VROUWENRUBRIEK
\*TO3'« blad
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
BLADZIJDE
ONS SCHOOLKIND
MODEPRAATJE
!ï-
VOOR DEN HERFST
0
'N EI VAN COLUMBUS
HOE HET HAAR TE WASSCHEN
EEN NOODZAKELIJKE BEHOEFTE VOOR
DE ZIEL
RECEPTEN.
EEN SERIE DAMES-LINGERIE
Overname nit deze rubriek zonder schriftelijke toestemming verboden.
Het begin van het schooljaar ls
Voor tallooze kleine menschen de
eerste stap over de grens van een
nieuw, wonder-ernstig land! Het huis,
de tuin, de kinderkamer, moeder dat
alles beteekent nu niet langer de heele
wereld voor hen. Spel moet werk worden
onder toezicht van vreemde opvoeders.
Komt het eind van de onbezorgde kinder-
zaligheid te vroeg voor onze zes-jarigen?
Is „werk" al een gevormd begrip voor
hen? Willen ze al wel leeren? Willen ze
graag naar school?
Wie kinderen kent, weet ook, hoe ze
soms met drie, vier jaar al eenige be-
teekenis in hun spel willen leggen en
met druk vertoon van gewicht en nut bij
de eenvoudigste zelfverzonnen bezigheden
zoowel zichzelf als anderen trachten te
overtuigen, dat ze werkêlijk onmisbare
diensten verrichten! Nooit zijn ze méér in
hun schik, dan wanneer we op zooiets
ingaan en hun in ernst verzekeren, dat
we niet zouden weten hoe we zonder nen
klaar moesten komen! Dan stralen ze
van diepe, echte bevrediging. Wat is er,
onder intelligente leiding, veel te maken
van kleuters, bij wie die trek heel sterk
aan den dag treedt! En dit ls bijna bij
allemaal het geval. De kleine peuter komt
met de „voorbeelden" van z'n bouwdoos
bij ons en vraagt zakelijk, wat hij voor
ons maken moet. Een vluchtig: „Ja, zoek
zelf maar wat uit, hoor!" ontmoedigt hem
zóó, dat het treurig is om aan te zien. Hij
kan onmogelijk met enthousiasme aan den
slag gaan, vóór we met het noodige ver
toon van wikken en wegen onze keuze
gedaan hebben, en hij, zielsgelukkig met
de opdracht, met benijdenswaardigen
ijver tot de uitvoering overgaat. Let er
eens op, hoe merkwaardig en tegelijk
veelbelovend het is; dat onbewust hun
keren naar den ernst van een vastge
stelde taak, dat verlangen, onder leiding
en toezicht te werken (want ieder oogen-
blik worden we uitgenoodigd te contro
leeren, of 't wel naar onzen zin gebéurt);
die zucht om iets nuttigere tot stand te
brengen, dan bij het doellooze, gedachte-
looze spel! Kinderen kunnen soms grap
pig de diepzinnige paedagogen logen
straffen, die beweren dat al hun heil ge
legen is in volstrekte zenstandigneid en
dat daarnaar alleen hun verlangen uit
gaaf! De kinderen zelf en heusch niet
alleen de doetjes met weinig verbeel
dingskracht! moeten er soms niets van
hebben en zoeken telkens weer door een
oudere in dienst genomen te worden, zelfs
bij hun spelen! Dit is ten slotte psycholo
gisch ook wél zoo zuiver en verklaarbaar!
Die blijde trots om een opdracht ech
ter, dat zelf-zoeken naar discipline en ge
ordend werk, gaat meestal later verloren.
Is dat de natuurlijke gang van zaken, of
ligt dat aan de opvoeders, die verzuim
den er party van te trekken en dien
drang op de juiste manier te leiden en
aan te kweeken? Het zou toch veel logi
scher zjjn en meer voor de hand liggend,
wanneer deze eigenschap met de jaren
overging in een blijden, dankbaren werk
lust in het geluksgevoel van hst nuttig-
kunnen-zyn in het rijke leven! Die be
stendiging hebben wij, opvoeders, in
onze hand!
We kunnen beginnen, deze neigingen
in de richting van het komend school
leven te leiden. De tegenzin in school en
leeren is bij een normaal-intelligent kind
dat zonder tobben en martelen kan mee
komen, bijna altijd een gevolg van ver
keerd aanpakken. Het- vooruitzicht Van
„naar school" mogen (dat voor den dreu
mes büna gelukstaat met volwassen te
zijn) moet aantrekkelijk gemaakt wor
den; voor verreweg de meeste kinderen is
t dit ook al zonder onze inmenging. En
doorgaans valt de ondervinding niet
tegen óók. Ik heb kleine peuters, die na
een paar eerste schooldagen wegens ver
koudheid of iets dergelijks een dag thuis
moesten blijven, bittere tranen zien ver
gieten van troosteloos verdriet! Het is
werkelyk bereikbaar, dat al onze kinde
ren, zonder uitzondering, graag naar
school gaan!
Naast het vraagstuk, of het kind zich
innerlük aan het nieuwe leven zal kun
nen aanpassen, mag ook de gezondheids
kwestie onze aandacht niet ontgaan. De
bouw en inrichting der tegenwoordige
schoollokalen, de goede constructie der
banken enz., draagt er zeker veel toe bij,
om de vroeger zoo dikwijls gerechtvaar
digde bezorgdheid weg te nemen. Maar
we mogen niet vergeten, dat vooral voor
gevoelige, niet al te sterke kinderen, de
overgang groot is van het den-geheelen-
dag-in-beweging-zijn van vroeger naar
het urenlang stilzitten van nu. Niet zel
den zullen spijsverteringsbezwaren en ge
brek aan eetlust hier 't gevolg van zijn,
soms zelfs storingen in den bloedsomloop
en andere meer ernstige verschijnselen.
Met verstandige behandeling is een en
ander, voor zoover het uitsluitend een
gevolg van de Verandering is, echter ge
makkelijk te voorkomen.
Het is dom, te verlangen, dat kinderen,
die uit de school komen, de verdere uren
van den middag en avond rustig en netjes
in de kamer zitten, zonder telkens op
te springen of door het huis te rumoe
ren. Het kind, dat dadelijk kalm en
keurig aan zyn huiswerk gaat en daar
na een leesboek neemt of zich bezighoudt
met een knutselwerkje, is het ideaal
van de meeste huismoeders. Maar deze
voorkeur is een beetje egoïstisch. Neen,
het gemis aan beweging moet na den
schooltijd worden ingehaald door echt
rennen en springen en ravotten, door
zingen en schreeuwen en stoeien. Ze
moeten den tuin in, of ten minste in
huis, zonder verboden te worden, hun
spieren mogen ontspannen. Een rustig
wandelingetje is niet voldoende! Denken
we misschien, dat het woelige en drukke
van onze kinderen, waar we zoo dik
wijls over zuchten, alleen bedoeld is als
'n soort beproeving voor hardwerkende
moeders, 'n soort ongeregelde afwijking
van de algemeene wereldorde van kalmte
en netheid, welke afwijking uit alle
macht bestreden en getemd moet wor
den? Neen, die verwenschte beweegiyk-
heid is een gezegende natuurwet, die we
niet straffeloos kunnen verwringen, ze is
een levensbehoefte, een noodzakelijke
voorwaarde voor groei en ontwikkeling!
De maaltyden van het schoolkind ver-
eischen, vooral in den eersten tijd van
zenuwachtigen angst voor te laat komen,
groote zorg. Geen jachtig-ingeslikte
brokken of overhaast naar binnen ge
goten bekers melk! Er moet tijdig en
rustig gegeten worden, met vooral aan
de lunch, die het eerst in het gedrang
komt, de een of andere eenvoudige at
tractie, die den eetlust wat opwekt en
naar nóg een sneedje doet grijpen. Niet
altyd dezelfdg onhebbelijke hompen
brood, zonder iets, dat den moed er in
houdt!
Ook de boterhammen, die we den
overblijvertjes" meegeven, moeten met
zorg en smaak worden klaargemaakt.
We kunnen immers niet controleeren of
wanneer een en ander niet in den
smaak valt, het meerendeel niet be
landt in de magen van voorbijkomende
honden of katten of onderweg wordt
weggegeven? Zorg voor een appëtytelyk,
fleurig trommeltje, voor dunne, goed
gesmeerde en belegde boterhammen en
een smakelijk te hanteeren stukje fruit
erbij.
Het is eigeniyk heelemaal onnoodig,
al deze byzonderhe_den op te sommen
voor wie eenmaal van vindingrijkheid
een gewoonte heeft gemaakt. Niemand
kan ons van buitenaf zooveel bijbrengen
als we zelf kunnen opmerken, wanneer
we maar, in werkelijk volmaakte moe
derzorg, onze oogen wijd open hebben
voor alle, maar dan ook alle behoeften
en belangen van het kind!
MACHTELD.
4340. Japon van zeer fijne wollen stof.
Het eenvoudige model is even blousend,
heeft revers en ceintuur. De rok heeft
middenvoor en op zij plooien. Vest van
crêpe de chine. Knoopengarneering van
blank kristal.
4314. Japon van kasha of wollen
stof, met zeer origineele halsuitsnijding
en ceintuur. De rok is geheel in de
rondte geplisseerd. Bies aan den hals
van zilver- of goudgalon. Bolle knoopjes
van goud, zilver of stof.
4329. Zeer elegant, apart maaksel voor
herfsttoilet van effen en geruite stof.
De japon sluit van voren met knoopen
en heeft een breede soepele revers. Het
korte jasje is met geruite stof gegar
neerd. ANEMOON.
Een zeer groote
verscheidenheid in
de meest uiteen-
loopende buiten
gewone fantasieën
toont de nieuwe
wintermode -eollee -
.tie. Rijk aan
kleur, fantasie en
uitvoering.
Het werk voor
coupeuse, kleer
makers, costumiè-
re enz., wordt
steeds ingewikkel
der en kunstiger.
Waren de mo
dellen vorige sei
zoenen sober van
lyn en opvatting,
thans zijn de mo
dellen bijna voor
iedere gelegenheid
zeer ingewikkeld
van uitvoering,
door de vele strook
jes, volants, drape
ries, biais en bij
zondere halsuit-
sny dingen.
Niettegenstaande
al die strookjes
en grilligheden, is
de mode dit sei
zoen zeker zeer
smaakvol te noe
men. De modellen
zijn over het alge
meen aan den on
derkant zeer onre
gelmatig.
Grillige vormen
worden verkregen,
door losvallende,
ongelijke panden,
uitspringende
plooien en klokken
afhangende slip
pen, soepele dra
peries en teere vo
lants. Zoowel voor
namiddag- als
avondkleeding
ziet men zeer fijne
stoffen, meest zij
den stoffen.
In zeer mooie
kleuren en dessins
zijn vooral de crê
pes georgettes. Crê
pe georgette en
velours chiffou, de
meest geliefde
dracht voor het
komend seizoen. Men draagt daarbij
passende bijoux, schitterende sieraden
van goud, parels, imit. diamant. Om den
arm worden verschillende bracelets ge
dragen.
Onder de zeer luxueus uitgevoerde
avondtoilets zien we meermalen de sty'l-
japon.
La robe de style is dit seizoen zeer
en vogue. De mantels, vaak met apart
tusschengewerkte biais, bijzondere zak-
garneeringen, naar onder wijd uitloo-
pende mouwen, behoudt over het alge
meen veel de rechte lijn.
Bijna op alle mantels zeer veel bont,
dikke opstaande kragen, revers, man-?
chetten en randen. De rechte mantel
wordt dikwijls door een ronde vaste cape
gegarneerd, die zelfs vaak tot heupleng-',
te reikt.
De mantelkraag is ook zeer verschillend;
als bijzonderheid ziet men de „scarf
collar" een aan de col gezette écharpe,
aan den hals vastgestrikt. Losse échar-
pes en halsdoeken, op verschillende ma»-,
nier gestrikt, worden zeer veèl gedra
gen. Men ziet veel vossen in beige tin
ten. De vos in een rosachtige tint is
zeer gewild, deze moet men niet ver
warren met den roodvos, welken men ziet
dragen, de mode-vos echter is in een
vosachtige beige-tint (rozenhout-vos ge
naamd).
De complets nemen een aparte plaats
in, ze vormen meerendeels een zeer
sportief geheel.
De trots pieces bestaat veel uit rok en
loshangenden mantelyan tweed of ande
re stof, de jumperblouse van crêpe de
chine of satin in tegengestelde kleur.
Speciale sportcostuums, japonnen enz.,
hebben veel een garneering van biais in
verschillende kleuren.
Voor cJp reis is de ragl&n-mantel zeer
gewild,
Op mantelcostumes, mantels, complets
epz., draagt men veel, een corsage, van
dezelfde stof of van de garneereiide stof
gemaakt, -de corsage; bestaat soms uit
smalle geknipte reepjes stof tot een tros
bijeen, gewerkt.
De hoed heeft de lijn van dezen zo
mer behouden, echter door de opstaande
extra zware bontkragen zijn de groo-
tere modellen weer verdwenen.
Men ziet zeer veel vilt- en velour-
hoeden, met gameerihgen van vilt in
afstekende kleuren.
DINA.
Laatjes en kleine, handige vakjes zijn
gewoonlijk in de ingebouwde keukenkast
jes onbekende heerlijkheden. En toch
hebben we ook daar allerlei spulletjes te
bewaren, die licht rommel geven, en we
stellen nu eenmaal prys op een typisch
vaderlandsohe, onberispeiyke, glimmende
keuken.
Wanneer we dit kleine kastje door een
eenvoudig timmermannetje of een han-
digen huisgenoot van een paar plankjes
hebben laten maken en 't, netjes wit ge
lakt, in gebruik hebben genomen, zullen
we verwonderd staan, hoe ongeloofelpk
practisch 't is en ons afvragen, hoe 't
mogeiyk was, dat we niet eerder op *t
idee gekomen zyn.
Op 't boekenplankje vinden onze kook
boeken, kasboekjes en de boekjes van de
leveranciers, die anders ontsierend op
schouw of keukentafeltje rondslingeren,
een plaatsje, en in de laadjes de losse re
cepten, huishoudrekenlngen en kruide
niersbriefjes, die anders eveneens hier en
daar biyven rondfladderen, of heelemaal
zoek raken. Een paar kleine haakjes, aan
de zywanden van 't kastje, kunnen nog
dienen om een schaar, kurketrekker of
sleutel op te hangen.
KAJA.
Wanneer het shampoo-poeder met
heet water vloeibaar is geklopt, kan de
hoofdwasschlng beginnen. Wanneer we
gebruik maken van een goed, proper gie-
tertje, kan onze wassching thuis even
goed en doelmatig zijn als die by den
kapper.
Eerst maken we het haar nat met
warm water, waarby we het gietertje
gebruiken. Nu wrüven we het haar royaal
ln met de vloeibare zeep. Met alle tien
vingers wordt stevig over de. hoofdhuid
gewreven en ook het haar zelf wordt
flihk door de handen gehaald; vooral bij
lang haar vereischt dit nogal veel zorg,»
Wasch met vrij heet water de zeep wegf
en begin daarna het mzeepen opnieuw,
Daarna wordt het haar weer grondig uit
gespoeld, eerst met warm water, daarna
met lauw, en zoo geleideiyk verder tot
het heelemaal koud is. Nu wéér met den
gieter oversproeien en daarna met heeteg
ruige handdoeken droogwryven. Volgens
de specialisten die deze methode toepas
sen, is het dit laatste afgieten, dat het
haar springend en ylossig houdt.
Kort haar, dat glad gedragen wordt,
moet steeds, wanneer het nog nat is, in
den voim gebracht worden: de scheiding
moet scherp getrokken en de punten moe
ten naar binnen omgebogen worden. Dus
niet met half-nat haar gaan slapen, met
een handdoek op 't kussen. Zooals het
haar gedroogd wordt, zoo blijft het zit
ten tot de volgende wassching! Een vol
gende maal zal ik nog nader het z.g.
watergolven bespreken.
Zooals ik vroeger al eens gezegd heb,
mag het haar nooit gedroogd worden bij
-een kachel. Het allerbest is, in de zon
te gaan zitten en intusschen het haar
met een waaier droog te wuiven; het
krygt dan glans en gloed en zit heerlijk
luchtig.
■I Bijzonder stug, droog haar kan prach
tig glanzend en soepel gemaakt worden
met een weinig vloeibare brillantine, die
in een vaporisateur wordt gedaan en er
heel luchtigjes over wordt gestoven,
waarna het haar goed geborsteld wordt.
EVA.
Een vroolijk hart geeft le
vensbloei (Salomon XVII-22)
De groote menschenkenner van Naza
reth heeft eens gezegd, dat de mensch
niet van brood alleen kan leven. Gelijk
ops lichaam 't dagelijksch brood niet kan
ohtberen, ZOO kan ons hart de vreugde
niet missen.
Kunnen bloemen wel bloeien zonder
het licht van de zon? Wij stammen uit
het Huis des lichts en daarom keeren wy
ons naar 't licht en de vreugde, zooals 't
harte van de zonne-bloem naar de zon!
„Sehnsucht zum 'Licht is des Lebens
Gebot," zegt Ibsen: heimwee naar 't licht
is 's levens gebod!
De hoogste en schoonste levenstaak,
zegt Schiller, is de menschheid ware
vreugde te brengen.
Een oud heidensch wijsgeer, Theodorus,
noemt de vreugde het doel van alle wij
zen.
De Engelschman Carlyle zegt, dat de
vreugde de sleutel Is, waarrhee men den
ganschen mensch kan ontcyferen.
En Dr. Wilhelm yon Keppler schryft in
zijn pf&eht-boek Mehr Freude:
De vreugde vermeerdert 's menschen
kracht en arbeidsvermogen; ze geeft hoo-
ger vlucht aan zyn willen en kunnen,
maakt hem ondernemend en onversaagd,
uit de vreugde worden koene besluiten en
edele daden geboren; spelend helpt ze
ons heen over moeilijkheden en tegen
spoed; ze brengt de menschen dichter by
elkander en versterkt den vriendschapflS"
band!
De vreugde is 't zeil van ons levens
schip, 't vangt de ongunstige winden op
en maakt ze dienstbaar voor snelle vaart.
Beets zingt:
Wees vroolijk! Vroolijkheid is kracht,
Is kracht tot arbeid, kracht tot deugd,
Daar wordt niets goeds, niets groots vol
bracht,
Dan bij innerlijke vreugd!
Wat heeft dat de reine vreugde-heraut,
Guïdo Gezelle, fijn en diep gevoeld, toen
hij dichtte:
Mijn hert is als een bloemgewas,
Dat opengaande of toegeloken
De stralen van de zonne vangt,
Of kwijnt en pijnt, en hangt gebroken!
Myn hert....!. mijn hert is krank en boos,
En onstandvastig in 't verblijden;
Maar als 't hem wel' gaat, éépen stond,!
't Kan dagen lang weer honger lijden!
Niets is bemoedigender dan de ver
schijning van een vroolijk, blij mensch!
Geen schooner muziek dan de klank van
een gullen laeh!
Nauwelijks zijn de oogen van het kind
open voor het levenslicht, of ze richten
zich onbewust naar die stralende zon. de
vreugde, zich openbarend in moeders
blijen glimlach of in den hellen Schater
lach uit lustigen kindermond.
Hoe gemakkelijk kan men 'n kinder-hart
doen jubelen van vreugde, de stra
lende kinderoogen doen fonkelen van
pret! Arme kinderen, die nqpit die echte,
reine kindervreugde leerden smaken!
,,'t Is of duizend blondgelokte kinder
kopjes met hun hei-stralende kinderkp-
kers zich vragend tot mij richten't is of
al die hel-stralende kinderoogen smee-
kend klagen: O, geef ons wat vreugde;
wij missen, de vreugde zoo!" (Dr. W. v.
Keppler: Mehr Freude).
Ja,: wie ook mp. r iets begrijpt van de
kinderziel, wie kan lezen in die klare,
reine kleuteroogen, wie 't leven en stre
ven van die kleine wereld maar even aan
dachtig gadeslaat, hij zal terstond erva
ren, dat reeds vele van die teere knoppen
verwelken voor ze bloesem en vrucht dra
gen bij* gebrek aan die levenwekkende
vreugdezon.
Mij trof, eens, zegt Von Keppler, 't
woord van den kindervriend, Jean Paul:
„Och moeder, laat uw kinderen lachen;
droog die tranen; het lange regenen op
die jonge bloesems is zoo schadeiyk!" Een
woord, dat onze moeders nooit mogen
vergeten.
„Laat uw kinderen lachen, droog die
tranen!" Hoe treffend juist wordt dit be
vestigd door Dr. Aug. Wibels, ln z'n
„Sonne-Buch", als hp verhaalt, hoe hp
eens op een vroegen Zondagmorgen in
een van de verlaten volkswpken van Ber
lin 'n arm, bleek stadskind tegenkwam
dat. op 'n stralenden zomer-dag een arm
zalig kamerplantje naar buiten droeg. Op
z'n vraag wat het met dat plantje ging
doen, antwoordde de bleeke kleine:
,,'k Zoek er 'n zonnig plekje voor, want
wij hebben bij ons in huis geen zon!"
Hoeveel arme, bleeke stadskinderen kun
nen deze droeve klacht niet nazeggen
Zonder zon kunnen ze niet leven! Reine
vreugde, gezonde ievensblpheid, ziedaar
den gouden schat van de zonnige jeugd.
De jeugd moet zangend door het leven
gaan!
Laat de jeugd lachen en vroolijk zyn!
Beneemt haar niet de heerlpke zorgeloo-
ze blijheid des harten! Laat de stralende
vreugde-zon nooit over hen ondergaan!
Wee hun, over wier biyde jeugd al te
vroeg de grauwe sluiers van droefheid
worden gespreid, die al te vroeg in de
schaduw loopen van het leven!
Gezonde blpheid is levensbehoefte ook
voor den man en de vrouw, die staan ln
den vollen bloei van 't leven, indenhee-
ten strijd van den drukken dag, op de
volle markt van het bedrpvige leven!
Wee hem, die zwoegen moet met den
haat in het hart en 'n vloek op de
lippen! Gelukkig hp, die zingend werkt en
werkend zingt!
Zelfs de grijsaard, die met het leven
reeds heeft afgerekend en den grauwen
levensavond ziet dalen over zijn weg,
heeft nog behoefte aan wat vreugde en
blijheid. Zeker, hp moge meewarig het
grijze hoofd schudden over de luidruch
tige uitgelaten Jeugd en vergeten dat ook
hij eens z'nvreugde-lied uit deed schal
len, toch strekken zich nog z'n bleeke,
bevende handen naar de laatste vreug
de-bloemen, die bloeien op z'n weg en 'n
enkele lichte vreugdestraal kan de doffe,
donkere kamers van dat versleten hart
weer zetten in laatenden middag-gloed,
zoodat hij weer kan spelen met de kin
deren in het vaderhuis het dartele, blpe
kinderspel"!
Zitten vader en moeder, die oud en
eenzaam zyn geworden, als 't feest is in
huis, altijd op 't zonnigste plekje of wor
den ze verwezen naar 'n vergeten hoekje
alsof zp er niet bij hooren? Deelen zij
gul mee in de feestende vreugde van het
huis, of worden ze weggestuurd als de
kinderen hun liefste liedjes zingen voor
het versierde lichte kribbetje of scha
teren van uitgelaten pret om de blpde
verrassingen van den goeden kinder
vriend St. Nicolaas, omdat voor hen de
dagen van gullen lach al zoo lang voor
bij zijn?
Onthoudt dit toch: het ls een schoo-
ne kunst zelf blij en gelukkig te zijn,
maar nog schooner anderen blij en ge
lukkig te maken!
Goes. C. VIS.
KOMKOMMERSLA
3 komkommers.
3 eetlepels slaolie.
4 eetlepels azpn.
Peper, zout.
Schil de komkommers, snpd er de bit
tere punten af, snpd of schaaf ze in dunne
plakjes of maak er met een sambaltrek
ker lange, dunne reepjes van. Zet ze een
half uur met zout bestrooid weg, giet er
het vocht af en meng ze aan met olie,
azijn en peper. Strooi er wat fyn gehakte
peterselie over.
CAPUCIJNERS (witte).
2K 3 K.G. capucyners
60 gram boter
wat zout
gehakte peterselie
Bereiding:
Dop de eapucijners, wasch ze en kook
ze in ruim kokend water en zout gaar
30 minuten). Laat ze vlug uitlek
ken; schud er de boter door en strooi
er de fpn gehakte peterselie over.
CATHARINA.
Dameshemd, bovenwijdte 96100 c.M.
Benoodigd: 3 el zachte katoen van 80
c.M. breedte, 2 el kant van 5 c.M. breedte
voor den hals, l'A el smal kant voor
de armsgaten. Iedere huisvróuw zal wel
in staat zijn, dit mooie, en toch zoo
eenvoudige hemd te maken. Men maakt
eerst een patroon op de maten, die aan-
i gegeven zyn, waarnarmen de breedte van
het kant aan den hals er af knipt. Zoo
als men ziet is midden voor 2 c.M. ex
tra aangeknipt voor de plooitjes, welke
worden ingestikt. Hiertoe neemt ge eerst
het geknipte hemd midden voor precies in
de helft.Vanaf deze middenvouw meet ge
naar rechts eerst 2 c.M. dan 1.5 c. M., 4 c.
M. 1.5 c.M. 1.5 c.M.; evenzoo meet ge naar
links, waarna men op de gevonden punten
een vouw maakt, en 't geheel er uit ziet,
als het patroon, aangeeft. Dan kunt ge
deze plooitjes ter breedte van 1.5 c.M. en
ter lengte van 10 c.M. instikken. Voor- en
achterkant worden verbonden met een
platten naad, waarna men onderaan een
zoompje instikt van ongev. 1 c.M. breedte.
Nu 't kant langs' den hals. Hiertoe
maakt ge langs het kant een inslag
naar de goede zpde op één c.M. vanaf
het patroontje, waan» men het kant
aan de verkeerde zyde van het hemd
opstikt, er voor zorgende, dat men de
hoeken zooveel mogeiyk gelijk krygt,
iets, wat met een weinig inspanning
wel zal gelukken. De hoeken worden in
gestikt en met D. M. C.-borduur-katoen
afgefestonneerd. De rafels, welke aan
de goede zyde zitten, worden afgewerkt
met een smal biesje katoen, hetwelk na
afwerking pl.m. 8 m.M. breed is, en
dat van de uitknipsels van het hemd
geknipt kan worden. Voor de arms
gaten maakt men een inslag van
c.M. breedte naar de verkeerde zijde,
waarna men het smalle kantje langs
zet, te beginnen by den zijnaad.
De rafels aan de verkeerde zijde wor
den met hetzelfde kantje weggewerkt.
Wie de kunst van borduren verstaat,
maakt middenvoor een lettertje of mo
nogram op de aangegeven grootte, het
welk het effect nog zal verhoogen. Een
volgenden keer hoop ik u in hetzelfde
genre een onderjurk te kunnen geven.
DINY.
I-