Stadsnieuws Heringa 8 Wuthrich. Haarlem FRANK HEINE VERTELT ZIJN GESCHIEDENIS Stofzuigerhuis MAERTESC'# ULLSTEIN KNIP» i EERSTE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT MAANDAG 4 MAART 1929 BLADZIJDE *L Centrale Verwarming Agenda 5 Maart St. Vincentiusvereenigiiig Spijskokerii IJswedstrijden op de Brouwerskolk BURGERLIJKE STAND De gemeentelijke werk inrichting aan het Donkere Spaarne Verkeersongevallen Het telefoonkantoor te Zandvoort Voortdurende openstelling noodzakelijk Centrum- Comité-vereeniging Koninginnedag Barteljorisstr. 16 - Tel. Mo. 10756 ApexKfop-Veeg-Stofcuigersf 175.- Het' vlot brengen van de „Heinrich Podeus" Het telefoonkantoor te Beverwijk Voortdurende openstelling De toestand aan de Friesche Varkens- markt PATRONEN ULLSTEIN MODEBLADEN Sociëteit „St. Bavo" 8 uur Cursusavond Arbeidersontwikkeling. 8 uur St. Caecilia 8 uur Bestuur Pluimveevereeniging. half 9 uur vergadering Melkhandelaren St. Joseph 7 uur Bestuur Spoor- en Tram personeel. half 9 uur Rechtskundig Bureau. Van 23 uur Kraamverzorging 3e Orde. St. Josephsgezellenvereeniging, Jansstraat 49 Van 810 uur geopend. Gebouw Nassauplein 6 half 8 uur Verga dering van de Kamer van Koophandel. Schouwburg Jansweg Lezing met licht beelden voor de leden van G. en W. door dr. P. A. A. v. d. Beek. Onderwerp: „Hoe en wanneer zal de wereld vergaan?" Restaurant Brinkmann, Groote Markt kwart over 8-uur Vergadering van de Kon. Ned. Mij. voor Tuinbouw- en Plantkunde. Zaterdagmiddag heerschte er een gezel lige drukte in en om de spijskokerij. Weder om werd aan degenen die er prijs op stelden warm voedsel uitgereikt In de keuken was een drukte van belang De heerlijke geur van rijstesoep steeg op, uit de dampende ketels. Velen stonden dan ook in de hal te wachten beladen met ketels, pannen en emmers, tot dat zij op hun beurt aan het loket de por ties rijstepap in ontvangst konden nemen. Enkele malen als het welbekende: „asje blieft klonk, antwoordden sommige huismoe ders, alsof zij beschaamd waren om het eten in ontvangst te nemen: „Dank u mijn heer." loen net bekend werd dat Zondagmiddag om 1 uw erwtensoep zou worden uitgereikt ging er onder de aanwezigen een „hoeraatje" op Onze bekende kok, de heer Jore had ook dezen keer weer eer van zijn werk, waar we hem dan ook zeer dankbaar voor zijn In de hal had nog een aardig incident plaats Er werd ons gevraagd door een juffrouw, gewapend met een groente-emmer: „Mijn heer komt uwes ook eten halen," waarop wij haar een geruststellend antwoord gaven. Even verder hadden we een volgend praatje: „Zoo moedertje, wat eten we vandaag?" „Rijstesoep" was het antwoord. „Ja Mijnheer, u begrijpt dat ik. nu mijn man werkloos is en maar 10 steun krijgt, niet alle dagen warm eten kan klaar maken.". Wij gaven 't moedertje dan ook volkomen gelijk Het is nu jnaar te hopen, dat het gauw door gaat dooien, zoodat die ongelukkige menschen weer aan het werk kunnen gaan. Se Brouwerskolk „elke al eenige weken ge durende de ijsperiode stil en verlaten lag, was Zondagmiddag wedrom 't middelpunt van tjsvrmaak voor jong en oud. Het scheen wel of allen nog eens voor 't laatst wilden profi- toeren van de kunst „op de gladde ijzers," want de weerberichten spraken van dooi. Maar toch was er nog een andere rede, waar om velen zich naar deze plaats begeven had den. Door de R. K. sportvereeniging „Hercu les" in samenwerking met dén R. K. Volks bond waren wedstrijden georganise rd voor de adsplrant leden van „Hercules" en jongens der leden van den R. K. Volksbond van 8 tot 14 jaar. En tegen 2 uur heerschte er al een gezellige drukte op de baan. De wedstrijd commissie trof de laatste regeling voor den wedstrijd, de chocolademan inspecteerde nog een zijn voorraad, de persfotograaf verzeker de zich van een goed plaatsje en nadat de loting had plaats gehad van de deelnemers werd precies twee uur gestrt. De baan was wel wat zacht, wat voor de deelnemers na tuurlijk finder prettig was. maar de stemming had daar niet onder te lijden. Het heerlijk stralende voorjaarszonntje deed 't daaren boven speciaal in de middaguren niet te koud zijn, hetgeen zonder twijfel te meer een in vloed ten goede uitoefende op 't groot aantal toeschouwers dat zich rondom de baan had geschaard. Er faren zeer aardige ritten bij en de rijders gaven elkaar dan ook niet veel tie. Lachsalvo's daverden door de lucht als de rij der No. 1 er dacht te zijn en zich plotseling meer aangetrokken gevoelde tot 't gladde ijs- dek. Een van de'spannendste eindritten van den middag was wel die tusschen F. Hekker en Joh. Willebrord, jammer dat deze laatste even voor de finish ijsruiter werd, en zoo doende als tweede geplaatst werd. Aan dezen wedstrijd was ook een eerewedstrijd verbon den bestaande uit 2 baandronden die op tijd werd verreden. Om half zes hadden alle deelnemers zich verzameld In de St. Aloysiusschool waar de prijsuitreiking plaats had. Door enkele jonge dames werd de heerlijke warme chocolade rondgediend, waarna de voorzitter der R. K. Volksbond, de heer J. G. van Kessel de jon- kens op hartelijke wijze toesprak en dank bracht aan B. en W. van BloemenJaal voor hun toestemming en aan de schenkers van de prijzen, waarna met eenige toepasselijke woor den de prijzen werden uitgereikt. De uitslag van den wedstrijd is als volgt: Jongens van 810 jaar: le prijs P. Hekker- 2e prijs. G. Koelemij, 3e prijs H. Jonkers, 4e prijs J. Tuilenaar. Jongens van 1012 jaar: le prijs H. Hek ker, 2e prijs C. van Kempen, 3e prijs C. Huij- bens, 4e prijs Tonny v. d. Zande. Jongens van 12—14 jaar: le prijs F. Hek ker, 2e prijs, Joh. Willebrord, 3e prijs H. Dijt 4e prijs J. van der Veldt. Eere-wedstrijd: le prijs, 2 baandonden, F. Hekker, 1 min. 13 sec.; 2e prijs, 2 baanronden, H. Hekker 1 min. 31 sec.; 3e prijs, 2 baan ronden, P. Hekker 1 min. 35 sec.; F. Hekker Azn,. 1 min. 14 sec. (buiten mededinging). Deze wedstrijden welke een schiterend ver loop hebben gehad, zijn een succes geweest voor beide vereenigingen en zal een aange name herinnering zijn, aan den winter van 't jaar 1929 en gelet op den datum zeer zeker als een historisch feit beschouwd mogen varden. Geboren: 28 Febr.: M. S. van El—Len- nings, d.; 1 Maart: S. A. v. Berkelde Graaf, z.; H. M. RuijzenaarsVermeulen, d.; M. C. SchutteropSmits, z.; A. S. de Mink—Zefjlemaker, z. 2 Maart: J. F. Rom- paKenbeek, d„ W. Poolv. d. Heuvel, d. Overleden: 28 Febr.: C. v. d Ploegvan Diemen, 78 jaar, Kogelstraat, 1 Maart: L. O. E. Poestkoke, 81 jaar. Nieuwe Gracht. G. Jager, 77 jaar, Kerkstraat. De offieieele opening van de afd. Blinden en achterlijke meisjes. Hedenmorgen te 11 uur had In het ge bouw van de Haarlemsche Werkinrichting, Donkere Spaarne 34, de offieieele opening plaats van de afdeelingen blinden en ach terlijke meisjes. Te Haarlem heeft allereerst een Werkin richting voor maatschappelijk ongeschikte zwakzinnigen (oud-leerlingen der drie Haar lemsche Buitengewone Scholen) van de Vereeniging „Spaamestichting" bestaan, welke gefunctionneerd heeft van September 1922 tot April 1924. 4 Maart 1925 droegen B. en W. van Haar lem den heer E. P. Schuyt die belast was met de regeling der Nazorg Buitenge woon Onderwijs op, een Werkinrich ting op te richten. Het was mogelijk deze Werkinrichting 27 Juli 1925 in het perceel Donkere Spaarne te openen Er werd begonnen met een 5-tal maat schappelijk ongeschikte oud-leerlingen der Haarlemsche Buitengewone Scholen. Dit aan tal breidde zich nog steeds uit en op heden zijn daar reeds 21 jongens twee groe pen onder toezicht van twee werkmeesters te werk gesteld met het vervaardigen van boenders, borstels, bezems, kwasten, matten etc. Deze Gemeentelijke Werkinrichting welke de eerste gemeentelijke in ons land Is vormt een onderdeel van de Gemeen telijke Nazorg, terwijl het Hoofd der Nazorg door een Commissie van Toezicht, voorzitter den heer Vincent Loosjes, wordt bijgestaan. Op 25 Januari 1926 werd deze Werkin richting officieel door B. en W. van Haarlem geopend en dank mag in het bij zonder gebracht worden den oud-weth. van Onderwijs Mr. A. Bruch, voor de groote me dewerking ondervonden bij de regeling" van de Nazorg. Bij de laatste begrooting werden tevens gelden gevoteerd voor een afd. meis jes maatschappelijk-ongeschikte meisjes oud-leeringen der Buitengew. Scholen zoo dat binnenkort in dit gebouw ook een ai- deeling meisjes te werk gesteld zal worden. Dit is dan de tweede Werkinrichting in ons land waar een groep achterlijke meisjes te werk gesteld is; Vlaardingen is no 1. In April 1927 werd den heer E. P. Schuyt Hoofd der Gem. Nazorg, o.a. opgedragen een onderzoek in te stellen naar het aan tal blinden te Haarlem. In Juli 1927 bracht hij daarover een rap port uit aan B. en W. en ontvingen B. en W van den Raad d.d. 2 Nov. '27, toestemming, om d'e blindenverzorging te regelen. Allereerst werd nu een blinden-commissie ingesteld, voorzitter de heer A. G. Boes, welke o.a. adviseerde aan de Haarlemsche Werkinrichting een afdeeling voor blinden in te richten. In verband met een belangrijke verbou wing, welke noodzakelijk was, om de ver schillende afdeelingen scherp gescheiden te houden, kon in Dec. 1928 deze afdeeling ge opend worden. Voorloopig werden een 5-tal blinden te werk gesteld met mandenwerk, stoelen matten etc. Dit aantal zal geleide lijk uitgebreid worden. De groote moeilijk heid is, van de afgewerkte producten af te komen en geregeld werk te heb ben, zoodat nogmaals een beroep op de Hoofden van takken van dienst der Ge meente Haarlem en ook op d'e particulieren gedaan wordt, om zooveel mogelijk deze pro ducten daar te betrekken. Dit jaar zullen daar dagelijks 24 achter lijke jongens, 12 achterlijke meisjes en ten minste een 8-tal blinden arbeiden. Het deel van deze Werkinrichting is. deze maatschappelijke ongesehikten daar een passenden werkkring te verschaffen, zoodat ze inplaats van den tijd in ledigheid door te brengen, of d'oor op straat slinge ren, met alle gevaren daaraan verbonden, onder deskundige leiding productief kunnen arbeiden. Na de offieieele opening van de afd. jon gens d.d. Januari 1926 volgt dus nu de of fieieele opening van de afdeelingen: blin den en achterlijke meisjes. Dank mag gebracht worden aan Bouw- en Woningtoezicht in het bijzonder aan Hoofd inspecteur Onderwater en opzichter Kappel- hof, voor de groote medewerking tijdens deze verbouwing ondervonden. Bij de bezichtiging van het gebouw vie! ons allereerst op de groote helderheid welke ons overal tegenblonk. Fraai geschilderde trappen en deuren geven het oude gebouw soms het aanzien van nieuw te zijn. In de eerste zaal aan den voorkant, bestemd voor de eerste groep achterlijke jongens staan verschillende machines en instrumenten, waarop de jongens matten in allerlei kleu ren en formaten vlechten. Hier worden ook boenders, stoffers, bezems etc. vervaardigd In het daarachter gelegen lokaal, bestemd voor de tweede groep achterlijke jongens worden rietmatten in alle maten, voor broei kassen etc. gemaakt. Achter d'it lokaal is een opslagplaats. De ingang voor de jongen is aan het Spaarne. Op de eerste verdieping aan de straatzijde is de werkplaats voor de blinden, welke aan de achterzijde, in de Bakenesergracht 'n aparten toegang heeft. Ten behoeve van de blinden zijn bij de trap pen veiligheidshekjes gemaakt en aan dj stellingen plankjes bevestigd waaraan zij zich kunnen vasthouden, wanneer ze zich door de vertrekken begeven. De achterzaal van deze verdieping is tot' magazijn voor de blinden ingericht. In de werkzaal worden stoelen gemat en reparaties verricht en sier lijke mandjes gevlochten; vlak daarnaast tó een klein kantoortje en een toonkamer waar al de. in de werkinrichting vervaardigde voorwerpen voor belangstellenden en even- tueele koopers liggen uitgestald. De voor zaal van ue twt„iveiotj,..., werkzi™1 zij arbeid, uitsluitend geschikt voor meisjes verrichten, kousenbreien, etc. Er staan op die zaal ook weeftoestellen. De achterzaal van de tweede en de geheele derde verdie ping dienen uitsluitend voor magazijn en opslagplaats. Alles wat er gemaakt wordt wordt uitslui tend aan particulieren verkocht; 't werk is wel iets duurder dan in den winkel, doch alles is van eerste klas kwaliteit en ijzer- sterk. Verdiend wordt er niet, want dit jaar gaf de gemeente niet minder dan 18000.— aan deze inrichting. Het geheele gebouw is centraal verwarmd en op alle verdiepingen liggen brandslangen om bij brandgevaar onmiddellijk handelend op te kunnen treden. Men begrijpt dat in geval van brand de blinden het meeste ge vaar loopen en daarom is het ook in het geheele gebouw ten strengste verboden om te rooken. De zich in het gebouw bevindende lift, bewijst uitstekende diensten bij het vervoer van boenders matten etc. Het geheel ziet er werkelijk keurig uit. Aangereden Te IJmuiden is Zaterdagmiddag zekere J. Z., die op een rijwiel gezeten was, door een vierwielig motorrijtuig dermate aangereden, ■dat zijn rijwiel geheel vernield werd. Op de eerste pagina van dit nummer pu- bliceeren wij uitvoerige bijzonderheden om trent de arrestatie en verklaringen van Frank Heine, die te Brussel is aangehouden, verdacht van vervalsching der documenten betreffende hetg eheif Belgisch-Fransch mi litair verdrag. Wij releveeren daarbij een gesprek dat een speciale verslaggever van de Belgische „Soir" met Frank Heine heeft gehad. Hieronder volgen nog nadere details om trent dit gesprek. Het toeval, vertelt de redacteur van de ..Soir" bracli mij in aanraking met Albert Frank, d'en vervaardiger der valsche docu menten. verstrekt aan het „Utrechtsch Dagblad". Hoe bent U op het idee gekomen van de ze mystificatie, die toch tot zulke ernstige consequenies had kunnen leiden? vroegen wij den heer Frank. O, dat is heel eenvoudig. Ik was altijd zeer sterk geporteerd, om redenen van de- mografischen (X?) aard voor een nieuwe vriendschap tusschen Duitschland en Bel gië. Daarom ging ik over tot stichting van de „Nouveaux jours". Het was mijn mee ning, dat de knoeierijen, die door het Bel- ga-communiqué werden onthuld, het groot ste gevaar vormden, die de toenadering, door mij gewenscht, zouden kunnen bedrei gen Toen in December 1927, Kurt B.. aan de steun van Hugenberg voorstelde, ben ik daar niet voor gezwicht. Toen hij, tusschen 12 en 17 Februari 1928 geheime samen komsten organiseerde tusschen Hnger en Rcix en tusschen de Frontstrijders, als Word. H. M. en F. was 't mijn overtuiging, dat deze correspondent van de „Tag" in België ver ging. Maar er is een groote af stand tusschen politieke propaganda, die men gerust in vredestijd op alle wijzen mag voeren en spionnage, die een aanslag is op en een misdaad* tegen het rechtsge voel van het volk. De Duitsclie spionnage Wanneer bent u op de hoogte geraakt van de Duitsche spionnage? Op het einde van 1928 kreeg ik een brief uit Keulen .door Koenraad Hauser onder teekend, waarin mij verzocht werd zoo spoe dig mogelijk naar Keulen te gaan, om een actie te beginnen (jen gunste van ons ge meenschappelijk ideeaal. Stom verbaasd begaf ik er mij heen en men bood mij aan in België en Frankrijk een spionnage-agentschap te vestigen. Dit volslagen gebrek aan psychologie van deze menschen onthutste mij: omdat ik als ger- manophiel journalist bekend stond, meende m men ij ipso facto te kunnen beschouwen als Duitsch spion. Nog steeds rekende op een heerschende redlievende gezindheid in Duitschland, was ik hevig teleurgesteld, toen ik bemerkte, hoe machtige organisaties aanstuurden op een revanche oorlog. Daarom waarschuwde ik na mijn terugkeer in Brussel de autoriteiten. Volgens het vredesverdrag van Versailles is staatsspionnage verboden. Sindsdien duld het echter met een zekere welwillendheid particuliere organisaties, waarvan het even tueel de vruchten van haar werk koop. Denk maar eens aan de zaak Lohmann! Wat mij persoonlijk betreft, de Duitsche zaakgelastigde te Brussel in 1928, zoon van maarschalk Von Mackensen, zorgde er voor, dat ik voor al mijn reizen een gratis visum op mijn pas kreeg. Maar met het oog op eventueele foulleering aan de grens, stond op mijn pas: ..Gebuhr 225 francs." Dat was dus valsch? Als u dat zoo wilt noemen. Ik moet er nog bijvoegen, dat op de achterzijde van den brief van den spion Hauser. de heer Von Mackensen een paar vriendelijke woorden schreef om mij het visum, noodig voor de Keulsche reis, te verschaffen. Terstond na mijn terugkeer uit Keulen be ijverde ik mü de actie en vertakkingen van de groep Hauser na te gaan enik kon het spoor volgen! Een knap stuk reportage Wijlen Victor Charbonnel zei mij eens in 1921, dat ik geboren journalist was. En wat bood ziéh hier een pracht-reportage aan: achter de schermen van den Duitscben spionnagedlenst! Geen roman, geen fanta sie, maar iets werkelijks, iets beleefds, met eerflg risico en gevaar te bestudeeren! Wat! Was er gevaar aan verbonden? Luister, in September 1928 geraakte ik n moeilijkheden door vier menschen in H3- henberg, bij Keulen. Dit tengevolge van een onhandigheid van een Franschman. Ik slaag de er echter in den dans te ontsprjpgen en het verloren vertrouwen te herwinnen. En het was hoog tijd! Tot dusver had ik van de overzijde van den Rijn documenten van gee nerlei belang aangebracht, die men mij ter hand had gesteld: technische handboeken, schietvoorschriften voor speciale wapens, enz- Om kort te gaan, dat alles overschreed de grenzen van het „Journal militaire officiel" niet. Dus dat was geen ernstig werk? Geven, om te krijgen! Neen. maar op dat gebied moet men iets ge ven om te krijgen Maar hoe verkrijgt mc" 't vertrouwen van een spionnagedienst? Niet met het overbrengen van beuzelverhaaltjes! En daarom vroeg ik bij meer gezaghebbende personen, of er geen mogelijkheid bestond documenten te fabriceeren die den schijn van echtheid en gewicht bezaten. Na eenige aar zeling gaf men mij te verstaan, dat ik zulke documenten zelf kon vervaardigen. In de werkplaats van den vervalscher Ik slaagde er in met de gegevens, verschaft door het „Journal militaire officiel," het „bulletin, beige des sciences militaires," ver schillende buitenlandsche militaire periodie ken, daarnaast met behulp van protocollen, van generale staven van voor den oorlog, met verschillende kaarten en zeventiende en acht tiende eeuwsche atlassen (dit met het oog op inundaties) 't pseudo-verslag van Generaal Galet voor de gemengde commissie te fabri ceeren, een verslag, waarvan stafofficieren na een maand studie in Januari 1929 te Berlijn verklaarden, dat het onloochenbaar het werk was van een groep officieren, die daarover jaren zouden gearbeid hebben. Ik had het ;tuk in acht dagen kunnen maken! Vervol gens verschafte ik nog twee soortgelijke stuk ken aan de Duitschers, die deze aan het con sortium der kranten van Hugenberg verkoch ten. De Ütrechtsche documenten En de ütrechtsche stukken? Lyister! Sinds 19 Maart 1928 had ik de Nouveaux jours" verlaten; sindsdien had ik V. H. niet meer gezien. Dat is een aardige engen, „deadly in earnest" zooals de Engel- schen zeggen, die tegen België zware grieven Frank Heine had. Hij deelde mij in October 1928 mede, dat hij meerdere malen naar Duitschland reisde en in nauwe relatie stond met orga nisaties, die op revanche zonnen: Stahlhelm. Jung-Konservatieven, Wehr-Wolf. enz. Activistische sabotage Hitier en zijn „National-Sozialisten" had den hem materiaal beloofd, dat kon dienen om de groote tentoonstelling van 1930 te sa- boteeren. Sinds verschillende jaren was hij gewonnen onder hetpseudoniem van H. Ker- linga, door het irredentisch orgaan van Robert Ernst, die te Strassburg bij verstek tot twintig jaar dwangarbeid veroordeeld was. Maar dit orgaan van Robert Ernst hing op zijn beurt af van den „Ring" waarin Spahn en Rosemeyer werkten. De Ring De Ring zorgt voor de propaganda in de door den oorlog verloren Duitsche gebieden. Daarnaast verricht hij spionnagedienst, die door Dr. Wilhelm Steugel te Mühlheim en Dr. Ispert te Elberfeld geleid wordt. Deze dienst recruteerde begin 1928 verschillende vertrouwde frontstrijders met het oog op een gemeenschappelijken spionnagedienst. Hierdoor kwamen H. en F. in relatie met den Ring en vervolgens met Ispert, Steugel en Rosemeyer. Het document Galet In November 1Q°8 ontdekte H. bij mij toe vallig het pseudo-aocume.it Galet, eenige dagen, voordat ik het naar Duitschland ver zond. Reeds gedurende drie weken zeurde hjj mij om een copie te krijgen van het Fransch-Belgische accoord van 1920 en van den grief, dien Vandervelde, dienaangaande aan de Brouckère zou geschreven hebben. „Is dat die brief, waarvan de „Tag" te Berlijn melding maakte?" „Ja." „Maar laat ons bij ons onderwerp blijven. H. zanikte zoo, dat ik hem ten slotte zijn zin gaf. In het laatst van Januari 1929 vervaar, digde ik in alle haast het document, dat 't ütrechtsche Dagblad publiceerde. Het stuk stelde ik H. den 28en Januari 1929 in Café Theo te Mechtelen ter hand. Die H. heeft misschien vijf of zesduizend francs in deze zaak verdiend. Ook een idealist. De fraaie zegels „Maar hoe bent u aan die prachtige zegels gekomen? „Slechts het pseudo-document Galet draagt 'n overigens authentiek zegel van den gene- ralen staf. Het ütrechtsche stuk, gedactylo- graphieerd op papier van het Ministerie van Oorlog, heeft geen zegel. Maar op het docu ment dat hier bij hoorde, drukte ik met drukinkt het afbeeldsel van de Belgische oorlogsmunt van 25 centimes. De handteeke- ningen lijken evenveel op authentieke hand- teekeningen als Dr. Ritter op een helder ziende! Neen, wat de groote waarde van deze stuk. ken uitmaakt, is datgene, wat generaal Snfj- ders in de „Nieuwe Rotterdamsche Courant" van Donderdag JI. zei: „Van strafegisch standpunt volmaakt logisch." En wat denkt u van het stof, door deze publicatie opgejaagd? „Wat heb ik daarin een pleizier gehad! Denk eens aan: interpellaties in vier parle menten, kilometerlange artikels, interviews van premiers, diplomatieke stappen, sabeige- rinkel. En dat alles voor een grapje, dat minstens even kostelijk is als het optreden van kapi tein Köpenick De spionnen in de val En wat nu het grappige van de affaire is: wij hebben geen moeite gedaan Duitschers of Hollanders voor deze zaak te winnen; zij zijn bij ons gekomen En zoo liepen ze in hun eigen val! „Wie een put graaft voor een ander, valt er zelf in," zegt de Schrift. En dezelfde Schrift zegt, dat de geheime ge dachten van velen zoo aan het licht zijn gekomen." Dit is het juiste verhaal, dat ons de auteur van „Kossel" deed, een verzinsel, dat de Ne- derlandsche, Duitsche en Italiaansche bladen hielden voor een opzienbarend document, dat in staa zou zijn het politieke aanschijn van Europa te doen veranderen. Het Bureau der Kamer van Koophandel 1 stelt voor, een schrijven te zenden aan den directeur-generaal der P.T.T., waarin aan gedrongen wordt op voortdurende openstel ling van het telefoonkantoor te Zandvoort. Het komt het Bureau voor, dat een bad plaats als Zandvoort, die hoofdzakelijk leeft van badgasten en forensen, over de meest uitgebreide communicatiemiddelen behoort te beschikken, waaronder zeker de telefoon een belangrijke plaats inneemt. Van <Je gelegenheid om tusschen 11 uur n.m. en 8 uur v. m. te kunnen telefoneeren. is in het afgeloopen jaar een niet onbelang rijk gebruik gemaakt. Voorts wijst het Bureau op de voortgaan de bebouwing in Zandvoort en stelt voor, te vragen die maatregelen te willen bevorde ren, dat Zandvoort, door aansluiting op het Haarlemsche telefoonnet, de gelegenheid krijgt, gecPurende dag en nacht van de te lefoon te kunnen profiteeren. Men schrijft ons: Met genoegen kunnen wij mededeelen, dat, mede dank zij de medewerking van de hoof. den van scholen, thans voor het hoofdnum mer van de Julianafeesten op 30 April a.s. ingeschreven zijn geworden 200 jongens en meisjes voor trommen, 331 jongens en meis jes voor de kleppers, 118 jongens en meisjes voor mondharmonica's en 100 jongens en meisjes voor de fluiten. Door eenige onderwijzers is verzocht alsnog een opgave van deelnemers uit hunne klasse op te kunnen geven, welke opgave door het Centrum-Comité gaarne tegemoet gezien wordt. Voor 200 kinderen bestaat nog gele genheid, deel te nemen aan den klepper- marsch, 100 jongens en meisjes kunnen nog ingeschreven worden voor het bespelen van de mondharmonica's evenals een honderdtal jongens en meisjes voor de fluiten. Met het oog op de repetities, die Woensdag 6 Maart a.s. zullen aanvangen, doet het Cen. trum-Comité bij deze een beroep op de medewerking van de hoofden van scholen en de onderwijzers en onderwijzeressen uit de 5de, 6de en 7de klassen en verzoekt hun alsnog een opgave te doen toekomen aan het secretariaat van het Centrum-Comité, Zui- der-Buiten-Spaarne 130rood, van kinderen, die eventueel nog mede willen doen met vermelding van het instrument dat de kin deren willen bespelen; deze opgave zal voor Woensdag a.s. moeten zijn ingeleverd. De kinderen, alzoo opgegeven, zullen zich zonder meer kunnen aanmelden op de re petitie van de instrumenen, waarbij zij zich zullen hebben doen indeelen. De repetities zijn voorloopig als volgt vast gesteld: Voor mondharmonica's op Woensdagmid dag van 1.30—2.30 uur; voor trommen op denzelfden dag van 2.303.30 uur; voor de fluiten op Zaterdagmiddag van 1.302.30 uur en voor de kleppers op dien dag van 2.303.30 uur. Dames en Heeren, die lust en tijd hebben te assisteeren bij de repetities, zullen har telijk welkom zijn. Zooals reeds bekend geacht kan worden, verstrekt het Centrum-Comité de instrumen ten, die, na Julianadag door de medewer kende kinderen behouden mogen worden. Aan de ouders wordt vriendelijk verzocht, de kinderen aan te sporen zooveel mogelijk zorg aan te wenden voor de instrumenten. Het behoeft geen nader betoog, dat de kos ten aan dit Julianafeest zeer belangrijk zijn, het Centrum-comité heeft echter geen oogen- blik geaarzelde de uitvoering zoo breed mo gelijk op te vatten en zulks in de eerste plaats uit liefde voor het kind. Immers zal voor taan Julianadag de feestdag onzer kinderen zijn en het Centrum-comité vertrouwt, dat de deelname zoowel van de beter gesitueerden, als van de minderen, algemeen zal zijn. Zoo zal dan op 30 April a.s. voor eiken leerling, de openbare of bijzondere lagere Mulo, H. B. S.-scholen of Lyceums bezoe- kenden, het parool zijn: Heden is het ons feest en zonder eenig onderscheid zullen wij mededoen tot het welslagen er van! Op welke wijze de algemeene medewerking van alle Haarlemsche scholieren ten uitvoer aal worden gebracht, hierop komen wij later terug, doch zeker zal morgen gerekend wor den op de krachtige medewerking van alle hoofden van onderwijsinrichtingen evenals het geheele onderwijzend personeel. Onwillekeurig zal bij menigeen de gedachte opkomen: „Wie zal dat allemaal betalen?" En het antwoord, hoe nuchter het moge klinken, zal toch waar blijken, want het luidt: „u!" U allen, stadgenooten, tot wien het Cen trum-comité Koninginnedag zich met eenige dagen zal wenden, met verzoek lid te worden van de Ver. Koninginnedag. Een circulaire zal ieder, zonder eenig on derscheid, bereiken, gelegenheid biedende om zich te doen inschrijven als lid. Gij zult deze circulaire niet wegwerpen, gewoonlijk is men zoo spoedig bereid te zeggen of te denken: „het is natuurlijk om mijn geld te doenik kan het gebruiken, enz. enz." Neen, bü de ontvangst van deze circulaire zult gij zeggen: „Hierop zal ik bijdragen naar vermogen, want hierdoor bevorder ik de viering van onze nationale feesten voor allen, zonder eenir onderscheid en heb ik tevens toegang tot alle feestelijkheden, die het Cen trum-comité Koninginnedag tot stand mocht brengen. Maar boven alles, stadgenooten, be reikt ge door toe te treden als lid van Ko ninginnedag, dat aan duizenden kinderen telken jare feesten zullen worden aangebo den, getuigende in de allereerste plaats van liefde voor het kind en ademende een fris- schen geest. Noch onze kinderen, noch wien onzer ook, tot publieke vermakelijkheden dienende, doch onze nationale feestdagen te maken tot recht algemeene feestdagen, ziet, dat is het parool van het Centrum-comité Koninginne dag. Moge thans uw antwoord, stadgenooten, unaniem en spontaan klinken: „En wij allén lid van Koninginnedag!" Om het geld behoeft-u het niet na te laten, de contributie is gesteld op het minimum van 1 per jaar, welk bedrag naar verkiezing ineens, per week, maand, kwartaal of half jaar betaald kan worden. Dit sluit niet uit, dat zij, die zich geroepen gevoelen, een hoogere contributie te moeten betalen, zich hier niet van behoeven te weer houden, zij zullen niet minder welkom zijn. Het Centrumcomité zal het zich als een bijzondere eer toerekenen, wanneer echter zooveel mogelijk alle inwoners van het Cen trum in de komende dagen als lid zullen toetreden. Een zestal propagandisten (dames en hee ren) zullen in de door het Centrum-comité onderteekende circulaires aanbieden, om ze eenige dagen later, naar wij hopen, ingevuld terug te halen. Bereid hun een prettige ontvangst en be tuigt uw adhaesie met het werk van het Centrum-comité, door toe te treden als lid, het zal genoemd comité een spoorslag zijn op den ingeslagen weg voort te gaan en zoo mogelijk aan de hoogste verwachtingen te kunnen voldoen. Wij wijzen er met nadruk op, dat de pro pagandisten door het Centrum-comité be hoorlijk gelegitimeerd zullen worden, zoodat bij eventueelen twijfel, ieder stadgenoot ge rechtigd is naar een legitimatie te vragen. Voorbarige berichten Voorloopig valt nog geen datum vast te Stellen Naar aanleiding van de berichten, die vorige weei circuleerden inzake een ernstige poging tot het vlot brengen der „Heinrich Podeus" in den loop dezer week, hebben wij ons om nadere inlichtingen tot den Inter nationalen Sleepdienst L. Smit en Co. te Rotterdam gewend. Van die zijde wordt ons medegedeeld, dat de werkzaam .leden geregeld voortgang heb ben. De directie had eveneens kennis geno men van bovenbedoeld bericht V/ij zijn ge machtigd dit bericht op de meest categori sche wijze tegen te spreken. „Dit bericht," zoo werd ons gezegd, „is niet alleen uit den duim gezogen, maar uit duim, middelvinger en pink." „Ket wachten," zoo deelden onze zegslie den verder mee, ..is op gunstig, hoog ty. Blijft dit drie ,iaar uit, wat we niet hopen, dan zou de ..Heinrich Podeus" nog drie jaar in dezelfde positie op het strand blijven staan." Mochten er dus onder onze lezers zijn, die in verband met voorbarige berichten om trent het vlotbrengen van de ..Heinrich Po deus" reeds plannen hadden gemaakt naar Zandvoort te saan, dan zouden wy hun wil len adviseeren, ter voorkoming van teleur stelling daarmede te wachten, tot meer defi nitieve berichten hieromtrent kunnen wor den gepubliceerd. Het bureau der Haarlemsche Kamer var Koophandel stelt voor een schrijven te rich ten aan E. en W. van Beverwyk, waarin hei vertrouwen wordt uitgesproken, dat B. en W met de Kamer van oordeel zijn, dat de voort durende openstelling van het telefoonkantoor aldaar een noodzakelijke vereischte is voor een bedrijvige, zich uitbreidende, gemeente als Beverwyk en hst treffen van de hiervoor noodige maatregelen ten zeerste aanbeveelt. De beplanting Voorgesteld wordt door het Bureau dei Kamer van Koophandel dat een schrijven aar B. en W. van Haarlem zal worden gezonder inzake den toestand aan de Friesche Ver- kensmarkt. Gevraagd zal worden, of de voorgenomen beplanting geen afbreuk kan doen aan de beschikbare losplaats en stapelplaats. Volgens het voorgestelde schrijven is het in het belang van handel en industrie, als geen opslagter rein verloren gaat. Deze collectie omvat een keur van nieuwe Franse modellen voor Dames- en Kinder kleding. In onze Afd. zqn tevens alle nieuwe verkrijgbaar.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 2