den têraöwes
I
Binnenlandsch Nieuws
s
i
bi i
tweede blad
ROEST'bu/en!
ABDIJSIROOP
0
BB
■bh
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT -
DINSDAG 18 DECEMBER 1928
BLADZIJDE 1
MEDAN
De Koninklijke Familie
Z.K.H. de Prins naar
den Helder
Prins Hendrik 20 jaar voor
zitter van het Roode Kruis
O, die
AKKER'S
Voorde Borst
FINANCIËN
Bisdom Trier
Scheuring in de S.D.A.P,
in Limburg
De S.D.A.P. in het derde
kwartaal van 1928
De linkervleugel der
S. D. A. P.
UIT ONZE OOST
Een duistere zaak
Een Rijkskleeding besluit
De verlaging van den
accijns op gedistilleerd
Een legaat van f 300.000
POSTZEGELNIEUWS
Postzegels met de beeltenis
van Z.H. den Paus?
XXXV
Safes?
Op den steiger der My. „Nederland" te Belawan, bij het vertrek van de „Christiaan
Huygens". In het midden (dame wuivend) de heer en mevrouw Vréke
Straat van MaJakka. 5 Nov. 1928
Ik ben in Medan geweest!
Dat zult u natuurlijk niet zoo merkwaar
dig vinden; u zult zeggen, je bent in Ba
tavia en in Singapore en in nog veel andere
plaatsen ook geweest.
Volkomen waar. Maar al die andere plaat
sen, hoe mooi en hoe belangwekkend ze dan
ook mogen wezen, oefenden op mij minder
aantrekkingskracht uit dan Medan.
Want in Medan heb ik gewoond, in Medan
heb ik mijn jongezellen-leven afgesloten
en de eerste jaren van mijn huwelijk door
gebracht, in Medan is mijn eenige dochter
geboren, kortom, Medan. waar ik bijna vijf
jaren hoofdredacteur van „De Sumatra
Post" was, is een keerpunt geweest in mijn
leven.
Vier en twintig jaar geleden heb ik Medan
verlaten en sedert was ik er niet meer ge
weest. Begrijpt u nu, dat bij de nadering
van Sumatra's Oostkust allerlei herinne
ringen in mij opkwamen en dat Medan mij
trok, meer dan eenige andere stad, die ik op
mijn lange reis had gezien?
Als de boot, die in Belawan aan den stei
ger komt. daar nu maar lang genoeg bleef.
Want Belawan ligt drie kwartier auto-en
van Medan af en in een paar uren doe je
dus niet veel.
Maar ik heb geboft iets wat voor mij*
nu niet bepaald zoo'n ongewone gewaarwor
ding is de Huygens bleef er bijna volle
vierentwintig uur liggen. Zaterdagmiddag
om 3 uur lag ze goed en wel aan den steiger
en Zondagmiddag om twee uur zou ze de
touwen weer los gooien.
Ik had dus een vollen dag om weer eens
in m'n ouden tampat rond te dwalen, eens
te kijken, hoe die zich had ontwikkeld tot
een der belangrijkste steden van den heelen
Archipel.
Reeds „in mijn tijd" w,as. Medan, dat zich
toen eerst kort geleden éls centrum van de
tabakscultuur was beginnen te ontwikkelen,
een der meest Europeesche steden van Ne-
derlandsch Indië. Voor een deel zal dit wei
zijn oorzaak vinden in de nabijheid van de
Straits Settlements, waar de Engelsche ste
den een heel ander karakter hebben dan die
op Java, maar voor een ander deel ook wel
in het ontbreken van traditie er werd
h er. door Europeanen, door Nederlanders,
midden op de vlakte medan van Deli,
een geheel nieuwe stad aangelegd en al
paste men zich, bij den bouw der huizen,
ook al aan bij het klimaat, de levenswijze
richtte men in, zooals men die thuis gewoon
was Europeesch. Zoo is bijvoorbeeld de.
vooral toen, op Java nog overheerschende,
rijsttafel in Medan nooit algemeen gebruike
lijk geweest; men at er, wat men ook in
Holland at en slechts ter afwisseling werd
eens een rijsttafel klaargemaakt. Die dan
dubbel lekker werd gevonden.
Hadden alle andere steden in Indië zich
langzamerhand als het ware u't den oer
staat ontwikkeld tot moderne steden, had
den ze eerst de oude olielampen zien ver
vangen door gas en kwam eerst veel later
ook het electrisch licht in de woningen; in
Medan heeft men slechts kort de petroleum-
en nooit de gasverlichting gekend; er werd
dadelijk een electriciteitsfabriek opgericht,
nog vóór men aan een gasfabriek dacht
gas voor verlichtingsdoeleinden was ver
ouderd, aldus redeneerde men daar toen al.
De tabakscultuur groe'de, de tabakscul
tuur bloeide en de in. de jaren van mijn
verbljjf in Medan begonnen en o.a. op de
onderneming Deli Moeda flink aangepakte
rubber-cultuur nam van jaar tot jaar in
omvang toe.
Natuurlijk gevolg: Ook Medan, waar o.a.
ds groote Deli-Maatschappij haar hoofd
kantoor heeft, groeide en is in de vieren
twintig jaren dat ik het niet zag, geworden
tot een stad van beteekenis.
Toen de auto, die me van Belawan, de
haven, die een kwart eeuw geleden nog geen
behoorlijke haven was en nu van dag tot
dag in belan'grijkheid toeneemt, naar de
stad bracht, de Esplanade op reed, voelde
ik me al dadelijk weer thuis. Neen, het was
er heusch niet nog precies zoo, als ik het
vierentwintig jaren geleden voor het laatst
had gezien, haast geen gebouw stond er, of
het was anders dan toen en tóch was het
hetzelfde, tóch herkende ik alles.
Want al was het ook mooier, moderner
dan in tempo doeloe, het Hotel de Boer
stond er nog, het Medan Hotel stond er nog,
het station nam nog dezelfde plaats in. de
Witte Soos en het postkantoor, alles, alles
hetzelfde, niettegentaande de groote veran
deringen. Alleen het gebouw der firma Keh-
ding was nog precies zoo als vroeger en
het Protestantsche kerkje was verdwenen.
Ik herinner het me nog goed, dat kleine
aardige protestantsche kerkje op de Espla
nade bij de Kesawan, waar wij, Roomschen,
zoo jaloersch op waren, omdat wij er geen
kerk hadden en zelfs geen pastoor.
En nu? Het Protestantsche kerkje vond ik
verdwenen, maar een eindje verder de stad
in, op den hoek van den Paleisweg en de
Soekamoelia, staat nu een statige Katho
lieke kerk, die men juist alweer bezig was
te verfraaien en te vergrooten. En twee
pastoors zorgen er nu voor de geestelijke be
langen der Europeesche Katholieken, een
voor die der Klingaleezen. één voor die der
Clr'neezen en één voor die der Batakkers. De
Klingaleezen hebben er zelfs een eigen
kerk. Dat ook voor de Batakkers in Medan
wordt gezorgd, vindt zijn oorzaak in het
feit, dat de Katholieke missie in de Batak-
landen zelf niet is toegelaten.
Ook voor het onderwijs, zoowel voor Euro
peanen als voor Oosterlingen, wordt door de
Katholieken (Franciscanessen van Dongen)
veel gedaan en de plannen tot den bouw
H. M. de Koningin is gistermiddag met
H. K. H. Prinses Juliana en gevolg per auto
van Den Haag naar het Loo vertrokken, om
daar ongeveer een week te verblijven. Z. K.
H. de Prins zal over enkele dagen naar het
Loo vertrekken.
nonnenweg weer, waarin ik gewoond had,
een houten huis, zooals ze nu niet meer bou
wen, maar dat ruimer, royaler is dan de
meeste nieuwere, steenen. Het stond daar
nog, vrijwel precies zoo als toen, alleen de
koningspalmen in den tuin, die ik zelf er ge
plant had, waren nu tot prachtige hooge
boomen met sierlijke kruinen uitgegroeid.
En nu mag u het sentimenteel noemen,
ga gerust uw gang, u zult er mij niet mee
hinderen, maar ik voelde wat, toen ik daar
zoo ineens weer stond voor het huis, waarin
ik mijn vijf Indische jaren had gesleten. En
als het niet zoo vroeg was geweest, zou ik
zeker den tegenwoordigen bewoner ge
vraagd hebben, het ook van binnen nog eens
te mogen zien.
De menschen? Indië heeft nu eenmaal
een vlottende bevolking; de Europeaan komt
er voor eenige jaren en gaat dan weer weg
en ik verwachtte dan ook niet, er nog iemand
te kennen. Toch heb ik er 's-avonds op een
van die gezellige avonden bij „De Boer" een
persoon ontmoet. d'e ik er een kwart eeuw
geleden ook al kende de band tusschen
het verleden en het heden. Maar het meest
werd ik getroffen, toen mij 's Zaterdagsmid
dags door den heer van Beem de fraaie
zetterij van „De Sumatra Post" werd ge
toond en er plotseling een Inlandsche zetter
op mij toekwam met een „Tabé toean Ter-
vooren" en nog een andere Inlander en een
Chinees mij eveneens kwamen begroeten.
Alle drie werkten ze reeds in mijn tijd in
de zetterij en alle drie herkenden zij mij
onmiddellijk. Maar het sterkste was, dat de
eerste zelfs mijn naam, d'e voor de meeste
Inlanders niet eens is uit te spreken, nog
wist en volkomen correct zei.
Nog iets is me opgevallen in het nu zoo
veel grootere Medan met zijn fraaie Euro
peanen-wijken met flinke steenen huizen,
waarvan de groote, goed onderhouden tuinen
zeer opvallen, als men van Ja-va komt
alle straatnamen zijn er verhollandscht.
Had je er vroeger de Djalan Astana en de
Djalan Huttenbach bijvoorbeeld, nu heeten
die straten Paleisweg en Huttenbachstraat,
de Djalan Goedang is Pakhuisstraat ge
worden en zoo is het met alle andere. Alleen
de hoofd-winkelstraat is Kesawan gebleven prins nog vele jaren als voorzitter leiding
en de Soekamoelia heet nóg zoo. Maar dat j zaj mogen geven aan het werk van het Roode
zijn ook de eenige straten, die nog Inland- Kruis.
sche namen hebben. Gistermorgen om half twaalf hebben de
leden van het dagelijksch bestuur der ver-
eeniging den Prins hun opwachting gemaakt
in het gebouw van het Ned. Roode Kruis. De
eerste ondervoorzitter, de luit.-generaal b. d.
jhr. J. H. Röell heeft hierbij in een korte toe
spraak de gevoelens van het bestuur ver
tolkt.
Z. K. H. de Prins is voornemens Woens
dag a.s. naar den Helder te gaan, ten einde
zich op de hoogte te stellen van den toe
stand van het aldaar tijdens het jongste
stormweer gestrande stoomschip en verder
ook een bezoek te brengen aan de bij d'e
marinewerf aldaar in aanbouw zijnde mij
nenvegers bestemd voor den dienst in Ne-
derlandsch-Inö'ië. Des avonds zal de Prins
zich van Den Helder naar Het Loo begeven.
Zondag was het 20 jaar geleden, dat Z.K.H.
Prins Hendrik bij Koninklijk besluit werd be
noemd tot voorzitter van het Nederlandsche
Roode Kruis. Namens de vereeniging heeft
het bestuur dit feit herdacht door aan het
paleis in het Noordeinde een bloemenhulde te
doen bezorgen, welke Z. K. H. des morgens
op zijn ontbijttafel vond met een begeleidend
schrijven, waarin het bestuur dank betuigde
aan zijn voorzitter en de hoop uitsprak, dat
Medan was vroeger zeer cosmopolitisch.
Mijn vrouw en ik tennisten er alle dagen
met een Italiaan en een Duitscher. een
Australische dame en een Oostenrijksche
dat schijnt nog zoo te zijn, tenminste, de
eerste dame, aan wie ik er nu werd voorge
steld, was een Spaansche, de vrouw van een
der Sumatrapost-redacteuren.
Ik was op mijn reis nu al uit zooveel
havens vertrokken en als je daar dan arn
den wal de familieleden en kennissen van
andere passagiers zag staan wulven naar
de vertrekkende boot, dan voelde je je zoo
eenzaam zoo, alsof je er eigenlijk niet bij
hoorde.
Hier in Médan niet; hier werd ik tot
Belawan uitgeleide gedaan door den heer
Het personeel van het Rijkskleedingbu-
reau wordt in dienst genomen op dezelfde
voorwaard'en als de ambtenaren bij de de
partementen van Algemeen Bestuur. Voor
de benoeming van het hoofd van het Bu
reau wordt door de Rijkskleeding-commissie
een aanbeveling voor den Minister van Wa
terstaat opgemaakt.
De kosten van het Rijkskleedingbureau
word'en door den Minister van Waterstaat,
gehoord de Rijkskleedingcommissie, naar
evenredigheid verdeeld over* de Departe
menten.
Een overgangsbepaling bevat o.m. dat ten
aanzien van de op het tijdstip van inwer
kingtreding van het besluit in gebruik zijn
de uniformen, de daarvoor bepaalde draag
tijden van toepassing blijven. Indien op het
salaris van een ambtenaar als gevolg van
het besluit meer inhouding zal worden toe
gepast dan tot dusver het geval was. zal dit
meerdere voor het eerste jaar van de inwer
kingtreding van het besluit slech s voor de
helft in ekening worden gebracht.
Ten slotte wordt bepaald dat ter voorbe
reiding van de noodige uitvoeringsmaatre
gelen de Rijkskleedingcommissie op 1 Ja
nuari 1929 en het Rijkskleedingbureau op 1
Februari 1929 in werking treedt.
Grijp in Uw vertwijfeling
niet naar een van die
„kalmeerende" middelen,
die in werkelijkheid Uw
longen verlammen. Toch
behoeven Uw hoestbuien
U niet alt den slaap te houden. Neem
ilechts de geheel onschadelijke, maar
snel verzachtende en slijmoplossende
van een groot ziekenhuis zijn al in een zeer, Vréke en zijn gastvrij Spaansch vrouwtje
ver gevorderd stadium van voorbereid;ng. En toen de boot vertrok, wuifde ik, als al
Dat alles is er nu in Medan en dat alles die anderen en als al die anderen liet ik
is er in één kwart eeuw gekomen de Missie daar ook iets achter: een blijde herinnering
werkt hard in de Oost.
ARTHUR TERVOOREN
Het was warm, toen ik in de stad kwam,
maar ik kon het niet helpen, ik moest er
loopen, en daarom was ik voor het post
kantoor al uitgestapt.
Type van een der oudere Medansche woonhuizen: De vroegere woning van den schrijver
dezer artikelen
Toen dwaalde ik de Kesawan, de voor
naamste winkelstraat der stad, op, waar
reuzengebouwen verrezen zijn, maar waar
toch ook nog oude bekende gebouwen ston
den, o.a. de, prachtige Chineesche woning,
die de toenmalige kapitein der Chineezen,
Tjong A Fie, nu reeds overleden, daar in
mijn tijd liet bouwen, naast het kantoor
van „De Sumatra Post".
Het kantoor van „De Sumatra Post"! Ook
dat had een reusachtige uitbreiding onder
gaan, dat stond daar nu als een der sta
tigste gebouwen van de stad en ik ben er
natuurlijk binnen gegaan, om er den hoofd
redacteur en een der redacteuren, de heeren
Van Beem en Vréke, te begroeten.
Beide collega's hebben me gedurende mijn
verblijf op echt Indische wijze allerharte
lijkst begastheerd en prettig hebben we zit
ten praten over het Medan van toen, dat zij,
en het Medan van nu, dat ik niet kende,
waardoor we tevens van elkaar leerden.
Den volgenden ochtend, Zondag, ben ik.
alvorens naar de Hoogmis van 8 uur te gaan,
in m'n eentje aan het dwalen gegaan door
de nieuwe wijken der Europeesche bewoners,
die er keurig uitzien en ook ben ik gegaan
naar de wijken, die 24 jaar geleden nieuw
waren. En daar zag ik het huis op den Ka-
•n-
:;t:> -
X'/
Kesawan, de hoofdstraat van Medan, op Zondagmorgen. Rechts op den voorgrond
de verkeersagent die het stop-bord, niet als de Amsterdamsche politie, aan een paal,
•haar op zijn rug bevestigd heeft, zoodat hij zich, om het verkeer uit een bepaalde
richting stop te zetten, slechts met den rug daarheen hoeft op te steUen
1% Eerste Hyp. 10-jarige Obligatie-leening
groot 600.000.
De Spaarnebank bericht, dat op Donder
dag 27 December 1928 de inschrijving is
opengesteld op 600.000 7 pet. Eerste Hypo
thecaire 10-jarige obligatiën, ten laste van
het Bisdom van Trier, in stukken van ƒ1000
en 500, tot den koers van 99% pet.
Het bisdom van Trier wenscht, volgens
de toelichting, voor den bouw van een
nieuw seminarie op den linker Moezeloever
een leening te sluiten van 600.000 nomi
naal.
De leening is verdeeld in obligatiën van
1000 en 500, welke zullen zijn voorzien
van halfjaarlijksche coupons per 1 Januari
en 1 Juli. De eerste coupon verschijnt den
lsten Juli 1929.
De obligatiën luiden aan toonder en zijn
doorloopend genummerd, met dien ver
stande, dat de obligatiën van 500 paars
gewijze hetzelfde nummer dragen met bij
vermelding van de letters A of B.
Hoofdsom en rente zijn vrij van alle tegen
woordige of toekomstige Duitsche belastin
gen en betaalbaar bij De Spaarnebank te
Haarlem en Amsterdam.
Coupons en lossingen vervallen respec
tievelijk 5 en 30 jaar na den dag hunner
betaalbaarstelling ten bate van het Bisdom
Trier.
Tot meerdere zekerheid voor obligatiehou
ders wordt een eerste hypotheek verstrekt
Höchstbetragsgesamtsicherungshypotheek"
op onroerende goederen ter waarde van
R. M. 3.005.000.
De hypotheek, welke in fijn goud luidt,
wordt ingeschreven ten name van den
Trustee en bedraagt 110 pet. van de hoofd
som der leening. Obligatiehouders worden
geacht de bepalingen van de Trust-akte te
kennen, en deze voor zich en tusschen hen
onderling als verbindend, te beschouwen.
De tekst van de Trust-akte ligt bij den
Trustee ter inzage.
De aflossing der leening zal kunnen ge
schieden door inkoop beneden of tot pari-
koers en indien daarvoor geen of niet vol
doende stukken zijn te verkrijgen door mid
del van uitloting van het geheele, in dat
jaar af te lossen bedrag (of restant daar
van) 100 pet. De aflossing zal geschieden
als volgt: te beginnen in 1932 t/m 1934, tel
kens per den lsten Januari, jaarlijks 30.000,
van 1935 t/m 1938 jaarlijks 40.000 en 1
Januari 1939 het restant. Het recht wordt
voorbehouden om op 1 Januari 1932 en daar
na op eiken coupondatum de leening in haar
geheel of gedeeltelijk af te lossen.
Een nieuwe partij gevormd
Te Heerlen heeft een vergadering plaats
gehad van een 80-tal personen, vertegen
woordigende Kerkrade, Heerlen, Schaesberg,
Brunssum, Treebeek, Hoensbroek en Heerier-
heide, die onder aanvoering van den heer
v. d. Ploeg, de S. D. A. p. hebben verlaten.
De vergadering besloot tot oprichting van een
nieuwe partij, onder den naam van Sociaal-
Democratische Volkspartij in Nederland, met
als onderafdeeling een nieuwen mijnwerkers-
bond. Van het voorloopig bestuur is voor
zitter de heer v. d. Ploeg en van den Lim-
burgschen mijnwerkersbond eveneens de heer
v. d. Ploeg.
De vergadering besloot voorts tot het uit
geven van een weekblad voor partij en vak
bond.
De afgevaardigden ter vergadering waren
van oordeel, dat slechts het vestigen van een
eigen partij en vakbeweging voor de in Lim
burg werkende sociaal-democraten de moge
lijkheid kan scheppen om tot een behoorlijke
ontwikkeling van de socialistische organisatie
te geraken.
Uit de discussies ter vergadering bleek,
dat van het gewestelijk bestuur der S. D. A.
P. alleen de heer Paris over is gebleven.
In tal van afdeelingen zijn de secretaris
en penningmeester afgetreden. Te Brunssum
is het geheele bestuur afgetreden, te Heer-
lerheide is de afdeeling opgeheven, te Heerlen
stelt zich slechts een lid als bestuurslid ver
kiesbaar. Ten opzichte van de komende ver
kiezingen is er nog geen beslissing genomen
Wel wordt er niet aan gedacht, ook maar
een stap te verzetten ten behoeve van de
S. D. A. P.
Het
Achteruitgang van 462 leden
„Volk" publiceert de volgende cijfers:
Op 30 Sept. 1928 bedroeg het aantal leden
53.395 tegen 53.857 aan het einde van het
tweede kwartaal 1928. Een achteruitgang dus
van 462 leden.
Opgericht werden in het derde kwartaal de
afdeelingen: Gaanderen, Sleeuwijk, Oss en
Almkerk.
Opgeheven werden Gasselte en Vaassen,
terwijl de afdeelingen IJmuiden-Oost en
IJmuiden-West werden gecombineerd en
thans den naam dragen van Groot-IJmuiden.
Het aantal afdeelingen bedroeg op 30 Sep
tember 1928: 609.
Hieronder volgt een overzicht van het ver
loop van het ledental in het derde kwartaal
1928, verdeeld over de verschillende federaties
Aant. leden Aant. leden
30-6-1928 30-9-1928
Friesland 5959
Groningen 3941
Drenthe 1571
Overijsel 3826
Gelderland 4475
Utrecht 2511
Een conferentie
Zaterdag en Zondag werd door de link-
schen groep in de S. D. A. P., gegroepeerd
om het links-socialistisch weekblad „De
Socialist" in De Harmonie te Amsterdam,
een conferentie gehouden, waar een aantal
inleiders stellingen ter bepaling van het
standpunt in een aantal zaken van de
linksche socialisten behandelden.
Zooals reeds werd aangekondigd werd een
inleiding gehouden door J. de Kadt, over:
„Standpunt en taak der linksche socialis
ten". De stellingen van den heer De Kadt
werden aangenomen.
In de zitting van Zondag hield de heer
F. van der Goes een inleiding over: „Het
Ministerialisme in verband met de komende
verkiezingen".
Na discussie werden de stellingen van den
heer Van der Goes met een aanvullend
amendement en een geringe wijziging met
één stem tegen aangenomen.
In de middagzitting werd begonnen met
verkiezingen. De aftredende redactie van het
weekblad „De Socialist", de heeren Edo
Fimmen, J. de Kadt en P. J. Schmidt,
werden herkozen, evenals de voorzitter, de
heer H. Schutjes en de secretaris-penning-
meester, de heer J. H. Oldenbroek. Het be
stuur werd verder uitgebreid met twee te
Amsterdam wonende leden en 8 leden uit
het land.
De heer P. J. Schmidt voerde daarna
het woord aan de hand van zijn stellingen:
„De algemeene economische grondslagen der
links-socialistische politiek."
Aan de hand van punt 10 dezer stellingen,
verklaarde de vergadering zich accoord met
het instellen van een commissie, die een
gedetailleerd rapport zal samenstellen over
de vraagstukken, die het economisch be
staan der arbeidersklasse raken, met inbe
grip van de verhouding tusschen politieke
partij en vakbeweging. In dit rapport zal
tevens het werkloosheidsvraagstuk behan
deld worden, zoodat de stellingen van den
heer H. Schutjes in discussie komen.
Daarna worden de stellingen van den heer
P. J. Schmidt over „Imperialisme en kolo
niale politiek" in discussie gebracht.
Deze stellingen werden aangenomen.
Daarna hield de heer P. Kies een inleiding
over „Socialisme en Militarisme'
groothandel in gedistilleerd op zoodanige
wijze is georganiseerd als de bovenbedoelde
geacht moet worden tot de mogelijkheden te
behooren. Van het antwoord, dat zij zouden
ontvangen, meenden deze leden het voor een
groot deel te moeten laten afhangen of zij
nun stem aan dit ontwerp zouden kunnen
geven.
Wat aangaat het vraagstuk der prijsrege
ling sloot de regeering zich aan bij de mee
ning van de leden, die ten deze van hun
gerustheid hadden blijk gegeven. Wel is het
der Regeering bekend, dat verschillende
organisaties op het gebied van den handel
in gedistilleerd kort geleden zijn overge
gaan tot het oprichten van een centrale
vereeniging voor den gedistilleerdhandel en
dat die vereeniging van het denkbeeld
eener prijsregeling niet afkeerig is. Maar
hiermede is niet gezegd, dat zulk een prijs
regeling zal kunnen worden doorgevoerd, of
een maal doorgevoerd, in stad zal kunnen
blijven. Inderdaad, zou, indien een prijs
regeling als de gevreesde tot stand zal ko
men, de kwaal zelve het geneesmiddel in
zich bergen; juist doordat de smokkelhan
del dan weer locnend zou worden.
De moordende concurrentie van den smok
kelhandel kan men thans niet van zich af
schudden; na de accijnsverlaging wel. Bo
vendien zou een opdrijving van den prijs
ook stimuleerend werken op den regelma-
tigen invoer, die immers aan een relatief
slechtS gering invoerrecht op gedistilleerd
van 3.50 per H L. is onderworpen
Wat de invoering van een monopolie be
treft. verklaarde de regeering zich voor dit
product geen voorstandster.
Op een vraag antwoordde de Regeering,
dat niet met zekerheid is te antwoorden
op een vraag, of in de toekomst de op
brengst van den accijns gelijk zal blijven
aan of althans niet aanzienlijke zal ver
schillen met de tegenwoordige.
De regeering deelde voorts mede, dat bi
teruggaaf van accijns, ook de op dien ac
cijns ten behoeve van het Leeningfond
geheven opcenten zullen worden terugge
geven.
stellingen eveneens werden aangenomen.
Ten slotte nam de vergadering de vol
gende motie aan:
De kwestie-Schalkwijk voor den
Raad van Justitie
Aneta seint uit Batavia:
Bij de voortgezette behandeling van de
zaak-Schalkwijk voor den Raad van Justitie,
wordt opgemerkt, dat beklaagde zich bij
het voor-onderzoek positiever heeft uitge
laten over de besteding van 2000 gulden
voor medicijnen.
Beklaagde vernietigde in 1926 de admi
nistratie, omdat hij deze niet langer noo-
dig oordeelde. Hij liet zijn privé-middelen
ook door de kas loopen. Hij houdt vol van
dubbele boekhouding eigenlijk nooit wat
geweten te hebben en kan andere hem ge-
wiens steide vragen niet beantwoorden. Hij ver
klaart, dat de administratie voor hem een
volkomen warboel was en hij ontkent punt
5 van de acte van beschuldiging, verduiste-
„De bijeenkomst van links-socialisten, op j»mg van 853 van een deel der riogr de
15 en 16 December 1928 te Amsterdam
bijeen, eischt de opheffing van het Digoel-
kamp. amnestie voor alle politieke gevange
nen en bannelingen, afschaffing van den
doodstraf, de exorbitante rechten, de poe
nale sanctie, de heerendiensten en de on
middellijke invoering van alle democratische
rechten in Indonesië, en brengt zulks ter
kennis van het Partijbestuur, de Kamer
fractie, de Soc.-Dem. Indische Club en van
de pers."
N.-Holland N.
N.-Holland Z.
Amsterdam
Rotterdam
Den Haag
Zuid-Holland
Zeeland
Noordbrabant
Limburg
4016
3027
7678
4561
3785
5784
1041
718
964
5882
3931
1525
3786
4439
2497
3973
3025
7627
4398
3793
5754
1043
773
944
Totaal 53857 53395
Zoowel het aantal mannelijke als vrouwe
lijke leden is teruggeloopen. Over de laatste
zes jaren vertoont het derde kwartaal met
uitzondering van 1925 na de Kamerverkiezin
gen steeds een geringe inzinking.
Het aantal mannen liep terug met 395 of
met 1.04 pet., het aantal vrouwen met 67 of
met 0.42 pet.
Een Koninklijk Besluit van 12 December
1928 stelt uit overweging dat het wensche-
lijk is voor allo burgerlijke Rijksdiensten
geldende bepalingen vast te stellen, ten
aanzien van de dienst kleedingvoorziening,
verschillende bepalingen daaromtrent vast.
In een bijlage is bepaald aan wie de ver
strekking van uniformen plaats vindt, met
vermelding van hetgeen een ieder ontvangt.
Voorts wordt aan het Besluit o.a. ont
leend:
Door den Minister van Waterstaat wordt
ingesteld een Rijkskleedingbureau, hetwelk
ressorteert onder den directeur-generaal der
Posterijen en Telegrafie.
Het verslag der vaste commissie voor de
Belastingen
Verschenen is het verslag der Vaste Com
missie voor Belastingen inzake het ontwerp
tot verlaging van den accijns op gedistil
leerd en van dien op houtgeest, alsmede
van het specifieke recht, dat in verband met
die accijnzen, volgens de Tariefwet 1924 ge
heven wordt van sommige producten.
Een minderheid in de commissie bleek zich
met 't ontwerp niet te kunnen vereenigen.
Naar haar meening zal, evenals elke verhoo
ging van den accijns op het gedistilleerd het
verbruik heeft doen terugloopen, de voorge
stelde verlaging zonder twijfel een vermeer
dering van het gebruik ten gevolge hebben.
De voorgestelde maatregel zou alzoo een stap
achterwaarts beteekenen op den weg van
de vermindering van het drankgebruik,
welke in ons land reeds geruimen tijd met
zoo gelukkige gevolgen is bestreden.
De meerderheid der commissie kan zich
met deze zienswijze niet vereenigen.
Intusschen bestond bij een deel der tot
deze meerderheid behoorende leden twijfel
inzake de vraag, of inderdaad met de een
voudige regeling welke voorgesteld wordt
het doel kan worden bereikt, dat de Re
geering zich voor oogen heeft gesteld. Deze
leden achtten het zeer de vraag, of de ver
laging van den accijns wel grooten invloed
op den prijs van het gedistilleerd zal heb
ben. Naar hun meening is het lang niet uit
gesloten, dat de drankhandel de prij 11
slechts weinig zal verlagen om zelf zooveel
mogelijk te profiteeren van de vermindering
van den kostprijs welke een gevolg van de
accijnsverlaging is. Hetgeen in dit opzicht
reeds in het openbaar tot uiting is geko
men, is alleszins geschikt vermoedens in
deze richting te versterken. Geschiedt het
hierbedoelde inderdaad, dan zal het doel
van het wetsontwerp niet worden bereikt.
Immers dan zal de smokkelarij en de hei
melijke vervaardiging nagenoeg even loo-
nend blijven als zij thans is. Hetgeen met
zoodanige frauduleuze handelingen is te
verdienen, wordt slechts minder naarmate
de verkoopprijs van het gedistilleerd lager
wordt. In verband met den te dezen opzichte
gerezen twijfel verklaarden de hierbedoelde
leden het zeer op prijs te zullen stellen,
van de Regeering te mogen vernemen, of de
Lampongsche Credietbank verstrekte voor
schotten. Hij geeft de dubbele boeking van
dit bedrag toe, wat hij een onvergeefelijke
slordigheid noemt. De Officier van Justitie
wijst beklaagde er op, dat hij in 1926 de
kwitantie vernietigde en in den loop van
hetzelfde jaar ontslag vroeg. Volgens be
klaagde bestaat hiertuschen geen verband
en hij houdt vol, dat hij ook dit geld ten
behoeve van de kolonisatie heeft uitgegeven.
Hij ontkent de beschuldiging van punt 6,
verduistering van 747.50. Hij geeft toe
slordig te zijn geweest, maar het geld is niet
verduisterd. Ophelderen kan nij deze kwes
tie echter niet. De beschuldiging van de
punten 7, 8 en 9 worden door beklaagde
eveneens een gevolg van zijn slordigheid
genoemd. Punt 10, verduistering van 1144
door middel van een valsche quitantie, weer
spreekt beklaagde. Bij punt 11, verduiste
ring van"/ 13.50 en de bemanteling daarvan
door een valsche kwartaalverantwoording,
erkend beklaagde de kwitantie opgemaakt
te hebben in strijd met de waarheid, maar
hij ontkent de verduistering.
Anea seint uit Batavia:
De heer K. A. R. Bosscha heeft aan de
Nederlandsch-Indische Sterrenkundige Ver
eeniging 300,000 gelegateerd, onder meer
ten behoeve van de exploitatie van de te
Lembang gevestigde Bosscha-sterrenwacht,
onder directie van genoemde vereeniging.
Nu het uitgebreid instrumentarium na
genoeg geheel bedrijfsklaar is, is het, met
het subsidie van het gouvernement en het
provenu uit het belegde stamkapitaal, moge
lijk, zij het dan ook op bescheidener schaal,
dan waarop in de toekomst gehoopt was,
een aan haar doel beantwoordende exploita
tie te kunnen volbrengen.
In Spanje zullen waarschijnlijk binnenkort
..Catacomben'-posbzegels uitgegeven wor
den, waarop naast het portret van den ko
ning van Spanje ook de beeltenis van Z. H.
den Paus zal staan.
De postzegels zullen in Toledo en in Sint
Jacob de Compostella verkocht worden. De
opbrengst zal besteed worden om de op-
gravingswerken te bekostigen in de Cata
comben van de H.H. Damasous en Praeten-
tatus.
Dit was ook, volgens dé Msb., de reden,
dat men besloten heeft, om naast de beelte
nis van den koning ook de beeltenis van
Paus Pius XI op deze postzegels aan te
brengen.