a'
Naar
tweede blad
Wk
'If" ■-J
Het 29ste Eucharistisch Congres
te Sydney
WAARIN DE
RADIO'AMATEUR BELANG STELT
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. WOENSDAG 31 OCTOBER 1928
BLADZIJDE 1
s*
wmm&
De spoel-antenne
(Loveless - antenne)
Ridder Radio
Krachtstation in Ierland
De ideale televisie-actrice
De verkiezingscampagne
in Amerika
MARKTNÏEUWS
Museum van ouderwetsche
apparaten
Televisie
trwmti
fig. <j.: Het inwendige van een A'eleviste-ontv a 113 apparaat. Het onderstuk vervangt als het
ware den luidspreker. N Neonlamp, D schyf, P gramofoonplaat ter versterking van de
schijf, R regelweerstand van den motor
De Televisie heeft thans voor de zoekers
en vorschers een groote bekoring, het zal ech
ter voorloopig een groote vraag blijven, hoe 't
groote publiek over de Televisie denkt, dit in
dien zin bedoeld, of het zich met even groote
voortvarendheid op de Televisie zal werpen,
als het dit op de Radio deed, toen de be
reikte resultaten werkelijk goed genoemd
konden worden. Zal de groote publiek dus
even grif overgaan tot het koopen van een
„beeld-ontvang-apparaat" als het dit deed tot
het koopen van een Radio-ontvanger, dit is
de voor den fabrikant practische zijde van de
Televisie en de toekomst zal ons dat moeten
leeren.
Toch is er een parallel te trekken. Aan den
eenen kant kunnen wij de gramofoon en de
bioscoop beschouwen, de weergevers van resp.
geconserveerde muziek en geconserveerd too-
neel en geeft u dan zelf antwoord op deze
vraag: hoeveel menschen kunnen een gramo
foon hun eigendom noemen en hoeveel men
schen hebben een bioscoop-apparaat voor de
huiskamer?
Neem dan aan den anderen kant de Radio
en de Televisie, die zich onderling toch zoo
ongeveer verhouden als gramofon en bios
coop. Men zal moeten toegeven, dat het er
dan voor de fabrikanten van de Televisie-
ontvangapparaten niet bijster gunstig uitziet,
tenzij deze vergelijking, wat vergelijkingen
gewoonlijk doen, zwaar mank gaat.
Hieronder moge dan een korte beschrij
ving van een Televisie zend- en ontvang
apparaat volgen.
Voor het zenden heeft men, behousiens
een zend-apparaat, voor de opname noodig
een schijf, waarin als regel 48 gaatjes zijn
aangebracht, zie fig. A., een vergrootglas, een
'lichtbron, een electrische lamp met groot
lichtgevend vermogen, bijv. een booglamp, en
eenige photo-electrische cellen, zie fig. B.
De schijf roteert bij het „opnemen en
zenden" met een constante snelheid (bijv.
450 toeren per min.) en onderschept daar
bij den lichtbundel van de lamp. Passeert
echter één der gaatjes van de schijf dezen
bundel, dan ontstaat als het ware een fijn
lichtbundeltje, nog versterkt door het ach
ter de schijf geplaatste vergrootglas, dat
recht vooruit geworpen wordt (volgens de
gestippelde lijn in fig. A) door een opening
in een scherm, dat zich recht tegenover deze
installatie bevindt (fig. B.) Doordat de gaat
jes zich door het roteeren van de schijf
zijdelings verplaatsen en ze stuk voor stuk
iets lager geplaatst zijn, krijgen wij
dus, dat het voorwerp (in fig. B. wordt het
beeld van een persoon overgebracht) van
links naar rechts en van boven naar onder,
door een smal lichtstraaltje wordt belicht,
het beeld wordt als het ware van boven-
links naar beneden-rechts afgezocht.
In fig. B ziet men verder een viertal
photo-electrische cellen, die de eigenschap
pen hebben bij verschillende belichting meer
of minder weerstand te hebben. Het van
het gelaat van den proefpersoon teruggekaat
ste licht zal in lichtsterkte schijnbaar vari-
eeren, naarmate het lichtbundeltje het
voorhoofd, het donkere haar, de oogen of
een ander deel van het gelaat treft; de
weerstand van de photo-electrische cellen
verandert dus ook ieder oogenblik en zoo
doen overeenkomstig de uiterst zwakke elec
trische stroompjes, die door deze lampen
geleid worden en daarna door het zend
apparaat versterkt en uitgezonden worden.
Het ontvangstation vertoont hiermede zeer
veel overeenkomst. Het is een normale
Radio-ontvanger, maar in plaats van den
luidspreker sluit men een Neonlamp aan
(fig. C); de schijf is weer aanwezig, terwijl
in de figuur weggelaten is een kokertje met
een vergrootglas, zooals in fig. A. te zien
is bij L- De onderkant van dit apparaat
wordt in zijn geheel bekleed, waarbij alleen
de opening in het kokertje vrijblijft.
Is nu de ontvanger afgestemd op den
'ender en draait de schijf met dezelfde
snelheid als die bij den zender (synchroon)
dan zal men door het kokertje het uitge
zonden beeld kunnen waarnemen, daar de
Neonlamp bij elk uitgezonden lichtpunt even
oplicht en wel meer of minder naarmate
de photo-electrische cellen van den zender
meer of minder belicht worden.
Het ontvang-apparaat is dus vrij eenvou
dig, de beelden zijn thans nog klein en
vaag mogelijk, dat dit nog beduidend ver
beterd wordt. De groote moeilijkheid is
echter het doen draaien met juist evengroote
snelheid van de beide schijven.
Wij hebben een aantal brieven mogen
ontvangen van onze Radioamateurs-lezers,
die de spoel-antenne, beschreven in een on
zer vorige artikelen, gemaakt hebben. De
opinie over deze antenne is zeer uiteenloo
pend. Het spijt ons te moeten bekennen, dat
het meerendeel van de makers er niet over
roepen kan.
Er wordt door sommigen verondersteld,
dat de beschrijving en/of de schema's niet
juist zijn. Dit is echter wel het geval. In
figuur 2 komt een zwart blokje, voor (wij
hadden dit beter weg kunnen laten) met
een verbindingsdraadje naar het toestel; dit
blokje stelt een stopcontact voor het
toestel wordt gevoed met wisselstroom
het heeft dus niets te maken met de an
tenne. De in fig. 4 geteekende condensator
tusschen de beide spoelen duidt op conden
sator-werking.
In het algemeen moet men bij het plaatsen
van een antenne rekening houden met an
dere, reeds aanwezige antennes; het komt
niet zelden voor, dat één antenne als het
ware alle energie tot zich trekt, vandaar
het verlangen van iederen amateur om een
antenne te hebben, die boven de anderen
uitsteekt. Plaatselijke omstandigheden zullen
dan ook bij de Loveless-antenne wel een rol
spelen.
Fig. B.: De „proefpersoon" zit voor de ope
ning, waardoor het lichtbundeltje geworpen
wordt. Rond deze opening bevinden zich dus
de (in dit geval 4) photo-electrische cellen.
Men spreekt over zachte ontvangst, wel
nu, één onzer lezers schreef ons, dat hij vol
lof was over de werking, hij deelde ons te
vens mede in totaal 150 Meter draad ge
bruikt te hebben, dus wel belangrijk meer
dan door ons opgegeven. Men kan hiervoor
het best dun geïsoleerd draad nemen, de
draad moet wel geïsoleerd zijn, daar anders
sluiting tusschen de windingen onderling
kan optreden.
Gaarne zien wij verdere berichten tege
moet, men moet er echter wel aan denken,
dat experimenteeren steeds geld kost.
Toen Ridder Radio den ridderslag ont
vangen had, toog hij de wereld in om de
ze te gaan veroveren. Hij was jong, krach
tig en vervuld van hoop, de toekomst lokte
hem. Fier zat hij op zijn witte ros, zijn
zilveren maliënkolder schitterde in de zon
en zijn helm zond stralenbundels uit.
Het was lente, de vogels kwinkeleerden in
de takken der boomen waarover een rag
fijne sluier hing van teer groen. De lucht
was zuiver en verkwikkend als het heldere
water uit een koele bron.
En zijn tocht werd een zegetocht. Waar
hij kwam. werd hij met vreugde ontvangen.
Eens echter ontmoette Ridder Radio een
meisje, dat op een bank zat voor haar wo
ning, stil, met de handen in haar schoot.
De hoeven van zijn paard sloegen vonken
uit de steenen, het meisje bewoog het
hoofd met het geluid mee, maar Ridder
Radio zag, dat geen licht glansde in de
doffe oogen van het meisje.
Hij reed voort, met in zichzelf gekeer-
den blik. Toen dacht hij aan de gelofte,
die hij afgelegd had, toen hij den ridder
slag had ontvangen: dat hij zich op de
bies zou stellen voor de zieken, de zwak
ken en de door de natuur misdeelden. Hij
deed zijn paard steigerend omzwenken,
galoppeerde terug, steeg ai en zette zich
naast het meisje op de bank.
En hij ving aan te vertellen en zong zijn
schoonste liederen. Hij zong van zon en j
zomer, van blijdschap en van liefde en in
zijn liederen was de weerspiegeling van den
stralenden rijkdom van het leven. En de
strakke trekken van het meisje ontspar.- j
den zich, om de lippen plooide zich een
glimlach.
Ridder Radio reed verder.
Op een avond tegen het vallen der sche-1
mering kwam hij in een stadje, langs een
pleintje, waar een huisje stond met een
oud trapgeveltje. Het trok zijn blik en toen
bespeurde hij, dat voor alle ramen de lui
ken gesloten waren. In de avondlijke stilte
drong een klagend geluid tot hem door. Hij
lichtte den deurknop op en ging naarj
binnen. Op het witte bed lag een vrouw I
met bleek, ingevallen gelaat en koortsglan-
zende oogen; aan het voeteneinde zat een t
man, het hoofd op den rand van het bed j
gedrukt.
Ridder Radio zette zich neer en begon
met zachte stem een eenvoudige melodie te
zingen, een kinderliedje leek het, een wie
geliedje
Toen hij heenging, sluimerde de zieke
en om haar lippen lag een rustige trek.
Even legde hij zijn koele hand op het bran
dende voorhoofd der vrouw.
Eens op een herfstdag, zijn paard deed
de gouden bladeren van den landweg
stuiven, reed hij voorbij een ouden man. Hij
zat onder een boom; met beide handen
steunend op een knoestigen stok, staarde
hij voor zich uit, wezenloos.
Ridder Radio hield zijn paard in en
vroeg: „Wat scheelt er aan?" Hij moest
fijn vraag herhalen aleer de oude hem
antwoordde.
„Het leven vliedt voort, het gaat langs j
mij heen, ik kan het niet grijpen", zuchtte
hij.
Toen \*orhaalde Ridder Radio van bonte
toumooien, van de kleurrijke, boeiende
avonturen, die hij had beleefd op zijn verre
tochten.
En het was of het gerimpelde gelaat van
den grijsaard oplichtte. In zijn oogen glom
de oude belangstelling in het leven weer
aan.
Ridder Radio trok naar verre streken en
waar zijn paard hem niet brengen kon,
daarheen voer hij per schip.
En hij leerde nog anderen kennen, die
zijn hulp noodig hadden, de eenzamen.
En zoo zingt hij zijn lied, ook voor de
norsche wachters op de barre rotsen, die I
het lichtend baken verzorgen, waarop de
schepen koers houden, hij zingt voor de
stoere werkers op de eenzame buitenposten
onder de tropische zon.
En waar hij komt, daar brengt hij
vreugde en ontroering en vaak licht in de
duisternis van het gemoed.
De Dingiscne koninklijke fannhe en prin
ses Napoleon hebben Zondag de onthulling
bijgewoond te Namen van een standbeeld
voor wijlen Leopold H, gemaakt door den
beeldhouwer Victor Demanet
Er bestaan in den Ierschen Vrijstaat plan
nen om over te gaan tot den bouw van
een krachtstation. Men wil n.l. de geheele
bevolking in de gelegenheid stellen op een
eenvoudig toestel goede muziek ont
vangen.
Volgens den neer Mortimer Stewart, di
recteur der televisie-afdeeling van de kor
telings gehouden radio-tentoonstelling te
New-York, moet de ideale televisie-actrice
aan de volgende eischen voldoen:
Het haar moet rood zijn, liefst lang en
gegolfd. Groote oogen met lange oogwin-
pers zijn noodzakelijk. Zonder goede tan
den onnoodig te solliciteeren. Een gedis
tingeerd, eenigszins hoekig gelaat is beslist
vereischt.
Behalve de hierboven genoemde vereisch-
ten moet de televisie-actrice ook nog de
eigenschappen bezitten van een ge
woon tooneelspeelster, daar ze anders niet
met succes voor het televisiescherm zal
kunnen optreden.
Gedurende de groote tentoonstelling te
New-York bestond er voor de vrouwelijke
bezoekers gelegenheid zich door middel van
een televisie-installatie van de „General-
Electric Compagny te laten keuren, wat
betreft aanleg ,voor televisie. Dat hiervan
druk gebruik wordt gemaakt, laat zich be
grijpen.
Dat de Amerikaansche Omroep op groote
schaal bij de verkiezingscampagne gebruikt
wordt, geniet een algemeene bekendheid.
Behalve dat de redevoering van Al
Smith door 114 stations werd uitgezonden,
werd het beeld van zijn gelaat door middel
van televisie over Schenectady den radio
amateurs vertoond. Wanneer men echter
beschouwt, dat er toch nog 47 journalisten
en fotografen met den propaganda-trein
van den heer Smith meegaan, is dit wel een
duidelijk bewijs, dat de bladen niet be
vreesd hoeven te zijn voor een nadeelige
concurrentie van de radio.
Bij de hedendaagsche snelle ontwikkeling
der techniek, die steeds weer nieuwe toestellen
aan de markt brengt, zou het volgens
een lezer van 'n Engelsch radio-blad niet
onaardig zijn, een radio-museum op te rich
ten, waarin alle ouderwetsche ontvang
apparaten uit vroeger tijden worden tentoon
gesteld. Niet alleen uit een oogpunt van
curiositeit is dit een interessant idee, maar
ook zal men dan een goed beeld van de
ontwikkeling der radio-ontvangtoestellen
krijgen.
Op de Londensche radio-tentoonstelling Is
trouwens al gebleken, dat een dergelijke op
zet de belangstelling van het publiek ver
mag te trekken.
AMSTERDAM, 30 Oef. Aardapp. Ber. vfd mak. Knoof
Zeeuwsche bonten f 9.259.50, blauwen 3.4<>—3-5<*
Eigenheimer f 9.209.90, roodstar f 2.<502.75, per hi
Juin 9.909.50 per 50 kg. Eigenheimers f 2.903,
Eigenheimers poters 2.402.50, blauwe ooters ƒ2.50--
2.90, bonte poters f 2.402.50, Eeveianders ƒ2.752.9*
Groninger bravo's 2.402.50, IJpolder Eigenheimer!
2.752.90, blauwe Eigenheimers f 9.20—9.30, Eigenhe»*
mer poters ƒ2.402.50 oodstar f 2.502.75, Bevelan
ders f 2.752.90, Noordholl. blauwe Eigenh. f 9.203«3fl
Anna Paulowna zand 93-50, Hillegommer zandaardap-
pelen f 99.50, Drentsche Eigenheimers f 2.803.50,
Flakkeesche Eigenheimers f 2.909, Eigenh. poten
2.402.50, S puische Eigenheimers 3.203«30, Eigenh
poters ƒ2.502.60, Fnesche blauwen ƒ2.802.9 p. hi
ENKHUIZEN, 29 Oct. Aardappelen Men besteedde be
den bravo's ƒ1.80-2., blauwe aardappelen ƒ2.903«ih
blauwe eigenheimers f2.402.60, alles per baai (50 kg.j
AMSTERDAM, 30 Oct. (Noteermg Wh Veiling-gek
De Jone <Sc Koene). Fruit. Druiven Frankenthalers t o. 'P—
i.io dicanten ƒ0.680.88 p. kg. Appelen. Goudreinet-
'en extra 3242, idem I t 2430, bellefleurs extra t 26—
34, 'idem I 2024, dubbele bellefleurs 2634, sterappe-
•en extra 3*548, dem I 2832, Groninger krooe
t 2434, BramJti Seedling f 2028, Present an Encelan4
2842, Bismarck t 1626, Transparant de Cronsd
ƒ3450, zoete appelen f 1622, Hoilemans ƒ1822
Bendereet 1618, dubbele Benderzoet r821, oo>
tarisaprel 2834. Peren. William Ducöessr extra t 30—
96, .dem I 18—24.. Beurré Hardy extra 2834» «dem 1
2226, Bonne L uise d' Avrancbes 3046, Beurr4
Le Brun J 1216, Doyenne du Commice 542, i-eg-
hipons t 2636 Comtesse <e Paris 1624, ooraskinderea
ot kruidemersperen de Tirlemont t 1626, Beurré Clair-
«zeau 2234, ConseiUer de ia Cour t 2024. vijgenperea
1624, Margaretha MariMat ƒ2432, Soida' Labour eui
2026 Nouveau Poifeau t 1420 dr. Cornells 16—
24 bergamot 1012, Beurré Die) 1622 winterjas*
nen 914, Giesen Wildeman t 1218 pon'speren 12—
16, ö'-cderode J 14f., alles per 100 kg. Groenten. Bloem*
kool extra 82c idem 1 15J7, kassm'booaen I 58—
64, kasspercieboonen ƒ6468, <ubbele spercieboonen
5872, spinazie 61, postelein 612, tomaten f zo—
24, Hollandsch witlof 2528, Belgisch witlof 4044,
alles per 100 kg. Peen/814, prei f812, selderie 3-—fl
raapstelen 23, per 100 bos. Sla extra 45.50, andijvii
1.402.70 per 100 krop. Spruiten f 30—30 p. zak*
TEXEL, 29 Oct. Eieren. (Coöp. Eierveiling.) Aanvoel
15.581 kippen-, bruine 10.5011.60, witte 9.4010.90»
middenpnjs bruine xi, witte 10.70.
VENLO, 29 Oct. Eieren. (Coöp. Vedmgver.) Aanroer
220.000 sï. Kippen 10.5011.10, kleine f 6.8010; een
den 7.808.60; gaazen 22.10.
PURMEREND, 30 Oct. Eierveiling. Aanvoer 34.000
kippen ƒ6.7012.30, 21.000 eenden 6.70—6.3a.
VHERTOGENBOSCH, 30 Oct. Botermijn. Aanroer
I7»975« hoogste prijs f 2.34. laagste t 2.16, midden 2.29*
PURMEREND, 30 Oct. Kaas Aanvoer 46.000 kg. als:
35 stapels boerenkaas met merk 51, 25 st. fabriekskaai
f51,2 stapels commissie kaas 50, 3 st. Goudsche kaas f 56*
Boter. Aanvoer 995 kg. ƒ2.102.30-
Vee. Aanvoer 800 runderen, waaronder 425 vette koeien
f 0.751 per kg. 360 melk-en gelde koeien t 120—3.50#
10 vette kalveren 1.451.60 per kg. fokkalveren; 14291
256 nuchtere kalveren 1040; 15 stieren en 218 paarden
100—200; 990 schapen en overhouders t 2536:45®
jammeren ƒ1422; slachtlammeren f 21—26; 570 vette
varkens: slachtvarkens 0.70—0.74, zouters 0.62—0.68
per kg. 95 magere varkens f 2038: 190 biggen f 1420;
47 bokken 1020.
Handel in runderen matig met vrijwel dezelfde prijzen#
tn vette kalveren, vlug en hooger. vette varkens vlug en
prijshoudend, tn schapen matig.
Eieren. Kippen f 10.25n«5o« eenden 6.60 per zoo
stuks.
Pluimvee. Aangevoerd 400 ganzen 4.255«75«
ROTTERDAM, Dinsdag 30 October.
Vee Ter markt waren aangevoerd 221 paarden, 20
veulens, 1848 magere runderen 796 vette runderen, 896
vette of eraskalveren, 676 nuchtere kalveren, 244 schapen
en lammeren, 3 varkens 343 biggen. De prijzen waren all
volgt: koeien ie qual. 97Va105 c., 2e qua) 9080 ct.,
3e quai. 7060c., ossen ie quai 92V2—97V2 c., 2e qual
8575 ct., 3e qual 7060 c., 3e qua! 50 c., per kg. vettt
kalveren ie qual. 145165 c., 2e qua! 125105 c., 31
qua! 9580 c., melkkoeien j 185385, kalfkoeien 195—1
395, stieren ƒ1903Ö0, pinken 150165 graskalveren
1 50115, vaarzen 155*75» werkpaarden 100300»
slacntpaarden 95155 uitten j 95165, nuchtere kalvo»
ren f 1017, fok f 1828, biggen f 1016, overioopen
1 2232.
Vet vee met iets williger tiandei. Vette kalveren zeel
gewillig verhandeld. Melk- en kalikoeten matig verhandeld
alleen prima soorten iets williger. Graskalveren met rede-
hl ken handel. Nuchtere kalveren rdelijk verhandeld,
prijzen voor pnma soorten iets vaster. Biggen en ove*
1 oopers zeer matig, en paarden matig verhandeld.
Sydney, 13 Sept. 1928
NABETRACHTING
Tot nog toe heb ik alleen geschreven over
de openbare plechtigheden van het Eucha
ristisch Congres, en veel meer zult u er van
m;j ook wel niet van te hooren krijgen.
Maar toch wil ik er nog even op wijzen,
dat de naam Congres voor onze grootsche
twee-jaarlijksche Roomsche bijeenkomsten,
niet zou passen, wanneer daar alleen H.H.
Missen werden opgedragen en processies ge
houden.
Natuurlijk vormen die er een belangrijk
onderdeel van, zonder welke men zich geen
grootsche Roomsche bijeenkomst kan den
ken, maar al die kerkelijke plechtigheden
maken een bijeenkomst niet tot een Congres.
Daar zijn vergaderingen voor noodig.
Nu, vergaderingen hebben we gehad
een kleine vijftig liefst in de vier Congres
dagen Zondag, den dag der processie,
werd er niet vergaderd.
U zult het me misschien vergeven, dat
ik die niet allemaal heb bijgewoond, om
er u van te vertellen de kunst om op
tien of meer plaatsen te gelijk aanwezig
te zijn, versta ik helaas nog niet.
Ik herinner me, van het 27ste Eucharis
tisch Congres te Amsterdam, dat daar, door
de goede zorgen der perscommissie, aan de
journalisten van alle, of ten minste van
verreweg de meeste der redevoeringen, op
die sectie-vergaderingen gehouden, op den
dag dat de rede zou plaats vinden, afdruk
ken daarvan werden ter hand gesteld
zij konden dan ten minste, al was het hun
ook onmogelijk er zelf tegenwoordig te zijn,
hun lezers vertellen, in welke bewoordingen
een inleider dit of dat onderwerp had in
geleid.
Hier niets daarvan.
De man, die hier door het plaatselijke
comité, dat het Congres moest voorberei
den, was aangewezen om de Pers bij haar
arbeid behulpzaam te zijn en de Inlichtingen
te verstrekken, die zij zou behoeven, was
een geestelijke: Father Mc Nally.
Waarlijk, ik heb van Father Mc Nally, die
een uiterst vriendelijk, maar niet minder
resoluut man is, heel veel medewerking
ondervonden en toen ik daar, daags voor
den aanvang van het Congres, zoo plomp
verloren in zijn kantoor kwam binnenval
len, was hij aanstonds bereid mij met alles
van dienst te zijn. Zijn aangename ver
schijning zal mij nog lang bijblijven.
Maar toen ik hem vroeg, hoe hij zich
voorstelde, dat ik van al die vergaderingen
iets, zij het dan ook maar een heel kort
relaasje, naar Holland zou kunnen melden
toen haalde hü de schouders op en sloeg
forech de handen in elkaar en zei; „Aan
mij ligt het niet. Ik heb alle sprekers
aangeschreven, om mij een afschrift van hun
inleiding te zenden ten behoeve van de pers
en ik hebgeen één antwoord ontvan
gen."
Ja, ik weet het wel, zoo Is het in Amster
dam ook gegaan, maar dan zat de perscom
missie er achterheen en ten slotte kwam de
rede dan toch.
Maar hier stond Father Mc Nally alléén
voor een taak, die niet alleen de verzorging
van de Pers, maar die voor de geheele pu
bliciteit omvatte en het is te begrijpen, dat
hij niet meer kon doen, dan hy deed.
Ik moet er mij dan ook toe bepalen, te
vertellen dat er op de sectie-vergaderingen
zeer belangrijke onderwerpen zijn bespro
ken en dat de vergaderingen over het al
gemeen zeer flink bezocht waren.
Natuurlijk hielden alle inleidingen ver
band met de H. Eucharistie in betrekking
tot de Moedermaagd.
In alle talen werd er gesproken, in het
Engelsch het meest natuurlijk en in
het Fransch, in het Italiaansch en in het
Tsjecho-Slowaaksch, in het Spaansch en in
het Duitsch, maar Nederlandsch werd er
niet gehoord.
Ons land was dan ook maar poovertjes
vertegenwoordigd slechts een drietal
Nederlandsche geestelijken was officieel naar
Sydney gekomen, n.l. Pater van Dijk uit
Amsterdam, die als lid van het Interna
tionaal Comité voor de Eucharistische Con
gressen aanwezig was, verder Mgr. Vesters en
ten slotte de in Rome woonachtige Patei
Brocke. generaal van de priesters-missiona
rissen van het H. Hart.
En al zullen er nu misschien nog wel en
kelen meer het Congres hebben bijgewoond,
zooals bijv. de Amerikaansch-Hollandsche
pastoor uit New-Orleans, dien ik aan boord
van de „Narkunda" leerde kennen en dien
ik hier nog eenmaal even heb gesproken,
officieel waren er maar drie.
En die zullen het met de Latynsche sec
tie wel afgekund hebben, zoodat een Neder
landsche sectie niet noodig was, ook niet
voor de weinige Hollanders, die hier wonen
en die voor het meerendeel niet-Katholiek
zijn.
Ik vertelde al eens, dat hier twintig Ne
derlanders wonen. Dat is niet heelemaal
juist. Er zyn er twintig, die elkaar zoo
nu-en-dan eens zien en in elk geval met
Koninginne-verjaardag bij elkaar komen
maar bovendien zijn er misschien nog een
paarhonderd hier en daar verspreid, waar
onder twee groepen genoemd moeten wor
den: gedroste matrozen, die hier van hun
schip zijn weggeloopen en beoefenaars van
de Krishnamurti-leer, die immers bij ons
in Huizen (N.-H.) hun hoofdkwartier heb
ben. Deze laatsten, die een fraai gebouw in
een der deftigste voorsteden bezitten, hokken
daar altijd bijeen, maar bemoeien zich met
de overige Nederlanders heelemaal niet. En
ik heb wel bemerkt, dat die „overige Neder
landers" dat heel aangenaam vinden.
Een Nederlandsche sectie was dus niet
noodig, maar als je dan uit Holland hier
gekomen bent, dan vind je het toch wel
een beetje jammer, dat dat zoo Is, dat er
niet heel wat meer van onze land-
genooten desnoods uit Indië, als Neder-
land dan te ver weg ligt in deze dagen
naar Sydney zyn getrokken; jammer, met
het oog op het Congres natuurlijk in de
eerste plaats, maar jammer ook met het
oog op onze betrekkingen met Australië, die
gerust een beetje versteviging kunnen ver
dragen.
Want, behalve enkele firma's, die hier
vasten voet gekregen hebben en waarover
ik 't later nog wel eens zal hebben, wordt
er maar door weinigen uit ons land hun
producten hier aan de markt gebracht.
Waar trouwens ook alweer een reden voor
is, die ik eveneens nog hoop te bespreken
Maar eerst krijgt de stad Sydney als
stad een beurt.
ARTHUR TERVOOREN
Beeld-overbrenging, Radio-bioscoop en Te
levisie, de Televisie staan op het oogenblik
ln het middelpunt der belangstelling, vooral
in Amerika en Engeland. De beeld-overbren
ging langs radio-telegrafischen weg, en ook
de Radio-bioscoop zijn, goed beschouwd,
voorloopers van de Televisie. Het eerste heeft
ten doel een beeld, meestal de foto van een
bekend persoon, langs radio-telegrafische weg
over te brengen en het in het ontvangtoestel
weer op een papierstrook te „ontvangen",
het tweede, de Radio-bioscoop, gaat al weer
een stap verder. Een bekende Amerikaan, C.
Francis Jenkins heeft de Radio-bioscoop in
een dergelijk stadium gebracht dat men een
flim kan „uitzenden" en elders „ontvangen"
en opnieuw projecteeren. De afstand tusschen
het zend- en ontvangstation was wel niet
groot, wat eenige vereenvoudigingen moge
lijk maakte, en men kon de overgebrachte
beelden wel niet vergelijken met de beelden
van de ons overbekende bioscoop maar een
en ander neemt toch niet weg, dat het be
gin er is.
Hetzelfde kan gezegd worden van de Te
levisie, welk woord beteekent „op het mo
ment zélf dat ergens een gebeurtenis plaats
vindt dit gebeuren draadloos en in beeldvorm
overbrengen". Zooals thans dus reeds be
langrijke redevoeringen door middel van de
Radio worden uitgezonden en „op het mo
ment zelf" van het uitspreken door de be
zitters van een ontvang-toestel aangehoord
kunnen worden, zoo stelt men zich voor door
middel van de Televisie den spreker voor de
luisteraars zichtbaar te maken.
Wij hebben reeds eeitier hier ter plaatse
bètoogd, dat de komst van de-Televisie onaf
wendbaar is en wij zijn die meening nog
steeds toegedaan. Toch moeten wij hierop
onmiddellijk laten volgen, dat het zeker nog
eenige jaren zal duren, voordat men van een
werkelijk goede beeld-overbrenging zal kun
nen spreken.
Wij zouden de periode, waarin de Televi
sie zich thans bevindt, kunnen vergelijken
met het „kristal- of coherer-tijdperk" van de
Radio, een twintigtal jaren geleden. Een
periode dus, waarin nog gfcen sprake was
van een geregelden omroep. (In Amerika heeft
men reeds vrij geregelde tijden van „beeld
uitzending".) Dat wil echter niet zeggen, dat
het nog minstens tien jaar duren zal, voor
dat men aan de Televisie dét zal hebben,
wat men nu reeds aan de Radio heeft, het
proces zal hoogstwaarschijnlijk wel veel snel
ler verloopen, maar men moet zich toch niet
voorstellen, dat dat over eenige maanden
reeds zoover is. De moeilijkheden die men bij
de verwerkelijking van de Televisie te over-
vinnen heeft zijn belangrijk grooter dan die
waarmede men bij de Radio te kampen had
Fig. A.: Een deel van het opname-apparaat. A. 1000-Wattlamp; D. schyf, de gaatjes zyn
duidelijk te zien, ook, dat ze ieder voor zich weer iets meer naar het middelpunt van de
schijf staan, tot den overgangssprong; L vergrootglas. Het streepiyntje stelt een lichtbun
deltje voor
In het St. Alphonsus-Retraitehuis te Amersfoort is door leden van St. Raphaël een
retraite gehouden. Drie en zestig spoor- en trammannen namen er jian deel; hiervan
waren er vijftien uit de afd. Haarlem, die voor den eersten keer een retraite volgden.
De regelingscommissie, bestaande uit de heeren Giesen, Gecrs en Westbroek, had alle
eer van haar veie moeiten en kon getuigen dat alles volkomen geslaagd was. Bij het
einde der driedaagsche oefening sprak de heer Geers van Zandroort namens alle
deelnemers een harteiyk woord van dank tot de Eerw. Paters Redemptoristen, die da
Retraite hadden releid-