In
en om
Haarlem
J
Spinnewehjes
Telegraphisch Weerbericht
Mgr. P. STROOMER t
dit nummer bestaat uit drie bladen
DONDERDAG 24 JANUARI 1929
TWEE EN VIJFTIGSTE JAARGANG No. 17064
OP STPAFFE VAN VFRLIFS VAN Al 1 F RECHTEN. GESCHIEDEN UITERLIJK
DRIEMAAL VIER EN TWINTIG
UREN NA HET ONGEVAL.
Uit den Gemeenteraad
Conflict aan boord van een
stoomtrawler te IJmuiden
De restauratie van den
Domtoren te Utrecht
Doodelijk ongeluk op den
Utrechtschen weg te Zeist
Vechtpartij tusschen
Chineezen en Atjehers
De werking van dep
Krakatau vermindert sterk
De nieuwe R.K. Jongens
school te Heemstede
De hinderlijke mist
Salomon Liebermann
te Amsterdam
aangekomen
Brandstichting
te Vijfhuizen
De dader te Halfweg
aangehouden
Voornaamste Nieuws
De lichting 1930
De „Hertog Hendrik"
J. WFBER ZOON
Groote Houtstraat 166 Haarlem
De verscherpte strijd tegen
de Trotzkisten
Prof. dr. G. H. J. W. Geesink
BUREAUX: NASSAULAAN49
Telefoon No. 13866 (drie lijnen)
Postrekening No. 5970.
ABONNEMENTEN: voor Haarlem en
Agentschappen: per week 25 et.; per
kwartaal f 3.25; per post, per kwartaal
f 3.58 bij vooruitbetaling.
ADVERTENTlÉN 35 ct. p. regels
VRAAG- EN AANBOD-ADVERTEN
TIES, I— 4 regels 60 ct. p. plaatsing;
eike regel meer 15 ct-, bij vooruitbet.
Bij contract belangrijke korting.
INGEZONDEN MEDEDEELINGEN
tusscben den tekst 60 cL per regel.
a.xxA^£>vooA*w^u.rciGn jjGVcuoxisuig'G gexiccxö uugesoxiiicuxeicl tot wcriton door een ongevai met
tegen ongevallen verzekerd voor een der volgende uitkeeringen: 1 oUUU." verlies van beide armen, beide beenen of beide oogen; 1 OU." doodelijken afloop; 1Z u L"
AUe auonnes. op ent biad zijn do ïc.
ir vo
A A vorpTF JHOFT.
dij verlies van een hand, f JOC hij verlies van een fCj] bij 'n breuk van
1 iXü.' duim of wijsvinger; 1 uü.' been of arm;
een voet of een oog
bij verlies v. een
'anderen vinger.
Wü moesten 't in deze elfde en twaalfde
begrootingszitting zonder den burgemeester
doen, die ter viering van de Unie in Utrecht
toefde, zoodat de presidentieele hamer ge
hanteerd werd door den w.n. burgemeester
Mr. Heerkens Thijssen. Het was aandoenlijk
te zien hoe eerlijk de nestor van het col
lege, zelfs als voorzitter van den achtbaren
raad, zich aan de nieuwe reglementaire
voorschriften hield door telkens als hij het
woord voerde te gaan staan. De goede stem
ming leed intusschen niet onder zulk een
geroutineerde leiding, al waren 't tempo der
behandeling en de belangstelling in de de
batten mat. Dat lag aan de onderwerpen
die aan de orde waren.
Wethouder Roodenburg
De jonge wethouder van onderwijs, de
heef Roodenburg, zette de verdediging van
zijn departement voort. In telegramstijl,
had hij beloofd, zou hij zijn antwoord aan
de verschillende sprekers formuleeren. Hij
hield woord en als de waarde van een rede
hitsluitend moet worden afgemeten naar den
innerlijken inhoud, dan heeft de heer Roo
denburg het Hoofdstuk Onderwijs, Kunsten
en Wetenschappen, zoo vol voetangels en
klemmen, even goed verdedigd als zijn knap
pe voorganger, Mr. Bruch. Deze zou waar
schijnlijk op de verschillende desiderata en
grieven een zelfde antwoord als de heer
Roodenburg hebben gegeven, maar met
meer verve en overtuigingskracht, een kwa
liteit van spijs, die in en buiten den Raad
zeer zeker genoten werd. Wij weten echter,
dat met den heer Bruch een knap spreker
uit den Haarlemschen Raad ging, doch de
rust en kalmte waarmede de nieuwe wet
houder, zonder zweem van plankenkoorts,
aan de debatten deelnam, toonden niet al
leen aan, dat hij de „zaakjes" behoorlijk
onder de knie had. maar geven de veron
derstelling vrij, dat meti.ertijd de argumen
ten uit den mond van dezen meester'in het
cijferen immers accountant ook in
sierlijken vorm zullen vloeien.
Hij deed vele toezeggingen. Zoo sloot hy
zich aan bij de woorden van den heer Loos-
jes, dat de voorstanders van openbaar en
bijzonder onderwijs elkander noodig heb
ben. Do organisaties op onderwijsgebied zul
len gehoord worden zooals onder zijn voor
ganger gebruikelijk was. De bouw van nieu
we scholen zou krachtig ter hand worden
genomen. Evenzoo de stichting van een
buitenschool. De heer Klein Schiphorst
kreeg de toezegging, dat kleinzielige beknib
beling bij den bouw van bijzondere scholen
voortaan achterwege zou blijven. Inzake ver
nieuwing of verbouw van de Huishoud- en
Industrieschool zullen B. en W. welwillend
zijn. Maar het bleef niet bij ja-knikken,
want de wethouder dorst ook stelling te
nemen. Zoo was het ons een genoegen, dat
de wethouder erkende, dat de bouw van de
school in het Slachthuiskwartier goedkoo-
per had kunnen zijn. Deze erkenning is een
stap op den goeden weg om het algemeen
Haarlemsch belang, ook bij scholenbouw, te
behartigen. Voegen wij er echter aan toe,
dat mej. Berdenis van Berlekom (en mevr.
MaarschaliKomin) volhield, dat de school
voor voorbereidend onderwijs niet te luxueus
is, dat de inrichting niet mooier is dan die
van de R.K. school aan de Anthoniestraat
en dat de inspectrice bij de opening van de
school het gebouw niet te duur heeft ge
noemd. Dit laatste werd o.m. ontkend dooi
de heeren Klein en v. Liemt, die ook bij de
opening tegenwoordig zijn geweest. Intus
schen betreft de klacht niet alléén deze
school; zij betreft den bouw van de Haar-
lemsche openbare scholen in het algemeen
en waarschijnlijk is de opmerking van den
heef Gerritsz juist, die meende, dat de
duurte zit in den zwaarderen bouw, die
toegepast wordt en het gebruik van be
paald soort matërialen. Dat klopt ook met
de bulten den Raad gemaakte opmerking
dat de Haarlemsche schatkist niet toelaat
van elke school een monument van moderne
bouworde te maken.
Afwijzend stond de wethouder tegenover
het adres van den Bond van Ned. Onder
wijzers inzake de benoemingen van hoofden
voor openbare scholen. Dat adres acht hij
met gelukkig. Daar bleef het bij.
Met Schoten hebben wij in Haarlem ook
^fn kwestie gekregen, die jarenlang den
kchotenschen Raad in beroering heeft ge
hóuden, zonder dat de onderwijzerswereld
hl Haarlem er op reageerde. Wij bedoelen
de actie, van eenlge openbare onderwijzers
in Schoten tegen het repeteeren op school
van nationale liederen tegen den tijd, dat
de kinderaubade op de Groote Markt moet
worden gehouden ter gelegenheid van Ko
ninginnedag. B. en W. denken er niet aan.
zeide de wethouder, hun houding ten op
zichte van de vereeniging „Koninginnedag"
te wijzigen. Het zingen van nationale liede
ren heeft meer de bedoeling te wijzen op
de nationale eenheid. Scherper formuleerde
de heer Bijvoet de kwestie, toen hij als zijn
meening uitsprak, dat staatsscholen moeten
taeedoen aan feesten ter eere van het staats
hoofd. Dat geschiedt ook b.v. in de repu
bliek Duitschland. De gemeente moet daar
toe medewerken en in Haarlem heeft het
gemeentebestuur de organisatie daarvan op
gedragen aan' „Koninginnedag". De open
bare schooi moeu niet in dienst van de ver
eeniging „Koninginnedag" staan en dat ge
beurt ook niet, maar zij moet evenmin in
dienst van den Bo:;d. van Onder-wijzers
staan.
Een motie- van den heer Scholl om her
zepeteeren van de gewraakte liederen bin-
hen het raam van het lesrooster op de
openbare scholen tegen te gaan, kreeg een
onverwachten steun in mej. Berdenis v. Ber
lekom, die zich gestooten had aan sommige
liederen, die den kinderen geleerd worden.
De wethouder toonde aan, dat liedjes van
hetzelfde slag op het jongste feest van den
Bond van Onderwijzers waren gezonc
toen daar „de inneming van den Bne.
werd opgevoerd. Het debat was lang, maai
niet oninteressant en de voorzitter zal zich
ongetwijfeld eenige raadsvergaderingen her
innerd hebben uit den tijd, dat hij waarne
mend burgemeester van Schoten was. In
tusschen scheen de heer Castricum de per
soonlijke vrijheid' zoo hoog aan te slaan,
dat hij een voorstei indiende van dezelfde
strekking als de motie van den heer Scholl,
maar duidelijker en korter. Het werd ver
worpen met 1819 stemmen, waarna de mo-
tie-Scholl met dezelfde stemmenverhouding
werd aangenomen. Wij, voorstanders van de
bijzondere school, kunnen ten slotte geen
groot bezwaar hebben tegen het aannemen
van dergelijke voorstellen. Indertijd is in
Schoten wel gebleken, dat vele ouders van
kinderen, die openbare scholen bezoeken,
zich aan bovenbedoeld verbod stooten. Nog
vele van die overwinningen en de openbare
school is morsdood.
Een voorstel-Wolzak tot het geven van
vergoeding voor vakonderwijzers werd ver
worpen. Bij de puntsgewijze behandeling ra
telde even de voorzittershamer terecht
om het raadslid Oversteegen tot de orde te
roepen, toen deze sprak van de nationale
vlag als van de vuile wasch.
Een voorstel-Castricum om de Protestant-
sche Paulusvereenigmg subsidie te geven,
ging naar B. en W. om advies.
De raad bracht nu een bezoek aan het
Hoofdstuk: Ondersteuning aan behoeftigen
en werkloozen, het departement van den
voorzitter in hoogst eigen persoon. Mr. Heer
kens Thijssen ging er eens voor zitten.
Men had de bewoners van de perstribune
bang gemaakt met het vooruitzicht, dat dit
hoofdstuk „Armenzorg" een extra lang en
geanimeerd debat zou brengen. Lang is het
wel geworden,'' maar de wethouder bleek te
behooren tot de gelukkige regeerders, die
geen geschiedenis hebben. De hoofdlijnen
van het beleid werden zoo goed als niet
aangevochten, maar op vele details werd
nog eens de aandacht gevestigd, met het
gevolg, dat de behandeling Woensdagavond
niet gereed kwam.
De heer Peper had een heele litanie wan-
schen en aanmerkingen, maar hij droeg ze
op een sympathieke manier voor. Hij werd,
ook in de critiek op zijn betoog, welwillend
door de sprekers tegemoet getreden.
De werkverruiming voor de werkloozen
bleek een voornaam punt voor gedachten-
wisseling.. De meeste sprekers waren niet
bevredigd door de lange lijst van werkzaam
heden, die zullen verrichtworden. Op die
lijst staan vele werken, die toch verricht
moeten worden en dus geen werkverrui
ming zijn in den eigenlijken zin. Hiertegen
over merkte de voorzitter op, dat er toch
vele werkzaamheden zijn, waarvan di jit
voering geforceerd wordt en die eigenlijk wel
wachten kunnen. Het verwonderde ons, dat
geen der sprekers de aandacht vestigde op
de groote wegwerken, die Rijk en Provincie
weldra zullen uitvoeren en op de mogelijk
heid met deze lichamen een overeenkomst
aan te gaan om Haarlemschen werkloozen
arbeid te geven. De heer Peper en anderen
repten wel van tewerkstelling van werkloo
zen in het Oosten van ons land, maar vroe
gen, voor verhuizing vooral geen dwang
toe te passen. De heer Keesen bleek voor
dwang echter niet zoo bang te zijn, al dient
met de omstandigheden rekening te worden
gehouden.
De verzekering van de Ziekenfondsen voor
opname in de ziekenhuizen schijnt een suc
ces te wezen. Er is zelfs een klein batig sal
do. De heer Peper wilde daarom de premies
veria-gen.. De heer Sllngenberg betoogde, dat
nu nog geen conclusies zijn te trekken en
dat een volgend jaar wel een na-
deelig saldo zou kunnen opleveren. Hij voel
de trouwens meer voor het kweeken van
reserve. De heereri Koppen en Keesen
pleitten voor uitbreiding van de verzekering,
waarbij de eerste wees op de mogelijkheid
van verpleging in het Parkherstellingsoord.
De heer Groenendaal kreeg welwillende toe
zeggingen naar aanleiding van zijn warm
pleidooi ten bate van hen, die in handen van
voekeraars dreigen te vallei..
Er waren verschillende klachten over de
wijze van bedeeling, maar de wethouder zal
wel dankbaar geweest zijn voor den steun,
Ren hij voor de beantwoording der vragen
dt den raad zelf kreeg. De heeren Keesen,
Koppen, Wolzak, v. d. Kamp en anderen,
namen een groot deel van zijn werk over.
De heer v. Kessel klaagde o.a. over het
verschaffen van geld om werkloozen Instaat
te stellen een handel te beginnen. Dat ver
oorzaakt concurrentie aan de bona fide-han-
delaren. De heer v. d. Kamp antwoordde,
dat het moeilijk; is iedereen te voldoen. De
een ziet heil in d'ezen vorm van steun; de
ander heeft er bezwaar tegen.
Het einde van de avondzitting kwam met
een sympathiek betoog van mej. van Vliet
ten bate der blinden. De blinden, die door
de Blindencommissie te werk gesteld worden,
ontvangen daarvoor loon met een toeslag
van het Armbestuur. Dat vond zij verne
derend en zij pleitte er voor, dat het geheele
bedrag voortaan door de Blindencommissie
zal worden uitbetaald. Anderen bleken van
meening te zijn, dat het Armbestuur het
best in staat is de noodzakelijkheid van
toeslag te beoordeelen. Mej. van Vliet kreeg
haar zin met 1617 stemmen.
Het was een vrij groote verrassing, die mej.
Van Vliet waarschijnlijk te danken heeft
aan 't late uur kwart over elf waarop
iedereen zoo vlug mogelijk naar huls wilde.
Zij werd dan ook gelukgewenscht met het
onverwachte succes. Aan dit late uur is het
ongetwijfeld pok te wijten, dat wij in dit
-.tadium van dediscussies een warm plei-
lool misten om de voortreffelijkheid van de
oarticuliere en christelijke liefdadigheid aan
te toonen boven de meer en meer veldwin
nende overheidshulp voor behoeftigen en ge-
brekklgen, welke tendenz ongetwijfeld in het
voorstel van mej. Van Vliet ligt.
Heden wordt het begrootingsfeest voort
gezet. Naar verluidt wordt hedenmiddag
de taart voor het dessert aangesneden en
1 gegeten. Het einde.
Gedurende de laatste reis heeft zich aan
boord van den stoomtrawler „Dordrecht
IJ M 52" van de reederij „Zaanstroom" een
conflict voorgedaan tusschen den schipper en
een der stokers. Naar aller oordeel was het
ongelijk aan den kant van den schipper, die
zich zelfs tot handtastelijkheden had laten
verleiden. De reederij meende het conflict te
kunnen oplossen door den machinist en den
steker te ontslaan, hoewel dezen het scheeps
register voor de volgende reis geteekend had
den. De IJmuider Federatie, waarvan de be
trokkenen en de meeste overige opvarenden,
ook de schipper, lid zijn, kon zich daarmede
echter niet vereen'gen, evenmin als de op
varenden, die weigerden, deze oplossing te
aanvaarden. Het bestuur der Federatie stelde
zich in verbinding met de reederij, maar daar
er geen schikking kon worden getroffen, bleef
de trawler dien dag liggen. De reederij be
taalde het reisgeld en gaf allen order, den
volgenden morgen op den gewonen tijd aan
wezig te zijn Aldus geschiedde. In een nieuwe
bespreking, welke toen tusschen de reederij
en het vakvereenigingsbestuur plaats vond,
werd het volgende overeengekomen;
1. De schipper zal voorloopig niet mee
gaan.
2. Machinist en stoker blijven ontslagen.
Hun zal echter een schadeloosstelling wor
den uitbetaald, gelijk aan de gage en de
premie van de vorige reis. Bovendien zal den
machinist de 40 afstappersgeld worden uit
betaald.
In verband met deze schikking trok de
stoker op advies van de IJmuider Federatie
de tegen den schimier ingediende justitieele
aanklacht in. Hierna vertrok de trawler
weer naar zee.
Op denzelfden dag van d'e herdenking der
Unie van Utrecht is gisteren te Utrecht
ook gevierd de restauratie van den grooten
Domtoren.
In een samenkomst gistermiddag in te
genwoordigheid' van de Koninklijke familie
heeft de burgemeester van Utrecht, zooals
wij reeds in 't kort meldden, daaraan een
rede gewijd, waaraan wij nog het volgende
ontleenen:
Het was den 26sten Juni 1321 dat de
eerste steen voor den toren werd gelegd.
Een bezielde bouwmeester uit Henegouwen,
Jan van den Doem, ^reeg en behield lan
gen tijd de leiding van den bouw; later zijn
anderen hem opgevolgd. Ontzaglijke moei
lijkheden ontbraken allerminst, maar men
wist ze valle të overwinnen. De arbeid werd
regelmatig voortgezet en na 61 jaren was
de toren voltooid.
De Dom zelf was toen nog lang niet
gereed. Men heeft er, zij het slechts met
tusschenpoozen, aan voortgearbeld tot In de
16e eeuw, toen een verbinding met den to
ren tot stand kwam. Nadat kort daarop
bisschop Hendrik van Beijeren afstand van
zijn wereldlijk gezag had gedaan, werd de
bouw niet verder voortgezet en begon ook
het onderhoud te wensehen over te laten.
Door en na de reformatie beliep het bouw
werk bovendien een niet onaanzienlijke
schade en de cycloon van 1 Augustus 1674
vernielde het middenschip en scheidde kérk
en toren wederom vaneen.
Sinds dien staat de toren opnieuw op
zichzelf. Hij bleef gespaard, doch wie de
afbeeldingen uit vroeger eeuwen, voorko
mende op teekeningen en gravures van be
kende meesters, naast elkander legt, merkt
maar al te duidelijk op, hoe gaandeweg de
toren ontluisterd werd, ja, in verval ge
raakts.
Na 1840 breekt er een lang tijdperk van
tamelijk groote rust aan, waarin het tech
nisch en het aesthetisch geweten van wie
den toren bezagen, niet spreekt. Maar tegen
het einde der vorige eeuvr moest men zich
opnieuw over den toestand van den reus
ongerust maken en ook kon men niet lan
ger vrede hebben met den sinakeloozen
staat, waarin een vorig geslacht het een
maal zoo schoon en luisterrijk bouwwerk
had gebracht.
De restauratie nam in 1901 een aanvang
en heeft alzoo ruim 27 jaren gevorderd.
Wat in het bijzonder met dankbaarheid
vervult is, dat het gansche werk zonder
ongelukken is volbracht, en zulks niettegen
staande de arbeid allerminst vrij van ge
varen was en er tijdens de restauratie me
nig hachelijk oogenblik is geweest, waarbij
van de leiders groote kunde en gespannen
aandacht, onafgebroken werkzaamheid en
zorgvuldige aanwijzingen, soms van uur tot
uur, werden gevraagd, en verder van alle
medewerkenden groote voorzichtigheid, goe
de vakkennis, stipte uitvoering der gegeven
opdrachten, enliefde voor het werk.
Gistermiddag vijf uur is de carillonneur
de heer J. A. H. Wagenaar Jr., die al 35
jaar het carillon van den Domtoren be
speelt, in de St. Michaëlskapel gehuldigd.
Tegenwoordig waren het bestuur der
Utrechtsche Klokkenspelvereeniging, en een
aantal genoodigden. Namens genoemde ver-
eenigingen werd den heer Wagenaar een
klok voor zijn beiaard aangeboden, voorzien
van zijn door de firma C. L. Begeer ont
worpen beeltenis. De klok is een Z. G. D.-
klok. afkomstig uit de Engelsche klokken
gieterij van de firma Taylor uit Layborough
en draagt tot opschrift: „J. A. H. Wage
naar, klokkenist op den Domtoren 1929."
Hoewel bedoeld als hulde voor den heer
Waeenaar wegens zijn voortreffelijk spel,
werd het klokje officieel aan het gemeente
bestuur overgedragen ter plaatsing in den
beiaard. Tevens werd namens de Klokke-
snelvereeniging een plaquette van de beelte
nis van den heer Wagenaar benevens een
foto van de nieuwe klok overhandigd. De
voorzitter der vereeniging, dr. G. A. E. B.
Meyer, oud-wethouder, voerde het woord.
Duizenden hebben gisteravond in Utrecht
en wijde omgeving de feeërieke verlichting
van den Domtoren aanschouwd.
Het effect was schitterend. Een ontzag
lijke menschenmassa bewoog zich door de
stad om het schouwspel der belichting in
kleuren gade te slaan.
Van binnen, zoowel als van bulten straal
de het machtig gevaarte een tooverachtig
licht uit, dat aller bewondering heeft ge
wekt.
Hedenmiddag te ruim 12 uur is in het
Maria-Paviljoen te Amsterdam, waar hij
reeds geruimen tijd werd verpleegd, overle
den mgr. P. Stroomer, deken van Amster
dam.
I Petrus Stroomer werd geboren te Schagen
7 April 1864 en priester gewijd 22 Maart
1890. Vervolgens was hij kapelaan te Am
sterdam (H. Maria Magdalena), waar hij
benoemd werd op 24 Maart 1890 en pastoor
to Lambertschagen (de Weere) waar hij 26
Januari 1907 benoemd werd.
Op 3 November 1910 werd pastoor Stroo
mer benoemd tot rector van St. Joannes de
Deo te Amsterdam en op 31 Mei 1913 tct
rector van het St. Bemardusgesticht te Am
sterdam. Vanaf 3 November 1910 was hij
aks opvolger van mgr. Konings adviseur van
Amsterdam. Daarna werd rector Stroomer
tot deken en pastoor te Gouda benoemd op
29 Januari 1921 en ten slotte tot deken van
Amsterdam en. rector van het Bagijnhof al
daar op 18 Juli 1923.
Mgr. P. Stroomer werd huisprelaat van
zj H. den Paus in November 1924, naar
aanleiding van het Internationaal Eucna-
riitisch Congres, dat in dat jaar te Am
sterdam gehouden werd.
|Op 12 December 1925 volgde de benoe-
nfing van Mgr. P. Stroomer tot Kanunnik
van het Kathedraal Kapittel, in welke func
tie. hij werd geïnstalleerd op 11 Jan, 1926-
Mgr. P. Stroomer is een vooraanstaande
figuur geweest in het bisdom Haarlem.
Hij was commissaris der brandverzeke
ringmaatschappij „St. Donatus", voorzitter
van het Genootschap der H. Kindsheid in
het bisdom Haarlem, lid van het diocesaan
Missie-comité, voorzitter van het liefde
werk der gesloten retraite, provisor in spi-
ritualibus der beide seminaries en adviseur
van zeer vele bonden.
Met Mgr Stroomer is een heilig priester
en een stoere werker, die in ons bisdom
algemeen als een groote kracht werd er
kend, heengegaan.
Men meldt ons hedenmorgen uit Utrecht;
Gisteravond heeft op den Utrechtschenweg
nabij den Schorteldoek, juist op de grens de
Bilt—Zeist, een noodlottig ongeval plaats
gehad. Een tot nog toe onbekend gebleven
persoon kwam in groote vaart den Kroostweg
afloopen, teneinde de Zeistertram, die op den
Utrechtschen weg nabij den Kroostwe'
stopt, te kunnen halen.
De tram was reeds in beweging. Door de
groote vaart heeft het slachtoffer niet ge
zien. dat uit de richting Utrecht een auto
naderde, met het gevolg, dat hü pardoes
onder den auto liep welke hem onverreed,
waardoor hij onmiddellijk dood was.
Den chauffeur treft in deze geen schuld
daar hij, niets vermoedende, plotseling uit
het donker een man voor zijn wagen zag
springen en geen gelegenheid had hem te
ontwijken of zijn wagen tijdig tot stilstand
te brengen. De Zeister politie, die proces
verbaal opmaakte, kon geen enkele aanwij
zing omtrent de identiteit van het slacht
offer op het Hjk vinden.
Eén doode, vier gewonden
Aneta seint uit Kota Radja;
Bij een vechtpartij tusschen Chineezen en
Atjehers te Paja in het Meulabo'sche is een
Chinees gedood en werden 2 Cnineezen en 2
Atjehers zwaar gewond.
Aneta seint uit Batavia:
De Krakatau vertoonde 303 zwakke erup
ties. Er werden 304 knallen en 28 keer ge
rommel gehoord.
In verband met ons bericht over een nieuw
te stichten R.K. Jongensschool op den hoek
van de Lanckhorstlaan en den Binnenweg,
vernemen wij heden, dat reeds spoedig de
voordracht van B. en W. aan den Raad is
te verwachten, om medewerking te verleenen
tot den bouw van genoemde school.
Geen vllegdienst op Engeland en
Frankrijk
Ook gisteren zijn ten gevolge van den
mist geen vliegtuigen naar Engeland en
Frankrijk, noch naar het oosten, vertrok
ken. Ook vandaar zijn geen vliegtuigen op
gestegen.
Wij vernemen, dat Salomon Liebermann
hedenmorgen in Nederland Is aangekomen.
Gisteren kwamen de beide Haagsche
rechercheurs met hun arrestant te Berlijn
aan en nog gisterenavond is de reis naar
Nederland voortgezet. Liebermann zou te
Amsterdam arriveeren met den trein, die te
9 uur 11 te Amsterdam aankomt. Te Hilver
sum stapten de begeleiders met Liebermann
evenwel uit den trein en vandaar werd de
reis naar Amsterdam per auto voortgezet.
Omtrent den brand bij den landbouwer
P. Smit, aan den Vjjfhuizerdük, kunnen wij
nog het volgende mededeelen:
Maandagmiddag had de 28-jarige J. N„
die ongeveer een paar maanden bij genoem
den landbouwer als knecht werkzaam was
geweest, eenige woorden gehad met Smit's
huishoudster, omdat hij niet spoedig genoeg
thee kreeg.
Hierna deelde hij aan zijn baas mede, dat
hij maar ging vertrekken, wat dan ook ge
beurde.
Uit wraakneming is hij middernacht
teruggekeerd, waarna hij den hooiberg in
brand stak. Eerst heeft hij afgewacht of het
wel doorbrandde en toen hij merkte
dat het „ging", is hij naar Haarlem gaan
loopen.
Tegen den morgen is hij door den Vijf-
huizerpolder naar Vijfhuizen gegaan en
vervolgens naar den IJweg waar hij nog bij
een paar bewoners is geweest.
De Rijkspolitie, die direct vermoedde, dat
N. de brandstichter was, had in de omgeving
de politie gewaarschuwd, zoodat een wakend
oog door haar gehouden werd en toen N.
te Halfweg aankwam, werd hij door de po
litie ingerekend, waarna hij spoedig be
kende.
Ook de Rijkspolitie van Vijfhuizen zat
hem kort op de hielen, want even nadat
N. was aangehouderi, kwam ook deze politie
te Halfweg.
N. is toen met een auto naar Hoofddorp
vervoerd en Woensdagmorgen is hij op
transport gesteld naar Haarlem.
Uit N.'s papieren bleek, dat hü 28 jaar
oud is. Hij had 2 jaar vrijwillig gediend bij
de rijende artillerie hier te lande en was
de rijdende artillerie hier te lande en was
gaan. Zijn militaire loopbaan schijnt ook
niet zonder smet te zijn geweest. Sinds twee
jaar was hij zwervende, zooals men er in
de Haarlemmermeer verschillenden aan
treft, die dan hun verblijf houden in stallen
en schuren bij de boeren.
Met den brand is het betrekkelijk nog
goed afgeloopen. De hooiberg is geheel ver
brand en al het hooi is verloren gegaan,
maar de stal, die ongeveer een meter van
den hooiberg afstond, is, evenals het woon
huis, behouden gebleven.
Smit had eerst niets van den brand ge
merkt, maar zijn buurman Ravestein was
wakker geworden en die merkte den rook al
in huis, waarna hij Smit ging wekken.
Het eerste werk was, de 17 koeien, die op
stal stonden, er uit te verwijderen.
Inmiddels verscheen de spuit van 'Vijf-
hulzen, die de belendende perceelen nat
spoot. Spoedig daarna kwam de motorspuit
van Hoofddorp, die het werk overnam.
Nadat de berg geheel was uitgegooid het
was inmiddeU acht uur geworden dreigde
er geen gevaar meer, zoodat toen de brand
weer kon inrukken.
In het Maria-Paviljoen te Amsterdam Is
hedenmiddag te ruim 12 uur overleden Mgr.
P. Stroomer, deken van Amsterdam en Ka
nunnik van het Kathedrale Kapittel.
Salomon Liebermann is te Amsterdam mi»>
gekomen.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzigir j
van het Wetboek van Koophandel.
De installatie der commissie van onderzoek
naar den toestand der mobilisatie-slachtof
fers.
Het s.s. „Valka" is vlotgesleept.
Doodelijk ongeluk op den Utrechtschen
weg nabü Zeist.
De werking van den Krakatau vermindert
snel.
Onder groote belangstelling heeft gisteren
de begrafenis plaats gehad van de veldwach
ters v. d. Molen en Meyer, slachtoffers van
het drama te Grootegast.
De viering der restauratie van den Dom
toren te Utrecht.
Het nieuwe millioenenschandaal te Parijs,
Nadere bijzonderheden.
De kwestie van den KanaalttmneL Brn re
solutie van de Labour.partij.
De vooruitgang in den toestand vau ko
ning George gehandhaafd.
De verwarring en onrust in Afghanistan
houden aan.
Te Moskon werden 150 Trotzkisten gear
resteerd.
De betrekkingen tusschen Irak en Inga.
land zonden zijn verbroken.
Bij een vechtpartij tusschen Chineezen en
Atjehers te Paja viel één doode en «erden
vier zwaar gewond.
De minister van Defensie heeft aan de
burgemeesters der gemeenten een circulaire
doen toekomen, waarin verzocht wordt aan
den indeelingsdistricts-commandant tusschen
11 en 15 Februari a.s, mede te deelen: le.
hoeveel personen voor de lichting 1930 zijn
Ingeschreven en 2e. hoeveel ingeschrevenen
van de lichting 1929 en 1928 tijdelijk onge
schikt zijn verklaard, voorzoover zij niet in
middels bij nadere uitspraak geschikt of voor
goed ongeschikt zijn verklaard. Voorts wordt
medegedeeld, dat het in de bedoeling ligt om
hen, die vóór de keuring wegens broeder-
dienst zijn vrijgesteld, niet aan de keuring
te doen onderwerpen.
Hr. Ms. „Hertog Hendrik" is gisteren van
Tunis vertrokken naar Palermo.
Op trouwlustigen
De wind is goed, het is mooi weer,
De boot is klaar: tree in, mijnheer.
M. DE HARDS
Op Liebermann:
De vorsch springt weder naar den poeh
Al zit hij op een gulden stoel.
J. CATS
Op muzikalen buurman
Ik hoorde het weëig geblaat der geit, groot In
den wijden avond en toen liep ik heen alsof
ik den dood had gevoeld.
F. TIMMERMAN3
Barometerstand 9 uur v.m. 770 stilstand.
OPTICIENS FABRIKANTEN
LICHT OP: De lantaarns moeien mor
gen worden opgestoken om 5 uur 5 min.
Hoogste Barometerstand 781.3 m.M. te
Akuryri.
Laagste Barometerstand 760.7 m.M. te
Danzig.
Verwachting: Zwakke tot matigen,
tijdelijk wellicht toenemenden, Noordweste
lijken tot Noordoostelijken wind, betrokken
tot half bewolkt, mogelijk eenige sneeuw,
temperatuur om het vriespunt tot lichte vorst.
KOWNO, 23 Jan. (V.D.) Naar uit Moskoi
gemeld wordt, heeft de G. P. OE. 150 leden
van de Moskousche partij-organisatie, die
behoort tot de groep Trotzki, gearresteerd.
Onder de gearresteerden bevinden zich o.a.
de gewezen handelsvertegenwoordigf.? van de
Sowjet-Unie in Parijs, Siwani, het gewezen
lid van den Oorlogs- en Revolutieraid Pan-
kratow en de voormalige chef-redacteur en
medewerker van Lenin Roronski. Bi) de huis
zoekingen zou veel anti-Sowjetliteratuur ge
vonden zijn, stammende uit een geheime
drukkerij' benevens vele geheime documenten,
die bewijzen, dat de oppositie in onmiddel
lijk verband met het buitenland staat.
Jareslawski, een der drijvers van den strijd
tegen de oppsositie en medewerker van de
„Prawda" en „Iswestija" verklaarde op een
arbeidersconferentie, dat de partij thans niet
meer zou terugschrikken voor maatregelen
tegen de oppositie.
In den ouderdom vna 74, jaar is te Am
sterdam overleden prof. dr. G. H. J. W. Gee
sink, oud-hcoglecraar aan de Vrije Universi
teit, aldaar.