Wat de geweldige storm
vernietigde
De Partijraadsver
gadering
BUREAUX: NASSfiULA AN 49 1
DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN
MAANDAG 26 NOVEMBER 1928
TWEE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17015.
AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN
GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL
>f19R bix verlffis van een fCft
Vele schepen gestrand en gezonken Overstroomingen
De „Heinrich Podeus" voor Zandvoort gestrand Een schip aan de kust tusschen
Zandvoort en IJmuiden voor den Bloemendaalschen Zeeweg gezonken Schade aan
de havenwerken te IJmuiden De binnenstad van Dordrecht ondergeloopen
Schepen gestrand op de Noord-Hollandsche eilanden
DE STORM
De „Heinrich Podeus" te
Zandvoort gestrand
De Christian Michelsen voor
Hoek van Holland vast-
geloopen
Een stoomschip in de
branding bij den Zeeweg
(Telefoon No. 13866 (drie lijnen)
Postrekening No, 5970.
ABONNEMENTEN: voor Haarlem en
Agentschappen: per week 25 ct.; per
kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal
f 3.58 bi) vooruitbetaling.
COURANT
t ADVERTENT IEN 35 ct. p. regel
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN
TIES, 1 4 regels 60 ct. p. plaatsing;
elke regel meer 15 ct., bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGÈN
j) tusschen den tekst 60 ct. per regel, (g
Alle abonné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden J1 JJQQQ
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen:
Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f7 Cf) Dij een ongeval met f bij verlies van een hand, f IOC bij verliés van een f£f| bij 'n breuk van
verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; I «JU.**doodelijken afloop; 16oU/e» roet of een oog; 1 duim of wijsvinger;
1 ILtJ.' duim of wijsvinger; I UIL" been of arm;
VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL.
bij verlies v. een
anderen vinger.
Terwijl Vrijdagmiddag en Vrijdagavond
de storm bulderde en loeide over alle wegen,
trokken uit alle provinciën, uit alle
kieskringen, de katholieke voormannen, die
te zamen den Partijraad vormen, naar de
aloude bisschopsstede Utrecht, om daar het
program der Katholieke Staatspartij voor de
verkiezingen van 1929 vast te stellen.
En op onzen tocht door het stormweer
naar de metropool, denkend aan de velen,
die in dit zelfde uur, door denzelfden storm,
naar Utrecht optrokken, fluisterden wij
onwillekeurig voor ons zelf de bekende vers
regels van Guido Gezelle:
Ha! wie weet hoe veel gevaren
die niet hebben uit te staan
Wjj tenminste, die ons voorgesteld hadden,
de vergaderstad per auto te bereiken, wij
hadden alvorens Amsterdam bereikt was
reeds zooveel zonderlinge schommelingen
meegemaakt, dat wij het, ondanks een overi
gens steeds onverschrokken automobilist-
chauffer, verkieselijker achtten, het verdere
gedeelte van den tocht maar per stevig-op-
de-rails gehouden trein af te leggen.
En vele» zal 't gegaan zijn als ons: al
worstelend met de elementen bereikten we.
het monumentale Jaarbeursgebouw om daar
samen te komen met velen
Symboliek?
Wij hebben er een tikje symboliek in ge
zien.
Van overal, hoezeer de storm ook hin
derde hoeveel moeilijkheden er ook te
overwinnen waren, hoeveel opofferingen
evlen zich ook moesten getroosten om eigen
belang en eigen inzicht een zekere beperking
op te leggen van overal kwamen de ver
trouwensmannen van heel ons katholieke
volk van Nederland bijeen om één te zijn
met de velen en om daar in vredig overleg
hun op hoogere eenheid te demonstreeren en
ten slotte vast te leggen in een partijprogram.
Het feit, dat het program met algemeene
stemmen werd goedgekeurd, beteekent, dat
het eenheidsgevoel onder de Katholieken van
Nederland nog heel sterk is èndat het
ontwerp-program voor de huidige omstan
digheden voortreffelijk was samengesteld.
Werd dit ontwerp reeds aanstonds na zijn
verschijnen in de pers en elders algemeen
hoog geroemd, de deugdelijkheid daarvan
bleek nog sterker in het verloop der debat
ten.
Het is toch wel sterk, dat slechts over heel,
héél enkele van de 113 ingediende amende
menten gestemd moest worden en dat er
door de vergadering slechts heel enkele
en dan nog niet zeer ingrijpende wijzigin
gen werden aangebracht.
Dat mag een groot succes genoemd worden
voor de politieke leiders, die dit ontwerp
samenstelden vooral voor mgr. Nolens,
die in de samenstelling daarvan natuurlijk
(dat „natuurlijk" vloeit ons vanzelf uit de
pen!) het grootste aandeel heeft gehad.
En niet alleen in de samenstelling ook
in de Aanneming, in de over 't algemeen
grage aanvaarding van het program ter
vergadering.
Immers, wanneer dit toch tamelijk uitvoe
rig program, in verband waarmee zoo ont
zettend veel amendementen waren ingediend,
in enkele uren ochtend- en middagvergade
ring bijna zonder slag of stoot met alge
meene stemmen ten 'slotte werd aangeno
men, dan is dit allereerst te danken aan den
voorzitter mgr. Nolens.
Wat 'n takticus!
En bestudeering van zijn meesterlijke tak-
tiek als voorzitter en als politicus was op
zich zelf al dubbel en dwars een moeizame
reis naar Utrecht waard geweest.
Alles aan hem is politiek, in dien zin, dat
alles hem ten dienste staat om in zijn opvat
ting van het algemeen belang het best-
toogelijke te bereiken.
Hij laat geen discussies zich toespitsen tot
daar, waar de overeenstemming al te moei
lijk of onmogelijk zou worden, en zijn groote
waardigueid weerhoudt er de sprekers ook
wél van, zich te buiten te gaan of het eigen
inzicht al te onverzoenlijk naar voren te
brengen.
Dank zü zijn leiding blijven de debatten
steeds in een sfeer, waarin de oplossing voor
9e hand ligt of waarin ieder den tegenover
gestelde voorstellen ten slotte niet onaan
vaardbaar is.
En mocht het een enkelen keer voorkomen,
dat een werkelijk verkeerde oplossing aan
vaard dreigt te worden, dan weet hij het
beele geval als momenteel minder be
langrijk en dus minder urgent weg te
blazen.
En terwijl de afgevaardigden zich nog
afvragen, wat er eigenlijk gebeurt, zijn we
aHang aan het volgende punt der besprekin
gen bezig.
f Is wonderlijk, wat deze geboren staats-
^n, dank zij zijn groote kennis en zijn
J'tzaglijk rijke politieke ervaring, weet te
en natuurlijk speelt zijn terecht
bereiken
en veelal graag aanvaard overwicht hierbij
11 groote rol; maar mgr. Nolens zou mgr.
du enS ni0*' Z^n' als alleen maar (excusez
136X1:1 beschikte over zijn kennis, zijn poli-
e ervaring en dus over zijn over
wicht.
die^' iNolens is de groote takticus en
a ticus openbaart zich niet alleen in
de meesterlijke leiding der discussies, in he
aangeven van de groote lijn die takticus
openbaart zich in tallooze, welhaast onop
merkbare kleinigheden; een strenge blik, een
lachje, een vlug gebaar met de hand, rond
of hoekig of vlak uitgestrekt, een groote knik
met het hoofd, een ietwat korzelig gebaar,
een geheimzinnige intonatie in zijn stem
Ja, zelfs een zekere schorheid in de keel,
waardoor de stem minder duidelijk klinkt
komt hem maar dan natuurlijk ondanks
hemzelf ten voordeel!
Hoe voortreffelijk mgr. Nolens' leiding ter
Partijraadsvergadering echter ook was en
hoezeer onder zijn leiding ook in den kortst-
mogelijken tijd het best-mogelijke resultaat
is bereikt, toch was het jammer, heel jam
mer, dat de Partij-voorzitter, jhr. Ruys de
Beerenbrouck in verband met zijn ziekte
ditmaal niet aan de bestuurstafel had kun
nen plaats nemen.
Hoe zou hij evenééns meesterlijk zij
het ook op eenigszins andere wijze dan Mgr.
Nolens de discussies geleid hebben; hoe
zou ook hij een sterke, en toch welhaast
onvoelbare, welbewuste stuursmanskunsr
aan den dag gelegd hebben!
Ter vergadering is van vele zijden het
gemis van jhr. Ruys betreurd, en meer
deren hebben de beste wenschen voor zijn
spoedig en algeheel herstel uitgesproken.
Wenschen, waarmede wij ons gaarne van
ganscher harte vereenigen.
Beperken wij ons voor heden verder tot
een korte bespreking der vergadering van
Vrijdagavond.
De R.-K. Kamercentrale te Haarlem
heeft met haar voorstel beoogende prae-
advies te doen uitbrengen over het vraag
stuk van den vrouwenarbeid, voorzoover
deze het moeilijk maakt voor den jongen
man, om een gezin te stichten, en voor den
man om zijn gezin te onderhouden succes
gehad, met dien verstande, dat het onder
werp in de volgende vierjarige periode te
goeder ure aan de orde gestéld zal worden.
Het zal dus nog wel even duren, vooraleer
het vraagstuk in zijn geheelen omvang in
studie genomen zal worden (de politieke
actie zal voorloopig wel alle hens aan dek
eischen), maar wanneer dit voor heel de
samenleving uiterst belangrijke vraagstuk
eenmaal aan de orde komt, en vooral, wan
neer eindelijk, na verloop van nóg veel lan-
geren tijd, een zekere teeker.ing zal komen
in de houding der overheid ten aanzien van
te veel en te algemeenen, voor de maat
schappij funesten vrouwenarbeid, dan zal de
Kamercentrale-Haarlem met gerechtvaar
digden trots mogen constateeren: „Daartoe
heb ik den stoot gegeven."
Minder gelukkig was dezelfde Kamer
centrale met haar motie ten aanzien van
het wetsontwerp tot herziening van de
financieele verhouding tusschen Rijk en ge
meenten, de motie n.l. hiertoe strekkend, dat
de katholieke Kamerfractie haar volle
medewerking zou verleenen, opdat het voor
stel nog in dit zittingsjaar tot wet verheven
zou worden.
Mgr. Nolens merkte grappig op, dat men
allerwegen doende is om uit te .rekenen, of
de nieuwe wet eventueel voordeel of nadeel
zal brengen voor de eigen gemeenten en dat
men geneigd is van den uitslag dezer bereke
ning zijn oordeel te laten afhangen over het
aanhangige wetsontwerp.
Met afzonderlijke kringen kon men in dit
opzicht toch geen rekening houden, conclu
deerde mgr. Nolens, enwèg was de motie.
Een zelfde lot trof het voorstel-Rotterdam,
betreffende de samenwerking der Staatspartij
na de verkiezingen „slechts" met die par
tijen, „welke voldoende waarborgen geven tot
eenparige samenwerking bij de volledige op
heffing van alle belemmeringen der mission-
neering in Indië."
Na een korte uiteenzetting van mgr.
Nolens, waarin uitkwam, dat het Partijbe
stuur en de Kamerclub toch steeds diligent
en van alles op de hoogte zijn, terwijl de
eventueele samenwerking met andere partijen
toch ook wel degelijk en zeer rustig voorbe
reid zal worden, was ook dit voorstel spoor
loos verdwenen.
Het is van een niet te onderschatten be
lang, hoe bij de verkiezingen voor de partij
het stembiljet zal zijn ingericht, vooral met
het oog op de geadviseerde candidaten.
Er zijn partij-trouwe palstaanders, die het
partij-advies op het biljet zoo duidelijk
mogelijk willen doen uitkomen, er zijn
„demokraten", die het stembiljet zóó willen
inrichten, dat de geadviseerde candidaten op
het biljet praktisch zoo weinig mogelijk voor
keur genieten.
Nu was er verschil van meening over de
vraag, of de Partijraad in zijn vorige ver
gadering besloten had, de geadviseerde can
didaten enkel maar te. onderstrepen, dan wel
hen tevens bovenaan te plaatsen. t
Op voorstel van mr. Leesberg van Alkmaar
was indertijd besloten tot onderstreping,
doch hield dit besluit tevens in, dat men zou
vasthouden aan de voorkeur-plaatsing
bovenaan?
Met veel recht kon de heer Max van Pol
betoogen, dat in dat geval de onderstreping
toch geen zin had: waarom zoti men de ge
adviseerde candidaten nog eens extra gaan
onderstrepen, als ze toch reeds bovenaan ge
plaatst staan?
Het is wel gebleken, dat dit indertijd niet
de bedoeling van de vergadering geweest is,
immers, thans maakte de vergadering defi
nitief uit, dat volstaan behoorde te worden
met enkel onderstreping.
Bij monde van mr. Kusters uit Alkmaar
hebben de afgevaardigden Haarlem-Helder
protest uitgebracht tegen de toewijzing der
kwaliteits-zetels aan de genoemde kieskrin
gen-combinatie.
In dit protest beklagen de protesteerenden
zich erover, dat de beide toegekende zetels
zijn van kwaliteiten, die geheel of nagenoeg
geheel vreemd zijn aan den aard van de be
volking hunner kieskringen en die in het
geheel geen rekening houden met den geest,
die onder de bevolking van deze beide kies
kringen heerscht.
Het zou zoo werd verder betoogd
tot de onmogelijkheden behooren, voor deze
kwaliteitszetels bij de komende verkiezingen
eenig enthousiasme te wekken.
Ook wij zijn van meening, dat Haarlem-
Helder er wel bijzonder ongelukkig is afge
komen: we krijgen één zetel toegewezen voor
handel, nijverheid en verkeer en één voor de
vrouw in de Kamer.
Wij zouden de bewoordingen in deze pro
test-motie niet gaarne tot de onze maken,
wij zouden b.v. niet graag beweren, dat een
vrouwelijke candidaat „geheel vreemd" is j
aan den aard van onze bevolking; doch in
het algemeen mag gerust gezegd worden, dat
het verkiezingsenthousiasme met deze beide
kwaliteitszetels voor oogen bijzonder moei
lijk gewekt zal worden.
En daarom hopen we, dat door middel van
een of andere gelukkige combinatie nog een
betere oplossing gevonden zal worden.
Doch, mocht dit niet mogelijk blijken, dan
twijfelen wij niet, of iedere katholiek in onze
k—skringen zal evengoed zijn of haar plicht
doen.
Immers, al is het ook niet zoo prettig en
niet zoo animeerend om in bepaalde kies
kringen te vechten voor kwaliteiten (en per
sonen!), welke aan den aard der bevolking
min of meer vreemd zijn we weten ten
slotte toch,, dat onze kamerleden geen streek
of geêh gewest vertegenwoordigen, doch onze
Katholieke Staatspartij, en dat alle katho
lieke kiezers van het heele land samen
moeten werken om in de Kamer zoo goed
mogelijk het ideaal te verwezenlijken, dat
men zich stelde, toen men het nieuwe kies
reglement aanvaardde.
Te Monnikendam
Te Monnikendam was het water heden
nacht, 1 uur, nog normaal, doch vanmorgen
6 uur a half 7 begon het onrustbarend te
sleigen, zoodat het al spoedig l1/. Meter
boven peil stond. Het water drong de hui
zen binnen en stond in de laag gelegen
huizen, weldra 1 M. a 1.25 M. Hedenmorgen
9 uur was het water nog steeds stijgende en
gevaar bestond, dat het water de zijstraten
van het Noordeinde, dat het hoogste punt
van den dijk is, zou overstroomen. De hui
zen daar werden öhtruimd hedenmorgen.
Te Wormer
Door den zwaren Noordwesterstorm werd
gisteravond te Wormer het water van de
Zaan hoog opgestuwd, zoodat gisteravond 11
uur gevaar begon te dreigen, dat de dijk
tusschen Wormer en Oost-Knollendam door
zou breken. Onder toezicht van de autoritei
ten is men onmiddellijk met man en macht
begonnen de zwakke plekken te versterken,
waarin men gelukkig slaagde. Ook de dijk
van den polder Enge Wormer en de Kalver-
dijk langs de Zaan moesten versterkt worden
Op Ameland
Ameland heeft van den storm veel te lijden
gehad. Het westerduin werd ernstig geteisterd,
groote brokken sloegen weg, zoodat de toe
stand langen tijd kritiek was.
Zuid Limburg geteisterd
Ook Zuid Limburg is door het noodweer
geteisterd. De geheele streek heeft, tengevolge
van een storing in het electrisch net, langen
tijd in 't donker gezeten.
Te Wolder is een schuur omgewaaid en te
rechtgekomen op een huis, bewoond door
acht personen. Er deden zich geen persoon
lijke ongelukken voor. Op den hoogen ka
naaldijk is een kruin uit een boom gewaaid
en door een dak van een woning, even boven
het bed, blijven hangen. De bewoners waren
juist opgestaan. In het park Hertenkamp op
den weg Borgharen zijn veel boomen omge
waaid. In Borgharen ging dit noodweer ver
gezeld van donder en bliksem.
De Maas was 96 c.M. gewassen en stond
Zaterdag 1.60 M.
In verschillende streken, zooals den Maas
kant, de streek Doenrade—Schinveld, Nuth—
Geleén en MaastrichtSittard hebben de
landerijen veel te lijden gehad van den regen
val, terwijl de wegen door het slijk en de
modder onbegaanbaar werden. In vele plaat
sen werden de pannen en leien van de daken
gerukt, terwijl de ruiten ingedrukt werden.
Op den Rijksweg RoermondMaastricht
werden eenige boomen ontworteld, terwijl
vele zware takken werden afgerukt.
Op vele plaatsen konden de rioleeringen
het regenwater niet verzwelgen, zoodat de
wegen blank stonden.
Een schip op het Tjeukemecr
gezonken
De stoomboot „Harmonie," kapitein Bakker
van Echten, geladen met vee en stukgoede
ren en op reis van Leeuwarden naar Echten,
is Vrijdagavond ongeveer 7 uur door den
storm overvallen op het Tjeukemeer. Het
schip werd lek geslagen en zonk.
Vijf personen bevonden zich op de stoom
boot en hebben een angstigen nacht op het
wrak doorgebracht. Zaterdagmorgen tien uur
werden zij gered. Drie koeien zijn verdronken.
Hoog water
Men meldt ons uit Sliedrecht:
Alle aannemers hier zijn gisteravond door
Hoek van Holland opgebeld, dat meedeelde
dat het water stijgende is tot 2.30 M. boven
A.P. Men verwacht 'n even grooten waters
nood als in 1916.
Ook thans heeft de storm van Vrijdag
avond en Zaterdagmorgen ernstige gevolgen
gehad, waarbij wellicht ook menschenlevens
te betreuren zullen zijn.
Toch is de kracht van den storm niet zoo
hevig geweest als die van den storm op
16 November.
De filiaalinrichting van het Kon. Ned.
Meteorlogisch Instituut deelt immers het
volgende mede;
Nadat de barometer den 23sten voortdu
rend gedaald was, werd te ongeveer half
zeven des avonds de laagste stand 734.0
bereikt. De wind die tot nu toe tusschen
zuid en zuidwest was geweest, ruimde
langzaam tot west, terwijl de regen een uur
te voren had opgehouden. Des middags 2
uur bereikte de wind de stormgrens, de
grootste windsnelheid 17 tot 20 m. p. s.
gemiddeld over vijf minuten kwam voor
gedurende het geheele uur van 6 tot 7;
de druk liep tot 98 en 107 K.G. per M2 op.
Tot 8 uur voormiddag van 24 November bleef
de wind met stormkracht uit het westen tot
westzuidwesten doorstaan.
23 opvarenden door de reddingsboot van
boord gehaald.
Zaterdagmorgen omstreeks half 6 werd
<i'e plaatselijke oommissie van de Noord- en
Zuidhollandsche Redd'ingsmaatschappü van
IJmuiden af in kennis gesteld, dat een
stoomschip in nood verkeerde en met
vaart op de kust naar Zandvoort kwam.
Direct werd alles in gereedheid ge
bracht om wanneer het noocüg zou zijn
assistentie te verleenen. Het was nog erg
donker, maar hoe men ook op zee keek,
noodsignalen waren er niet te bespeuren.
Toen het licht begon te worden, werden er
in IJmuiden nadere inlichtingen gevraagd,
maar toen werd geantwoord, dat het schip
reeds weer ver van Zandvoort af was. Te
gen den middag kwam in Zandvoort het
schip in zicht en om even oves tweeën
liep het een 4 kilometer ten zuiden van
Zandvoort op de kust vast. Het bleek de
Heinrich Podeus te zijn, die op weg was
naar Rotterdam, een vrachtboot, groot 4300
ton, bemand met 25 koppen. Het is een
Duitsch schip en al de opvarenden zijn
Duitschers. Direct werd de reddingsboot,
bemand met 13 personen, onder leiding van
Willem Paap, naar de plaats der stran
ding gezonden. Ongeveer een 75 meter van
de plaats waar de stoomboot gestrand was,
werd de reddingsboot in zee gebracht. Dit
kostte aan de bemanning veel moeite en
verschillende moesten tot bijna aan den
hals en voor het water in. Maar de mannen
van de reddingsboot zijn niet bang voor een
nat pak. Van de stoomboot werd direct
een lijn toegeworpen, die gelukkig kon op
gevangen worden en het duurde niet lang
of de reddingsboot lag naast de Heinrich
Podeus. Al de leden van de plaatselijke
commissie van de Noord- en Zuidholland
sche Reddingsmaatschappij waren aanwe
zig bij de redding. Ladders werden van de
'oogt neergelaten, en 23 personen, met de
zwemvesten aan verheten het vastgeloopen
schip. Alleen de kapitein en de ie stuur
man bleven achter. De kok kwam in zee
terecht, maar hij werd gelukkig spoedig ge
grepen en ook in de reddingsboot gebraent.
De boot kwam spoedig aan wal. De heer
P. v. d. Mey met zijn wakkere reddingsbri
gade had intusschen in het duin een tent
opgeslagen, waar de opvarenden verkwikt
werden. Bijzondere zorg werd gewijd aan
den kok. Hij werd! in dekens gewikkeld
en per brancard naar Zandvoort gebracht.
De andere 23 opvarenden liepen naar Zand
voort en vonden onderdak in Hotel „Zo-
merlust". De reddingsboot koos weer zee,
maar de kapitein en de stuurman gaven te
kennen dat zij het schip niet verlaten wil
den. De kapitein heeft draadloos met de
fa. L. Smit en Co. Internationale Sleep
dienst een contract afgesloten om het
schip weer in zee te krijgen. Dit zal wel
een werk van eenige maanden worden,
want eerst moet het schip, dat bij gewo
nen waterstand geheel droog staat, omge
draaid worden en dan moeten de zandzui
gers aan het werk.
Toen het Zaterdagmiddag bekend werd,
dat een schip gestrand was, gingen zeer
velen er heen. Het was er verbazend druk
en op het eind van den Boulevard bij de
bodega Driehuizen, stond het vol auto's en
rijwielen. Het was een fantastische gezicht,
toen het donker begon te worden en men
de lichten, die de bezoekers lieten schij
nen, over het donkere strand met de wit
schuimende zee er achter zag schijnen. Er
spoelden ook nog al wat planken aan, die,
veelal ten koste van een nat pak, werden
opgevischt. Zondag den geheelen dag was er
veel bekijks. Het was er werkelijk druk en
de tram had een vervoer, als in het sei
zoen. Zondagmorgen hebben de kapitein
exx de stuurman het schip verlaten en het
beheer aan een inspecteur van Zandvoort
overgelaten.
„President van Heel"
ken.
is derwaarts vert.rok-
V. D. seint d.d. Zondag uit Hoek van
Holland
Het Noorsche stoomschip „Christian Mi
chelsen" laat, voor den Waterweg bij den
gasboei, vuurpijlen af. De reddingsboot
Waarschijnlijk 3 man verdronken.
De reddingboot „President van Heel"
heeft van het voor den Nieuwen Waterweg
in nood verkeerende Noorsche stoomschip
„Christian Michelsen" 24 man gered. Waar
schijnlijk zijn echter 3 man verdronken,
waaronder ook d'e loodskapitein zou zijn. De
tweede machinist zou zich echter nog aan
boord bevinden. Het schip, dat 2000 meter
benoorden a'en Nieuwen Waterweg is ge
strand, was in ballast op weg van Ant
werpen naar Rotterdam.
Nog nader meldt men uit Hoek van Hol
land aan d'e Courant:
Tegen half zes hedenavond werd te Hoek
van Holland een draadloos sein ontvangen
van de „Christian Michelsen", waarin
sleepboothulp en een ï-eddingsboot werden
gevraagd. Bovendien werd waargenomen,
dat vuurpijlen werden afgeschoten. Het
schip bevond zich toen op 4 mijl ten Noord
westen vap den seinpost te Hoek van Hol
land. De''sleepbooten kondeiï wegens het
woelige weer niet uitvaren, doch terstond
wercï de reddingsboot „President van Heel"
onder bevel van kapitein Slis gereed ge
maakt. Geen oogenblik aarzelde de dappere
bemanning om zich naar buiten te wagen in
de kokende! zee.
Om 6.15 verliet de reddingsboot de berg-
haven. De mare, dat de reddingsboot zee
had gekozen werd weldra door heel rioei:
van Holland verspreid en het meerendeel dei-
inwoners spoedde zich naar den sein
post, om te trachten de boot te volgen.
Worstelend' met de golven naderde de
„President van Heel" het doei. Voortdu
rend werden van boord van de „Christian
Michelsen" nog vuurpijlen afgeschoten. Her
haaldelijk zag men hoe de reddingsboot
door geweldige golven werd teruggeslagen
en zeer lang duurde de strijd met de bran
ding. voor men er in slaagde buiten de pie
ren te komen. Maar de schier onoverko
melijke moeilijkheden werden door Slis en
de zijnen ten slotte toch glansrijk over
wonnen. Hij naderde al meer en meer het
vaartuig, dat, met alle lichten aan, nog
steeds niet vastgeloopen bleek, maar her
haaldelijk meegesleurd werd door de woe
dende golven om 'n eind verder weer op den
dam te worden gesmakt. Duidelijk was te
zien, dat de „Christian Michelsen" ongeladen
was, want hoog stak het voortuig soms uit
boven het strandhet was daardoor een
gemakkelijke prooi der golven.
In spanning tuurde men naar den dansenden
notedop, waarin Slis en de zijnen red
ding gingen brengen. Langzaam naderde
men ten slotte toch het schip in nood. Een
moment was de reddingsboot er vlak bij,
maar toen sloeg een venijnige golf haar
weer terug en moest opnieuw door handig
manoeuvreeren gepoogd worden den Noor
te naderen.
Een halfuur duurde dat spel. Toen zag
men hoe de reddingsboot zich van het
schip verwijderde en weer koers zette naar
de haven.
Zou zij de schipbreukelingen met zich
meebrengen?
Men was in het onzekere over hetgeen
geschied kon zijn, want verbinding kon
n.. i niet krijgen.
Eindelijk hing de loodscommandant een
zwart sein op.
„Heb schipbreukelingen aan boord; drie
man vermist; kapitein en tweede machi
nist aan boord gebleven".
De tijding was spoedig bekend Mj ae
bevolking en allen spoedden zich naar de
berghaven, waar een dichte menigte bijeen
gepakt stond, zoowel bij den steiger, als
voor het gebouw van loodswezen. De gie
rende storm en de regenvlagen deerden
de menigte niet. Zij leefde mee met die
helden die daar weer zoo onverschrokken
hun duren zeemansplicht hadden vervuld.
Om half negen kwam de „President van
Heel" voor den aanlegsteiger, met zich
brengend 24 leden der bemanning van den
gestranden Noor.
Door en door verkleumd, nat en koud,
nog geheel ontdaan van de doorstane
ellende, moesten de meesten ondersteund
worden, om het lokaal van het loodswezen
te bereiken.
Daar was alles voor hen in gereedheid
gebracht. Groote dampende koppen koffie
werden hun door dames-leden van de
reddingsbrigade naar- de lippen gebracht.
Men hielp de geredden het doorweekte goed
uittrekken en voorzag allen van droge
onder- en bovenkleeren.
De geneesheer van Hoek van Holland,
dr. Knip, was met zijn mannen present. Hij
onderzocht allen en verbond hier en daar
wonden, die sommigen hadden opgeloopen.
Mede was aanwezig commissaris Jas.
De mannen kwamen wat bij en vertelden
hun wedervaren.
Toen deed het treurige bericht de ronde,
dat drie mannen werden vermist, waar
onder de loods, die te Vlissingen aan boord
was gekomen.
Wie waren de vermisten? Men hield
appèl, telde de koppen, deed navraag
onder kameraden en toen werd vastgesteld,
dat met den Vlissingschen loods vermist
werden twee leden der bemanning, name
lijk een matroos en een stoker. Er waren
29 man aan boord geweest, twee waren er
achtergebleven en 24 waren gered. Men
telde helaas drie slachtoffers.
Een gat in den dijk
Naar gemeld wordt, is een groot gat gesla
gen in den Zuiderzeedijk ten oosten van het
dorp Midland op Terschelling.
Men toog oogenblikkelijk aan het werk, om
het gat te dichten. Ongeveer 50 arbeiders
waren daarbij aan het werk. Die moest snel
geschieden, daar spoedig het water weer hoog
zou komen.
De opvarenden van een zeil
schip vermist
Uit Wemeldinge wordt gemeld, dat een
zeilschip, vermoedelijk de „Nieuwe Zorg",
schipper Meyer, onder den Steenbersche
Vliet iS gezonken. De „Dorus Rijkers" van
Smit's Bergingsbedrijf heeft tevergeefs ge
tracht de opvarenden op te sporen. Omtrent
hun lot is niets bekend. Vermoedelijk zijn zij
in de roeiboot gegaan.
Een houtboot
drijvende
stuurloos
Men meldt uit Terschelling: Ten noord
westen van de Eierlandsche gronden drijft
een houtboot stuurloos rond. Het is niet be
kend of zich nog menschen aan boord be
vinden. De sleepboot „Oceaan", die was uit
gevaren voor de „Malmö" heeft order ge
kregen het schip te assisteeren.
Het bergingspersoneel op de Malmö
in benarde positie
Het Zweedsch stoomschip Malmö zit, zoo
als men weet, nabij Ameland nog steeds
vast.
Het bergingspersoneel nu, dat zich aan
boord van dit schip bevond, kon het Zater
dag wegens de hooge zeeën niet verlaten,
zoodat om hulp geseind werd naar de „Bran-
daris" van Terschelling, die op weg is naar de
schipbreukelingen. De reddingsboot uit Nes
kon geen hulp verleenen. Aan boord van de
„Malmö" bevinden zich ongeveer 10 perso
nen, deels Amelanders, deels Terschellingers.
Het Zweedsch houtschip „Malmö"
thans geheel verlaten
Kranig reddingswerk
De reddingboot „De Brandaris", die Zater
dagmiddag 5 uur naar Ameland was ver
trokken om de bergers van het gestrande
houtschip „Malmö" af te halen, is Zondag
middag om 12 uur te Terschelling terugge
keerd. Den geheelen nacht is „De Brandaris"
in de nabijheid van de „Malmö" geweest,
doch heeft het schip niet kunnen bereiken,
doordat de „Malmö" te hoog op zit. De ge
heele bemanning is door een reddingboot
van Ameland van boord gehaald. Alles is
wel. De „Malmö" is thans geheel verlaten.
Omtrent de redding van de opvarenden en
het bergingspersoneel aan boord van de
„Malmö", kunnen wij nog meedeelen, dat,
nadat „De Brandaris" er niet in geslaagd
was het schip te bereiken, de Reddingscom
missie van Hollum besloot de bemanning
van de Hollumerreddingboot te alarmeeren,
en aangevuld met drie leden der bemanning
van de Nesser reddingboot, werden de pogin
gen aangewend het schip te bereiken. Onder
leiding van schipper H. Visser heeft de boot
zee gekozen en nadat twee pogingen, ten ge
volge van de hooge zeeën en den storm,
waardoor de reddingboot voorbij de „Malmö"
werd geslagen, mislukt waren, gehikte het
de derde maal de boot langszij te krijgen.
Alle 14 schipbreukelingen, die zich aan
boord bevonden, werden overgenomen. Onder
hen bevonden zich ook de kapitein van de
Malmö" en de heer Doeksen van de ber
gingsmaatschappij Doeksen. Allen hadden
den geheelen nacht op de brug doorgebracht,
daar 't schip verder geheel onder water ligt
en waarschijnlijk als verloren kan worden
beschouwd.
Vergeefsche Reddingspogingen
Waar is de bemanning?
Maandagmorgen 7 uur
Midden tusschen de kokende golven, op
'n afstand van eenige honderden meters van
het strand, ligt in zee, bij het einde van den
Bloemendaalschen Zeeweg, een stoomschip
in de branding. Met de gierende windvlagen
en de stortbuien, levert het schip, dat met
de brug - g boven het water uitsteekt, een
angstig gezicht.
8 uur
Het publiek aan het strand vraagt onder
elkaar wat de naam en de herkomst van het
schip is, doch niemand weet het met juist
heid, zoomin als de sterkte der bemanning.
Om 4 uur 's morgens warén de eerste seinen
gehoord, na 7 uur waren geen seinen meer
gezien.
In de verte nadert de IJmuider reddings
boot! Er wordt gemompeld, dat de beman-
ming van het schip verdronken moet zijn.
Half negen
Alleen de brug van het schipt steekt boven
water uit.
De IJmuider reddingsboot, onder comman
do van schipper Peeters, arriveerde ongeveer
acht uur. Op een afstand van K.M. ten
Noorden van de plaats, waar het schip is ge
strand, stak de met 12 man bemande red
dingsboot in zee. Een talrijk publiek slaat in
angst en spanning de pogingen gade. De
branding is zeer sterk, en men kan vanaf het
strand zien, hoe zwaar de redders moeten
zwoegen om door de zware golven te komen.
9 uur
Uit IJmuiden wordt bericht, dat de stoom
trawler „Johanna" IJmuiden No. 12 op weg
is naar de haven met 16 schipbreukelingen
aan boord.
Het is nog niet bekend van welk schip deze
schipbreukelingen zijn. Zouden zü van het
schip daar vóór ons zijn? Wü meenen echter
nog menschen op de brug te zien.
Kwart over negen
Nog meer berichten uit IJmuiden. Wü we-