ONZE VROUWENRUBRIE ij i. Populariteit Sloopen Een voudige japonnen Recepten in verhand met de naderende Sint-Nicolaasda^en Over zakdoekjes Een praatje over dikke enkels Het opruimen van den tuin w. m i DERDE BLAD NÏEUWE HAARLEMSCHE COURANT BLADZIJDE 2 Lingerie M TT Recepten St Nicolaas-voorzorgen Spiegeltje aan den wand Van bloemen en planten Overname uit deze rubriek zonder schriftelijke toestemming verboden. Er zullen maar heel weinig vrouwen rijn, die niet den heimelijken wensch koesteren, zoo populair mogelijk te zijn in den kring van haar vrienden, ken nissen of collega's. Deze moderne vorm van onschuldige vrouwelijke behaagzucht wordt in de hand gewerkt door het mo derne, minder convenitioneele gezel schapsleven, waarin men elkaar beter leert kennen en meer vrijheid heeft om zich te richten naar zijn sympathie en antipathie. Wie niet de kunst verstaat, zich bemind en gezocht te maken, raakt er tegenwoordig veel lichter uit dan vroeger, toen men alle menschen van Zijn kring, zelfs den berucht-vervelenden gelijke beleefdheid bewees en er plicht matig, maar dan toch volhardend con tact mee bleef houden. Dat is veranderd. Wie er niet in slaagt, zijn vrienden en kennissen te boeien, wordt eenvoudig langzamerhand aan zijn lot overgelaten. Op 't eerste gezicht lijkt die nieuwe ge dragslijn vrij onbarmhartig, maar toch is ze heel wat oprechter dan het vaak er gerlijk gehuichel van vroeger,' met al z'n lieve maniertjes en beleefde glimlachjes, gevolgd door allesbehalve vleiende uitla tingen achter-den-rug. Tegenwoordig kunnen we er ten minste vrijwel zeker van zijn, dat de menschen, die ons ge regeld opzoeken, dat doen, omdat ze er zelf pleizier in hebben, en niet omdat ze niet anders kunnen; immers ze kun nen, dank zij de veranderde opvattin gen over gezelschapsleven, héél goed anders. We kunnen dus tegenwoordig iemands populariteit gerust afmeten naar het aantal vrienden en kermissen, dat gere geld zijn gezelschap zoekt. En het is de stille eerzucht van bijna alle vrouwen, uitgezonderd enkele, die er te philoso- fisch of te laconiek voor zijn, en 'n paar andere, die t er te druk voor hebben, bij zooveel mogelijk menschen in den smaak te vallen en alom gezocht en ge vierd te zijn. Zijn ze daar eenmaal naar wensch in geslaagd, dan kunnen ze noj hun plezier wel op, want ze hebben geen leven meer van angst dat hun onont beerlijke populariteit zal gaan tanen niets immers is zoo wisselvallig als de volksgunst! Wanneer ze hooren dat twee van haar kennissen zich onderling min der vriendelijk over haar hebben uitge laten, vliegen ze radeloos heen en weer om het misverstand op te helderen en den onaangenamen indruk weg te ne men, niet uit onbaatzuchtige voorko mendheid jegens cite betrokken personen, maar alleen in de hoop, het bedorvene zoodra mogelijk voor zichzelf te herstel len. Menschen die op die manier met angstige bezorgdheid 'n oppervlakkige populariteit najagen, praten iedereen naar den mond, en maken van zichzelf *n karakterlooze marionet, in de hoop weer een nieuwe sympathie te winnen. De meeningen, die ze verkondigen, wor den niet rechtstreeks ingegeven door hun eigen inzicht, maar door de over weging: „wat zal 't meest in den smaak vallen van dengene, tegen wien ik 't juist heb?" De stumperds vergeten, dat een van de snelste middelen om vol strekt onpopulair te worden, is, te too- nen, dat men er zoo allerverschrikke lijkst op gesteld is! De werkelijk in hun kring enorm-populaire menschen, die door de minder fortuinlijken met afgun stige nieuwsgierigheid op de vingers worden gekeken om uit te vinden hoe ze 't toch in vredesnaam aanleggen leggen 't er heelemaal niet op aan! Het heele geheim van populariteit schuilt daarin, er niets geen moeite voor te doen, en de menschen, zonder zich on verschillig te toonen, te kennen te ge ven, dat men ze waardeert maar vol- sterkt niet noodig heeft. Iedereen dingt gretig naar de vriendschap van wie op "n beminnelijke en gemoedelijke manier zichzelf genoeg schijnt, en zulke men schen worden eenvoudig vervolgd met bezoeken en uitnoodigingen, die ze aan nemen op hun eigen gracieuze, flegma tische manier, die schijnt te suggereeren, dat ze 'n welwillendheid bewijzen in plaats van 'n gunst aan te nemen. In gezelschapskringen vecht men om zulke menschen. Of ze het zoo ten volle ver dienen, zullen we buiten beschouwing laten, want we zijn eigenlijk nog steeds op 't terrein van het meer oppervlakkige en weinig diepgaande. Er zijn er ook, die graa# populair zou den zijn uit 'n echt verlangen, vele en trouwe vrienden te hebben en in wij den kring vriendschap te kunnen ge ven. Zulke menschen zijn waard, dat ze slagen en van heel ander maaksel dan die naar populariteit streven om hun eigen kinderachtige zucht om aardig ge vonden te worden, te bevredigen. Maar ze weten dikwijls niet, hoe ze doen moe ten, om de harten in hun omgeving te winnen. Ze kunnen dat niet beter doen dan door in de lijn te blijven van hun on baatzuchtige motieven en zich in hun omgang en gesprekken zooveel mogelijk op den ander te concentreeren en zoo weinig mogelijk op zichzelf. Ik bedoel niet, dat we beurtelings in alle persoon lijkheden, waar we mee in aanraking komen, moeten versmelten, tot we geen meening, die met de hunne strijdt, meer durven verdedigen! We mogen niets van onze eigen individualiteit prijsgeven, maar wèl mogen we, zoolang we in ge sprek zijn, meer aandacht schenken aan die van den ander. Weinig menschen kennen b.v. de toovermacht van belang stellende vragen, dikwijls onbeduidende kleinigheden betreffend, op het psycho logisch moment gesteld, of spontane op merkingen, die den ander tot middel punt hebben. Wat vinden we zelf pret tiger: wanneer een vriendin, vervuld van baar eigen uiterlijk, voor den spiegel staat te draaien, zuchtend: „Ik voel me zoo onwijs in deze jurk!" Of, wanneer ze ons tegemoet komt met den uitroep: „Wat heb je een schattige jurk aan!" De oude raad, anderen te behandelen zooals "we zelf behandeld wenschen te worden, is vooral, wanneer we doelbe wust die anderen voor ons willen win nen, niet te versmaden. We moeten ons telkens afvragen: „Zou ik daarvan houden? Zou ik me aangetrokken voelen tot iemand, die te gen me deed zooals ik gewoonlijk tegen anderen doe? Zou ik 't prettig vinden, als dit of dat tegen me gezegd werd? We moeten onze kleine moeilijkheden en bezwaren voor ons zelf houden en zoo gelijkmatig mogelijk zijn. En vooral we moeten ons nooit laten verleiden, „voor de gezelligheid" derden te bepra ten met menschen, die we tot onze vrien den wenschen te maken. We schrikken ze licht af, door hen onbewust op het idee te brengen, dat 't hun en hun eigenaardigheden óók wel eens zoo zou kunnen vergaan, wanneer we weer eens met anderen samen zijn: Dat ls niet de manier om vertrouwen te winnen. Er zijn wel heiligen geweest, die, met 't sublieme doel, allen tot Ood te trek ken, alles voor allen zochten te zijn, en dus letterlijk streefden naar een zoo groot mogelijke populariteit. Waarom zouden we hun voorbeeld niet mogen volgen, als 't doel, dat we voor oogcn hebben, zoo al niet even hoog als 't hunne, dan toch redelijk en mooi-men- schelijk is, en onze middelen eenvoudig en oprecht! MACHTELEI Correspondentie. Aan de abonnée te Amsterdam, dis mij verzocht, een be paald artikeltje te schrijven: heel graag zal ik, zoodra ik kan, aan uw verzoek voldoen. Misschien zal er nog een weekje overheen gaan, want de artikeltjes geef ik steeds reeds eenige weken vóór de rubriek verschijnt, af. Zoudt u er op te gen hebben, me uw adres te geven? Ik zou u graag eens persoonlijk schrijven. Van mijn discretie kunt u natuurlijk ten volle verzekerd zijn. M' Benoodigd voor 6 sloopen: 7 el ste vig katoen 120 cJVL breed, 16 el linnen- en tred eux van 4 c. M. breedte, 2 do zijn linnen knropen. De 7 el katoen s» Ns iV,: ,V verdeelt men zóó voor 6 sloopen, dat iedere lap 161 c.M. lang en 60 c.M. breed ywflt; dus de lengte in drieën en de br««dte in tweeën. Aan elke sloop maakt ge aan beide breedte-kanten 'n inslag van 'n c.M., terwijl de zoom 4 c.M. breed wordt ingevouwen en gestikt. Op 12 c.M. afstand van elkaar maakt ge onderaan de knoopsgaten in, terwijl op den zoom bovenaan op gelijke wijze de knoopen worden aangezet. Van den knoopsgaten- kant af meet ge eerst 4 c.M. en maakt daar een vouw, vervolgens 72 C.M. en maakt daar weer een vouw. Deze 73 c.M. vormen den voorkant, waarop, zooals de teekening u aantoont, het entredeux ge zet wordt. Hiertoe meet ge van de vou wen en van de kanten 1.0 c. M. naar binnen. Dit is de lijn, waarop de buiten kant van het entredeux gestikt wordt. Alvorens dit op te stikken, werkt men eerst de hoeken in, omdat men anders hier niet meer bij kan komen. Zijn de hoeken gereed, dan wordt het entredeux aan beide kanten opgestikt. Nu kan men, zoo ge dit wilt, het katoen achter het entredeux wegknippen en aan den ach terkant afwerken. Een nadeel hiervan is, dat men dan altijd of een witte of een zacht gekleurde ondersloop moet hebben, terwijl het effect niet zoo heel veel meer is, dan wanneer men het entredeux op beide zijden opstikt, en het katoen er zoo onder laat zitten. Bovendien véél minder werk. Heeft men de sloop zoo ver klaar, clan maakt men de knoopjes dicht, zoodat de zoomen op elkaar ko men, en één vouw boven (14 c.M. boven den knoopsgatenzoom) en 'n vouw onder. Ve goede kant buiten. Nu stikt men bei de zijkanten met bijna een y, c.M. naad dicht. Hierna maakt ge de knoopjes weer los. De sloop wordt omgekeerd, de naad glad op den kant genomen, en nu met ruim een y c.M. naad weer gestikt, waarna de naad dus binnenin zit. Naar Verkiezing maakt ge op uw sloop nog een monogram of letter, waarvoor op de tee kening de plaats ts aangegeven. Wilt ge de sloop eenvoudiger, dan kunt ge des noods het entredeux achterwege laten. De afwerking blijft verder gelijk. DINY. anernOQK 4339. Japon van pastelkleurige kasha of wollen stof. Het model heeft van voren in den rok een geplisseerd of geplooid stuk, en is geheel met zijden of wollen stiksels gegarneerd. Kraagje en strik van witte crêpe de chine. 4338. Japon van geruite wollen stof. Het model heeft een groote revers en dubbele ceintuur. De rok is van voren geplisseerd. Ceintuur en randje om revers en mouwen van effen zijde in een af stekende tint. Ook is het aardig in plaats van zijde bruin of rood leder te. kiezen. 4334. Japon van fijne geruite stof, boléro-model. Op de mouwen en heupen vormen de patten een aardige garneering. Het lijfje is van voren schuin gesloten. Col, vest en geplisseerde jabot van witte crêpe de chine. GOEDKOOPE KNIPPATRONEN van al onn modellen rijn verkrijgbaar aan „Hei Patronenkantoor", Postbus no. i# Haarlem. Onbe rispelijk e coupe. Dameskleeding in de maten 08. 96, 104 bovenwijdte, h f 0.55. Kinderkleeding, alleen voor den in de beschrijving genoemden leeftijd f 0.35. Bij elk patroon handleiding voor het knippen en naaien, benevens een verkleinde patroonschct.v Franco toezending, direct na ontvangst van bestel» lint, met het verschuldigde bedrag aan postzegels ingesloten, waarbij vermeld naam en adres, nummer van het model en het blad, waarin het voorkomt, en bovenwijdte. Men meet deze maat rondom he lichaam, recht onder de armen door. gewoon glad zonder extra toegift. BOKSTPLAAT 200 Gram suiker Yi d.L. melk 1 eetlepel cacao of 14 flesch essense. Bereiding: Doe de suiker met de cacao en de melk in een steelpannetje. Maak, vóórdat de massa gemaakt wordt, de tafel, plank met vormen in orde (een steenen aan recht ln de keuken is zeer geschikt). Bestrooi dit dun met bloem; plaats hier op de vormen, die eveneens door bloem gewenteld zijn. Zorg, dat ze plat op tafel staan, dus dat er geen opening van onder is. Zet het steelpannetje met de suiker- massa op een klein pitje en laat dit smelten. Bi] te sterke verhitting is het mogelijk, dat de suiker niet geheel oplost. Roer er langzaam in, om aanbranden te voorkomen. Laat deze massa zoover in koken, dat een druppeltje van den lepel, in een kommetje met koud water gelaten, onmiddellijk een balletje vormt. Neem de massa dan van het vuur en roer dit vlug zóó lang, dat ze zoo dik is geworden, dat ze nog juist uitgegoten kan worden. Vul er dan vlug de vormen mee; vooral vlug, anders krijgt men borstplaat in de pan. Laat de borstplaat koud worden. Neem draaiende voorzichtig de vormen van de tafel, draai ze om, om ze van onderen te laten opdrogen; neem ze daarna voor zichtig uit de vormen. 't Best zijn die vormen, die met een pennetje gesloten worden. Bij 't uitnemen van het pennetje moet men den vorm vasthouden en niet open laten springen, omdat de borstplaat dan gemakkelijk breekt. N.B. Bü 't gebruik van essence wordt dit toegevoegd, wanneer de massa van het vuur is afgenomen. Alleen cacao mag meekoken. BORSTPLAAT ALS SURPRISE Kleine voorwerpen, als b.v. zoutlepeltjes, kan men gemakkelijk in een borstplaat verbergen. Wanneer de massa uitgegoten kan worden, giet men den vorm half vol. legt daarop vlug 't lepeltje en vervolgens weer borstplaatmassa. Deze bewerkingen moeten heel vlug gebeuren, omdat men anders 2 borstplaten op elkaar krijgt, die niet meer gepakt hebben. ROLLADE-SURPRISE Een flinke rol watten een paar houtjes dun touw vrij sterke koffie een leutje suiker. Bereiding: Pak het cadeautje zeer goed ln, zoo dat er geen vocht in doordringen kan Rol de watten er flink omheen en zorg dat ook de uiteinden door watten ge vormd worden. De laag watten moet niet te dun zün. Steek door de watten houtjes, zoodat het geschenk van binnen niet geraakt wordt. Bind dun touw er om heen, zooal.s een slager touw om een rollade bindt. Snijd de uitstekende 'stuk jes kort af. Giet nu vrij sterke koffie over de watten, zoodat het bruin in de wat ten dringt en de witte kleur verdwijnt. Brand een leutje suiker tot caramel, voeg een leutje water toe, zoo, dat de massa dik vloeibaar wordt, ook bü af koeling. Bestrijk met deze caramel de rollade, waardoor ze glimmend bruin gaat zien. Bovendien bedekt de caramel het wittige van de watten. Door de cara mel ziet de rollade als „koude gebraden rollade" er zeer smakelijk uit. Leg haar op een vleeschschotel. MARSEPEIN 250 gram poedersuiker 150 gram suiker 250 gram amandelen \4 d.L. water d.L. oranjebloesemwater of een wei nig oranjebloesemessence Bereiding: Broei, pel de amandelen en maal ze vier- tot zes-maal door een amandelmolen. Vermeng ze met de gezeefde poedersuiker, water en oranjebloesemwater. Vermeng de massa op een zeer zacht vuur onder goed roeren, tot het een massa wordt-, die niet meer aan een natten lepel blijft kleven. Indien essence gebruikt wordt, deze er van 't vuur doorroeren. Los de suiker in zoo we.nig mogelük water op en kook dit in tot een stroop je als voor borstplaat. Roer dit vervolgens doör de massa. Laat het afkoelen. Draal er voor aardappeltjes kleine, ronde bal letjes van, rol ze door fijne kaneel en prik er putjes ln. CATHARINA VÏSCH BAKKEN Neem voor bakvisch de kleinere soor ten. Schub de visch in de richting van den staart naar den kop. Maak ze schoon, d.w.z. snü'd den kop er af en snijd ze aan de buikzijde zoover open, als noodig is, om de ingewanden te verwijderen, of maak een schuine insnijding achter den kop cn verwijder de Ingewanden (b.v. bij bot en schol). Neem ook het zwarte vlies je weg, dat om de ingewanden heen zit. Knip een stukje van den staart en van de vin nen. Wasch de visch van binnen en van buiten goed schoon. Geef op gelüke af standen met een scherp mes insnijdingen in het vel, dwars over den visch. om het springen van de huid te voorkomen tijdens het bakken. Bovendien wordt de visch dan eerder gaar en dringt het zout beter in het vleesch. Wrüf ze aan beide züden in met het zout, zet ze hiermee eenigen tijd weg om het zout er goed in te laten trekken. Bak de visch in boterolie of slaolie. Doe hiervan een zeer ruime hoeveelheid in de koekepan en laat het zóó heet worden, dat er 'n flinke blauwe damp afkomt. (Het vet moet goed doordampen.) Droog da visch af met een ouden doek. Leg de visch voorzichtig in het heete vet, eerst aan den lichten, daarna aan den donkeren kant. Bak ze aan beide kanten lichtbruin, laat ze even op grauw papier liggen, om het overtollige vet te doen uittrekken. Leg ze met den lichten kant naar boven op een schotel. We weten allemaal - hoe 'n door-en door, „afgezaagd" geschenk die eeuwige zakdoekjes zijn, maar toch moeten we er dikwüls toe overgaan, vooral als er op 't laatste oogenblik, zooals nu, nog een of ander geschenkje dient bedacht te worden. Zakdoekjes zijn van alle cadeautjes, die we zelf maken, 't vlugst klaar te krijgen. We kunnen heel-fijne, echt linnen zakdoekjes krügen, die geen andere versiering hebben dan een met de hand gewerkt open zoompje, en hoe vlug en gemakkelijk kunnen we niet 't een of ander in een hoekje borduren! Op 't gebied van die versierinkjes leg gen de Amerikaansche vrouwen heel wat meer fantasie aan den dag dan wij. Bü ons zijn 't steeds stijve lettertjes of de eeuwige zinlooze bloemetjes, die geen enkele botanicus bü een of andere fami lie zou kunnen indeelen. Dat we hier in de gewone winkels niets anders zien, is nog begrüpelük, maar dat we, wanneer we zelf iets maken, daar maar trouw aan blüven vasthouden, is heelemaal niet noodig. Daar zijn vooreerst de zakdoekjes waarop de voornaam van de bezitster voluit in den hoek staat, in loopend handschrift, niet in druklettertjes. Die zien we hier een enkele maal. Even aar dig is het, wanneer de geefster er haar naam op zet, in haar eigen handschrift: dat wordt in Amerika veel gedaan. Dan zün er zakdoekjes in series van zeven, waarop de namen der weekdagen staan geborduurd; we hebben ze hier wel eens een 'enkelen keer gezien, maar in erg grove, leelüke uitvoering. Willen ze aar dig zijn, dan moeten we er zeven precies dezelfde fijne zakdoekjes voor nemen, wit, met een open zoompje en daarom een gekleurd randje, bü alle zeven ver schillend van kleur. We borduren dan het Zondag, Maandag, enz., in loopende letters in de kleur van het randje. Cordonneeren is voor al dat werk veel en veel mooier dan steelsteek. In Amerika bestaat bovendien de ge woonte. zakdoekjes te geven als aanden ken aan alle mogelijke gebeurlükheden 'n bewezen dienst, 'n bezoek, dat ver- blüdeude gevolgen had, of iets dergelijks. Er staat dan niets anders op dan de be treffende datum en 't wordt zoo gauw mogelük daarna gegeven. Ook staat soms, tot aandenken aan een huis, waar men gelogeerd heeft, de naam daarvan in den hoek van 'n zakdoekje, dat de gast vrouw kort daarna aan haar logée zendt, lederen keer dat men later zoo'n dingske gebruikt, wordt men dan weer aan dien gezelllgen tüd herinnèrd. Men kent er ook, die dienen om vertrekkenden kennis sen mee op een langere reis te geven en die een „good luck" of „good speed" in den hoek dragen. Ook al 'n ideetje, dat heel aardig te verhollandschen en na te volgen was! De Amerikaanschen gaan nog verder. Allerlei korte, pittige spreukjes, typee- rende stopwoordjes van de geefster of degene voor wie 't doekje bestemd is, heel korte citaatjes uit haar lievelings auteur enz. enz., versieren de hoekjes van de uitgewisselde zakdoekjes. Nog een aardig ideetje, dat misschien ln dezen Sint Nicolaastijd navolging kan vinden, is een zakdoekje, dat in den eenen hoek het jaartal draagt, b.v 1929, waar dwars doorheen met heel füne lin tjes een schaats of ski (winter) is ge borduurd. In de andere hoeken staan een bloem (lente), twee korenaren (zomer) en een appel (herfst), alle met gekleurd borduurkatoen aangebracht. Grappig zijn ook de sport-zakdoekjes met een racket of hockey-stick, of de zijden avond-doek jes met een hooggehakt dansschoentje, of de twee tooneelmaskers met zij in den hoek geborduurd. We kunnen onze fantasie misschien eens opfrisschen aan deze invalletjes en zelf nog tallooze andere dingen beden ken. De versiering, die we kiezen, brengen we door middel van een stukje carbon papier op de stof en volgen dan de lijntjes uiterst nauwkeurig met zoo smal mogelijke cordonneersteekjes. Dat geldt voor letters; de voorwerpen worden met platten steek zoo dik mogelük opgewerkt. VETERAAN Menschen met dikke enkels schijnen gewoonlijk van meening, dat ze een soort van beproeving zün, waar je gedwee ln moet berusten, en realiseeren meestal niet, dat ze gemakkelük kunnen worden verbeterd. Ze bepalen er zich dan ook veelal toe, er af en toe eens een rnis- troostigen blik op te werpen of zuchtend aan de een of andere belangstellende vriendin te vragen: „worden ze nog niet dunner?" Neen, dat worden ze meestal niet, integendeel, mettertüd zakken ze hoe langer hoe meer uit, wanneer we verzuimen, ze met natuurlijke middelen, die toch zoo eenvoudig zün, tot wat gracieuzer afmetingen terug te brengen. Laat ik er eerst op wijzen, dat er, nog vóór onze pogingen eenig resultaat heb ben gehad, al dadelük een veel beter effect te bereiken valt, door de keuze van de juiste kousen en schoenen. Het is eigenaardig, op te merken, hoe wei nig menschen, die met dikke of forsche enkels gezegend zün, dat schünen te be denken. Juist zü lüken een voorkeur te hebben voor heel lichte kousen en schoe nen, om het euvel maar zooveel mogelijk te accentueeren. Lioht-rose of beige kousen zijn uit den booze voor dikke enkels, evenals dat bepaalde fel- glimmende soort kunstzü, dat onmiddel lijk de aandacht trekt naar wat we tóch al niet kunnen verbergen bü de tegen woordige rokken-mode. Er zün tegen woordig zooveel mooie, fijne nuances ln donker beige en donker bois-de-rose, dat we heusch keuze genoeg hebben, zonder te hoeven te vervallen in wat nu eenmaal rrlet staat. Er zün bovendien tegenwoordig kousen in den handel met puntige in plaats van vierkant ingezette hielen, die te dikke enkels wonderlyk flatteeren. Wat de schoenen betreft, zoowel te hooge als heel lage hakken staan wer kelijk afschuwelijk; een middelmatige Louis-hak is verreweg 't netst. Schoe nen zonder dwarsbandje zün ten slotte aan te raden, of anders moet het bandje zoo smal mogelijk zijn en vooral niet te nauw, zoodat niet die afschuwelük overblousende kussentjes op de wreef ontstaan. Kies geen schoenen van op vallende kleur, of druk-bewerkt; een heel simpel, effen modelletje (trouwens het kenmerk van alle fünere soorten) omkleedt den voet keurig. De oorzaak van dikke enkels ligt óf in 'n slechten bloedsomloop, óf in gebrek aan oefening en ontwikkeling van de beenspiere.., waardoor er zich daar over tollig vet verzamelt. De volgende maal zullen we zien, boe we zoowel het een als het ander kun nen verbeteren zoodat, wanneer we maar volhouden (aitüd d e voorwaarde bij de bestrüding van een of ander schoon heidsgebrek), we er ook heusch niet aan behoeven te wanhopen, nog eens heel wat beter gevormde enkels te bezitten! EVA Mej. M. K., Amsterdam Ik kon uw vraag niet eerder beantwoorden dan deze week, omdat deze rubriek weken vóór ze gedrukt wordt in orde wordt ge bracht. Om een glimmenden neus zooveel mogelijk te verbergen, moet u hem eiken morgen eerst met vanishing-cream heel dunnetjes inwrijven en daarna met zui vere talc-poeder poederen. Herhaal dat enkele malen gedurende den dag. Dat is het eenige wat er aan te doen valt. E. 'Wanneer de eerste flinke nachtvorsten in onzen tuin hebben huisgehouden, is 't gedaan met de laatste bloemen en de laatste groene planten, behalve misschien 'n paar taaie chrysantjes en natuurlük onze trouwe evergreens. Dan is het de tüd om een beetje orde te scheppen m den chaos van langs den grond liggende ranken en slierten en verwaaide wilder nissen van dorre bruine stengels. Deze zün 't juist, die onzen tuin zoo trooste loos en uitgestorven maken. Een orde lijke, sehoongeruimde wintertuin met mooie zwarte aarde, die ligt te wachten op het tooverwoord: ontwaak! dat de nieuwe lento spreken zal, ls veel opwek- kender en zelfs mooi in zün soort, even mooi als een bruine wintersche, goed- omgeploegdb akker. Maar zoo'n schoonmaak dient niet al leen om een behaaglijk effect te verkrij gen; het werkelijk nut ervan is ook niet te onderschatten. Büna elke mislukking op tuinbouwkun dig gebied ls te wyten aan ongedierte van 't een of ander soort. En maar al te dikwijls biedt de amateur-tuinier dezen vüanden rustig de gelegenheid, zich van jaar tot jaar te vermenigvuldigen, zon der eenige poging te wagen, ze grondig te verdelgen. Daarentegen bewüst de tuin- bezitter, die ernstig werk maakt van 't uitroeien van alle soorten insecten, die 't leven van planten en bloemen bedreigen, niet alleen zün eigen tuin een onschat- baren dienst, maar ook dien van zijn bu ren. Deze insecten bepalen zich immers niet tot 't verwoesten van een bepaalde afgebakende oppervlakte, maar versprei den zich snel van tuin tot tuin, totdat heel de buurt er de schadelijke gevolgen van ondervindt. En dat kunnen we toch voorkomen. Waar moet deze heilige oorlog tegen de schadelüke insecten beginnen? Op de eerste plaats bü den afvalhoop, dien veel tuinen in een afgelegen hoedje bezit ten. Wanneer die goed droog ls, is 't een kweekplaats voor duizenden oorwormen! Tracht u verder te herinneren, wat u daar in den loop van het jaar zooal hebt neergegooid. Onvermoeide, maar dikwüls gevaarlüke vüanden rijn aatdappelsten- gels, die besmet kunnen zün met den ge- vreesden meeldauw; verder planten van hier en daar uit den tuin, die plotseling en geheimzinnig verziekt en gestorven zijn, zonder dat er een onderzoek is inge steld naar de oorzaak van hun ontijdig bezwüken. Het eenige remedie tegen al die verdachte en twüfelachtige exem plaren is het vuur. Verbrand elke plant en struik, die niet op natuurlüke wyze, dat is aan het eind van het seizoen, aar. zün eind gekomen is. Lar.t u echter niet verleiden, van allen afval een vreugdevuur te stoken, want een groot deel daarvan kan, als het een maal vergaan is, nog uitstekende dien sten bewüzeli, wanneer het bü wijze van mest m den grond gespit wordt. Ver brand alleen die planten, die u verdaent voorkomen. Voeg bü het vuur nog allen snoei-afval van uw vruchtboomen en ander houtgewas en bewaar de asch op een droge plaats, om ze ln het voorjaar te gebruiken, ter vervanging van potasch er dergelUken kunstmest. Eenjarige planten, die tot het eind toe gezond gebleven rijn, worden uitgetrok ken en oü den afval gedaan, evenzoo tweejarige, die hun tweede jaar achter den rug hebben. Dat ruimt ai heed wat op. Vaste planter, worden grootendeels aan hun lot overgelaten: de planten nemen de voedingsstoffen uit de ver terende stengels weer tot zich. We kun nen echter de op den grond liggende ranken opheffen en een draad raffia om het geheel snoeren, zoodat net er minder mooglijk en verwilderd uitziet. De volgende maai zal ik nog meer wenken geven voor de groote voor- winter-schoonmaak. voor zoover die een verdelgingsoorlog beteekent. CROCUS

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 15