Binnenlandsch Nieuws Gemengd Nieuws VOOR DE HUISKAMER TWEEDE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT VRIJDAG 7 DECEMBER 1928 BLADZIJDE 2 Staten-Generaal Tweede Kamer De Staatsbegrooting 1929 De Tweede Kamer verkiezingen Prinses Juliana en een reis naar Indië Het stemmen bij volmacht De inbraken in Noord- Brabant O Uit den boom gevallen Overreden en gedood Door de duisternis misleid? De onderhandelingen tus schen Nederland en België Het Zuiderzeefonds „Gratis boeken" Gemeente-archieven in gevaar De ziektegevallen aan boord van de „Insulinde" In een staaldraad bekneld .Het ernstig ongeluk te Midden-Beemster Een trommel met f 40.000 gestolen Door een vrachtauto overreden Een onbetrouwbaar reiziger Door de tram gegrepen en gedood Het telegram Het vooroefenings-instituut De begrooting van onderwas In de vergadering der Tweede Kamer werd gisteren voortgezet de behandeling der be grooting van onderwijs, kunsten en weten schappen. Aan de orde is ds afdeeling Hooger Onder wijs. Mevr. VAN ITTALLIE VAN EMBDEN (V.D.) pleit voor een bescheiden autonomie der universiteiten, hetgeen ten goede zal komen aan de „efficiency". Mej. WESTERMAN (V. B.) dankt den minister voor de toezegging, dat een onder zoek zal worden ingesteld naar misbruiken bij de vivisectie. De heer TILANU3 (C.H.) meent, dat de ontwikkeling van ons hooger onderwijs moet leiden tot een wijziging van de Hooger Onderwijswet. Spr. denkt aan te toeneming van het aantal studenten, de instelling van bijzondere leerstoelen enz. Spr. maakt bezwaar tegen de uitgetrokken subsidie van 10.000 voor de R.K. Handels- hoogeschool te Tilburg. De heer LINGBEEK (H.G.S.P.) zegt, dat velen in den lande met ergernis en droef heid ontwaren, dat het protestantsche Ne derland ten gevolge van de coalitie-politiek meer en meer verroomscht is. Dat ziet men nu k ook in de oprichting van katholieke hoogescholen. Terwijl de Vrije Universiteit geen subsidie geniet en van collecten moet bestaan, krijgen de katholieke hoogescholen groote sommen. Thans is weer 10.000 gulden uitgetrokken voor de katholieke handelshoo- geschool te Tilburg. De heer MOLLER (R.K.) bestrijdt den heer Tilanus en zegt, dat ieder wetenschap pelijk onderzoek moet plaats hebben op den grondslag van de Christelijke waarheid. Den heer Lingbeek merkt spr. op, dat hij ontkent, dat er een protestantsch karakter van onze natie zou zijn of zou zijn geweest. Wel is er een gereformeerde overheersching geweest, maar van een protestantsch karak ter is geen sprake. De heer VAN WIJNBERGEN (R.K.) meent, dat er naast de handelshoogesehool in Rotterdam als handelscentrum, plaats is voor een school in Tilburg als industriecen trum. Spr, wijst op het gesprokene bi) de opening der school, ook door prof. Drucker. den rector te Rotterdam. De waardeering was algemeen. Na 15 maanden bestaat de goede verhouding tusschen Tilburg en de andere instellingen van hooger onderwijs nog steeds. Het eerste bezwaar Is hier in de Kamer gehoord. Spr. betreurt het, omdat het den indruk kan vestigen, dat onze Zuide lijke provinciën weder worden achtergesteld. De heer ZIJLSTRA (A.R.) bestrijdt den heer Tilanus. De eenheid in de wetenschap kan alleen bevorderd worden, als men zich stelt op den dieperen grondslag. Spr. acht het inconsequent, wel subsidie te vragen voor bijzonder lager en middelbaar onderwijs, maar niet voor bijzonder hooger onderwijs. De heer OUD (V.B.) zegt, dat de vrijzinnig- democraten hun stem aan het subsidie-voor stel voor de R.K. handelshoogesehool te Tilburg niet zullen geven. De zaak staat bij het hooger onderwijs heel anders dan bij het middelbaar en lager onderwijs. De heer ALBARDA (S.D.A.P.) sluit zich aan bij ds leden, die hebben verklaard, dat de totstandkoming der pacificatie niet beslist over de verhoudingen bij andere takken van onderwijs dan lager onderwijs. Bij die andere takken van onderwijs dan lager onderwijs worden steeds incidenteeie beslissingen geno men. Voor deze beslissing kunnen de conse quenties vele zijn. Als deze subsidie wordt toegestaan, is er straks geen reden en geen recht, subsidie te onthouden voor een R.K. Technische Hoogeschool ,een R.K. Landbouw- hoogeschool, een Christelijke Handelshooge sehool enz. De heer SCHOKKING (C.H.) bestrijdt eveneens den post voor de katholieke han delshoogesehool. Ons kleine land kan zoo- vele hoogescholen ook niet lijden en spr. wil geen meerdere verdeeldheid in ons volk brengen. De kwestie moet als geheel wor den bezien. Minister WASZINK beantwoordt de spre kers. Wat de subsidieering van de R.K. Han delshoogesehool te Tilburg betreft, deze hoogeschool is wettelijk niet geregeld. Wan neer men echter den eisch ging stellen, dat die regeling eerst moet geschieden, dan zou men dit standpunt ook moeten hebben in genomen ten aanzien van de Handelshooge sehool te Rotterdam, die reeds jarenlang wordt gesubsidieerd. Spr. vertrouwt daarom, dat de Kamer der. post van 10.000 voor de Tilburgsche Handelshoogesehool zal goed keuren. Bij art. 35 (subsidie R.K. Handelshooge sehool) licht de heer HEEMSKERK (A.R.) zijn stem toe. Spr. constateert, dat de mi nister he' hem zoo moeilijk mogelijk heeft gemaakt, om voor te stemmen. Spr. zal dit doen om billijkheldsgronden in verband met Rotterdam. De heer TILANUS (C.H.) motiveert even eens zijn stem tegen het subsidie, op zake lijke gronden. De subsidiepost wordt met 45 tegen 34 stemmen verworpen. Voer de Katholieken en de Anti-Revolu- tiennairen, behalve prof. Visscher. Aan de orde is de afdeeling voorbereidend hooger en middelbaar onderwijs. De heer GERHARD (S.D.A.P.) brengt het herstel van het toelatingsexamen tot de mid delbare school ter sprake en vraagt nadere toelichting. Hij acht het voorts onjuist, dat de leeraren in lichamelijke opvoeding in sa laris achtergesteld blijven ten opzichte van de andere leeraren en bepleit algeheele sa larisverbetering. De heer OUD (V.D.) is eveneens van mee ning, dat de salarieering der leeraren ver betering behoeft. Mej. WESTERMAN (V.B.) acht beperking van de subsidieering van nieuwe R.K. mid delbare scholen gewenscht. De heer VAN WIJNBERGEN (R.K.) er kent, dat het voor den minister moeilijk is, om te beoordeelen, welke bij zondere middel bare scholen voor subsidieering in aanmer king komen. De Joodsche H.B.S. en het Theosofisch Lyceum hebben daar mede recht i p. Dat het laatstgenoemde lyceum die subsid lering nog niet heeft verkregen, kan ook w •den toegeschreven aan de omstandig heid, i »t het pas sedert 1927 bestaat. Vele katho ;ke middelbare scholen hebben jaren op sv .idieering moeten wachten. De h?er AMENT (R.K.) wenscht voor het landt idhuishoudonderwijs uitbreiding der Inspectie. Te ruim kwart over zes wordt de verga- derin s c horst tot des avonds 8 uur. Avondvergadering In de avondvergadering werd de behan deling van ue Waterstaatsbegrooting voort gezet Bij de af.: cling Luchtvaart merkt de heer E .uu t1 V B op, dat bij Nota vut- csteid, om an Rij .„.noofe.u *-'-t 2S.5Q0. B(j spr. en ook bij andere leden heeft deze wijze van wijziging van de begrooting den indruk ge maakt, alsof de Kamer overrompeld is ge worden. Deze post had direct op de begroo ting moeten worden gebracht of hij had bij afzonderlijk wetsontwerp moeten worden voorgesteld. Dan had de zaak ten minste in de afdeelingen kunnen worden behandeld, hetgeen tnans niet het geval Is geweest. De minister merkt in de Nota van Wijzi ging op, dat het hier een zeer eenvoudige quaestie betreft. Maar wanneer dat zoo is. dan is er one absoluut niet zco'n groote haast met de behandeling er van. Er zal een nieuwe Rijksluchtvaartdienst worden ingesteld, waaronder ook de dien sten van andere departementen zullen wor den ondergebracht. Dit nu acht spr. ten zeerste ongewenscht, waarbij hij er op wijst, dat de bestaande toestand aan alle eischen voldoet en in het geheel geen verandering behoeft Voorts is spr. van meening, dat de Kamer te dezen aanzien het advies van de Staats commissie vcor de Luchtvaart behoort te kennen. Spr. dringt daarom met alle kracht aan om de voorgestelde wijziging weer in te trekken, aangezien deze zaak niet rijp is voor behandeling. Wanneer de minister aan dezen aandrang niet mocht willen voldoen, zal spr. een amen dement indienen. Eenige leden voeren hi denzelfden geest het woord, waarop de minister van Water staat het bij Nota van Wijziging gedane voorstel zegt terug te nemen. Bij de afdeeling Spoor- en Tramwegen worden de tarieven besproken en de posi tie van de A TO. De heer VAN BRAAMBEEK (S.D.AP.) constateert, dat het verbroken contact tus schen de vereeniging van werkgevers op Tramweggebied en het hoofdbestuur der Ned. Ver. van Spoor- en Tramwegpersoneel nog steeds niet is hersteld. In deze zaak komt in het geheel geen verandering en daarom is het noodzakelijk, dat de minister haar eens krachtig aanpakt. Met de door den minister voorgenomen „moederlijke zachtheid" komen we er niet. Spr. dient een motie in, waarbij de Kamer den minister uitnoódigt, de noodige stappen te 'doen voor het herstel van het gewenschte contact. Op voorstel van den VOORZITTER wordt besloten de motie gelijktijdig met deze af deeling te behandelen. De heer ARTS (R.K. Volkspartij) sluit zich aan bij de heeren Bakker en Hermans inzake de uitkeering in eens aan het spoor wegpersoneel. Spr. dringt voorts aan op ver beteringen van de onhoudbare verkeerstoe- standen bij de spoorwegovergangen bij Eind hoven en Tilburg. De hoer WINTERMANS (R.K.) merkt op, dat er bij den spoorwegovergang bij Eind hoven toestanden bestaan, welke met alle verkeerseischen spotten Daarin dient dan ook dringend verandering te worden ge bracht. Eindhoven moet van deze belemme ring in het verkeer en in zijn ontwikke ling bevrijd worden, en naar sprekers mee ning is zulks te bereiken door verhooging van den spoorweg. De heer OUD (V.D.) bespreekt de exploi tatie en de tarieven. Na verdere besprekingen wordt de verga dering tot heden verdaagd. leg van militairen der weermacht, inzake voorstellen tot herziening der salarisregeling voor het militair personeel, waaraan de re geering gevolg zal kunnen geven. Memorie van antwoord over het hoofdstuk: Defensie. Verschenen is de memorie van antwoord op het Voorloopig Verslag over het hoofd stuk: Defensie der Staatsbegrooting 1929. De minister wijst op grond van eenige becijferingen af het verwijt van verschei dene leden, als zou er geen ernstig streven bij het Kabinet bestaan om op militair ge bied te bezuinigen. Zeemacht De minister ontkent, dat het marinebëèld beheerd zou worden door overwegingen, welke uitgaan boven de bescheiden doelstel ling, die met het oog op de positie van het Rijk noodzakelijk is. Over den aanbouw gedurende de volgende parlementaire periode zal de in 1929 optre dende regeering zich hebben uit te spreken; deze regeering mag in haar handelingen niet beïnvloed worden door mecjedeelingen ten deze van het tegenwoordige kabinet. Bepaalde plannen om te zorgen, dat in de toekomst steeds schepen beschikbaar zijn voor vlagvertoon, bestaan er niet en aan bouw van schepen, speciaal met dat doel, heeft nooit in de bedoeling gelegen. Wel zal getracht worden van de oefenings- en an dere reizen voor vlagvertoon nut te trekken; de minister meent, dat op alleszins vol doende wijze daarin voorzien kan worden. Overbrenging van het loodswezen naar het departement van Waterstaat zal niet geschieden; de bestaande toestand blijft ge handhaafd. De minister is voornemens het daarheen te lelden, dat Zaandam als loóds- standplaats wordt opgeheven en de dienst naar Amsterdam overgebracht. Landmacht Bij de oefeningen op grooter schaal vol deed de geoefendheid bij de infanterie aan redelijk te stellen eischen; over het alge meen mag met voldoening worden terug gezien op hetgeen ten aanzien van geoefen- heid, marschprestaties, marschtucht en dis cipline bereikt is. Het optreden van de re serve-officieren toonde vooruitgang, verge leken met voorgaande jaren. In "'s ministers standpunt, ten aanzien van herhalingsoefeningen is geen wijziging ge komen. Er is voor het tegenwoordige geen aanleiding maatregelen te nemen met betrekking tot de aanvulling van het beroepskader beneden den rang van of ficie;. De gedurende de laatste jaren duide lijk merkbare vooruitgang in geschiktheid heeft grond voor de verwachting, dat het verlofskader berekend zal zijn voor de taak, welke het in oorlogstijd zal hebben te ver vullen. De uitbreiding van het aantal vlieg tuigen heeft de volle aandacht van den mi nister, zij moet evenwel verband houden met d® vorming van het voor de bemanning der beschikbare vliegtuigen noodige getal vliegers. Het ligt in de bedoeling, ook in de vol gende jaren de ter aanvulling van het jaar- Üjkseh verloop aan beroepsofficieren, be- tioodigde plaatsen open te stellen; daartoe zal gemiddeld gerekend moeten worden op 31 plaatsen bij do infanterie, drie bij de ca valerie, twaalf bij de artillerie, vier bij de genie en vier bij de militaire administratie Nadat het wetsontwerp tot regeling van den rechtstoestand der burgerambtenaren evenwel tot wet zal zjjn verheven, zal wor den overwogen of en zoo ja, in hoeverre een afzonderlijke rechtstoestandwet voor "Militairen noodiq zal zijn. Binnenkort is te •rrwaebten een eenstemmig advies der Commission voor het Georganiseerd Over- Ljjst der Ned. Christ. Arbeiderspartij Voor de Tweede-Kamerverkiezing is door de Ned. Chr. Arbeiderspartij de officieele lijst vastgesteld waarop de volgende namen in juiste volgorde voorkomen: 1. N. Dekker, lid van den gemeenteraad, te Hilversum; 2. D. v. Asselt, lid van den gemeenteraad te Veenendaal; 3. L. v. d. Velden, partij secretaris, te Hilversum; 4. E. v. d. Meyden, lid van den gemeenteraad te Ede; 5. M. N. v Vulpen, te Hilversum; 6. J. Haverlach, te Hilversum; 7. A. v. d. Weerd, lid van den Raad, te Veenendaal; 8. F. Voorn te Hilver sum. Het plan wordt nog overwogen In verband met de reis van prins Leopold van België en prinses Astrid naar Indië schrijft de „Locomotief" dat een bezoek aan Ned Indië van een of meer leden van ons koninklijk huis in geenen deele uitgesloten is. Het verblijf van baron Van Hardenbroek, eenigen tijd geleden, meld verband met de overweging van een reis van H. K. H. Prin. ses Juliana naar Indië. De wenschelijkheid werd erkend, dat prinses Juliana in ieder geval eerst haar studiën zou voltooien; uiter. aard moet bij een dergelijke beslissing met vele omstandigheden rekening worden ge houden. Dat dit het geval is en dat de ern stige overweging hiervan moet voorafgaan aan het besluit tot een bezoek van prinses Juliana aan Ned. Indië moet bedacht worden niet in de laatste plaats door hen die als ieder goed Staatsburger zich oprecht zou. den verheugen indien de overwegingen in. derdaad tot een bezoek leiden." Vragen van den heer van den Heuvel aan minister Kan. Het Tweede-Kamerlid de heer Van den Heuvel heeft den minister van Birmen- landsche Zaken en Landbouw de volgende vragen gesteld: Is het a'en minister bekend, dat sommige gemeentebesturen ten aanzien van het ver krijgbaar stellen van formulieren om bij vol macht te stemmen op het standpunt staan, deze formulieren alleen verkrijgbaar te stel len voor de ingezetenen hunner gemeente, terwijl andere gemeentebesturen voor ieder, die een aanvraag doet, deze formulieren verkrijgbaar stellen? Is <fe minister niet van oordeel, dat laatstgenoemde opvatting de meest juiste is, omdat zoowel de wet van 21 Juli 1928 als het K. B. van 27 Aug. geen enkele be paling inhouden, welke grond geeft voor de beperkter opvatting, bedoeld! in het eerste geval van voorgaande vraag? Indien de minister de tweede vraag be vestigend mocht beantwoorden, is hij dan bereid, den gemeentebesturen hiervan me- dedeeltng te doen? Is de minister ook bereid, bij het geven van een antwoord op dit laatste, in overwe ging te nemen alle bezwaren, welke er voor schippers uit voortvloeien, dat zij alleen in hun woonplaats, waar zij bijna nooit ver toeven op uren, waarop de secretarie ge opend is, bedoelde formulieren kunnen ver krijgen? tot schade van de groote historische waarde van de gemeente-archieven. De Archief-commissie, ingesteld door de Vereeniging van Nederlandsche Gemeenten, heeft daarom gemeend de vraag onder de oogen te moeten zien, welke eischen zjjn te stellen aan papier en inkt om eenigen waarborg te verkrijgen voor de duurzaam heid van geschriften, bestemd voor de gemeente-archieven. De beschouwingen dier Archief-commissie, op een enkel punt aangevuld als door den algemeenen Rijksarchivaris in overweging gegeven, zijn in de circulaire opgenomen. De commissie geeft in die beschouwingen een uiteenzetting van de gevallen, waarin zij gebruikmaking van de verschillende pa piersoorten aanbeveelt, Ket gebruik van inkt maakt nog een onderzoek uit in de commissie. Een vraag van d enheer Deckers aan den Minister van Justitie Het Tweede-Kamerlid de heer Deckers heeft den Minister van Justitie de volgende vraag gesteld: Is de minister bereid te doen onderzoe ken of het groot aantal inbraken, waardoor den laatsten tijd Noord-Oostelijk Noord.Bra. bant onveilig wordt gemaakt, het niet roo. dig doet zijn, dat de in die streek gesta- tionneerde politiemacht wordt versterkt? Gisteren is bij het zagen van takken te Nieuwerkerk aan den IJssel de 64-jarige D. van Hoevelaken uitgegleden en uit een boom gevallen. Hij werd dood opgenomen. Gisteren is ds 52-jarige opzichter van den gemeentereinigingsdienst te Tilburg B. van Eyk in de Zomerstraat aldaar door een vrachtauto van den Rijks-Waterstaat over reden en gedood. De man was ongehuwd. Te Steenderen is uit een overstroomd wei land aan den Dierenschen weg het lijk op gehaald van de 23-jarige J. O. V. aldaar, die sedert j.l. Zondag werd vermist. Ver moedelijk is zij, door de duisternis misleid, te water geraakt en verdronken. Een uiteenzetting van minister Hijinans De Belgische minister van buitenlandsche zaken Hijmans heeft, naar een B. T. A.- telegram uit Brussel meldt, gistermorgen in de commissies voor de buitenlandsche za ken uit den Senaat en de Kamer een uit eenzetting gegeven, uitsluitend betrekking hebbend op de Nederlandsch-Belgische kwestie. Na een kort overzicht van d'e voor geschiedenis, besprak de minister de aspec ten der voornaamste hangende problemen met name de verbinding tussohen Antwer pen en den Rijn en de scheepvaart op de Schelde. De uiteenzetting verkreeg de al- gemeene goedkeuring der beide commissies. Er ontspon zich een gedachtenwisseling, die op 19 December zal worden voortgezet. Verhooging met ruim 15.6 millioen p-»u wetsontwerp tot wijziging der begrooting van het Zuiderzeefonds -oor 1928. Aangezien de snellere uitvoering meer werk vordert in korter tijd en hoogere uitga ven, alsook stjjg.ng van arbeidsloonen, de uitvoeringskosten verhoogen, wordt art. 13 (derde termijn van de np f 90 millioen geraamde kosten van de werken voor de afsluiting der Zuiderzee) verhoogd met a ijs millioen tot ruim 14 millioen en art. 14 (indijking en droogmaking van den Noord-Westelijken polder, Wieringermeer) van ruim 11 millioen tot bijna 20>£ millioen. Het eindcijfer der begrooting wordt ver hoogd met 15.622.000 Het bestuur van den Nederlandschen Uit geversbond verzoekt het volgende mede te deelen De uitgeversbond heeft het vorige jaar de aandacht gevestigd op een wijze van aankon digen van boeken, welke niet door den beugel kon. Dezelfde practijk wordt voortgezet. Zoo worden in verschillende bladen en tijd schriften weer reeksen boeken aangekondigd, welke dg vevkooner geheel kosteloos aan biedt. Een bestelbriefje is daaronder gedrukt, waarbij men banden bestelt; een prijs is daarbij niet vermeld. Men verbindt zich dus tot het voldoen van een bedrag, waarvan men de hoegrootheid niet kent. Men is geneigd tot de bestelling over te gaan. daar de boe ken heeten geheel kosteloos geleverd te wor den' men v -c' echter, dat de banden, het binden en een bijdrage in d'' „algemeene on kosten" in rekening worden gebracht en dat die kosten in den regel vrij hoog oploopen. Dergelijke aankondigingen zijn misleidend, gaan althans in tegen de goede gebruiken, welke in de uitgeverij en in den boekhandel als regel gelden. Deze misstand is in nader onderzoek; het bestuur van den Nederlandschen Uitgevers bond vindt wellicht aanleiding daarop na der terug te komen. Door gebruik van minderwaardig papier en slechte inktsoorten De Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw heeft een circulaire gericht tot de gemeentebesturen in welke hij schrijft, dat het gebruik van minderwaardig papier en slechte inktsoorten de laatste jaren in bedenkelijke mate is toegenomen, zulks Ministerieel antwoord op de vragen van den heer Albarda De heeren van der Vegte en Koningsber gen, ministers van Waterstaat en van Kolo niën hebben op de vragen van den heer Albarda in verband met de onlangs aan boord van de „Insulinde" voorgekomen ziektegevallen, o.m. het volgende geantwoord: 1. De ondergeteekenden hebben eer. onderzoek ingesteld naar het voorkomen van een besmettelijke keelziekte aan boord van het s.s, „Insulinde" van den Rotterdamschen Lloyd op de uitreis naar Indië. Dit onderzoek heeft de berichten bevestigd, dat inderdaad onder de opvarenden van genoemd stoom schip een groot aantal gevallen van keel ziekte is voorgekomen, welke ziekte, gezien de snelle verbreiding over de opvarenden, als van besmetteüjken aard dient beschouwd te worden. 2. Volgens de van den Gouverneur- Generaal van Nederlandseh-Indië ontvangen mededeelingen is het schip, alvorens de terugreis naar Nederland te ondernemen, te Soerabaja afdoende ontsmet. Dat niettegen staande deze ontsmetting opnieuw een aan tal gevallen van een zelfde besmettelijke ziekte zich hebben voorgedaan, mag met groote mate van waarschijnlijkheid worden toegeschreven aan het aan boord aanwezig zijn van ziektekiemdragers onder de be manning. 3. Volgens de voor Nederlandsch-Indië geldende bepalingen was niemand verplicht de bevoegde autoriteiten aldaar van het voorkomen dezer ziektegevallen kennis te geven. Dat die niet eigener beweging is ge schied, mag worden toegeschreven aan het feit, dat, voor zoover bij de aankomst te Tandjong priok bekend, aan de gedurende de reis voorgekomen ziekte-gevallen geen kwaadaardig karakter kon worden toege kend. 4. Het eerste gedeelte van deze vraag (of het toezicht van regeeringswege onvoldoende is geweest) wordt ontkennend beantwoord. Betreffende het tweede gedeelte moet worden opgemerkt, dat de noodzakelijkheid van nieuwe wettelijke voorschriften ten deze nog niet is gebleken. Vanwege de Indische Regee ring is aan de in Indië gevestigde of ver tegenwoordigde scheepvaartmaatschappijen verzocht om voortaan dadelijk bij aankomst van een schip in een Nederlandsch-Indische haven aan den havenarts kennis te geven van elke ziekte aan boord, die een eenigszins verdacht infectieus karakter vertoont en in epidemischen vorm optreedt, ook al is op de ziekte, de quarantaine- of de epidemie ordonnantie niet van toepassing. Voorts is hier te lande met de directie van den Rot terdamschen Lloyd nader overleg gepleegd en dit overleg heeft er toe geleid, dat de Lloyd en de gemeentelijke geneeskundige dienst te Rotterdam een regeling hebben getroffen, hierin bestaande, dat de Lloyd den gemeen telijken geneeskundigen dienst opgaven en gegevens betreffende het aangemonsterde personeel toezendt, waarna de dienst onder zoekt of dat personeel kans op besmetting oplevert. Pogingen worden ir> het werk ge steld om met andere daarvoor in aanmerking komende scheepvaartmaatschappijen, te Rot terdam en te Amsterdam gevestigd, een soort gelijke regeling te treffen. Eerst wanneer dit overleg mocht falen, kan de vraag worden overwogen, of een ingrijpen langs wettelijken weg noodzakelijk is. De 17-jarige knecht van den vischhande- laar W. Roskam van Zwartsluis geraakte Woensdagmiddag te Follega (Fr.) bij het vastzetten van de motorboot met zijn voet in een staaldraad bekneld, waardoor de voet werd verbrijzeld. De jongeman is naar het Ziekenhuis te Sneek vervoerd. Omtrent het ernstig auto-ongeluk, dat gistei .norgen te Midden-Beemster gebeurde en waarbij een menschenleven te betreuren is, verneemt het Hbld. nader, dat de hee ren De Leeuw, vader en zoon, veekoopers te Amsterdam, zich gistermorgen in de vroegte per auto op weg begaven naar de markt te Schagen. Het voornemen was ge weest de reis per trein te doen, doch daar zij zich voor den markttrein naar Behagen verlaat hadden, besloten zij per auto te gaan. Op den Middenweg bij Midden-Beemster, vlak bij de boerderij van den heer Tuijn, moest de auto de 22-jarige zoon Salomon zat aan het stuur voor een vrachtauto, die langs den weg stond, uitwijken. De toestand van den Middenweg is na het on gunstige weer van den laatsten tijd slecht te noemen; vooral de klei van den weg berm had den niet al te breeden weg voor auto's slecht berijdbaar gemaakt. De auto week uit, slipte en sloeg over den kop de sloot in. Voorbijgangers snelden toe en het gelukte den vader op het droge te brengen. Een kussen uit den auto was te gen den zoon gevallen, waardoor deze aan het oog der omstanders werd onttrokken. Dr. Veening uit Midden-Beemster was onmiddellijk ter plaatse en paste op den vader die inmiddels bij den heer Tuijp was binnengedragen kunstmatige adem haling toe. Toen de heer De Leeuw bij 'kennis kwam, vroeg dr. Veening of zich nog meer personen in den auto bevonden, waar op de heer De Leeuw meedeelde, dat zijn zoon ook in den auto zat. Men is toen on middellijk gaan kijken en vond den zoon die echter reeds was overleden. Het lijk werd naar het Gemeenteziekenhuis in Midden- Beemster gebracht. De dieven poogden brand te stichten. Te Woensel zijn dieven door een dakraam binnengeklommen in de woning van den heer de Vries, oud-burgemeester van Woen sel. Zij zijn regelrecht op de kleerenkast afgegaan en hebben daaruit een trommel met f 40.000 aan effecten en baar geld me degenomen. Daarop zijn zij vertrokken, na eerst nog een vuurtje in de kast aangelegd te hebben. De kleeren hebben echter geen vlam gevat, doch slechts gesmeuld. De inbraak moet geschied zijn tusschen half zes en half zeven, toen de heer de Vries afwezig was. Van de daders nog geen spoor. Gistermiddag is door de politie in ver band met dezen diefstal gearresteerd een zekere W. v. B., die naast den heer de Vries woont. In zijn woning werd het kistje met het geld en de effecten gevonden. Hij heeft een volledige bekentenis afgelegd. Te Amsterdam is op de Plantage Muider- gracht nabij de Plantage Badlaan te om streeks 5 uur een 66-jarige dame mevr. Bos- Visser, door een vrachtauto overreden en gedood. Zij wilde de straat oversteken, toen de auto naderde, waarvan zij het signaal, doordat zij doof was, niet had gehoord. De chauffeur remde uit alle macht, maar kon niet meer verhinderen, dat het wiel over het slachtoffer heenging. Zwaar verminkt werd zij per autobrancard van den G. G. D. naai het Ned. Isr. Ziekenhuis vervoerd, waar zjj bij aankomst bleek te zijn overleden. Gisteren heeft een koopman in margarine, uit de Groote Draaisteeg te Rotterdam, aangifte gedaan, dat een reiziger te zijnen nadeele gedurende de laatste twee jaar 1300 zou hebben verduisterd. Deze reiziger is een z.g. stadsreiziger, die ook de gelden voor de door hem geplaatste posten int; met deze gelden heeft hij particuliere schulden betaald. De reiziger is in bewaring gesteld. Te Zwijndrecht is gisteren de 66-jarige tuinman A. Huizer achter zijn woning, het voormalige tolhuis, langs den Rijksstraatweg RijsoordDordrecht, door de stoomtram van de Rotterdamsche Tramweg Mij. gegrepen en bijna onmiddellijk gedood. Het Tweede-Kamerlid, de heer Deckers, heeft den Minister van Defensie de volgende vragen gesteld: Is het juist, dat van de twaalf vrijwilli gers der klasse Vaals van het vooroefenings. instituut, die op 25 en 26 October 1928 deel namen aan het examen voor het behalen van het bewijs van voorgeoefendheid, geen enkele aan de gestelde eischen heeft vol daan, zoodat tien hunner onvoorwaardelijk zijn afgewezen en twee zich aan een her examen moeten onderwerpen? Zoo ja, is de Minister dan bereid, een onderzoek te doen instellen naar de oor zaken van dezen teleurstellenden uitslag, en daarbij ook te doen nagaan de omstan digheden, waaronder, en de wijze, waarop het examen werd afgenomen? Toen Karei Karelse van het station terug kwam, zei hij tot zijn vrouw dat zij een ge weldige domheid hadden begaan. „Waarom informeerde mevrouw Ka relse belangstellend. „Omdat wij vandaag geen vacantie heb ben genomen." Zijn vrouw was verontwaardigd. „Vacan tie Vandaag Schaam je, Karei. Zou jij vandaag ongestoord kunnen genieten Mevrouw's voosheid kwam voort uit het feit dat Karei Karelse junior dien dag een examen moest afleggen, een zeer gewichtig examen, een zwaar examen en een examen waarvan zeer veel afhing. Karelse-vader had het de laatste maanden aan familie, collega's en vrienden honderdmaal verteld; zijn zoon studeerde en zwoegde voor een buitengewoon belangrijk examen, voor een diploma dat hem overal in de wereld zou omhoog bren gen en de prachtigste perspectieven opende Maar hij vertelde er niet bij dat Karelse- zoon zelf het examen veel te lichtvaardig had beschouwd en zeer weinig kans had het gewichtige diploma te verkrijgen. Karelse-vader had de laatste weken, nog ijveriger dan zijn zoon, het programma be studeerd en de opgaven nagekeken, welke vroegere examinandi hadden moeten oplos sen. Hij informeerde viermaal per dag of zijn zoon klaar was voor de krachtproef en welk resultaat hij verwachtte. Hij en zijn vrouw waren zenuwachtiger en gejaagder dan de candidaat; hun slaap werd door het examen gestoord en hun eetlust leed er onder, terwijl Karelse-zoon 's morgens herhaalde lijk geroepen moest worden en at als een ploegpaard. Nu was de dag er. die, zooals Karelse stellig meende, een feestdag zou worden. Hij had zijn zoon naar den trein gebracht en hem telkens op het hart gedrukt, onmiddel lijk een telegram uit de examenstad te zenden; hij moest den uitslag zoo spoedig mogelijk weten. Karelse voorzag dat hij dien dag niet den rechten werklust had; het examen leidde zijn aandacht af. Hij was te ongedurig om kalm achter zijn grootboek te zitten. Daarom had hij vacantie willen hebben; hoe meer afleiding hoe beter, maar hij had geen vacantie en dus stapte Karelse naar zijn kantoor met het stellige voornemen om zoo ingespannen mogelijk te werken. Hij wilde en moest het examen vergeten. Natuurlijk waren zijn gedachten geen oo- genblik bij de cijfers. Hij gaf het boek aan den assistent-boekhouder en nam zelf min der belangrijk werk. Een dag als deze was uitgezocht om grove fouten tc maken. Om elf uur keek hij uit het raam, of er misschien een telegrambesteller kwam. Als Karei Karel se junior een voordeelig nummer had getrok ken, en bij de eerste ploeg der candidaten was ingedeeld, zou hij om half elf gereed zijn; want dit examen, het mondeling gedeelte, duurde slechts kort. Karelse-vader hoopte vurig dat hij he telegram op kantoor zou ontvangen, om het daar te lezen en achteloos te vertellen, als iemand zou vragen of er slecht nieuws was „Goed nieuws, hoor. Mijn iongen is vandaag in Utrecht om examen re doen, een zwaar examen. Hij telegrafeert me dat hij geslaagd is met een compliment van de examen-com missie." Hij zou dadelijk den loopjongen naar den banketbakker sturen om pasteitjes te halen de baas was op reis en in zijn koker waren de sigaren van feest-kwaliteit, om de heele boekhouding in de vreugde te laten deelen. Als chef van de afdeeling was je dat verplicht; het maakte een goeden indruk, meende Karelse. Er kwam geen telegram. „Dan ligt het thuis op mij te wachten," dacht Karelse, toen hij om twaalf uur naar de koffietafel wandelde. Maar zijn vrouw ontving hem met haar meest alledaagsche gezicht; dus nog geen nieuws. Toen hij nauwelijks op kantoor terug was, bracht de jongste bediende hem een telegram, Karelse peuterde zenuwachtig met een schaar om het open te scheuren en las een spoed- order van den afwezigen patroon. In zijn teleurstelling vergat Karelse bijna om de order te laten uitvoeren. Vijf minuten later kwam er weer een tele gram, aan den boekhouder persoonlijk ge richt. Karelse was overtuigd dat hij nu toch het nieuws uit Utrecht zou vernemen en las tot zijn verwondering „Arriveer om half zes. Blijf drie dagen." Toen zag hij pas dat het telegram was onderteekend door zijn broer; dat beteekende een logeerpartij van zijn oud sten broer met vijf lastige kinderen. Het humeur van Karelse daalde lichtelijk, hetgeen de jongste bediende onmiddellijk gewaar werd. Het daalde nog meer toen na een half uur geroepen werd: „Meneer Karelse, telefoon uit Utrecht," en hij niet met zijn Zoon sprak zooals hij stellig verwachtte maar met een klant, die mopperde over een te laat uitgevoerde order. Het gesprek was nauwelijks geëindigd, toen hij weer aan de telefoon werd geroepen, weer uit Utrecht. Het was de baas zelf, die hem order gaf onmiddellijk naar Rotterdam te reizen om een spoedeischende zaak af te handelen. Karelse was woedend, maar hij behield toch zijn tegenwoordigheid van geest. Hij zond een uitvoerig telegram naar het ge bouw in Utrecht, waar het examen gehouden werd, om zijn zoon te instrueeren een even tueel telegram naar het station van Rotterdam te zenden. Want Karelse wilde in elk geval zoo spoedig mogelijk nieuws weten. Werkelijk hoorde hij, zoodra bij in Rotter dam was aangekomen, zijn naam over het perron schreeuwen. Het was een telegrambe steller, die bij den uitgang brulde „Tele gram voor Karelse 11" „Hier dat telegram," zei Karelse. „Is u Karelse „Ja." „Karei Karelse „Ja." „Alstublieft." Karelse nam het telegram aan en gaf he, onmiddellijk terug. Het was Kareisen. Hij verwenschte voor de eerste maal zijn tame lijk algemeenen naam en had spijt van de groote fooi, die hij den besteller had gegeven. Toen hij 's avonds na een onpleizierige reis thuis was, kwamen er nog twee telegrammen. Maar niet hét telegram. Karelse, die anders nooit telegrammen ontving, kwam in een opstandige bui en behandelde de bestellers of het zijn doodsvijanden waren. Ondanks alles was Karelse overtuigd dat zijn zoon in Utrecht een gloriedag had beleefd. In die overtuiging opende hij ook het tele gram, het zooveelste van dien dag, dat om 7 uur werd bezorgd. Karei Karelse junior had één woord}» gesend Gezakt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 6