a' Naar tweede blad Wk 'If" ■-J Het 29ste Eucharistisch Congres te Sydney WAARIN DE RADIO'AMATEUR BELANG STELT NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT. WOENSDAG 31 OCTOBER 1928 BLADZIJDE 1 s* wmm& De spoel-antenne (Loveless - antenne) Ridder Radio Krachtstation in Ierland De ideale televisie-actrice De verkiezingscampagne in Amerika MARKTNÏEUWS Museum van ouderwetsche apparaten Televisie trwmti fig. <j.: Het inwendige van een A'eleviste-ontv a 113 apparaat. Het onderstuk vervangt als het ware den luidspreker. N Neonlamp, D schyf, P gramofoonplaat ter versterking van de schijf, R regelweerstand van den motor De Televisie heeft thans voor de zoekers en vorschers een groote bekoring, het zal ech ter voorloopig een groote vraag blijven, hoe 't groote publiek over de Televisie denkt, dit in dien zin bedoeld, of het zich met even groote voortvarendheid op de Televisie zal werpen, als het dit op de Radio deed, toen de be reikte resultaten werkelijk goed genoemd konden worden. Zal de groote publiek dus even grif overgaan tot het koopen van een „beeld-ontvang-apparaat" als het dit deed tot het koopen van een Radio-ontvanger, dit is de voor den fabrikant practische zijde van de Televisie en de toekomst zal ons dat moeten leeren. Toch is er een parallel te trekken. Aan den eenen kant kunnen wij de gramofoon en de bioscoop beschouwen, de weergevers van resp. geconserveerde muziek en geconserveerd too- neel en geeft u dan zelf antwoord op deze vraag: hoeveel menschen kunnen een gramo foon hun eigendom noemen en hoeveel men schen hebben een bioscoop-apparaat voor de huiskamer? Neem dan aan den anderen kant de Radio en de Televisie, die zich onderling toch zoo ongeveer verhouden als gramofon en bios coop. Men zal moeten toegeven, dat het er dan voor de fabrikanten van de Televisie- ontvangapparaten niet bijster gunstig uitziet, tenzij deze vergelijking, wat vergelijkingen gewoonlijk doen, zwaar mank gaat. Hieronder moge dan een korte beschrij ving van een Televisie zend- en ontvang apparaat volgen. Voor het zenden heeft men, behousiens een zend-apparaat, voor de opname noodig een schijf, waarin als regel 48 gaatjes zijn aangebracht, zie fig. A., een vergrootglas, een 'lichtbron, een electrische lamp met groot lichtgevend vermogen, bijv. een booglamp, en eenige photo-electrische cellen, zie fig. B. De schijf roteert bij het „opnemen en zenden" met een constante snelheid (bijv. 450 toeren per min.) en onderschept daar bij den lichtbundel van de lamp. Passeert echter één der gaatjes van de schijf dezen bundel, dan ontstaat als het ware een fijn lichtbundeltje, nog versterkt door het ach ter de schijf geplaatste vergrootglas, dat recht vooruit geworpen wordt (volgens de gestippelde lijn in fig. A) door een opening in een scherm, dat zich recht tegenover deze installatie bevindt (fig. B.) Doordat de gaat jes zich door het roteeren van de schijf zijdelings verplaatsen en ze stuk voor stuk iets lager geplaatst zijn, krijgen wij dus, dat het voorwerp (in fig. B. wordt het beeld van een persoon overgebracht) van links naar rechts en van boven naar onder, door een smal lichtstraaltje wordt belicht, het beeld wordt als het ware van boven- links naar beneden-rechts afgezocht. In fig. B ziet men verder een viertal photo-electrische cellen, die de eigenschap pen hebben bij verschillende belichting meer of minder weerstand te hebben. Het van het gelaat van den proefpersoon teruggekaat ste licht zal in lichtsterkte schijnbaar vari- eeren, naarmate het lichtbundeltje het voorhoofd, het donkere haar, de oogen of een ander deel van het gelaat treft; de weerstand van de photo-electrische cellen verandert dus ook ieder oogenblik en zoo doen overeenkomstig de uiterst zwakke elec trische stroompjes, die door deze lampen geleid worden en daarna door het zend apparaat versterkt en uitgezonden worden. Het ontvangstation vertoont hiermede zeer veel overeenkomst. Het is een normale Radio-ontvanger, maar in plaats van den luidspreker sluit men een Neonlamp aan (fig. C); de schijf is weer aanwezig, terwijl in de figuur weggelaten is een kokertje met een vergrootglas, zooals in fig. A. te zien is bij L- De onderkant van dit apparaat wordt in zijn geheel bekleed, waarbij alleen de opening in het kokertje vrijblijft. Is nu de ontvanger afgestemd op den 'ender en draait de schijf met dezelfde snelheid als die bij den zender (synchroon) dan zal men door het kokertje het uitge zonden beeld kunnen waarnemen, daar de Neonlamp bij elk uitgezonden lichtpunt even oplicht en wel meer of minder naarmate de photo-electrische cellen van den zender meer of minder belicht worden. Het ontvang-apparaat is dus vrij eenvou dig, de beelden zijn thans nog klein en vaag mogelijk, dat dit nog beduidend ver beterd wordt. De groote moeilijkheid is echter het doen draaien met juist evengroote snelheid van de beide schijven. Wij hebben een aantal brieven mogen ontvangen van onze Radioamateurs-lezers, die de spoel-antenne, beschreven in een on zer vorige artikelen, gemaakt hebben. De opinie over deze antenne is zeer uiteenloo pend. Het spijt ons te moeten bekennen, dat het meerendeel van de makers er niet over roepen kan. Er wordt door sommigen verondersteld, dat de beschrijving en/of de schema's niet juist zijn. Dit is echter wel het geval. In figuur 2 komt een zwart blokje, voor (wij hadden dit beter weg kunnen laten) met een verbindingsdraadje naar het toestel; dit blokje stelt een stopcontact voor het toestel wordt gevoed met wisselstroom het heeft dus niets te maken met de an tenne. De in fig. 4 geteekende condensator tusschen de beide spoelen duidt op conden sator-werking. In het algemeen moet men bij het plaatsen van een antenne rekening houden met an dere, reeds aanwezige antennes; het komt niet zelden voor, dat één antenne als het ware alle energie tot zich trekt, vandaar het verlangen van iederen amateur om een antenne te hebben, die boven de anderen uitsteekt. Plaatselijke omstandigheden zullen dan ook bij de Loveless-antenne wel een rol spelen. Fig. B.: De „proefpersoon" zit voor de ope ning, waardoor het lichtbundeltje geworpen wordt. Rond deze opening bevinden zich dus de (in dit geval 4) photo-electrische cellen. Men spreekt over zachte ontvangst, wel nu, één onzer lezers schreef ons, dat hij vol lof was over de werking, hij deelde ons te vens mede in totaal 150 Meter draad ge bruikt te hebben, dus wel belangrijk meer dan door ons opgegeven. Men kan hiervoor het best dun geïsoleerd draad nemen, de draad moet wel geïsoleerd zijn, daar anders sluiting tusschen de windingen onderling kan optreden. Gaarne zien wij verdere berichten tege moet, men moet er echter wel aan denken, dat experimenteeren steeds geld kost. Toen Ridder Radio den ridderslag ont vangen had, toog hij de wereld in om de ze te gaan veroveren. Hij was jong, krach tig en vervuld van hoop, de toekomst lokte hem. Fier zat hij op zijn witte ros, zijn zilveren maliënkolder schitterde in de zon en zijn helm zond stralenbundels uit. Het was lente, de vogels kwinkeleerden in de takken der boomen waarover een rag fijne sluier hing van teer groen. De lucht was zuiver en verkwikkend als het heldere water uit een koele bron. En zijn tocht werd een zegetocht. Waar hij kwam. werd hij met vreugde ontvangen. Eens echter ontmoette Ridder Radio een meisje, dat op een bank zat voor haar wo ning, stil, met de handen in haar schoot. De hoeven van zijn paard sloegen vonken uit de steenen, het meisje bewoog het hoofd met het geluid mee, maar Ridder Radio zag, dat geen licht glansde in de doffe oogen van het meisje. Hij reed voort, met in zichzelf gekeer- den blik. Toen dacht hij aan de gelofte, die hij afgelegd had, toen hij den ridder slag had ontvangen: dat hij zich op de bies zou stellen voor de zieken, de zwak ken en de door de natuur misdeelden. Hij deed zijn paard steigerend omzwenken, galoppeerde terug, steeg ai en zette zich naast het meisje op de bank. En hij ving aan te vertellen en zong zijn schoonste liederen. Hij zong van zon en j zomer, van blijdschap en van liefde en in zijn liederen was de weerspiegeling van den stralenden rijkdom van het leven. En de strakke trekken van het meisje ontspar.- j den zich, om de lippen plooide zich een glimlach. Ridder Radio reed verder. Op een avond tegen het vallen der sche-1 mering kwam hij in een stadje, langs een pleintje, waar een huisje stond met een oud trapgeveltje. Het trok zijn blik en toen bespeurde hij, dat voor alle ramen de lui ken gesloten waren. In de avondlijke stilte drong een klagend geluid tot hem door. Hij lichtte den deurknop op en ging naarj binnen. Op het witte bed lag een vrouw I met bleek, ingevallen gelaat en koortsglan- zende oogen; aan het voeteneinde zat een t man, het hoofd op den rand van het bed j gedrukt. Ridder Radio zette zich neer en begon met zachte stem een eenvoudige melodie te zingen, een kinderliedje leek het, een wie geliedje Toen hij heenging, sluimerde de zieke en om haar lippen lag een rustige trek. Even legde hij zijn koele hand op het bran dende voorhoofd der vrouw. Eens op een herfstdag, zijn paard deed de gouden bladeren van den landweg stuiven, reed hij voorbij een ouden man. Hij zat onder een boom; met beide handen steunend op een knoestigen stok, staarde hij voor zich uit, wezenloos. Ridder Radio hield zijn paard in en vroeg: „Wat scheelt er aan?" Hij moest fijn vraag herhalen aleer de oude hem antwoordde. „Het leven vliedt voort, het gaat langs j mij heen, ik kan het niet grijpen", zuchtte hij. Toen \*orhaalde Ridder Radio van bonte toumooien, van de kleurrijke, boeiende avonturen, die hij had beleefd op zijn verre tochten. En het was of het gerimpelde gelaat van den grijsaard oplichtte. In zijn oogen glom de oude belangstelling in het leven weer aan. Ridder Radio trok naar verre streken en waar zijn paard hem niet brengen kon, daarheen voer hij per schip. En hij leerde nog anderen kennen, die zijn hulp noodig hadden, de eenzamen. En zoo zingt hij zijn lied, ook voor de norsche wachters op de barre rotsen, die I het lichtend baken verzorgen, waarop de schepen koers houden, hij zingt voor de stoere werkers op de eenzame buitenposten onder de tropische zon. En waar hij komt, daar brengt hij vreugde en ontroering en vaak licht in de duisternis van het gemoed. De Dingiscne koninklijke fannhe en prin ses Napoleon hebben Zondag de onthulling bijgewoond te Namen van een standbeeld voor wijlen Leopold H, gemaakt door den beeldhouwer Victor Demanet Er bestaan in den Ierschen Vrijstaat plan nen om over te gaan tot den bouw van een krachtstation. Men wil n.l. de geheele bevolking in de gelegenheid stellen op een eenvoudig toestel goede muziek ont vangen. Volgens den neer Mortimer Stewart, di recteur der televisie-afdeeling van de kor telings gehouden radio-tentoonstelling te New-York, moet de ideale televisie-actrice aan de volgende eischen voldoen: Het haar moet rood zijn, liefst lang en gegolfd. Groote oogen met lange oogwin- pers zijn noodzakelijk. Zonder goede tan den onnoodig te solliciteeren. Een gedis tingeerd, eenigszins hoekig gelaat is beslist vereischt. Behalve de hierboven genoemde vereisch- ten moet de televisie-actrice ook nog de eigenschappen bezitten van een ge woon tooneelspeelster, daar ze anders niet met succes voor het televisiescherm zal kunnen optreden. Gedurende de groote tentoonstelling te New-York bestond er voor de vrouwelijke bezoekers gelegenheid zich door middel van een televisie-installatie van de „General- Electric Compagny te laten keuren, wat betreft aanleg ,voor televisie. Dat hiervan druk gebruik wordt gemaakt, laat zich be grijpen. Dat de Amerikaansche Omroep op groote schaal bij de verkiezingscampagne gebruikt wordt, geniet een algemeene bekendheid. Behalve dat de redevoering van Al Smith door 114 stations werd uitgezonden, werd het beeld van zijn gelaat door middel van televisie over Schenectady den radio amateurs vertoond. Wanneer men echter beschouwt, dat er toch nog 47 journalisten en fotografen met den propaganda-trein van den heer Smith meegaan, is dit wel een duidelijk bewijs, dat de bladen niet be vreesd hoeven te zijn voor een nadeelige concurrentie van de radio. Bij de hedendaagsche snelle ontwikkeling der techniek, die steeds weer nieuwe toestellen aan de markt brengt, zou het volgens een lezer van 'n Engelsch radio-blad niet onaardig zijn, een radio-museum op te rich ten, waarin alle ouderwetsche ontvang apparaten uit vroeger tijden worden tentoon gesteld. Niet alleen uit een oogpunt van curiositeit is dit een interessant idee, maar ook zal men dan een goed beeld van de ontwikkeling der radio-ontvangtoestellen krijgen. Op de Londensche radio-tentoonstelling Is trouwens al gebleken, dat een dergelijke op zet de belangstelling van het publiek ver mag te trekken. AMSTERDAM, 30 Oef. Aardapp. Ber. vfd mak. Knoof Zeeuwsche bonten f 9.259.50, blauwen 3.4<>—3-5<* Eigenheimer f 9.209.90, roodstar f 2.<502.75, per hi Juin 9.909.50 per 50 kg. Eigenheimers f 2.903, Eigenheimers poters 2.402.50, blauwe ooters ƒ2.50-- 2.90, bonte poters f 2.402.50, Eeveianders ƒ2.752.9* Groninger bravo's 2.402.50, IJpolder Eigenheimer! 2.752.90, blauwe Eigenheimers f 9.20—9.30, Eigenhe»* mer poters ƒ2.402.50 oodstar f 2.502.75, Bevelan ders f 2.752.90, Noordholl. blauwe Eigenh. f 9.203«3fl Anna Paulowna zand 93-50, Hillegommer zandaardap- pelen f 99.50, Drentsche Eigenheimers f 2.803.50, Flakkeesche Eigenheimers f 2.909, Eigenh. poten 2.402.50, S puische Eigenheimers 3.203«30, Eigenh poters ƒ2.502.60, Fnesche blauwen ƒ2.802.9 p. hi ENKHUIZEN, 29 Oct. Aardappelen Men besteedde be den bravo's ƒ1.80-2., blauwe aardappelen ƒ2.903«ih blauwe eigenheimers f2.402.60, alles per baai (50 kg.j AMSTERDAM, 30 Oct. (Noteermg Wh Veiling-gek De Jone <Sc Koene). Fruit. Druiven Frankenthalers t o. 'P— i.io dicanten ƒ0.680.88 p. kg. Appelen. Goudreinet- 'en extra 3242, idem I t 2430, bellefleurs extra t 26— 34, 'idem I 2024, dubbele bellefleurs 2634, sterappe- •en extra 3*548, dem I 2832, Groninger krooe t 2434, BramJti Seedling f 2028, Present an Encelan4 2842, Bismarck t 1626, Transparant de Cronsd ƒ3450, zoete appelen f 1622, Hoilemans ƒ1822 Bendereet 1618, dubbele Benderzoet r821, oo> tarisaprel 2834. Peren. William Ducöessr extra t 30— 96, .dem I 18—24.. Beurré Hardy extra 2834» «dem 1 2226, Bonne L uise d' Avrancbes 3046, Beurr4 Le Brun J 1216, Doyenne du Commice 542, i-eg- hipons t 2636 Comtesse <e Paris 1624, ooraskinderea ot kruidemersperen de Tirlemont t 1626, Beurré Clair- «zeau 2234, ConseiUer de ia Cour t 2024. vijgenperea 1624, Margaretha MariMat ƒ2432, Soida' Labour eui 2026 Nouveau Poifeau t 1420 dr. Cornells 16— 24 bergamot 1012, Beurré Die) 1622 winterjas* nen 914, Giesen Wildeman t 1218 pon'speren 12— 16, ö'-cderode J 14f., alles per 100 kg. Groenten. Bloem* kool extra 82c idem 1 15J7, kassm'booaen I 58— 64, kasspercieboonen ƒ6468, <ubbele spercieboonen 5872, spinazie 61, postelein 612, tomaten f zo— 24, Hollandsch witlof 2528, Belgisch witlof 4044, alles per 100 kg. Peen/814, prei f812, selderie 3-—fl raapstelen 23, per 100 bos. Sla extra 45.50, andijvii 1.402.70 per 100 krop. Spruiten f 30—30 p. zak* TEXEL, 29 Oct. Eieren. (Coöp. Eierveiling.) Aanvoel 15.581 kippen-, bruine 10.5011.60, witte 9.4010.90» middenpnjs bruine xi, witte 10.70. VENLO, 29 Oct. Eieren. (Coöp. Vedmgver.) Aanroer 220.000 sï. Kippen 10.5011.10, kleine f 6.8010; een den 7.808.60; gaazen 22.10. PURMEREND, 30 Oct. Eierveiling. Aanvoer 34.000 kippen ƒ6.7012.30, 21.000 eenden 6.70—6.3a. VHERTOGENBOSCH, 30 Oct. Botermijn. Aanroer I7»975« hoogste prijs f 2.34. laagste t 2.16, midden 2.29* PURMEREND, 30 Oct. Kaas Aanvoer 46.000 kg. als: 35 stapels boerenkaas met merk 51, 25 st. fabriekskaai f51,2 stapels commissie kaas 50, 3 st. Goudsche kaas f 56* Boter. Aanvoer 995 kg. ƒ2.102.30- Vee. Aanvoer 800 runderen, waaronder 425 vette koeien f 0.751 per kg. 360 melk-en gelde koeien t 120—3.50# 10 vette kalveren 1.451.60 per kg. fokkalveren; 14291 256 nuchtere kalveren 1040; 15 stieren en 218 paarden 100—200; 990 schapen en overhouders t 2536:45® jammeren ƒ1422; slachtlammeren f 21—26; 570 vette varkens: slachtvarkens 0.70—0.74, zouters 0.62—0.68 per kg. 95 magere varkens f 2038: 190 biggen f 1420; 47 bokken 1020. Handel in runderen matig met vrijwel dezelfde prijzen# tn vette kalveren, vlug en hooger. vette varkens vlug en prijshoudend, tn schapen matig. Eieren. Kippen f 10.25n«5o« eenden 6.60 per zoo stuks. Pluimvee. Aangevoerd 400 ganzen 4.255«75« ROTTERDAM, Dinsdag 30 October. Vee Ter markt waren aangevoerd 221 paarden, 20 veulens, 1848 magere runderen 796 vette runderen, 896 vette of eraskalveren, 676 nuchtere kalveren, 244 schapen en lammeren, 3 varkens 343 biggen. De prijzen waren all volgt: koeien ie qual. 97Va105 c., 2e qua) 9080 ct., 3e quai. 7060c., ossen ie quai 92V2—97V2 c., 2e qual 8575 ct., 3e qual 7060 c., 3e qua! 50 c., per kg. vettt kalveren ie qual. 145165 c., 2e qua! 125105 c., 31 qua! 9580 c., melkkoeien j 185385, kalfkoeien 195—1 395, stieren ƒ1903Ö0, pinken 150165 graskalveren 1 50115, vaarzen 155*75» werkpaarden 100300» slacntpaarden 95155 uitten j 95165, nuchtere kalvo» ren f 1017, fok f 1828, biggen f 1016, overioopen 1 2232. Vet vee met iets williger tiandei. Vette kalveren zeel gewillig verhandeld. Melk- en kalikoeten matig verhandeld alleen prima soorten iets williger. Graskalveren met rede- hl ken handel. Nuchtere kalveren rdelijk verhandeld, prijzen voor pnma soorten iets vaster. Biggen en ove* 1 oopers zeer matig, en paarden matig verhandeld. Sydney, 13 Sept. 1928 NABETRACHTING Tot nog toe heb ik alleen geschreven over de openbare plechtigheden van het Eucha ristisch Congres, en veel meer zult u er van m;j ook wel niet van te hooren krijgen. Maar toch wil ik er nog even op wijzen, dat de naam Congres voor onze grootsche twee-jaarlijksche Roomsche bijeenkomsten, niet zou passen, wanneer daar alleen H.H. Missen werden opgedragen en processies ge houden. Natuurlijk vormen die er een belangrijk onderdeel van, zonder welke men zich geen grootsche Roomsche bijeenkomst kan den ken, maar al die kerkelijke plechtigheden maken een bijeenkomst niet tot een Congres. Daar zijn vergaderingen voor noodig. Nu, vergaderingen hebben we gehad een kleine vijftig liefst in de vier Congres dagen Zondag, den dag der processie, werd er niet vergaderd. U zult het me misschien vergeven, dat ik die niet allemaal heb bijgewoond, om er u van te vertellen de kunst om op tien of meer plaatsen te gelijk aanwezig te zijn, versta ik helaas nog niet. Ik herinner me, van het 27ste Eucharis tisch Congres te Amsterdam, dat daar, door de goede zorgen der perscommissie, aan de journalisten van alle, of ten minste van verreweg de meeste der redevoeringen, op die sectie-vergaderingen gehouden, op den dag dat de rede zou plaats vinden, afdruk ken daarvan werden ter hand gesteld zij konden dan ten minste, al was het hun ook onmogelijk er zelf tegenwoordig te zijn, hun lezers vertellen, in welke bewoordingen een inleider dit of dat onderwerp had in geleid. Hier niets daarvan. De man, die hier door het plaatselijke comité, dat het Congres moest voorberei den, was aangewezen om de Pers bij haar arbeid behulpzaam te zijn en de Inlichtingen te verstrekken, die zij zou behoeven, was een geestelijke: Father Mc Nally. Waarlijk, ik heb van Father Mc Nally, die een uiterst vriendelijk, maar niet minder resoluut man is, heel veel medewerking ondervonden en toen ik daar, daags voor den aanvang van het Congres, zoo plomp verloren in zijn kantoor kwam binnenval len, was hij aanstonds bereid mij met alles van dienst te zijn. Zijn aangename ver schijning zal mij nog lang bijblijven. Maar toen ik hem vroeg, hoe hij zich voorstelde, dat ik van al die vergaderingen iets, zij het dan ook maar een heel kort relaasje, naar Holland zou kunnen melden toen haalde hü de schouders op en sloeg forech de handen in elkaar en zei; „Aan mij ligt het niet. Ik heb alle sprekers aangeschreven, om mij een afschrift van hun inleiding te zenden ten behoeve van de pers en ik hebgeen één antwoord ontvan gen." Ja, ik weet het wel, zoo Is het in Amster dam ook gegaan, maar dan zat de perscom missie er achterheen en ten slotte kwam de rede dan toch. Maar hier stond Father Mc Nally alléén voor een taak, die niet alleen de verzorging van de Pers, maar die voor de geheele pu bliciteit omvatte en het is te begrijpen, dat hij niet meer kon doen, dan hy deed. Ik moet er mij dan ook toe bepalen, te vertellen dat er op de sectie-vergaderingen zeer belangrijke onderwerpen zijn bespro ken en dat de vergaderingen over het al gemeen zeer flink bezocht waren. Natuurlijk hielden alle inleidingen ver band met de H. Eucharistie in betrekking tot de Moedermaagd. In alle talen werd er gesproken, in het Engelsch het meest natuurlijk en in het Fransch, in het Italiaansch en in het Tsjecho-Slowaaksch, in het Spaansch en in het Duitsch, maar Nederlandsch werd er niet gehoord. Ons land was dan ook maar poovertjes vertegenwoordigd slechts een drietal Nederlandsche geestelijken was officieel naar Sydney gekomen, n.l. Pater van Dijk uit Amsterdam, die als lid van het Interna tionaal Comité voor de Eucharistische Con gressen aanwezig was, verder Mgr. Vesters en ten slotte de in Rome woonachtige Patei Brocke. generaal van de priesters-missiona rissen van het H. Hart. En al zullen er nu misschien nog wel en kelen meer het Congres hebben bijgewoond, zooals bijv. de Amerikaansch-Hollandsche pastoor uit New-Orleans, dien ik aan boord van de „Narkunda" leerde kennen en dien ik hier nog eenmaal even heb gesproken, officieel waren er maar drie. En die zullen het met de Latynsche sec tie wel afgekund hebben, zoodat een Neder landsche sectie niet noodig was, ook niet voor de weinige Hollanders, die hier wonen en die voor het meerendeel niet-Katholiek zijn. Ik vertelde al eens, dat hier twintig Ne derlanders wonen. Dat is niet heelemaal juist. Er zyn er twintig, die elkaar zoo nu-en-dan eens zien en in elk geval met Koninginne-verjaardag bij elkaar komen maar bovendien zijn er misschien nog een paarhonderd hier en daar verspreid, waar onder twee groepen genoemd moeten wor den: gedroste matrozen, die hier van hun schip zijn weggeloopen en beoefenaars van de Krishnamurti-leer, die immers bij ons in Huizen (N.-H.) hun hoofdkwartier heb ben. Deze laatsten, die een fraai gebouw in een der deftigste voorsteden bezitten, hokken daar altijd bijeen, maar bemoeien zich met de overige Nederlanders heelemaal niet. En ik heb wel bemerkt, dat die „overige Neder landers" dat heel aangenaam vinden. Een Nederlandsche sectie was dus niet noodig, maar als je dan uit Holland hier gekomen bent, dan vind je het toch wel een beetje jammer, dat dat zoo Is, dat er niet heel wat meer van onze land- genooten desnoods uit Indië, als Neder- land dan te ver weg ligt in deze dagen naar Sydney zyn getrokken; jammer, met het oog op het Congres natuurlijk in de eerste plaats, maar jammer ook met het oog op onze betrekkingen met Australië, die gerust een beetje versteviging kunnen ver dragen. Want, behalve enkele firma's, die hier vasten voet gekregen hebben en waarover ik 't later nog wel eens zal hebben, wordt er maar door weinigen uit ons land hun producten hier aan de markt gebracht. Waar trouwens ook alweer een reden voor is, die ik eveneens nog hoop te bespreken Maar eerst krijgt de stad Sydney als stad een beurt. ARTHUR TERVOOREN Beeld-overbrenging, Radio-bioscoop en Te levisie, de Televisie staan op het oogenblik ln het middelpunt der belangstelling, vooral in Amerika en Engeland. De beeld-overbren ging langs radio-telegrafischen weg, en ook de Radio-bioscoop zijn, goed beschouwd, voorloopers van de Televisie. Het eerste heeft ten doel een beeld, meestal de foto van een bekend persoon, langs radio-telegrafische weg over te brengen en het in het ontvangtoestel weer op een papierstrook te „ontvangen", het tweede, de Radio-bioscoop, gaat al weer een stap verder. Een bekende Amerikaan, C. Francis Jenkins heeft de Radio-bioscoop in een dergelijk stadium gebracht dat men een flim kan „uitzenden" en elders „ontvangen" en opnieuw projecteeren. De afstand tusschen het zend- en ontvangstation was wel niet groot, wat eenige vereenvoudigingen moge lijk maakte, en men kon de overgebrachte beelden wel niet vergelijken met de beelden van de ons overbekende bioscoop maar een en ander neemt toch niet weg, dat het be gin er is. Hetzelfde kan gezegd worden van de Te levisie, welk woord beteekent „op het mo ment zélf dat ergens een gebeurtenis plaats vindt dit gebeuren draadloos en in beeldvorm overbrengen". Zooals thans dus reeds be langrijke redevoeringen door middel van de Radio worden uitgezonden en „op het mo ment zelf" van het uitspreken door de be zitters van een ontvang-toestel aangehoord kunnen worden, zoo stelt men zich voor door middel van de Televisie den spreker voor de luisteraars zichtbaar te maken. Wij hebben reeds eeitier hier ter plaatse bètoogd, dat de komst van de-Televisie onaf wendbaar is en wij zijn die meening nog steeds toegedaan. Toch moeten wij hierop onmiddellijk laten volgen, dat het zeker nog eenige jaren zal duren, voordat men van een werkelijk goede beeld-overbrenging zal kun nen spreken. Wij zouden de periode, waarin de Televi sie zich thans bevindt, kunnen vergelijken met het „kristal- of coherer-tijdperk" van de Radio, een twintigtal jaren geleden. Een periode dus, waarin nog gfcen sprake was van een geregelden omroep. (In Amerika heeft men reeds vrij geregelde tijden van „beeld uitzending".) Dat wil echter niet zeggen, dat het nog minstens tien jaar duren zal, voor dat men aan de Televisie dét zal hebben, wat men nu reeds aan de Radio heeft, het proces zal hoogstwaarschijnlijk wel veel snel ler verloopen, maar men moet zich toch niet voorstellen, dat dat over eenige maanden reeds zoover is. De moeilijkheden die men bij de verwerkelijking van de Televisie te over- vinnen heeft zijn belangrijk grooter dan die waarmede men bij de Radio te kampen had Fig. A.: Een deel van het opname-apparaat. A. 1000-Wattlamp; D. schyf, de gaatjes zyn duidelijk te zien, ook, dat ze ieder voor zich weer iets meer naar het middelpunt van de schijf staan, tot den overgangssprong; L vergrootglas. Het streepiyntje stelt een lichtbun deltje voor In het St. Alphonsus-Retraitehuis te Amersfoort is door leden van St. Raphaël een retraite gehouden. Drie en zestig spoor- en trammannen namen er jian deel; hiervan waren er vijftien uit de afd. Haarlem, die voor den eersten keer een retraite volgden. De regelingscommissie, bestaande uit de heeren Giesen, Gecrs en Westbroek, had alle eer van haar veie moeiten en kon getuigen dat alles volkomen geslaagd was. Bij het einde der driedaagsche oefening sprak de heer Geers van Zandroort namens alle deelnemers een harteiyk woord van dank tot de Eerw. Paters Redemptoristen, die da Retraite hadden releid-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 5