ONZE VROUWENRUBRIEK m ff ■■■■■■■■■■■■■■a aa r ■■■■■■■■■■■■■a r. Ij -„V:.*$£»•-'; StJ DERDE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT BLADZIJDE 2 ALS DE LAATSTE ROZEN ZIJN ONTBLADERD MODE OVERZICHT VOOR DEN WINTER DUISTERE GEHEIMEN RECEPTEN. KIND, MOEDER EN DOKTER HOE MOET IK HET DOEN PATROONTJES »HM .v ft ■••■■■2SSS555S55S; ••■*R,*B'i"S!555S2S2S aa -.1 Overname nit deze rubriek zonder schriftelijke toestemming verboden. DE SYMBOLIEK VAN DEN ROZENKRANS Mij spreekt de bloem een tale, Mij is het kruid beleefd, Mij groet het altemale, Wat God geschapen heeft. (Guido Gezelle) Nu de ruwe najaars-stormen straks de laatste rozen In onze aardsche tuinen zul len ontbladeren en niets meer achterlaten dan kale dorre struiken, nu vlechten Ma ria's kinderen haar overal de schoonste kransen van geestelijke hemel-rozen. Want October is de rozenmaand van Maria! Voorname Grieken en Romeinen gaven by testament als laatsten wil te kennen, dat men na him dood groote tuinen zou aanleggen, waarin niets dan rozen geplant mochten worden, om daarmee ieder jaar op hun sterfdag de z.g. „rosalia" of „rozen feesten" te vieren. Op zulk een dag: „dies rosationis" of „dag der rozen-bekransing", kwamen vrienden en erfgenamen van den gestorvene te zamen, om zich op zijn graf met frissche rozen te bekransen en er te zijner eere een juichend rozenfeest te vieren. Als de heidenen de nagedaohtenis van hun afgestorvenen met „rozen-kransen" vierden, waarom zouden wij. Christenen, dan niet de gedachtenis van onze verheer lijkte Moeder vieren met 'n rozen-maand? Sieren wij haar beeltenis met geurige rozen uit aardschen tuin, haar zelf past 'n krans van geestelijke rozen, saam-ge vlochten uit de geheimen en herinnerin gen van haar grooten Zoon Jezus. De rozenkrans dankt haar ontstaan aan de kluizenaars in de woestijn, die eerst met gladde steentjes, later aan een koord met knoopen, of korrels, de Onze Vaders en daarna ook de Wees-Gegrceten telden. Zoo verhaalt Sozomen, dat Abt Paulus, in de woestijn van Pherme, driehonderd- maal het Onze Vader bad, en telkens een van de 300 steentjes wegwierp, die hij eerst in zijn schoot had gelegd (Hist. Eccl. VI—29). Eerst in de eerste helft van de- vijftiende eeuw werd de rozenkrans in gevoerd, zooals we dien thans bezitten en sindsdien is de rozenkrans een dierbaar kleinood in aller hand, vooral toen men alom aan het rozenkransgebed de over winning toeschreef van de ketterij der Abbigenzen en de nederlaag der Turken in den slag bij Lepanio door den dapperen Don Juan, den 6en October 1571. Dat was de triumf van den rozenkrans tevens; sindsdien wordt de rozenkrans het gelief koosde gebed der christenen. Vorsten en rljksgrooten baden iederen dag den rozen krans; beroemde veldheeren, als Andreas Hofer, baden hun rozenkrans aan de spits van hun troepen. De beroemde Engelsche staatsman, Daniel O'Connel, de bevrijder van Ierland, was gewoon zijn rozenhoedje te bidden in 'n hoekje van het Parlement, als zijn tegenstanders elkander ncodeloos bestreden. Van den grooten musicus, Josef Haydn, wordt verhaald, dat hij z'n wereldberoem de meesterstuk „die Schöpfung" compo neerde al biddend aan z'n rozenkrans. „Als ik met m'n rozenkrans op en neer loop in mijn kamer." zegt'hij, „komen mij to nen en gedachten als vanzelf toegevlo gen, zoodat 'k nauwelijks tijd heb ze vluchtig neer te schrijven." Frederik Oza- nam, de gevierde professor aan de Parij- sche Hoogeschool, de Sourbonne, de later zoo beroemde stichter van de St. Vincen- tius-vereeniging, werd, toen hij nog, stu dent in de rechten was, door hevige ge loofstwijfels overvallen, die hij meestal uitvocht voor het tabernakel van een of andere kerk. Zoo werd op zekeren dag zijn aandacht eens geboeid door 'n gebogen grijsaard, die in een hoek van de verlaten kerk rustig en eerbiedig z'n rozenkrans bad. Wie beschrijft de verbazing van den Jongen advocaat, toen hij in dien gebogen grijsaard den grooten natuurkundige, Am père, herkende, den meest gevierden ge leerde van zijn tijd, den genialen ontdek ker! Diep getroffen, knielt hij neer achter den simpelen grijsaard enbidti 't Is de totale overwinning van zijn geloof! Van dat oogenblik af zal Fred. Ozanam als lichtbaak staan in de brandende woeling der tijden en anderen twijfelaars wijzende haven des lichts! De triumf van den ro zenkrans! De rozenkrans heeft een diepen, symbo- lischen zin. Onder al de bloemen is er geen, waar de dichterlijke volksverbeelding zooveel in heeft samengedroomd als de roos. Volgens een oude legende bloeiden er in 't aardsch paradijs witte rozen zonder doornen, de lievelingsbloemen van Adam en Eva, die na hun droeven val daarvan een tak afplukten om ze over te planten in den door God gevloekten grond. Doch de rozen wilden daar niet bloeien en werden door doornen overwoekerd. Zulk een verwilderde, doornige rozenstruik stond ook op den Calvarieberg onder 't kruis van Jezus. Maar zie, toen de bloed druppels uit Jezus' open wonden vielen in het dorre hart der witte rozen, bloei den ze plotseling open tot wonder-schoone diepe, donkerroode kelken. Zoo kreeg de door de erfzonde kwijnende, en welkende witte roos der onschuld een nieuw levens beginsel door het Bloed van den Verlosser, maar haar kleur zou voortaan zijn de kleur van den Gekruiste, ten teeken, dat de natuurlijke deugd in de bovennatuur lijke veranderd was. De christelijke oudheid heeft de roos al tijd beschouwd als 'n symbool van Maria, die dan ook in haar Litanie wordt aan geroepen als de „Ros a Mystica" of de Mys tieke Roos. Het „krans"-symbool is al even oud als het bloem-symbool. De oudste geschied- boeken verhalen ons, hoe ten allen tijde en bij alle volkeren er kransen werden gevlochten van laurier-, klimop- of eiken bladeren, die pas later plaats maakten voor kronen van goud of zilver. De krans was een teeken: Van overwinning in kamp of spel; in de Olympische spelen droegen de overwinnaars 'n krans van laurier-blade ren; de zeeheld hing na de overwinning zulk een krans hoog in den mast van het admiraalschip; de veldheer boven de poort van de veroverde stad. Daarom symboliseert de rozenkrans de overwinning van die „Vrouwe", die met haar voet den kop verpletterde van de heische slang. Van eer en aanzien; daarom droegen de vorsten eerst 'n krans de Caesars van Rome later 'n kroon, en vlochten de spottende soldaten 'n krans van doornen om het hoofd van den ge- martelden Christus, die zoo plechtig had verklaard voor den rechterstoel van Pontlus: Rex sum Ego, Koning ben ik. Welnu, is Maria niet de „Filia Regis", de „Koningsdochter" bij uitnemendheid? Is het niet passend, dat wij haar met rozen kransen? Verder symboliseert de rozenkrans treffend juist het leven van den Christus. Het snoer, dat de koralen samenhoudt, gaat uit van het kruis en keert weer terug tot het kruis. Een beeld van ieder men- schenleyen, dat begint met 't kruis, dat bij 't doopsel met gewijde zalving op 't voorhoofd wordt geteekend, en eindigt met 't kruis, dat men op ons doodsbed in de verstijfde vingeren drukt en plant op ons graf. En zijn de blijde, droevige en glorie voile geheimen, waarlangs we Jezus vol gen van Betlehem tot Golgotha en van Golgotha naar het verheerlijkt graf in Josefs tuin, niet een treffend zinnebeeld van de drie wegen, waarlangs ieder men- schenleven optrekt naar 't laatste, ééni- ge doel, de poorten der eeuwigheid, n.l. de zorgelooze blijdschap der jeugd, den feilen strijd van den man en de eeuwige verheerlijking van den in Christus ge storvene? Laten wij, in deze rozen-maand, uit de geheimen van Jezus en Maria, een krans van schoone rozen vlechten ter eere van die Rosa Mystica, de Mystieke Roos. GOES. Waren vorige seizoens de pastel-tinten zeer gewild, thans zien wij meer warme, frissche kleuren zooals rood, blauw, groen e. a. Rood zien we zeer veel en in verscha lende nuances. De winter-collectie toont ons een ware weelde van velours en bro- caat in de fraaiste uitvoeringen. Celanese, de zijden stof, speciaal voor Japonnen, zien we ook meer toegepast. Celanese is een uitstekend waschbare zijde stof, en is door haar soepelheid en fijnen glans uitstekend geschikt voor japonnen met klokken en volants. Handschoenen, schoenen en taschjes in één kleur leder uitgevoerd, zijn en vogue. Een Londensch modehuis gaat nog ver der en lanceert het volgende: Hoedje met bijpassende handschoenen, tasch en hakjes Ier schoenen, alles in mooi rood lider; iets wat wel heel opvallend, doch volstrekt niet leelijk kan genoemd wor den, als we b.v. bij deze heel roode uit monstering een beige of grijs tailor- made of raglan-mantel denken. Een mantel of japon, van zware stof gemaakt, behoudt meer de rechte lijn, terwijl zich in soepele stoffen veel wijd- staande volants vertoonen. Vooral voor avondjaponnen zien we meermalen de taille hooger, een zeer C. VIS, Rector. nauwsluitend lijfje met wijdstaanden rok vanaf de heupen. Bont speelt dit seizoen wel de grootste rol. Men ziet zooveel bont en bontsoorten, zoowel echte als prachtig geïmiteerde soorten. De groote rondloopende, opstaande kraag, waar Je zoo heelemaal in weg duikt, zien we op bont- en stoffenmantels. De kragen der bontmantels zijn bijna alle in een andere bontsoort uitgevoerd dan de mantel zelf. Onder de vele soorten met de meest bijzondere namen, zien we rood en oeige vossen, eekhoorn, eulen en het gladde gazellebont. Lamsvel wordt veel verwerkt in een grijze en beige bontsoort Langharig bont voor kragen zien we veel in lichtbeige, rose beige en abriko- zentint. Korte shawls van kasha en viyella In frissche ruiten worden gedragen. Als laatste nouveauté zagen we siera den van rood en groen metaal door elkaar gewerkt met sluiting van groote kristal- of natuursteen. Sieraden van ivoor en barnsteen zijn weer heel nieuw, terwijl bracelets en halsbanden, met groote natuursteenen bezet, parels, afgewisseld door simili- diamant, nog zeer gewild zijn. DINA 1»*i. anemoon-. 4466. Mantel van fluweel of pluche. Kraag en manchetten van bont. Het model heeft geen sluiting, maar wordt met de hand vastgehouden. Heeft men echter liever een knoop en lus, dan is deze vlug aangezet. 4482. Rechte mantel van Engelsche diagonale stof. De punt der zakken is omgeslagen en met een knoop vastgemaakt. De ceintuur aan rugkant wordt tus- schengezet. Kraag en manchetten van langharig bont. 4361. Costume-tailleur van fijne Engel sche stof. Het model is zeer aangesloten; de rok heeft op zij gestikte plooien. De mantel wordt met drie kncopen ge sloten. Kraagje en manchetten van langharig bent. ANEMOON. Om het kind maar ineens bij den naam te noemen: ik wil het vandaag hebben over de liefhebberij van vele da mes van middelbaren leeftijd, om hun weinige of talrijke grijzende haren zelf de oorspronkelijke kleur terug te geven of door anderen te doen geven. Kortom, over het verven van verkleurd of grijs haar. Eerste duister geheim: zelfs de huis- genooten mogen er gewoonlijk niets van weten, en het proces wordt met al de geheimzinnigheid van een heksenkeuken ergens in een verborgen hoekje voltrok ken, als er niemand thuis is. Het is volstrekt niet mijn bedoeling, een en ander belachelijk te maken. Ik ken hoogst respectabele en oer-solide da mes met grijzend haar, die behept zijn met dat zwakje: dat liever niet te wil len weten, en die zich alle denkbare moeite getroosten om zulke haren weg te werken. Het is tenslotte heelemaal geen schande, niet graag grijs te willen zijn en het haar bij te kleuren; ieder moet maar voor zichzelf beslissen of ze er al dan niet toe wil overgaan. Ik wil 't dus evenmin afraden als u er toe aanmoedigen. Ik wil 't alleen maar eens hebben over die andere duistere ge heimen die er nog aan haarverven ver bonden zijn, namelijk de samenstelling van het praeparaat, dat we er voor ge bruiken. Het is een feit, dat de meeste haar kleurmiddelen, willen ze tenminste doel matig zijn, ingrediënten bevaten, die min of meer gevaarlijk zijn, vooral als men er niet op de juiste manier mee omgaat. Dat is niet te wijten aan onbetrouwbaarheid van den fabrikant, maar 't is eenvoudig onvermijdelijk. Geen fabrikant van naam zal opzettelijk een praeparaat samenstel len, dat schadelijk is, en wanneer hij zich gedwongen ziet, wil het middel aan zijn doel beantwoorden, er een ingrediënt aan toe te voegen dat onder gegeven omstan digheden schadelijk kan zijn, zal hij u altijd de noodige aanwijzingen geven, die, indien ze nauwgezet worden opgevolgd, dit kunnen voorkomen. Daarom moet u slechts een bekend, goed merk haarkleursel koopen en nooit haarverfjes of haarverfkammen gebrui ken, waarvan de herkomst niet nauwkeu rig valt na te gaan. Wanneer u zich bij den kapper laat behandelen, overtuig u dan terdege, welk merk hij gebruikt. Schadelijke bestanddeelen, die veel in haarverven voorkomen, zijn: loodzouten, vaak gecombineerd met zwavel, die ver giftig zijn wanneer ze door de huid wor den opgenomen, zilvemitraat, kopemi- traat en vooral pyragallol, een uiterst vergiftig goedje van plantaardlgen oor sprong. Zoo ziet u, dat zielfs wanneer het etiket vermeldt dat er geenerlei vergif tige mineralen gebruikt zijn, en dat deze speciale verf is samengesteld uit zuiver plantaardige bestanddeelen, men goed doet zich wijselijk te herinneren, dat de meest doodelijke vergiften, die ooit bekend zijn geweest, uit het plantenrijk stamden. De aanwezigheid! van vele van die schadelijke ingrediënten is voor den leek niet vast te stellen, alleen zilvemitraat kunnen we gemakkelijk ontmaskeren. De haarverven, die dit gevaarlijk goedje.dat, wanneer 't in aanraking komt met de hoofdhuid, einö'elooze misères kan veroor zaken, bevatten, worden gewoonlijk in donkere fl'esschen ter markt gebracht. De vloeistof is helder als water, maar wordt donker wanneer ze op het haar gebracht is en daarna twan het daglicht wordt blootgesteld. Door een paar druppels van een verdachte haarverf op een wit lapje te sprenkelen en na te gaan of de vlek, eerst wit als een watervlek, geleidelijk donkerder wordt, tot ze ten slotte zwart is kunt u zich overtuigen of ze inderdaad 't schadelijke zilvemitraat als hoofdbestand deel heeft. Besluit u dan toch, deze verf te gebruiken, volg dan met de grootste nauwgezetheid de gegeven aanwijzingen. Overdreven angst voor erkend-goede haarverf behoeft u werkelijk niet te hebben. Gevaar voor onaangename ge volgen is daarbij werkelijk uitgesloten, maar de voorzichtigheid bij 't omgaan er mee mag geen oogenblik verslappen. De volgende maal eenige wenken voor wie het haar zelf thuis wenschen te ver ven. EVA. GEKOOKTE ROODE POON MET HOLL4NDSCHE SAUS Roode poon is eind Augustus, Septem ber tot half October vrij overvloedig. Ge kookt is ze zeer smakelijk en voedzaam. Maak de visch op de bekende wijze schoon en kook haar in ruim kokend wa ter met veel zout gaar, zooals schelvisch ook gekookt wordt. Voor de saus: 3 a 4 eierdooiers 200 gram gesmolten boter 1 y, d.L. bouillon zout - peper citroensap Bereiding: Roer de eierdooiers flink met wat zout en peper. Voeg de gesmolten boter toe, de bouillon en laat de saus au bain Marie d.i. in een pan met kokend water, roe rende dik worden. Maak de saus op smaak af met een paar druppeltjes ci troensap, zoo noodig nog zout en wat pe per. ZOETZUUR VAN MELOENSCHIL I K.G. meloenschil op 1 K.G. van een onrijpen, heelen meloen 3 d.L. inmaakzijn 300 gram suiker 10 gram pijpkaneel 10 gram kruidnagelen Bereiding: Snijd den meloen in stukken. Schep met een zilveren lepel het eetbare, rijpe gedeelte uit den meloen, hetgeen voor zoetzuur niet gebruikt kan worden. Ver wijder van het overblijvende deel de bui tenste schil. Wasch, zoo noodig, de stuk ken. Snijd ze in blokjes en weeg deze. Breng den azijn met de kruiden aan de kook en los hierin de suiker op. Laat hierin de blokjes meloen koken, tot ze eenigszins glazig zijn geworden. Doe ze in de goed schoongemaakte potten of flesschen. Laat den azijn nog even Inkoken tot een dunne stroop en giet het vocht over de meloenschil. Sluit de flesch of pot af met vochtig perkamentpapier. Plak er een etiquette op met naam en datum. SCHOTEL VAN GEKOOKTE LEVER, RIJST EN TOMATEN 3 ons lever (kalfslever) 250 gram rijst l'A pond tomaten stukje boter paar stukjes peterselie een paar peperkorrels stukje foelie laurierblaadje stukje ui Bereiding: Wasch de lever, zet ze op met koud wa ter, breng dit aan de kook en giet het af; zet het opnieuw op met ruim koud water, wat zout en de kruiden en kook haar gaar in pl.m. uur. Wasch de rijst, zet ze op met yt L. bouillon van de lever en kook ze gaar. Wasch de tomaten, snijd ze in vieren en smoor ze gaar met een stukje boter. Wrijf ze vervolgens door een zeef van paarde- haar. Doe de tomaten bij de gaargekookte rijst, eveneens de in dobbelsteentjes ge sneden lever. Voeg zoo noodig nog zout toe. Doe de massa in een vuurvasten schotel, strooi er paneermeel over, leg hier eh daar een kluitje boter en laat er in den oven een lichtbruin korstje op komen. CATHARINA. Nooit zijn kinderen tegenover vreem den zóó schuw en wantrouwend als juist, wanneer ze ziek zijn. En dat is eigenlijk geen wonder: het is heel natuurlijk, dat het ongewone van den toestand hun, on danks al hun kinderlijke onbezorgdheid, zelfs voor de naaste toekomst, een soort van onbestemde vrees inboezemt. Pijn en engemak, waaraan en dat is nog het vreemdste en meest verontrustende van alles zelfs moeder, die anders overal raad voor weet, niets kan doen, moeten echter juist door zoo'n vreemde, door den dokter verholpen worden en voor een goeden gang van zaken is 't noodzake lijk, dat die dokter niet te kampen heeft met ovedreven en onberedeneerden angst, of erger zelfs, onwilligheid en onhandel baarheid van de zijde van den kleinen patiënt. En voor een goed deel heeft moeder een en ander in de hand. De oude huisdokter van vroeger dagen kwam dikwijls als huisvriend en kinder vriend aan huis en had dan met de kin deren, die hem in gezonde dagen als een sympathieken „oom" verwelkomden, in tijd van ziekte al heel weinig te stellen. Maar in het tegenwoordige jachtiger leven is deze, zoowel voor den arts als voor het kind ideale toestand veel zeld zamer geworden. En als nu zoo'n wild vreemde dokter aan het bed van den jeugdigen patiënt verschijnt, komt er altijd dezelfde verwonderde, wantrouwen de uitdrukking op het kindergezicht. Het is duidelijk te zien, hoe moeilijk het voor den peuter is, zich in zijn ziekte aan dien volslagen vreemde te wennen, zelfs wan neer hem van die zijde nog niets onaan genaams wedervaren is. Hoe eenvoudiger en natuurlijker kin deren zijn opgevoed, hoe aardiger ze met vreemden hebben leeren omgaan, des te gemakkelijker zijn ze te winnen. Het aanknoopingspunt is bijna altijd de kin derlijke nieuwsgierigheid. Alles moet eerst nauwkeurig bekeken en onderzocht wor den: de stethoscoop vertoont overeen komst met een telefoon-hoorn of luid spreker het onderzoek wordt daardoor een soort spelletje. Ook de ronde spiegel of een blanke nikkelen doos zijn buiten gewoon interessant. Er hangt natuurlijk veel van af, of de dokter zelf er slag van heeft, prettig en tactisch met zijn kleine patiënten om te gaan, maar ook de moe der kan hier verbazend veel bereiken ofverknoeien. Sommige moeders kunnen zóó grenze loos dom doen, dat iemand die het aan moet hooren, de haren te berge rijzen. Als Keesje niet stil en zoet onder de dekens blijft of gewillig zijn drankje in slikt, zal de dokter komen en hem dit- en-dat en nog veel meer doen; de kastij dingen, waarmee gedreigd wordt, variee- ren tusschen net afzetten van armen of beenen en het gewelddadig „er uit ha len" van weerspannige tongen. De dok ter mag in zijn afwezigheid niet geëxploi teerd worden als 'n soort boeman, maar moet aan 't kind worden voorgesteld als een goede, beste vriend, die 't erg goed met hem meent en 't zelf heelemaal niet prettig vindt, hem pijn te doen. Vooral bij nerveuze kinderen kan de angst voor dokters, hun instrumenten en verrichtingen, soms stijgen tot een ware marteling. We moeten bij hen dus met de grootste voorzichtigheid en zoo kaimee- rend mogelijk te werk gaan. Hoe rustiger en vertrouwelijker het doktersbezoek wordt afgewacht, des te beter is het vcor het zieke kind. Het behoeft werkelijk geen betoog, dat angstige opwinding, ge paard met allerlei overdreven schrikbeel den, soms lange uren van te voren door leefd, niet behaald een gunstige uitwer king heeft op het gestel, of de genezing bevordert. Nooit mag in 't bijzijn van kinderen over de onaangenaamheden van een medisch onderzoek of behandeling gesproken worden, ook niet in gezonder dagen. Het kind voelt de onrust en angst veel sterker mee, dan we kunnen vermoe den en onthoudt een onvoorzichtig woord soms merkwaardig lang, om het zich in tijd van eigen ziekte in den vorm van een angstvoorstelling weer duidelijk te gaan herinneren. Het is ook dom, om van te voren maar van alle behandelingen te beweren, dat „het heelemaal geen pijn doet". Dit kan net even verkeerd werken als het noode- loos bang maken. Het kind raakt meer dan ooit van streek, wanneer 't, vertrou wend op die uitspraak, zich vergenoegd en argeloos aan de bewerking hébft on derworpen en dan bedrogen uitkomt, 't Voelt zich dan dubbel verongelijkt en zijn kinderlijk vertrouwen in de betrouw baarheid der groote menschen krijgt er een geweldigen schok door. Het weet zelf drommels goed, wat pijn doet en wat niet en heeft op dat gebied een bij zonder goed geheugen. Ook de dokter is met zulk vroom be drog niet gebaat, want naderhand valt t hem moeilijker dan ooit, het verloren vertrouwen en de verspeelde gunst weer te herwinnen. De blik van het kind, waarin afkeer en wantrouwen zóó aan doenlijk duidelijk te lezen staan, laat hem geen oogenblik meer los. Zoolang hij in de ziekenkamer is, volgt t waaksch elke verdachte beweging, elk ter hand nemen van verraderlijk glimmende voorwerpen. Soms kan hij nog wel een blij, opgelucht glimlachje nagezonden krijgen bij zijn vertrek, maar zijn eerste wederverschij- nen na zoo'n strategischen flater van de al te ijverige moeder zal een ware paniek teweeg brengen. Weinig moeders verstaan ook de kunst, hun kinderen het mond-opendoen, tong- laten-zien en het rustig verdragen van een lepelsteel achter op de tong bij te brengen. Men kan 't met wat zorg en tact zoo gemakkelijk hebben en het kind opwinding over een ongewoon of mis schien zelfs gewelddadig onderzoek be sparen. Ook aan het beluisteren en be kloppen der longen kan de moeder haar kind spelenderwijs gewennen. Zelfs het wat moeilijke „diepe zuchten" kan als locomotief-spelen en stoom-uitblazen met de kleintjes geoefend worden. Zoowel voor 't kind als voor den dokter wordt het onderzoek dan een waar genoegen. De herinnering aan een pijnlijke ziekte blijft nog een tijdlang met de voorstelling van den dokter en alles wat bij hem hoort, verbonden. Een witte jas, een ron de spiegel, een groote lepel of 't een of andere spitse, blinkende voorwerp kun nen bij 't zenuwachtige kind altijd weer onrust verwekken. Daaraan moet de moeder denken en alles vermijden wat aan ziekte en pijn herinnert Ze moet echter vóór alles het kind ertoe brengen, zich bewust te verheugen over de her wonnen gezondheid. Dan overwint het de droeve ervaringen der ziekte gemakkelijk en behoudt een innerlijke winst uit den droeven tijd: het eerste besef van de grenzen van menschelijke liefde en zorg. En het heeft den eersten stap gezet op den weg naar de grootere gemeenschap: het begrijpen en erkennen van vreemd gezag. MACHTKT.n. Op verzoek van een abonné beant woord ik hier eenige vragen omtrent de juiste manier van reinigen door som mige kleedingstukken. Een smoezelig geworden lichtgrijs vilthoedje wordt het best gereinigd met oud brood. Het brood moet juist oud genoeg zijn, om niet meer klef aan te voelen, maar mag niet hard en scherp zijn. 't Gemakkelijkst te hanteeren is een kapje waarvan de korst rondom wat wordt weggesneden; hiermee kan men stevig wrijven. Men vernieuwt het brood telkens als het zwart geworden is. Voorts kan men den hoed borstelen met wit magnesia-poeder, dat daarna met een schoonen borstel heel grondig er uit geschuierd moet worden. Ook kan men het oude brood, dat men gebruikt, nog bevochtigen met eenige druppels ammo niak of zuivere alcohol, maar niet zóó veel, dat het er nat van wordt. Helpt dit alles niet, dan kan men het nog eens probeeren met een wollen lapje met een ietsje benzine, die heel vlug droog- gewreven moet worden. Volgt het wasschen van een witte crêpe blouse. Ik weet niet, welke soort crêpe bedoeld wordt, crêpe de chine, crêpe maroccain of iets anders, maar alle fijne stoffen kunnen zonder bezwaar gewasschen worden in galzeep of iux. Om te voorkomen, dat ze krimpt, moet ze bijna koud gewasschen worden en zeer vlug. Het geelworden ligt dikwijls aan de kwaliteit, maar dikwijls kan het voor komen worden door een scheutje water- stof-peroxyde toe te voegen aan het sop. Onthoud u dit ook eens voor het was schen van wit wollen goed. Een teergroen japonnetje van ripstof kan het best met houtzeep gewasschen worden. Lauw water gebruiken en daar aan een scheutje azijn toevoegen. Een afdoend midde om krimpen tegen te gaan, bestaat er helaas niet. Het eenige wat er te doen valt, is het ge bruik van heet water te vermijden en het goed liggend te drogen op ruige handdoeken. Vóór het daarop uitgestrekt wordt, wordt het in den juisten vorm gerekt, eerst in de breedte, daarna in de lengte, waarna het nog even wordt uit geklopt of geslagen om de ongelijke punten van het rekken te doen verdwij nen. Nooit in de zon of in een verwarmd vertrek drogen. VETERAAN. aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaM ■aawaaawaaaaaanaaaaa ■■UIINIIIHIIIII HllllllltlMIMII!! a aaaaaaaa.-. - BBBBBaaa.PB aaaaaaaaa- aapaa'„aa-aaa-aa, aaaaa BannoBBaa a -mm c «BB.:. aaaaaaaaa n - IHIHIIl ••«•■■■■■■■■■■■aaa* u ,s aiaaaiaaaaBaaiaaaiaa - ■■a aaa. aaieeeaaia aaa aaaa ■a a aaaaaaaaa .aaaaaaaaa a aaa mmmmmm a a:>.'."... a.Ba a a a a enaa a a *mh ..a m: a a... - .aaa a a a aaa 1 A _aaa K .a aaaa aaaa aaaaaaa aaaaaaa - .a, bum v aaaaaaaaaaaaaa aaaaaaaaavaaaaaaaaai a aaaaa aaaaa _ai«»a iaaaa. - a; aa aaaa anna aiiaaa iaai n ,r a aaa aaa .aaaa'aaaa aaa .aaa a aaaa aaaa' aaa aaa aaaa aaa* aaaaaaaaaa a .aaa aaa„a^. -aaaBaaaaai aiiaaaaaaaiB aaa aaa ear ai^1 iia«*«ai*»n ■aiaaiaaaaaaaaaaai aa aa aaainaiaaaeaaaiaai aBaaaaaaaaaiaaaaaaa.a a aaaaaBBaaaaeaaaaaaaa aaaaaaaaaaaaaaaaaaaaa a a aaaaaaaaaaaa aaaa a a afiia aaaaaaaaaaa «M B a aaa 'V aiaaaiiBBB aa -aa aaaaaaaaaa aaaaaaaaaa aa ia aaaaaaaaae aaaaaaaaaaa aa aa aa -■ aa- aaaaaaaaaaa aaaaaaaaaaa aaa a .a aaa •laaaiiaaaii aiaaaaaaiaiBBBBiai» a a BBilBiiiiBaBBiaiaai aaaaaaaaaaavaaaaaaa a a aaaiacaiaaaBBeaiaia aiaaaaaiiaiaaiiaaia a - .a aaaBaaaaaaBaaaaaaaa aaaiaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaiBaaaaaaBBi aaaa aaaaa aaaaaaaaaaa •■•iiiiitaaiimaaii aaaaaaBBBBaaaaaBpaaaa- -.y aaaaaaaiaiaaaaaBBBaai ataaeaaaaaaiaaaiiaaaaa aaaaaaaaaaiaaaaaaaaaaa Fig. I, kan zoowel met den platten steek als met den kruissteek gewerkt worden. Fig. 2, doorloopend randje, kruissteek. Beide teekeningen laten duidelijk zien, indien we op gaas of grof linnen werken, over hoeveel ruitjes we werken moeten. De patroontjes zijn voor kleedjes, kus sens, jurkjes enz. te gebruiken en zouden sPtfTs* heel aardig staan op den waschzak, ge werkt met rood en groen (zie fig. 3). Hei, model van den waschzak is een voudig recht. Om het schuifkoortje door te rijgen, naaien we een reepje stof of een bandje tegen. Als materiaal gebruiken we voor den zak meestal linnen of jute. O. L.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 10