In de Koude-Golf zrstzrxsL'ts *8» "t ,r WAARIN DE RADIO»AMATEUR BELANG STELT TWEEDE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT - ZATERDAG 16 FEBRUARI 1929 BLADZIJDE 1 De groote rivieren toegevroren mm Een herinnering aan den winter van 1870 Een warme troost Een avontuur voor onze kleinkinderen Wisselstroomvoeding en nog iets In den toestand van het ijs op de rivie ren is niet veel verandering gekomen. Op een enkele plaats, waar het water open was, is de rivier nu dichtgevroren en ook daar gaat het verkeer thans over het ongelijke ijrvlak De Rijkswaterstaat meldde gistermorgen voor Keulen zwaar drijfijs, voor Moerdijk (Hollandsch Diep) drijfijs over der rivier breedte en voor Bruinisse (Zijpe); vol drijfijs. De stations Lobith, Nijmegen, St. Andries, Gorinchem, Dordrecht, Arnhem, Schoon hoven, Krimpen, Westervoort, Deventer, Kampen, Venlo. Grave, Hedel, Heusden, mond der Donge melden alle, dat het ijs vast Bit. Maastricht is hier de eenige uit zondering. De Maas aldaar droeg eiste- morgen slechts over een strook van ï/10 der rivierbreedte drijfüs. Omtrent het verkeer over de rivieren werd gistermorgen het volgende gemeld; Grave: overtocht voor voetgangers en rij wielen per ijsvlet of over voetpad. Hedel: overtocht per veerpont bij dag, des nachts per roeiboot. Keizersveer: overtocht voor voetgangers en fietsers over voetpad. Moerdijk: veerdienst gestremd Nijmegen: overtocht voor voetgangers en wielrijders over voetpad. Zalt-Bommel: overtocht ook voor lichte voertuigen over het ijs. Gorinchem-Sleeuwiik: overtocht over het ijs, ook voor auto's enz tot eer. gewicht van 2.000 K.G Gorinchèm-Woudrichem: veerdienst ge staakt. Dordrecht-Zwijnt'recht: overtocht ook voor auto's. .Arnhem: overtocht voor alle voertuigen. Vreeswijk: overtocht ook voor auto's tot een gewicht van 250J K.G. Doesburg: overtocht over schipbrug voor licht rijverkeer en voetgangers, tramverkeer niet toegestaan Kuilenburg: overtocht voor alle verkeer. Het ijs in de Nieuwe Maas voor Bolnes is thans zoo sterk, dat men een pad heeft gemaakt naar Krimpen a. dj Lek. De ijsberichtendienst vanwege den Rijks waterstaat is thans voorloopig stopgezet wegens 011 veranderden toestand. Als de dooi zal intreden Op uitneodiging van de Vereeniging tot Behartiging van de Belangen van de Bvu- neniandsche Beurtvaart (Stoom en Zed) heeft te Rotterdam een bespreking' niaats gehad tusschen vele belanghebbenden bij scheepvaart en industrie, zoowel 'an daar als uit Dordt, waarbij o.a. de gemeente Dordrecht officieel vertegenwoordigd was door den havenmeester. Doel der bespreking was maatregelen te beramen om bij het intreden van den dooi met steun der betreffende autoriteiten den afvoer van het ijs te bespoedigen Boven genoemde vereeniging verzoekt alien belang hebbenden (gemeentebesturen, polderbestu ren industrieelen, reederijen etc.) welke met. dit'doel instemmen en bereid zijn steun ve verleenen, daarvan kennis te geven aan t.aar secretaris Haagscheveer 25, Rotterdam. De toestand op Schiermonnikoog Heden wordt op Schiermonnikoog weer eeu vliegtuig van de K. L. M verwacht. Op het eiland begint gebrek aan steen kolen te komen. Vele burgers, die niet voor den geheelen winter hebben ingeslagen, hebben nog slechts voorraad voor enkele dagen Zij zullen zich dus verder met hout moeten behelpen. Van den vuurtoren fa kat men zelfs met den kijker in de Noordzee geen water zien. Slechts een uitgestrekte ijsvlakte is zichtbaar. Een man doodgevroren De alleenwonende schoenmaker P. van Dijk te Dantumawoude is door de koude be vangen en overleden. Eoomen door de vorst opengebarsten Op de Kapellerlaan te Roermond zijn ver schillende boomen door de vorst opengebar sten, zoodat er kans bestaat, dat deze laan bij doorgaand vriezend weer, in den komen den zomer veel van haar schoonheid zal hebben ingeboet. Beide handen bevroren Een mijnwerker, afkomstig uit Nuth, die gisteren te middernacht per fiets van de Staatsmijn Emma kwam, zijn beide handen bevroren. Hij is in het hospitaal te Heerlen opgenomen. Twee uur vertraging De trein uit Amsterdam, die om 8 uur 13 te Arnhem moet aankomen, heeft gisteren te Veenendaal door het onklaar worden van de machine tengevolge van de vorst, ruim twee uur vertraging gehad. De reizigers moesten al dien tijd in een onverwarmden trein zitten. Eerst na dien tijd was een reserve machine aangekomen. De trein kwam om ruim half 11 binnen. 1800 mud aardappelen bevroren In de haven van Oudeschild op Texel zijn in een schuit niet minder dan 1800 H.L- aardappelen bevroren. Over den Rijn bij Arnhem Bij Arnhem is gisteren over den Rijn een voetpad gemaakt voor het verkeer. Het bergen van ingevroren schepen Men meldt ons uit. Gorcum: De firma Wijnbelt Co. te Woudriehem heeft aangenomen twee groote Rijnaken en een sleepboot, die vlak voor de haven van Gorcum in de Merwede zijn ingevroren, te bergen. Hierdoor zullen or/-, veer 400 werk- looze visschers te werk gesteld kunnen wor den. Men is reeds heden met het bergen begonnen. Men zal trachten de schepen in de Keulschevaart te brengen. Alleen het luchtverkeer heeft geen last van de vorst Vanwege de K. L. M. wordt medegedeeld: Ondervonden scheepvaart en spoorwegver keer tijdens deze felle koude ernstige stoor nis, het luchtverkeer wordt, behoudens een enkele vertraging, regelmatig uitgevoerd. De bezetting der machines is belangrijk grooter dan in de voorafgaande jaren, hetgeen be wijst, dat. de reizigers zich niet door deze weersomstandigheden laten afschrikken. In dit verband moge er op gewezen worden dat alle vliegtuigen van centrale 'verwar ming voorzien zijn, terwijl in deze periode bovendien reisdekens en voetenzakken wor den medegegeven. De K. L. M. heeft uit het Noorden een uitnoodiging ontvangen om in verband met de groote stagnatie in het verkeer- te water en te land, te helpen de verbinding op Scan dinavië te verzekeren. Op grond van het toenemend verkeer op Londen, Parijs en Brussel heeft zij echter de beslissing om vliegtuigen naar het Noor den te zenden, aangehouden. Het ongeluk te Warmond De commissaris van de Koningin in Zuid- Holland neeft gisteren telegrafisch aan den burgemeester van Warmond verzocht zijn innige deelneming te betuigen aan de we duwe van den zoo jammerlijk omgekomen veldwachter dier gemeente G. Romein. Van Rotterdam naar Am sterdam buitenom Gisteren in den namiddag is te IJmuiden aangekomen de sleepboot „Gruno", die van Rotterdam over zee was vertrokken om te Amsterdam in de haven dienst te verrich ten. Slachting in de vogelwereld De omstreken van Kampen genieten een verdiende vermaardheid wegens de rijke verscheidenheid van watervogels, waaronder zeldzame soorten, en liet Kamper-Eiland iri het bijzonder trekt des zomers voortdurend bezoek van belangstellenden om de duik- oefeningen van de fuut, het tournooi dei- kemphaantjes en het druk beweeg van de baardmees te begluren en in den avond te luisteren naar den somberen roep van den roerdomp. Maar de overblijve.nden uit deze vogelwereld hebben het in dezen langdurigen en ongemeen strengen winter hard te ver antwoorden. Dit blijkt, naar men uit Kam pen aan het „Hbid." schrijft, hieruit, dat waterhoentjes en kooten hun natuurlijke schuwheid hebben afgelegd, om in het wal: beneden de IJselbrug, de eenige open plek der geheele rivier, in grooten getale de leege maag te komen vullen met het voedsel, dat hun daar wordt toegeworpen, als ten minste de dichte schaar van brutale meeuwen iets Het vliegtuig, op zoek naar stoomschepen in de Oostzee voor hun overlaat. Maar eiken nacht trekt de randen van het plekje open water dichter bijeen en iederen ochtend blijkt dit aan een aantal dezer sierlijke vogels het leven te hebben gekost, vastgevroren als ze zijn in het aangewassen ijs. Erger zijn nog de arme steltloopers er aan toe, die nergens meer voedsel kunnen machtig worden en onver- bidddelijk van honger moeten omkomen. Zoo zijn al een aantal doode roerdompen en andere reizigers gevonden, tot het ge beente vermagerd. Het staat dan ook te vreezen dat vooral van deze soort heel weinig exemplaren het leven er zullen afbrengen. PER AUTO NAAR MARKEN NOG NIET MOGELIJK Men meidt ons uit Monnikendam: Aangezien van verschillende zijden ge. meid was, dat een tochtje naar Marken per auto mogelijk was, wilde giscermiddag een zekere v. O. met zijn wagen even een be zoek aan Marken brengen. Nabij Marken gekomen verdween bij den z.g. post het voor stuk van den auto plotseling door het vis, het achtergedeelte bleef gelukkig hangen; met oehuip van takels, bevestigd aan een uitgeslagen anker werd ten slotte het vehi kel weer op den „beganen grond" gebracht, fotografen, die met het oog op het Jjsfeest aanwezig vvcutn en rui i<e vciKi .U'uen, hadden dan toch tenminste wat te doen. De heer M. zorgde, dat de heeren weer teruggebracht werden, wat zeer op prijs gesteld werd. Zoo juist verzocht het bestuur van de J.Jsvereeniglng „Olympia" mede te deeien, dat aan den speeltoren een waarschuwing geplaatst zal worden inhoudende dat toch. ten per auto naar Marken niet mogelijk en gevaarlijk geacht moeten worden. <16* Geen opname uit de Poolstreken, maareen gezicht op de Duitsche Oosvzeekust bij Wamemunde Een belangrijke gift van H. M. de Koningin. „De sneeuw ligt op vele plaatsen reeds tien voet hoog. Het postverkeer wordt in Opper-Karinthië slechts door middel van F; M'vde,KTng he,e" een belang"jk boden te voet en dikwijls met langdurige bediag beschikbaar gesteld vopr heu ,.e 1 staking onderhouden. Vele bergdorpen en een beel onder de sneeuw bedolven, zoodat hier i en daar slechts de met Per auto over de Maas. vergezeld van zware regen- en sneeuwbuien.ongesmolten in Milaan aan te komen. Ook in de Rijngewesten en hoogerop heeft dat is dan ook min of meer gelukt, liet toen zwaar gesneeuwd. Op verschillende Min of meer. Want toen we het station uit plaatsen was de gemeenschap door de waren' zag °Peens e®n straaltje vloeistof sneeuw gestremd; doch vooral in Karinthië langs umijn hoofd neerstroomt en ik keek bad men zware sneeuwvallen. naar boven °'n zlen of daar m^chien Betreffende een grooten sneeuwval in Ppoten wfd/ Neen' w®rd nlet ***°- Karinthië «rt het bëM.ht: j"» ï^'jr^ht.ThSerd meters zagen we hotel Regina, en daar de blauwgejasle witkielen, de facchino's, het Gistermiddag te éen urn is te v •a»ts ue eerste auto over de Maas gegaan. De veer. lui hebben een pad op het ijs aangelegd. De toestand op Ameland. Gebrek aan brandstoffen. sneeuw beladen 'gevels der huizen uit de witte massa te voorschijn komen en men van de bewoners van enkele gehuchten, waar het herstel dei- gemeenschap onmogelijk is, in het geheel niet wfeet of zij nog in leven zijn. Door de zwaarte der sneeuw zijn vele daken ingestort en rollende lawines hebben menig huis met te warm hadden, droegen we zelve onze bagage naar het hotel. Dat is te zeggen, we droegen een meter of drie, rustten dan weer en kwamen na een kwartiertje aan het hotel aan. We zetten de bagage op het terras, gingen naar binnen en zeiden niets, omdat we te warm waren om, in welke taal dan ook, iets te beweren. Ik zou nu wel eens op een stukje film willen zien, hoe we daar in de restaurant zaal binnenkwamen. Het zal wol jammerlijk zijn geweest. We kwamen op een of andere wijze op stoelen terecht, eenige passieve kelhiers De gevolgen voor de bewoners van het ei- j uitgeroeid en de bosschen met hun tallooze land doen zich langzamerhand gelden, ui vijftien dagen is thans slecht' t'v- r post aangekomen. Het ergste is evenwei, üat er aan verschillende amgën gcbies be gint te komen. Veevoeder is op het eiland niet meer te krijgen. Ds branstoffennande- laren zijn uitverkocht. De winkel-voorraden beginnen te slinken en artikelen als marga rine, thee en koffie zijn schaarsch geworden, jjij kunne.' nog slechts in leperkfe hoeveel, heden per postpakket worden aangevoerd. De be rrtschepen van Gebr.v Bruin, die op de reede van Hollum in het ijs zijn vast gevroren, zullen zeer waarschijnlijk als verloren moeten worden beschouwd. De landbouwer W. Kievit uit Buren op Ame land is over het ijs van de Wadden heen en terug' naar den vasten wal geweest. De toestand op Ameland begint tengevoi- de menschen en al wat er zich in bevond, ge van de isolatie minder preltig te worden, j medegesleept. Het wild is ook voor vele jaren plaatsten vier ventilatoren om ons heen en zonder dat we ook maar een enkel woord gezegd hadden, zetten ze limonade met ijs voor ons neer. Toen we na een oogenblikje een beetje bij kennis kwamen, herkenden mijn reis gezel en ik eikander opeens: hè, is die daar ook, wat doet die in die hei hier? Toch zeker niet voor zijn pleizier op reis? Hij zal toch wel goed bij zijn zinnen zijn? We ontdooiden, ik wil zeggen we naderden een levenonderhoudende temperatuur meer en meer en toen bespraken we bet vol gende: in Nederland worden we wel eens en te gauw vaak ontevreden als het in den winter koud is en hier gevoelen we, hoe onrechtvaardig en hoe overdreven dat is. En we hebben elkander toen plechtig be loofd, aan de treinreis naar MVaan en aan onze aankomst in Hotel Regina te den ken, als het vaderland te koud naar onzen zin mocht zijn. Dien avond zagen we in de stadsparken tal van gezeten burgers, waaronder leeraren, bankpersoneel, zakenlieden, enz., op de banken slapen. De menschen kenden het in hun huizen niet uithouden en wat wij dien nacht in het hotel aan warmte uitstonden was zoo vreeselijk, dat we met genoegen nog een paar graden vorst er bij nemen ais we maar niet weer in zoo'n braadoven be hoeven te slapen. Koude kan men ontloopen door zich dik tc kleeden, wat ruim vet te gebruiken, zich flink te bewegen en in verwarmde vertrekken te gaan maar hitte ontloopt men niet. Die achtervolgt ons en haalt ons in, zuigt zich aan ons vast zooals de Erynniën zich vasthechten aan de hielen van den misdadiger. En wie zich niet prettig gevoelt in deze koude dagen moet maar eens denken aan den gloeiendsten dag toen hij „hoe warm het ook was en hoe ver" loopen moest, en wanhopig liep, voelde hoe hij al ioopende gebraden werd. Dan draagt hij met een beetje meer vrede des gemoeds deze koude, die binnen enkele dagen weer voorbij is. In de Kvim is De huidige koude dagen doen onwillekeu rig terugdenken aan koude winters in vroe ger jaren en dan komt dadelijk weer voor den geest het jaartal 1870. De winter van 1870 was zeer streng. Uit verschillende landen kwamen berichten van pen meer dan gewone koude, waarvan de nadeelige gevolgen over groote uitgestrekt heden werden gevoeld. Het „Handelsblad" herinnert er aan, dat die winter zich ken schetste door vreemde atmosferische ver schijnselen. In de zuidelijke Alpenstreken was het reeds in October zeer koud, en in Galicië, Polen en Rusland begon de zware vorst eerst in Januari, Zweden en Noorwegen hadden toen nog bijna geen winter, terwijl in Italië en Spanje lelie koude lieerschte. Den 5en Februari had men in dat jaar te Krakau 19, te Lemberg 21, te Warschau 20, te Posen 19, te Dantzig 15, te Breslau 13, te Weenen 0, te Koningsbergen 17, te St. Pe tersburg 22, te Moskou 25 en te Stockholm 2 graden koude; te Triëst 2 graden warmte. Eenige dagen later steeg te Krakau de koude tot 24 graden, zoodat op de scholen het on derwijs moest worden gestaakt. Zaterdag 12 Februari 1870 heerschle te St. Petersburg een vorst van 23 graden Reau mur of 20 graden onder nul Fahrenheit; te Moskou 26 graden R. of 26 onder F.: te Ber lijn 11 graden R. of 7 graden F.; te Stock holm 3 graden R. of 25 graden F. Den daarop volgenden dag wees de thermometer te St. Petersburg 20 graden R. of 13 graden onder nul F.: te Berlijn 15 graden R. of 2 graden onder nul F.; te Stockholm 6 graden R. of 18 graden onder F. De grootste in deze maand opgeteekende koude deed zich voor te Czernowitz, in Galicië, alwaar de ther mometer op 34 graden R. of 44 graden onder nul F. gedaald was. Twee personen vroren daar dood. Uit Engeland wordt gemeld, dat het al daar in die dagen (gelijk in Nederland in gebroken stammen leveren een treurigen aanblik op. Te Raibel waren de reizigers genoodzaakt langer dan veertien dagen op ééne plaats te vertoeven; en slechts de voor raad brood, waaraan men de meeste behoef te had, kon door middel van ijssleden uit Tazviz aangevoerd worden. De gemzen komen van den Koningsberg tot voor de huizen, en een nederstortende lawine heeft vier ar beiders, die naar hun dagwerk gingen, be dolven. Bij Millstadt werd tusschen Lauben- dorf en Treffling een jong meisje, en tus schen Spital en Seeboden een krachtige vrouw in de sneeuw doodgevonden. Bij Fresach, in het Drau-dal, is een man, en op den weg naar Stockenboi zijn drie men schen doodgevroren. Al deze verongelukten werden door het waden door de dikke sneeuw uitgeput, waarna zij gingen zitten en in sliepen, om niet weder te ontwaken." Op verscheidene plaatsen in West-Pruisen vertoonden zich in 1870, ten gevolge van de voortdurende en buitengewone strenge koude, 26 graden R. of 26 <4 graad F. onder nul, vele vossen, die door gebrek aan voedsel de uitgestrekte Poolsche wouden verlieten. Te Jassy, hoofdstad van Moldavië, had men in de eerste paar weken van Februari, bij afwisseling, een koude van niet minder dan 30 graden Reaumeur of 35 !4 graad Fahrenheit onder nul. Sedert week de koude en had men zelfs in het laatst van Februari een warmte van 50 a 55 graden F., wat den dooi zeer bevorderd?. Opmerkelijk was het, dat, terwijl in ver scheidene landen van Europa zulk een felle koude heerschte, het in Noord-Amerika een aangenaam zachte winter was, juist het tegenovergestelde van het jaar daarvoor! Een jaar of zeven geleden kwamen we des namiddags het zal ongeveer vier uur zijn geweest :n Milaan met den trein aan, vertelt Fr. v. R. in het „Hbid.". Het zou overdrijving zijn te zeggen, dat wij, mijn reisgezel en ik, de eenige passa giers in den vrij langen trein waren. Althans in onzen wagen was ook meegekomen een hoogleeraar in de wiskunde, die jas en vest had uitgetrokken en ons ook had aange raden hetzelfde te doen. Maar overigens -waagde niemand, die niet allerbuitengewoon-dringendst in een andere plaats moest zijn, zich in den blakenden oven, die spoortrein heet. De spoorwegmaatschappij scheen niet bijster op baar gemak door het feit, dat zij bij die temperatuur treinen liet loopen. Ze had misschien al een sinistere verwachtings statistiek van sterfgevallen door de warmte opgemaakt en berekend wat haar dat aan schadeloosstellingen zou kunnen kosten. Mogelijk ook was het zuivere mensclien- liefde, die haar dreef, maar aan alle sta tions, waar even halt gehouden werd, kre gen de scnaarsche passagiers een karton nen bekertje met roomijs, om althans on ook plotseling lente-temperatuur gekomen. Als 't niet waar is. Hoeveel malen hebben onze grootvaders ons niet jaloersch gemaakt, wanneer zij melkbceren hun waar in blokjes gaan afle veren, nu het water in de grachten, ds kra nen en. de waschkommen gestold is, nu de handdoeken twee minuten na het gebruik zoo knapperig blijken te zijn als een versch gebakken olympiade-wafel, nu je des avonds laat ernstige maatregelen moet nemen om zonder bevroren neus en ocren thu s te ko men, nu begrijpen we niet meer, dat we ooit naar zoo'n echten Hollandschen winter heb ben verlangd, zoo min als wij nu nog be vroeden. dat we over eenige decennia onze kinderen en kleinkinderen in verbazing zul len brengen met onze verha'en over dezen strengen winter, zooals er dan niet meer zullen zijn. De algemeene ijsvreugde van een week of vijf geleden is omgeslagen tot een bijna even groot ijsverdrie-t en de wonderlijkste verhalen deden de laatste dagen de ronde. Als we de berichtgevers gelooven moch ten, dan was het IJ, het lieve vriendelijke IJ, waarop 's zomers de zon blinken kan en waar machtige zeebodems het water schui mend doen opkrullen langs den scherpen boeg, herschapen in een soort Poolzee. Door al deze geruchten geprikkeld is onze redactie, zoo schrijft de „Msb." uit Amster dam, op een goeden middag uitgetrokken voor een expeditie op deze Pzolzce, waarvan wü hier het alleszins geloofwaardig relaas laten volgen. Des middags om twee uur vertrok de expe ditie van ons bureau aan den N. Z. Voor burgwal, zoo vertelt het blad. Een lange rij hondensleden, bespannen met ruigharige poolhonden, die door Ljef van Dongen wel willend voor de expeditie waren afgestaan, stond op het trottoir te wachten. Een agent, die zelfs in de bitterste koude zijn plicht geen oogenblik vergat, gelastte ons te ver trekken, daar onze expeditie het verkeer be lemmerde. Onmiddellijk kwamen onze redactieleden, allen gehuld in zware bontjassen en bont mutsen, "sar builen. Nog even werden de blokjes bevroren erwtersoep nagekeken en geteld en toen ging het voorwaarts. Er stond een scherpe wind uit Oostelijke richting, die de expedite het gaan niet. wei nig belemmerde. Bij de St. Luciensteeg zagen we ons dan ook genoodzaakt den honden eenige rust te gunnen, maar na een half uur gebivakkeerd te hebben terwyl de ex peditieleider op ski's de omgeving' afdwaalde, waren allen weer ..fit" genoeg om den tocht te hervatten. De verdere route leidde door de Kalverstraat, die uitstekend te volgen was. Op den Dam gekomen misten wij ech ter een van de deelnemers aan den tocht. Onmiddellijk werd hr.lt gemaakt en een hulpexpeditie uitgezonden om den vermiste te zoeken. Met ongelooflijke inspanning slaagde men er eindelijk in hem op te sporen in een blokhut, waarop c'e in Amsterdam welbekende woorden „American Lunchroom" stonden geschilderd. Na een voorspoedigen tocht langs het Damrak, waar de firma Bender de expeditie verraste met een complete radio-installatie, bereikten wij het Centraal Station en, nadat wij zoo gelukkig waren geweest de sporen te vinden van de kringlijn om h-t Stationsge bouw. stonden wij eindelijk aan de De Ruy- terkade. Daar wachtte ons een onvereteliik gezicht. Tientallen meters hooge ijsbergen omringden de Zaandammer pleizierboot.war rop geen le vend wezen te bespeuren was. Trouwens, op de heele De Ruijterkade liep geen mensch. Een onafzienbare ijsvlakte strekte zich uit zoover het oog reikte en behalve eenige wal russen, die een hol hadden ingericht bij het touringnet van het Centraal Station, waren er geen levende wezens te zien. Aan de Oostelijke zijde, van waar eens de veerpont vertrokken was, zouden wij onze niet geheel ongevaarlijke reis beginnen e' met mannenmoed sloegen wij een bres in eer van de kolossale ijsbergen. Juist tóen wij zouden weggaan, kwam ons een Eskimo achterop, in wien wij tot onze verbazing het raadslid De Miranda herken den. Hij had een grooten bos kachelhoutjes op den rug en vertelde ons, dat hij een groot vuur wilde aanleggen, dat al het ijs zou doen smelten. Daar hij -echter het groote nut van onze wetenschappelijke expeditie inzag, ver klaarde hij zich aanstonds bereid, nog even met het aanleggen van het vuur te wachten. Toen gleden we weg door de schotsen. Het uitzicht werd ons op sommige punten door ontzaglijke ijsbergen belemmerd en tot over maat van ramp begon het plotseling zóó te sneeuwen, dat wij geen erg hadden in de kudde ijsberen, die op ons toeliep en ons overviel. Met zakmessen, scharen en andere journalistieke instrumenten trachtten wij den aanval te keeren, maar vergeefs. De beren waren niet te weerstaan. Gelukkig bepaalden zij zich er toe met al onze blikjes snert en Frankfurter knakworstjes te ver dwijnen, zonder een levend creatuur geweld te hebben aangedaan. Een van de witte bezoekers had tot over maat van ramp al onze alcohol-thermome ters stukgeslagen en leeggedronken, met het gevolg, dat hij thans zijn roes lag uit te slapen in onze tent. Op dat moment kwam het persbureau Vaz Dias door de radio ver tellen, dat er hevige dooi werd verwacht en we moesten overhaast opbreken. Het kompas was zoek geraakt en wij zwierven vele uren op het ijs, voordat wij het Centraal Station weer in het oog kregen. .rekkende aan hun Duitsche of van andere Door en door koud, wilden we zoo gauw dat jaar) hevig gestormd had. De storm ging gesmolten dat wü zeggen de menschen nationaliteit stammende pijpen, ons vertel den van de echte ouwerwetsche Hollandsche winters, waarin het iets heel gewoons was om met paard en kar over het IJ te rijden en waarin de sneeuw gewoonlijk zóó dicht placht te vallen, dat zelfs baron von Münch- hausen's fantasie zich zou hebben zien over troffen door de barre werkelijkheid. En nu, nu 't werkelijk een beetje begint te lijken op zoo'n ouwerwetschen winter, nu de mogelijk naar huis gaan. maar een onhar telijke conducteur van de tram weigerde halsstarrig onzen ijsbeer mee te nemen Het verder relaas willen wij u besparen, want u gelooft het toch niet; maar als we een jaar of vijf en twintig verder zijn en u vertelt 't zelfde aan uw kleinkinderen, dan zullen ze aan uw lippen hangen en ook ver langen naar zoo'n echten ouderwetschen winter. De wisselstroomvoeding van de gioeictra- den der radio-lampen wint zichtbaar veld Het neeft onmiskenbare voordeeien De accu heeft nooit de sympathie van den radio-amateur gehad. Wij nebben dat op deze plaats reeds eerder betoogd Geen wonder dus, dat de eerste de beste gelegen heid. om van dat lastig onderdeel al te komen, gretig aangegrepen wordt De „aigeheele wisselstroom voed ing' legt momenteel zoozeer beslag op de aandacht var. den radio-amateur en -luisteraar, dat het een beetje ouderwets aandoet, thans nog een toestel voor accu-vulling te bestellen Het geett den indruk, dat men niet met zyn tijd meegaat. En toen hebben wü nog een dergelijk toestel besteld. De wisselstroomvoedrng heelt n.l. naast de vele groote voordeelen, ook na- deelen en nu is het slechts de vraag, welke in de gegeven omstandigheden het zwaarst wegen. De radio-experimenteurs zijn net ei allen vrijwel over eens. dat men bij ontvangst op „wisselstroom" belangrijk meer hinder on dervindt van de zoogenaamde hoogirequente storingen, dan bü „accu-ontvangst* Spe ciaal doelen wij hier op de trams leringen Deze soort storingen doen zich uiteraard maar voor in grootere steden; daar dus. waar een electrisch tramnet is. Op net platteland, en in de kleinere steden zal dit Fig 1 Een Kunrox-cel met aan beide zijden het Cupro-oxydelaagje. a. de contact- klem aan de koperplaat, b. de con- tactklem aan de doorverbonden buitenste koperiaagjes, c. de Cupro-oxydelaagjes nadeel niet gelden. Voor storingen, ver oorzaakt door hoogfrequente machines, geldt hetzelfde; deze machines kunnen zich echter overal bevinden. Een ander nadeel is, dat de wisselstroom lampen nog niet die mate van volmaaktheid bereikt hebben, die de huidige gelijkstroom- lampen bezitten; men zal ze eerder door nieuwe moeten vervangen. Stelt men daar tegenover, dat net „ge sleep" met den accu tot een minimum be perkt. kan worden, alleen voor periodieke controle behoeft men den accu nog maar naar een goed laadstation te brengen, dan wordt de keus toch wel moeilijk. De Trickle-Chargers (druppelgelijkrlch- ters) zijn hier een ware uitkomst, al moet de gebruiker er wel op letten, dat hij zijn accu niet overlaadt, ook hier is een teveel van net goede iunest. Men beeft twee systemen van wissel- stroomvoednig. In de eerste plaats de in directe verhitting. De kathode (bij normale gelijkstroomlamp de gloeidraad) wordt ai- direct verhit. Bij dit systeem is het mogelijk aan de kathode een groot oppervlak te geven, en dit stelt den fabrikant in staat, lampen te ontwerpen met eigenschappen, die beduidend gur/itiger zijn, dan die van de gelijkstroomlampen. En dan heeft men direct verhitte lam pen. Het schijnt een telt te zijn, dat bü gloei- draadvoedmg met gelijkgerichte wis selstroom, de storingen belangrijk minder zijn (in verhouding) dan bü toepassing van de indirect verhitte lampen. Met behulp van het Kuprox gloeistroom- apparaat, zou men dus betere resultaten kunnen bereiken en net is daarom, dat wy dit artikel zullen besluiten met een nadere beschouwing van de Kuprox-cel. Er zijn twee soorten van droge metaai- gelijkrichters in den handel. Het verschil is alleen gelegen in de fabrikatie- methode. in wezen berusten ze op hetzelfde principe. De koper-oxyd gelijkrichier bestaat uit twee cellen,, die opgebouwd zijn uit plaatjes metallisch roodkoper, en een daarop kunst matig gevormd laagje Cupro-oxyde (Cu20) Nu is het een eigenschap van deze combi natie (en ook van andere dergelijke com binaties), dat de positieve stroom het best in de richting van het oxydlaagje naar net metaal geleid wordt, omgekeerde scroom- doorgang v.ndt zoo goed als niet plaats, Is een en ander dus vnj eenvoudig, de moeilijkheid, die men overwinnen moest, om deze cellen practisch bruikbaar te maken voor het doel, waarvoor zy thans toege past worden, was hierin gelegen, dat by het opbrengen van het oxyd-laagje, hier overheen weer een laagje cupri-oxyd (Cu O) gevormd werd. Dit laagje is zeer slecht ge leidend, doet dus aan de aigeheele werking van de cellen afbreuk. De verwydering van dit laagje is direct oorzaak van de twee verschülende soorten, die thans verkrijgbaar gesteld zijn. De „Wesiinghouse" verwendert dit laagje ni. mechanisch (aislypen ol afschaven) en perst vervolgens op de oxyd-laag een plaat lood, een zacht metaal dus, om een goed contact te verkrygen tusschen de oxyd-laag en het lood. Dit „contact" is echter mee altijd constant te noemen, daar hier bü meer of mindere verwarming de diverse metalen uitzetten. Dit is dus een bezwaar, afgezien nog van den enonnen druk, waar mede de diverse deelen op eikaar geperst moeten worden. Een gelykrichter, die volgens dit principe gebouwd is, wordt onder den naam „Protos" door de Sie' rens Schukert Werke in den handel gebracht. De Kuprox-eellen worden volgens net andere procédé vervaardigd. Hlerby verwü- dert men nl. het Cu O-laagje niet langs mechanischen weg doch wordt dit chemisch omgezet in zuiver koper. Dit laagje koper nu is zeer innig verbonden met het Cu2G- laagje, het contact is dus zeer goed; de noodzakelijkheid van met onder hoogen druk op elkaar persen van platen is hiermede tevens vervallen. Op het eerste gezicht zou men zeggen, dat hier dus een Cupro-oxyde laagje (Cu20) aanwezig is, aan beide zyden ingesloten door een koper plaatje, een ce) dus, waarvan de werking intern opgeheven wordt. Dit is niet het geval. De samen hang van het later gevormde koperiaagje met het oxydlaagje, is van geheel anderen aard, dan die tusschen de eerste koper plaat en het daarop gebrachte oxyd-laagje. Fig. 2 Een Kuprox-element uit eenige cellen samengesteld De Kuprox-gelykrichter blijft, wat zijn capaciteit betreft, onveranderd, slijt, prac tisch gesproken, nooit. Verder is deze geiyk- richter mechanisch sterk en bestand tegen schokken en trillingen. Mocht een stukje van het oxyd-laagje door buiging van een der koperplaatjes er af barsten, dan ver mindert alleen de capaciteit, zonder dat dit overigens afbreuk doet aan de werking. Door paralel en in serie schakelen van af zonderlijke cellen, kan men een gelykrichter samenstellen, die aan de te stellen eischen voldoet. Als bijzonderheid willen wy nier nog ver melden, dat de Kuproxcellen ook wal zoo uitgevoerd worden, dat aan beide zijden van de oorspronkelijke koperplaat, een laagje oxyd opgebracht wordt. Door een byzondere wyze van schakeling (zie fig. I) wordt deze cel dan dubbelwerkend. Fig. 2 geeft een element van een Kuprox- geiijkriebter weer. BEVALT WISSELSTROOM U? Naar aanleiding van datgene, wat wy ove, _a wisselstroomvoeding geschreven hebben, zouden wij zeer gaarne van onze lezers ver nemen of de wisselstroomvoeding voor zoover zij die toepassen hen bevalt. De vragen, die wy gaarne beantwoord zagen, zijn: Is de kwaliteit van de weergave naar naar genoegen? Hebt u meer last van storingen, clan bü ontvangst met accu-voeding? Is het ook uw ondervinding, dat de wisselstroomiampen eerder hun emissie verliezen, althans eerder minder goed gaan werken, dan de gelijkstroom- lampen? Indien hierop voldoende antwoorden in komen (te richten aan de Redactie van de N. H. Ct.), dan kunnen wü hieruit wellicht een conclusie trekken, ten nutte van onze andere, nog weifelende lezers. de le. 2e 3e. i

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 5