LEEKEPREEKEN Garde Menbles Buitenlandsche transporten. BUREAUX? 1M ASS AU LA AN 49 DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN EN HET GEÏLLUSTREERD ZONDAGSBLAD ZATERDAG 25 AUGUSTUS 1928 TWEE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16943 1: I dUUU.' AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL VIER EN TWINTIG I ïU."ï UREN NA HET ONGEVAL. O Voert effectenorders uit aan binnen- en buitenlandsche beurzen. Siuitprolongaties De geheimzinnige draadlooze berichten van Hassell Audiëntie De staking bij de „Schelde" te Vlissingen wordt voortgezet Levine's plannen De uitsluiting bij de Kon. Weefg.-Fabriek opgeheven Ernstig ongeval bij het baden op Terschelling Ernstig ongeval op den onbewaakten overweg bij Oss Invoerrecht op vleesch Een geraffineerde oplichter Het conflict in deGoudsche Aardewerk - Industrie De werkgevers verwerpen het voorstel van den Rijksbemiddelaar Na de ramp der Italia De wegenbelasting Voornaamste Nieuws Smokkelvee ItfSftffiERLWf J. J. WEBER ZOON Groote Houtstraat 166 Haarlem N.V. MEUBELTRANSPORT MIJ. v/h VAN HULST Alsxanderpl. 1-25 Maarten i. Heemskerkstr. 25a Geen vervolging Overreden en gedood Verkeersongevallen Telefoon No. 13866 (drie lijnen) Postrekening No. 5970. ABONNEMENTEN: voor Haarlem en ^Agentschappen: per week 25 ct.; per kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal f 3.58 bij vooruitbetaling. COURANT ADVERTENTIEIV 35 ct. p. regel VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN TIES, 1—4 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer 15 ct., bij vooruitbel. Bij contract belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGEN tusschen den tekst 60 ct. per regel. Alle abonné's op dit blad zijn Ingevolge de verzekeringsvoorwaarden f *3000 tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen Levenslange geneele ongeschiktheid tot werken door f JCft Dij een ongeval met f O^O verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; 1 üU.~ doodelijken afloop; 1 Dull, ■bij verlies van een hand, ff OC bij verlies van een f CO 1IZU." duim of wijsvinger; 1 uil.' been of een voet of een oog bij 'n breuk van f (fl bij verlies v. een anh; anderen vinger. 250. DE ONDERWIJZER Wanneer wij, zooals we de vorige week deden, billijkheidshalve alle bezwaren, welke wij tegen de tegenwoordige school hebben en die uit het onderwijssysteem voortvloeien, eerlijk hebben geschift, dan blijft er niettemin nog een reeks klachten over, waarvoor de schuldige elders gezocht moet worden. Het kind is n.m. voor zijn opleiding buitenshuis op den onderwijzer aangewezen, maar deze kan op zijn beurt niet slagen, wanneer hij geen steun vindt in het gezin. Zoo blijven ons dus ter verdere beschouwing nog over de onderwijzer zelf en daarna het verband tusschen school en huis. De onderwijzer! Van weinig beroepen wordt zoo sterk de noodzakelijkheid der .roeping" gevoeld, als bij dat van onder wijzer. En toch, nergens is de onderschatting en de overschatting van het beroep zóó groot en zóó algemeen als juist hier. Laten wij beginnen met de meest spekende voor beelden, n.m. de leeraren bij het middel baar en hoóger onderwijs. Zij zijn aangewe zen om de jonge menschen in de moeilijkste en meest ontvankelijke levensjaren te leiden en te vormen. Zoo wij ergens paedagogen noodig hebben, om te bouwen aan het toekomstig menschengeslacht, dan is het zeker daar! De Hoogere Burgerschool en het Gymnasium, de Handelsschool en het Lyceum immers moeten straks de nieuwe leiders der maatschappij afleveren. Zij moe ten ons de voormannen leveren op elk gebied: van wetenschap en kunst, van staatkunde en in alle takken van het be drijfsleven. Zij hebben voor een goed deel de toekomst van een kómend geslacht in handen. Iedpr,. die momenteel een vooraan staande plaats in de maatschappij inneemt en wat bij de overgroote meerderheid het geval is eens bij het middelbaar onderwijs gevormd is, hij zal moeten toegeven, dat de leeraren uit die Jaren van onbereken- baren invloed op zijn later leven zijn ge weest. Het beste, wat hij nu nog in zich heeft, «chrijft hij toe aan den een of anderen in die jeugdjaren invloedryken paedagoog, die «ijn lessen niet enkel voor het aankweeken van schoolsche wijsheid gebruikte, maar te vens benutte voor karaktervorming, tot het op ongezochte wyze inprenten van wijze levenslessen. En daarnaast ziet hij een groote rij onderwyzers, die zich bepaalden tot hun lestaak zonder meer; die geen indruk achterlieten op het levenspad hunner leer lingen, maar enkel de schaduw van hun ge strenge óf wel by het gemis van tact en ontzag belacheiyke figuur. Hun herinnering wekt een gevoel van leegte en by de later volwassenen leerlingen de gedachte: hoeveel ryker zou myn leven nu geweest zijn, wan neer al die leeraren, die my zooveel uren van myn beste jeugdjaren vasthielden in de schoolbanken, werkeiyke paedagogen waren geweest, boeiend in hun voordracht, mee-Jee- pend door hun voorbeeld, vormend geest en gemoed door ware levenswysheid! Hoe komt het, dat het aantal van zulke invloedlopzë leeraren by het zoo voorname middelbaar onderwys zoo groot is? Omdat vooral voor dit beroep zoo weinig op de roe ping wordt gelet. De eenige vragen, welke by deze beroepskeuze gemeenlijk den doorslag geven, zyn: heeft de jongen of het meisje een goed hoofd voor taalstudie, voor wis- of natuurkunde? Zoo ja en zyn andere beroepen om een of andere reden afgeslagen, dan wordt de keuze gedaan, te gaan studeeren voor een taal- of wiskunde-akte. Vanzelf volgt daarop dan natuuriyk na het behalen van het diploma de aanstelling tot leeraar of leerares: de kunde is er; de studie heeft geld gekost. Het uitgelegde kapitaal moet nu zyn rente opbrengen in een leeraarshonora rium. Prachtig, de redeneering sluit als een bus en niemand zal eenige aanmerking ma ken op de salarissen bü ons middelbaar en gymnasiaal onderwys, uitbetaald. Integen deel! Er wordt heel wat geld minder ver diend op deze wereld opgestreken. Maar de redeneering faalt ten eenenmale, wanneer daarop volgen moet: „en de leerlingen worden de proefkonynen!" Het mag niet zóó zijn, dat alleen gevraagd wordt of de toekomstige leeraar voldoende hersens heeft om een be paald vak te bestudeeren en binnen een re- deiyken tyd zyn diploma te halen en hoeveel dit ambt dan opbrengt, wanneer eenmaal een plaats verkregen is. Vóór alles dient de vraag gesteld: heeft de leeraar in de dop roeping voor zyn vak, heeft hij liefde voor het onderwys; is het hem een genot jeug dige hersens later open te kloppen en ont vankelijk te maken voor waarheid en schoonheid? Zal het hem een lust zyn zich geheel aan zb'n mooie maar zware taak te geven om door het bybrengen van kennis tevens menschen te maken voor de maat schappy? In één woord: voelt hy zich pae dagoog; zal hy tact en aanleg hebben om met volgroeide kinderen om te gaan? Die vraag kan meestal met vry groote zekerheid beantwoord worden, alvorens tot de opleiding voor het leeraarsambt besloten wordt; Im mers de candidaat is dan op een leeftyd van 18 tot 20 jaar. Wanneer de beroepskeuze dan nog niet vallen kan, dan kan ze nooit met succes geschieden. Het ongeluk is echter, dat de vraag gemeenlijk niet gesteld wordt, met het gevolg, dat de leeraar al heel spoedig verzuurt in een ambt, waarvoor hem de werkeiyke ambitie ontbreekt en wat erger is dat jaar op jaar tientallen jonge menschen het slachtoffer worden van een, die een verkeerde keuze deed. Met opzet heb ik het middelbaar onderwys tot voorbeeld gekozen, omdat daar de kwestie der beroepskeuze meestal nauwelyks gesteld wordt. Het diploma van vakbekwaamheid is alles; een diploma voor paedagoog bestaat j niet en geen autoriteit, die daar ooit aan gedacht heeft. By het lager onderwys komt deze vraag ten minste nog ter sprake. In de kringen van de onderwijzers wordt het vak nog wel als een roeping beschouwd. Men treft daar dan ook nog vele „geboren onder wijzers" aan, die voor hun mooie taak als van nature geroepen zijn. Natuuriyk zijn zij er by het middelbaar onderwys ook, goddank, en vele! Maar het is min of meer toeval, wanneer een gediplomeerde der Universiteit ook paedagoog is, terwyl men van den on- derwyzer veronderstelt, dat hij alleen door aard en aanleg naar zijn beroep getrokken is. Helaas komen ook hier practijk en theorie niet met elkander overeen. Het is maar al te veel gewoonte, dat men een jongen of een meisje met middelmatigen of beteren aan leg adviseert: wordt onderwijzer of onderwij zeres! En hoe dikwyls wordt daarbij dan niet hoofdzakelijk 1 om het geldelyk toekomstig voordeel en weinig of niet op de „roeping" gedacht! Zou de trek naar het onderwys de laatste tie# 'Jaren niet voor een goed deel veroorzaakt zyn doordat de lagere school fi nancieel zulke goede vooruitzichten begon te openen; omdat velen den neus ophalen voor een ambacht; omdat in tal van vakken werkloosheid heerschte en al dergelyke over wegingen meer, dan dat nu juist de „roep stem" sprak? Nam de lust niet zienderoogen af, toen de financieele verwachtingen niet volkomen werkelijkheid werden? En is er iemand, die by den overvloed van duizen den gediplomeerden boven het getal, dat de school kan opnemen, gelooft, dat die allen waarlyk geroepenen zyn? Gelukkig, dat al thans de lagere school nog keurt op paeda- gogische bekwaamheid, zoodat althans de volslagen mislukkelingen worden geweerd. Maar hoevelen glippen er met middelmatige onderwyscapacitelten en met te geringe am bitie in het mooie, verantwoordelijke vak, niet door de mazen heen? Nogmaals, het aantal zich waarlyk onder wijzer en onderwijzeres gevoelenden is bij het lager onderwys gelukkig nog heel groot. Hun taak is zwaar, maar dankbaar; zij kan moeüijk hoog genoeg worden gewaardeerd; zij heeft echter ook voor een groot deel de belooning in zichzelf. Want kleine menschen vormen, de blikken van jonge zielen opvan gen, begrijpen door ervaring en meegevoel, de hunkerende harten vullen, den weetgie- rigen vragers de oplossing brengen van dui zenderlei dingen, die hun nog nieuw zijn in het groote, onbekende leven't is een heerlyke roeping, die'ondanks veel inspan ning, ondanks veel lichamelyke en geestelijke vermoeidheid na iedere zware dagtaak weer het loon vindt in een groote voldoening. Im mers de echte paedagoog kan over de dui zenderlei kleine moeilijkheden, welke hem het leven dreigen te vergallen, heenkijken, als de wandelaar doet, die op een mooien, zomerschen dag, op een fraaien landweg wordt geplaagd door insecten. De ware na tuurliefhebber Iaat zijn genot niet door wat vliegen of wespen vergallen. Hij ziet de zon stralend over het landschap, het kleurend met heerlyke verven; hy geniet van verge zichten, van waterpartyen, van boomen- groepen, van bloemen en planten en is 's avonds ondanks vermoeienis en kleine ongemakken voldaan en dankbaar voor het genot van het zonlicht en de ryke natuur. Zóó moet zich gevoelen en gevoelt zich ook de ware paedagoog in zyn kindertuin, in zyn klas, in de school, die hem dierbaar Is. Maar wee den onderwijzer, wee vooral de arme jeugd, die hem wordt toevertrouwd, wanneer hij eens een verkeerde beroepskeuze deed en als een onhandige moet omgaan met teere kinderzielen! Over dergelijke mis lukkingen een volgenden keer! HOMO SAPIENS. 5Ien twijfelt aan hun echtheid. V. D. seint uit Berlijn: De „B. Z. a. M." meldt eveneens, dat de Amerikaansche Oceaanvliegers Cramer en Hassell zich op Groenland buiten gevaar bevinden. De groote vraag is echter of zij de landingsplaats by de Soendre-Sfcroem- f jord bereikt hebben of tot een landing op een geheel andere plaats gedwongen wer den, toen zij Zondagochtend half elf op 63 graden N.B. de nederzetting Fiskenasset overvlogen. Waarschijnlijk heeft Hassell, toen hij daar over vloog voldoende benzine gehad om de vlucht naar de Soendre- Stroemfjord te kunnen riskeeren en heeft hij daarom de 100 K.M. zuideiyk van Fiskenasset gelegen zandige vlakte, welke voor de vliegers zichtbaar was en welke Hassell ook onder alle omstandigheden ge zien moet hebben, tot landingsplaats ge kozen. De afstand van deze zandvlakte naar de nederzetting Frederikshaab bedraagt 80 K.M., zoodat het eenigen tyd zal duren eer men verbinding met de vliegers kan krijgen. Reuter seint ons uit New-York d.d. 24 dezer: Thans twyfelt men ten zeerste aan de authenticiteit van de draadlooze berichten, welke van de „Greater Rockford" zouden zijn opgevangen. Z. D. H. de Bisschop van Haarlem is ge durende de g e h e e 1 e volgende week ver hinderd audiëntie te verleenen. In de gistermiddag gehouden ledenverga dering van de vier samenwerkende organisa ties betrokken bij de staking bij „De Schel de" te Vlissingen, is besloten de staking voort te zetten. Van Dessau naar Londen vertrokken. De Amerikaansche millionnair Levine, die bekendheid heeft gekregen door zijn Oce- aanvlucht, is gistermiddag te half vier per vliegtuig uit Dessau vertrokken, met be stemming naar Londen. Naar het „Hbld." uit Londen verneemt, was het toestel daar gisteravond 11 uur nog niet aangekomen, zoodat aangenomen wordt dat de M. 33 ergens in Nederland of België een noodlanding heeft moeten maken. Uit Dessau wordt nog gemeld, dat Bert Acosta even vóór den start bemerkte, dat het vliegtuig te zwaar belast was, waarop hy besloot 500 liter benzine minder mede te nemen. Daarop vertrok het toestel schltte- ;rend, bereikte spoedig een groote hoogte en verdween in N.W.-richting. Levine moet naar verluidt, het plan koesteren om per vliegtuig met miss Mabel Boll als passagier van Croydon naar Ame rika te vliegen. De uitsluiting bij de Koninklyke Weefgoe deren Fabriek te Hengelo is opgeheven. Behalve door de zydespoelsters, die pas Dinsdagmorgen te werk gesteld kunnen wor den, worden aanstaanden Maandag alle ove rige afdeelingen der Kon. Weefgoederen-Fa- j briek weer in bedryf gesteld. De staking der 30 klossenspoelsters is ech ter hiermede nog niet beëindigd. Een badgast door den stroom meegesleurd Op Terschelling is gistermiddag een ernstig ongeluk gebeurd. Toen drie badgasten aan het baden waren werd, zoo meldt de „Tel-", een van hen door den stroom meegesleurd. Hij zonk onmiddellyk naar de diepte om niet meer boven te komen. De twee anderen, die hem trachtten te redden, konden ook niet tegen den stroom opzwemmen en geraakten zelf in gevaar. Beiden sloegen op het strand terug, een van hen in bewusteloozen toestand. De geneesheer, die onmiddellijk ter plaatse was paste kunstmatige ademhaling toe. Paard en wagen door den trein vermorzeld De voerman gedood Gisterenmiddag omstreeks half zes is door den trein welke om 16.42 uit Nijmegen ver trekt, even buiten Oss op een onbewaakten overweg een kar met paard gegrepen. De kar werd totaal vernield en het paard onmiddel lijk gedood. De voerman werd 300 Meter ver weggeslingerd. Men vond hem in bewusteloo zen toestand en zwaar gewond in een sloot I liggen. IJlings ontboden geneeskundige hulp mocht niet meer baten. Bij aankomst van den dokter gaf hy den geest. De commissie van deskundigen voor de samenstelling van de pryscourant ter bere kening van het invoerrecht op versch of ge koeld vleesch, heeft deze prijscourant vast gesteld als volgt: rund- en kalfsvleesch versch of gekoeld, 100 Kg. 90; paarden- vleesch, versch of gekoeld, 100 Kg. 45. Gedurende de maand September zal mits dien het invoerrecht voor de hierboven be doelde vleeschsoorten bedragen 10 pet. van de hiervoor vermelde waarden. Het „Brabantsche boertje" voor de Bredasche rechtbank Daar stond het befaamde Brabantsche boertje voor de Bredasche Rechtbank. Na een reeks hoogst brutale en vernuftige op lichterijen liep enkele maanden geleden de boerenarbeider van Dinteloord, die langen tyd als makelaar in vaste goederen en bankier manipuleerde en handig een uitge breide cliëntèle plukte, tegen de lamp, zoo meldt men aan de ,,'s-Hert. Crt." De Rotterdamsche politie, anders toch van alle markten thuis, wist niet beter met dezen gehaaiden „financier" te doen dan hem bui ten Rotterdam te bannen, doch den briga decommandant der marechaussee te Steen bergen, opperwachtmeester Verhagen, lukte het, in het handig gevlochten net van be driegeryen een gaatje te vinden en het handige boertje voor zyn schelmeryen te doen opdraaien. De „bankier" en zyn bank Ergens op een bovenkamertje in Dintel oord zetelde de circa 32-jarige Dinteloord- sche landarbeider W. V. in zyn hoofdkan toor. Van daaruit leidde hy zyn wydvertakte bankzaken. Door heel Nederland liepen zijn relaties. Alom onderhandelde hy over de particuliere en bankkapitalen, die hij te plaatsen had, propageerde hij de villa's, kan toren, pakhuizen, fabrieken en werkplaatsen, welke hy te verhuren of te verkoopen had; daar ook behandelde hy aanvragen om hy potheken, beschikte genadiglijk over crediet- aanvragen, enfin hij was er, wat in Wall- street alleen de heel hooge geldoomes zijn. Advertenties in de bladen deden de cliëntèle toestroomen naar den makelaar van Dintel oord, die nochtans tot de makelarij geen andere opleiding had gehad dan de welis waar filosofische stappen achter de ploeg. De clientèle De advertenties meldden o.a., dat hy geld ter beschikking had op slechts 4 pet. Is het wonder, dat van allen kant, vanuit Rot terdam, Zeist, Amsterdam, uit Gelderland, ja zelfs uit Texel aanvragen binnenstroom den. Ingenieurs, kooplieden, zelfs 'n notaris stelde zich met hem in relatie. Pakken cor respondentie kwamen in en V„ als een goed zakenman, behandelde de post consciëntieus. Ieder kreeg 'n briefje terug, dat weliswaar een staalkaart was van fouten en met een keukenmeidenhand scheen geschreven, doch dat overigens allerzakenvriendschappelijkst was gesteld. By zich aan huis ontvangen, aldus steeds zijn brieven, deed hy niet, hy zou wel eens overkomen, mits men allereerst het reisgeld vergoedde. En zoo stuurde de een 5.de ander 15.-n derde 9.— enz. V. er op af, praatte als Brugman, liet zyn cliënten hun zorgen opbiechten, klopte ze bemoedigend op de schouders, beloofde hun alle goeds, vroeg alle bescheiden, koopacten, taxatiebrieven, die men het boerenventje o, sancta Sim- plicitas ook werkelyk toevertrouwde. En als hij dan klaar was en weer naar het. „hoofdkantoor" te Dinteloord vertrekken zou, wanneer de cliëntèle al in den zevenden he mel was, dan kwam 'n kleine „maar" Verschieten deed hy niets, vanwege de secu riteit, ziet u! Even 'n voorloopige nota op stellen. Overschrijvingskosten, registratierech ten, salaris, reis- en verblijfkosten, kosten van zijn „bureau" enz. Te zamen varieerden de bedragen van 10, 20 tot 200, 250 gulden. Pen en inkt moesten aanrukken en het hanepootje schreef op een pampieren brief: „Bewijs van ontvangst van Uw ontvange de riggestraatie, oferschreiving van hypotheek enz.", met de toevoeging: „wanneer halsdat de hippeteek niet verleend mocht worden, ondergeteekende het gestorte geld zou terug- betale op nader door hem te bepalen datum", vermoedelijk met St. Juttemis. Alles moet zijn tyd hebben De cliëntèle wachtte enkele dagen, 'n week, 'n maand, maar hoorde niets. Schuchter schreef dan de een of ander 'n zeer beleefd briefje naar het bankiershuis te Dinteloord. Het antwoord was echter dan niet zoo vriendelijk. „Luister eens," luidde het dan, „alles moet zyn tyd hebben, en als ge geen geduld hebt, dan moet ge maar op een ander gaan, want ik zit niet op u te wachten." De bankier deed intusschen niets, of liever gezegd, hij wos juist weer hard aan 't werk nieuwe cliënten te „bedienen". Gaandeweg kregen velen wantrouwen en druppelsgewyze kwamen de klachten by diverse politie-autoriteiten binnen. Maar zoo gauw hadden deze geen vat op hem, al wist men met een geraffineerd oplichter te doen te hebben. Tot de commandant der marechaussee te Steenbergen, opperwachtmeester A. Verha gen, hem meende vast te hebben. Deze plaatste een waarschuwing tegen het befaamde Brabantsche Boertje in het Alge meen Politieblad, met verzoek aan de pers, deze over te nemen. De bladen voldeden aan dat verzoek en nu kwamen van alle kanten klachten binnen. Onder deze was er een van een landbouwer uit Zevenbergen, die een huis wilde bouwen en daarvoor geld noodig had. V. bood hem geld aan tegen 4'A pet. Aangezien nergens zulk een goedkoop aan bod was te bekomen, ging deze op de onder handelingen in. Natuurlijk werd ook hier de zelfde procedure gevolgd, inde V. de voor loopige kosten en beloofde eventueele terug betaling in de verre toekomst, j Zoowel van 't een als 't ander kwam na- l tuurlyk niets en het politioneele onderzoek Ideed thans de oplichterij onomstootelijk vast staan. Onder de verdere gevallen, die bekend werden, bleek, dat V, zyn speculatieve wel lust zelfs botvierde aan de oprichting eener N.V. in Rotterdam, waarvan hij de financie ring in uitzicht stelde. „Was u daar directeur van?" informeerde een der rechters. Ja. „Hebt u in Rotterdam ook kapitalen op genomen?" „Dat weet ik niet meer, dat zou de Com missaris van Politie in Rotterdam i! kunnen zeggen." Niettegenstaande V. bij de politie en den rechter-commissaris bekende en een brief schreef aan den Officier van Justitie, om in de gelegenheid gesteld te worden, zijn slacht offers te kunnen terugbetalen, ontkende hy thans alles. Hij moest toegeven, geen rooden duit te bezitten, nooit eenige geldelyke trans actie te hebben verricht, noch er ooit moeite voor gedaan te hebben. Een malsche straf in nitzicht De Officier der Bredasche Rechtbank, Mr. Couvé, achtte V. een zeer berucht oplichter, wiens praktyken vele slachtoffers hebben ge maakt en 't stond voor hem vast dat hij na zyn straf weer opnieuw zal begihnen. Dan zal hy, dank zy de lessen, die hy bU de po litie en justitie heeft opgedaan, nog veel sluwer en geraffineerder te werk gaan. Hy eischte een straf van 2 jaar gevangenis om de maatschappij geruimen tyd tegen hem in bescherming te nemen. A.s. Maandag gaat de staking in. Naar wy uit goede bron vernemen, heb ben de werkgevers in het Aardewerkbedrijf te dezer stede het bemiddelingsvoorstel van den rijksbemiddelaar, den heer H. A. van IJsselsteyn, zooals dit gisteren in ons blad is gepubliceerd, verworpen. Geiyk bekend hadden de werknemers-or ganisaties hèt Voorstel aanvaard. Wel hebben de werkgevers nog een te genvoorstel ingediend, maar de inhoud hiervan wijkt sterk af vatt het voorstel van den Ryksbemiddelaar. De gezamenlyke hoofdbesturen der ver schillende werknemers-organisaties zyn he denmorgen te 's-Gravenhage in spoedei- schende vergadering bijeen geweest, ter bespreking van den toestand, welke door de verwerping* van het bemiddelings-voorstel door de werkgevers thans is ontstaan. Hedenavond te 7 uur vergaderen de ar beiders. De Katholieken in „Concordia" Westhaven. Komt geen wyziging in de situatiei en zulks is zoo goed als zeker het geval dan gaat as. Maandag de staking in. Maddalena en Penzo naar Italië terug Het Noorsch Tel. Bureau seinde gister avond uit Bergen: Het stoomschip „Bogndal" is te Konings baai aangekomen met de Italiaansche vlieg tuigen Marina I en S 55. De aviateur Mad dalena, die de vleigtuigen vergezelt, zal he den, Zaterdag, met de Marina vertrekken om via Amsterdam naar Italië terug te vlie gen, onder voorbehoud dat de meteorolo gische voorwaarden gunstig zijn. De vlieger Penzo wordt binnen eenige da gen te Bergen verwacht. Hy zal met de S 55 vertrekken. Een adres van den bond van Bedryfsautohouders De heeren Adr. Beers en J. L. Rauk, resp. als vice-voorzitter en secretaris vertegen woordigende den Bond van Bedryf sautohou ders in Nederland, schrijven o.m. in een adres aan den Minister van Waterstaat: dat zy hebben kennis genomen van de re sultaten van de opbrengst der wegenbelas ting over het belastingjaar 1/5 1927 tot 1/5 1928 en dat hun daaruit is gebleken, dat deze opbrengst de raming met ongeveer 1.500.000 heeft overschreden; dat, waar op basis van de begrooting van het wetsontwerp deze wegenbelastingwet is aangenomen, het naar de meening van adressanten billyk is te achten, dat de meer dere opbrengst gebruikt worden om den erg- sten druk van deze belasting te verlichten. Adr. verzoeken tenslotte den Minister, in principe te willen besluiten, dat een gedeel telijke vrijstelling, b.v. op grond van art. 6 sub. 4, zal worden verleend op den volgenden grondslag: voor wagens met een eigen ge wicht van: 30003500 K.G. van 5 pet.; 3500—4000 K.G. van 10 pet.; 4000—4500 K.G. van 20 pet.; 45005000 K.G. van 30 pet.; 5000—6000 K.G. van 40 pet. j met de bepaling, dat voor een auto van meer dan 3500, 4000, 4500 en 5000 K.G. niet minder betaald mag worden dan voor een auto van 3499, 3999, 4499 en 4999 K.G. De afd. Tiel van de Geldersch-Overyselsche Maatschappy van Landbouw zal op de alge- meene vergadering der maatschappy de vraag aan de orde stellen, wat te doen tegen den handel in smokkelvee op onze binnen- landsche markten als Rotterdam en Utrecht; ook in verband met de bestrijding van mond en klauwzeer hier te lande. De stand der landbouwgewassen op 20 Augustus. By een onbewaakten overweg te Oss is een kar met paard door den trein gegrepen. De voerman werd gedood. Nog een tweede der uit de strafgevangenis te Scheveningen ontvluchte gevangenen is gearresteerd. Bij een ongeluk op de mijn „Laura" is een arbeider gedood en een andere arbeider gewond. Verschenen is' de gemeentebegrooting 1929 van 's-Gravenhage. Het gouden jubileum der St. Gregorius- vereeniging. De uitsluiting by de Kon. Weefgoederen- fabriek te Hengelo is opgeheven. Barometerstand 9 uur vjn. 757. Vooruit. OPTICIENS FABRIKANTEN Licht op De lantaarns moeten morgen worden opgestoken Om 8.31, overmorgen om 8.29. Den Haag Haar 1 em Tel. 13052 Tel. 15166 BU de behandeling van het proces dei Veendammer Hypotheekbank, werd, geiyk men zich zal herinneren, door den subst.- officier van Justitie, mr. Reilingh, mede gedeeld, dat hU in de door den getuige mr. L. van Gicm Jr. afgelegde verklaringen aan leiding vond tot het doen instellen van een justitieel onderzoek. Naar „Het Volk" thans verneemt, zal dit justitieele onderzoek geen verderen voortgang hebben, maar is de zaak ter verdere beoor deeling en afhandeling door het parket in handen gesteld van den Raad van Toezicht en Discipline der Orde van Advocaten. De 6-jarige G. Tadema te Drachten is van een wagen gevallen, overreden en gedood. BOTSING Gisterenavond kwart vóór 10 uur kwam een vrachtauto in botsing met een paal van de E. N. E. T. aan de Turfmarkt. Aangezien de chauffeur uit moest wUken voor een fietser en het daar ter plaatse zeer duister is, heeft hy den paal niet kunnen zien. De auto werd naar een garage gesleept. Persoonlyke ongelukken kwamen niet voor. MOTORFIETS VERBRAND Gisterenavond te circa 8 uur geraakte op de Julianakade te IJmuiden een aldaar rij dende motorfiets in brand. De bestuurder G. M. M. wist nog bUtyds van de motorfiets te springen, want de vlam men grepen zoo snel om zich heen, dat zyn kleeren reeds begonnen te branden. De brand is vermoedelijk ontstaan door een lek in den carburator. De motorfiets is totaal verbrand. De eigenaar van den motorfiets is H. J. D., wonende te IJmuiden. Twee auto's tegen elkaar gebotst Donderdagavond reed de heer Trommel uit Aalsmeer met zijn Fordauto, waarin 6 perso nen waren gezeten, op den Kruisweg in de richting van den Aalsmeerderdijk. Tegelykertijd reed de landbouwer I. Pruis- sen met zijn echtgenoote eveneens in een Fordauto op den Aalsmeerderdyk in de rich ting van den Kruisweg. By het kruispunt naby de smedery van den heer Vos kwamen beide auto's met el kaar in hevige botsing. Beide motorrytuigen sloegen byna over den kop. Van de auto van den heer Pruissen bleef geen ruit heel, terwyi het linkerachterwiel en een gedeelte van de kap vernield werden en de carrosserie verzet; het motorrijtuig van den heer Trommel bekwam ook ernstige averij, o.a. werd een der spatborden en het Imkerachterwiel geheel in elkaar gereden. Het mag wel een wonder heeten dat de In zittende personen van beide auto's nagenoeg geen letsel bekwamen, hoewel zy toch door deze botsing een geweldige tuimeling maak ten. Met behulp van een takelauto zyn de '•heide motorrijtuigen garage gcsinnnf

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 1