
manier naar een minder drukke plaats.
Dan, om haar beter te beschermen, ging
hy naast haar loopen.
Wat doet ge- hier toch te midden van
dit volk als een dwaze maagd? Hebt ge
reeds aan de gevolgen van uw vermom
ming gedacht?
Beoordeel mij niet verkeerd, Bonifacius
ik wilde slechts een waarzegster raadple.'
gen, een Chaldeesche. Maar zy is dood en
mün reis is te vergeefsch geweest.
Des te beter, uw plaats is daar niet.
En sta my toe u te zeggen met een vry-
heid, die u me niet kwalük moet nemen,
dat u ln het huis van die ongelukkige niets
te maken hebt. En wilt ge nu in dit kleed
naar het college terugkeeren?
Neen. zeide zij.
Deze woorden waren snpl, kort en
zachtjes gesproken.
Natuurlijk koos de tinata Bonifacius
niet tot haar vertrouweling, maar daar hij
har tenslotte zoo gemakkeiyk herkend had,
ondanks en mantel der slavin, zouden ook
anderen haar dan niet gemakkeiyk her
kennen?
Niemand was te Rome meer bekend eri
verd meer geëerbiedigd dan de zes Vestaal-
sche maagden. Flora verscheen vanaf haar
jeugd, altyd met alle eer onder het publiek
en zy verwekte zooveel belangstelling, als
men gewooniyk den vorsten bewyst.
Cypasls, myn dienstmaagd, vervolgde
het meisje wacht my misschien aan den
Ingang van het Forum. Daar heeft ze my
verlaten. Ik zal haar myn mantel geven.
Neen, zeide de opzichter. Deze ver
andering van kleeding moet op een veiliger
plaats geschieden, waar ge niet kunt her
kend worden.
Ge hebt geiyk, maar wat dan te doen?
Welnu, waarom zoudt ge niet eerst
naar uw bloedverwant Livinia Valeria kun
nen gaan? Voelt ge u in staat, om tot
Carinon te loopen?
Zeker, ik verlang er naar dezen man
tel van my af te kunnen werpen.
Gy zult daar ook tolai aantreffen,
hernam hy, terwyi hy eenigszins op een
afstand van haar ging loopen. Binnen een
paar minuten zyn we er. Tot daar toe zal
ik u bewaken.
Flora kon hem zoo goed verstaan. Zij
liep zwijgend voort, zich gehoorzaam rich
tend naar de bewegingen van haar met
gezel. Hare gedachten waren gejaagd en
confuus. De verlegenheid, waarin zy nu
verkeerde, en de verlichting, die zij straks
zou ondervinden in de vriendeiyke woning
van haar bloetverwante, deden haar de
mislukking van haar tocht vergeten.
Toen zy de vestibule van het kleine,
maar weelderig ingerichte paleis van Livi
nia Valeria betraden, liet Flora zich, doo-
deiyk vermoeid, op een bank neervallen.
Byna dadeiyk bemerkte zy dicht by haar
Claudius, die meer achteraf zat te lezen.
Hy hief het hoofd op.
O, zeide Amata, terwyi zy haar
mantel naar een slavin, die de wacht hield,
wierp, £'j herkent my! Welnu! Straks zal
ik u wel wederom zien.
Tusschen haar en dit kind ontstond een
stille sympathie en Flora, die zich ge
wooniyk weinig om haar minderen be
kommerde, stelde veel belang in dezen
kleinen fluitspeler.
Hu antwoordde met een glimlach en zelf
liet hu, zonder dat men hem er om vroeg,
Suzanna roepen, in naam van haar bloed
verwante.
De Vestaalsche maagd werd de kamer
of cubicula binnengeleid, waarin zy ge
woonlijk werd ontvangen.
Dit was het vertrek van Suzanna. Het
schoone lag meer in de zuiverheid van
den bouwstijl en in de wuze, waarop de
muren waren beschilder, dan in en ruk-
dom, sierlijkheid en verscheidenheid der
meubels. Het bed scheen zeer laag en zeer
eenvoudig, omhangen met een wit linnefi
gordijn. Bovendien zag men er nog een
ronde tafel, een bank of canapé voor twee
personen, en eenige stoelen met rechte
leuningen. Het gewelfde plafond liet een
getemperd licht binnen komen, dank zij den
gebrandschilderden ramen, die zeer zeldzaam
waren.
Verscheidene «ogenblikken gingen voor-
bü; het gordün werd op zy geschoven. Su
zanna verscheen. Haar klassieke schoon
heid kwam minder mooi uit door haar
eenvoudige kleeding. Ook zy droeg witte
kleederen: japon en tunica werden in het
midden door een zilverkleurige ceintuur
bijeengehouden, en de haken, welke aan
de mouwen hingen, die tot over de elle
bogen reikten, stelden gehelmde en gelau
werde koppen voor.
(Wordt vervolgd.)