Landbouw en Visscherij 41 FEUILLETON DE SCHANDPAAL III \m a tandpasta VIERDE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT ZATERDAG 23 FEBRUARI 1929 BLADZIJDE 2 De uitvoer van groenten, landbouwgewassen en veeteeltpro ducten Kon. Ned. Maatschappij voor Tuinbouw en Plantkunde Een proef, die slagen moet Het verbouwen van gerst Een melkveiling HANDEL EN NIJVERHEID Nederlandsch fabrikaat Dr. H. NANNING's W M25&75cp.tube Duitschland en de Nederl. Handelsbalans LUCHTVERKEER Plannen voor een nieuwe Zeppelinhal bij Berlijn De tocht naar Egypte van de Zeppelin Op hun vlucht naar Indo-China VRAGENBUS Een overlicht over 1928 De totale groentenuitvoer in 1928 heeft be dragen 68'j millloen tegen 45 millioen in 1927, Duitschland alléén nam voor 19 mil lioen méér af. De uitvoer van versche vruchten bedroeg 11 millioen tegen 10 y, millioen in 1927; die van vruchtenpulp bedroeg 6 2/3 mil lioen f6 millioen in het jaar daarvóór). Aan bloembollen, bloemen, planten, hees ters. enz. werd voor 53 2/3 millioen uitge voerd tegen 49 mill, in 1927. Het tuinbouw-totaal (zonder vroege aard appelen) bedraagt dus 140 milioen tegen 101 mill, in 1927! De aardappel-export heeft met inbegrip van poters plm. 23 millioen bedragen. Als men dan bedenkt, dat aan boter en kaas samen voor 168 millioen werd uitgevoerd, dan springt het groote belang van onzen va- derlandschen tuinbouw wel zéér duidelijk in het oog. Bij optelling der landbouwgewassen en vee teeltproducten komt men ook tot aardige cijfers. De aardappeluitvoer bedraagt 21 'A millioen. die van pote~rs 1 2/3 millioen, van suikerbleten 6'5 millioen, van pulp een f 14 millioen. van peulvruchten 18 millioen, van zaden 16 millioen, van cichoreiwortels eveneens 'A millioen, van hooi 2/3 m„ van stroo en hulzen 1 15 millioen, van kaas 80 millioen, van boter 88 millioen, van melkproducten 56 millloen, van vleesch en bacon 100 millioen, van paarden 3 mil lioen, van fok- en slachtvee 2 K millioen, van varkens 7 W millioen. van levend en geslacht pluimvee 8 millioen, van wolvee 180.000, van eieren versch en geconserveerd 62 millioen en van vlas 9 millioen. Dit alles te zamen maakt een bedrag van rond 485 millioen. Daarbij komt nog een aardappelen-uitvoer van 15! j millioen, dextrine e.d. van 4J( millioen en een stroocartonexport van 21 millioen. Ongerekend suiker en huiden (en wat kleinere „postjes") komt men dus reeds tot een bedrag van 526 millioen, hetgeen te zamen met den tuinbouw-uitvoer een totaal geeft van 666 millioen. Ter beoordeeling van de suiker diene, dat, naar 't „Hbld." mededeelt, onze beetwortel suikerfabrieken <70 pet. der productie komt voor rekening der coöp. fabrieken) op het oogenblik uit de hier te lande geteelde sui kerbieten plm. 270 millioen K.G. per jaar pro duceeren. terwijl het binnenlandsch verbruik pl.m. 210 millioen K.G. bedraagt, zoodat het surplus der eigen productie 60 millioen K.G. bedraagt, hetgeen dus zoo ongeveer een waar de vertegenwoordigt van 8 a 9 millioen. kingen wees spr. er op, dat men naar uit de proeven is gebleken, wanneer inderdaad de veronderstelling van de directie van het Kon. Meteorologisch Instituut en van dr. Hijmans juist is in een regenrijke periode den stand van het grondwater niet bepaalt naar den stand van het water dat in een gegraven put staat. Voorts kan men, de ver onderstelling als juist aannemend, dan ook verklaren waarom na regen de drains zoo dikwijls loopen. Deze causerie werd met lichtbeelden ge ïllustreerd. Na deze inleiding volgde sluiting der vergadering. Te R'dam hield Donderdag de Kon. Ned. Maatschappij voor Tuinbouw- en Plantkunde haar winterbijeenkomst onder voorzitter schap van den heer G- F- van Tets van Godschalxoord. De voorzitter heette de aan wezigen welkom in het bijzonder den inspec teur van den Landbouw, den heer Kake- beeke. Spreker zeide dank aan de firma's Hartlieb en Imming, alsmede den directeur van de Diergaarde, voor de mooie bloemen, die zij hadden willen zenden ter opluistering. Mededeeling werd gedaan, dat de burge meester van Rotterdam wegens raadsverga dering verhinderd was te komen. De voor zitter eindigde zijn inleidend woord met den wensch, dat de kweekers niet te veel schade zullen ondervinden van de vorst. De heer H. Veendorp uit Rotterdam hield hierna een inleiding over de juistheid en uniformiteit ten opzichte van de kleurbe- schrjj vingen. De heer J. H. T. de Roos Hzn. uit Am sterdam hield een inleiding over de bloem- sierkunst in de laatste 25 jaren. Daarna werd de vergadering geschorst. Na heropening der vergadering sprak ir. H. Volkersz uit Lisse over merkwaardige grondwaterstandswaarnemingen in den proefschooltuin te Lisse. Over de proefne mingen in de school genomen, heeft spr. veel verteld. Uit'de proeven is o.m. geble ken, dat in regenlooze perioden de stand van het grondwater in de gresbuizen het hoogst is tegen dat de zon opkomt. Over dag valt het water in die buizen en 's nachts stijgt het. In regenrijke perioden valt in de gresbuizen een sterke stijging waar te nemen. Veel sterker dan uit de hoeveelheid gevallen water valt af te leiden. Over de oorzaak van deze stijging heeft de directie van het Kon. Meteorologisch Instituut de veronderstelling geuit, dat deze stijging in verband zou staan met de spanning van de bodemlucht. Ook dr. Hijmans is tot deze veronderstelling gekomen, na een labora toriumproef. Is deze veronderstelling inderdaad juist, dan 2ijn de opmetingen van den water spiegel in de gresbuizen en in de later ge bruikte geperforeerde roodkoperen cylin ders niet te beschouwen als opmetingen betreffende den stand van het grondwater. Als practisch resultaat van zijn onderzoe- schrijven in plaats van topmaten, wordt verwacht, dat er thans geen enkele aan leiding meer zal bestaan, waarom het inandsche hout duurder zal moeten zijn dan het buitenlandsche. Het is de bedoeling, om indien de proef slaagt, deze het volgende jaar ook uit te breiden tot de kortere palen. Deze proef moet slagen! Het is een natio naal belang, waarvoor wij de volle medewer king, zoowel van den houthandelaar als van den boschbezitter, inroepen. Onze eigen bosschen moeten ons in de eerste plaats de meer waardevolle sortimenten laveren, moe ten ons op den duur al het voor 'dezen dienst benoodigde paalhóut kunnen verschaffen. De Ned. Boschbouwvereeniging schrijft: De Rijkstelegraafdienst heeft in zijn dezer dagen verzonden voorwaarden voor de levering 1929 van palen, schoren en anker houten de volgende bepaling opgenomen. De inschrijvers worden uitgenoodigd twee aanbiedingen in te zenden, en wel: a. eene voor levering uitsluitend van vurenhout. b. eene voor leverihg nuitsluitend van grenenhout. De laatste offerte behoort voor zoover be treft de schoren en ankerhouten, prijzen te vermelden zoowel voor inlandsch als voor buitenlandsch grenenhout. In verband hiermede wordt opgemerkt, dat inplaats van de töpmaat, zooals tot dusver gebruikelijk was, voor de schoren en ankerhouten thans de minimumomtrekmaat is aangegeven, gemeten op het midden van de lengten, waarin geleverd moet worden. Dit is geschied, om het verschil in dikte toeneming tusschen inlandsch en buiten landsch grenenhout uit te schakelen en gelijke leveringsmogelijkheden voor beide houtsoorten te scheppen. Naar aanleiding van de door de standaar- deeringseommissie der N. B. V. in haar rapt port geuite desiderata betreffende een ver hoogd gebruik van inlandsch hout, mochten wij hierover een nader onderhoud hebben met den Technischen dienst der Telegrafie. Bij die bbspreking kwam o.m. tot uiting, dat het geringe verval, (verschil tusschen omtrek aan het dunne en het dikke einde) der tot dusver voorgeschreven maten, een van de voornaamste redenen is, waarom hiervoor het inlandsche grenenhout, dat over het algemeen sterk afvalt, automatisch bij de levering wordt uitgeschakeld. Om aan dit bezwaar tegemoet te komen en daardoor het gebruik van inlandsch hout te bevorderen, heeft de Telegraafdienst er dus nu in toegestemd, om voor de schoren en ankerhouten een sortiment dat in ieder geval uit onze Ned. bosschen kan wor den geleverd middenmaten voor te schrijven en de topmaten, voor zooverre deze worden aangegeven, te baseeren op het verval (ongeveer 3 c.M. omtrek per strekkenden meter) van het inlandsch hout. Bovendien wordt voor deze sortimenten nu een afzonderlijke inschrijving gevraagd bij levering van inlandsch en bij levering van buitenlandsch hout. Nu de Rijkstelegraaf dus voldaan heeft aan het verzoek, middenmaten voor te Verleden jaar had een aantal landbouwers uit Anna Paulowna en omgeving een overeen komst gesloten met Heineken's bierbrouwe rijen, om proeven te nemen met den verbouw van gerst, geschikt voor het brouwen van bier, met het doel te komen tot voldoende gerst teelt in eigen land, daar de bierbrouwerijen de meeste gerst uit het buitenland betrekken. Gebleken is daarbij, dat Princessegerst voor het brouwen van bier de meest aangewezene is, terwijl goudgerst het meest rendabel is voor den landbouwer. Deze gerst bevat echter een te hoog vochtgehalte, waardoor ze te lang zaam kiemt. Er is thans besloten nogmaals proeven te nemen en te trachten ook hier gerst te ver bouwen die tegen lager prijs kan geleverd worden dan die uit het buitenland, welke prijs vanzelf verhoogd moet worden met transport en andere kosten. Te Delft is op een vergadering, uitgeschre ven door den R. K Bond van Melkveehou ders in den Kring Den Haag, definitief be sloten tot oprichting van een melkveiling. De melkveehouders verplichten zich van 1 April af tot 31 Maart 1930 de melk van al hun vee op de veiling te brengen om deze te doen veilen of bewerken, onder voorbe houd, dat een reservefonds, groot 1000, wordt volgestort. Een groot aantal melkveehouders is toege treden. Reglement en statuten zijn goedge keurd. De Februari-aflevering van het maand blad „Nederlandsch Fabrikaat" bevat als naar gewoonte allereerst een opgave „Wat de Vereeniging in de laatste maand deed". Vervolgens trekt onze aandacht een zeer belangwekkend artikel „Houtgebruik in Ne derland" van de hand van den heer Ir. W. Malsch. Uitvoerig en zeer deskundig wordt in dit artikel uiteengezet het groote be lang, dat de ontwikkeling van den boschbouw in Nederland heeft ten aanzien van het eco nomisch leven. De schrijver eindigt' Zijn bij drage met den volgenden behartenswaardigen wenk: „Elk beschaafd land is er thans op uit om .1 v-* JT zijn boschoppervlakte door bebossching van woeste gronden te vermeerderen en het' be heer van de bestaande bosschen in betere banen te leiden. Ik noemde reeds hetgeen Engeland thans doet en zou dat nog met meerdere andere voorbeelden zooaJs Frankrijk en Spanje kunnen aanvullen. Nederland, dat een der boscharmste landen van de wereld is en nog over een groote op pervlakte woeste gronden beschikt, die fei telijk uitsluitend geschikt zijn voor bebos sching, mag hier niet achterblijven. Het ïs onze plicht, ons eigen belang, om hieraan krachtig mede te werken. Van de gelden daarvoor thans uitgegeven, zullen onze kinderen en kindskinderen de rente oogsten. Een rente die misschien in baar geld niet hoog zal zijn, maar die de welvaart van ons volk, zoowel in materiee- len als in geestelijken zin, aanzienlijk zal verhoogen." Vervolgens wordt de aandacht ge vestigd op de 10de Nederlandsch-Indische Jaarbeurs, welke in JuniJuli as. zal wor den gehouden en die wederom zeer belang rijk belooft te zullen worden. De heer H. F. R. Snoek, algemeen secre taris der Vereeniging, geeft een bijdrage, getiteld: Van achter de schermen, waarin hij. een en ander mededeelt omtrent de wij ze van propaganda-maken voor het doel van de Vereeniging door middel van lezingen en industrieele film vertooningen. Dat de film- afdeeling van de Vereeniging zich in zeer sterke belangstelling mag verheugen blijkt wel uit de cijfers, die de schrijver gééft, nl. dat met behulp van het industrieel film materiaal van de Vereeniging in 1926 wera vertoond: 68.000 M., in 1927: 147.000 M. en in 1928: 229.000 M., waarbij nog kan wor den opgemerkt, dat deze 229.000 M. werden vertoond in totaal 169 bijeenkomsten. De heer S. Kalff vervolgt Zijn belangwek kende uiteenzetting omtrent Oudholland sche Smeedkunst. In de maandelijksche plaat stelt ditmaal Job Denijs op treffende wijze voor wat de Nederlandsche industrie tot stand heeft ge bracht terzake van de radio-telefonische verbiniding Nederland—Oost-Indië. Tenslotte zij nog vermeld de vaste rubrie ken, zooals: correspondentierubriek, opgave van industrieele films, behoorende tot het archief van de Vereeniging, Exportadressen, Bemiddeling voor Werkgevers en Werkzoe kenden, Opgave van fabrikanten, welke ge rechtigd zijn tot het voeren van het natio- naliteitskenmerk V. N. F. der Vereeniging enz. enz. reinigt mond en tanden. Naar de „Germania" thans verneemt, zijn et door de stad Berlijn onderhandelingen gevoerd over den aankoop van het vliegter rein te Staaken, welke onderhandelingen op het punt staan afgesloten te worden. Zoowel dr. Eckener als het rijksverkeersministerie hebben zich met de keuze van het terrein accoord verklaard. Omtrent den koopprijs van het terrein Is nog geen overeenstemming bereikt, doch het gevraagde en het geboden bedrag loopen niet veel uit elkaar. De koop prijs zal ongeveer 6'A millioen mark bedra- gen. Staaken zal dan niet alleen een Zep- 'pelinhaven worden, doch ook een voorhaven voor het verkeer in Westelijke richting van de centrale luchthaven. In verband met de aanstaande voorjaars- benrs te Leipzig wordt aan het Persbureau Vaz Dias van bevoegde zijde geschreven: De Nederlandsche handelsbalans is van zeer eigenaardige samenstelling; zij vermeldt een grooten uitvoer van voedingsmiddelen en een zeer belangrijken invoer van grond stoffen en afgewerkte fabrikaten. Nederland betaalt deze laatste dus met voedingsmid delen en niet, zooals bij andere landen het geval is, door export van ruwe producten. Ongeveer 40 tot 45 pet. van den totalen uit voer behoort tot de categorie voedingsmid delen, terwijl de invoer van grondstoffen en afgewerkte producten, ongeveer gelijdelijk verdeeld, zegge 75 pet. bedraagt. De actieve en passieve neiging van de Nederlandsche handelsbalans wordt dus in sterke mate be- heerscht door den export van voedsel. Vol gens de gegevens over het jaar 1928 is Duitschland de beste afnemer. Reeds kort na den oorlog en ook tijdens de mijnwer- kevsstaking in Engeland volgde Duitschland als tweede in rangorde onmiddellijk na het Britsche Rijk, maar nu staat het weer op de eerste plaats, met 24.5 pet. van den geheelen Nederlandschen uitvoer. Tweede is Engeland met 23.8 pet. en de overige consumenten volgen met een belangrijk geringer percen tage. Als leverancier is Duitschland reeds sedert jaren nummer een. Het exporteerde naar Nederland in 1927 25.7 pet. van den totalen invoer aldaar, tot een bedrag van 654.2 mil- lien gulden. De Vereenigde Staten volgen met 10.5 pet. Duitschland le 'ert in de eerste plaats kolen, ijzer en staal, machines en werktuigen, textielgoederen en chemische producten, welke te zamen bijna 2/3 van den geheelen Duitschen export naar ons land bedragen. De Nederlandsch-Duitsche handel heeft zich, met uitzondering van het jaar 192G, voortdurend ontwikkeld. Ook in 1928 was dit het geval, want de cijfers van de eerste drie kwartalen toonen aan, dat in- en uitvoer, vergeleken met het overeenkomstige tijds verloop in 1927, aanmerkelijk zijn toegeno men. De Leipziger Messe vormt een belang rijke schakel in dit handelsverkeer. In het voorjaar van 1928 hebben verschil lende Nederlandsche fabrikanten met goed gevolg in Leipzig geëxposeerd en ook op de binnenkort te houden voorjaarsbeurs (begin 3 Maart) zullen bekende industrieelen uit komen. Het bezoek uit Nederland, van oudsher talrijk, is in den laatsten tijd nog toegeno men, mede in verband met de voortdurende uitbreiding van de technische groep. De helpende hand. Een H. N.-telegram uit Berlijn meldt: De centrumsfractie van den Berlijnschen gemeenteraad had bij het bezoek van den Zeppelin aan Berlijn eeh motie ingediend, dat pogingen in het werk zouden worden gesteld, om de nieuwe Zeppelinhal te Ber lijn te doen vestigen. Naar de Lokalanzeiger van goed inge lichte zijde verneemt, heeft de Engelsche regeering in het geheel niet doen weten, dat zij bezwaren had tegen een vlucht van de „Graf Zeppelin" naar Egypte. Wel had zij gevreesd, dat bij een landing niet vol doende manschappen en hulpmiddelen hier toe aanwezig zouden zijn. Dr. Eckener heeft echter geenszins het plan in Egypte te landen. Verder bericht de Lokalanzeiger, dat ook de toestemming tot het vliegen over het Turksche en Grieksche gebied nog niet aangevraagd is, Ofschoon de aanvrage sedert den 8sten Januari ge reed ligt. De noodlanding van Paillard en Le Brix schijnt nogal voorspoedig te zijn verloopen. Immers, naar gemeld wordt zijn Paillard en Le Brix reeds weer een flink eind op weg en thans in Karachi aangekomen. Vr. Wie was de winnaar van de Marathon race bij de Olympische Spelen te Amsterdam in 1928 Antw. De tot Fransch onderdaan genatura liseerde Algerijn El Ouafi. Vr.: 7 Juli 1920 werd ik opgenomen in de Invaliditeitswet. Er is toen voor mij geplakt tot het einde van dat jaar. Van toen af heb ik zelf geplakt voor 0.25 per week, hetwelk mij was toegestaan en ik thans nog doe. Het volgend jaar, 23 Januari 1930, word ik 65 jaar. Kan ik dan aanspraak maken op de ouderdomsrente of Zal ik dan nog eenigen tijd daar op moeten wachten, of zal ik nog zooveel bij moeten plakken? Ik heb aange zuiverd van 3 December 1919 tot 7 Juli 1920? Antw. Als u van 7 Juli 1920 af elke week een zegel hebt geplakt, komt u op 23 Januari 1930 in aanmerking vóór ouderdomsrente. Vr. Mijn zoon is 1 September 14 jaar en hij gaat met 1 September van school af. Nu ls het einde Juli tot September vacantie maar nu kan lk hem verhuren met Juni in het tuinland. Zou dat kunnen volgens de Schoolwet? Antw.: U kunt dit doen, als de cursus dan geëindigd is. Vr. van C. V. te T. Bij ziekte gaat het loon gedurende korten tijd door. Wij weten niet, of bij de in dienst' treding bij zondere voorwaarden zijn, gesteld, doch zoo als u de vraag stelt, bestaat er in het be trokken geval recht op salaris over de maand Februari Vr. Wij hebben 2 plaatsen gekocht bij opbod in onze R.K. kerk en betalen vast huurgeld per jaar. Nu hebben wij hooren mompelen, dat die plaatsen bij afbouw der kerk (zij wordt vergroot) zullen vervallen, en wij, als wij plaatsen willen hebben, die 'per jaar moeten pachten. Kan dat zoo maar? Volgens mijn idee ls toch „gekocht voor je leven" hecht genoeg en niet af neembaar? Antw: U zult die plaatsen wel gekocht hebben volgens de bepalingen van een be staand reglement. Informeer eens, hoe die voorwaarden luiden. Vr.: Kunt u mij het adres opgeven van de opleidingsschool voor marconisten aan koopvaardijschepen te Amsterdam? Antw.: Nederlandsche Telegraaf Maat. schappij „Radio-Holland", Keizersgracht 562, Amsterdam. Vr.: Kunt u mij ook zeggen, of het lot No. 50 Serie 4867 van Paleis voor Volksvlijt te Amsterdam, al uitgeloot is? Wanneer heeft de trekking plaats? Antw.: Nog niet. 2. De trekking voorloopig uitgesteld. Vr.: Tusschen mijn papieren heb ik ge vonden een lot van de N. V. Obligatie-Maat schappij „Het Witte Kruis", gevestigd te 's-Gravenhage, 'n 3% Premie-Obligatie, groot 7.— Serie 084 No. 402. Heeft dit nog waarde, of is dat nummer al uitgeloot? Antw.: Wij vermoeden dat 't papier waar deloos is, doch kunnen het niet beóordeelen, zonder het te hebben gezien. Vr.: Kunt u mij ook zeggen, of No. 14 Serie 5656 van 's Lands Weerbaarheid al uitgeloot ls? Antw.: Nog niet uitgeloot. Vr.: Is H. B. v. d. Sande (die o.a. „Het Groene Eiland" schreef in de Katholieke Illu stratie) een man of een vrouw? Antw.: Het is de heer H. B. v. d. Sande. Vr.: Hoe is het adres van den Zeereerw. Pater J. v. d. Sangen, van de Congregatie van het H. Hart van Jesus van Bergen op Zoom? Antw.: Wij vinden een pater J. v. d. Sah. gen vermeld, werkzaam te Bengkoelen in de missie van Ned. Oost-Indië. Wij weten niet, of u dien bedoelt. Wend u om inlichtingen tot het klooster te Bergen op Zoom. Vr.: Was de H. Franciscus van Assisië pries ter? Antw.: Neen, uit eerbied voor het H. Pries terschap wenschte de H. Franciscus van As sisië niet dë wijding van het H. Priesterschap te ontvangen. Vr.: Vertrekt er dit jaar een bedevaart naar Lourdes over Lisieux? Kunt u mij ook zeg gen wanneer? Antw.: Wij meenen van wel. Wend u om inlichtingen tot het Carmelietenklooster te Aalsmeer. Vr.: Mijn huisgezin bestaat uit vader, moe der en zes minderjarige kinderen. Ik ben aangeslagen naar een zuiver inkomen van 2800; Kinderen aftrek 1425. Wat moet ik nu betalen voor Rijks- en Verdedigingsbelas ting. ik woon in de gemeente Haarlemmer meer. Aangeslagen naar een belastbaar in komen van 1600. Wat moet ik nu betalen voor gemeentebelasting? Antw.: De gemeentelijke aanslag bedraagt 103.10. Op uw biljet vindt u echter waar schijnlijk ook nog uw aanslag in de Rijksin komstenbelasting tot een bedrag van 13.94. Vr.: Welke is de kortste weg vanNoordwij- kerhout over Aalsmeer, Utrecht en Arnhem naar Nijmegen? Hoeveel K. M.? Antw.: Noordwijkerhout, Lisse, Nieuw-Ven nep, Aalsmeer, Kudelstaart, de Kwakel, Uit hoorn, Mijdrecht, Wilnis, Ruwiel, Breukelen, Utrecht, De Bilt, Zeist, Rijsenburg, Drieber gen, Doorn, Leersum, Amerongen, Eist, Rhe- nen, de Grebbe, Wageningen, Renkum, Heel- sum, Oosterbëek, Arnhem, Elden, Eist, Lent, Nijmegen. Afstand 133.5 K.M. Vr.: 1. Ik ben voor den dag in betrekking, ontvang per week mijn loon. Ik ben een week ziek geweest; heb lk nu recht op mijn loon, vergoeding of iets dergelijks? II. Is de uitslag van den rebuswedstrijd van de N. V. Stoomtabaksfabriek van Th. Nie- meijer, Groningen, al bekend? Zulks zou half Januari geschieden. III. Zoo ja, hooveel zetten was de goede uitslag? Antw. 1Bij ziekte gaat het loon gedurende korten tijd, 1 a 2 weken, door. 2 en 3. Ja, wend u om inlichtingen tot de directie der vennootschap. Vr.: Ik heb sinds 2 jaar een kamerpalm, in de huiskamer staan. Hij heeft dezen win ter doode punten gekregen. Zoudt u mij s.v.p. de oorzaak hiervan kunnen opgeven? Antw.: Een Kentia is een bijzonder lasti ge kamerplant. Zij verlangt een gemiddelde temperatuur van 55 a 65 gr. Fahrenheit. Des zomers veel water en een geregelde toediening van koegier. Een wekelijksche af sponsing der bladeren, zoowel aan boven- als onderzijde. Dit soort palmen verlangt veel licht, maar geen directe zonnestralen. In den winter vooral er op letten, dat des nachts de temperatuur niet lager komt dan ongeveer 50 gr. Fahrenheit. Ook moet men er naar omstandigheden rekening mede hou den, dat de potkluit niet overtollig nat is in de wintermaanden. Uit de voorwaarde, welke deze plant stelt, om in goede conditie te blijven, zal het u niet moeilijk vallen op te maken, in welke hoedanigheid uw plant is te kort gekomen. Verpotten van kamerpalmen (Kentia) blijft altijd zeer gevaarlijk. Aan de wortels der plant mag bij het verpotten nooit gesneden of losgetrokken worden. 90% van de Ken- tta's, die zoo'n behandeling ondergaan, zullen sterven. Daarom is het altijd beter door toediening van koegier de plant in het leven te houden en verpotte men niet ander.» dan bij hooge noodzakelijkheid. Vr.: Kunt u mij zeggen, of er in Zaandam of Enkhuizen een zaadhandelaar bestaat met den naam Zwaaner? Antw.: Dergelijke vragen kunnen wij in deze rubriek niet beantwoorden. Raadpleeg een adresboek van de betrokken plaatsen. Vr.: Mijn zoontje heeft 1 Mei 7 klassen doorloopen en wordt den derden Mei 13 jaar, Mag hij nu met Mei van school af? Antw. Hij mag de school verlaten, als hij de 7e klasse doorloopen heeft. Vr.: Ik heb witte leghorn-kippen van 10 maanden oud. Hun voeding bestaat uit och- tendvoer en hardvoer. Tot nu toe leggen ze geen eieren. Wat kan hiervan de reden zijn? Antw.: Dat kunnen wij zoo niet beoordee- len. Raadpleeg eens een deskundige. Vr.: Welke is de kortste weg van Haar lem naar voorhout? Hoeveel K. M.? Antw.: Haarlem, Vogelenzang, Keukenhof, Voorhout. Afstand 27 K. M. Vr.: Hoe kan men uitgebloeide Cyclamen overhouden? Hoe is de behandeling ervan? Na den bloei geeft men minder water en na ongeveer 3 a 4 weken in 't geheel geen water meer. De Cyclamenknol, waar thans alle bladeren van zijn verdord of geel ge worden, bewaart men op een frissche vorst- vrije plaats. Ongeveer Juni neemt men hem uit den pot, ontdoet hem van allen grond en pot den knol in versche aarde op. Onder in den pot veel potscherven of kalkpuin voor draineering. Voor grondmengsel gebruikt men bladgroen, oude graszodengrond of verweerde klei, ouden koemest, een beetje scherp zand en veel fijn- geklopt kalkpuin. Daarna zet naen den pot in een frissche serre of buiten in den tuin. Scherpe zon is voor de plant slecht. Bij koud of veel nat weer de plant op een gunsti ger plek zetten of met een raampje of ruit overdekken. Althans begin September op eefi frissche plaats binnen zetten. Liefst zooveel mogelijk licht. Bij goeden groei toegift van koegier aan te bevelen. Bij het oppotten moet de knol half in den grond staan. 21 „Ja, Jenka," zeide hij, „men moet de kunst maar verstaan, 't V/as goed, dat ik jou hier ontmoette. Had jij met je zwarte sijkers mij niet behekst, dan was 't nooit soover gekomen. Ik had nooit kunnen den- sen, dat ik zooveel goed's bij den afgodspaal zou vinden. Meisje, de oude spookplaats heeft ons geluk en goud gebracht en zal 't nog meer doen." „Van dat geluk heb ik nog niet veel ge merkt, al heb ik 't ook wat beter dan vroeger. Maar zoo kan 't toch niet lang meer duren; ik kan niet altijcf naar hier of naar den watermolen komen, 't Zou wat moois zijn, als de Wallmuths er achter kwa men. Je hebt in 't begin gezegd, dat het maar voor een poosje was en dan zou je alles goed maken. Het moet nu Uit zijn," riep zij toornig. Willy's gelaat betrok, maar dadelijk lach te hii weer, toen hij haar angstigen blik op zich gericht zag. „Nu wees maar bedaard," zeide hij, „als we eerst wat op zij kunnen leggen, dan gaan we 'er vandoor. Geloof me ik blijf geen minuut langer hier dan noodig is. Nog een paar zulke mooie zaakjes, als wij in 't kort gehad hebben, dan zijn wij geborgen. Dan zul je ens zien wat leven is. Jij met je fijn gezichtje en je rappe tong 2ult je best als een deftige dame kunnen voordoen. Ginds vraagt men niet waar je vandaan komt." „Maar wanneer word ik je vrouw," vroeg het meisje op beslisten toon. „Als je hem hebben wilt, je muzikant," lachte hij. „Wie weet of je niet beter deed, als je hem liet loopenDus je wil niet?" ging hij voort, toen Jenka zich angstig aan zijn arm vastklemde. „Dat wist ik ook wel beter, ik zou Je ook niet vrijlaten. Kijk dat is de eerste ring van den ketting, waaraan ik je vastleggen wil." Hij nam een doosje uit zijn zak en liet een ring voor hare oogen glinsteren. „Denk je, dat ik niet weet hoe 't hoort en dat ik mijn bruid geen ring zou geven? Geef me je hand eens, laat ik eens zien hoe hij staat." Het meisje bloosde van genoegen. „Een verlovingsring, een wezenlijke verlo vingsring," riep zij uit. „Je bent goed, je bent toch goed. Nu ben ik werkelijk Je meisje en ik kan alle andere meisjes uitlachen, die mij met den nek aankijken." „Je zult toch wel inzien, dat je er nu nog niets van zeggen kunt," zei Willy, ,,'t zou anders met ons zaakje wel eens ver keerd uit kunnen loopen. De eene vraag lokt de andere uit en als vrouwen aan 't bab belen raken, dan is er geen eind aan." „Ik zie niet in. waarom ik niet zeggen kan, dat ik verloofd ben met Friedrich Lau, den opzichter van den ouden Ellring," ant woordde zij geraakt, „Dat zou toch niets hinderen. Ik behoefde dan niet stil naar je toe te komen, maar ik kon het mevr. Wall- muth zeggen, dan was 't goed." „Is 't dan onmogelijk, dat een vrouw den mond kan houden," bromde hij. „Je kunt kiezen of deelen: als je eeen woord zegt, dan is alles tusschen ons uit.'' Onthutst keek het meisje hem aan. „Je kunt nog heftiger zijn dan de an der, Ik dacht, dat je mij den ring gegeven had, omdat wij openlijk voor onze verhou ding zouden uitkomen. Wat heb ik er aan, ais ik hem niet dragen mag?" riep zij uit en trok den ring van haar vinger, terwijl zij haaf gelaat in haar handen verborg. „Draag hem Zoolang aan een koordje om den hals. tot het zoover is, dat wij het iedereen kunnen zeggen. Zij zouden Je nu maar uitlachen, als je zoo'n armen duivel aanklampt en de opzichter zou je ongemak kelijk de waarheid zeggen. Dus voorloopig mondje dicht. Kijk eens hier, zottinnetje, ik heb er voor gezorgd, dat je ook wat hebt, dat je dragen kunt," vervolgde hij, terwijl hij andermaal in Zijn zak tastte en een doosje te voorschijn haalde, dat hij open deed en in de hoogte hield. „Wil je niet kijken?" vroeg hij, toen zij niet dadelijk op keek. „Zal lk het maar weer wegdoen?" Nu keek zij er naar. Een gouden broche en een paar oorbel len glinsterden haar tegen; goedkoop, licht goedje, klatergoud, maar in de oogen van het meisje was het een kostbare schat. „En mag ik dat dragen?" vroeg zij ge dwee. „Van wien zal ik zeggen dat ik het gekregen heb?" „Zeg maar dat je het van de molenaar ster hebt," zei hij onverschillig. „Gelooven zullen zij je wel niet doch dat doet er niet toe. Je kunt voor mijn part ook doen, of je het van mijnheer den opzichter hebt. 't Is buitendien niets nieuws d'at een mooi meisje geschenken krijgt, zonder te vertellen, van wien zij ze heeftMaar 't wordt tijd, dat je naar huis gaat, 't Is hier vanavond weer beurs. Ik sprak zoo even mijn vader; hij vertelde mij dat hij voorraad ging ha len; van over de grenzen komen ze ook. De boeren verkoopen nu wat zij van den winter hebben overgehouden; de mindere man wil koopen, maar heeft geen geld; zoodoende leenen zij graag bij ons. Mijn vader kan er niet over uit, dat dit zaakje zooveel op brengt. Op 't eerste oogenblik, toen ik hem zei, dat ik alles wist en graag mee wilde doen, schrok hij, nu heeft hij er niets op tegenZei je niet, dat mijnheer Dietrich vanmiddag naar Ellring was gegaan? Dan zal hij nu wel weer thuis zijn. Ze komen trouwens toch niet voor twaalf uur hier, Xk blaas dan een deuntje op mijn waldhoorn, Om ze bijeen te roepen. Juffrouw Ellring zal dat wel aandoenlijk vinden en dan krijg ik morgen een extra sterken kop koffieBen je niet jaloersch, meid?" Jenka lachte. „Maak, dat je mijn vader niet tegen komt," hernam hij. „Die behoeft niet te weten, dat jij in de geheimen ingewijd bent en 't is ook niet noodig, dat hij je ziet „Nu,; adieu, meisje. Je bent toch niet bang om alleen door het bosch te gaan in donker?Je weet er nu alles van; vinger op den mond!" Een kort afscheid volgde. Willy Wilhelm bleef nog een oogenblik stilstaan, tot zij uit het gezicht was. Onder 't neuriën van een vrolijk wijsje ging hij eindelijk door. Dietrich echter, die 't geheele gesprek ge hoord had, was als vernietigd. Herhaalde malen had hij op het punt gestaan om voor den dag te komen, maai' telkens weer hield hem de gedachte eerst alles alles te hooren! Veel was er voör hem onver staanbaar gebleven, want het paar had soms fluisterend gesproken. Doch hij wist er wel zooveel van dat er oneerlijkneH, misdaad, in 't spel was. En hij, die op dit alles zoo groot ging was zijn broeder! Nog erger ook zijn vader wist er van. Er ging hem een licht op. hij begreep nu hoe 't kwam, dat zijn vader hem in de laatste twee jaar niet meer lastig ge vallen was om geld. Hoeseer had hij zich verheugd, vooral om zijn moeder, dat de omstandigheden eindelijk wat gunstiger wa ren! Zijne moeder! 't Was om wanhopig te worden als hij aan haar dae it. „Neen, o God. slechts dat niet. Zij is rein en onschuldig; zij heeft er geen deel aan, maar toch de schande komt ook op haar neer." Die gedachte was verpletterend, bijna be wusteloos viel hij op den grond en verborg zijn gloeiend gelaat m net vochtige mos. Hoelang hij zoo gelegen had, wist hij niet. Uit zijn sombere overpeinzing werd hij niet eer gewekt, dan toen de schelle tonen van een waldhoorn door het bosch klonken, het sein, waarover zijn broer gesproken naa. Die tonen! Wilden zij hem waanzinnig rrzkeni Hij sprong op, hij wilde vluchten, vcré weg van de piaits waar hem zooveel vro ks onthuld was geworden; doch hoe zou hli ontkomen Zonder gezien te woiden. In i.'df-T geval was het ook beter, als hij ze'.-crh.'d had, als hij zich overtuigen Vrn. Hi.i morst alles we Lm, om te V. inner. han. delen want met zijn medeweten zou ten minste het misdadig bedrijf niet voortgezet worden. Hij besloot daarom te blijven in afwach ting van wat er gebeuren zou. Dietrich zag verschillende gestalte" Lader- bij komen. Het waren zeven of a%)jt per sonen, die door de dichte vermomming tij na onherkenbaar waren. (Wordt vervolgd)

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 14