Wat de geweldige storm vernietigde De Partijraadsver gadering BUREAUX: NASSfiULA AN 49 1 DIT NUMMER BESTAAT UIT DRIE BLADEN MAANDAG 26 NOVEMBER 1928 TWEE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17015. AANGIFTE MOET. OP STRAFFE VAN VERLIES VAN ALLE RECHTEN GESCHIEDEN UITERLIJK DRIEMAAL >f19R bix verlffis van een fCft Vele schepen gestrand en gezonken Overstroomingen De „Heinrich Podeus" voor Zandvoort gestrand Een schip aan de kust tusschen Zandvoort en IJmuiden voor den Bloemendaalschen Zeeweg gezonken Schade aan de havenwerken te IJmuiden De binnenstad van Dordrecht ondergeloopen Schepen gestrand op de Noord-Hollandsche eilanden DE STORM De „Heinrich Podeus" te Zandvoort gestrand De Christian Michelsen voor Hoek van Holland vast- geloopen Een stoomschip in de branding bij den Zeeweg (Telefoon No. 13866 (drie lijnen) Postrekening No, 5970. ABONNEMENTEN: voor Haarlem en Agentschappen: per week 25 ct.; per kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal f 3.58 bi) vooruitbetaling. COURANT t ADVERTENT IEN 35 ct. p. regel VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN TIES, 1 4 regels 60 ct. p. plaatsing; elke regel meer 15 ct., bij vooruitbet. Bij contract belangrijke korting. INGEZONDEN MEDEDEELINGÈN j) tusschen den tekst 60 ct. per regel, (g Alle abonné's op dit blad zijn ingevolge de verzekeringsvoorwaarden J1 JJQQQ tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen: Levenslange geheele ongeschiktheid tot werken door f7 Cf) Dij een ongeval met f bij verlies van een hand, f IOC bij verliés van een f£f| bij 'n breuk van verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; I «JU.**doodelijken afloop; 16oU/e» roet of een oog; 1 duim of wijsvinger; 1 ILtJ.' duim of wijsvinger; I UIL" been of arm; VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL. bij verlies v. een anderen vinger. Terwijl Vrijdagmiddag en Vrijdagavond de storm bulderde en loeide over alle wegen, trokken uit alle provinciën, uit alle kieskringen, de katholieke voormannen, die te zamen den Partijraad vormen, naar de aloude bisschopsstede Utrecht, om daar het program der Katholieke Staatspartij voor de verkiezingen van 1929 vast te stellen. En op onzen tocht door het stormweer naar de metropool, denkend aan de velen, die in dit zelfde uur, door denzelfden storm, naar Utrecht optrokken, fluisterden wij onwillekeurig voor ons zelf de bekende vers regels van Guido Gezelle: Ha! wie weet hoe veel gevaren die niet hebben uit te staan Wjj tenminste, die ons voorgesteld hadden, de vergaderstad per auto te bereiken, wij hadden alvorens Amsterdam bereikt was reeds zooveel zonderlinge schommelingen meegemaakt, dat wij het, ondanks een overi gens steeds onverschrokken automobilist- chauffer, verkieselijker achtten, het verdere gedeelte van den tocht maar per stevig-op- de-rails gehouden trein af te leggen. En vele» zal 't gegaan zijn als ons: al worstelend met de elementen bereikten we. het monumentale Jaarbeursgebouw om daar samen te komen met velen Symboliek? Wij hebben er een tikje symboliek in ge zien. Van overal, hoezeer de storm ook hin derde hoeveel moeilijkheden er ook te overwinnen waren, hoeveel opofferingen evlen zich ook moesten getroosten om eigen belang en eigen inzicht een zekere beperking op te leggen van overal kwamen de ver trouwensmannen van heel ons katholieke volk van Nederland bijeen om één te zijn met de velen en om daar in vredig overleg hun op hoogere eenheid te demonstreeren en ten slotte vast te leggen in een partijprogram. Het feit, dat het program met algemeene stemmen werd goedgekeurd, beteekent, dat het eenheidsgevoel onder de Katholieken van Nederland nog heel sterk is èndat het ontwerp-program voor de huidige omstan digheden voortreffelijk was samengesteld. Werd dit ontwerp reeds aanstonds na zijn verschijnen in de pers en elders algemeen hoog geroemd, de deugdelijkheid daarvan bleek nog sterker in het verloop der debat ten. Het is toch wel sterk, dat slechts over heel, héél enkele van de 113 ingediende amende menten gestemd moest worden en dat er door de vergadering slechts heel enkele en dan nog niet zeer ingrijpende wijzigin gen werden aangebracht. Dat mag een groot succes genoemd worden voor de politieke leiders, die dit ontwerp samenstelden vooral voor mgr. Nolens, die in de samenstelling daarvan natuurlijk (dat „natuurlijk" vloeit ons vanzelf uit de pen!) het grootste aandeel heeft gehad. En niet alleen in de samenstelling ook in de Aanneming, in de over 't algemeen grage aanvaarding van het program ter vergadering. Immers, wanneer dit toch tamelijk uitvoe rig program, in verband waarmee zoo ont zettend veel amendementen waren ingediend, in enkele uren ochtend- en middagvergade ring bijna zonder slag of stoot met alge meene stemmen ten 'slotte werd aangeno men, dan is dit allereerst te danken aan den voorzitter mgr. Nolens. Wat 'n takticus! En bestudeering van zijn meesterlijke tak- tiek als voorzitter en als politicus was op zich zelf al dubbel en dwars een moeizame reis naar Utrecht waard geweest. Alles aan hem is politiek, in dien zin, dat alles hem ten dienste staat om in zijn opvat ting van het algemeen belang het best- toogelijke te bereiken. Hij laat geen discussies zich toespitsen tot daar, waar de overeenstemming al te moei lijk of onmogelijk zou worden, en zijn groote waardigueid weerhoudt er de sprekers ook wél van, zich te buiten te gaan of het eigen inzicht al te onverzoenlijk naar voren te brengen. Dank zü zijn leiding blijven de debatten steeds in een sfeer, waarin de oplossing voor 9e hand ligt of waarin ieder den tegenover gestelde voorstellen ten slotte niet onaan vaardbaar is. En mocht het een enkelen keer voorkomen, dat een werkelijk verkeerde oplossing aan vaard dreigt te worden, dan weet hij het beele geval als momenteel minder be langrijk en dus minder urgent weg te blazen. En terwijl de afgevaardigden zich nog afvragen, wat er eigenlijk gebeurt, zijn we aHang aan het volgende punt der besprekin gen bezig. f Is wonderlijk, wat deze geboren staats- ^n, dank zij zijn groote kennis en zijn J'tzaglijk rijke politieke ervaring, weet te en natuurlijk speelt zijn terecht bereiken en veelal graag aanvaard overwicht hierbij 11 groote rol; maar mgr. Nolens zou mgr. du enS ni0*' Z^n' als alleen maar (excusez 136X1:1 beschikte over zijn kennis, zijn poli- e ervaring en dus over zijn over wicht. die^' iNolens is de groote takticus en a ticus openbaart zich niet alleen in de meesterlijke leiding der discussies, in he aangeven van de groote lijn die takticus openbaart zich in tallooze, welhaast onop merkbare kleinigheden; een strenge blik, een lachje, een vlug gebaar met de hand, rond of hoekig of vlak uitgestrekt, een groote knik met het hoofd, een ietwat korzelig gebaar, een geheimzinnige intonatie in zijn stem Ja, zelfs een zekere schorheid in de keel, waardoor de stem minder duidelijk klinkt komt hem maar dan natuurlijk ondanks hemzelf ten voordeel! Hoe voortreffelijk mgr. Nolens' leiding ter Partijraadsvergadering echter ook was en hoezeer onder zijn leiding ook in den kortst- mogelijken tijd het best-mogelijke resultaat is bereikt, toch was het jammer, heel jam mer, dat de Partij-voorzitter, jhr. Ruys de Beerenbrouck in verband met zijn ziekte ditmaal niet aan de bestuurstafel had kun nen plaats nemen. Hoe zou hij evenééns meesterlijk zij het ook op eenigszins andere wijze dan Mgr. Nolens de discussies geleid hebben; hoe zou ook hij een sterke, en toch welhaast onvoelbare, welbewuste stuursmanskunsr aan den dag gelegd hebben! Ter vergadering is van vele zijden het gemis van jhr. Ruys betreurd, en meer deren hebben de beste wenschen voor zijn spoedig en algeheel herstel uitgesproken. Wenschen, waarmede wij ons gaarne van ganscher harte vereenigen. Beperken wij ons voor heden verder tot een korte bespreking der vergadering van Vrijdagavond. De R.-K. Kamercentrale te Haarlem heeft met haar voorstel beoogende prae- advies te doen uitbrengen over het vraag stuk van den vrouwenarbeid, voorzoover deze het moeilijk maakt voor den jongen man, om een gezin te stichten, en voor den man om zijn gezin te onderhouden succes gehad, met dien verstande, dat het onder werp in de volgende vierjarige periode te goeder ure aan de orde gestéld zal worden. Het zal dus nog wel even duren, vooraleer het vraagstuk in zijn geheelen omvang in studie genomen zal worden (de politieke actie zal voorloopig wel alle hens aan dek eischen), maar wanneer dit voor heel de samenleving uiterst belangrijke vraagstuk eenmaal aan de orde komt, en vooral, wan neer eindelijk, na verloop van nóg veel lan- geren tijd, een zekere teeker.ing zal komen in de houding der overheid ten aanzien van te veel en te algemeenen, voor de maat schappij funesten vrouwenarbeid, dan zal de Kamercentrale-Haarlem met gerechtvaar digden trots mogen constateeren: „Daartoe heb ik den stoot gegeven." Minder gelukkig was dezelfde Kamer centrale met haar motie ten aanzien van het wetsontwerp tot herziening van de financieele verhouding tusschen Rijk en ge meenten, de motie n.l. hiertoe strekkend, dat de katholieke Kamerfractie haar volle medewerking zou verleenen, opdat het voor stel nog in dit zittingsjaar tot wet verheven zou worden. Mgr. Nolens merkte grappig op, dat men allerwegen doende is om uit te .rekenen, of de nieuwe wet eventueel voordeel of nadeel zal brengen voor de eigen gemeenten en dat men geneigd is van den uitslag dezer bereke ning zijn oordeel te laten afhangen over het aanhangige wetsontwerp. Met afzonderlijke kringen kon men in dit opzicht toch geen rekening houden, conclu deerde mgr. Nolens, enwèg was de motie. Een zelfde lot trof het voorstel-Rotterdam, betreffende de samenwerking der Staatspartij na de verkiezingen „slechts" met die par tijen, „welke voldoende waarborgen geven tot eenparige samenwerking bij de volledige op heffing van alle belemmeringen der mission- neering in Indië." Na een korte uiteenzetting van mgr. Nolens, waarin uitkwam, dat het Partijbe stuur en de Kamerclub toch steeds diligent en van alles op de hoogte zijn, terwijl de eventueele samenwerking met andere partijen toch ook wel degelijk en zeer rustig voorbe reid zal worden, was ook dit voorstel spoor loos verdwenen. Het is van een niet te onderschatten be lang, hoe bij de verkiezingen voor de partij het stembiljet zal zijn ingericht, vooral met het oog op de geadviseerde candidaten. Er zijn partij-trouwe palstaanders, die het partij-advies op het biljet zoo duidelijk mogelijk willen doen uitkomen, er zijn „demokraten", die het stembiljet zóó willen inrichten, dat de geadviseerde candidaten op het biljet praktisch zoo weinig mogelijk voor keur genieten. Nu was er verschil van meening over de vraag, of de Partijraad in zijn vorige ver gadering besloten had, de geadviseerde can didaten enkel maar te. onderstrepen, dan wel hen tevens bovenaan te plaatsen. t Op voorstel van mr. Leesberg van Alkmaar was indertijd besloten tot onderstreping, doch hield dit besluit tevens in, dat men zou vasthouden aan de voorkeur-plaatsing bovenaan? Met veel recht kon de heer Max van Pol betoogen, dat in dat geval de onderstreping toch geen zin had: waarom zoti men de ge adviseerde candidaten nog eens extra gaan onderstrepen, als ze toch reeds bovenaan ge plaatst staan? Het is wel gebleken, dat dit indertijd niet de bedoeling van de vergadering geweest is, immers, thans maakte de vergadering defi nitief uit, dat volstaan behoorde te worden met enkel onderstreping. Bij monde van mr. Kusters uit Alkmaar hebben de afgevaardigden Haarlem-Helder protest uitgebracht tegen de toewijzing der kwaliteits-zetels aan de genoemde kieskrin gen-combinatie. In dit protest beklagen de protesteerenden zich erover, dat de beide toegekende zetels zijn van kwaliteiten, die geheel of nagenoeg geheel vreemd zijn aan den aard van de be volking hunner kieskringen en die in het geheel geen rekening houden met den geest, die onder de bevolking van deze beide kies kringen heerscht. Het zou zoo werd verder betoogd tot de onmogelijkheden behooren, voor deze kwaliteitszetels bij de komende verkiezingen eenig enthousiasme te wekken. Ook wij zijn van meening, dat Haarlem- Helder er wel bijzonder ongelukkig is afge komen: we krijgen één zetel toegewezen voor handel, nijverheid en verkeer en één voor de vrouw in de Kamer. Wij zouden de bewoordingen in deze pro test-motie niet gaarne tot de onze maken, wij zouden b.v. niet graag beweren, dat een vrouwelijke candidaat „geheel vreemd" is j aan den aard van onze bevolking; doch in het algemeen mag gerust gezegd worden, dat het verkiezingsenthousiasme met deze beide kwaliteitszetels voor oogen bijzonder moei lijk gewekt zal worden. En daarom hopen we, dat door middel van een of andere gelukkige combinatie nog een betere oplossing gevonden zal worden. Doch, mocht dit niet mogelijk blijken, dan twijfelen wij niet, of iedere katholiek in onze k—skringen zal evengoed zijn of haar plicht doen. Immers, al is het ook niet zoo prettig en niet zoo animeerend om in bepaalde kies kringen te vechten voor kwaliteiten (en per sonen!), welke aan den aard der bevolking min of meer vreemd zijn we weten ten slotte toch,, dat onze kamerleden geen streek of geêh gewest vertegenwoordigen, doch onze Katholieke Staatspartij, en dat alle katho lieke kiezers van het heele land samen moeten werken om in de Kamer zoo goed mogelijk het ideaal te verwezenlijken, dat men zich stelde, toen men het nieuwe kies reglement aanvaardde. Te Monnikendam Te Monnikendam was het water heden nacht, 1 uur, nog normaal, doch vanmorgen 6 uur a half 7 begon het onrustbarend te sleigen, zoodat het al spoedig l1/. Meter boven peil stond. Het water drong de hui zen binnen en stond in de laag gelegen huizen, weldra 1 M. a 1.25 M. Hedenmorgen 9 uur was het water nog steeds stijgende en gevaar bestond, dat het water de zijstraten van het Noordeinde, dat het hoogste punt van den dijk is, zou overstroomen. De hui zen daar werden öhtruimd hedenmorgen. Te Wormer Door den zwaren Noordwesterstorm werd gisteravond te Wormer het water van de Zaan hoog opgestuwd, zoodat gisteravond 11 uur gevaar begon te dreigen, dat de dijk tusschen Wormer en Oost-Knollendam door zou breken. Onder toezicht van de autoritei ten is men onmiddellijk met man en macht begonnen de zwakke plekken te versterken, waarin men gelukkig slaagde. Ook de dijk van den polder Enge Wormer en de Kalver- dijk langs de Zaan moesten versterkt worden Op Ameland Ameland heeft van den storm veel te lijden gehad. Het westerduin werd ernstig geteisterd, groote brokken sloegen weg, zoodat de toe stand langen tijd kritiek was. Zuid Limburg geteisterd Ook Zuid Limburg is door het noodweer geteisterd. De geheele streek heeft, tengevolge van een storing in het electrisch net, langen tijd in 't donker gezeten. Te Wolder is een schuur omgewaaid en te rechtgekomen op een huis, bewoond door acht personen. Er deden zich geen persoon lijke ongelukken voor. Op den hoogen ka naaldijk is een kruin uit een boom gewaaid en door een dak van een woning, even boven het bed, blijven hangen. De bewoners waren juist opgestaan. In het park Hertenkamp op den weg Borgharen zijn veel boomen omge waaid. In Borgharen ging dit noodweer ver gezeld van donder en bliksem. De Maas was 96 c.M. gewassen en stond Zaterdag 1.60 M. In verschillende streken, zooals den Maas kant, de streek Doenrade—Schinveld, Nuth— Geleén en MaastrichtSittard hebben de landerijen veel te lijden gehad van den regen val, terwijl de wegen door het slijk en de modder onbegaanbaar werden. In vele plaat sen werden de pannen en leien van de daken gerukt, terwijl de ruiten ingedrukt werden. Op den Rijksweg RoermondMaastricht werden eenige boomen ontworteld, terwijl vele zware takken werden afgerukt. Op vele plaatsen konden de rioleeringen het regenwater niet verzwelgen, zoodat de wegen blank stonden. Een schip op het Tjeukemecr gezonken De stoomboot „Harmonie," kapitein Bakker van Echten, geladen met vee en stukgoede ren en op reis van Leeuwarden naar Echten, is Vrijdagavond ongeveer 7 uur door den storm overvallen op het Tjeukemeer. Het schip werd lek geslagen en zonk. Vijf personen bevonden zich op de stoom boot en hebben een angstigen nacht op het wrak doorgebracht. Zaterdagmorgen tien uur werden zij gered. Drie koeien zijn verdronken. Hoog water Men meldt ons uit Sliedrecht: Alle aannemers hier zijn gisteravond door Hoek van Holland opgebeld, dat meedeelde dat het water stijgende is tot 2.30 M. boven A.P. Men verwacht 'n even grooten waters nood als in 1916. Ook thans heeft de storm van Vrijdag avond en Zaterdagmorgen ernstige gevolgen gehad, waarbij wellicht ook menschenlevens te betreuren zullen zijn. Toch is de kracht van den storm niet zoo hevig geweest als die van den storm op 16 November. De filiaalinrichting van het Kon. Ned. Meteorlogisch Instituut deelt immers het volgende mede; Nadat de barometer den 23sten voortdu rend gedaald was, werd te ongeveer half zeven des avonds de laagste stand 734.0 bereikt. De wind die tot nu toe tusschen zuid en zuidwest was geweest, ruimde langzaam tot west, terwijl de regen een uur te voren had opgehouden. Des middags 2 uur bereikte de wind de stormgrens, de grootste windsnelheid 17 tot 20 m. p. s. gemiddeld over vijf minuten kwam voor gedurende het geheele uur van 6 tot 7; de druk liep tot 98 en 107 K.G. per M2 op. Tot 8 uur voormiddag van 24 November bleef de wind met stormkracht uit het westen tot westzuidwesten doorstaan. 23 opvarenden door de reddingsboot van boord gehaald. Zaterdagmorgen omstreeks half 6 werd <i'e plaatselijke oommissie van de Noord- en Zuidhollandsche Redd'ingsmaatschappü van IJmuiden af in kennis gesteld, dat een stoomschip in nood verkeerde en met vaart op de kust naar Zandvoort kwam. Direct werd alles in gereedheid ge bracht om wanneer het noocüg zou zijn assistentie te verleenen. Het was nog erg donker, maar hoe men ook op zee keek, noodsignalen waren er niet te bespeuren. Toen het licht begon te worden, werden er in IJmuiden nadere inlichtingen gevraagd, maar toen werd geantwoord, dat het schip reeds weer ver van Zandvoort af was. Te gen den middag kwam in Zandvoort het schip in zicht en om even oves tweeën liep het een 4 kilometer ten zuiden van Zandvoort op de kust vast. Het bleek de Heinrich Podeus te zijn, die op weg was naar Rotterdam, een vrachtboot, groot 4300 ton, bemand met 25 koppen. Het is een Duitsch schip en al de opvarenden zijn Duitschers. Direct werd de reddingsboot, bemand met 13 personen, onder leiding van Willem Paap, naar de plaats der stran ding gezonden. Ongeveer een 75 meter van de plaats waar de stoomboot gestrand was, werd de reddingsboot in zee gebracht. Dit kostte aan de bemanning veel moeite en verschillende moesten tot bijna aan den hals en voor het water in. Maar de mannen van de reddingsboot zijn niet bang voor een nat pak. Van de stoomboot werd direct een lijn toegeworpen, die gelukkig kon op gevangen worden en het duurde niet lang of de reddingsboot lag naast de Heinrich Podeus. Al de leden van de plaatselijke commissie van de Noord- en Zuidholland sche Reddingsmaatschappij waren aanwe zig bij de redding. Ladders werden van de 'oogt neergelaten, en 23 personen, met de zwemvesten aan verheten het vastgeloopen schip. Alleen de kapitein en de ie stuur man bleven achter. De kok kwam in zee terecht, maar hij werd gelukkig spoedig ge grepen en ook in de reddingsboot gebraent. De boot kwam spoedig aan wal. De heer P. v. d. Mey met zijn wakkere reddingsbri gade had intusschen in het duin een tent opgeslagen, waar de opvarenden verkwikt werden. Bijzondere zorg werd gewijd aan den kok. Hij werd! in dekens gewikkeld en per brancard naar Zandvoort gebracht. De andere 23 opvarenden liepen naar Zand voort en vonden onderdak in Hotel „Zo- merlust". De reddingsboot koos weer zee, maar de kapitein en de stuurman gaven te kennen dat zij het schip niet verlaten wil den. De kapitein heeft draadloos met de fa. L. Smit en Co. Internationale Sleep dienst een contract afgesloten om het schip weer in zee te krijgen. Dit zal wel een werk van eenige maanden worden, want eerst moet het schip, dat bij gewo nen waterstand geheel droog staat, omge draaid worden en dan moeten de zandzui gers aan het werk. Toen het Zaterdagmiddag bekend werd, dat een schip gestrand was, gingen zeer velen er heen. Het was er verbazend druk en op het eind van den Boulevard bij de bodega Driehuizen, stond het vol auto's en rijwielen. Het was een fantastische gezicht, toen het donker begon te worden en men de lichten, die de bezoekers lieten schij nen, over het donkere strand met de wit schuimende zee er achter zag schijnen. Er spoelden ook nog al wat planken aan, die, veelal ten koste van een nat pak, werden opgevischt. Zondag den geheelen dag was er veel bekijks. Het was er werkelijk druk en de tram had een vervoer, als in het sei zoen. Zondagmorgen hebben de kapitein exx de stuurman het schip verlaten en het beheer aan een inspecteur van Zandvoort overgelaten. „President van Heel" ken. is derwaarts vert.rok- V. D. seint d.d. Zondag uit Hoek van Holland Het Noorsche stoomschip „Christian Mi chelsen" laat, voor den Waterweg bij den gasboei, vuurpijlen af. De reddingsboot Waarschijnlijk 3 man verdronken. De reddingboot „President van Heel" heeft van het voor den Nieuwen Waterweg in nood verkeerende Noorsche stoomschip „Christian Michelsen" 24 man gered. Waar schijnlijk zijn echter 3 man verdronken, waaronder ook d'e loodskapitein zou zijn. De tweede machinist zou zich echter nog aan boord bevinden. Het schip, dat 2000 meter benoorden a'en Nieuwen Waterweg is ge strand, was in ballast op weg van Ant werpen naar Rotterdam. Nog nader meldt men uit Hoek van Hol land aan d'e Courant: Tegen half zes hedenavond werd te Hoek van Holland een draadloos sein ontvangen van de „Christian Michelsen", waarin sleepboothulp en een ï-eddingsboot werden gevraagd. Bovendien werd waargenomen, dat vuurpijlen werden afgeschoten. Het schip bevond zich toen op 4 mijl ten Noord westen vap den seinpost te Hoek van Hol land. De''sleepbooten kondeiï wegens het woelige weer niet uitvaren, doch terstond wercï de reddingsboot „President van Heel" onder bevel van kapitein Slis gereed ge maakt. Geen oogenblik aarzelde de dappere bemanning om zich naar buiten te wagen in de kokende! zee. Om 6.15 verliet de reddingsboot de berg- haven. De mare, dat de reddingsboot zee had gekozen werd weldra door heel rioei: van Holland verspreid en het meerendeel dei- inwoners spoedde zich naar den sein post, om te trachten de boot te volgen. Worstelend' met de golven naderde de „President van Heel" het doei. Voortdu rend werden van boord van de „Christian Michelsen" nog vuurpijlen afgeschoten. Her haaldelijk zag men hoe de reddingsboot door geweldige golven werd teruggeslagen en zeer lang duurde de strijd met de bran ding. voor men er in slaagde buiten de pie ren te komen. Maar de schier onoverko melijke moeilijkheden werden door Slis en de zijnen ten slotte toch glansrijk over wonnen. Hij naderde al meer en meer het vaartuig, dat, met alle lichten aan, nog steeds niet vastgeloopen bleek, maar her haaldelijk meegesleurd werd door de woe dende golven om 'n eind verder weer op den dam te worden gesmakt. Duidelijk was te zien, dat de „Christian Michelsen" ongeladen was, want hoog stak het voortuig soms uit boven het strandhet was daardoor een gemakkelijke prooi der golven. In spanning tuurde men naar den dansenden notedop, waarin Slis en de zijnen red ding gingen brengen. Langzaam naderde men ten slotte toch het schip in nood. Een moment was de reddingsboot er vlak bij, maar toen sloeg een venijnige golf haar weer terug en moest opnieuw door handig manoeuvreeren gepoogd worden den Noor te naderen. Een halfuur duurde dat spel. Toen zag men hoe de reddingsboot zich van het schip verwijderde en weer koers zette naar de haven. Zou zij de schipbreukelingen met zich meebrengen? Men was in het onzekere over hetgeen geschied kon zijn, want verbinding kon n.. i niet krijgen. Eindelijk hing de loodscommandant een zwart sein op. „Heb schipbreukelingen aan boord; drie man vermist; kapitein en tweede machi nist aan boord gebleven". De tijding was spoedig bekend Mj ae bevolking en allen spoedden zich naar de berghaven, waar een dichte menigte bijeen gepakt stond, zoowel bij den steiger, als voor het gebouw van loodswezen. De gie rende storm en de regenvlagen deerden de menigte niet. Zij leefde mee met die helden die daar weer zoo onverschrokken hun duren zeemansplicht hadden vervuld. Om half negen kwam de „President van Heel" voor den aanlegsteiger, met zich brengend 24 leden der bemanning van den gestranden Noor. Door en door verkleumd, nat en koud, nog geheel ontdaan van de doorstane ellende, moesten de meesten ondersteund worden, om het lokaal van het loodswezen te bereiken. Daar was alles voor hen in gereedheid gebracht. Groote dampende koppen koffie werden hun door dames-leden van de reddingsbrigade naar- de lippen gebracht. Men hielp de geredden het doorweekte goed uittrekken en voorzag allen van droge onder- en bovenkleeren. De geneesheer van Hoek van Holland, dr. Knip, was met zijn mannen present. Hij onderzocht allen en verbond hier en daar wonden, die sommigen hadden opgeloopen. Mede was aanwezig commissaris Jas. De mannen kwamen wat bij en vertelden hun wedervaren. Toen deed het treurige bericht de ronde, dat drie mannen werden vermist, waar onder de loods, die te Vlissingen aan boord was gekomen. Wie waren de vermisten? Men hield appèl, telde de koppen, deed navraag onder kameraden en toen werd vastgesteld, dat met den Vlissingschen loods vermist werden twee leden der bemanning, name lijk een matroos en een stoker. Er waren 29 man aan boord geweest, twee waren er achtergebleven en 24 waren gered. Men telde helaas drie slachtoffers. Een gat in den dijk Naar gemeld wordt, is een groot gat gesla gen in den Zuiderzeedijk ten oosten van het dorp Midland op Terschelling. Men toog oogenblikkelijk aan het werk, om het gat te dichten. Ongeveer 50 arbeiders waren daarbij aan het werk. Die moest snel geschieden, daar spoedig het water weer hoog zou komen. De opvarenden van een zeil schip vermist Uit Wemeldinge wordt gemeld, dat een zeilschip, vermoedelijk de „Nieuwe Zorg", schipper Meyer, onder den Steenbersche Vliet iS gezonken. De „Dorus Rijkers" van Smit's Bergingsbedrijf heeft tevergeefs ge tracht de opvarenden op te sporen. Omtrent hun lot is niets bekend. Vermoedelijk zijn zij in de roeiboot gegaan. Een houtboot drijvende stuurloos Men meldt uit Terschelling: Ten noord westen van de Eierlandsche gronden drijft een houtboot stuurloos rond. Het is niet be kend of zich nog menschen aan boord be vinden. De sleepboot „Oceaan", die was uit gevaren voor de „Malmö" heeft order ge kregen het schip te assisteeren. Het bergingspersoneel op de Malmö in benarde positie Het Zweedsch stoomschip Malmö zit, zoo als men weet, nabij Ameland nog steeds vast. Het bergingspersoneel nu, dat zich aan boord van dit schip bevond, kon het Zater dag wegens de hooge zeeën niet verlaten, zoodat om hulp geseind werd naar de „Bran- daris" van Terschelling, die op weg is naar de schipbreukelingen. De reddingsboot uit Nes kon geen hulp verleenen. Aan boord van de „Malmö" bevinden zich ongeveer 10 perso nen, deels Amelanders, deels Terschellingers. Het Zweedsch houtschip „Malmö" thans geheel verlaten Kranig reddingswerk De reddingboot „De Brandaris", die Zater dagmiddag 5 uur naar Ameland was ver trokken om de bergers van het gestrande houtschip „Malmö" af te halen, is Zondag middag om 12 uur te Terschelling terugge keerd. Den geheelen nacht is „De Brandaris" in de nabijheid van de „Malmö" geweest, doch heeft het schip niet kunnen bereiken, doordat de „Malmö" te hoog op zit. De ge heele bemanning is door een reddingboot van Ameland van boord gehaald. Alles is wel. De „Malmö" is thans geheel verlaten. Omtrent de redding van de opvarenden en het bergingspersoneel aan boord van de „Malmö", kunnen wij nog meedeelen, dat, nadat „De Brandaris" er niet in geslaagd was het schip te bereiken, de Reddingscom missie van Hollum besloot de bemanning van de Hollumerreddingboot te alarmeeren, en aangevuld met drie leden der bemanning van de Nesser reddingboot, werden de pogin gen aangewend het schip te bereiken. Onder leiding van schipper H. Visser heeft de boot zee gekozen en nadat twee pogingen, ten ge volge van de hooge zeeën en den storm, waardoor de reddingboot voorbij de „Malmö" werd geslagen, mislukt waren, gehikte het de derde maal de boot langszij te krijgen. Alle 14 schipbreukelingen, die zich aan boord bevonden, werden overgenomen. Onder hen bevonden zich ook de kapitein van de Malmö" en de heer Doeksen van de ber gingsmaatschappij Doeksen. Allen hadden den geheelen nacht op de brug doorgebracht, daar 't schip verder geheel onder water ligt en waarschijnlijk als verloren kan worden beschouwd. Vergeefsche Reddingspogingen Waar is de bemanning? Maandagmorgen 7 uur Midden tusschen de kokende golven, op 'n afstand van eenige honderden meters van het strand, ligt in zee, bij het einde van den Bloemendaalschen Zeeweg, een stoomschip in de branding. Met de gierende windvlagen en de stortbuien, levert het schip, dat met de brug - g boven het water uitsteekt, een angstig gezicht. 8 uur Het publiek aan het strand vraagt onder elkaar wat de naam en de herkomst van het schip is, doch niemand weet het met juist heid, zoomin als de sterkte der bemanning. Om 4 uur 's morgens warén de eerste seinen gehoord, na 7 uur waren geen seinen meer gezien. In de verte nadert de IJmuider reddings boot! Er wordt gemompeld, dat de beman- ming van het schip verdronken moet zijn. Half negen Alleen de brug van het schipt steekt boven water uit. De IJmuider reddingsboot, onder comman do van schipper Peeters, arriveerde ongeveer acht uur. Op een afstand van K.M. ten Noorden van de plaats, waar het schip is ge strand, stak de met 12 man bemande red dingsboot in zee. Een talrijk publiek slaat in angst en spanning de pogingen gade. De branding is zeer sterk, en men kan vanaf het strand zien, hoe zwaar de redders moeten zwoegen om door de zware golven te komen. 9 uur Uit IJmuiden wordt bericht, dat de stoom trawler „Johanna" IJmuiden No. 12 op weg is naar de haven met 16 schipbreukelingen aan boord. Het is nog niet bekend van welk schip deze schipbreukelingen zijn. Zouden zü van het schip daar vóór ons zijn? Wü meenen echter nog menschen op de brug te zien. Kwart over negen Nog meer berichten uit IJmuiden. Wü we-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 1