LEEKEPREEKEN
BUREAUX: NASSAULAAN 49.
dit
NUMMER BESTAAT UITVIER BLADEN
MAANDAG 31 DECEMBER 1928
TWEE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17044
.NGIFTfc MOEI, OP STRAFFE VAN VERLIES VAN AL' F RECHTEN. AFSCHIEPEN IJITERLIJK DRTEr-" AI
bi) verlies van een hand, f|OC bij verlies van een f Cf|
een voet of een oog; i ILd.' duim of wijsvinger; ld U." been of arm
bij 'n breuk van f i. n bij verlies v. een
1 4U."anderen vinger.
VIER EN TWINTIG UREN NA HET ONGEVAL.
Terugblik op het oude jaar
De werkloosheid in
het Bloembollen-
bedrijf
Gediplom. R.K. Kraamver
zorgsters en leerling
kraamverzorgsters
Inbraak
Priester-jubilea 1929
Voornaamste Nieuws
0
Barometerstand 9 uur v.m. 7.49. Vooruit.
J. J. WEBER ZOON
Groote Houtstraat 166 Haarlem
VbsC. Jm
Het Kerstvliegtuig te
Batavia aangekomen
Audiëntie
Telefoon No. 13866 {drie lijnen)
Postrekening No. 5970.
jl<"NEMENTEN: voor Haarlem en
-ntschappen: per week 25 ct.; per
"Wartaal 1 3.25; per post, per kwartaal
f 3-58 bij vooruitbetaling.
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
t ADVERTENTIE* 35 ct. p. regejfr
VRAAG. EN AANBOD.ADVERTEN
TIES, 1 4 regels 60 ct. p. plaatsing;
elke regel meer 15 ct., bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusschen den tekst 60 ct. per regel,
tegen ongevallen verzekerd voo^eenT derVvolgende^'uitkeerineen- 1 3000 - ge-ieeie uu^cuiKuieiü doc werken door fycfj oy een ongeval met n
keermgen. 1 uuUU. verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; I /3U.~doodelyken afloop; 1 ZciU.
268.
SYLVESTERAVOND.
Het verschijnsel van het verouderen van
°hs zelf en van de menschen en dingen
rondom ons en het streven naar verjonging
en vernieuwing houdt de meesten onzer
'ederen-dag-weer-aan veel meer bezig d'an
Wij ons zelf wel bewust zijn.
Herhaaldelijk kunnen we ons zelf er op
betrappen te praten of in ons zelf te mij
meren over het feit, dat wij al zóó oud
zijn; dat het leven toch zoo snel voorbij
gaat; dat de kinderen zoo snel en zoo on
merkbaar opgroeien; dat wij gehecht zijn
aan oude, meerendeels waardelooze dingen;
dat wij anderzijds kinderlijk blij kunnen
zijn met een nieuwe woning, met nieuwe
meubelen, ja met een nieuwen wandkalender.
Wat nieuw is, trekt ons dikwijls aan, heeft
bekoring, ja verblindt ons; het oude kan
ons dikwijls vervelen en afstooten. Omge
keerd kan het nieuwe ons ook afschrikken
terwijl wij aan het oude krampachtig vast
houden. En heel vaak zal blijken, dat die
trek naar het nieuwe louter nieuwsgierigheid
of ijdelheid is; de afkeer van het oude
lichtzinnigheid en onnadenkendheid; dat
anderszins de vrees voor het nieuwe lafheid
en zwakheid, de gehechtheid aan het oude
sleur en gebrek aan moed was om met ener
gie nieuwe paden te betreden.
Zóó beheerscht het oude en nieuwe ons
leven. Er wordt in onze dagen heel veel
gepraat over een nieuwen tijd, die komen
gaat, die komen moet. Geen courant of
tijdschrift kunt gij ter hand nemen, geen
redevoering hooren, of de schrijvers en
sprekers hebben het over onzen „overgangs
tijd." Het heet, dat wij in de wording van
nieuwe dingen staan. Hoe onze toekomst er
uit zal zien, in welk een tijd en onder welke
maatschappelijke vormen onze kinderen en
kindskinderen zullen leven, staat allen nog
slechts heel vaag of nog In het geheel niet
Voor den geest. Maar dat het aanschijn der
aarde totaal zal .veranderen, dat staat naar
de voorgangers onzer publieke meening vast.
Wie over een goed geheugen beschikt, die
zal zich herinneren, dat wij hetzelfde al in
het begir. van deze, ja in het einde der vo
rige eeuw gehoord hebben, al was het
minder algemeen en waren er toen nog niet
zooveien, die anderen napraatten. Toen is de
groote oorlog gekomen en in stede, dat daar
na de picfeten der nieuwe eeuw opstonden
en tnomfantelijk uitriepen: „Ziet, wij heb-
bij het voorzegd: daar zou een andere tijd
komen welnu, hier is uUl" begonnen ,zh nog
veel ha:der dan vroeger te roepen: „er za'.
een nieuwe maatschappij komen; zij is in
wording; wij staan on den drempel!"
Goede heeren, ouderen met een scherp
geheugen, durven u in waarheid zeggen, dat
wy al veertig jaar op uwen drempel staan;
wanneer gaat de poort nu eindelijk eens
open?
Of wij dan de groote veranderingen tus
schen deze en de vorige eeuw niet zien? Of
ons dan de groote omwenteling, door der.
wereldkrijg in het openbare en het bijzon
dere leven aangebracht, ontgaat? Neen; na
tuurlijk niet! Wat wij zeggen willen is dit;
dat te veel naar de toekomst als naar een
ander land wordt gekeken; dat te veel de
indruk wordt gewekt, alsof wij, zooals de
joden in de woestijn na een zwerftocht van
jaren een oord zullen binnen gaan, over
vloeiend van melk en honing. Het verleden
kan ons veel leeren. Ook toen zijn er groote
veranderingen geschied; onze westersche
landen hebben volksverhuizingen gekend;
•ca tijdperk van lijfeigenschap, van worste
ling van boeren en knechten naar een staat
van vrije burgerschap; er waren perioden
van oorlog, van hongersnood, van ziekten,
die duizenden wegvaagden; er waren tijd
perken van vrede en welvaart of van weel
de door oorlog, verovering en ontdekking.
Maar nooit heeft er iemand of eenlg ge
slacht geleefd, dat op een goeden dag zeide:
Ziet, daar is de nieuwe tijd; daar is het
lang verwachte! Al onze voorouders en alle
voorgaande geslachten zijn gestorven zooals
de mensch, de enkeling nu nog sterft; wan
neer hij een hoogen leeftijd bereikt, dan ziet
hij terug op een langen weg. HU heeft veel
afwisseling gezien; er is veel veranderd
sinds zyn jeugd. Maar het verschil kan hij
slechts constateeren, door zijn vage jeugd
herinneringen te vergelijken met wat hij nu
om zich heen ziet. Alles is geleidelijk ge
gaan; de wUzers van den grooten tijd zijn
nooit met een ruk verzet. Er was steeds
ontwikkeling en wel zoo goed als on
merkbaar. En wanneer hü' wel eens hoorde of
las van verre landen, waar heethoofden met
geweld veranderingen aanbrachten, betee-
kende dit altUd zooveel als een natuurramp.
Dat is de historie, dat is de tijd: wU
Praten over wording en vernieuwing; wij
wachten op groote dingen, die komen gaan,
die komen moeten; en eer wij het zelf
weten, zijn de veranderingen over ons heen
gegaan, zitten wü midden in het nieuwe
land; staan wy boven op den berg en gaan
weer de helling af. Meent gij, dat ooft
een der groote Oost-Indiëvaarders, die het
begin van onze gouden eeuw heeft helpen
Inluiden, zich is bewust geweest van den
fHeiiwen tijd, die voor zyn land aanbrak?
Eerst toen de welvaartzon op haar hoogte -
Punt had gestaan en al weer ging tanen
toen werd men zich bewust van de groote,
stoffelijke veranderingen, welke de ontdek
kingen en de moed der zeevaarders in het
land gebracht hadden. Het tweede en derde
geslacht teerde op de vruchten der ouderen,
genoot van de weelde en de kunstenaars ver-
heerlykten een gouden tyd, die in zich ai
weer de kiemen van een gansch anderen
droeg.
Zóó zal het ook ons gaan: latere historie-
schryvers zullen gewagen van dezen tijd, als
van een nieuw tydperk met een eigen aan
zien en onze kinderen en kindskinöesen
zullen al weer in een geheel andere periode
treden, terwijl zy vergeefs wachten op de
nieuwigheden, die wij voorspellen en die wy
al reeds onbewust zelf doorleven.
Ziedaar een punt van meditatie op dezen
nieuwen Sylvesteravond, dien God ons be
leven laat. Wat zegt deze gedachte ons?
Dit, dat wij niet te veel moeten kyken en
smachten naar wat voorby ging en voora'
niet te veel moeten mijmeren over de toe
komst, Het verleden is voorbijonherroe
pelijk. Wij kunnen er slechts lessen uit trek
ken; er iets van terugnemen, er lets in
veranderen kunnen wy niet. De toekomst
hebben wij niet in onze hand. Evenmin als
de bewakers van de sterrewacht ons het
weer langer dan een etmaal vooruit kunnen
voorspellen, terwijl zy daarin zelfs nog vaak
dwalen; evenmin zijn er profeten, die de
toekomstige maatschappelyke constellatie of
de wending van het geestelyk leven der
volkeren kunnen aangeven. De toekomst is
in Gods hand; wij kunnen ze slechts voor
bereiden, er een goeden of slechten bodem
voor leggen; iedere berekening is een specu
latie zonder vaste gegevens; een slag in de
lucht, dus een vry ijöel spel. Wat wij heb
ben, dat is het oogenblik, iederen nieu
wen dag, dien de Schepper ons geeft. Dat is
de tijd, als een weldaad Gods. En het gaat
er slechts om dat gouden oogenblik, ons we
zenlijk bezit, goed te besteden. En o, wat
gaan er in ons leven ontelbare kostelyke
oogenblikken verloren. Wy zullen nu niet
spreken over het verlies aan tijd door be
wuste verspilling, van kostbare uren, door
onzinnig en ongepast vermaak, door dwaas
heden, die wy heel onwaarachtig ontspan
ning noemen en die ons lichaam sloopen en
onzen geest verlagen. Dat misbruik spreekt
geheel voor zichzelf en wie bij het afsluiten
van zyn jaarrekening, bij het opmaken van
den balans van kostbare uren, hem een vol
jaar gegeven, heden tot de slotsom komt,
dat daaronder een groot aantal improduc
tieve, slecht bestede uren zijn, die heeft zich
zelf wel een bitter verwyt te maken. Want
de tijd is een kostbaar bezit; een jaar is
een groot stuk van een kort leven, van welks
gebruik een eeuwigheid afhangt.
Neen; wij willen thans eens wijzen op de
veie onbewust slecht bestede uren. Er gaat
zooveel tyd' verloren met ydel gepieker en
gepraat en geschrijf over de toekomst, die
nog in nevelen hangt. Vooral na den groo
ten oorlog loopen er nog duizenden en dui
zenden rond met de verwachting: dat het
zóó niet blyven kan; dat er een andere tyd
zal komen. Zy zien scheeve verhoudingen
op menigerlei gebied; er is opeenhooping van
kapitaal hier; een opvoering- van produc
tie daar; groote werkloosheid ginds, gebrek
aan krachten elders. Zoo zUn er in het
maatschappelijk leven honderden verschUn-
selen, die de aandacht trekken, om verbete
ring roepen. En ieder, die aan ware ver
betering kan en wil meewerken, doet goed.
Maar laten wU er wel van overtuigd zijn,
dat die verbetering er niet komt door veel
ijdel gepraat en gefilosofeer; nog minder
door speculaties op een toekomst, die er ze
ker anders zal uitzien, dan wy ons voor
stellen; en vooral, laten wij niet wanen,
dat daar achter een nevelgordijn een be
loofd land ons wacht. Onze taak en onze
roeping is het oogenbl'ik te benutten,dat
God ons te leven geeft, ieder in zyn staat
en stand, te benutten op de beste manier,
naar plicht en omstandigheden hem voor
schrijven. Want ons leven is 'n aaneenscha
keling van oogenblikken. Wanneer wij onze
oogenblikken goed gebruiken, dan bouwen wij
een goed leven op en van ons leven hangt
onze eeuwigheid af. Dat is nog altyd de
oude waarheid, welke Christus in Zyn Kerk
voor 19 eeuwen opnieuw aan de mensch-
heid zijn komen inscherpen en welke maar
ai te veel uit het oog wordt verloren. Het
oogenblik is ons eigendom, ons kostbaar
bezit. Carpe diem! Pluk uw dag, vermaande
al de oude wijsgeer en het blijft in christe-
lyken zin onze hoogste wet, de samenvat
ting van alle goddelyke en kerkelijke ge
boden: onzen tijd, onze oogenblikken, ons
leven goed, dat is volgens Gods wil te be
steden.
Daarom weg met het oude en de gehecht
heid aan het verleden in zooverre het ons
hindert om voort te gaan op den ons aan
gewezen weg; daarom weg met alle Udele
bespiegelingen, verwachtingen en speculaties
op een toekomst, die niet wU in de hand
hebben, maar die in Gods hand ligt. Als
straks de twaalf slagen van de klok het
oude jaar uit en het nieuwe inluiden, dan
begint een nieuw jaar voor ons te tellen
met oogenblikken, mét uren, met minuten.
Laten wij deze door goed gebruik als een
kostbare keten aaneen smeden; wy we
ten niet hoeveel van die jaren, zelfs niet,
hoeveel van die uren ons nog zyn toebe
deeld. Wy kunnen slechts beschikken over
die, welke wy in de hand hebben. Laten
wij dat zóó doen, als aan ernstige christe
nen past, die de waarde van het korte leven
begrypen, als rentmeesters, die rekenschap
zullen moeten geven. En laten wy deze ge
dachte begrijpen in onzen ouden, christely-
ken wenseh: Zalig Nieuwjaar!
HOMO SAPIENS.
Moeizaam torsend al die uren,
Al die dagen van het jaar,
Trekt de grijsaard eind December
Eind'lijk naar zijn doodenbaar.
Wat hy bracht, dat oude heertje,
Dat zy hier in 't kort herdacht
En dan past vooreerst 'n dankje
Dat hij welvaart heeft gebracht.
Vrij van oorlog, revolutie,
Had de nandel steeds vry baan,
Kan de landbouw welig bloeien,
Op 'n hooger winstplan staan
Welvaart was er allerwege
Hecht en sterk was weer de band
Met het rood-wit-blauw-oranje,
Ons vorstin van Nederland.
Bracht dit jaar d'Olympiade,
Niet een opbloei, ongekend,
Is er één soms in ons landje,
Die het Stadion niet kent?
Echte volbloed waterratten
Zijn we altijd al geweest,
In den hoofdmast ging de vlag weer
Op het wereld-sporten-feest.
Hulde ook aan onze ruiters,
Aan de menschen, van de daad,
Die bewezen, dat een kaasboer,
Hooger dan een kaasje staat.
Doch dan dien ik hier te noemen,
Jongens van een Jan de Wit,
Die door moedig reddingswerk.
Toonden, moed en durf en „pit".
In de woeste najaarsstormen,
Was de Dorus Rijkers klaar.
Om de zee te gaan bekampen
Voor hun broeders, In gevaar.
Eén zoo dapp're zoon van Holland
Liet het leven in de zee,
't Was een slag, maar ieder leefde,
Met het droef gebeuren mee.
Voor de mannen, omgekomen.
Met de schepen aan de kust,
Past hier slechts een stil herdenken,
Pax et quies vrede, rust.
Het verkeer met Insulinde
Ging een grooten stap vooruit,
Zesmaal vloog een Fokker-vliegtuig,
Met de mail naar Indië uit.
En daar heb je Sjef van 'Dongen,
Die als Poolheld werd vereerd,
Menschen redden, had de jongen,
Hier in Holland wel geleerd!
In den Zuid-Oosthoek van Drente
Woedde brand met bruut geweld,
Och, we zUn het haast vergeten,
't Is er nog niet welgesteld.
Rotterdam en de Nenijto
Waren dezen zomer één,
Wie er maar de kans kon krijgen,
Ging er met familie heen.
Haarlem moet zyn gryzen Bischop,
Noode brengen naar het graf,
Maar in 't gebed wordt niet vergeten,
Hij, die zooveel liefde gaf.
We zyn blijde met den Kerkvorst,
Onzen Bisschop Aengenent,
Nieuwen Dioceesbestuurder,
Zeer gevierd en welbekend.
Groote mannen zyn gevallen,
In het afgeloopen jaar,
Lorentz, Toorop, nooit vergeten
Wij, dit edel menschenpaar.
Moeizaam torsend al die uren,
Al die dagen van het jaar,
Trekt de grysaard eind December
Eind'lijk naar zijn doodenbaar.
Kijk, daar staat een heel klein ventje,'
Met een leuken jongenslach.
Welkom, Nieuwjaar, in ons midden!
Welkom, eerste Nieuwjaarsdag.
W.
De Diocesane Vakbond van R. K. Patroons
in het Bloembollenbedryf in het Diocees
Haarlem, de Christelijke Patroonsvereeniging
voor de Bloembollenstreek, de Bond v. Werk
gevers in het Bloembollenbedryf, de Ned.
R. K. Bond van Bloemist-, Tuin-, Veen- en
Landarbeiders, de Ned. Christelijke Land-
arbeidersbond en de Ned. Bond van Arbei
ders in hec Landbouw- Tuinbouw- en Zui-
velbedryf, hebben aan de Werkgevers in het
Bloembollenbedryf een circulaire van den
volgenden inhoud gezonden:
Op de laatst gehouden bijeenkomst van de
besturen der Patroons- en arbeidersorgani
saties in ons bedrijf is o.m. de werkloosheid
besproken, welke ook dezen winter weer zeer
groot dreigt te worden.
-Hoe men ook over de oorzaken van deze
seizoen-werkloosheid moge denken, vast
staat in elk geval, dat het niet alleen in het
belang is van de betrokken arbeiders, maar
ook in het belang van ons bedrijf, wanneer
deze tot de kleinst mogelijke proporties
wordt teruggebracht.
In algemeenen zin genomen is de bedrijfs-
toestand niet ongunstig te noemen, waaraan,
de besturen van bovengenoemde organisaties
de vrijheid meenen te mogen ontleenen om
er bij de werkgevers op aan te dringen, zoo
veel mogelyk werk te laten verrichten tijdens
het z.g. slappe seizoen.
Wanneer allen iets doen, om de werkge
legenheid te verruimen en zij zijn over
tuigd, dat er met goeden wil zeker wel iets
kan gebeuren zal dat stellig een niet on
belangrijke verbetering geven en zullen vele
huisgezinnen voor de moreele en materieele
inzinking welke bijna steeds aan de werk
loosheid verbenden is bevrijd blijven.
De besturen van bovengenoemde organi
saties vertrouwen dan ook, dat u aan hun
verzoek gevolg zult geven en voor zoover dat
mogelyk is in het komende seizoen die werk
zaamheden welk daarvoor redelijkerwyze
in aanmerking komen, zult doen verrichten.
Ons bedrijf kan op den duur zeker niet
gebaat zijn met een zoo omvangrijke werk
loosheid, waarin toch op een of andere wijze
moet worden voorzien.
Om bovengenoemde redenen, welke nog
wel met meerdere waren aan te vullen, mee
nen zij dan ook op uwe medewerking in
deze te mogen rekenen.
Langs dezen weg richten wU aan alle ge
diplomeerde RK. Kraamverzorgsters en
Leerling-Kraamverzorgsters het verzoek op
Woensdag 23 Januari a.s. 's avonds om half
acht te Rotterdam, Goudsche Singel 203,
een vergadering bU te wonen speciaal met
het d'oel een NED. BOND VOOR R.K.
KRAAMVERZORGSTERS op te richten.
Belanghebbenden, die voornemens zyn de
oprichtingsvergadering bij te wonen, wordt
verzocht hiervan kennis te geven aan het
Centraal Bureau der R.K. Kraamverzorging
Goudsche Singel 203, Rotterdam, waar
schriftelijk inlichtingen kunnen word'en aan
gevraagd.
Het bestuur van de R.K. Kraam
verzorging.
De dieven in hun werk gestoord.
Zaterdagnacht bemerkte de landbouwer v.
d. M. wonend'e aan den Schinkeldijk te Rijk
in Haarlemmermeer, dat ongenoode gasten
zijn woning waren binnengedrongen.
Door het lawaai dat v. d. M. maakte, zyn
de indringers blykbaar zoo geschrokken,
ü'at zij ijlings het hazenpad kozen.
Er wordt niets vermist. De politie stelt
een onderzoek In.
JUBILARISSEN IN 1929 IN HET BISDOM
HAARLEM
50-jarige
17 Augustus
Mgr. dr. A. H. L. Hensen, te 's-Gravenhage.
H. C. Maat, Pastoor te Oudorp.
H. A. V. Yzermans, Pastoor te Heemstede.
40-jarige
15 Augustus
Rector C. F. A. Huilman, te Amsterdam,
St. Nic. Gest.
Pastoor A. A. W. Waterreus te Haastrecht.
Th. F. Ebbinkhuysen, te Hillegom, Em. Re
gent van Hageveld.
A. F. Suidgeest, Pastoor te Hem en Ven
huizen.
W. J. V. Turnhout, Pastoor te Soetermeer.
J. W. J. Thompson, Pastoor te Nibbix-
woude.
J. Th. Lagerwey, Pastoor Amsterdam O.L.
V. Onb. Ont.
A. H. J. Verberne, rust. Pastoor te Over-
veen, Duinrust.
25-jarige
15 Augustus
J. W. Brouwers, Pastoor te Tholen
J. J. J. Noordman, Aalmoezenier te 's-Gra
venhage.
J. A. M. Brinkman, Pastoor te Moordrecht.
P. H. Meynema, Pastoor te Amstelveen.
C. W. v. Mierlo, Pastoor te Voorburg, O. L.
Vr. Hemelvaart.
H. Caarls, Pastoor te Rotterdam H. Nico-
laas. t
C. N. J. Meysing. Pastoor te Wassenaar.
Goede Herder.
C Wynker, Pastoor te Zandvoort.
L. J. Schalke, Pastoor te Vogelenzang.
Th. M. P. Bekkers, Rector te Voorschoten.
J. M. J. Boel, Rector te Alkmaar, Huize
St. Augustinus.
H. B. P. Drenth, Pastoor te Rotterdam, H.
Willibrordus.
J. J. H. Raken, Pastoor te Oude Wetering.
M. Th. Vinck, Pastoor te Anna Paulowna.
21 December
Pastoor B. M. J. v. Rooy, te Halfweg.
Pastoor H. J. Vonk, te Tuitjenhorn.
12 -jarige
15 Februari
A. J. Bekkering, kap. te Rotterdam, H-
Barbara.
A. A. v. d. B?rg, kap. te Alkmaar, H. Lau-
rentius.
Th. N. M. M. Boonekamp, kap. te *s-Gra-
venhage, H. Joseph.
H. J. C. v. d. Burg, kap. te Rotterdam, H-
Willibrordus.
H. M. Brandehof, kap. te Amsterdam, H.H.
Petrus en Paulus.
P. v. Diepen, kap. te Vlissingen.
J. M. Halkes. Rector té Vlissingen.
C. J. Hesp, kap. te Noordwyk.
B. C. Bosman, kap. te Rotterdam, H. Lau-
rentius.
G. J. Kemperman, kap. te Leiden, H. Pe
trus.
C. M. Mol, te Rotterdam, H. Nicolaas.
J. H. Niekel, prof. Seminarie, Warmond.
L. H. Oudejans, kap. te 's-Gravenhage,
H. Sacrament.
J. E. Pynaker, kap. te Hillegom, H. Mar-
tinus.
W, J. Polder, kap. te Delft, H Sacrament.
R J. J. Reynen, kap. te Rotterdam, H.
Lambertus.
W. A. G. v. Rhijn, kap. te Amsterdam, H.
Catharina.
J. G. A. Saraber, kap. te Hoorn.
A. J. v. Schaik, kap te Heemstede, H. Bavo.
D. Schoenmaker, kap. te Hillegom, H.
Martinus.
P. M. Simons, kap. te 's-Gravenhage, H.
Joseph.
J. D. Sistermans, kap. te 's-Gravenhage,
H. Joseph.
H. Ulleman, kap. te Amsterdam, H. Gerar-
dus Majella.
S. A. J Vloothuis, kap. te Dordrecht, H.
Bonifacius.
A. J. C. Melchers, Regent R K. Kweek
school te Beverwyk.
50 jaar priester: op 17 October:
Zijne Eminentie Kardinaal van Rossum,
geb. te Zwolle, Kardinaal-Prefektt van de H.
Congregatie der Propaganda te Rome.
25 jaar professiefeest op 2 Juli:
By gelegenheid van het as. jubileum van
de Koningin-Moeder zal een gala-diner ten
hóve worden gegeven.
Het vliegtuig P.H.-A.E.N. te Batavia aan.
gekomen.
Generaal Snijders Zaterdag uit Indië te
ruggekeerd.
Oud-minister dr. de Visser zendt namens
de regeering een radio-telegrafischen groet
uit aan Oost. en West-Indië.
Loonopzeggingen in de Duitsche metaal
industrie.
De politieke spanning te Parös. Wat zat
Poincaré doen?
OPTICIENS FABRIKANTEN
Licht op. De lantaarns moeten morgen
worden opgestoken om 4,27 en overmorgen
om 4.28.
De P.H.-A.E.N. te Batavia aangekomen!
In ovaal: de bemanning van het vliegtuig: de heeren Duimclaar, FrUns en Bruinestein
BATAVIA, 30 December (Aneta). Het post
vliegtuig, heden uit Palembang vertrokken,
arriveerde hedenmiddag alhier.
Op Nieuwjaarsdag zal Z. D. H. Monseig
neur J. D. J. Aengenent bezoek ontvangen
van E.E. Zusters en Leeken van 121 uur en
van de Eerw. Geestelijkheid van 1—2 uur.
Hoogeerw. pater dr. Dom. Romualdus Wol-
ters, geboren te Boeket (Duitschland), Abt
der abdij St. Benedictusberg te Vaals (L.)
25 jaar professiefeest: 20 Augustus:
Hoogeerw. Pater Dom. Franciscus Jans-
sens, geb. te Tilburg, Generaal Abt der Pa
ters, Cisterciënsers, te Rome.
60 jaar priester: 10 Augustus:
Zeereerw. heeren H. van den Berg. geb.
te Harmelen. pastoor te Sensmeer (Blauw
huis) en A. A. Hogenboom, geb. te Gouda,
pastoor te Rhenoij.
Op 15 Maart is het 25 jaar geleden dat de
Hoogeerw. heer Mgr. Dr. A. C. M. Schaep-
man, te Zwolle, president van het Seminarie
Rijsenburg, werd benoemd tot kanunnik van
het Metropolitain kapittel van het Aartsbis
dom Utrecht.
40 jaar priester op 15 Juni:
Z.D.H. Mg-r. G. C. G. A, Drossacrts geb. te
Breda, bisschop van San Antonio, Texas V.S.
40-jarig kloosterfeest: 17 November:
Z.D.H. Mgr. Godefr. Frederix geb. te Af-
ferden (Limb.), Vicaris Apostolicus van Z.
W. Mongolië en Z.D.H. Mgr. Ev. ter Laak
geb. te Didam, Vicaris Apostolicus van Mid-
den-Mongolië.
24 Juli: Prof. dr. J. J. van Beurden, geb.
te Kaatsheuvel, Dioc. Adviseur van den R.K.
Middenstandsbond, voorzitter van den R. K.
Middcnstandsbedrijfsraad, professor m de
Philosophic, Abdij van Beme, te Heeswijk
50 jaar priester: 30 Maart: Z. D. H. Mgr.
Conr. Abels, geb. te Weert, Vicaris Apostoli
cus van Oost-Mongolië (China).
25 jaar pastoor op 12 Maart:
Zeereerw. heeren J. St. van Buchem, geb.
te Haarlem, achtereenvolgens pastoor te
Oud-Vossemeer, Hoogwoud en RUswijk; en
J. Groense geb. te 's-Heerenhoek, achtereen
volgens pastoor te Brielle en Wateringen.
Op 27 Mei: Zeereerw. heeren D. F. W. Pi-
chot, geboren te Delft, achtereenvolgens pas
toor te Hellevoetsluis, Haarlem (H. Joës de
Dooper) en Amsterdam (H. H. Petrus en
Paulus); en H. J. v. d. Ven, geb. te 's-Heeren
hoek, 25 jaar pastoor te Schevenlngen (H.
Antonius Abt.)
Op 28 Juni: Zeereerw. heeren C. J. A.
Borsmoom. geboren te 's-Gravenha4ge, ach
tereenvolgens pastoor te „Kalf", Zaandam
en te Hoogmade. In laatstgenoemde parochie
is de zeereerw. heer Borsboom tevens 12 A
jaar pastoor op 16 Maart; en J. van der
Horst, geb. te Heemstede, 25 jaar pastoor te
Loosduinen
Op 25 Juli: Zeereerw. heer J. G. van der
Weiden, geb. te Heemstede, 25 jaar pastoor
te Volendam.
Op 16 October: Zeereerw. heer G. Hak
keling, geb te Noorden, achtereenvolgens
pastoor te Anna Paulowna en te Reewijk.
15 Dec.. Zeereerw. heer G. Daalmans, ge
boren te Gouda, achtereenvolgens pastoor
te Hoek van Holland en Boskoop.
12'A jaar pastoor:
Op 16 April: Zeereerw. pater F. M. Megens
(O.F.M.) geboren te Wychen, 12 >4 pastoor te
Woerden.
21 April: Zeereerw. heeren G. J. Duyvestei!
geboren te Leidschendam, 12'A jaar pastoor
te Rotterdam (H. Hildegardis) en G. J. van
Oost.waard. geboren te Amsterdam, 12 y2 jaar
pastoor te Lambertschagen.
I Juni: Zeereerw. heer J. H. F. Root, geb.
te Leiden, pastoor te Scheveningen (H.H.
Martelaren van Gorcum).
9 Juni: Zeereerw. heer H. A. J. M. Quant,
geb. te Gouda. \2A jaar pastoor te Noord-
wykerhout.
Op 22 Juli: Zeereerw. pater C. Haaner»
O.F.M., geb. te Arcen en Velden (L.) 12 A
iaar pastoor te Rotterdam (H Antonius van
Padua).
19 Augustus: Zeereerw. heer Th. J. Gielen,
geboren te Rotterdam, 12'j jaar pastoor te
Lutjebroek.
30 September: Zeereerw. heer J. C. Vasse,
geb. te 's-Gravenhage, 12A jaar pastoor te
Den Hoorn.
7 October: Zeereerw. heer H. Verdegaal,
geboren te Vogelenzang, 12 A jaar pastoor te
Diemen.
II November: Zeereerw. heer L. J. Willen-
borg, geb. te Zaandam, 12 A jaar pastoor te
Bloemendaal.
60 jaar priester: op 15 Augustus: Hoogeem
heer mgr. W. van Stee, geb. te 's Heerarends.
kerke, rector van het gesticht „St. Antonius-
hoeve" te Voorburg.