Stadsnieuws
Heringa 8 Wuthrich. Haarlem
FRANK HEINE VERTELT ZIJN
GESCHIEDENIS
Stofzuigerhuis MAERTESC'#
ULLSTEIN
KNIP» i
EERSTE BLAD
NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT
MAANDAG 4 MAART 1929
BLADZIJDE *L
Centrale Verwarming
Agenda
5 Maart
St.
Vincentiusvereenigiiig
Spijskokerii
IJswedstrijden op de
Brouwerskolk
BURGERLIJKE STAND
De gemeentelijke werk
inrichting aan het
Donkere Spaarne
Verkeersongevallen
Het telefoonkantoor
te Zandvoort
Voortdurende openstelling
noodzakelijk
Centrum-
Comité-vereeniging
Koninginnedag
Barteljorisstr. 16 - Tel. Mo. 10756
ApexKfop-Veeg-Stofcuigersf 175.-
Het' vlot brengen van de
„Heinrich Podeus"
Het telefoonkantoor
te Beverwijk
Voortdurende openstelling
De toestand aan de
Friesche Varkens-
markt
PATRONEN
ULLSTEIN
MODEBLADEN
Sociëteit „St. Bavo" 8 uur Cursusavond
Arbeidersontwikkeling. 8 uur St. Caecilia
8 uur Bestuur Pluimveevereeniging.
half 9 uur vergadering Melkhandelaren St.
Joseph 7 uur Bestuur Spoor- en Tram
personeel. half 9 uur Rechtskundig
Bureau. Van 23 uur Kraamverzorging
3e Orde.
St. Josephsgezellenvereeniging, Jansstraat 49
Van 810 uur geopend.
Gebouw Nassauplein 6 half 8 uur Verga
dering van de Kamer van Koophandel.
Schouwburg Jansweg Lezing met licht
beelden voor de leden van G. en W. door
dr. P. A. A. v. d. Beek. Onderwerp: „Hoe
en wanneer zal de wereld vergaan?"
Restaurant Brinkmann, Groote Markt
kwart over 8-uur Vergadering van de Kon.
Ned. Mij. voor Tuinbouw- en Plantkunde.
Zaterdagmiddag heerschte er een gezel
lige drukte in en om de spijskokerij. Weder
om werd aan degenen die er prijs op stelden
warm voedsel uitgereikt In de keuken was
een drukte van belang De heerlijke geur van
rijstesoep steeg op, uit de dampende ketels.
Velen stonden dan ook in de hal te wachten
beladen met ketels, pannen en emmers, tot
dat zij op hun beurt aan het loket de por
ties rijstepap in ontvangst konden nemen.
Enkele malen als het welbekende: „asje
blieft klonk, antwoordden sommige huismoe
ders, alsof zij beschaamd waren om het
eten in ontvangst te nemen: „Dank u mijn
heer."
loen net bekend werd dat Zondagmiddag
om 1 uw erwtensoep zou worden uitgereikt
ging er onder de aanwezigen een „hoeraatje"
op Onze bekende kok, de heer Jore had ook
dezen keer weer eer van zijn werk, waar we
hem dan ook zeer dankbaar voor zijn In
de hal had nog een aardig incident plaats
Er werd ons gevraagd door een juffrouw,
gewapend met een groente-emmer: „Mijn
heer komt uwes ook eten halen," waarop wij
haar een geruststellend antwoord gaven.
Even verder hadden we een volgend praatje:
„Zoo moedertje, wat eten we vandaag?"
„Rijstesoep" was het antwoord. „Ja Mijnheer,
u begrijpt dat ik. nu mijn man werkloos is
en maar 10 steun krijgt, niet alle dagen
warm eten kan klaar maken.". Wij gaven 't
moedertje dan ook volkomen gelijk Het is
nu jnaar te hopen, dat het gauw door gaat
dooien, zoodat die ongelukkige menschen
weer aan het werk kunnen gaan.
Se Brouwerskolk „elke al eenige weken ge
durende de ijsperiode stil en verlaten lag,
was Zondagmiddag wedrom 't middelpunt van
tjsvrmaak voor jong en oud. Het scheen wel
of allen nog eens voor 't laatst wilden profi-
toeren van de kunst „op de gladde ijzers,"
want de weerberichten spraken van dooi.
Maar toch was er nog een andere rede, waar
om velen zich naar deze plaats begeven had
den. Door de R. K. sportvereeniging „Hercu
les" in samenwerking met dén R. K. Volks
bond waren wedstrijden georganise rd voor de
adsplrant leden van „Hercules" en jongens der
leden van den R. K. Volksbond van 8 tot 14
jaar. En tegen 2 uur heerschte er al een
gezellige drukte op de baan. De wedstrijd
commissie trof de laatste regeling voor den
wedstrijd, de chocolademan inspecteerde nog
een zijn voorraad, de persfotograaf verzeker
de zich van een goed plaatsje en nadat de
loting had plaats gehad van de deelnemers
werd precies twee uur gestrt. De baan was
wel wat zacht, wat voor de deelnemers na
tuurlijk finder prettig was. maar de stemming
had daar niet onder te lijden. Het heerlijk
stralende voorjaarszonntje deed 't daaren
boven speciaal in de middaguren niet te koud
zijn, hetgeen zonder twijfel te meer een in
vloed ten goede uitoefende op 't groot aantal
toeschouwers dat zich rondom de baan had
geschaard. Er faren zeer aardige ritten bij en
de rijders gaven elkaar dan ook niet veel tie.
Lachsalvo's daverden door de lucht als de rij
der No. 1 er dacht te zijn en zich plotseling
meer aangetrokken gevoelde tot 't gladde ijs-
dek.
Een van de'spannendste eindritten van den
middag was wel die tusschen F. Hekker en
Joh. Willebrord, jammer dat deze laatste
even voor de finish ijsruiter werd, en zoo
doende als tweede geplaatst werd. Aan dezen
wedstrijd was ook een eerewedstrijd verbon
den bestaande uit 2 baandronden die op tijd
werd verreden.
Om half zes hadden alle deelnemers zich
verzameld In de St. Aloysiusschool waar de
prijsuitreiking plaats had. Door enkele jonge
dames werd de heerlijke warme chocolade
rondgediend, waarna de voorzitter der R. K.
Volksbond, de heer J. G. van Kessel de jon-
kens op hartelijke wijze toesprak en dank
bracht aan B. en W. van BloemenJaal voor
hun toestemming en aan de schenkers van de
prijzen, waarna met eenige toepasselijke woor
den de prijzen werden uitgereikt.
De uitslag van den wedstrijd is als volgt:
Jongens van 810 jaar: le prijs P. Hekker-
2e prijs. G. Koelemij, 3e prijs H. Jonkers, 4e
prijs J. Tuilenaar.
Jongens van 1012 jaar: le prijs H. Hek
ker, 2e prijs C. van Kempen, 3e prijs C. Huij-
bens, 4e prijs Tonny v. d. Zande.
Jongens van 12—14 jaar: le prijs F. Hek
ker, 2e prijs, Joh. Willebrord, 3e prijs H. Dijt
4e prijs J. van der Veldt.
Eere-wedstrijd: le prijs, 2 baandonden, F.
Hekker, 1 min. 13 sec.; 2e prijs, 2 baanronden,
H. Hekker 1 min. 31 sec.; 3e prijs, 2 baan
ronden, P. Hekker 1 min. 35 sec.; F. Hekker
Azn,. 1 min. 14 sec. (buiten mededinging).
Deze wedstrijden welke een schiterend ver
loop hebben gehad, zijn een succes geweest
voor beide vereenigingen en zal een aange
name herinnering zijn, aan den winter van
't jaar 1929 en gelet op den datum zeer zeker
als een historisch feit beschouwd mogen
varden.
Geboren: 28 Febr.: M. S. van El—Len-
nings, d.; 1 Maart: S. A. v. Berkelde
Graaf, z.; H. M. RuijzenaarsVermeulen,
d.; M. C. SchutteropSmits, z.; A. S. de
Mink—Zefjlemaker, z. 2 Maart: J. F. Rom-
paKenbeek, d„ W. Poolv. d. Heuvel, d.
Overleden: 28 Febr.: C. v. d Ploegvan
Diemen, 78 jaar, Kogelstraat, 1 Maart: L.
O. E. Poestkoke, 81 jaar. Nieuwe Gracht. G.
Jager, 77 jaar, Kerkstraat.
De offieieele opening van de afd. Blinden
en achterlijke meisjes.
Hedenmorgen te 11 uur had In het ge
bouw van de Haarlemsche Werkinrichting,
Donkere Spaarne 34, de offieieele opening
plaats van de afdeelingen blinden en ach
terlijke meisjes.
Te Haarlem heeft allereerst een Werkin
richting voor maatschappelijk ongeschikte
zwakzinnigen (oud-leerlingen der drie Haar
lemsche Buitengewone Scholen) van de
Vereeniging „Spaamestichting" bestaan,
welke gefunctionneerd heeft van September
1922 tot April 1924.
4 Maart 1925 droegen B. en W. van Haar
lem den heer E. P. Schuyt die belast
was met de regeling der Nazorg Buitenge
woon Onderwijs op, een Werkinrich
ting op te richten. Het was mogelijk deze
Werkinrichting 27 Juli 1925 in het perceel
Donkere Spaarne te openen
Er werd begonnen met een 5-tal maat
schappelijk ongeschikte oud-leerlingen der
Haarlemsche Buitengewone Scholen. Dit aan
tal breidde zich nog steeds uit en op heden
zijn daar reeds 21 jongens twee groe
pen onder toezicht van twee werkmeesters
te werk gesteld met het vervaardigen van
boenders, borstels, bezems, kwasten, matten
etc.
Deze Gemeentelijke Werkinrichting
welke de eerste gemeentelijke in ons land
Is vormt een onderdeel van de Gemeen
telijke Nazorg, terwijl het Hoofd der Nazorg
door een Commissie van Toezicht, voorzitter
den heer Vincent Loosjes, wordt bijgestaan.
Op 25 Januari 1926 werd deze Werkin
richting officieel door B. en W. van
Haarlem geopend en dank mag in het bij
zonder gebracht worden den oud-weth. van
Onderwijs Mr. A. Bruch, voor de groote me
dewerking ondervonden bij de regeling" van
de Nazorg. Bij de laatste begrooting werden
tevens gelden gevoteerd voor een afd. meis
jes maatschappelijk-ongeschikte meisjes
oud-leeringen der Buitengew. Scholen zoo
dat binnenkort in dit gebouw ook een ai-
deeling meisjes te werk gesteld zal worden.
Dit is dan de tweede Werkinrichting in ons
land waar een groep achterlijke meisjes te
werk gesteld is; Vlaardingen is no 1.
In April 1927 werd den heer E. P. Schuyt
Hoofd der Gem. Nazorg, o.a. opgedragen
een onderzoek in te stellen naar het aan
tal blinden te Haarlem.
In Juli 1927 bracht hij daarover een rap
port uit aan B. en W. en ontvingen B. en W
van den Raad d.d. 2 Nov. '27, toestemming,
om d'e blindenverzorging te regelen.
Allereerst werd nu een blinden-commissie
ingesteld, voorzitter de heer A. G. Boes,
welke o.a. adviseerde aan de Haarlemsche
Werkinrichting een afdeeling voor blinden
in te richten.
In verband met een belangrijke verbou
wing, welke noodzakelijk was, om de ver
schillende afdeelingen scherp gescheiden te
houden, kon in Dec. 1928 deze afdeeling ge
opend worden. Voorloopig werden een 5-tal
blinden te werk gesteld met mandenwerk,
stoelen matten etc. Dit aantal zal geleide
lijk uitgebreid worden. De groote moeilijk
heid is, van de afgewerkte producten
af te komen en geregeld werk te heb
ben, zoodat nogmaals een beroep op de
Hoofden van takken van dienst der Ge
meente Haarlem en ook op d'e particulieren
gedaan wordt, om zooveel mogelijk deze pro
ducten daar te betrekken.
Dit jaar zullen daar dagelijks 24 achter
lijke jongens, 12 achterlijke meisjes en ten
minste een 8-tal blinden arbeiden.
Het deel van deze Werkinrichting is.
deze maatschappelijke ongesehikten daar
een passenden werkkring te verschaffen,
zoodat ze inplaats van den tijd in ledigheid
door te brengen, of d'oor op straat slinge
ren, met alle gevaren daaraan verbonden,
onder deskundige leiding productief kunnen
arbeiden.
Na de offieieele opening van de afd. jon
gens d.d. Januari 1926 volgt dus nu de of
fieieele opening van de afdeelingen: blin
den en achterlijke meisjes.
Dank mag gebracht worden aan Bouw- en
Woningtoezicht in het bijzonder aan Hoofd
inspecteur Onderwater en opzichter Kappel-
hof, voor de groote medewerking tijdens deze
verbouwing ondervonden.
Bij de bezichtiging van het gebouw vie!
ons allereerst op de groote helderheid welke
ons overal tegenblonk. Fraai geschilderde
trappen en deuren geven het oude gebouw
soms het aanzien van nieuw te zijn. In de
eerste zaal aan den voorkant, bestemd voor
de eerste groep achterlijke jongens staan
verschillende machines en instrumenten,
waarop de jongens matten in allerlei kleu
ren en formaten vlechten. Hier worden ook
boenders, stoffers, bezems etc. vervaardigd
In het daarachter gelegen lokaal, bestemd
voor de tweede groep achterlijke jongens
worden rietmatten in alle maten, voor broei
kassen etc. gemaakt. Achter d'it lokaal is een
opslagplaats. De ingang voor de jongen is
aan het Spaarne. Op de eerste verdieping
aan de straatzijde is de werkplaats voor de
blinden, welke aan de achterzijde, in de
Bakenesergracht 'n aparten toegang heeft.
Ten behoeve van de blinden zijn bij de trap
pen veiligheidshekjes gemaakt en aan dj
stellingen plankjes bevestigd waaraan zij
zich kunnen vasthouden, wanneer ze zich
door de vertrekken begeven. De achterzaal
van deze verdieping is tot' magazijn voor de
blinden ingericht. In de werkzaal worden
stoelen gemat en reparaties verricht en sier
lijke mandjes gevlochten; vlak daarnaast tó
een klein kantoortje en een toonkamer waar
al de. in de werkinrichting vervaardigde
voorwerpen voor belangstellenden en even-
tueele koopers liggen uitgestald. De voor
zaal van ue twt„iveiotj,...,
werkzi™1
zij arbeid, uitsluitend geschikt voor meisjes
verrichten, kousenbreien, etc. Er staan op
die zaal ook weeftoestellen. De achterzaal
van de tweede en de geheele derde verdie
ping dienen uitsluitend voor magazijn en
opslagplaats.
Alles wat er gemaakt wordt wordt uitslui
tend aan particulieren verkocht; 't werk is
wel iets duurder dan in den winkel, doch
alles is van eerste klas kwaliteit en ijzer-
sterk. Verdiend wordt er niet, want dit jaar
gaf de gemeente niet minder dan 18000.—
aan deze inrichting.
Het geheele gebouw is centraal verwarmd
en op alle verdiepingen liggen brandslangen
om bij brandgevaar onmiddellijk handelend
op te kunnen treden. Men begrijpt dat in
geval van brand de blinden het meeste ge
vaar loopen en daarom is het ook in het
geheele gebouw ten strengste verboden om
te rooken.
De zich in het gebouw bevindende lift,
bewijst uitstekende diensten bij het vervoer
van boenders matten etc.
Het geheel ziet er werkelijk keurig uit.
Aangereden
Te IJmuiden is Zaterdagmiddag zekere J.
Z., die op een rijwiel gezeten was, door een
vierwielig motorrijtuig dermate aangereden,
■dat zijn rijwiel geheel vernield werd.
Op de eerste pagina van dit nummer pu-
bliceeren wij uitvoerige bijzonderheden om
trent de arrestatie en verklaringen van
Frank Heine, die te Brussel is aangehouden,
verdacht van vervalsching der documenten
betreffende hetg eheif Belgisch-Fransch mi
litair verdrag. Wij releveeren daarbij een
gesprek dat een speciale verslaggever van
de Belgische „Soir" met Frank Heine heeft
gehad.
Hieronder volgen nog nadere details om
trent dit gesprek.
Het toeval, vertelt de redacteur van de
..Soir" bracli mij in aanraking met Albert
Frank, d'en vervaardiger der valsche docu
menten. verstrekt aan het „Utrechtsch
Dagblad".
Hoe bent U op het idee gekomen van de
ze mystificatie, die toch tot zulke ernstige
consequenies had kunnen leiden? vroegen
wij den heer Frank.
O, dat is heel eenvoudig. Ik was altijd
zeer sterk geporteerd, om redenen van de-
mografischen (X?) aard voor een nieuwe
vriendschap tusschen Duitschland en Bel
gië. Daarom ging ik over tot stichting van
de „Nouveaux jours". Het was mijn mee
ning, dat de knoeierijen, die door het Bel-
ga-communiqué werden onthuld, het groot
ste gevaar vormden, die de toenadering,
door mij gewenscht, zouden kunnen bedrei
gen
Toen in December 1927, Kurt B.. aan de
steun van Hugenberg voorstelde, ben ik
daar niet voor gezwicht. Toen hij, tusschen
12 en 17 Februari 1928 geheime samen
komsten organiseerde tusschen Hnger en
Rcix en tusschen de Frontstrijders, als
Word. H. M. en F. was 't mijn overtuiging,
dat deze correspondent van de „Tag" in
België ver ging. Maar er is een groote af
stand tusschen politieke propaganda, die
men gerust in vredestijd op alle wijzen
mag voeren en spionnage, die een aanslag
is op en een misdaad* tegen het rechtsge
voel van het volk.
De Duitsclie spionnage
Wanneer bent u op de hoogte geraakt
van de Duitsche spionnage?
Op het einde van 1928 kreeg ik een brief
uit Keulen .door Koenraad Hauser onder
teekend, waarin mij verzocht werd zoo spoe
dig mogelijk naar Keulen te gaan, om een
actie te beginnen (jen gunste van ons ge
meenschappelijk ideeaal.
Stom verbaasd begaf ik er mij heen en
men bood mij aan in België en Frankrijk
een spionnage-agentschap te vestigen. Dit
volslagen gebrek aan psychologie van deze
menschen onthutste mij: omdat ik als ger-
manophiel journalist bekend stond, meende
m men ij ipso facto te kunnen beschouwen
als Duitsch spion.
Nog steeds rekende op een heerschende
redlievende gezindheid in Duitschland, was
ik hevig teleurgesteld, toen ik bemerkte, hoe
machtige organisaties aanstuurden op een
revanche oorlog. Daarom waarschuwde ik na
mijn terugkeer in Brussel de autoriteiten.
Volgens het vredesverdrag van Versailles is
staatsspionnage verboden. Sindsdien duld
het echter met een zekere welwillendheid
particuliere organisaties, waarvan het even
tueel de vruchten van haar werk koop.
Denk maar eens aan de zaak Lohmann!
Wat mij persoonlijk betreft, de Duitsche
zaakgelastigde te Brussel in 1928, zoon van
maarschalk Von Mackensen, zorgde er voor,
dat ik voor al mijn reizen een gratis visum
op mijn pas kreeg. Maar met het oog op
eventueele foulleering aan de grens, stond
op mijn pas: ..Gebuhr 225 francs."
Dat was dus valsch?
Als u dat zoo wilt noemen. Ik moet er nog
bijvoegen, dat op de achterzijde van den
brief van den spion Hauser. de heer Von
Mackensen een paar vriendelijke woorden
schreef om mij het visum, noodig voor de
Keulsche reis, te verschaffen.
Terstond na mijn terugkeer uit Keulen be
ijverde ik mü de actie en vertakkingen van
de groep Hauser na te gaan enik kon
het spoor volgen!
Een knap stuk reportage
Wijlen Victor Charbonnel zei mij eens in
1921, dat ik geboren journalist was. En wat
bood ziéh hier een pracht-reportage aan:
achter de schermen van den Duitscben
spionnagedlenst! Geen roman, geen fanta
sie, maar iets werkelijks, iets beleefds, met
eerflg risico en gevaar te bestudeeren!
Wat! Was er gevaar aan verbonden?
Luister, in September 1928 geraakte ik
n moeilijkheden door vier menschen in H3-
henberg, bij Keulen. Dit tengevolge van een
onhandigheid van een Franschman. Ik slaag
de er echter in den dans te ontsprjpgen en
het verloren vertrouwen te herwinnen. En
het was hoog tijd! Tot dusver had ik van de
overzijde van den Rijn documenten van gee
nerlei belang aangebracht, die men mij ter
hand had gesteld: technische handboeken,
schietvoorschriften voor speciale wapens, enz-
Om kort te gaan, dat alles overschreed de
grenzen van het „Journal militaire officiel"
niet.
Dus dat was geen ernstig werk?
Geven, om te krijgen!
Neen. maar op dat gebied moet men iets ge
ven om te krijgen Maar hoe verkrijgt mc"
't vertrouwen van een spionnagedienst? Niet
met het overbrengen van beuzelverhaaltjes!
En daarom vroeg ik bij meer gezaghebbende
personen, of er geen mogelijkheid bestond
documenten te fabriceeren die den schijn van
echtheid en gewicht bezaten. Na eenige aar
zeling gaf men mij te verstaan, dat ik zulke
documenten zelf kon vervaardigen.
In de werkplaats van den vervalscher
Ik slaagde er in met de gegevens, verschaft
door het „Journal militaire officiel," het
„bulletin, beige des sciences militaires," ver
schillende buitenlandsche militaire periodie
ken, daarnaast met behulp van protocollen,
van generale staven van voor den oorlog, met
verschillende kaarten en zeventiende en acht
tiende eeuwsche atlassen (dit met het oog
op inundaties) 't pseudo-verslag van Generaal
Galet voor de gemengde commissie te fabri
ceeren, een verslag, waarvan stafofficieren na
een maand studie in Januari 1929 te Berlijn
verklaarden, dat het onloochenbaar het werk
was van een groep officieren, die daarover
jaren zouden gearbeid hebben. Ik had het
;tuk in acht dagen kunnen maken! Vervol
gens verschafte ik nog twee soortgelijke stuk
ken aan de Duitschers, die deze aan het con
sortium der kranten van Hugenberg verkoch
ten.
De Ütrechtsche documenten
En de ütrechtsche stukken?
Lyister! Sinds 19 Maart 1928 had ik de
Nouveaux jours" verlaten; sindsdien had ik
V. H. niet meer gezien. Dat is een aardige
engen, „deadly in earnest" zooals de Engel-
schen zeggen, die tegen België zware grieven
Frank Heine
had. Hij deelde mij in October 1928 mede,
dat hij meerdere malen naar Duitschland
reisde en in nauwe relatie stond met orga
nisaties, die op revanche zonnen: Stahlhelm.
Jung-Konservatieven, Wehr-Wolf. enz.
Activistische sabotage
Hitier en zijn „National-Sozialisten" had
den hem materiaal beloofd, dat kon dienen
om de groote tentoonstelling van 1930 te sa-
boteeren. Sinds verschillende jaren was hij
gewonnen onder hetpseudoniem van H. Ker-
linga, door het irredentisch orgaan van
Robert Ernst, die te Strassburg bij verstek
tot twintig jaar dwangarbeid veroordeeld
was. Maar dit orgaan van Robert Ernst hing
op zijn beurt af van den „Ring" waarin
Spahn en Rosemeyer werkten.
De Ring
De Ring zorgt voor de propaganda in de
door den oorlog verloren Duitsche gebieden.
Daarnaast verricht hij spionnagedienst, die
door Dr. Wilhelm Steugel te Mühlheim en
Dr. Ispert te Elberfeld geleid wordt. Deze
dienst recruteerde begin 1928 verschillende
vertrouwde frontstrijders met het oog op
een gemeenschappelijken spionnagedienst.
Hierdoor kwamen H. en F. in relatie met
den Ring en vervolgens met Ispert, Steugel
en Rosemeyer.
Het document Galet
In November 1Q°8 ontdekte H. bij mij toe
vallig het pseudo-aocume.it Galet, eenige
dagen, voordat ik het naar Duitschland ver
zond. Reeds gedurende drie weken zeurde
hjj mij om een copie te krijgen van het
Fransch-Belgische accoord van 1920 en van
den grief, dien Vandervelde, dienaangaande
aan de Brouckère zou geschreven hebben.
„Is dat die brief, waarvan de „Tag" te
Berlijn melding maakte?"
„Ja."
„Maar laat ons bij ons onderwerp blijven.
H. zanikte zoo, dat ik hem ten slotte zijn zin
gaf. In het laatst van Januari 1929 vervaar,
digde ik in alle haast het document, dat 't
ütrechtsche Dagblad publiceerde. Het stuk
stelde ik H. den 28en Januari 1929 in Café
Theo te Mechtelen ter hand. Die H. heeft
misschien vijf of zesduizend francs in deze
zaak verdiend. Ook een idealist.
De fraaie zegels
„Maar hoe bent u aan die prachtige zegels
gekomen?
„Slechts het pseudo-document Galet draagt
'n overigens authentiek zegel van den gene-
ralen staf. Het ütrechtsche stuk, gedactylo-
graphieerd op papier van het Ministerie van
Oorlog, heeft geen zegel. Maar op het docu
ment dat hier bij hoorde, drukte ik met
drukinkt het afbeeldsel van de Belgische
oorlogsmunt van 25 centimes. De handteeke-
ningen lijken evenveel op authentieke hand-
teekeningen als Dr. Ritter op een helder
ziende!
Neen, wat de groote waarde van deze stuk.
ken uitmaakt, is datgene, wat generaal Snfj-
ders in de „Nieuwe Rotterdamsche Courant"
van Donderdag JI. zei: „Van strafegisch
standpunt volmaakt logisch."
En wat denkt u van het stof, door deze
publicatie opgejaagd?
„Wat heb ik daarin een pleizier gehad!
Denk eens aan: interpellaties in vier parle
menten, kilometerlange artikels, interviews
van premiers, diplomatieke stappen, sabeige-
rinkel.
En dat alles voor een grapje, dat minstens
even kostelijk is als het optreden van kapi
tein Köpenick
De spionnen in de val
En wat nu het grappige van de affaire is:
wij hebben geen moeite gedaan Duitschers of
Hollanders voor deze zaak te winnen; zij zijn
bij ons gekomen En zoo liepen ze in hun
eigen val! „Wie een put graaft voor een
ander, valt er zelf in," zegt de Schrift. En
dezelfde Schrift zegt, dat de geheime ge
dachten van velen zoo aan het licht zijn
gekomen."
Dit is het juiste verhaal, dat ons de auteur
van „Kossel" deed, een verzinsel, dat de Ne-
derlandsche, Duitsche en Italiaansche bladen
hielden voor een opzienbarend document, dat
in staa zou zijn het politieke aanschijn van
Europa te doen veranderen.
Het Bureau der Kamer van Koophandel
1 stelt voor, een schrijven te zenden aan den
directeur-generaal der P.T.T., waarin aan
gedrongen wordt op voortdurende openstel
ling van het telefoonkantoor te Zandvoort.
Het komt het Bureau voor, dat een bad
plaats als Zandvoort, die hoofdzakelijk leeft
van badgasten en forensen, over de meest
uitgebreide communicatiemiddelen behoort
te beschikken, waaronder zeker de telefoon
een belangrijke plaats inneemt.
Van <Je gelegenheid om tusschen 11 uur
n.m. en 8 uur v. m. te kunnen telefoneeren.
is in het afgeloopen jaar een niet onbelang
rijk gebruik gemaakt.
Voorts wijst het Bureau op de voortgaan
de bebouwing in Zandvoort en stelt voor, te
vragen die maatregelen te willen bevorde
ren, dat Zandvoort, door aansluiting op het
Haarlemsche telefoonnet, de gelegenheid
krijgt, gecPurende dag en nacht van de te
lefoon te kunnen profiteeren.
Men schrijft ons:
Met genoegen kunnen wij mededeelen, dat,
mede dank zij de medewerking van de hoof.
den van scholen, thans voor het hoofdnum
mer van de Julianafeesten op 30 April a.s.
ingeschreven zijn geworden 200 jongens en
meisjes voor trommen, 331 jongens en meis
jes voor de kleppers, 118 jongens en meisjes
voor mondharmonica's en 100 jongens en
meisjes voor de fluiten.
Door eenige onderwijzers is verzocht alsnog
een opgave van deelnemers uit hunne klasse
op te kunnen geven, welke opgave door het
Centrum-Comité gaarne tegemoet gezien
wordt. Voor 200 kinderen bestaat nog gele
genheid, deel te nemen aan den klepper-
marsch, 100 jongens en meisjes kunnen nog
ingeschreven worden voor het bespelen van
de mondharmonica's evenals een honderdtal
jongens en meisjes voor de fluiten.
Met het oog op de repetities, die Woensdag
6 Maart a.s. zullen aanvangen, doet het Cen.
trum-Comité bij deze een beroep op de
medewerking van de hoofden van scholen
en de onderwijzers en onderwijzeressen uit
de 5de, 6de en 7de klassen en verzoekt hun
alsnog een opgave te doen toekomen aan het
secretariaat van het Centrum-Comité, Zui-
der-Buiten-Spaarne 130rood, van kinderen,
die eventueel nog mede willen doen met
vermelding van het instrument dat de kin
deren willen bespelen; deze opgave zal voor
Woensdag a.s. moeten zijn ingeleverd.
De kinderen, alzoo opgegeven, zullen zich
zonder meer kunnen aanmelden op de re
petitie van de instrumenen, waarbij zij zich
zullen hebben doen indeelen.
De repetities zijn voorloopig als volgt vast
gesteld:
Voor mondharmonica's op Woensdagmid
dag van 1.30—2.30 uur; voor trommen op
denzelfden dag van 2.303.30 uur; voor de
fluiten op Zaterdagmiddag van 1.302.30
uur en voor de kleppers op dien dag van
2.303.30 uur.
Dames en Heeren, die lust en tijd hebben
te assisteeren bij de repetities, zullen har
telijk welkom zijn.
Zooals reeds bekend geacht kan worden,
verstrekt het Centrum-Comité de instrumen
ten, die, na Julianadag door de medewer
kende kinderen behouden mogen worden.
Aan de ouders wordt vriendelijk verzocht, de
kinderen aan te sporen zooveel mogelijk zorg
aan te wenden voor de instrumenten.
Het behoeft geen nader betoog, dat de kos
ten aan dit Julianafeest zeer belangrijk zijn,
het Centrum-comité heeft echter geen oogen-
blik geaarzelde de uitvoering zoo breed mo
gelijk op te vatten en zulks in de eerste plaats
uit liefde voor het kind. Immers zal voor
taan Julianadag de feestdag onzer kinderen
zijn en het Centrum-comité vertrouwt, dat de
deelname zoowel van de beter gesitueerden,
als van de minderen, algemeen zal zijn.
Zoo zal dan op 30 April a.s. voor eiken
leerling, de openbare of bijzondere lagere
Mulo, H. B. S.-scholen of Lyceums bezoe-
kenden, het parool zijn: Heden is het ons
feest en zonder eenig onderscheid zullen wij
mededoen tot het welslagen er van!
Op welke wijze de algemeene medewerking
van alle Haarlemsche scholieren ten uitvoer
aal worden gebracht, hierop komen wij later
terug, doch zeker zal morgen gerekend wor
den op de krachtige medewerking van alle
hoofden van onderwijsinrichtingen evenals
het geheele onderwijzend personeel.
Onwillekeurig zal bij menigeen de gedachte
opkomen: „Wie zal dat allemaal betalen?"
En het antwoord, hoe nuchter het moge
klinken, zal toch waar blijken, want het
luidt: „u!"
U allen, stadgenooten, tot wien het Cen
trum-comité Koninginnedag zich met eenige
dagen zal wenden, met verzoek lid te worden
van de Ver. Koninginnedag.
Een circulaire zal ieder, zonder eenig on
derscheid, bereiken, gelegenheid biedende om
zich te doen inschrijven als lid. Gij zult
deze circulaire niet wegwerpen, gewoonlijk
is men zoo spoedig bereid te zeggen of te
denken: „het is natuurlijk om mijn geld
te doenik kan het gebruiken, enz. enz."
Neen, bü de ontvangst van deze circulaire
zult gij zeggen: „Hierop zal ik bijdragen naar
vermogen, want hierdoor bevorder ik de
viering van onze nationale feesten voor allen,
zonder eenir onderscheid en heb ik tevens
toegang tot alle feestelijkheden, die het Cen
trum-comité Koninginnedag tot stand mocht
brengen. Maar boven alles, stadgenooten, be
reikt ge door toe te treden als lid van Ko
ninginnedag, dat aan duizenden kinderen
telken jare feesten zullen worden aangebo
den, getuigende in de allereerste plaats van
liefde voor het kind en ademende een fris-
schen geest.
Noch onze kinderen, noch wien onzer ook,
tot publieke vermakelijkheden dienende, doch
onze nationale feestdagen te maken tot
recht algemeene feestdagen, ziet, dat is het
parool van het Centrum-comité Koninginne
dag. Moge thans uw antwoord, stadgenooten,
unaniem en spontaan klinken: „En wij allén
lid van Koninginnedag!"
Om het geld behoeft-u het niet na te laten,
de contributie is gesteld op het minimum van
1 per jaar, welk bedrag naar verkiezing
ineens, per week, maand, kwartaal of half
jaar betaald kan worden.
Dit sluit niet uit, dat zij, die zich geroepen
gevoelen, een hoogere contributie te moeten
betalen, zich hier niet van behoeven te weer
houden, zij zullen niet minder welkom zijn.
Het Centrumcomité zal het zich als een
bijzondere eer toerekenen, wanneer echter
zooveel mogelijk alle inwoners van het Cen
trum in de komende dagen als lid zullen
toetreden.
Een zestal propagandisten (dames en hee
ren) zullen in de door het Centrum-comité
onderteekende circulaires aanbieden, om ze
eenige dagen later, naar wij hopen, ingevuld
terug te halen.
Bereid hun een prettige ontvangst en be
tuigt uw adhaesie met het werk van het
Centrum-comité, door toe te treden als lid,
het zal genoemd comité een spoorslag zijn
op den ingeslagen weg voort te gaan en
zoo mogelijk aan de hoogste verwachtingen
te kunnen voldoen.
Wij wijzen er met nadruk op, dat de pro
pagandisten door het Centrum-comité be
hoorlijk gelegitimeerd zullen worden, zoodat
bij eventueelen twijfel, ieder stadgenoot ge
rechtigd is naar een legitimatie te vragen.
Voorbarige berichten
Voorloopig valt nog geen datum vast te Stellen
Naar aanleiding van de berichten, die
vorige weei circuleerden inzake een ernstige
poging tot het vlot brengen der „Heinrich
Podeus" in den loop dezer week, hebben wij
ons om nadere inlichtingen tot den Inter
nationalen Sleepdienst L. Smit en Co. te
Rotterdam gewend.
Van die zijde wordt ons medegedeeld, dat
de werkzaam .leden geregeld voortgang heb
ben. De directie had eveneens kennis geno
men van bovenbedoeld bericht V/ij zijn ge
machtigd dit bericht op de meest categori
sche wijze tegen te spreken.
„Dit bericht," zoo werd ons gezegd, „is niet
alleen uit den duim gezogen, maar uit duim,
middelvinger en pink."
„Ket wachten," zoo deelden onze zegslie
den verder mee, ..is op gunstig, hoog ty.
Blijft dit drie ,iaar uit, wat we niet hopen,
dan zou de ..Heinrich Podeus" nog drie jaar
in dezelfde positie op het strand blijven
staan."
Mochten er dus onder onze lezers zijn, die
in verband met voorbarige berichten om
trent het vlotbrengen van de ..Heinrich Po
deus" reeds plannen hadden gemaakt naar
Zandvoort te saan, dan zouden wy hun wil
len adviseeren, ter voorkoming van teleur
stelling daarmede te wachten, tot meer defi
nitieve berichten hieromtrent kunnen wor
den gepubliceerd.
Het bureau der Haarlemsche Kamer var
Koophandel stelt voor een schrijven te rich
ten aan E. en W. van Beverwyk, waarin hei
vertrouwen wordt uitgesproken, dat B. en W
met de Kamer van oordeel zijn, dat de voort
durende openstelling van het telefoonkantoor
aldaar een noodzakelijke vereischte is voor
een bedrijvige, zich uitbreidende, gemeente
als Beverwyk en hst treffen van de hiervoor
noodige maatregelen ten zeerste aanbeveelt.
De beplanting
Voorgesteld wordt door het Bureau dei
Kamer van Koophandel dat een schrijven aar
B. en W. van Haarlem zal worden gezonder
inzake den toestand aan de Friesche Ver-
kensmarkt.
Gevraagd zal worden, of de voorgenomen
beplanting geen afbreuk kan doen aan de
beschikbare losplaats en stapelplaats. Volgens
het voorgestelde schrijven is het in het belang
van handel en industrie, als geen opslagter
rein verloren gaat.
Deze collectie
omvat een keur
van nieuwe Franse
modellen voor
Dames- en Kinder
kleding.
In onze Afd. zqn
tevens alle nieuwe
verkrijgbaar.