Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | 1 december 1928 | pagina 22

Gemengd Nieuws

Stiicolaas Cadeau

J.G

tfjfoppe.

PUNCH

ZESDE BLAD

NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ZATERDAG 1 DECEMBER 1928

BLADZIJDE l

©rooit te vergeten

Vampyr Stofzuiger

De roofmoord te Rotterdam;

Toch gevonden

Het hooge water

De „hupsche meneer'

Een lastige positie

Een ongelukkige val

Een oude bekende

Doodgedrukt

Zijn laatste toevlucht

f 98.-

Lnoord te Ulvenhout

•oodelijk ongeluk

Arme kleine

nstige aanrijding

Bral in een meubelstof-
feeerij te Amsterdam

Het vliegongeval te
Heerlerheide

LJCHTVERKEER

De njuwe postvlucht op
11 Ecember naar Indië

SOCIAAL LEVEN

Ned. Spoorwegen

RECHTSZAKEN

[Het ongeluk bij het „Kalfje"
te Amsterdam

Brabantsche Brieven

Gisteren hebben wü reeds melding ge
maakt van den roofmoord, te Rotterdam
op den heer P. C. Lans gepleegd.

Thans is uit het voorloopig onderzoek
nog gebleken, dat voor ongeveer 80 100
gulden aan bankpapier en zilvergeld uit de
brandkast is ontvreemd.

Gedurende de laatste twee Jaren is er
twee malen bij de N. V. De Haas ingebro
ken. De daders van de laatste inbraak zit
ten hun straf nog uit.

Eenige weken geleden heeft men een po
ging tot inbraak ontdekt. De deur naar het
kantoor kon toen des morgens niet geopend
worden en het hek aan den Oostzeedijk
was, blijkbaar door vreemden, geopend.

Het onderzoek in de zaak betreffende den
moord, welke gisteravond gepleegd is op
den heer Lans, directeur van de N.V. Adr.
de Haas Jr.'s Handel Mij., importrice van
sponzen en zeemleer aan den Oostzeedijk,
duurt nog steeds voort. Men heeft de toe
dracht van de zaak als volgt meenen te
kunnen reconstrueeren:

De heer Lans zou zijn kantoor hebben
willen verlaten men maakt dit op uit het
feit, dat het lijk gevonden werd, gekleed in
een overjas en dat onderaan de trap de
actetasch werd gevonden en is, onder aan
de trap gekomen, door de daders (of den
dader) aangevallen. Daarna is de heer Lans
waarschijnlijk naar boven geloopen, ten
einde de telefoon te kunnen bereiken, om
hulp in te roepen. Dit is hem niet gelukt en
voor het vertrek, waar de telefooncentrale
zich bevond, heeft weer een worsteling tus-
schen hem en de inbrekers plaats gehad.
Van hier is de heer Lans gevlucht naar zijn
privékantoor; het kan echter ook zijn, dat
de inbrekers hem daarheen hebben gedre
ven. In een waschlokaaltje bij het privékan
toor gelegen, hebben de moordenaars hun
slachtoffer de keel afgesneden. Er is op de
gangen weinig bloed gevonden, maar in het
waschlokaaltje vond men aan den spiegel
en den rand van het fonteintje bloedvlek
ken. De inbrekers hebben, zooals reeds ge
meld, de sleutel van de brandkast uit de
zakken van den heer Lans genomen en
daarmee hebben zij de brandkast geopend-

Het schijnt, dat zij bij het wegnemen van
hetgeen zij van hun gading vonden, ge
stoord zijn en wel door het bellen van de
telefoon, toen de huisgenooten van den
heer Lans op kantoor willen informeeren
waar hij bleef. De stoppen van de telefoon
centrale van het kantoor van de firma De
Haas zijn n.l. uitgetrokken gevonden. Voorts
wijst er nog op, dat de daders overhaast
zouden zijn weggegaan, dat in een geld-
bakje, staande in de brandkast, nog geld is
achtergelaten, terwijl in een van de porte
feuilles, welke in de brandkast lagen, een
briefje van 25 is achtergelaten.

Het wordt niet onwaarschijnlijk geacht,
da de daders zich hebben laten insluiten in
een pakhuis, dat toegang geeft tot het por
taaltje onder aan de trap, welke de kan-
toorlocaliteiten leidt. Men meent dit feit te
kunnen afleiden uit de omstandigheid, dat
in dit pakhuis een omgevallen stoel is ge
vonden De daders zouden den mededirec
teur van den heer Lans, den heer Van Oud-
heusden, hebben hooren weggaan en daar
na, meenende, dat de weg vrij was, tegen
den heer Lans zijn aangeloopen, die korten
tijd later het kantoor wilde verlaten.

Niet onmogelijk is het ook, dat de heer
Lans de inbrekers heeft opgemerkt en dat
voor hen daaruit de noodzakelijkheid zou
zijn ontstaan, den heer Lans om het leven
te brengen.

Uit het voorloopig onderzoek op het lijk
is gebleken, dat den heer Lans zes slagen
op den schedel zijn toegebracht. De sectie
op het lijk, dat naar het ziekenhuis op den
Coolsingel is overgebracht, wordt heden
verricht. De dactyloscopische dienst heeft
op de sleutels, welke nog op de brandkast
zaten, eveneens een aanwijzing, dat de
daders overhaast zijn weggegaan vage
vingerafdrukken gevonden.

Naar men aan het „Hbld." wist mede te
deelen, moeten de daders veel bloed aan
hun kleeren hebben gehad, toen zij het ter
rein, waar de moord is geschied, hebben
verlaten.

Gisteren heeft de politie met alle haar ten
dienste staande middelen een minutieus on
derzoek ingesteld en hoewel door de mas
sa getuigen-verklaringen zeer gemakkelijk
verwarring zou kunnen worden gesticht en de
zaak in sommige opzichten slechts op veron
derstellingen gebouwd is toch zijn er thans
enkele aanwijzingen, welke in een bepaalde
richting leiden.

Omtrent de gissingen van deskundige zijde
nog de volgende bijzonderheden:

Een betrouwbaar dienstmeisje heeft getuigd-
dat zij Donderdagavond twee mannen op het
terrein tusschen de beide hekken heeft zien
staan en daar de verwondingen wijzen op een
aanval van meer dan een persoon, gelooft
men, dat er in elk geval ook twee daders zijn.

Dat de heer Lans deze beide mannen reeds
kende ,is niet onwaarschijnlijk, gezien het
feit van het wegsleepen van den ongelukkige
uit het kantoor en het daarna vermoorden.
Doch ook kan worden verondersteld, dat de
heer Lans zijn belagers zoo goed heeft kun
nen opnemen, dat dezen vreesden, later in elk
geval door hem te zullen worden herkend en
hem daarom doodden

Voorts is het zeer waarschijnlijk, dat de

kerels door het opbellen van mej. Lans naar
het kantoor gestoord zijn en overhaast de
vlucht hebben genomen.

Twee portefeuilles, die op het lijk gevon
den werden, wijzen hierop, alsmede het feit,
dat de stoppen uit het telefoon-schakelbord
waren getrokken en de sleutels nog in de
brandkast zaten. Voorts het nog aanwezig
zijn van eenig geld in de brandkast.

Dat men hier met geroutineerde misdadi
gers te doen zou hebben, kan o.m. nog worden
geconcludeerd uit het feit, dat zij him werk
tuigen niet hebben laten liggen. Het afzoe
ken van den bodem van de Admiraliteits
kade had tot nog toe geen resultaat, de ver
onderstelling, dat de kerels hun werktuigen in
dit water hebben gegooid, wordt echter nog
vastgehouden, zoodat heden de rivierpolitie
nog met het zoeken zal doorgaan.

Bij de gerechtelijke schouwing van het lijk,
welke gisterenmiddag in het ziekenhuis aan
den Coolsingel heeft plaats gehad, kon duide
lijk worden geconstateerd, dat de slagen op
het hoofd met een zwaar voorwerp zijn toe
gebracht.

Het dactyloscopisch onderzoek is niet zonder
resultaat gebleven, de recherche van het bu
reau Meermansstraat heeft onder leiding van
inspecteur L. Hermans den geheelen dag en
ook dezen nacht doorgewerkt.

Getuigen-gissingen leiden, zooals vanzelf
spreekt, tot ongeloofwaardigheden. Zoo liep
het gerucht, dat men hier met een moord uit
wraak te doen zou hebben, dat de kerels de
beide directeuren hebben willen vermoorden
en zich den heer van Oudheusden hebben zien
ontsnappen, enz.

Hoezeer deze tragische zaak in de stad en
ook verder beroering heeft gewekt, blüke uit
het feit, dat er reeds verschillende vermoede
lijke daders zijn aangewezen. Een hunner,
zekere N. C. J. v. d. E., die openlijk beschul
digd werd door buurtbewoners, heeft zich uit
eigen beweging aan het bureau gemeld. Hij
ontkende, iets met de zaak uitstaande te
hebben, doch is in verzekerde bewaring ge
houden, daar hij nog wegens een vroeger be
gaan misdrijf gezocht werd. Het is echter niet
waarschijnlijk, dat hierdoor de zaak zou wor
den opgehelderd. De recherche heeft in den
loop van gisterenavond een persoon gearres
teerd.

Intusschen hoopt men de daders spoedig
gevonden te hebben.

Een voormalig agent der Vrijwillige Ouder-
domsverzekering, de 45-jarige C. T. A. v. K.,
die sinds 1924 door de Utrechtsche politie
wordt gezocht wegens frauduleuze handelin
gen en in Duitschland een veilig heenkomen
had gezocht, werd door de Culemborgsche
recherche aangehouden in een sigarenfabriek
aldaar. Hij was pas drie weken weer in
Nederland.

Te Nieuwkoop

De gemeenteraad van Nieuwkoop is giste
ren in spoedeischende vergadering bijeen
gekomen en heeft besloten, 2000 subsidie te
verleenen aan het bestuur van den polder
Nieuwkoop voor de verwijdering van het
water.

Gisteren vond er een samenkomst plaats
van de B. en W.'s van Zevenhoven, Wilnis
en Nieuwkoop met de besturen van den
polder Zevenhoven, Nieuwkoop-Noord en
Nieuwkoop, ten einde de noodige maatrege
len te treffen.

Het water wast nog steeds, zoodat thans
ook in Nieuwkoop verschillende huizen onder
water staan.

Doordat er ook bollen- en tuinland onder
is geloopen, is er nogal groote schade.

Men is thans ook bezig, den dijk bü Acht
tienhoven te versterken, waarvoor 60 man
aan het werk zijn gesteld.

Omtrent de doorbraak van de Amsterkade
bij Zevenhoven wordt nog gemeld, dat gis
teren den geheelen nacht met een heima
chine is doorgewerkt, doch dat daarmede,
vermoedelijk wegens den slappen bodem, nog
niet het gewenschte resultaat is gekregen.
Het gat is nog niet gestopt, doch men hoopt
heden zoover te kunnen komen.

Een vloeddeur gezonken

Men meldt uit Deventer aan het „Hbld":

Bij hooge waterstanden in den IJsel moet
de Bergweidepolder, waarin ook de woonwijk
en de haveninrichtingen zijn gelegen, van
het buitenwater worden afgesloten door mid
del van een z.g. vloeddeur, die men voor een
brugopening van de haven laat drijven en
dan door het inlaten van water rechtstandig
in de opening brengt. Toen men Woensdag
wegens de verwachting der noodzakelijkheid
van afsluiting van den polder de vloeddeur
op haar bestemming zou brengen, zonk het
gevaarte in de diepte weg.

Men is thans met duikers bezig om de
oorzaak op te zoeken en zoo mogelijk de
luchtkamers van de vloeddeur leeg te pom
pen, om het werktuig weer vlot te brengen.
Men dient n.l. de deur in gereedheid te heb
ben voor het geval de vloed weder opkomt.
Is dat niet het geval, dan herhaalt zich hier
de ramp van 1926.

Steeds weer een nieuwe truc

Eenige weken geleden vervoegde zich bü
een caféhouder in de Veerlaan te Rotterdam
een heerachtige meneer, die zeide Hagenaar
te zijn, wonende Laan van Meerdervoort 308
en kwam informeeren als vertegenwoordiger
van de Engelsche regeering, of de caféhou
der, die er tevens en logement op na hield
nog veel vorderingen had op Engelsche
zeelui.

Hij vertelde erbü, dat hij als inspecteur
was aangesteld, om dat bü de verschillende
logement- en caféhouders na te gaan, op
dat dezen niet de dupe zouden worden van
hun goed vertrouwen ten opzichte van de
Engelsche schepelingen en vroeg en verkreeg
verlof om de boeken van den caféhouder in
te zien.

Toen het bleek, dat de man in totaal
nog voor een vrij hoog bedrag te vorderen
had, toonde de mijnheer zich nobel en
menschlievend.

,,'t Is wel erg," zei hij, „maar ik zal er voor
zorgen, dat u dat geld ten spoedigste uitbe
taald krijgt, 't zij van den Engelschen con
sul, 't zij van den Staat der Nederlanden.

Hebt u een gezegeld papier, dan kunnen we
het officieel opmaken."

De logementhouder had dit echter niet,
waarop de nobele kerel zeide: „Dat is niet
erg, zorgt u ervoor, dat u het over twee da
gen hebt, dan kom ik wel terug."

Twee dagen later verscheen hij prompt op
tüd, maakte het officieele stuk op en infor
meerde intusschen belangstellend hoe het met
de zaken ging en hoeveel menschen de lo
gementhouder kon herbergen.

„Zoowat twintig."

„Is je zaak altijd vol?"

„Nee, meestal heb ik maar de helft be
zet."

„Nou, ik belast me met het onderbrengen
van militairen voor de Oost, weet u wat,
ik zal u regelmatig twaalf menschen stu
ren," beloofde de hupsche meneer.

Zooveel goedheid was met recht dank
waard, vond de logementhouder en toen de
meneer hem bij het afscheid nemen vroeg of
hij niet de vijf gulden welke voor de re
gistratie noodig waren, meteen wilde betalen,
voldeed hij grif aan dat verzoek.

Met de belofte, dat de zilvervloot nu
spoedig binnen zou komen, ging de inspec
teur de deur uit.

Toen de logementhouder na een week niets
meer gehoord had, schreef hij een brief naar
den meneer, die gezegd had Van Veer te
heeten, doch kreeg het epistel als onbestel
baar terug.

Bovendien is thans, naar de Msb. nog
verneemt gebleken, dat de Engelsche regee
ring zich niet bemoeit met het crediet, dat
logement- en caféhouders aan hun zee
lui geven.

Daar de inspecteur reeds bij anderen een
dergelijke ingewikkelde poging tot oplichting
heeft gedaan, waarschuwt de Commissaris
van Politie van het bureau Nassaukade te
Amsterdam de café- en logementhouders
tegen deze connecties.

Tengevolge van noodige reparaties aan de
drempels van Sluis 17 in de Zuid-Willems
vaart is de vaart op het kanaal sedert eenige
dagen gestremd.

Het aantal op- en afvarende schepen
hoopt zich onder en boven de sluis met
tientallen op.

Te Harderwijk kwam de spoorwegarbeider
H. Goedvree bij het rangeeren van een
goederentrein aan het station te struikelen.
Hij geraakte met beide voeten onder een
rijdenden wagen, waardoor de rechtervoet
boven den enkel werd afgekneld en van den
linkervoet drie teenen werden afgesneden.
De ongelukkige werd onmiddellijk naar het
Piusgesticht vervoerd.

De maréchaussee uit Deventer heeft te
Oldenzaal een chauffeur-monteur uit
Hengelo aangehouden, die te Twello ten
nadeele van den heer Regterschot een auto
heeft verduisterd. De aangehoudene had nog
meer op zijn kerfstok; zoo o.a. een rijwiel
diefstal te Enschede. Het is een oude be
kende der justitie.

Nabij Nieuwe Schans (Groningen) is de
timmerman Prasse onder neervallend hout
doodgedrukt.

Te Deventer ondervond gisteren een re
chercheur op de kippenmarkt verzet bij de
arrestatie van iemand uit Apeldoorn, ver
dacht van kippendiefstal. De dief vluchtte
en wierp den politieman een fiets voor de
voeten. De rechercheur schoot daarna zijn
revolver een paar malen af. De vluchteling
werd hierdoor niet staande gehouden en ren-

Verkoopbar. Gr. Honlslr, 15
TELEFOON 15497

de element binnen, waar hij zich op de
W.C.chool. Daar heeft de politie den
man veel moeite gearresteerd.

De-echaussee heeft iemand aange-
houdien zekeren van M„ die verdacht
wordl moord op den ouden man te Ul-
venht; hebben gepleegd.

Te smeide is de 48-jarige dakdekker
J. P. den auto van den heer uit Nieu-
wenh£ aangereden. Vreeselijk 'verwond
werd lan in het Ziekenhuis opgenomen,
waar bhter 2 uur na aankomst overleed.
De au in beslag genomen; de bestuur
der isgehouden.

Menldt uit Goes aan de Msb-:
Dezagen gaf een vrouw te Zierikzee
haar ;etje van ogeveer 20 dagen oud,
bij veing een theelepeltje azijnnessence
in plafan venkelwater in, aan de gevol
gen wan het kind is overleden.

De 2rige J. C. M. uit Rotterdam is
gisterai op den straatweg te Hillegers-
berg aireden door een luxe auto, be-
tuurd den 22-jarigen J. H. uit Rotter
dam, d:em met groote snelheid achterop
reed eiet meer kon stoppen. De man
werd dde ruit geslingerd en sloeg daar
na op (traat. Hij heeft een schedelbasis-
fractuuoodat hij in zeer zorgwekkenden
toestanin het Ziekenhuis moest worden
opgenoi. De chauffeur werd gearres
teerd een auto in beslag genomen.

Gisteind omstreeks kwart voor tienen
is een 1 brand uitgebroken in de meu-
belstoffeerij van de firma Borsekowski,
op de ee verdieping van het perceel Ri-
quelstral te Amsterdam.

Om hzes was het personeel naar huis
gegaan vervolgens den patroon was er
na dien mand meer in den werplaats ge
weest. Nemin had de snel brandbare in
ventaris ma vond brand gevat op dusda
nige wijdat ver in den omtrek het onheil
door zijessigen gloed zich baar was

De brlweer rukte me tdrie motorspui
ten, twiadderwagens en een manschap-
penauto t. Onder leiding va nden hoofd-
brandme?r, den lieer Bartdorf, werd biet
vuur metn vijftal stralen aan den motor-
spuit gelpeld, aangevat.

Dat >i ingrijpen geboden was, sprak
deze nojterker daar anders, daar gelijk
vloers eeautogarage gevestigd was en de
tweede dieping ook als meubelstoffeer
der waagericht.

Ondanlhet feit, dat het vuur, dat bijna
de geheediepte van circa 30 M. door de
werkplaadas doorgevreten, wist de brand
weer birn een half uur de brand te be
dwingen. )e geheele eerste verdieping
brandde doch het overige gedeelte van
het huis lef gespaard, behoudens een ge
deelte v de tweede verdieping, waar de
meubelstcerderij van den heer Rengers
ook eenigjrandschade leed.

De scht wordt door verzekering gedekt

tuig omstreeks 1 Januari weder uit Indië
zal vertrekken.

Indien een gedeelte der correspondentie
ten gevolge van beperkt laadvermogen (250
K.G.) niet per vliegtuig zou kunnen worden
verzonden, zal doorzending met de gewone
mail plaats vinden, tenzü uit een aanteeke-
ning op het stuk blijkt, dat de afzender er
dan de voorkeur aan geeft het stuk terug te
ontvangen. Tegeh overlegging van briefkaart
of briefomslag zullen in dit geval het lucht
recht en het port worden terugbetaald. Van
stukken, die eventueel met de boot zijn door
gezonden, wordt tegen overlegging van de
bewijsstukken eveneens het luchtrecht te
rugbetaald. Er wordt aan herinnerd, dat men
zich voorrang voor verzending door de lucht
kan verzekeren door kwüting van een extra
vastrecht van 35 cent per briefkaart en 40
cent per brief, in luchtpostzegels te voldoen,
boven het gewone port en het luchtrecht van
40 cent per briefkaart en 75 cent per 20
gram voor de overige stukken. Ter onder
scheiding van de correspondentie welke wel
en welke niet per vliegtuig werd verzonden,
zullen de eventueel achterblijvende stukken
door het kantoor Amsterdam van een dag-
teekeningsstempel worden voorzien.

Hoe de zaak geregeld werd.

Hoezeer wel de telefoonverbinding met In'
dië in een behoefte voorziet en voor een
snelle beslissing bij onverwacht opkomende
wederzijdsche belangen van onschatbare
waarde is, werd 27 dezer nog eens duidelijk
aangetoond.

De regeling voor de retourpostvlucht naar
Indië in het begin van de volgende maand
werd aanvankelijk telegrafisch met de In
dische postadministratie opgenomen. Deze
telegrammenwisseling leidde echter niet tot
een dadelijk resultaat; er bleven verschillen
de punten door misverstand en onvolledig
heid onopgelost.

De directeur van, het departement van
Gouvernementsbedrijven in Ned.-Indië, ir.
de Jong, en het hoofd van den Indischen
postdienst, de heer Milbom, hebben zich
daarop telefonisch met den directeur-gene
raal der Posterijen en Telegrafie, ir. Damme
verstaan, met het gevolg, dat in een kwar
tier tijds op alle punten overeenstemming
werd bereikt.

Zoo effende over een afstand van 12.000
K.M. het gevleugelde woord den weg voor
het gevleugelde vervoer.

P. HOPPE

FabrleK/-

MprH»

(Citroen. Rum, Arak.

Het van oud/ bekende Merk.

van 0.50 per dag toe te kennen, evenals dit
reeds het geval is voor de wagenvoerders-
conducteurs, dienstdoende als wagenvoerder
op de lijn Amsterdam—Rotterdam, ver
klaarde de directie, dat zij tot deze toelage-
regeling was overgegaan ter tegemoetkoming
aan den wensch voor deze wagenvoerders-
conducteurs iets te doen.

Thans wordt verzocht die regeling uit te
strekken tot alle wagenvoerders-conduc-
teurs, dus ook tot hen, die op de lijn Rot
terdam Hofplein—Scheveningen en elders op
benzine- of oliemotor-treinen dienst doen.

Daarvoor bestaat geen grond, omdat hun
arbeid minder belangrijk is dan die van de
wagenvoerders-conducteurs op de lijn Am
sterdamRotterdam.

Invoering van een algemeen geldende
regeling zou trouwens eerst bij de her
ziening der loonregeling overwogen kun
nen worden.

Op verzoek om de vastgestelde leeftijds
grens van 20 jaar voor de aanstelling "an
leerling-klerken te verhoogen, zeide de di
rectie, dat hiervoor geen aanleiding be-

Verhooging van de leeftijdsgrens van 20
jaar heeft bevendien het bezwaar, dat de
commiezenplaatsen door te oud personeel
bezet zouden worden.

Een strafvervolging

Naar de „L.K." verneemt, is naast de ci
viele actie, ingesteld door de getroffenen bij
't vliegongeval te Heerlerheide of hun nabe
staanden. ook een strafvervolging ingesteld
tegen 't comité, dat den vliegdag in Augus
tus organiseerde. Het wordt er van ver
dacht de voorwaarden niet te zijn nageko
men welke aan 't houden van den vliegdag
verbonden waren.

Omstreeks Januari 1929 zal de terugtocht
aanvaard worden.

a

In aanslting op vroegere berichten kan
thans wonn medegedeeld, dat het vertrek
van het ptvliegtuig naar Indië is bepaald
op 11 Decnber as. te 7.30 uur van Schip-
hol.

Met het liegtuig zullen luchtpostbrieven-
malen wortn verzonden naar Karachi, Cal
cutta, Aky», Bangkok, Medan, Falembang,
Batavia edBandoeng.

De aankhst te Batavia is bepaald op 22
December t te Bandoeng op 23 December
as. Het lig in de bedoeling dat het vlieg-

Een conferentie tusschen de directie
en den personeelraad
Dezer dagen is wederom een conferentie
gehouden tusschen de directie der Neder-
landsche Spoorwegen en den personeelraad
Tot scheidsgerechtvoorzitters voor het
jaar 1929 werden benoemd de heeren: S. van
den Bergh, ir. M. H. Damme, prof. mr.
dr' J. van der Grinten, J Oudegeest, mr.
P. Rink, prof. mr. B. M. Taverne, ir. A. H,
W. van der Vergt, dr. J. Th. de Visser, dr
P. M. Wibaut en mr. J. A. de Wilde.

Herbenoemd werden voor 1929 tot leden
der commissie van Advies, de heeren Th. E.
van Putten, A. Harms en F. Nivard.

Aan al deze heeren zal gevraagd worden
of zij de benoeming, resp. herbenoeming

aanvaarden.

Omtrent de weder-aanstelling van op
wachtgeld gestelde klerken, die op grond
van onvoldoend gezichtsvermogen niet voor
lijndienst in aanmerking kunnen komen,
besliste de directie, dat zij zal nagaan, of
bedoelde op wachtgeld gestelde klerken, die
nog niet in het bedrijf teruggenomen zijn,
voor een aanstelling als kleTk in aanmer
king kunnen komen, ter voorziening in de
eventueele vacatures van leerling-klerk op
stations.

Op het verzoek om den vrijen Zaterdag
middag te verleenen aan personeel op de
bureaux der E. A. Ambtenaren op de
lijnen, nam de directie de volgende beslis
sing. De beteekenis van het bureau van
den ingenieur der Electrische Tractie te
Leidschendam is sedert de elctrificatie van
de lijn AmsterdamRotterdam niet de
zelfde gebleven, zoodat voor afwijking van
de voor alle andere tractiebureaux gelden
de regeling der diensttijden, geen enkele
aanleiding meer bestaat.

Tegen het invoeren van den vnjen Zater
dagmiddag voor de tractiebureaux be
staat uit een oogpunt van dienstbelang be-
zwaar

Naar aanleiding van het verzoek, om aan
alle wagenvoerders-conducteurs een toelage

Dood door schuld

Zeer velen zullen zich nog het ernstige
auto-ongeluk herinneren, dat op 24 Juni 11-
een paniek teweegbracht onder de bezoe
kers van het bekende café „Het Kalfje" te
Amsterdam. Op dien Zondag kwam een
auto, waarin twee dames gezeten waren, uit
de Kalfjeslaan met een bocht naar links
den Amsteldijk oprijden. De dame aan het
stuur nam deze bocht zóó ruim, dat de
auto eenige oogenblikken op het water toe-
reed; toen de chauffeuse dit zag, draaide
zij het stuur met een ruk naar links en
drukte daarbij vermoedelijk meteen op het
gaspedaal. De auto schoot onder een hoek
van 45° in de richting van het „Kalfje^',
botste vervolgens tegen een 9-jarig meisje
aan, dat zich met haar oudeTs naar den
aanlegsteiger wilde begeven, sleurde het
kind mee en reed het terras van het
„Kalfje" op, om tenslotte door een aldaar
staand en boom in zijn vaart te worden ge
stuit. Helaas geraakte het aangereden
meisje tusschen boom en auto bekneld. Zij
liep zulke ernstige verwondingen op, dat >*J
spoedig bezweek.

Tegen de bestuurster van den auto, ue
25-jarige, in de hoofdstad woonachtige
dansleerares T. M. A. VI., werd strafvervol
ging ingesteld en Donderdag had zij zich
ter zake van dood door schuld te veran
woorden voor de Vierde Kamer der Recht
bank te Amsterdam. Volgens de dagvaar
ding heeft zij bij het nemen van de bocht
hoogst roekeloos en onvoorzichtig gereden.

Op vragen van den president, mr- Huysm-
ga deelde verdachte mede, dat zü bij het
nemen van de bocht naar den Amsteldijk
achter het zich toen ter plaatse bevindende
vluchtheuveltje een man met een fiets op
merkte, welke haar noodzaakte meer op net
water aan te rijden. Vervolgens heeft zij
haar stuur met een ruk geheel naar links
gewend; van de noodlottige gevolgen dezer
manoeuvre wist zij zich niets te herinneren.
Eerst toen de auto tegen een boom botste,
kwam zij tot haar positieven.

Het O M-, mr. de Blécourt, betoogde, dat
het bewijs van het ten laste gelegde onom-
stootelijk vast staat, hetgeen spr. aan de
hand van verschillende getuigenverklarin
gen trachtte aan te toonen. De door verd.
uitgevoerde manoeuvre is bmtengewoon
onhandi- geweest; in den vervolge moet zü
met klem achter het stuurrad geweigerd

W°Totnde strafmaat komend wees spr. er op
dat door verd.'s handelingen een jong
meisje aan haar ouders is ontrukt. Het op
leggen van een geldboete of van een voor
waardelijke gevangeni^traf achtte spr t-

lerminst gerechtvaardigd; hier kan steens
sprake zijn van een principieele vrijheids
straf. Eisch: drie weken hechtenis

De verdediger, mr. A. Hijman u t
dam pleitte voorwaardelijke veroordeeling.

uitspraak werd op 13 December be
paald.

Ulvenhout, 27 November 1928

Menler,

Wilde wel geleu.
ven, da 'k 'n kleur
kreeg tot aan den
bovenkant van m'n
hemdsboordje, toen
'k hierboven „Ul
venhout" schreef.

'n Plotske, waar
hoegenaamd nooit,
nie datte veurvaltl
'k Mog et onder-
lest nog wel schrij
ven aan oew, ami-
co, „da Tc ónzen-
lievenheer wel op m'n bloote kniekes moog
bedanken, dat ie me in zo'n vergeten oekske
van de wereld ee neergeplakt.

Gatsammenoggestoe, 't lijkt nou Sjikeego
wel, waar ge nle veilig over de straat kunt
loopen, as ze maar denken, da-ge èènen dol
lar in oew vesjeszakske het zitten.

Wa-d-is da nauw veur "n soort van 'n
werk, om dieë èrme Piet van den Burg vijf
gaten in z'nen kop te slaan en dan z'n
hüsk- in den brand te steken, mee de be
doeling om 'm bruin te bakken, allemaal
maar, omda ze denken dat ie 'n paar centen
bezit. Wa mot zo'nen mensch bezitten, die
heel z'n leven boerenarbeijer is?

Oeggct toch zeker gelezen, van dieën

moordaanslag? Twee tooneelstukken van
kérels, mee 'n maske veur d'n bandieten-
kop (wa zedde daarvan, amico, net Sjie-
keego hé? maskes veur, man!) drongen bü
Piette binnen, "n ouwen mensch, die op z'n
eentje woont en z'n eigen kostje scharrelt,
om 'm even af te tuigen en in braand te
steken!

Hij lee nouw in 't ziekenuis. Heel z'nen
poot is verbraand en hij is overstuur, dat ie
lee te beven as 'n rietje. „Maar Piet," zee
ik, „wa-d-emmen die schoefels nouw met
jouw gedaan?" En toen begon ie te schreeu
wen van de zemelen. Heel z'n zemelengestel
is wèèrgaren; heelemaal! Ge mot wel begrij
pen, amico, wa-d-et leven van zo'nen
mensch is. Die werkt z'n eigen krom op 't
land en in d'n mest, om de menschen aan
èèrpels en groenten te helpen. Daar krijg ie
veur, de kost en 'n paar rijksdaalders en dan
woont ie alleen in 'n hüske da diep in de hei
staat, en waar gin blind pèèrd schaai kan
doen.

'n Wiebelende tafel, 'n stuk petrolielamp,
waar meestal gin olie in zit, 'n ding om op
te zitten, ('t woord „stoel" kan m'n pen nie
uit!) en 'n bedstee mee 'nen zak strooi en
'n pèèrdedeken. Ge begrept da zo'nen
mensch zoomaar 'n eenzaam, triestig en
èremoeiig leven heet.

Zoo eenen. zit mee d'n Sundereklaasavond
in z'n eentje te knierzen bü 'n walmende
petrolielamp en 't schünsel van de bran
dende blokskes onder de schouw. En op
Kerstavond zit ie daar net eender. En mee de
Kerstdagen zit ie daar alleenig en mee dn
nieuwejaar en op alle dagen, da-d-et veur
bijna ellekem mensch feest is!

Zo'nen mensch ia te zuinig asdat

ie 'n pepke rokt, en 'n sigaar komt
er nooit tusschen z'n bleeke lippen. En de
paar centjes die zo'nen èrmen ploeterèèr
dan nog bü mekaar ee gekrabt, daar slaan
z'm dan bijna z'n harsenpan tot aan splin-
terkes. ,,'t Hemd is nader as d'n rok," zee-g-
et sprikwoord en omda-d-Ulvenhout mijn
al heel na aan m'n haart leet en Piet ok,
daarom da'k over dit hakkenvietje zoo
breedvoerig uitwel!

Want, amico, 't is, hoe eTg 't ok is, nog
maar 'n hakkenvietje hee? Me zijn op 't
punt van moorden en roofmoorden, ok al
gebeuren ze dan nle dierèk In Ulvenhout
allemaal al aordlg verwent! 'n Kraant zon
der 'n paar moorden is 'nen akker zonder
onkruid

Maar ik zal m'nen slinger emmen as de
masjesee die twee loebers bü d'ren kraag
heet, want ik leg nouw mee den pook in bed
en vannacht wier ik wakker mee 'n rooie
streep over m'n achterwerk, zoo ha'k er op
gelegen! Onze veldwachter trekt aan z'n
pijp as 'nen Sjerlok Hollemes en as de mas-
jesees ze nie gaauw pakken dan lopt ie nog
'n nieketiene-vergiftiging op, ,,in-funksie!"

Wa-d-'n weer ee, d'n lesten tijd. En overal
zoo! De Koning van Engelaand hee-t-er
zelfs 'n kouwke mee gepakt hè'k gelezen.

Toch is da ginnen zuiveren koffie mee da
Koninklijke kouwke. De dokters geven elk
oogenblik 'n buuletijn uit en as ik ze goed
lees, dan zün die dokters als maair erg te-
vreéjen over d'nen pasjent, maar mee elk
buuletijntje wordt ie al broerder en broer
der. Eerst 'n kouwde. Toen sliep ie goed en
was z'n long aangetast. Toen sliep ie nog
beter en gong z'n long veruit, toen sliep ie
as 'h roos en begon ie veel beter te hoesten

en nouw slpt ie as 'nen os en heet-ie er
ook pleuris iü. Hü slopt nog net zooiank en
ga nog nét zooiank goed veruit tot ie nie-
meer wakke wordt.

Waarom ie ineens gezeet; Onze Koning
is zoo ziek is 'n hondje en laten me-d-r
allemaal 'n gebedje veur doen. Dan zijn de
menschen ie zoo ongerust as nouw mee
al die diepanatieke buuletijntjes!

't Is toch ;in schaande om ziek te zijn.

Hij hee-g-t z'n eigen toch nie aangedaan
zooas die Prijsche juffrouw mee d'r dikke
kuiten! Ozokoos!

Da mamslleke zou gaan trouwen. Groot
gelijk: gin iorke beter as ikke. Maar toen
was ze ineen benauwd, asdat d'ren man zou
zien, na d'rn trouw, da ze zultke dikke bee-
nen had. Olie da-d-al nie lank gezien had,
amico? Ik lan toch zeker, mee de teuges-
woordige mole op 'n harke af oew de maat
geven van die Ulvenhoutsche meskesbee-
nen. En of ca zoo lillek is, 'n paar stevige
pooten! Ze Sjn belaaitafeld. Ik veur mijn,
ik zie liever ên paar flinke pooten, dan tien
naar ooievaasstelten! Maar ollee, da gekke
ding gong nair 'nen perfester om d'r kuiten
'n bietje te Wen „innemen". Ge mot nouw
in aanmerking nemen, da ze naaister is va
d'r ambacht en dus gewend is „ïn-te-
nemen." Maar om kort te gaan; de perfes
ter knipte, knipte nog es. en nog es, en toen
was 't heele beentje d'r finaal af! En nouw
loopt et gekkinneke mee 'n houten pootje.
Nouw emmen houteren beentjes t veurdeel,
da ge ze zooiank onder 't bed kunt leggen,
as ge gaat slapen, zooda-ge dan over de
dikte of de dunte gin woorden kun krijgen
mee mekare, maar 't is toch maar n aange
oplossing van 't geval. Wél ee mesjeu dn

adspieraant-echtgenieter de kans, dat ie
mee dat houteren beentje 'n opsallemander
op z'n kerssepit krijgt as 't ie nouw nog wa
zeet, dat ie in 'n oogenblikske tijd naast
Piet van den Berg in 't ziekenhuis leet. Maar
ja, ge mot veur de schoonheid wé, overem-

menDaar zou"k nog veul meer van

kunnen vertellen, maar d'n onzin van d n
teugeswoorigen smaak hang me zóó un
m'nen nek, da'k er 't zwijgen verders maar
toe doei As houteren beenen en stinksloo-
ten in plak van straten, teugeswoong de
schoonheid van de wereld uit motten ma
ken dan zeg tic maar niks meer en denk
maar: 't verstand kom mee de jaren!

W'ant, amico, mee de kunst wor zoo maar
gek omgesprongen. As g'n schilderij zie
waar ge niks van snapt of n stuk me
ziek hoort da-d-oew herinnert aan Trui as
ze mee 'n kwaaie bui de borden wascht -
of 'n beeldhouwwerk van Venus mee olifan-
tenpooten. of 'n stad die stinkt naar^de
tieves, - dan motte, as ge veur „vol aan
gezien wil worren, maar zeggen: „Wa d_n
prachtige schilderij" „wa-d-n hemelsche
meziek" - „wa-d-n sierlijke Venus, -
wa-d-'n aroma hangt er m Delft Kek

dan bende 'nen mensch-van-opvoeding en

ontwikkeling." En zet dan gerust n eezich
van-ik-weet-'t-wel! - want over honderd
jaar zün die weetikwellers toch al lank en
lank vergeten 1 Dé weet ik wel.

Kek maar 's, amico, naar de gedenksda
gen van de leste weken van dieèn muzi
kaant Sjoebert. Keb in de kraanten z n ge-
boortehüske utgepottegraveerd zien staan.

Nouw, jong, 'n schamel gedoeike. En a
ge zoo wit dat ie et in z'nen tüd maar mie
serabel, maar dunnekes ee g'ad en da nouw

de wereld z'nen startdag ee herdacht wel
amico, dan krijg de pas in de gaten dat de
wezenlijke kunst langzaam gedijt! En dat
de rommel, zooas negermeziek en meziek
eeneger, en Venussen mee platvoeten en on
toegankelijke stejen, dingen zijn, die
honderd jaar nie meer gebruiken kunnen.
En de grappenmakers die al da schoons
mee 'n geleerd gezicht aan d'n man perbee-
ren te brengen, wel die zijn al eerder as
over honderd jaar vergeten en daar zal de
wèreld ginnen spijt van hoeven te emmen.

Zoo witte wel asdat de Nobelprijs nen
prijs is van wa-d-em-ik-me-jouw-daar.

De mannen die deus prijzen ui dee
wouwen de nobelprijs veur letterkimst ge
ven aan d'n Spanjaard Michiel de Unamu-
no 'nen beroemden boekenschrijven

„Neeë, zee Priema de Riviera in t
Spaansch, „neeös", zee-t-ie, „diezen Una-
muno motte 'm nie geevia, Seenjores, gift m
dan potverdekrieka aan Coneka Espina,
want die tikt op de schrüfpianola, in mijn
zjournallia ontroerende hoofdartikelen.

De nobelprijsuitdeelers emmen Pn®»
natuurlijk laten „kletsia", maar nouw krygt
Coneka voor elk opstel over den Priem n
Spaanschen rüksdaalder meer! Ja zeker, de
Priem lot z'n eigen koejeneeren deur die
nobeluitdeelers. Hij zag ze nog net zo lief!
Kunst? 'n Khunsjt!

Amico, ik schei d'r af. M'n vel isjol. Veul
groeten van Trui, en als altü, gin horke

minder van oewen toet a voe,

DRé