Bilseótfcrejkwtfaa
zij n waarddccs!
*fl25.~
Wat anderen over het Kelloggpact zeggen
ODOL
Telegraphisch Weerbericht
WOENSDAG 10 OCTOBER 1928
BUREAUX: NASSAULAAN 4$
1
DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN
TWEE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 16982
AANGIFTE /MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL
VIER EN TWINTIG UREN NA
Een nieuw gebouw
voor de Haarlemsche
R. K. Leeszaal
Eigen gebouw aan de
Nieuwe Gracht
De wettelijke regeling
der werkloosheids
verzekering
Het advies van denHoogen
Raad van Arbeid
Door de lucht naar
Indië
De H.-NAFD te Karachi
Een belangrijk kruisgesprek
Nederland-Indië
De aankoop van
grond te Bloemendaal
tot stichting van een
raadhuis
Beroep tegen het raadsbesluit
Voornaamste Nieuws
R. K. lagere tuinbouwschool
van den L. T. B. te Poeldijk
De bioscoopkwestie te
Sittard
Het Kamerlid J. B. v. Dijk
De moord te Zuid-
Lutte
Tegen den dader 10 jaar
gevangenisstraf geëischt
Een vreeselijk drama
te Sluis
Een Belgisch koopman schiet
een vrouw dood en
verwondt twee personen
De moordenaar gevlucht
J. J. WEBER ZOON
Groote Houtstraat 166 Haarlem
Szn. onaang^utme reuJc uit
den Miowct tnaaJht ze£fo den.
(khjtaatnïten menAch.. al id
zijn. Aut&rüjk, M
óymfiatkUti. ch
wt beroep zcvu>el aii
wv qezel&chajj, cnmogelqS:.
Ée*t f&tvtcc nt&nddpoefau}.
uxiarSorgt een friidbgeurenden,
adem*.
Het conflict in de aardewerk
industrie te Gouda
R.K. Limburgsche Midden
standsbond
Telefoon No. 13866 (drie lijnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: voor Haarlem en
Agentschappen: per week 25 ct.; per
kwartaal 1 3.25; per post, per kwartaal
f 3.58 bij vooruitbetaling.
NIEUWE
COURANT
ADVERTENT I EN 35 ct. p. pegel
VRAAG. EN AANBOD-ADVERTEN-
TIES, 1—4 regels 60 ct. p. plaatsing;
elke regel meer 15 ct., bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusscben den tekst 60 ct. per regeL ft
de verzekeringsvoorwaarüen f QflflH Levenslange geneeie ongesciülctneid tot werken door f7Cn dü een ongeval met fO. O bü verlies van een hand, f JOR bÜ verlies van een fRfl n br_euk van f h{[ ,verlies v' eea
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen: 1 OUUU.* verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; 1 3U.~doodelijken afloop; lZoU."een voet of een oog; llCtii." duim of wijsvinger; 1 CU. been of arm; 1 fU. anderen vmger.
Alle abonné's op dit blad zijn mgevoige de verzekeringsvoorwaarüen
:n fEfl
r; I 3U." been of
HET ONGEVAL.
De bekende schrijver Dr. Jos. Eberlé geeft
ln „Schonere Zukunft" zijn visie over boven
genoemd pact, welke wij interessant genoeg
achten om haar hier weer te geven, vooral
nu de Regeering blijkens de Troonrede zal
voorstellen, dat ons land dit pact mede zal
onderteekenen.
Veertien dagen achtereen zegt Dr.
Eberlé stonden alle kranten der wereld
vol berichten en artikelen over het te Parijs
door de verschillende groote mogendheden
onderteekende z.g. Kellogg-pact.
Op initiatief van den Amerikaanscher,
staatsman Kellogg werd besloten den oorlog
uit te bannen, uit te schakelen uit het inter
nationaal volkenverkeer ten gunste van de
scheidsgerechten. Daardoor schijnt de basis
gelegd te zijn voor een nieuwe vreedzame
wereld.
Intusschen: „die Botschaft hor1 ich wohl,
allein mir fehlt der Glaube". Reeds de bepa
lingen van het pact zelf moeten wantrou
wend maken. Nog wordt de oorlog gebillijkt
in geval van noodweer, elk volk heeft echter
het recht om zelf uit te maken of inderdaad
noodweer bestaat. Wat hebben we ten tijde
van den wereldoorlog geen verklaringen
over de noodweer beleefd; Italiaansche
noodweer, Amerikaansche noodweer, terwijl
het toch alleen maar ging om de uitbreiding
van nationale of economische belangen! Zal
het in de toekomst anders gaan? Zoo ja, dan
moesten de onderteekenaars van het Kel
logg-pact en vooral de initiatief-nemers,
hun vredesgeneigdheid in de eerste plaats
toonen door de huldiging in de practijk van
het „si vis pacem, para pacem", d.w.z. door
vóór alles hun groote oorlogswerktuigen af
te schaffen. In plaats daarvan zien wij in
Frankrijk, Engeland, Amerika en ook in de
kleinere staten steeds meer uitbreiding van
militaire toerustingen. Een nieuwe statistiek
vermeldt b.v. aangaande de strijdmachten:
Frankrijk 550.000 man vredes- en 5 6
millioen man oorlogssterkte;
Italië 150 a 330.000 man vredes- en 3.5
millioen man oorlogssterkte;
polen 270.000 man vredes- en 2 miBioen
man oorlogssterkte.
In Engeland en Amerika zijn de jaarlijk-
sche uitgaven voor leger, vloot en luchtvaart
eenvoudig verschrikkelijk. Nadat het Ger-
maansche militairisme. voor welks afschaf
fing naar men voorgeeft de wereld
oorlog begonnen werd, inderdaad afgeschaft
is,*) zou men meenen, dat er geen aanlei
ding meer bestond voor dergelijke oorlogs
toerustingen. Dat zü niettemin worden voort
gezet, toont hoe weinig waarachtig de wil
tot en het geloof in den vrede over de
wereld is. Hetzelfde leert de wil van de en-
tente-mogendheden om aan den vrede van
Parijs vast te houden, ofschoon deze, geba
seerd op de stelling dat Centraal-Europa
alleen schuldig stond, een algemeen bekende
leugen is (ook wij meenen, dat het verdrag
van Versailles hard, te hard was en dus
reeds lang in sommige opzichten herzien
had moeten worden, maar wel vragen wij
ons af, of in het tegenovergestelde geval
Duitschland zoo gemakkelijk in verzachting
zou hebben bewilligd. N. H. Crt.) Hebben
mogendheden, welke aan onrecht vasthou
den, het recht om zich als vredesapostelen
op te werpen? Wü meenen van niet. Wij
meenen dat de „Osservatore Romano", het
blad van het Vaticaan, gelijk heeft, wanneer
het schrijft: „De uit het vergoten bloed ge
boren vrede is geen rechtvaardige en duur
zame vrede, maar een vrede welke nog den
geest van den oorlog, waaruit hij ontstaan
is, in zich ronddraagt. Dat is ook de reden,
waarom de pogingen der staatslieden, om
den vrede tot stand te brengen, hoe nobel
zij ook mogen zijn geweest, tot dusver mis
lukt zijn. Dat is de reden, waarom tegen
verdragen als van den staatssecretaris Kel
logg nog vóór de onderteekening bezwaren
worden gemaakt. Dat is de reden, waarom
in Oost-Europa nog een vuur onder de asch
smeult, dat niet alleen voor de volken in die
omgeving gevaar oplevert."
Men zegt, dat het reeds vooruitgang betee-
kent, wanneer men zich in de hoogere regio
nen der wereldpolitiek genoopt ziet op zijn
minst schoone gebaren in de richting van
den vrede te maken. In werkelijkheid zijn
huichelachtige gebaren minder sympathiek
dan de krachttermen, welke aan Macchina-
velli doen denken en voor den oorlog door
Wilhelm H en in onze dagen door Mussolini
nu en dan op de wereld worden losgelaten.
Krachttermen scheppen althans een heldere
situatie. Huicheltermen brengen alleen mis
leiding. Verschillende onderteekenaren van
het Kellogg-pact mogen ernstig aan den
vrede denken, anderen zullen slechts met
een spotlach geteekend hebben. Amerika
nam het initiatief tot dit pact. Ziet men
nauwkeurig rondom zich, dan krijgt men
den indruk, dat dit geheele vredes-theater
slechts ten doel heeft de opmerkzaamheid
der volken af te wenden van den economi-
schen veroverings- en penetratie-oorlog,
welke Engeland en vooral Amerika in den
laatsten tijd tegen de geheele wereld voe
ren. Vooral de haute finance van de Veree-
nigde Staten beijvert zich tegenwoordig om
zich overal op het wereldrond neer te zetten;
in Canada, in Zuid-Amerika, in Japan, in
Indië, in Rusland, vooral ook in Europa
door aankoop van belangrijke mingebieden,
industrieele en handelsondernemingen, als1-
mede door het verleenen van credieten.
Beteekenden deze beleggingen maar eens
oprechte hulp op economisch gebied! Maar
zij beteekenen dikwijls uitbuiting, roofbouw
en verovering. Gelijk Amerika reeds tijdens
den wereldoorlog zijn economische positie
heeft benut om Europa in den grond te con-
curreeren, door de markten van Europa bui
ten dat werelddeel zonder een enkelen
degenstoot te venveren, gelijk het van den
anderen kant het Europeesch gebrek aan
goederen heeft uitgebuit door prijzen te dic-
teeren, welke, vergeleken met de tegenwoor
dige prijzen, een saldo van 10 milliard dol
lars opleverden, zoo is ook tegenwoordig
economische hulp van Amerika dikwijls
slechts een brutaal profijt trekken van den
zwakkere, die zich in gebrek bevindt. Wan
neer de Amerikaansche haute finance zelfs
tegenover den bondgenoot en compagnon
Engeland nu en dan zoo brutaal optreedt,
dat zij b.v. door de verhindering van be
paalde Engelsche monopolies in grondstoffen
aan Engeland alleen door de gedwongen
verlaging der rubberprijzen tengevolge der
actie van Hoover, een jaarlijksch verlies van
400 millioen Dollars bezorgt en dat zij ver
der met behulp van Sowjet Rusland de
Engelsche Shell-groep, welke de leiding had
op de wereld-petroleummarkt, tot conces
sies noopte dan kan men zich voorstel
len, hoe de Amerikaansche financiers den
economischen toestand misbruiken van die
volken, welke een nul beteekenen tegenover
de wereldmogendheid Engeland.
Slechts een enkele verwijzing. In den oor-
logs- en vooral in den inflatietijd werd door
vele Duitsche geldmannen zooveel verdiend,
dat zü van hun winsten vele malen in het
credietgebrek van Duitschland hadden kun
nen voorzien. Dit wordt afdoende bewezen
door het feit, dat vele in Amerika uitgegeven
fondsen door Duitsche concerns werden
gekocht. Wanneer desniettemin de kostbare
omweg langs de Amerikaansche crediet-
instellingen werd gekozen, dan toont dit van
den eenen kant de slaafsche onderworpen
heid van Duitsche financiers tegenover
Amerika, van den anderen kant echter ook
de sterke Amerikaansche winstzucht. Zoo
danige expansie op economisch gebied door
Noord-Amerika is niets anders dan oorlog:
oorlog, niet met kanonnen, tanks en gifgas
sen, maar oorlog met cheques. Wanneer deze
lieden vrede roepen, dan meenen zij niet
den vrede Christi, maar alleen den vrede
van verovering op zakelijk terrein. Daarmee
kunnen evenwel volken, welke zich van hun
waardigheid bewust zijn, zich niet accoord
verklaren. Niet van Kellogg verwachten wij
den vrede voor de wereld, maar alleen van de
realisatie der christelijke vredesgedachten,
welke aan de wereld steeds opnieuw worden
gepredikt door het Pausdom.
Maar van een leiding van den Paus in de
aangelegenheden des vredes wil helaas ook
de meerderheid van den Volkenbond niets
hooren. Dat is de droeve werkelijkheid!
Aldus dr. Eberlé; maar wij zouden hier
een groot vraagteeken willen plaatsen. Red.
De R.K. Leeszaal te Haarlem gaat met 1
Januari a.s. verhuizen.
Zooals men weet, was de hulsvesting in
de Jansstraat reeds lang voor de Leeszaal
onvoldoende. De uitbreiding, welke steeds
meer noodzakelijk werd, was onmogelijk; er
konden niet meer lokalen in gebruik worden
genomen, zoodat men steeds moest volstaan
met de benedenzalen, welke veel te klein
waren geworden. Als een bezwaar werd bo-
verdien gevoeld, dat men het gebouw niet in
eigendom had (het werd gehuurd van de
St. Elisabethsvereeniging)ook voor een
stichting als de Leeszaal is het beter heer
in eigen huis te zijn.
Ten slotte bracht de omgeving van de
Leeszaal in de Jansstraat niet de gewenschte
rustige atmospheer voor een leeszaal en bi
bliotheek.
Het is nu het bestuur gelukt verandering
in den toestand te brengen, welke alleszins
een verbetering is. Men heeft het perceel
Nieuwe Gracht 70 voor de bibliotheek aan-
gekocht. Na de noodige verbouwing en ver
beteringen zal dit huis een waardige huis-
vestig voor de leeszaal zijn.
Op de benedenverdieping denkt men
de courantenzaal, uitleenboekerij en een
kamer voor den directeur in te richten. Bo
ven zal een mooie, ruime en lichte lees- en
studiezaal worden gemaakt, over de geheele
breedte van het huis met vier ramen in het
front. Er is voorts voldoende ruimte voor
magazijn, archief, garderobe, enz.
Het bezit van dit huis van ruim 200 M2.
oppervlakte aan de rustige Nieuwe Gracht,
beteekent voor de R.K. Leeszaal een groote
vooruitgang.
Spoedig zal met de verbouwing en instal
latie worden begonnen, waarna men met
ingang van 1 Januari a.s. de nieuwe leeszaal
en bibliotheek in gebruik hoopt te nemen.
In den tuin achter het gebouw is een zaal
tje, zeer voordeelig verlicht door een groote
lantaarn in de zoldering en gelegen op het
Noorden, dat men als tentoonstellingszaal
denkt in te richten.
De Hooge Raad van Arbeid heeft in zijn
8 October gehouden vergadering zijn advies
vastgesteld omtrent de drie volgende, door
den miniser van Arbeid, Handel en Nijver
heid aan den Raad voorgelegde vragen, be
treffende de wettelijke regeling der werk
loosheidsverzekering.
I. Indien, naast verplichte premiebetaling
door alle werkgevers voor alle in hun dienst,
zijnde arbeiders, de vrijwilligheid inzake de
toetreding tot de werkloozenkassen der vak
organisaties gehandhaafd blijft, zullen de
werkgevers bijdragen ook voor arbeiders,
die niet tegen werkloosheid verzekerd zijn.
Is zoodanige regeling te aanvaarden?
II. Aan welke organen kan dat innen der
premiën van de werkgevers het doelmatigst
worden opgedragen?
III. Wordt langs dezen weg in voldoende
mate bereikt.dat het aantal verzekerden zich
belangrijk zal uitbreiden, welk doel met een
wettelijke regeling mede wordt nagestreefd?
In de eerste vraag wordt als vaststaande
aangenomen: a. een verplichting voor de
werkgevers om mede te betalen; b. voor alle
werkgevers; c. voor alle in hun dienst zijnde
arbeiders; e. de werkloozenkassen der vak
organisaties, draagster der verzekering.
De minister concludeert, dat, wanneer
alles als vaststaande wordt aangenomen, de
werkgevers zullen bijdragen, ook voor ar
beiders, die niet tegen werkloosheid verze
kerd zijn. Hij stelt de vraag of een zoo
danige regeling te aanvaarden is.
Bü de behandeling werd gestuit op de
vraag, welke beteekenis gehecht moet wor
den aan het zinsgedeelte (gegeven c): „voor
alle in hun dienst zünde arbeiders." Gelet
op de conclusie: „zullen de werkgevers bü-
dragen ook voor arbeiders, die niet tegen
werkloosheid verzekerd zijn," heeft de Raad
gemeend dezen term in de eerste plaats al
dus te moeten opvatten, dat de minister in
d'erdaad bedoeld heeft, dat elke werkgever
voor eiken, al of niet verzekerden, in zijn
dienst staanden arbeider een premie zal
moeten betalen.
Deze opvatting aanhoudende, heeft een
meerderheid gemeend, de vraag ontkennend
te moeten beantwoorden. Daarbij golden als
voornaamste overwegingen, dat het niet
aanvaardbaar is, dat werkgevers voor ar
beiders zouden betalen, terwijl die arbei
ders geen recht op uitkeerlng zouden heb
ben. Bovendien werden principieele bezwa
ren geopperd tegen een regeling, waarbtfrie
werkgevers verplicht zouden worden hun
bijdragen te storten, zü het middellük, in
de werkloozenkassen der vakorganisaties,
terwül laatstgenoemde, gegeven de tegen
woordige omstandigheden, strüdvereenigin-
gen zün, gericht tegen de werkgevers.
Een minderheid in den Raad, zich aan
sluitende aan de boven aangeduide alge-
meene opvatting van den term: „voor alle
in htm dienst zünde arbeiders", meent de
vraag bevestigend te moeten beantwoorden
en acht een zoodanige regeling dus wel aan
vaardbaar.
Omtrent de wüze waarop een dergelijke
regeling getroffen zou moeten worden be
stond geen volledige overeenstemming on
der de leden, die deze minderheid vormden.
In enkele trekken is aangegeven hoe een
dergelyke regeling er zou kunnen uitzien.
Een aantal leden van den Raad was van
oordeel, dat niet behoefde te worden vol
staan met de redactie der eerste vraag in
den bovenvermelden strikten zin op te vat
ten en strikt te beantwoorden, doch dat er
met behoud van de gegevens onder a, b en
d vermeld, nog een andere suppositie moge-
lük is, mits men het gegeven onder c ver
meld eenigszins anders opvat dan de Minis
ter blykbaar in zijn schrüven heeft gedaan.
Leest men „voor" in den zin van „over",
dan zouden de werkgevers evenveel kunnen
büdragen als de verzekerde arbeiders beta
len, maar dan zou de totale büdrage van
eiken werkgever berekend moeten worden
over (in verhouding tot) alle in zün dienst
zünde arbeiders.
Vat men de vraag aldus op, dan bleek er
een meerderheid in den Raad te vinden, die
de vraag bevestigend beantwoordde.
Sommigen dezer leden spraken als hun
meening uit, dat op grond van de bestaande
werkloozenkassen en met gebruikmaking
van andere bestaande organen (bedrüfsver-
eenigingen, rislcovereenigingen e.d.) het
mogelük is deze regeling, zü het niet voor
alle bedrüven, bedrijfswüze op te zetten en
van de werkgevers dus niet eene algemeene
premie te heffen, maar verschillende pre
mies, gevarieerd naar de risico, de loon-
hoogte, de uitkeeringsbedragen, de uitkee-
ringstermünen enz., geldend voor een be-
paald'.en) bedrijf(stak).
Tegenover laatstgenoemde meerderheid
stond een aantal andere leden, dat als zün
meening uitsprak, dat de door de meerder
heid gegeven, interpretatie van de eerste
vraag gewrongen is en niet in overeenstem
ming met de duidelüke bedoeling van den
Minister.
WU de Raad op eigen initiatief een advies
gaan uitbrengen over het vraagstuk der
werkloosheidsverzekering, dan moet hü dat,
naar het oordeel van deze leden, niet doen
incidenteel, naar aanleiding van deze vra
gen, doch dan dient de Raad zelfstandig een
onderzoek in te stellen naar de verschillen-
de problemen, die onderzocht moeten wor
den, alvorens men een bepaald stelsel van
verplichte werkloosheidsverzekering kan
aanbevelen.
Een aantal leden van den Raad heeit
zich van de beantwoording van de tweede
en de derde vraag onthouden, omdat deze
beantwoording naar hun meening overbo
dig was, waar het antwoord op de eerste
vraag in den door den Minister bedoelden
zin, ontkennend luidde.
De overige leden van den Raad hebben
op de tweede vraag geantwoordt, dat de
inning van de premiën der werkgevers het
doelmatigst kan worden opgedragen aan de
bestaande organen der sociale verzekering.
De derde vraag was bevestigend beantwoord.
Een Reuter-bericht uit Karachi dd. giste
ren meldt:
Het vierde Nederlandsche vliegtuig Is hier
om 2 uur 50 uit Bender-Abbass aangekomen.
In deze plaats zal Schott van de beman
ning der H.-NAFC die zich te Cawnpore
bevindt, bericht krijgen waarheen het hulp
materiaal moet worden gebracht en waar de
werktuigkundige Weigmann moet worden af
gezet.
De kwestie der ziektegevallen aan boord
van de Insulinde
Gisteren werden op het hoofdbestuur der
Posterüen en Telegrafie, onder leiding van
den directeur-generaal besprekingen gevoerd
over de voorgenomen herziening der Rüks.
telefoontarieven met de directeuren van de
gemeentelüke telefoonnetten te Amsterdam,
's-Gravenhage en Rotterdam en eenige
hoofdambtenaren van den telefoondienst bü
het hoofdbestuur.
Te ongeveer twee uur werd de vergade
ring onderbroken om de heeren ir. Boetje,
hoofd-ingenieur-directeur der Telegrafie en
hoofd-ingenieur der Telegrafie, dr. ir. Koo-
mans, die juist in Indië waren aangekomen,
even te verwelkomen door middel van een
vlot verloopend kruisgesprek in de studio
van het hoofdbestuur.
Even later onderhielden de heer en mevr.
Koomans zich eenigen rijd met hun te
's-Gravenhage vertoevende kinderen.
Te vier uur voorts waren in de studio aan
wezig de Leidsche professoren Flu, Kan en
Koolemans Beü'nen, benevens de heer Ruys.
directeur van den Rotterdamschn Lloyd, die
èen langdurig onderhoud hadden met de In
dische geneesheeren professor De Lange,
dr. Olivier, dr. Elshout en dr. Knapper, ter
wül in Indië mede aanwezig waren eenige
vertegenwoordigers van den Rotterdam-
schen Lloyd.
De gerezen kwesties betreffende de
ziektegevallen op de „Insulinde" werden
uitvoerig besproken, waarbü alle gerezen
misverstanden tusschen den Nederland-
schen en den Indischen Geneeskundigen
Dienst konden worden uit den weg geruimd.
Het zuiver wetenschappelijk gedeelte der
aangelegenheid zal verder in de medische
bladen worden behandeld.
De besprekingen, waarvan van weerszü-
den om beurten alle heeren deelnamen,
werden in den meest vriendschappelüken
geëst gevoerd.
De groote beteekenis van deze onvolpre
zen telefonische gemeenschap trad door
deze gedachtewisseling opnieuw ten duide-
lükste aan het licht.
Zooals men weet, besloot de vorige week
Donderdag de gemeenteraad van Bloemen
daal met 75 stemmen tot aankoop van 2
H. A. grond aan den Zeeweg met de be
doeling, daar het nieuwe raadhuis te stich
ten.
Naar wij thans vernemen, is een der te
genstemmers, de heer A. J. Prinsenberg, van
dit raadsbesluit in beroep gegaan bij Ged.
Staten.
Te Poeldük heeft gisteren de plechtige
Inzegening en opening plaats gehad van de
R.K. Lagere Tuinbouwschool, de eerste la
ger onderwüsinrichting op dit gebied van
den L. T. B.
Te half 10 droeg de zeereerw. heer G.
Buismandeken en pastoor van Poeldük,
een plechtige H. Mis in de kerk van Poel
dük op om Gods zegen over het onderwüs
ln de nieuwe school af te smeeken.
Na de H. Mis had de plechtige inzegening
van het nieuwe schoolgebouw plaats. Deze
plechtigheid werd eveneens verricht door
deken Buisman met assistentie van de ka
pelaans Boin en Theissen.
Onder de aanwezigen werden opgemerkt
de weleerwaarde heer rector J. P. J. Kok,
geestelü'k adviseur van den L.T.B. en voor
zitter der onderwüs-organisatie der L.T. B„
dr. K. H. M. van der Zanden, Rüksinspec-
teur van het landbouwonderwijs, rar. dr. L.
N. Deckers, voorzitter van den L. T. B., Ra
den Abdoerachman, resident van Meester
Comelis, de Tweede Kamerleden Ch. van
der Bilt, G. Bulten, A. J. Loerakker en
G. W. Kampschöer, de laatste voorzitter
van den Raad van Toezicht der school.
Na de plechtige inzegening voerde deken
Buisman het woord.
Vervolgens sprak de geestelük adviseur
rector Kok, voorzitter van de vereeniging
tot bevordering van het R.K. landbouwon-
derwüs van den L. T. B. Spr. wees er op,
dat binnen het jaar na de opening van de
landbouwwinterschool te Voorhout deze eer
ste R.K. lagere tuinbouwschool der L. T. B.
in het Centrum van het Westland wordt
geopend.
Deze school Is het tastbare bewüs van
wat door de organisatie kan bereikt wor
den. Zonder den L. T. B. was deze school
hier nooit voor den dag gekomen. Meer en
meer werd de noodzakelükheid gevoeld van
meer ontwikkeling op tuinbouwgebied. Maar
niet alleen ontwikkeling ook kracht en steun
voor de Katholieke tuinbouworganisatie zal
zal van deze school uitgaan.
Daarna opende mr. dr. Deckers met een
sympathieke rede de school.
Nadat nog verschillende sprekers het
woord hadden gevoerd, bezichtigden de
aanwezigen het schoolgebouw.
Een minnelijke schikking
Naar men ons hedenmorgen uit Sittard
mededeelt, is de bekende bioscoopkwestie
aldaar in dier voege opgelost, dat een min-
nelüke schikking tusschen beide partüen
tot stand is gebracht.
Naar de „Rsbde" verneemt, heeft het ka
tholieke Kamerlid de heer J. B. v. Dük ken
nis gegeven, dat hü niet meer voor een her
nieuwing van zün candidatuur in aanmer
king wenscht te komen.
Zooals men zich wellicht nog herinneren
zal, heeft in den avond van 1 Juli j.l. in
de buurtschap de Lutte onder Oldenzaal,
een* misdaad plaats gehad, waarvan Jo
hannes Her.d'rikus Haaiman het slachtoffer
is geworden. De moordenaar, de 20-jarige
Hermanus Josef K., bakkersknecht te Los
ser, die voordien nooit met de politie in
aanraking is geweest, had in den vorigen
winter een kwesti t gehad met Haaiman
omdat deze praatjes over hem had rond
gestrooid en hem bovendien met zün beide
broers had mishandeld. In den avond van
den lstenJuli bevonden verdachte en Haai
man zich op een bruiloft ten huize van G.
J. Zanderink, waar verd. Haaiman de hand
ter verzoening reikte. H. wilde hierop niet
ingaan, doch gaf K. een slag in het ge
zicht, waardoor1 deze een bloedneus op
liep. Verdachte trok hierop zün mes, doch
zijn vrienden hielden hem tegen en een
van hen nam hem het mes af. Verdachte
dronk dien avond evenals alle gasten een
flinken borrel en kreeg in den loop van den
avond nog verschillende plagerüen van H.
te slikken. Inplaats dat zün vrienden hem
beletten te vechten, gaven zü hem het mes
terug en wezen hem nog eens nadrukkelük
op de vele beleedigingen, die H. hem al had
toegevoegd.
Verd. werd steeds boozer en op een ge
geven oogenblik liep hij op den niets
kwaads vermoedenden Haaiman toe, dien hü
in het hart stak, ten gevolge waarvan deze
onmiddellük overleed.
De zaak kwam gisteren onder zeer groo
te belangstelling van het publiek voor de
rechtbank te Almelo voor. Nadat tien ge
tuigen charge en drie décharge ge
hoord waren, eischte het O. M. waargeno
men door mr. Blok, wegens moord tien
jaar gevangenisstraf.
De verdediger, mr. Noyon uit Enschede,
achtte niet moord, doch zware mishande
ling den dood ten gevolge hebbend bewe
zen. PI. hoopte, dat de rechtbank in aan
merking zal nemen, dat verd. gunstig be
kend staat en hü door zün z. g. „vrienden"
opgehitst was. Spr. verzocht dan ook de
uiterste clementie.
Men seint ons uit Sluis:
Gisteravond omstreeks kwart over 9 heeft
zich in de KapeUestraat te Sluis een vreese
lijk drama afgespeeld. Op dit tüdstip weer
klonken uit den winkel, bewoond door mej.
PÜpers revolverschoten en hulpgeroep. On.
middellük daarop kwam de 15-jarige zoon,
Marcel Püpers, naar bulten hollen, luid
„moord" gillend.
Uit den winkel werd luid gekerm gehoord.
De toesnellende voorbijgangers durfden
den winkel niet binnengaan, uit vrees, dat
zü met revolverschoten zouden worden ont
vangen. Daarna vluchtte ook juffrouw PÜ
pers uit den winkel. Zü en haar zoon gingen
naar de marechaussees, die spoedig daarop,
met de gemeente-politie ter plaatse waren.
In den winkel lag op den vloer een groote
plas bloed en half achter papier verborgen
vond men het lük van de dochter des hui
zes, mej. Judith Pijpers, die door revolver
schoten was gedood.
De vrouw zelf bleek slechts een schamp
schot aan den schouder te hebben gekregen.
De zoon was er erger aan toe. Een kogel
was hem door den hals gegaan en hü leed
veel bloedverlies, terwül een andere kogel
hem ln den schouder had getroffen.
Een inmiddels ontboden geneesheer trach-
te nog bü de dochter de levensgeesten weer
or te wekken, doch dit mislukte. Het bleek
dat een kogel haar in een wervel in den
hals had getroffen. Uit een voorloopig on
derzoek is komen vast te staan, dat de
moord is gepleegd door den Belgischen
koopman van den Winckel, die sinds ge-
ruimen rijd bü de familie Pijpers inwoonde.
Reeds eerder had de man gedreigd en her
haalde malen hadden reeds twisten plaats
gehad. Wat gisterenavond de directe aan
leiding tot het drama is geweest, is niet be
kend.
Na het plegen van de misdaad is de
man gevlucht en tot nu toe Is hü onvind
baar ondanks het uitgebreid onderzoek dat
de wachtmeester I. van Wük gisterenavond
nog heeft doen instellen.
Het signalement van den koopman ls aan
alle politie-autoriteiten in de omgeving en
in België onmiddellük doorgegeven-
De man stond ongunstig bekend.
Ook hedenmorgen was men er nog niet in
geslaagd, hem aan te houden.
Een vreeselük drama heeft zich gister
avond te Sluis afgespeeld. Een Belgisch
koopman doodde een vrouw en verwondde
twee andere personen. De moordenaar is
gevlucht.
Inzake den moord te Zuid-Lutte is voor
de rechtbank te Almelo tegen den dader
10 jaar gevangenisstraf geëischt.
In verband met de ongunstige weersom
standigheden is het groote Duitsche lucht
schip „Graf Zeppelin" nog niet vertrokken.
Het congres voor onvolwaardige arbeids.
krachten.
In een kruisgesprek NederlandIndië is
gesproken over de ziektegevallen aan boord
van de „Insulinde".
Te Poeldijk is de R. K. Lagere Tuin
bouwschool van den L. T. B. geopend.
Een overzicht van de kaspositie van Rijk,
Provinciën en Gemeenten.
De Hooge Raad van Arbeid heeft zjjn ad
vies vastgesteld omtrent eenige vragen be
treffende wettelijke regeling der werkloos
heidsverzekering.
Te Praag heeft een ernstig bonwongeluk
plaats gehad. Een in aanbouw zijnd huis
van zeven verdiepingen is totaal ingestort.
Tot nu toe tien dooden geborgen.
Harold Horan, een Amerikaansch journa
list, uit Frankrijk uitgewezen.
In een Italiaansche gevangenis heeft ta
bloedig incident plaats gehad.
Ernstige aardbeving in Mexico.
Een mislukte aanslag op den D-treln Ber
lijnKeulen.
Barometerstand 9 uur v.m.: 7.50, vooruit
OPTICIENS FABRIKANTEN
Licht op De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om: 5.44 uur.
Hoogste Barometerstand 765.6 mAi. ta
La Coruna.
Laagste Barometerstand 745.6 mJd. ta
Wisby.
Verwachting: Matige, tijdelijk wellicht toe
nemende N. tot N.W. wind, aanvankelijk
meest zwaar bewolkt, met waarschünlük nog
regenbuien, later met opklaringen, waar
schünlük kouder.
Een conferentie zonder resultaat
Gisterenmiddag heeft een conferentie
plaats gehad van den Rijksbemiddelaar, den
heer van IJsselstein, met partüen, betrokken
bü het conflict in de aardewerkindustrie te
Guda.
Deze bespreking heeft geen enkel resultaat
o.-geleverd, zoodat de oplossing van het con
fiict niet is gevonden.
In de algemeene vergadering van den RE.
Limburgschen Middenstandsbond is de schei
dende voorzitter, de heer Lokven, bü accla
matie tot eere-lid benoemd.
Tot voorzitter werd gekozen de heer J. A.
Koops uit Venlo.
Tot leden van het hoofdbestuur werden
herkozen de heeren Kreemers uit Tegelen en
de heer Hoppers uit Beek.