Binnenlandsch Nieuws
Gemengd Nieuws
Millioenennota
TWEEDE BLAD
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT DONDERDAG 20 SEPTEMBER 1928
BLADZIJDE 2
Een schichtig paard
Staten-Generaal
Beschouwingen over de nieuwe Staatsbegrooting en de
financieele positie van ons land
Arme kleine
Het mysterie der verdwenen
koffers
Onvoorzichtig
De voorzitter der Tweede
Kamer
KERK EN SCHOOL
Het onderwijs
UIT ÖNZE OOST
De brand te Bènkoelen
De middelen over Juli 1928
De benoeming van
Mr. P. Droogleever Fortuyn
tot burgemeester van
Rotterdam
Een mislukte noodlanding
^'V'" i' MK'.-:
De stakingsrelletjes
Billiton
Veenaf graving'
Na afloop van .de opening yan de Staten-
Generaal heeft te Den Haag,'toen de ge-
noodigde autoriteiten enz. de Ridderzaal
verlieten, een incident plaats gehad met een
Hof rij tuig, waarin gezeten waren de. Kamer
heer in buitengewonen dienst mr. S. B, W.
Graaf van Limburg Stirum, dë adjudant
der Koningin, kapitein-luitenant ter zee Ba-
ron de Vos van Steehwijk en Baron Baud,
kamerhéer van Prihsés Juliana.
Toen deze heeren reeds ingestegen waren
in het rijtuig dat met vele andere koetsen
en auto's bij den Zuid-Westtoren der Rid
derzaal wachtte, begon het linksche der
beide paarden, door wélke oorzaak is onbe
kend, hevig schichtig te Worden en sloeg en
trapte angstwekkend om zich heen. Zoodat
het span niet vooruit te krijgen was welke
moeite men dok Van verschillende zijden
deed. De bovengenoemde Hofdignitarissen
konden inmiddels uitstijgen en vervolgden
te voet hun weg.
Al wilder en wilder begon het schier razend
geworden dier te trappen en te steigeren,
zoodat de politie een flinke ruimte óm het
rijtuig moest vrijmaken om ongelukken te
voorkomen. Ten slotte viel het paard neer en
eerst na veel moeite gelukte het 't dier over
eind te krijgen, waarbij een agent door een
slag met den kop van 't paard nog licht
verwond werd.
waar een ernstige zieke op vervoer wachtte
naar het Diaconessenhuis te Utrecht.
De pont, die toch reeds zooveel misère
veroorzaakt, scheen ditmaal geheel in dienst
te zijn van een afdeeling onzer weermacht.
Het gewone verkeer ondervond ernstige
stagnatie, omdat een transpjrtcolonne
keukenwagens enz. uit de richting Gor-
kum haar weg koos naar de tijdelijke imi
tatie-slagvelden in het Zuiden van ons land.
Telkens wanneer een leege pont aanlegde,
werd deze gevuld met een viertal wagens
van het militaire transport. Met leede oogen
zagen particulieren de pont steeds opnieuw
naar den overkant afvaren. Kalm en ge
laten wachtte menig automobilist tot het
laatste voertuig van den „trein" zou zijn
overgezet, De hoofdverpleger van den zie
kenauto evénwel stelde zich met den com
mandant in verbinding, teneinde dezen te
vragen, zijn wagen een plaatsje op de pont
in te ruimen. Hij moest immers in Bommel
een ernstige zieke patiënte afhalen, zoodat
spoed geboden was. De commandant weigerde
onder de mededeeling: het Rijk gaat voor!
Ongéveer vijf kwartier duurde het, voor de
ziekenauto naar Zaltbommel kon worden over
gezet. Of dit lange wachten ook nadeelig kon
zijn voor de zieke, is vermoedelijk niet op
gekomen in de gedachte van dezen trein-
commandant. Intusschen had hij zijn zin
gekregen. Het Rijk was voorgegaan, doch op
een wijze, die ernstige afkeuring verdient.
Wij vernemen, dat de familie van de pa
tiënte bereids een klacht bij den Minister van
Defensie heeft ingediend.
Ook aan de thans verschenen Staats
begrooting en de daarbij gevoegde millioe
nennota, worden in de pers vele beschouwin
gen gewijd.
Eenige er van memoreeren we hier:
der op de hoogte zijn geweest, het althans
hebben zien aankomen.
Welnu, de grief is, dat men de amb
tenaren is blijven afschepen, terwijl we
weer in goeden doen waren.
Het „Huisgezin" schrijft:
Van de Millioenennota geldt wat reeds
van de Troonrede is getuigd: wij zullen op
beter moeten wachten.
Op beter voor de herziening der amb
tenaarssalarissen, waarvoor deze minister
van Financiën maar een „matig" bedrag
beschikbaar wil stellen; wij kennen nog
geen cijfer, doch weten alleen, dat het ge
raamde overschot van 8 millioen op de be
grooting van 1929 gedeeld moet worden
niet de Zuiderzeewerken, waaraan Zijne
Excellentie „eenige" millioenen toedenkt.
Op beter voor de verlaging van druk
kende belastingen, en op beter ten behoeve
van de groote gezinnen.
Wil minister De Geer met belastingver
laging verder gaan, dan zal wat hij oe-
reikt dankbaar worden aanvaard, maas:
de verwachting is niet hoog gespannen,
juist omdat dit ministerie van het vlakke
midden geen eigen beginselen heeft.
Ons program biedt ruimer perspectief,
doch om dit te verwezenlijken zullen wij
een met gunstig gevolg gevoerde verkie
zingscampagne achter den rug moeten heb
ben en zullen wij partijen, moeten ontmoe.
ten, die ten aanzien van het belastingwezen
dezelfde beginselen huldigen.
De „Maasbode" schrijft:
De begrooting 1929 sluit met een batig
saldo van 8 millioen. In werkelijkheid zal dit
overschot veel grooter wezen.
Neen, zegt de Minister v. Financiën, dezen
keer moet men op een grooter overschot dan
de hier aangegeven 8 millioen (waarvoor de
Minister ook nog een bestemming heeft, zoo
dat het overschot gelijk nul wordt) neen,
zegt hij, ditmaal moet men op zulk een mee
valler niet rekenen.
Hij geeft aan zijn bewering een praegnan-
ten vorm, door aan een bekend historisch
woord te herinneren. Aldus:
„Het komt den ondergeteekende dan ook
voor, dat, wel verre van op meergemelde
batige sloten van achterliggende jaren onze
toekomstige financieele politiek te bouwen,
er veeleer aanleiding bestaat, met mr. Wint-
gers in de Parlementszitting, waarin des
tijds het laatste Indische batig slot behan
deld werd, te zeggen: „Neemt uw hoed af;
g}j zult het (in dezen vorm) niet terugzien".
Voor deze beleefdheid tegenover de zoo
genaamde verdwijnende overschotten voelen
wij heel weinig. Wel, als wij eens een Mi
nister van Financiën krijgen, die anders en
beter raamt.
Tusschen Laag Soeren en Eerbeek ont
snapte een tweejarig kindje, dat bij fami-
die op bezoek was, aan het toezicht en wilde
haar huis terugloopen. 'Op dén ónbewaak-
tcn spoorwegovergang werd het door den
trein overreden en deërlijk verminkt. Spoe
dig daarna is de kleine overleden.
Toen gisterenmorgen de 13-jarige scho
lier van de ambachtsschool Vos, uit Den
Dungen op de Zuidwillemsvaart te 's-Her-
togenbosch Óp de in beweging zijnde
stoomtram sprong, om. zijn schooltasch,
die hij vergeten, had, te nemen, kwam hij
te vallen en werd overreden. Het rechter
been werd geheel verbrijzeld en moest in
het ziekenhuis tot aan de heup worden ge
amputeerd. Zijn toestand is zeer ernstig.
De Tijd constateert over het algemeen drie
lichtpunten in het financieel beleid van den
heer De Geer.
In de eerste plaats gebruikt hij een belang
rijk deel der vrijgekomen middelen voor pro
ductieve doeleinden door een betere finan-
c'ering der Zuiderzeewerken; in de tweede
plaats mogen de ambtenaren op een matige
verbetering van hun salarissen rekenen; en
ten slotte kon de Minister ons de verheu
gende mededeeling brengen, dat, ondanks
de het vorig jaar ingevoerde verlaging der
directe be'astingen, de compenseerende nieu
we belast'ngen achterwege kunnen blijven,
met andere woorden: de weeldeverteringsbe-
lasting is van de baan.
Tot eenig optimisme is derhalve wèl aan
leiding. En ook dat vergeten sommigen
wellicht tot een woord van hulde en dank
aan hen, die door tijdig ingrijpen onze Rijks
financiën in dezen gezonden staat hebben
cebracht: de heeren Colijn en De Geer.
In plaats dus van 8 millioen mag het
overschot voor 1929 gerust worden geschat
op 28 millioen.
Ten slotte:
Degelijk is het beheer in alle opzichten.
Van staatkunde blijkt er uit deze begroo
ting echter ongeveer niets. Misschien is de
grootste verandering, welke er in voorkomt,
deze, dat het hoofdstuk van onderwijs voor
taan niet meer Va zal heeten, maar hoofd
stuk VI; een titel, welke door de afschaffing
van Marine is vrijgekomen.
Het „Handelsblad" wijst er op, dat de uit
gaven een totaal van 213 millioen beliepen.
Nemen wij een indexcijfer van 170 aan en
houden wij rekening met het bevolkings
accres, dan zouden wij uit dezen hoofde
ons het genoegen kunnen veroorloven een
millioen per dag werk- of Zondag uit
te geven en toch ongeveer te leven op den
voet van 1913.
De begrooting der uitgaven voor 1929 be
loopt echter 593.6S0.9330 gulden en daarbij
zijn nog zeer belangrijke aanvullingsbegroo-
tingen te wachten, o.a. omdat de ramingen
yppr versnelde uitvoering der dj-ooglegging
van de Zuiderzee niet zullen kunnen worden
gehandhaafd. De millioenennota kondigt
ffcfeds een nieuw financieringsplan aan, dat
den dienst voor 1929 met eenige millioenen
7ai bezwaren, zoodat naar alle waarschijn
lijkheid het totaal dér op bijna 602 millioen
geraamde uitgaven zal worden gespendeerd,
zoodat wij per werkdag reeds twee millioen
door de schatkist zullen zien gaan. Als het
daarbij blijft.
En dat ondanks de erkening, dat het peil
(jer staatsrekening te hoog is, door de elkaar
qpvolgende beheerders der schatkist geuit,
In dit opzicht dus is al dadelijk de mil-
lloenenota geen opwekkende lectuur
Alles bijeen geeft de nota, aldus conclu
deert het blad ook doordien onder „kapitaal-
dienst" alles wat uit de oobreng3t van lee
ningen mag worden bestreden, zuiver wordt
afgescheiden van hetgeen uit de gewone in
komsten moet worden betaald een duide
lijk overzicht van den toestand De finan
cieele doctoren zullen dus de diagnose ge
makkelijk kunnen stellen. Maar de kwaal
der nog steeds veel te hooge uitgaven en
dientengevolge der neg veel te zware be
lastingen blijft de aandacht vragen, zooals
hierboven nader werd belicht.
In dat opzicht heeft het intermezzo-minis
terie ons nog steeds niet verder gebracht.
Dinsdag heeft de sociaal-democratische
Tweede Kamer-fractie een vergadering ge
houden. Van het behandelde deelt het
„Volk" 't volgende mede:
Aangezien partijgenoot R. Stenhuis gewei
gerd heeft, gevolg te geven aan den wensch
van het Partijbestuur en van den Partij
raad, dat hjj zijn Kamerlidmaatschap zou
neerleggen, nam de fractie overeenkom
stig de haar door de vergadering van den
Partijraad op 9 September 1.1. gedane uit-
noodiging het besluit, R. Stenhuis van
heden- af niet langer als lid der fractie te
beschouwen. Van dit besluit is aan liet Par
tijbestuur, aan B- Stenhuis en aan den voor
zitter der Tweede Kamér mededeeling ge
daan.
Bij de bespreking van de houding der
fractie bij de, dien middag plaats vindende,
stemmingen betreffende de voordracht voor
het voorzitterschap der Tweede Kamer,
bleek, dat in de fractie groote ontstemming
heerschte over de wijze, waarop het Kamer
lid jhr. mr. Ch. J. M. Ruys de Eeerenbrouck
zich van zijn taak als voorzitter heeft ge
kweten bij de jongste behandeling van het
wetsontwerp op de besmettelijke ziekten (de
vaccinatie-verplichting)
Hoewel de fractie het standpunt bleef in
nemen, dat voor het eerste voorzitterschap
der Kamer, een lid van de talrijkste fractie
dient te worden voorgedragen, rees bij, haar
de vraag, of zij ook ditmaal haar stemmen
op genoemd Kamerlid zou kunnen uitbren
gen. De fractie besloot zulks wèl te doen,
daarbij echter uitdrukkelijk verklarende dat
h. i. deze kwestie in 1929 door de nieuwe
Kamer-fractie nogmaals ernstig onder oogen
zal dienen te worden gezien en dat alsdan
de thans genomen beslissing in geen enkel
opzicht als bindend zal kunnen worden be
schouwd voor de leden der nieuwe fractie,
die tot de huidige fractie hebben behoord.
Gisteren heeft H. M. de Koningin teti
palëize in het Noordeinde te Den Haag de
door den voorzitter der Tweede Kamer be
noemde commissie uit die Kamer ontvangen,
welke aan de Koningin de voordracht- aan
bood ter benoeming van een voorzitter der
Tweede Kamer voor het nieuw geopende ziV
tingsjaar. Prinses Juliana, was bit. dp ont
vangst tegenwoordig.
De commissie, die in auto's begeleid door.
boden van de Tweede Kamer, naar Imt paléis
was gereden, bestond uit dé' heeren Duyniaor
van Twist, Van Voorst tot Voorst, Boon, 'Duys,
Oud. Veraart, Lovink.en Kersten.
Zooals reeds gemeld, is bij Koh. Besluit
jhr. mr. Ch. J. M. Buys de Beerenbrouck wé
der tot voorzitter der Tweede Kamer be
noemd.
De Nw. Rott. Crt. mist in de Millioenen
nota een mededeeling inzake den accijns op
het gedistilleerd, daar geruchten loopende
waren, dat de regeering met een voorstel tot
verlaging zóu komen. Op andere verminde
ring van belasting schijnt ook niet meer te
mogen gerekend worden, constateert het
r blad verder.
Begrijpen wW de positie wel, dan heeft,.het
Kijk. zoolang in de algemeene ecor.om'sehe
omstandigheden van ons land geen aanmer
kelijke verbetering is gekomen, mét de belas
tingvermindering van verleden jaar het laat
ste woord gesproken. Dit, niettegenstaande in
de nota erkend wordt, dat de in ons land
heerschende duurte, die, gelijk de nota op
z'n Du'tsch zegt, mede door den hoogen be
lastingdruk wordt „beïnvloed", eene bedrei
ging blijft vormen voor ons oeconomische
leven.
Dit is teleurstellend en naar ons inzicht
maakt de nota den indruk, alsof de'regee
ring zich wat al te gemakkelijk bij deze
feiten neerlegt. Zooveel wordt hieruit in
tusschen wel zeker, dat de herziening van
de financieele betrekkingen tusschen rijk
en gemeente er van te meer beteékenis door
worden mo°t. Als 's Rijks wijsheid ten op
zichte van het vraagstuk van den het oeco
nomische leven bedreigenden belasting
druk Is uitgeput, wordt het belang van het
vraagstuk in de naaste toekomst voor de
gemeenten nog dubbel zoo ernstig. De fi
nancieele maatregelen te nemer., die tot ver
betering van het oeconomische leven des
lands, tot vermindering van de heerschen
de duurte, kunnen leiden, wordt hiermede
in eerste linie taak der gemeenten. Het rijk
zal in dit opzicht niet meer doen, dan eeni
ge spaarzame leiding geven, en van de ge
meenten moeten dan de daden worden ver
wacht. Het is te hopen, dat uit de ontwer
pen tot herziening van de financieele be
trekkingen tusschen Rijk en gemeenten van
deze veranderde inzichten duidelijk zal blij
ken. Zij moeten elementen bevatten, die de
gemeenten tot bezuiniging dwingen beter
en duurzamer dwingen, dan het ontwerp der
staatscommissie, dat slechts een dwangetje
bevatte voor één jaar of zij zijn nu reeds
bij den tijd ten achter, en zullen geen doel
treffen.
35 toko's en een gebouw in de asch gelegd
Aneta seint uit Padang: Bij den brand,
welke te Benkoelen woedde, werden volgens
nader ontvangen berichten in totaal 35
toko's en het gebouw der Ned.-Indische Es-
compto Mij. in de asch gelegd:
Aneta seint uit Batavia: v
Het voorloopig overzicht van den stand
van de Landsmiddeleh over Juli 'geeft de
volgende cijfers:
Inkomsten: 65.538.837 (v.j. 65.296.886),
terwijl de raming was 55.440.371.
De belastingen brachten 29 millioen pp,
waarbij de raming met rond twee millioen
werd overtroffen. De monopolies brachten
7 millioen op, of f millioen boven de
raming. De producten 12 millioen of 3
millioen boven de raming. De bedrijven 14
millioen of 3J4 millioen boven de raming.
Allerlei middelen 6 millioen of bijna
4 milioen boven de raming.
De Telegraaf schrijft:
Het is onze groote grief tegen het beleid
van jhr. de Geer, dat hij het werk van zyn
voorganger niét hèeft voortgezet en naliet
het begrootingsniveau terug te brengen van
een niveau dat bij een indexcijfer van 144
nog steeds 300 pet. van de uitgaven in 1913
bedraagt en met slechts 20 millioen bij het
peil van 1920 terug blijft. Kentert de con
junctuur wie weet hoe gauw! dan zul
len de rukwinden het gebouw onzer Rijks
financiën geheel onvoorbereid vinden. Met
evenveel verbazing als wij thans de over-
schottenaccumulatie gadeslaan, kunnen wij
over twee jaar weer geplaatst zijn voor ga
pende tekorten, die tot de meest krasse maat
regelen dwingen zullen.
Wanneer het in een rentmeester niet vol
doende is, dat hij het hem toevertrouwde
weet te bewaren, dan moet de heer de Geer
wel het gevoel hebben te zijn. te kort ge
schoten in wat van een leidend staatsman
mag worden verwacht.
Het Centrum betoogt om.:
Het beeld, dat deze Millioenennota geeft,
stemt tot vertrouwen, en verstrekt de hoop,
dat, naast belastingverlaging, straks ook
andere zaken mogelijk zullen zijn, zaken,
die in de jaren der nijpende „versobering"
achterwege moesten blijven.
In den wir-war van cijfers, zoo schrijft de
„Volkskrant", die de Millioenennota van
minister De Geer over ons uitstrooit,
is althans duidelijk, dat de begrooting voor
1929 een geraamd overschot heeft van
even acht millioen.
Een overschot, dat op hetzelfde oogen-
blik weer wordt weggewerkt.
Aan twee posten.
Een hooger (onbekend) bedrag voor de
Zuiderzeewerken, en een (eveneens onbe.
kend) bedrag tot „herziening" der ambte
naarssalarissen.
De „herziening" der ambtenaarssalaris
sen is nu al jaren aan de orde, om een
geijkt beeld te gebruiken.
En ze zal aan de orde blijven tot ze in
be^-tuigenden zin is opgelost, middeler
wijl het ambtelijk leven, en meer, vergifti
gend.
Het moet van onze regeerders kortzichtig
worden genoemd, minder misschien dat zij
deze „kwestie" in de wereld hebben ge
schopt, dan dat ze die niet uit de wereld,
hebben geholpen zoodra de toestand der fi
nanciën dit veroorloofde.
Thans vernemen we, dat 1925 een over
schot van 44. 1926 van 68, 1927 van 52 mil
lioen heeft opgeleverd, een feit, waarvan
ministers van Financiën allicht iets eer-