DE WAERELB RONB> TWEEDE BLAD NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT VRIJDAG 5 APRIL 1929 BLADZIJDE 4 '*V*< Het grootste luchtschip der wereld, dat op kosten van de Engelsche regeering gebouwd wordt, nadert zijn voltooiing. Het luchtschip is 750 voet lang en zal moeten dienen voor het verkeer tusschen EngelandEgypteIndië. Deze foto geeft een klein gedeelte van den luchtrens weer Men vergelijke de menschen, die erbij staan Een zwem-kampioen van 3 jaar is In Chicago uitgeroepen. De gewonnen beker is haast grooter dan de winnaar. Zou in dit geval een blokkendoos of een spoortreintje niet meer gewaardeerd worden door het jongske? Het lachende gezicht is anders wel het kijken waard Tohann Strauss II. de walskoning (links), naast hem de derde be roemdheid van het we reldberoemde geslacht Strauss. Men zie het ar tikel hieronder Rechts: Een totaal over zicht van het grootste luchtschip der wereld. Een der nieuwste technische wijzigingen is, dat men Diesel-Schwerölmotoren -ebruikt om het gevaarte ;n beweging te krijgen UIT HET RIJK DER WALS-KONINGEN De Weensche componisten-familie Strauss In de muziekwereld „Walsen-Dynastie Strauss" genaamd, telt vijf mannelijke leden van welke drie den voornaam „Johann'' dragen. Joh. Strauss I (18041849) was een tijd genoot van Jos. Lanner (1801—1S43) en met dezen schepper van de Weensche wals. In 1825 werd hem doer het Oostenrijksche Hol de muzikale leiding der Weensche hof feesten opgedragen en kreeg hij den titel: K. K. Hofballmusikdirektor. Zijn populair ste werk is de „Radetzky-Marsch". Zijn drie zonen, Johann II <18351916) Josef (1827—1870) en Eduard (1835—1916) volgden hem op als componisten en kapel meesters. Met buitengewoon succes bracht Johann II de wals verder tot bloei. Den 25sten October 1825 te Weenen geboren, de buteerde hij reeds in 1844 met zijn orkest en wedijverde met zijn vader. Zijn walsen, als „G'schicht aus dem Wiener Wald" „Wiener Blut" „An der schonen blauen Donau' enz werden net populairst Men noemde Johann II daarom dan ook alge meen den Walskoning. Hi) componeerde een opere en veertien operettes. waaronder „Die Fledermaus" „Der ZigeunerDaron" enz., en vormt met Suppe en Millöcker het „Dreigestlrn" der oude Weensche meester-operetten-compo- nisten. Ook Johann n, evenals zijn broeder Eduard waren K. K. Hofballmusikdirecto- ren Met vee] succes als componist en ka pelmeester werkten later ook Josef en Eduard Strauss. Laatstgenoemde maakte bijzonder vee! concertreizen met zijn kapel. In de derde generatie is het muzikaal erfdeel op Eduard's zoon. Johann III (kleinzoon) overgegaan. Jorann III (ge boren 1866) zou oorspronkelijk de .loopbaan van staatsbeambte volgen. Hi) doorliep het gymnasium, studeerde in de rechten aan de Weensche Universiteit en trad na het afleggen van het Staatsexamen in dienst van het Oostenrijksch Ministerie van Wetenschappen en Onderwijs. Vanaf zijn zesde Jaar studeerde hij ook muziek, leerde viool en piano spelen, later eveneens mu ziektheorie. Toen zijn vader Eduard met zijn orkest in 1899 een concerttournée door Amerika maakte, kreeg Johann III een aanbod, met een nieuw op te richten orkest een 'oumée door Oostenrijk en Duitschland te maken Hy volgde zijn roeping, verliet den Staatsdienst en werd na de succesvolle tournée als opvolger van zijn vader tot Oostenrijksch K u K Hofballmusikdirektor aangesteld, nadat deze ten gevolge van een bij een spoorwegongeluk in Amerika opge- loopen armkwetsuur tot het priveleven te ruggekeerd was. Johann III ondernam daarna ieder jaar met zijn orkest groote concertreizen, die hem door bijna alle landen van Eurooa voerden. Twee jaar na den oorlog ontbond Johann Strauss zijn kapel en trad sinds dien nog slechts als gast-dirigent op. Hij heeft in Duitschland tot nu toe 205 orkesten, waaronder alle groote philharmonische, ge dirigeerd. Ook in het buitenland is er onder de grootere orkesten bijna geen, dat niet reeds onder Johann Strauss' leiding ge staan heeft. Johann Strauss heeft zich tot taak ge steld de onvergankelijke werken van zijn familie-voorgangers op de hun eigen orlgi- neele wijze uit te voeren. Over de meester lijke wijze, waarop hij de Weensche muziek, de klassieke operettes en walsen weet te vertolken, is zoowel de binnen- als buiten- landsche pers vol lof. Met Johann III, die in 1900 te Weenen met zijn orkest debuteerde, bezit deze inte ressante Weensche toonkunstenaarsfamilie gedurende die generaties nu reeds meer dan 100 jaar de publieke belangstelling. Naar aanleiding van het Straussfeestjaar 1929 onderneemt de 64-jarige meester een groote concertreis met yijn Weensch orkest (40 Weensche toonkunstenaars) door Oos tenrijk, Duitschland. Zwitserland, Spanje. Holland en Scandinavië. LEELIJK ABUTS Een Amerikaansch blad verloor laatst twee rouwe abonné'i, en wel op de volgend- wijze: een vader van een tweeling wensch'- te weten, hoe hij deze het best door der tijd van tanden krijgen kon brengen en eer andere abonnê. hoe hij zijn boomgaard var sprinkhanen Kon zuiveren Ten gevolge var verwisseling der namen kreeg de bezitter der tweelingen het volgende antwoord: Be dek ze met stroo, steek ze aan, en u zal spoedig van de kwelgeesten verlost zijn." De door sprinkhanen geplaagde kreeg den raad „Geef ze eer. beetje wonderolie en wrijf de kaken zacht met een beenen ringetje of stokje." EEN RIJK HISTORISCH MOMENT In de Fransche Kamer zette Duval-Ar- nould in welsprekende taal uiteen de nood zakelijkheid: voor de Kamer, sociale begin selen te volgen Patroon en arbeider mo gen al overeenkomen zooals het nun be haagt. zij mogen het al eens zijn over de loonen; boven hun vrijen wil is er een wet van natuurlijke rechtvaardigheid die verhe vener en ouder is n.l.: dat het loon niet on toereikend zij om den arbeider die matig en volgens zijn stand leeft, te onderhouden; en mocht de arbeider, door den nood of door vrees voor erger kwaad gedrongen, zich on derwerpen aan harde voorwaarden, waar aan hij zich niet kan onttrekkendan wordt hem geweld aangedaan, waartegen de rechtvaardigheid protesteert. (Luide toejuichingen op alle banken). Duval-Arnould hervat: U hebt alle reden, te applaudisee- ren mijne heeren wat lk daar voorlas is een der schoonste bladzijden uit de ency cliek van Leo XIII over den toestand der irbeiders U allen weet welk een invloed leze encycliek heeft uitgeoefend Hernieuwde toejuichingen maar de tin erzijde onthoudt zich ditmaal Oartellisten *n Communisten zijn blijkbaar ietwat be- euterd erin geloopen te zijn. Leo XIII toejuichen! Wat gruwelijke mis daad! HOE ONZE VOOROUDERS LEEFDEN Een Zweedsch geschiedvorscher, die mo menteel bezig is met het schrijven van eer wereldhistorie heeft zich daarbij tot teal gesteld niet alleen de levensdaden te ont leden van leidende persoonlijkheden, doch evenzeer na te gaan. hoe de groote massa leefde en welke gedachten en strevingen haar bezig hield. Hoe het leven in 't oude Egypte verliep, vertolkten ons de oude papyrusrollen. Eenige proeven worden ons voorgelegd door genoemden geschiedvorscher waaronder o.m. een brief van een jongeman, die waarschijn- 'ijk naar Alexandrië gezonden was, om daa: te studeeren Hij heeft zich daar echter slecht gedragen, zoodat z'n moeder naar hem gereisd is om hem tot een beter leven te brengen. Ze kan hem echter niet vinden Eerst als hi) in geldverlegenheid is, schrijft hij den volgenden brief: „Antonius Longes zendt zijn moeder Nilles de beste groeten. Ik bid steeds, dat het u goed moge gaan. Ik moet u laten weten, dat ik In 't geheel niet verwachtte, dat u mij in de stad zoudt komen bezoeken; daarom heb ik ook geen moeite gedaan om u te tref fen Ik schaam mij naar Karanis te reizen omdat ik geheel in lompen gekleed ga. Ik 'oop zoo goed als naakt rond Daarom, moe der. verzoen u met mij. ik weet wel. wat it oedorven heb Ik ben reeds voldoende ge itraft Een ander voorbeeld, dat we in een -ontract lezen Er wordt een werkmeisje g vraagd in een herberg Dadeh'k na he- in diensttreden krijgt 't meisje 100 drachma's, welke eerst na drie jaren haar eigendom worden. In dien tusschentijd ontvangt ze kost en kleeding en na beëindiging van haar diensttijd wederom 30 drachma's. Ze belooft goed voor het huisraad te zullen zorgen en zich nooit zonder voorkennis buitenshuis te zullen begeven. Overtreedt ze een van deze voorschriften, dan moet ze terstond de 100 drachma's met hooge rente terugbetalen, de schade vergoeden en bovendien nog ioo drachma's straf betalen. Een brief van een werkman, in Egypte ten tijde van Christus' geboorte licht ons in om trent de zorgen in het gezin „Je moet weten vrouwlief, dat wil nog in Alexandrië zun Wees niet ongerust, zoo ge menigen Kameraad ziet terugkeeren en ik nog hier blijf Zorg goed voor onze kleine Spoedig ontvang ik mijn loon. dat ik je direct zal zenden Nog eens. maak je niet ongerust, lk denk aan je" Deze man is een goed huisvader en echt genoot. Vergeten we dit ook niet, zoo we het vervolg lezen: de man weet, dat zijn vrouw in blijde verwachting Is en schrijft: „Wordt, het een jongen, laat het in leven is 't echter een meisje, leg het dan te vondeling."1 Zulks klinkt hartloos, het was echter zoo'n gebruik onder de armen, die him kinderen niet in 't leven konden houden. Ondanks de armoe leefden deze menschen tevreden; er waren echter ook ongelukkige Hnweliiken Een scheldingsoorkond» tusschen en bakkersgezel en ziin vrouw luidt als volgt: „Fenige iaron geleden vereeni-den we ons ln het huwe'^k met d° beste b°doelin -en ons veheelp leven in vrede en eendraeb. samen door te brengen Doev ongeluk 'dg en boosaardig voorval h' is van el kaar verwijderd en zoo Is he -sen schei ding gekomen" Geheel ln wit en gekleurd marmer uitgevoerd, is de beroemde Fadsoh Mahal In Agfa (Voor-Indlë) het mooiste en kostbaarste monument der Islamsche architectuur Het sprookjesachtige bouwwerk werd ln 1650 als grafstede voor de gemalin van een Indischen vorst opgericht. De waarde ervan Is op 't oogenblik niet meer te schatten. Op deze foto de marmeren deur, die toegang tot het monument geeft Een alleraardigste foto van een toonecltje, dat men niet alle dagen ziet. Men krijgt kleine kinde ren nog niet zoo mooi op een plaatje, als deze gedresseerde diertjes. Fokkie Is zich overigens wel van zijn waardigheid bewust Het bekende eilandje achter het Stads-Armen - en Ziekenhuis aan den Schotersingel Een dorado voor allerhande vogels, die er thans weer ongestoord resideeren Een geliefkoosd plekje aan den rand van de Bloemendaalsche duinen. Op den achtergrond de Hooge-Duin en Daalsche weg

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | | pagina 8