Brieven uit Belgie Binnenlandsch Nieuws Werde blad 1 NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT VRIJDAG 14 DECEMBER 1928 BLADZIJDE 1 Staten-Generaal Tweede Kamer AKKER'' Voorde Borst De Braziliaansche gezant De Siameesche gezant De cultuur der suikerbieten Het 50-jarig staatsburgeres schap van H.M. de Koningin- Moeder De centrale beleggingsraad Efficiëncy-dagen Vergelijkende statistiek betreffende gemeente- financiën Het reizigersverkeer der Ned. Spoorwegen Het belasting-betalen op postkantoren Besmettelijke ziekten De Indische mail De nieuwe burgemeester van Borculo geïnstalleerd DRANKBESTRIJDING Federatie Sobriëtas De opschorting der ver verplichting van vaccinatie De wijziging der Ouderdomswet 1919 De wijziging der Land- en Tuinbouwongevallenwet 1921 Zeventig: duizend kaakslagen Hr. August Borms, alhoewel wettelijk on verkiesbaar wegens verbeuring zijner burger - rechten, tóch verkozen bij de plaatselijke en bijgevoegde verkiezing van een door over lijden vrijgekomen plaats van volksvertegen woordiger voor de stad Antwerpen. En wel verkozen met een zoodanig aan zienlijke meerderheid, dat ze, naar het bij zulke omstandigheden gebruikelijke woord, verpletterend zou kunnen genoemd worden, indien er, bij ietwat nadere beschouwing en beoordeeling geen groot voorbehoud diende gemaakt te worden, betreffende de waarde en de beteekenis van die alleszins verrassende stemming. Vooreerst hadden we daar dien zeer abnor- raalen toestand van het moeten voorzien in een vertegenwoordiging, die nog maar enkele maanden kan uitgeoefend, daar de algemeene Kamer- en Senaatsverkiezingen dan het ont binden van het huidig Parlement zullen mee brengen. Het belang van die vertegenwoordi ging was dus uiterst beperkt. Vervolgens kwam daarbij de omstandig heid, dat de katholieken en de socialisten, alhoewel ieuer afzonderlijk veel machtiger dan de liberale partij, die een harer zetels onbezet zag door het afsterven van den titel houder en van de plaatsvervangers, toch, uit politieke eerlijkheid, geen aanspraak op dien zetel wilden maken, den liberalen het veld vrijlieten, zoodat hun zonder verkiezing de zeicl zou overgelaten geweest zijn, hadden de Vlaamsche nationalisten en de commu nisten deze voor hen waarlijk éénige kans niet te baat genomen, om een krachtproef te wagen, waaraan ze hoegenaamd niets te ver liezen en, integendeel, alles te winnen had den. Zoowel katholieken als socialisten ont vingen dus het ordewoord: blanco stemmen. Doch van geen der beide zijden werd op dit ordewoord eenige noemenswaardige nadruk gelegd in him kranten. En van propaganda was er bij hen geen spoor. Derwijze lieten zij het veld geheel vrij aan de liberalen, met hun candidaat, Baelde, en aan de Vlaamsche nationalisten, met hun candidaat Dr. Borms. Want de twee andere lijsten der gesplitste communistische partij mochten, wegens hare vooraf geweten onbeduidendheid, als uitge schakeld beschouwd worden. Bij die belangrijke troeven in het spel der Vlaamsche nationalisten, voegde zich dan nog liet feit, dat Baelde, de liberale candi daat, als conservatief anti-clericaal stond tegenover den, naar overtuiging, door en door katholieken en democratischen Dr. Borms. Wat dezen laatste, zoowel van katho lieke als van socialistische zijde, onver mijdelijk een menigte stemmen moest doen toevloeien: voor de eenen als protest tegen het fanatisme van den anti-clericaal, voor de anderen, als schaakmatzetten van den conservatieven bourgeois. Waar die katholieken en socialisten er bo vendien toch zeker van waren, dat hun stem ming niet ten uitslag zou hebben, niet ten uitslag kón hebben, Dr. Borms in de Kamer te brengen, was de bedenking, dat ze daar door onrechtstreeks het program van de Vlaamsche nationalisten goedkeurden en aanvaardden, hun niet zwaar genoeg, om op te wegen tegen die afstraffing van den con servatief en van den anti-clericaal. Ten slotte was daar dan het doorslagge vende van de sinds jaren broeiende en groeiende ontevredenheid der Vlamingen, zoowel gewezen passieven als gewezen acti visten van den oorlogstijd, waarbij dan nog die van de sinds den wapenstilstand tot stemrechtouderdom gekomen jeugd, we gens de houding, of liever, het gemis aan houding, van de Regeering inzake amnestie. Ia stede van dit kwaadaardig gezwel kordaat weg te snijden, he j.t men het tien jaar lang laten ontwikkelen, en het lichaam der natie al meer en meer laten vergiftigen. Zooals de Regeering zich, in November 1918, te Lophem door een groepje socialistische lei ders op de meest erbarmelijke wijze in poli tiek opzicht liet dupeeren, zonder het min ste bewijs of onderzoek hen geloofde, toen zij verzekerden, dat het volk ter omwenteling bereid stond, indien het niet élles verkreeg wat zij, socialistische leiders, voorstelden, zoo heeft de regeering zich ook steeds, en tien jaren lang, laten intimideeren door een groepje heetbloedige en breedsprakerige Walen en Franskiljons, die bij iedere poging vanwege nochtans gematigde en als Bel- gischgezinden onverdachte Vlamingen, zwaaiden met de vaderlandsche vlag en tierden van verraad. De waarschuwende woorden der Vlaamsche voormannen mochten niet baten. De Walen en de Franskiljons hebben zelfs niet wil len luisteren, toen dezer dagen, bij het be handelen der door amendementen vervorm de en verhakkelde amnestiewet, Frans Van Cauwelaert en Camiel Huysmans hen nog eens nadrukkelijk verwittigden, dat de onte vredenheid van de teleurgestelde Vlamingen zich zou kunnen uiten in een duidelijker zwenken naar het tot nog toe weinig ge volgd nationalisme. Het hielp niet. Evenmin als te Lophem was er bij de Re geering in deze jammerlijke kwestie voldoen de doorzicht en genoegzaam beleid. Evenals te Lophem waren het hier weel de hardschreeuwers, die geloofd en bevredigd werden. En En nu ze dien verkiezingsknotsslag op hun zeer patriottisch hoofd gekregen hebben, staan ze ofwel verbijsterd, ofwel woedend. En daar verbijstering en woede doen raas kallen, klinkt er uit hun kranten een ka baal op, al erger alsof het bestaan van Bel gië ernstig bedreigd was. Dramatisch wordt er, nog heviger dan anders, afgegeven van „la patrie", van „trahison", van „scandale", van „honte". En „La Nation Beige", voor wie de Belgi sche natie bestaat uit Brussel en Wallonië, verklaart, hoogstemmig, dat de 70.000 aan Dr. Borms verleende stemmen, 70.000 kaak slagen zijn aan België Zelfs als patriotardspathos, een beetje te drakerig-theatraal. Het kan niet ontkend: de krachtproef is den viaamschen nationalisten verbazend meegevallen. L rch het kan evenmin ge loochend: ze hebben haar gewaagd in ver bazend gunstige omstandigheden. Mochten de ettelijke voorname, uitzon derlijke factoren, waarvan we hierboven repten, niet voorhanden zijn geweest, ware de verkiezing normaal verloopen als een strijd tusschen de drie leidende partijen: katho lieken, socialisten en liberalen, met daarbij dan de Vlaamsche nationalisten, dan zou er van „trahison" en „honte" en „soufflets" geen sprake zijn, om de eenvoudige reden, dat de lijst der Vlaamsche nationalisten, zelfs met Dr. Borms. nooit of nimmer in aanmerking ware gekomen voor een te begeven mandaat. Dat de Vlaamsche nationalisten nu heel hun voorraad dithyrambae ten beste geven, tot het bejubelen van die, zelfs voor hen, onverwachte meerderheidsoverwinning, is maar natuurlijk. En even natuurlijk is het, dat zij dit votum pogen te doen doorgaan als een volksuitspraak ten gunste van hun program. Dat, ingevolge de gestemde amnestiewet, dr. Borms eerlang zal vrijkomen, doet dan ook voor de eerstvolgende tijden een felle, een onstuimige propaganda hunnerzijds tegemoet zien. De toekomst zal echter uit wijzen, of Frans van Cauwelaert, Camiel Huysmans, en met hen al de vooraanstaande Vlamingen, geen gelijk toeil ze de aarzelende, nu sip toekijkende regeering verzekerden, dat dr. Borms méé- invloed uitoefende als gevangene, dan hij ooit zou vermogen in vrijheid. Ondertusschen gaat België kalmpjes jn gang, ondanks de70.000 kaakslagen, welke het, naar ,,ua Nation Beige" '---.veert, hc.ft ontvangen. Wat wel bewijst, dat het (niet zoo gauw van streek wordt gebracht. In de vergadering der Tweede Kamer kwam gisteren aan de orde de begrooting van Defensie. De heer VAN RAPPARD (V.B.) zegt, dat het standpunt van de ontwapenaars in den breede besproken is bij het ontwapenings debat-Ter Laan. Het heeft z. i. geen zin thans diep daarop in te gaan. Spreker is van meening, dat de propaganda voor de ontwapening een ernstig gevaar oplevert voor ons land. Wat 't algemeen defensie beleid betreft, meent spreker, dat wij aan de uiterste grens zijn gekomen met de in krimping van het beroepspersoneel. Spreker meent te moeten betwijfelen, of de Minister het departement van Defensie zal kunnen blijven leiden zonder aan de Marine schade toe te brengen. Ook vreest hij, dat het op den duur tot splitsing der Marine zal komen. De heer DECKERS (R.K.) zegt, dat bij de klacht over niet voldoende bezuiniging in 't oog moet worden gehouden dat het moeilijker is te bezuinigen naarmate er meer bezuinigd is. De 5 'A millioen van na 1926 zullen dan ook minder gemakkelijk ver kregen zijn dan de 26 y2 millioen vóór 1926. Zoolang leger en vloot bestaan, moeten zij goed zijn uitgerust en spr. is van mee- nrng, dat wij een defensie-instituut nog met kunnen missen. Gezien de positie van ons land zijn de uitgaven voor de verdedi ging daarvan met bovenmatig. Het lagere beroepskader heeft bewezen niet voor zijn taak berekend te zijn. Wat zijn daarvan de oorzaken en wat wordt ge daan om hierin verbetering te brengen? Spr. meent, dat daaraan niet onschuldig zal zijn de te verre inkrimping van het lagere be roeps personeeL Als een middel van bezuiniging beschouwt spr. nog steeds de samenvoeging van de militaire departementen, al kan men met verlangen, dat nu reeds het resultaat aan wijsbaar zou zijn. De nieuwe organisatie unmers is er nog niet. Spr dringt aan op opneming van militai ren in de Centrale Commissie voor georga niseerd overleg. Er ontbreekt ook nog veel aan de rechtspositie der onderofficieren. Dit laatste punt is zeer urgent. Spr. hoopt dan ook, dat de Minister een bevredigende toezegging zal doen. Zoo niet, dan zal spr. overwegen een motie in te dienen. Wat betreft het huwelijksverbod voor marechaussees, zou spr. wenschen dat dit verbod wordt opgeheven na een bepaald aantal dienstjaren. Afschaffing van de Kringenwet is ge- wenscht. Voor land- en tuinbouw is de Kringenwet zeer lastig. Het voor-oefenings instituut acht spr. van groot belang. Het vormt een verbinding tusschen leger en vloot, wat het leger ongetwijfeld ten goede komt. Over de examens van voorgeoefen- den worden hier en daar klachten verno men. Zeer weinigen van de geëxamineerden slagen. Ais dit zoo doorgaat, gaat het in stituut ten onder. De examen-eischen schijnen veel te zwaar te zijn. Is er een wenk gegeven aan de examinatoren? De heer K. TER LAAN (S. D. A. P.) wijst sp het bedrag van 100 millioen, dat de be grooting van Defensie nog kost. Dit bedrag is wel eenigszins verminderd sinds 1922, „oen de militaire departementen 131 mil- aoen kosten. Daaruit mag men echter niet concludeeren, dat er zoo bezuinigd is op de bewapening. Dit is niet het geval. Men neeft besnoeid op de trac temen „en en de prijzen der grondstoffen zijn sinds 1922 zeer gedaald. De wezenlijk militaire uitga ven zijn in plaats van verminderd, nog ge stegen. Deze Minister is te veel militair. Daar door kan hij niet voldoen aan de belofte van bezuiniging, die hij aflegde in 1926 Dit is de voornaamste grief, die de sociaal democraten hebben tegen dezen Minister, die ook voortdurend gewapende corpsen steunt, die buiten het leger staan en zich desnoods kunnen keeren tegen de rgeering zelf. Deze zijn politieke korpsen, die over geld en wapenen beschikken. Spr. leest een geheime circulaire voor, waarin landstor- mers worden opgeroepen tot een bijeen- :<omst, waarin de heer Duymaer van Twist belangrijke mededeelingen zou doen over s lands veiligheid. Dit zou een gevaarlijke zaak kunnen worden. De heer DUYMAER VAN TWIST (A.R.) meent, dat van de fusie van de militaire departementen tot nu toe niet veel te be speuren is. De afdeelingen oorlog en ma rine staan volkomen naast elkaar. Of er in de toekomst meer van die fusie zal komen, oetwijfelt spr. Eerst wilde de Minister 1 millioen bezuinigen met samenvoeging der vliegdiensten, maar nu zegt hij, dat zijn plannen nog niet vast staan. Zoo heeft de Minister allerlei verwachtingen gewekt, ter wijl hij thans moet verklaren, dat geen be- zuinigings-objecten meer aanwezig zijn. Spr. bestrijdt de nationale ontwapening en be toogt vervolgens, dat ten aanzien van de vloot te veel wordt geteerd op wat er thans is. Hetzelfde geldt voor het vlootpersoneel. Hoe zal na 1930 voorzien worden in een behoorlijke bemanning der schepen? De heer HIEMSTRA (S.D.AJP.) bespreekt de positie der kleermakers-buitenwerkers en wenscht die onder te brengen onder de Pen sioenwet. De heer v. d. BILT (R.K.) kan zich in het algemeen vereenigen met het beleid van dezen Minister. Waar blijft de bezuiniging echter, die zou voortspruiten uit de fusie der militaire departementen? Aan die be- Natuurlijk is het het beste dadelijk Akker's Abdijsiroop te nemen, wanneer de eerste asthmatische verschijnselen ïooalsspoedig vermoeid zijnen hijgen, beginnende benauwdheden bij trappen- klimmcn enz. zich voordoen. Men voorkomt daarmee erger. Maar ook wanneer Uw kwaal reeds vergevor derd is, ook dan zult Gi) van een ge regeld gebruik van Akker's Abdijsiroop oogenblikkelijk verlichting kunnen ondervinden. Volg het voorbeeld van duizenden, die ééns aan asthma leden en versterk Uw luchtwegen co bevrijd hen van het slijm met Per koker: f 1.50, f Z75, f 4.50 zuiniging heeft spr. overigens nooit geloofd. De heer v. d. Bilt pleit vervolgens voor de oelangen van het lagere marine-personeel en meent, dat de reserve voor vele groepen te klein is. De zee-officieren moeten zoo vroeg mogelijk, in verband met hun nau tische vorming, met 't zeeleven bekend ge maakt worden. Specialiseering van deze op leiding is gewenscht. Spr. vestigt er de aan dacht op, dat met altijd voldoende gele genheid wordt gegeven aan het marine-per soneel om zijn kerkelijke plichten na te ko men. De heer SMEENK (A.R.) wenscht sterken drank te houden buiten kazernes en kampe menten. Verder bepleit hij verbetering van de positie der kleermakers-buitenwerkers en hun nabestaanden. Daarna wordt de vergadering tot des avonds geschorst. Avondvergadering Bjj den aanvang der avondvergadering on der voorzitterschap van den heer Schaper, werd z. h. st. aangenomen het wetsontwerp wijziging Xle hoofdstuk der Staatsbegrooting 1928. Daarna kwam aan de orde hoofdstuk XI (Koloniën) der Rijksbegrooting voor 1929. Bij onderafdeeling 14, waarbij tevens be- iandeld wordt de Surinaamsche begrooting voor 1929, betreurt de heer IJZERMAN (S.D. A.P.) het uitblijven van een algemeen wel vaartsplan. Voorts houdt spr. een pleidooi voor de instelling van gouvernementsland- jouwbedrjjven. De heer VAN VUUREN (R.K.) merkt op, dat de politiek, welke op het oogenbiik in Su rname ten aanzien van de welvaart wordt gevolgd, funest is. Suriname ontbreekt het ip het oogenbiik aan geld; er is echter vol doende grond om te exploiteeren en daarom moet naar sprekers oordeel, ons streven er ap gericht zijn, om kapitaal naar Suriname te brengen. Voorts vraagt spr. waarom het gouvernement niet begint om den beschikba ren cultuurgrond productief te maken. Spr, zou den minister nog eens met nadruk willen vragen, om toch nog eens ernstig te wilien denken over het algemeene plan omtrent het ten aanzien van Suriname te volgen beleid. De heer VAN BOETZELAER (C.H.) be treurt, dat het door den minister toegezegde algemeene plan tot dusverre nog niet tot stand kwam. De heer JOEKES (V.D.) merkt op, dat er teekenen zijn van een begin van opleving van Suriname. Er zijn reeds verschillende particuliere ondernemingen, welke belang- stelling voor Suriname hebben getoond en dit .eeft spr. mede vertrouwen in de toekomst van dit gewest. De heer BIJLEVELD (A.R.) zegt optimis- isch te zijn ten aanzien van de ontwikkeling /an Suriname. De landbouw vormt een zeer jelangrijk element in die ontwikkeling en laarom is spr. van meening, dat steun aan lat bedrijf moet worden verleend. De heer CRAMER (S.D.A.P.) betreurt, dat :og steeds geen irrigatie-deskundige is uitge zonden. De MINISTER wijst op de moeilijkheden bij Je samenstelling van een algemeen plan voor den opbouw van Suriname. Spr. heeft te de zen aanzien uitvoerige besprekingen gevoerd net den nieuwen gouverneur en daarbij zijn jeiden tot de conclusie gekomen, dat het ma ren van een algemeen plan een jjdel streven zou zijn en voorts, dat het niet wenschelijk zou zijn, om zoodanig algemeen plan te ma zen, teneinde niemand daardoor te binden. Dit wil echter in het geheel niet zeggen, dat jpr. pessimistisch is gestemd ten aanzien van ie ontwikkeling van Suriname Al kan spr. geen algemeen plan overleggen, toch kan spr. ei zeggen, dar naar zyn meerung de ont wikkeling van Suriname moet worden gezocht n de richting van groote landbouwbedrijven, jeëncaareerd door kleine bedrijven. De regee ring laat zich niet ontmoedigen door het ileine succes, dat gevolgd is op hetgeen zij twee jaren geleden aan de ondernemers in Suriname heeft toegezegd. De Regeering zal alle aandacht wijden aan maatregelen, welke iet belang en den vooruitgang van Suriname ictreffen. Verder zegt spr. gaarne bereid te ;ijn, om alle aandacht aan de groote cultures e schenken, en wanneer steun noodig mocht zg'n, zal spr. zijn invloed bij den gouverneur aanwenden, om dien steun in zoo ruim mo- relijke mate te verleenen. Voorts zegt spr., dat de onderhandelingen over de uitzending van een landbouwconsu- ent gaande zijn en dat hij hoopt spoedig tot itzending te kunnen overgaan. Ook zal spr. zich tot den gouverneur wenden met de /raag, of niet eerder tot uitzending van een rrigatie-ingenieur zou kunnen worden over gegaan. Na verdere bespreking werd de begrooting jran Suriname zonder hoofdelijke stemming langenomen, waarna de vergadering tot he den werd verdaagd. heer Beumer de volgende amendementen voorgesteld I. Op het wetsontwerp tot wijziging der Ongevallenwet 1921: Artikel 1 wordt gelezen als volgt: „Art. IV van de wet van 2 Juli 1928 (Staatsblad no. 223) tot wijziging der Ongevallenwet 1921 wordt als volgt gelezen: Tusschen art. 3 en art. 4 van bovenge noemde wet wordt een nieuw artikel inge voegd, luidende als volgt: Art. 3a: Voor de toepassing van deze wet wordt ied'er, die bij wijze van werkverschaffing te werk is gesteld en daarvoor een geldelijke uitkee- ring geniet, geacht den hem opgedragen arbeid te verrichten in loondienst van den- gene, die het werk verschaft." XI. Op het wetsontwerp tot wijziging der Land- en Tuinbouw-Ongevallenwet 1922: Art. I wordt gelezen als volgt: „Art. V van de wet van 2 Juli 1923 (Stbi. no. 244) tot wijziging der Land- en Tuin bouw-Ongevallenwet 1922 wordt als volgt gelezen Tusschen art. 3a en art. 4 van vorenge noemde wet wordt een nieuw artikel inge voegd, luidende als volgt: Artikel 3b: „Voor de toepassing van deze wet wordt ieder, die bij wijze van werkver schaffing te werk is gesteld en daarvoor een geldelijke uitkeering geniet, geacht dan hem opgedragen arbeid te verrichten in loon dienst van dengene, die het werk verschaft." De Braziliaansche gezant in ons land, de heer Guimaraes, die tot gezant te Madrid is benoemd, zal worden vervangen door den heer Leite Chermont, thans gezant te Stockholm. Ter vervanging van den Siameeschen ge zant, prins Varnvaldya, die tot een andere functie is beroepen, wordt de benoeming verwacht van Phya Vijitavongs, thans ge zant te Washington, tot gezant te 's-Graven- hage. Een rapport aan de Tweede Kamer Bij de Tweede Kamer is thans ingekomen een door Rijkslandbouwconsulenten aan den minister van Binnenl. Zaken en Landb. uit gebracht rapport van een door hen ingesteld onderzoek, of door verbeteringen in de cul- Ter gelegenheid van de herdenking van het 50-jarig Staatsburgeresscliap van H. M. tuur der suikerbieten wellicht belangrijke de Keningin-Moeder, op 7 Januari 1929 heeft financieele voordeelen bereikt zouden kunnende „Koninklijke-Begeer" te Voorschoten een worden, welk onderzoek vanwege de directie herinneringspenning vervaardigd, waarvan van den Landbouw aan bedoelde consulenten ,je voorzijde de beeltenis vertoont van werd opgedragen als gevolg van de bij de m. ontworpen door Jac. J. van Goor, ter- 25 Oct j.l. gehouden interpellatie van den wyj ^e keerzijde de vlaggen vertoont met heer v. d. Heuvel door den minister in de Tweede Kamer gedane toezegging. Het rap port wordt ter griffie van de Tweede Kamer neergelegd. Op het wetsontwerp tot nadere regeling der belegging van gelden van rijksfondsen en instellingen heeft de regeering nogmaals eenige wijzigingen voorgesteld, ditmaal de samenstelling van den Centralen Beleggings raad betreffend. Door het Nederlandseh instituut voor Efficiency worden op 18 en 19 December in het Stedelijk Museum te Amsterdam Et- ficiëncy-dagen gehouden. Daarop zullen over een reeks onderwerpen korte prae-adviezen worden uitgebracht, welke ook kort worden toegelicht en aan discussie worden onder worpen. Tevens zal gedurende de week waar in de Efficiëncy-dagen worden gehouden, een kleine overzichtelijke tentoonstelling worden ingericht. Op het programma van de Efticiëncy-da- gen staan voor den eersten dag mededee lingen aangekondigd over: Het gebruik van literatuur-gegevens op het gebied der be- drijfs-organisatie (L. Gans); de taak van den accountant op het gebied van efficiency J. P. de Kaan); formulier-diagrammen en hun toepassing in de industrie (ir. Ernst Hij- mans); experience with Management Re search groupes in Great Britain (Major L. Urwick); inleiding tot de organisatie van be- drijfsstudiegroepen in Nederland (prof. dr. ir. Goudriaan); psychotechnische resultaten dr. J. Lubgen Nzn iets omtrent de prak tik van de administratie bij centralisatie van kasvoering door gemeenten (H. Koeg- sira). De morgen van den tweeden efficiëncy- dag is geheel gewijd aan het Instituut voor Documentatie. De volgende prae-adviezen zullen dan worden uitgebracht: Formaat en bestendigheidsnormen en hedendaagsche gebruiksmogelijkheden van papier, (G. H. Bührmann); nieuwe methoden van archief beheer (J. Limburg); het beheer der tijd schriften in een groote onderneming G. A. A. de Voogd); Zeitschriften-probleme und ihre Lösung (dr. Julius Hanauer); wijziging van classificatienormen (Donker Duyvis). De tentoonstelling zal gedurende de Effi- ciëncy-d'agcn hoofdzakelijk gewüd zijn aan verkooporganisatie en papiernormalisatie. Een inleiding tot de bezichtiging zal op den tweeden Ei'fciëncy-dag door den heer Bader worden gehouden. In samenwerking met de chefs der finan cieele afdeelingen der secretarieën en de directie van de Ver. van Nederl. Gemeenten is door de statistische bureaux der gemeenten Amsterdam, Rotterdam, 's-Gravenhage en Utrecht samengesteld een proeve eener ver gelijkende statistiek van de financiën dier gemeenten. Opgemerkt zij, dat de verwekte gegevens alleen betrekking hebben op de inkomsten en uitgaven voor politie, brand weer en openbare verlichting. Een overzicht van 1913 tot 1927 V. schrijft in „Spoor- en Tramwegen" van 11 December: In 1927 werden ruim 52 millioen plaats- kaarten verkocht. Hierbij wordt echter geen rekening gehouden met het aantal kilome ters, door deze reizigers afgelegd, en even min met de reizen der abonné's. De reizi gerskilometers per jaar door abonné's af gelegd, zijn sterk gestegen, mede door de sterke verhooging der verblijfkosten (alge meene abonnementen) en door de stijging van het aantal forensen (trajectkaarten). Dit had (met de tariefverhooging) ten ge volge, dat de ontvangsten der abonnemen ten stegen van circa 5 millioen gulden in 1913 tot ongeveer 20 millioen gulden in 1927. Nog veel minder dan in 1913 geeft dus het aantal plaatskaarten in 1927 een beeld van het totale verkeer. De ontvangsten voor reizigersvervoer be dragen in millioenen guldens: 1923 1927 1. plaatskaarten 29.6 55.9 2. algemeene abonnementen 3,4 14,2 3. trajectkaarten 1.5 5,7 4. abonnementen totaal 4,9 19,9 Toaal van 1 4 34,5 75,8 Bij een prijsstijging van circa 70 pet. stegen de ontvangsten der abonnementen met 300 pet. en is het aantal abonné's in 1927 135 pet. grooter dan in 1913. Het ver keer met gewone plaatskaarten steeg slechts met 11 pet. Onderstellende, dat trajecthouders en maandkaarthouders 25 maal per maand heen en weer reizen, genieten zij ten op zichte van den gewonen enkele-reispnjs re ducties van 75 pet. resp. 67 pet. Van hou ders van algemeene abonnementskaarten en groepenkaarten wordt de schatting veel moeilijker. Wordt aangenomen, dat in het algemeen de abonnementhouder gemiddeld 50 pet. re ductie geniet (in verhouding tot de prijzen door de andere reizigers betaald), dan zou den de abonné's indien zij het tarief der andere reizigers betaalden in 1927 niet 19.9 millioen gulden, doch 39.8 millioen gulden betaald hebben en zouden de totale ontvangsten in 1927 55.9 39.8 95.7 mil lioen gulden geweest zijn, overeenkomende met 957/559 x 52 millioen circa 80 mil lioen reizigers. Een juister beeld van den omvang van het verkeer geeft het totale aantal reizigers kilometers, d. w.z. het aantal kilometers, hetwelk door alle reizigers totaal in de trei nen wordt afgelegd. de symbolen der wapens van Nederland en Waldeck-Pvrmont, Ned.-Oost. en West-Indië en de jaartallen 18791929. Deze fraaie penning wordt op twee maten in den handel gebracht, n.l. op 60 m.M. en op 29 m.M. in den vorm van een schoolkin derpenning. De minister van financiën heeft 12 dezer bij de behandeling van de begrooting in de Tweede Kamer den post „vergoeding voor de postbetalingen" teruggenomen.. De ter zake benoodieöe gelden zullen thans bij suppletoire begrooting worden aangevraagd. In verband hiermede kan de algemeene openstelling der postkantoren voor belas tingbetaling op 1 Januari a.s. niet doorgaan en wordt deze voorloopig opgeschort. In Stct. 243 wordt medegedeeld een opgave van het aantal aangegeven gevallen van be smettelijke ziekten (bedoeld in de wet van 4 December 1872, Staatsblad 134, zooals deze gewijzigd is, laatstelijk bij de wet van 11 Februari 1928, Staatsblad 29), over de week van 2 tot en met 8 December 1928. In deze week werd afgeleverd: door de entstofinrich- ting te Amsterdam, koepokstof voer 1697, te Rotterdam, voor 232 en te Groningen voor 1, totaal voor 1930 personen. Gevallen van encephalitis na inenting kwamen niet ter kennis van het Staatstoe zicht op de Volksgezondheid. De Marseille-mail zal heden te 17 u. op het Postkantoor te Amsterdam aankomen en zal, voor zoover het Amsterdam betreft, nog in de avondbestelling worden opgenomen. Gisteren werd tijdens de raadsvergadering te Borculo geïnstalleerd de nieuw-benoemde burgemeester, de heer van Welie. Na de raadsvergadering werd gelegenheid gegeven met den nieuwen burgemeester kennis te maken, waarvan door velen gebruik werd gemaakt. Onder anderen merkten wij on der de bezoekers op den oud-burgemeester van Borculo, Jhr. Ir. R. R. L. de Muralt, die voorloopig te Borculo woonachtig blijft. In de gehouden vergadering van het Fede ratief Bestuur van Sobriëtas werd mgr. prof. dr. J. H. Hoogveld, Rector Magnificus der Keizer Karei Universiteit te Nijmegen, als Hiertoe behoort een schatting van de gggstgiyij adviseur geïnstalleerd. Tevens reizen, door abonné's afgelegd. Seder jaren worden de (gedeeltelijk ge schatte) gegevens omtrent den omvang van het reizigersverkeer door de Nederlandsche Spoorwegen aan het „Verein" en thans aan de „Union" gezonden. Volgens deze gegevens bedraagt het totale verkeer in millioenen reizigers: 1913 1927 aantal reizigers 89 69 aantal reizigers-kilometers 2340 3289 namen in het federatief bestuur zitting: voor den Haarlemschen Mariabond: mevr. J. Dekker-Kcedooder te Oosterblokker; voor den Bosschen Diocesanen Drankbestrijdsrsbond dr. H. Spoorenberg te Eindhoven; voor de R. K. Drankweer-Interacademiale: de Wel- eerw. heer C. van Dijck te Nijmegen. De voorzitter herdacht bjj de opening mgr. dr. Alph. Ariëns, den stichter van Sobriëtas. Besloten werd, in 1929 in de Goede Week wederom een offerweek te houden, terwijl de Voorloopig verslag der Eerste Kamer Verschenen is het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer over het wetsontwerp houdende verlenging van den geldigheids duur van tijdelijke bepalingen betreffende Merkwaardig is, dat volgens deze getallen aandacht ook van de niet-onthouders zal het aantal reizigerskilometers veel sterker I worden gevestigd op de vrijwillige onthou- steeg dan het aantal reizigers (abonné's inding in de Vasten. begrepen). Dit zal te verklaren zijn uit de Hiertoe zal ook contact worden gezocht omstandigheid, dat sedert 1913 vooral het met andere organise ties, aantal algemeene abonnementen (waal-mede Pogingen worden in het werk gesteld, om groote reizen worden afgelegd) sterk is ge- in aansluiting bij hetgeen op het internatio- stegen en dat in 1913 de reizigers in bin- ««al congres te Antwerpen besproken is, samenwerking te krijgen met de missionnee- nenlandsch rechtstreeksch verkeer, 2, 3 of 4 maal werden geteld. Blijkens het (gedeeltelijk geschatte) aan tal reizigerskilometers is het verkeer van 1913 op 1927 met 40 pet. gestegen. Het asntal reizigerskilometers steeg van 34 op 36 mil lioen. De gemiddelde bezetting per trein steeg dus van 70 op 91 reizigers. Voorloopig verslag der Tweede Kamer Blijkens het Voorloopig Verslag over het wetsontwerp tot wijziging der Ouderdomswet 1919 en tot wijziging der Wet op de Rijks verzekeringsbank hadden verscheiden leden ernstig bezwaar tegen de voornaamste wij- rende Orden, om ook in de misies gezonde ideeën omtrent het alcoholvraagstuk te kun nen verspreiden. Aan de moederhuizen der onderwijsgevende congregaties van mannelijke religieuzen werd door den federatie-secretaris een bezoek ge bracht, ten einde bij het onderwijs ook de aandacht te vestigen op drankbestrijding; medewerking werd gaarne toegezegd Beslo ten werd, een commissie van onderwijs deskundigen te benoemen met de opdracht, te onderzoeken, op welke wijze bü het onder wijs ook aan drankbestrijding kan worden gedacht. Een bijzonder punt van studie zal uitmaken het verschaffen van goed mate riaal bjj het onderwijs op dit punt. Verlenging der koninkljjke goedkeuring op de statuten, noodzakelijk geworden door het afloopen van den termijn, zal worden aange vraagd. Eveneens werd besloten tot het in stellen eener comm'ssie. die aan de Federatie zal adviseeren, bepaa'de punten vast te stellen, waaraan zich de z.g. afschaffers te houden hebben; er is n.l. herhaalde malen en het mogelijk maken van teruggaaf der 1 7- B 7 ue: Ui. ufcI I hoefte is aan duidelijke uitspraak omtrent v, ,J (!er!!jden van c*en ve'" i de verplichtingen, die deze klasse van ont- de vaccinatie vervat in de-wet van 11 zigingen van de Ouderdomswet, hier voorge- ri«+héi Februari 1928. Verscheidene leden hadden steld: De invoering van de weduwenrente i Lf zeer vei- met groote bezorgdheid van den inhoud - w „.„„.mi, I schillend genomen wordt en er groote be- van dit wetsontwerp kennis genomen. Voor eerst werd betreurd, dat definitieve wette lijke regeling van den vaccinatie-plicht bjj eventueele aanneming van dit ontwerp weer wordt uitgesteld. Eenige leden, die reeds bezwaren hadden ingebracht tegen de eerste opschorting van zekerde vóór den leeftijd waarop de rente zou ingaan. De regeering doet h.i. door dit wetsontwerp geen enkele poging om het sociale karakter der Ouderdomswet te herstellen, stelt inte gendeel eemge wijzigingen voor, die de Vrij- Eenige amendementen. Op het wetsontwerp tot wijziging van de wetten van 2 Juli 1928 tot wijziging der On gevallenwet 1921 en tot wjjziging der Land en Tuinbouw Ongevallenwet 1922, heeft de de verplichting, waren van oordeel, dat zich willige Ouderdomsverzekering nog meer sedert dien niets heeft voorgedaan, dat zon maken tot een algemeene verzekering, niet kunnen leiden tot de opvatting, dat deze voor een bepaalde bevolkingsgroep, doch bezwaren opgeheven of verminderd zjjn. Integendeel, het sprong, naar hun gevoelen, in het oog, dat er thans nog minder reden voor de opschorting bestaat dan een jaar ge leden. Sommige leden spraken de vrees uit, dat hernieuwde schorsing allengs leiden zou tot de finitieve opheffing van de verplichting. In het laatste geval was de kans groot, dat ons land weer bezocht zou worden, door de pok ken-ellende, welke het tegenwoordige ge slacht n'et kent. Zij achtten het vooral be denkelijk, dat het aantal gevaccineerden thans reeds zoo sterk gedaald is. Nog sterkere daling leidt tot de mogelijkheid van een epidemie. Deze leden drongen er op aan dat de Regeering reeds nu voorzorgen zou treffen voor iedereen bestemd. Over de vraag, of een staatslevensverze- i keringbedrjjf gewenscht is, kan men van meening verschillen. Meent de regeering die vraag in bevesti genden zin te moeten beantwoorden, zij diene een desbetreffend wetsontwerp in. Zij tracht echter niet de als een onderdeel der sociale zorg opgezette Vrijwillige Ouderdoms verzekering te vervormen tot een gewone, doch door den Staat geadministreerde le vensverzekering. De hier bedoelde leden vroegen verschil lende nadere inlichtingen en argumenten voor het wetsontwerp. Sommige leden verklaarden in de voor- om mogelijk gevaar te voorkomen en haar gestelde wijzigingen geen aanleiding te maatregelen niet zou opschorten, opdat een epidemie ons niet overvalle. Enkele leden verklaarden him stem aan het ontwerp te zullen geven, omdat vacci natie in enkele gevallen een doodelijken afloop heeft gehad. vinden, hun steun aan het wetsontwerp te onthouden. Ook deze leden zouden echter gaarne na der worden ingelicht omtrent de motie ven, welke de regeering tot het voorstel dezer wijzigingen hebben geleid houders gelden. Tot hoofdredacteur van het maandschrift Sobriëtas werd benoemd de Zeereerw. Pater Marius Lamers uit Wychen; tot lid der redactie: de Zeereerw. Pater W. Arts, Mis siehuis, Arnhem, terwijl een vacature nog zal worden aangevuld; tot hoofdredacteur van De Kruisbanier werd benoemd: de Zeereerw. Pater Ildefonsus te Helmond; tot redactie leden: Mevr. J. Dekker-Koedooder te Ooster blokker en de heer G. P. Bon te Den Haag. Tusschen Kerstmis en Nieuwjaar zal een bijzondere propaganda gevoerd worden door middel van een blad, dat voor de afdeelingen ter verspreiding bescrikbaar zal worden ge steld. Nog zal de boekhandel beschikking trach ten te krijgen over een goed portret van Mgr. Ariëns z.g., om Irervan reproducties in den handel te brengen. De jaarvergadering van het federatief bestuur, welke gehouden wordt in April 1929, zal vooral gewijd worden aan de vraag: hoe de besprekingen en besluitenvan het Nationaal Congres in Augustus 1.1 gehouden het meest vruchtbaar zullen kunnen worden gemaakt.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1928 | | pagina 11