Binnenlandsch Nieuws
k
Gemengd Nieuws
FEUILLETON
VIERDE BLAD
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
ZATERDAG 5 JANUARI 1929
BLADZIJDE 1
Het gouden jubileum van
H.M. de Koningin Moeder
Het kiesreglement
Een
Poolsche onderscheiding
Minister Kan naar Drente
Herdenking van de Unie
van Utrecht
Roodvonk aan boord van
het s.s. Prins der Neder
landen
De uitvoer van eieren
naar Engeland
Bijeenkomst der
R. K. Indischgasten
De toestand van het
kamerlid Dobbelman
Th. G. A. M. Spierings f
Het Rijkswegenreglement
Dé uitlevering van
Liebermann
De kwestie aan de gas
bedrijven te Roosendaal
FINANCIËN
Een Spaarbankstatistiek
1927-1928
f 6000 verduisterd
Hoog water in de groote
rivieren
Een mislukte manoeuvre
Jeugdige dieveggen
Een kostbare bontmantel
gestolen
Een noodlanding
Een geheele school ziek
Is het in Europa werkelijk
koud
Een paard van 44 jaar oud
Gevaarlijk speelgoed
Drijfijs in onze binnen
wateren
MARCIA DE LAUBLY
Een feestelijke bijeenkomst te 's-Gravenhage
Bij gelegenheid tan. 't gouden jubileum van
H.M. de Koningin-Moeder had gisterenavond
in het gebouw voor Kunsten en Wetenschap
pen te Den Haag een feestelijke samenkomst
plaats, georganiseerd door de vereenigingen
„Bijbel en Oranje" en door „Bijbel, Oranje
en Nederland."
Onder de aanwezigen waren de minister
president jhr. mr. de Geer, de. ministers Lam-
booy en Beelaerts van Blokland, de oud
ministers dr. De Visser, Heemskerk, Bijleveld
en oud-gouverneur-generaal Foch, burge
meester Patijn, de gemeente-secretaris mr.
dr. Ter Pelkwjjk, Staatsraad Muller Massis,
de gouverneur der residentie luit.-generaal
Insinger, gep. luit.-generaaJ Weber, generaal
majoor Laatsman en voorts vele hoofdofficie
ren van ons leger.
Precies te acht uur betraden de Koningin,
de Koningin-Moeder, de Prinses en Prins
Hendrik met hun gevolg de Hofloge. Zij wer
den begroet met de eerste twee coupletten
van het Wilhelmus, door alle aanwezigen
staande gezongen, onder leiding van Arnold
Spoel.
De voorzitter van „Bijbel en Oranje," de
heer Spaa Jr. sprak een openingsrede uit.
De' bedoeling van deze feestvergadering is,
om met eerbied en dankbaarheid het feit te
herdenken, dat H. M. de Koningin-Moeder
nu 50 jaren te midden van ons volk heeft
verkeerd.
Op deze openingsrede volgde een langdu
rige ovatie.
Gedurende den avond sprak oud-minister
dr. J. Th. de Visser nog een feestrede uit.
De avond werd verder gevuld met zang en
muziek onder leiding van den heer Ara.
Spoeh
Het Partijsecretariaat verzocht ons mede
te deelen, dat bestellingen van Kiesregle
menten alleen din over het Partijsecre^ariaat
behoeven te loopen, wanneer de exemplaren
bestemd zijn voor R. K. Kies vereenigingen en
dus tegen den gereduceerden prijs van 5 cent
(i. p. v. 10 cent) kunnen worden geleverd.
Andere bestellingen gelieve men recht
streeks te richten tot Teulings' Uitgevers Mij.
te 's-Hertogenbosch.
Dringend wordt verzocht bij vooruitbetaling
te voldoen. Bestellingen beneden 10 exempla
ren zonder gelijktijdige betaling worden niet
uitgevoerd.
De heer A. Tuschinski, directeur van het
theater-concern A. Tuschinski, ontving van
de Poolsche regeering de eereteekenen van de
orde Polonia Restituta. Bij de nieuwjaarsont
vangst in de Poolsche legatie heeft de ge
zant, prof. Ketrzynski, den heer Tuschinski
deze teekenen overhandigd.
Op verzoek van de Vereeniging „Drenthe
Vooruit", een stichting van den Aartsdioce-
sanen R. K. Boeren- en Tutadersbond, zal de
Minister van Binnenlandsche Zaken en Land
bouw, mr. J- B. Kan, Maandag 7 dezer, verge
zeld van den heer Meyer de Vries, Rijksin
specteur voor de werkverschaffing a alge-
meenen dienst, verschalende terreinen van
genoemde vereeniging bezichtigen. De voor
zitter en de secretaris van „Drenthe Voor-
uit," de heeren baron van Voorst tot Voorst,
lid der Tweede Kamer, en Ruiter, zullen den
Minister rondleiden.
Défilé voor H.M. dc Koningin
De herdenking van de totstandkoming van
de Unie van Utrecht zal plaats hebben op 23
oanuari 1929
Des voormiddags om 11 uur zullen in het
Groot-Auditorium van de Rijksuniversiteit te
Utrecht spreken de Heeren Professor Dr. G.
W. Kernkamp en Oud-Minister Dr. J. Th. De
Visser, terwijl Coers' liederenkoor onder lei
ding van den heer J. H. Winnubst enkele
liederen zal zingen. Vanwege de Koningin is
bericht ingekomen, dat Hare Majesteit bij de
herdenking hoopt aanwezig te zijn.
Te half één zullen vereenigingen voor Hare
Majesteit op het Domplein en langs het
standbeeld van Graaf Jan van Nassau kun
nen voorbijtrekken. Te half drie 's middags
'zal het gemeentebestuur van Utrecht in te
genwoordigheid van H. M. de Koningin de
St Michaelskapel in den Domtoren geopend
verklaren in verband met het feit, dat de
herstelling van den toren gereed is gekomen
In de Domkerk zal om vier uur Dr. j. r.
rallenbach een gedachtenisrede uitspreken,
waarbij de Kon. Utrechtsche Vereeniging
vow Kerkzang en de heer F. H. Bos, organist
der Kerk, hunne medewerking zullen veriee-
nen. In het gebouw voor -Kunsten en Weten
schappen zal des avonds te acht uur een bij
eenkomst worden gehouden, waar als spre
kers zullen optreden de heeren Dr. P. H.
Ritter. hoofdredacteur van het Utrechtsch,
Provinciaal en Stedelijk Dagblad, Dr. F. C.
Gerretson. hoogleeraar aan de Utrechtsche
Universiteit, Dr. A. van de Poel, redacteur
van de Limburger Koerier, en W. P. van
Reede van Oudshoorn, Zuldafrikaansch
student aan de Handelshoogeschool te Rot
terdam Ook hier zal de heer Winnubst door
van Coers' liederenkoor den avond luis
ter laten bijzetten.
In aansluiting op. het bericht omtrent ge
vallen van roodvonk aan boord van hetj
stoomschip „Prins der Nederlanden meldt
Aneta nader uit Batavia:
De vertegenwoordiger van de Stoomvaart
Mij. „Nederland", ontving een telegram
uit Colombo van den kapitein van de „Prins
der Nederlanden", waarin deze meldde dat
aan boord van zijn schip een niet ernstig
roodvonkgeval geconstateerd was.
Hierop is de Geneeskundige Dienst ge
waarschuwd, die opdracht gaf het schip te
Sabang grondig te onderzoeken.
Hiermede is een commissie bezig geweest
met het gevolg, dat het schip vier uur op
onthoud had, maar verder te Belawan geen
belemmeringen ondervond en evenmin te
Singapore.
Ook zullen de passagiers waarschijnlijk
geen moeilijkheden ondervinden bij het de
basement te Tandjong Priok.
Medegedeeld werd nog, dat de roodvonk
patiënten geïsoleerd zijn.
Verplichte stempeling
Het Ned. Weekblad voor Kruidenierswaren
meldt, dat in verband met de straks in
Engeland verplichte stempeling van eieren,
de N. P. F. een studie-commissie in het
leven heeft geroepen, om na te gaan wat
thans ter zake in ons land moet gebeuren.
In deze commissie hebben zitting genomen
de heeren Beukers, Radenhuis, Vos, Dirks
en Klomp, resp. directeuren der Coop. Eieren-
veilingen te Roermond, Leeuwarden, En
schedé, Venlo en Arnhem.
Is het blad welingelicht dan stelt deze
commissie zich op het standpunt, dat, waar
slechts 2 pet. der eierenproductie naar
Engeland gaat, het de meest gewenschte
regeling is, dat het overige deel der produc
tie buiten de stempeling valt.
Het blad verneemt voorts uit Londen, dat
de bepalingen op het stempelen 21 April a.s.
in Engeland in werking zullen treden.
Men verzoekt ons te "willen mededeelen,
dat de eerstvolgende bijeenkomst van R. K.
Indischgasten, oud-Indischgasten en hen, die
zich binnenkort in Indië denken te vestigen,
zal plaats hebben op Woensdag 9 Januari a.s.
in „Huize Voorhout," Lange Voorhout 19, Den
Haag, des avonds te 8 uur. Zij, die deze bij
eenkomst wenschen bij te wonen, kunnen
zich in verbinding stellen met het „Katho
liek Indisch Bureau," de Carpentierstraat 153,
Den Haag.
Kolonel (die zich al lang ergert aan de
onmogelijke verhalen, die in de club als
heusche ervaringen verteld worden): en
plotseling sprong die brrruut van een tijgerrr
tegen me op, plaatste een van zijn klauwen
in m'n borrrrst, sperrrrde zijn muil wijd
open
Gezelschap: „En toen?"
Kolonel: „En toen Vrrrrat ie me op!!"
maanden reeds enkele keeren in Riga en
Helsingfors geweest in verband met het
onderzoek in de Liebermannzaak.
Naar gemeld wordt, is de toestand van
het Eerste Kamerlid, den heer P. Th. H.
M. Dobbelman, thans geruststellend.
Te Wassenaar is overleden de heer Th. G.
A. M. Spierings, burgemeester van St. Mi
chielsgestel, en lid van de Provinciale Staten
van Noord-Brabant.
Vroeger vervulde de heer Spierings een
leidende rol in de R. K. Middenstandsbewe
ging te 's-Hertogenbosch. Hij was o.a. na
eerst voorzitter der Hanze te zijn geweest,
eerste directeur der Hanzebank en begon
later een eigen kassiersbureau. Verder was
hij president der Hanze-Borgmaatschappij.
In 1920 werd hij tot burgemeester van st.
Michielsgestel benoemd.
Rijden met aaneengekoppelde voertuigen
Bij Kon. besluit is artikel 11 van het Rijks
wegenreglement zoodanig gewijzigd, dat voor
het rijden met twee aaneengekoppelde voer
tuigen op de Rijkswegen geen vergunning
meer noodig is. Het is echter verboden over
een Rijksweg te rijden,.te doen of te laten
rijden met aaneengekoppelde voertuigen, die
niet zoodanig zijn verbonden, dat zijdelings
uitwijken van een aangekoppeld voertuig
zooveel mogelijk wordt voorkomen.
Twee inspecteurs der Haagsche recherche
naar Helsingfors
In verband met het thans vaststaande
feit, dat Liebermann uitgeleverd zal wordeiV
zullen dezer dagen de inspecteurs der Haag- i
sche recherche, de heeren Van der Mark en
Hoestra, naar Helsingfors vertrekken, ten
einde den arrestant naar Amsterdam over te
brengen.
Zooals men zich herinneren zal, is de
heer Van der Matk gedurende de laaste
Rapport van de commissie van onderzoek
Zooals bekend, was door den gemeenteraad
van Roosendaal in een geheime zitting be
sloten den directeur van de gemeente-bedrij
ven, op grond van hec uitgebrachte rapport,
uit te noodigen voor 1 Januari ontslag aan'
te vragen, terwijl tevens werd besloten, tot
1 Januari de geheimhouding, van het rap
port en van de besloten vergadering te hand
haven.
Nu aan de uitnoodiging om ontslag te
nemen door den directeur niet is voldaan, is
het tot dusver geheime rapport openbaar
geworden.
De betreffende cbmmissie komt daarin tot
de volgende concessies:
Ie. Aan de gemeentebedrijven bestaan
toestanden en verhoudingen, welker besten
diging niet toelaatbaar mag worden geacht.
De inrichting van de administratie, de on
beteugelde vrijheid van handelen van den
directeur, het op vele zaken waargenomen
stempel van onnauwkeurigheid en slordig
heid, het foutief invullen van kolenstaatjes,
het gebrek aan bureau- en magazijnruimte,
de magazijnregeling, het ontbreken van de
juiste verhouding tusschen directeur en
boekhouder, vormen naast diverse andere,
zoovele onderwerpen, welke nadere voor
zieningen eischen;
2e. Dc heer P., directeur der gemeente
bedrijven, heeft van leveranciers gelden aan
genomen, waaraan het karakter van steek
penningen of retourcommissiën moet worden
toegekend.
3e. De administratie van de gemeente
bedrijven behoort geheel bijeen te worden ge
bracht, zoodat deze zal beantwoorden aan
de in het Wetboek van Koophandel vastge
stelde eischen, waaraan elke koopmansboek
houding heeft te voldoen;
4e. De controle van den controleur der
gemeentefinanciën dient zich uit te strekken
over de geheele 'administratie van de ge
meentebedrijven zoodat alle administratieve
bescheiden dien controleur steeds ten dienste
staan;
5e. B. en W. en de commissie van toezicht
op de gemeentebedrijven zijn tekort gescho
ten in hun leiding van en toezicht op de
exploitatie van de gemeentebedrijven.
Aan het coUege van B. en W. moet als
besturend college in dezen meer aansprake
lijkheid worden toegeschreven dan aan 'de
commissie van toezicht op de bedrijven,
welker taak het slechts is, B. en W. van
advies te dienen.
Na ampele overweging sprak voorts de
commissie, behoudens één lid, als haar
oordeel uit, dat:
le. den heer P. als directeur der gemeente
bedrijven dient te worden opgelegd een ver
plichting tot storting van de blijkens de
justitieele stukken door hem van leveran
ciers ontvangen gelden tot een bedrag van
6705 in de gemeente kas, zulks in een
tijdvak en op een wijze, hetzij door den ge
meenteraad, hetzij door B. en W. te be
palen;
2e. het salaris van den heer P. als direc
teur der gemeentebedrijven dient te worden
teruggebracht tot het minimum, thans voor
zijn rang bepaald, zulks voor den tijd van
vijf jaren, aan het einde waarvan de ge
meenteraad opnieuw omtrent het aan den
heer P. uit te keeren salaris een uitspraak
zal hebben te doen.
Zooals hierboven reeds opgemerkt, be
sloot de Raad in zijn geheime zitting, begin
December, in afwijking van het voorstel der
commisssie in het rapport, den directeur uit
te noodigen voor 1 Januari ontslag aan te
vragen, nadat de conclusies van het rapport
met 12 tegen 3 stemmen waren verworpen.
Het voorstel inzake ontslagaanvrage werd
daarop met 14 tegen 1 stem, die van wet
houder Konings, aangenomen.
Het saldo toegenomen met 32 millioen
Nog in het laatst van het vorige jaar
heeft het Centraal Bureau voor de Statis
tiek een spaarbankstatistiek in het licht
gegeven, waarvan de gegevens betrekking
hebben op het boekjaar, geëindigd op eeni-
gen datum liggende tusschen 1 Juli 1927 en
30 Juni 1928. Ter vergelijking zijn ook ge
gevens over het daaraan voorafgaande jaar
alsmede over 1921, in de statistiek opgeno
men. Een retrospectief overzicht, waarin de
groei van de Rijkspostspaarbank en de par
ticuliere banken" zich ai'teekent, gaat echter
tot 1900 terug.
Evenals haar voorgangster beperkt de
statistiek zich tot de gegevens, welke in eco
nomisch opzicht het meest van belang moe
ten worden geacht. Nieuw daarin opgeno
men zijn eenige cijfers betreffende de be
roepen der nieuw toegetreden inleggers bij
een aantal particuliere banken.
Uit de statistiek blijkt, dat in de laatste
jaren het saldo-tegoed bij de particuliere
spaarbanken meer toenam dan bij de Rijks
spaarbank. Dientengevolge wérd de voor-
sprohg van laatstgenoemde op het einde
van 1927 bijna geheel ingehaald. Het saldo
tegoed bij 281 particuliere spaarbanken, die
zoowel over 1926 als over 1927 gegevens
hebben verstrekt, nam toe van rond 300
millioen tot ƒ324 millioen, alzoo met ƒ24
millioen (8 pet.). Daartegenover staat in
deze jaren een toeneming van het saldo
tegoed bij de Rijkspostspaarbank van rond
321 millioen tot 329 millioen, alzoo met
8 millioen (2.6 pet.). Neemt men de Rijks
postspaarbank met de particuliere instellin
gen samen, dan blijkt het saldo-tegoed te
zijn gestegen van 621 millioen tot 653
millioen, alzoo met 32 millioen (5.2 pet.).
Hierbij neme men in aanmerking, dat de
bevolking op 31 December 1927 tegenover
den laatsten dag van 1926 eene vermeerde
ring van 1.3 pet. aanwees. In alle provin
cies nam het saldo-tegoed bij de Rijkspost
spaarbank toe, behalve in Groningen, waar
de particuliere banken echter een flinken
vooruitgang konden boeken. Met uitzonde
ring van Noord-Brabant een provincie,
welke bijzonder hooge cijfers voor de Rijks
postspaarbank te zien geeft was de
toeneming van het saldo-tegoed bij die
instelling in alle provincies kleiner, dan bil
de particuliere banken. In het bijzonder
trekt het de aandacht, dat in de provincies
Zuid-Holland, Noord-Holland en Groningen
het saldo-tegoed dezer banken niet onbe
langrijk toenam en wel met resp. 7.7
millioen, 4.8 millioen en 3.8 millioen, ter
wij de Rijkspostspaarbank daar slechts
toenam met 2.2 millioen, 1.8 millioen en
(in Groningen) afnam met 59.000. Ook
in de drie grootste gemeenten wonnen de
particuliere spaarbanken veld, zooals hier
uit blijkt, dat het saldo-tegoed dier instel
lingen te 's-Gravenhage, Amsterdam en
Rotterdam resp. met 3.2 millioen, 2
millioen en 1.6 millioen steeg.
Te Buurse, gem. Haaksbergen, is een
zekere van M. aangehouden, die wordt ver
dacht van verduistering van een bedrag,
groot 6000, ten nadeele van den A. B. T. B.
De man is ter beschikking van de justitie
gesteld.
Het water in Rijn en Lek is de laatste
dagen weder hard gewassen. De kribben en
uiterwaarden te Wijk bij Duurstede staan
reeds onder water! Gisteren 'was de water
stand 5.41 m. pl. N. A. P., dat is sinds Don.
derdag 14 c.m. was.
Terwijl het Amerlkaansche s.s. „Bellepline"
te Rotterdam op punt lag te vertrekken,
werden in de bunkers vier Portugeesche ver
stekelingen ontdekt. Zij werden van boord
gehaald door de Rivierpolitie en ter beschik,
king gesteld van den Vreemdelingen-Dienst.
In den trein van Hengelo naar Enschedé
werden twee veertienjarige meisjes uit
Enschedé aangetroffen die in het bezit wa
ren van kaartjes voor Deventer. De conduc
teur steldé de politie hiermede in kennis en
toen bleek, dat de kinderen zich hadden
schuldig gemaakt aan het lichten van een
offerbus in de R.K. kerk aan de Enschede-
scliestraat te Hengelo. Voorts hadden ze
daar uit een damestaschje eenig geld ge
stolen. Ze zijn aan de Hengeloschc politie
overgegeven.
Uit een magazijn te Den Haag is een
kostbare bontmantel ter waarde van 1500
gestolen. Van den dader geen spoor.
Op een weiland in den Rondehoep te
Ouderkerk is een militair vliegtuig, bestuurd
door luitenant Jansen uit Soesterberg, ten
gevolge van motordefect geland. Het toestel
werd beschadigd. Persoonlijke ongelukken
hadden niet plaats.
Donderdagmorgen is de openbare lagere
school te Böekeloo, gem. Lonneker, gesloten
wegens het in erge mate heerschen van ma
zelen. Niet minder dan 116 leerlingen der
school zijn door de ziekte aangetast. Geluk,
kig draagt deze geen kwaadaardig karakter.
„Zeg, Jan, weet je daar de uitleg van
as 'n getrouwde man droomt, dat-ie vrij
gezel is?"
„Dat beteekent 'n teugevaller, as-ie wak
ker wordt!"
In verband met vele en min of meer
uitvoerige berichten over strenge koude in
verschillende streken in het buitenland is
het goed eens na te gaan hoe het daar ei
genlijk mee gesteld is, aldus de weerkundige
medewerker van het „Vad."
De eerste indruk is, wanneer men de be
richten vergelijkt met de officieele gegevens
over den weerstoestana' in Europa, dat men
overdrijft. De berichten zijn te verdeelenin
drie groepen: het hooge Noorden, het Zuid-
europeesche hooggebergte en Italië.
Wat het hooge Noorden betreft, was de
vorst daar gedurende den laatsten tijd
streng, hoewel niet meer zoo streng als aan
het begin van den winter. Men dient even
wel in aanmerking te nemen, dat Zweden
door zijn ligging achter een bergketen in
het Westen afgesloten is van den grooten
toevoer van warme lucht uit den Oceaan
daarentegen aan d'en toevoer van koude
lucht uit het Oosten en Noordoosten onge
hinderd is blootgesteld. Bovendien spelen
daar andere klimatologische omstandighe
den en geografische verhoudingen een bij
zondere rol, zoodat strenge vorst in dat ge
deelte van Europa een zeer normaal ver
schijnsel is. Men moet dus de sterke vorst
in Noordoosj-Europa altijd beschouwen als
een verschijnsel waarmede de vorst in Mid
den- en Zuid-Europa niet in rechtstreeksch
verband staat.
Wat verder het hooggebergte betreft, ook
de vorstverschijnselen daar spelen niet zulk
een rol, dat men hun voorkomen in recht
streeksch verband met vorst in d'e overige
deelen van Zuid- en West-Europa kan bren
gen. Iets anders is dat bij het invallen van
een kouden luchtstroom uit het Noorden in
Europa de gevolgen in hét hooggebergte
meestal niet uitblijven. Het feit, dat d'e tem
peratuur in den dampkring naar boven toe
afneemt, heeft tengevolge dat op hooggele
gen plaatsen de thermometer gewoonlijk en
gemiddeld een vast aantal graden lager
staat cïan in het laagland. Alleen wanneer
in die plaatsen de temperatuur ongewoon
laag is, dan is er een bijzondere beteekenis
aan te hechten. Gelukkig voorzien de kran
ten ons dagelijks van zeer uitvoerige tem
peratuur-opgaven uit tal van zulke hoogge
legen plaatsen. De laatste dagen krijgt men
niet den indruk, dat het met de koude in
het hooggebergte zoo erg is.
In de derde plaats is de vorst in Enge
land, in Frankrijk en in Italië gemiddeld
veel geringer dan in Oost-, Midden- en
Noord-Europa. Over een paar graden vorst
maakt men daar veel meer drukte dan in
Duitsehland b.v. over 1015 graden C.
vorst, even zoo goed als bij ons erg hard
zouden schreeuwen als het in September
eens enkele graden vroor. Het is maar wat
men gewend is. In Zweden geeft men nog
geen kik als d'e thermometer 25 graden on
der nul staat.
Wij worden tegenwoordig heel goed inge-
lipht over het weer in ons werelddeel. Dat
het met de vorst in Midden- en West-Euro
pa niet erg is, blijkt op meer dan eene wijze.
Men kan moeilijk zeggen, dat een morgen-
temperatuur van 5 graden C. onder nul
strenge vorst is, en kouder is het daar niet
geweest. Frankrijk had 's morgens een paar
graden vorst, maar op hooggelegen plaatsen
natuurlijk sterker vorst. Dat is niets bui
tengewoons. In Oost-Europa was de vorst
juist de laatste dagen zeer matig, n.l. on
geveer 5 gr. C. Deze temperatuur is wel be
neden de normale, maar zij beteekent voor
dit gedeelte van Europa matige vorst. Ten
slotte is de vorst bij ons den laatsten tijd
van zeer weinig beteekenis. De temperatuur
is nog niet lager geweest dan 5 gr.
Wat de koude-golf betreft, die uit het
Noorden over Europa is gekomen, ook daar
mede is het niet zoo erg gesteld. Verleden
jaar stortte zich in de tweede helft van
December een zeer koude luchtstroom over
Europa uit. De temperatuur daalde b.v. bij
ons tot 10 gr. en 15 gr. C., maar wat
veel belangrijker was, en waarop toen ook
in een publicatie van het Meteor. Instituut
werd gewezen, was, dat de temperatuur tot
zeer hoog in den dampkring buitengewoon
laag was. Op 13 en 14 Dec. daalde de tem
peratuur op 2000 M. hoogte van 1 gr. tot
—19 gr. Stelt men hiertegenover het aero-
logisch bericht van Woensdag /uit Soes
terberg), dan zien wij, dat de temperatuur
op 2000 M. hoogte —12 gr. was, en dat de
koude zich niet zeer hoog uitstrekte (5000
M. hoogte —19 gr.) Wij hebben dus dit
maal niet te maken met een zoo machtigen
kouden luchtstroom. Wij behoeven ons dus
ook niet te verwonderen, dat de officieele
weersverwachtingen steeds spreken van lich
te vorst en de uitkomst bevestigt volkomen
deze optimistische verwachtingen.
Waar het in dit geval om gaat is dat de
krachtige Noordoostelijke tot Oostelijke
wind de matige koude geducht voelbaar
maakt en dat de bedekte lucht het weer
somber doet zijn. Was het bij dezelfde tem
peratuur stil, zonnig weer, dan zou men het
niet koud vinden.
Ten slotte dient nog te worden opge
merkt, dat de sneeuwval in Zuid-Europa in
verband stond met de depressie, waarover in
het vorige weerpraatje iets gezegd is. Deze
is voorbij. Het gebied van hoogen druk ligt
thans over een groot gedeelte van Europa,
maar aangezien het in het Oosten niet bij
zonder koud is, hebben wij voorloopig geer
reden de vorst te vreezen.
Een paard van 44 paar oud is wel een
zeldzaamheid, schrijft De Veldbode; het is
de Friesche merrie Flora; zij werd geboren
in 1884 en kwam als driejarige in het bezit
van baren de Vos van Steen wijk op den
huize Windesheim bij Mantgum. Zij deed
dienst als koetspaard en werd gebruikt om
den vader van den tegenwoordigen eigenaar,
destijds burgemeester van Zwollerkerspel,
naar Zwolle te vervoeren. De meriie liep
toen nog zeer snel, maar was blijkbaar nog
al ongemakkelijk, want na eenige jaren te
hebben dienst gedaan, ging zij op hol, sloeg
van een smalle brug en verspeelde er bijna
een oog bij. Op 21-jarigen leeftijd liep Flo
ra nog zeer snel. Toen er eens groote haast
bij was om bij een zeer ernstige zieke een
geneesheer te halen, werd Flora daarvoor
wegens haar snelheid gekozen. Later ver
richtte zü ook andere diensten en hielp zij
menig stuk grasland scheuren.
Thans eet de merrie het genadebrood.
Zij is gezond en laat zich de haver goed
smaken. Het mooist is, dat zij nog gere
geld gaat liggen en nog met gemak over
eind komt.
In Oost. Arnhem heeft een achtjarig jo»
getje, dat alleen thuis was gelaten, met eer,
bietensnijmachine gespeeld, met het gevolg,
dat zijn midden- en wijsvinger van de lin
kerhand werden afgesneden. Het knaapje
is ter verpleging in het Diaconessenhuis te
Arnhem opgenomen.
Uit Lemmer wordt .gemeld:
Er komt reeds veel drijfijs in onze binnen,
wateren, ten gevolge waarvan de vaart voor
zeilschepen is gestremd. Uit vrees wederom
maandenlang in de haven alhier te worden
opgesloten, zooals vorige jaren, zijn bijna alle
Lemmer visschers naar Stavoren vertrokken.
él
(Naar het Fransch)
„Maar hij schijnt het te betreuren en het
bedreven onheil te willen herstellen, door u
met zijne lièfde en weldaden te overladen...
Hij is oud en gebrekkig en ziet zich slechts
omringd door baatzucht en eigenbelang
Misschien laat u het denkbeeld, zijne laatste
dagen te verzachten en vooral om die ziel
op te beuren en te geleiden naar het eeuwi
ge licht, ofschoon dit minder gemakkelijk
zal gaan, dan u zoudt veronderstellen, vrees
ik niet koudHet bewustzijn, iemand
Marcia beefde.
„Van twee moeilijkheden" begon Marcia na
een oogenblik zwijgens, „moet men altijd
die kiezen, waartoe de plicht en het geweten
ons het meest aansporen. Het is mijn vu
rigste wensch dat oom tot God moge terug-
keeren. maar ik heb aan hem geen verplich
tingen, terwijl dankbaarheid aan den éénen
kant en de noodzakelijkheid aan den ande
ren kant mü aan tante De Laubly binden."
„De noodzakelijkheid?"
„Ja, hare gezondheid heeft een diepen
knak gehad," antwoordde zij, hare stem
verzachtende en beproevende hare aandoe
ning te bedwingen. „Het verdriet en de ont
beringen hebben haar de kracht ontnomen,
zich met de opvoeding harer kinderen te
belastenDe armoede on teert niemand
en ik schaam mij niet u te bekennen, dat
nujn arbeid een noodzakelijk iets is voor
eze arme schepseltjes is geworden......"
Raymond stond ontzet op.
verbazing Werk6n!" V1'°eg hij met pi->nlijke
tlet' eenige meisje van mijn leef
tijd, dat zich den tijd te 'nutte moet maken
60 tt'^j ,a.re talenten woekeren moet?"
„U denkt dus?
„Ik hoop zangles te geven," antwoordde
Marcia kalm, en weldra zal ik eenige leer
lingen krijgen."
Hij viel achterover in zijn stoel en be
dekte een oogenblik het gelaat met zijne
handen en zich omkeerende, begon hij
heftig:
„Neen! dat zal niet gebeuren! Ik heb u
trouwens nog niet alles medegedeeld. Me
vrouw De Laubly weet, wat ik u nog meer
te zeggen hebZij keurt het goed. daar
zij mij zelfs de gelegenheid heeft willen
schenken, openhartig met u te pratenU
heeft toch, is het niet, geraden, dat ik u
teeder bemin en dat het mijn vurigste
wensch is, u mijne vrouw te mogen
noemen?
Op haar beurt bedekte zij haar gelaat
met de handen. Hoezeer zij zich ook in c(e
laatste oogenblikken gefroisseerd had ge
voeld, nu vergat zij voor één minuutje dat
alles; voor haar geest kwamen de verrukke
lijke uren, bij haar oom doorgebracht, met
al de illusies die hare ziel in een idealisti
sche wereld hadden vervoerdMaar het
was slechts voor één oogenblik. Even daarna
zag zij op en keek hem beslist en bedaard
aan.
„Ik bezit het recht niet meer om aan
mij zelve te denkenik heb mijn leven
opgeofferd aan een heilige zaakIk heb
met Lucie de opvoeding harer kinderen op
mij genomen."
Raymonds gelaat betrok.
„Dat is te erg," hernam hij, de tanden
vast op elkaar geklemd en zijn zenuwen be
proevende te bedwingen. „Dat is het, wat ik
zoo aanstonds de grens der redelijkheid
overschrijden noemde! Uwe tante heeft
haar levensgeluk gehad: hebt gij nu niet
het recht op het uwe?"
Opnieuw zag zij hem aan: dezelfde huive
ring beving har hart en ontnam haar hare
korte vreugde.
„Ik weet niet, of ik een dergelijk recht
bezit, maar in alle geval, ik wil er geen
gebruik van maken, ten koste van hetgeen
ik als heiligen plicht beschouw
Raymonds handen trokken zich kramp
achtig samen.
„Als u werkelijk zoo onbaatzuchtig bent,
dat men niet eens uw hart kan ontroeren
door van uw eigen geluk te spreken," ant
woordde hij bijna onhoorbaar, „kunt u dan
niet eens aan mij denken? Zou de vurige
en oprechte liefde van een man, die nog
nooit te voren eene vrouw bemind heeft en
er thans een gevonden heeft, zoo uitnemend
geschikt de geleidster van zijn leven te
worden, zou die liefde u niet kunnen ont
roeren-en treffen?Soms schijnt het mij
toe, alsof u in een geheel andere wereld
leeft, dan die, waarin ik mij beweeg
Maar u kunt mij die onbekende wereld lee-
ren liefhebben, mij er toe geleiden, zelfs...
Marcia, begrijp je m(j?"
Andermaal voelde zij al het aantrekke
lijke van de bedwelmende verleiding. Hij
zag de ontroering, die op haar gelaat te
lezen lag, en het straaltje van hoop, dat
hem beving, deed hem, ofschoon minder ge
past, vervolgen:
„Ik ben niet rijk genoeg om ons beiden
een zorgeloos leven te verschaffen, zooals
ik dat voor mijne vrouw gewenscht zou
hebbenMaar door aan 't verlangen van
uw oom om ons beiden bij hem in te zien
wonen, te voldoen, zouden wij ons een ge
lukkige, u waardige toekomst verzekeren, en
zouden wij daarenboven uwe tante nog
kunnen ondersteunenIk heb kennis
sen genoeg, die volgaarne haa'r zoons een
plaats op het gymnasium zullen bezor
gen
Thans was het voor oed gedaan. Marcia
wist, dat hij rijk genoeg was, om de wel
daden van haar oom te kunnen ontberen.
Zij kreeg een gevoel, alsof zij van een hoogte
naar beneden stortte, er brak iets in haar
hart, maar toch stond zij zeer bedaard op.
„Af en toe kan ik mij zeer goed in het werke
lijke leven verplaatsen," hernam zij waar
dig. „Ik beschouw de zaken helder genoeg
om te begrijpen, dat eene vrouw zonder
bruidsgift, die een arme familie niet onbe
zorgd wil achterlaten, evenmin een man
zulk een last wil toevertrouwenBoven
dien ben ik geenszins van plan te trouwen...
Misschien heeft u zich vergist, toen u
meende, dat ik u gelukkig kon maken. Ik
ben er heilig van overtuigd, dat het geluk
slechts bestaan kan tusschen twee wezens,
die elkaar volkomen begrijpen en wier har
ten dezelfde gevoelens deelen
„Ik smeek ubegon hij.
„Als u mij waarlijk sympathie toedraagt",
vervolgde zij smeekend, „maak dan rn einde
aan dit onderhoud, dat ons beiden pijnlijk
isIk weet zeer goed, welk eene eer een
man het meisje aandoet, door hem ten hu
welijk gevraagd, en ik ben er niet ongevoe
lig voor, ik hoop bovendien van harte, dat
u dezen droom zult vergeten en in uw ver
der leven zeer gelukkig xnoogt worden
„Marcia!
Met ontzetting staarde hij haar aan, maar
onbeweeglijk stond zij voor hem en hij be
greep met eene soort wanhoop in het hart,
dat als zij hem ooit liefde had toegedragen,
thans voor goed alles uit was tusschen
hen beidenEen minuut later was hij
vertrokken en Marcia, haar opgewonden
heid, door dit gesprek veroorzaakt, bedwin
gende, opende de deur van de kamer, waar
Lucie de handen op den schoot en beweeg-
loos voor zich uit starende, angstig het
oogenblik afwachtte, waarop zü geroepen
zou worden.
„Luciê, lieve Lucie!
Marcia knielde voor haar neer en sloot
haar teeder in hare armen de oogen vol
tranen tot haar opheffende.
Lucie lachte pijnlijk.
„Hoe is 't antwoord; goed, he kindlief?
Mag ik hem gaan gelukwenschen."
„Hij is vertrokken
Lucie's gelaat betrok.
„Wat, heb je Je geluk opgeofferd!.... O
Marcia, lieveling, he'o je dan heusch ge
loofd, dat ik een dergelijk offer zou goed
keuren en aannemen?"
Marcia zag haar met vreemden blik aan.
„Lucie," begon zjj eindelijk zacht, „ik heb
mij in hem vergist
„Wat bedoel je? Is er een misverstand...»
Iemand, die zijn geluk verdedigt, moet men
het vergeven als hij al eens zegt, wat min
der aangenaam is
Marcia schudde ontmoedigd het hoofd.
„Vroeger," zeide zij langzaam als leefde
zij in een droom, „vroeger heb ik wel wat
geleden omdat ik hemlief hadNu
is alles voorbijIk houd niet meer van
hemLaten wij hier nooit meer over
spreken lieve Lucie."
(Wordt vervolgd.)