Nieuwe Haarlemsche Courant | 1929 | 30 april 1929 | pagina 6

Binnenlandsch Nieuws

Gemengd Nieuws

VOOR DE HUISKAMER

WEEDE BLAD

NIEUWE HAARLEMSCHE COURANT

DINSDAG 30 APRIL 1929

BLADZIJDE 2

KREYMBORG's coupe

is van goeden huize

De reis van H.M. de
Koningin naar Zwitserland

De steun aan de
beetwortel-suiker-industrie

Dr. Mengelberg en de Fiscus

Reeds twee R. K.Volks-
partijen

Dr. ir. H. Wortman

De Rijkskleeding-commissie

De financieele verhouding
tusschen Rijk en gemeenten

De consul-generaal van
Oostenrijk te Amsterdam
gaat heen

Nederlandsche R. K.
J ournalisten-V ereeniging

KERKNIEUWS

De bedevaarten naar Rome

RECHTSZAKEN

De strafzaak der
Veendammer Hypotheek
bank

De gewapende overval op de
Bloemgracht te Amsterdam

■t,

De ruïne van het Paleis
voor Volksvlijt te A'dam

De ontvluchting uit de
bijzondere strafgevangenis

Tragisch

Een boerderij afgebrand

Balbo heeft een vlieg-ongeluk

Door den trein gegrepen
en ernstig gewond

Boerderijen te Oss verbrand

TANDHEELKUNDIGE KLINIEK

Magazijnen eener hout-
warenfabriek te Helmond
uitgebrand

De offerblokken gelicht

Uit den trein gevallen

Den man tegemoet

Carola beet zich op de lippen, om «fce
flatteuze, tegelyk afkeurende woorden. Op
nieuw werden hare wangen rood gekleurd,
maar dezen keer meer uit woede en ook
eenigszins uit verlegenheid, zy was woe
dend op de lippenstift, die haar verleid had
<ï>t „vermooiing", maar tegeiykertyd ook op
hare moeder, van wie zy het gebruik ge
leerd had en niet het minst op den vreem
den heer, die zoo brutaal was, om haar zoo
ongezouten de waarheid te zeggen.

Z.K.H. Prins Hendrik is gistermiddag te
2.55 uur van zijn Zwitsersche reis hier te
inde teruggekeerd.

H. M. de Koningin en Z.K.H. Prins Hen-
rik stellen zich voor Donderdag a.s. naar
vitserland te vertrekken voor het gebrui-
eiyke verblijl van eenige weken in het bui
onland.

Zooals reeds gemeld is. heeft de koningin
et voornemen om te Bern een bezoek te
rengen aan den Bondsraad en zich den
olgenden dag naar Mantana te begeven. De
■rinses zal zich aan haar studies te Leiden
'ijven wuden en de vrye dagen op het
nde der week by de koningin-moeder door-
-engen.

Een adres van den ondememersraad
voor Suriname

De Ondememersraad voor Suriname
eft aan de Eerste Kamer een adres ge
acht, waarin hy zegt, met leedwezen te
ebben kennis genomen van de beslissing
an de Tweede Kamer, waarby het voor-
el van wet van den heer van den Heuvel
s. tot het verleenen van tijdeiyken steun
an de beetwortelsuiker-industrie hier te
nde werd aangenomen.

De bescherming van de Nederlandsche
lietsuikerindustrie, als vervat in dat voor-
el van wet, zal, aldus adres, een zeer na-
■eligen invloed uitoefenen op de toch
eeds zoo beperkte afzetmogeijlkheid van
2 Surinaamsche suiker en het is niet on-
.ïogeiyk, dat een gedeelte van de suiker-
ïdustrie in deze kolonie, bij aanneming
an dit wetsvoorstel, een dusdanigen slag
ntvangt, dat het dezen niet meer te boven
al komen.

Het is om deze reden en ook omdat het
aar de meening aan adr. noch ra-
:oneel, noch billijk mag heeten, dat het
ene Nederlandsche gebiedsdeel, ten nadeele
an het andere bevoordeeld zou worden, dat
o Raad er by de Eerste Kamer op aan-
ringt, om aan de tot standkoming van het
.ierboven genoemde wetsvoorstel haar mede-
erking niet te verleenen.

Onlangs is medegedeeld, dat minister De
ieer aan B. en W. van Amsterdam advies
:eeft gevraagd inzake de belastingkwestie
an dr. Mengelberg. Zooals bekend is het
riterium voor den aanslag in de rijksln-
-omstenbelasting de woonplaats binnen het
ijk, voor dien in de plaatselyke inkomsten-
elasting het hebben van hoofdverbiyf bin-
en de gemeente. Voor wat dr. Mengel-
,erg betreft, had de directeur van de ge
meentebelastingen te Amsterdam, de heer
.ir. A. F. L. Stapel, in den loop van het
orig jaar, toen hem door de rijksadmini-
tratie advies werd gevraagd, als zijn
neening gegeven, dat dr. Mengelberg nog
eacht moet worden in Amsterdam hoofd -
erbiyf te hebben en dat deze deswege in
te plaatselyke inkomstenbelasting moest
worden betrokken.

Nadat minister De Geer in deze aangele
genheid was gemengd, heeft hy van het
.dossier kennis genomen. By de stukken lag
ook bovenvermeld advies van den heer
Stapel. Aan den hoofdinspecteur van de
ï-yksbelastingen, den heer J. M. Mulder,
neeft de minister toen opgedragen te on
derzoeken, of het standpunt van den di
recteur van de gemeentebelastingen te
Amsterdam ook geacht kon worden, dat te
zijn van B. en W. van Amsterdam. Het
was in verband met dit verzoek van zyne
Excellentie, dat verschillende besprekingen
zijn gehouden en door den directeur van de
gemeentebelastingen een nota by B. en W.
van Amsterdam is ingediend, waarin deze
zyne net vorig jaar ingenomen standpunt
handhaafde.

De nota heeft, naar het „Hbld." meldt,
jongstleden Vrydag een onderwerp van be
spreking uitgemaakt in het college van B.
en W., dat zich met de nota heeft ver-
eenigd en dienovereenkomstig bericht ge
zonden aan den hoofdinspecteur der ryks-
belasting, die deze mededeeling aan den
minister zal doorgeven.

Te Tilburg is naast de „oude" R. K. Volks
party (Arts) een tweede R. K. Volksparty
opgericht. Zy zal ook aan de as. Kamerver
kiezingen deelnemen. Hare candidaten zul
len zyn de heeren J. van Nunen en P. Yuer-
lings.

(O. D.)

Ondervoorzitter van den Zuiderzeeraad

By Kan. besluit is, met ingang van 1 Mei
1929, dr. F. E .Posthuma, oud-Minister van
Landbouw, Nyverheid en Handel te 's Gra-
venhage, op zyn verzoek, eervol ontslag ver
leend als lid en ondervoorzitter van den
Zuiderzeeraad, met dankbetuiging voor de
als zoodanig bewezen diensten, en is be
noemd tot lid en ondervoorzitter van dien
Raad dr. ir. H. Wortman, te 's-Gravenhage.

gemeenten kan worden meegedeeld, cïat voor
elk harer reeds het bedrag, dat vry valt
aan opbrengst van provinciale- en leenings-
opcenten op de personeele belasting een
viervoud vormt van het te dekken tekort,
zoodat zonder verzwaring van den totaaldruk
druk der personeele belasting het ontbre
kende kan worden gevonden.

De Rykskleedingcommlssie stelde in haar
jongste vergadering een ontwerp-Ryksklee-
dingreglement vast en besloot dit ter be
krachtiging aan den voorzitter van den
Raad van Ministers aan te bieden.

Voorts werd een schrijven voorgelezen van
den voorzitter van den Raad van Ministers,
houdende mededeeling, dat a£n H. M. de
Koningin was verzocht, het Kon. besluit
van 27 Februari 1929, betreffende de uni
form van de conducteurs, in te trekken.

Deze intrekking is inmiddels geschied by
Kon. besluit van 5 April 1929, zoodat de
conducteurs van den datum af, waarop de
bepalingen van het Rijkskleedingbesluit in
werking zullen treden, niet meer tot het
uniform-dragend personeel zullen behooren.

De minister van financiën had reeds eer
aan de Kamer doen toekomen een ïyst van
het aantal opcenten, dat elk der gemeenten
zal moeten heffen op de fondsbelasting, on
dersteld dat zh' uit de personeele belasting
een bedrag verkrijgt, geiyk staande met de
hoofdsom plus de thans geheven gemeente
lijke opcenten.

De minister heeft thans een nieuwe editie
van de ïyst doen drukken in verband met de
aangebrachte wyziging van art. 6 (een In
schakeling van de hoofdsom der personeele
belasting en in verband hiermee verhooging
van het percentage van garantie en limiet).
Kennisneming van deze ïyst 33 tekortge
meenten voorkwamen, dit getal 60 is ge-
warden, doch dat voor 41 van deze 60 ge
meenten het tekort meer dan gedekt wordt
door de ontvangst van een deel van de
hoofdsom der fondsbelasting. Er blijven dus
19 gemeenten over, waar het tekort alsnog
uit de verteringsbelasting of op andere wyze
zal moeten worden gevonden. Een 13-tal
van deze 19 gemeenten kwam ook voor onder
de 33 bovenbedoeld. Van de resteerende o

De Oostenrijksche regeering heeft aan den
heer O. Schnabel op zyn verzoek met ingang
van 30 April op de meest eervolle wijze ont
slag uit zyn functie als Consul_Generaal van
Oostenryk te Amsterdam verleend onder
dankbetuiging voor de uitstekende diensten
aan zyn land bewezen.

Met de tijdebjke leiding van het Oosten-
rijksche Consulaat te Amsterdam wordt de
Vice-Consul, de heer H. Bellwinkel, belast.

geschenk onder couvert aan voor het be
houd des geloofs in Rome.

Nadat de pelgrims het „Aan U, o Koning
der Eeuwen" hadden gezongen, sprak Kar
dinaal Van Rossum de pelgrims toe:

„Dierbare pelgrims, ik dank u allen har
telijk voor uw bezoek, voor de gevoelens van
liefde mij betoond, voor uw gebeden en
voor de gave, mij geschonken. Gy zyt hier
thuis, mijn dierbare land- en stamgenoo-
ten, in Rome. Er is reden, om u hier thuis
te gevoelen. Omdat hier ons aller Vader
zetelt, onze Koning, de eerste van alle Ko
ningen, nu vooral door het herstel van den
Kerkelijken Staat. Ook om een andere
reden zyt ge hier in de groote zaal, waar
alle groote aangelegenheden betreffende de
bekeering der heidenen worden besproken;
in deze zaai is het besluit geteekend van
het herstel der Bisschoppelyke hiërarchie
in Nederland in 1853. Ik verzoek u te blijven
bidden voor de uitbreiding des geloofs. l'k
bid ook altijd voor u. Ofschoon ik reeds
35 jaar in Rome woon en byna Italiaan of
liever Romein ben geworden, ben ik toch ook
Nederlander gebleven. Daarom is uw bezoek
my zoo aangenaam."

Z. Em. wekte pelgrims dan op tot saam-
hoorigheidsgevoel en wenschte hun nog ge-
noegelyke en heilige dagen in Rome toe,
een behouden terugkeer in het vaderland en
God's besten zegen ook voor allen, die hun
dierbaar zijn.

Er was een enthousiaste stemming in de
audiëntiezaal en herhaaldelyk klonken
geestdriftig de uitroepen: „Leve Kardinaal
Van Rossum, leve de Nederlandsche Kardi
naal.

Ten slotte knielden allen neer, om den
zegen van Z/Em. te ontvangen. Daarom
werd nog gezongen „Broeders, welk geloof
hebt gy", het lied der Broederschap van
de H. Familie, waarvan Kardinaal Van
Rossum Protector is.

Twee oud-zouaven in uniform waren bij
de audiëntie tegenwoordig. Nadat een van
hen, de heer Dries Rooyakkers, nog een
enkel woord tot Z. Em. had gesproken,
verliet de Kardinaal de zaal.

JAARVERGADERING

HULDIGING VAN DEN HEER
P. H. J. STEENIIOFF

Zondag hield de Nederlandsche R. K.
Joumalistenvereeniging te Utrecht in „Kas
teel van Antwerpen" haar jaarvergadering.

De voorzitter de heer J. B. Vesters. hul
digde in den aanvang der vergadering den
onder-voorzitter der Vereeniging, den heer
P. H. J. Steenhoff, ter gelegenheid van zyn
45-jarig jubilé als kath. Journalist, 't Is ons
een behoefte, aldus de heer Veders, om hier
uiting te geven, wat in ons allen omgaat, nu
we de 45-jarige werkzaamheid van den heer
Steenhoff herdenken aan de redactie van
„Het Centrum."

We wenschen het hier uit te drukken, dat
deze gedenkdag voor alle leden der R. K.
Journalisten-Vereeniging een memorabel
feest is. Al die jaren heeft de heer Steenhoff
onverpoosd en hard gearbeid. Door, zyn wer
ken heeft hij „Het Centrum" den naam en
het aanzien gegeven, welke dit blad in 't land
en in onze kringen heeft. De heer Steenhoff
heeft een grooten tijd meegemaakt, wy mee-
nen dat we nu in een grooten tyd leven,
maar ook in het verleden is er een groote
tyd geweest. Een tyd van ontginning en be
vordering van wat in wasdom was: de tyd
van Dr. Schaepman. De heer Steenhoff heeft
onder en van Dr. Schaepman den vollen
doop gekregen. Wij allen waardeeren zyn
journalistiek werk, zyn rusteloozen arbeid,
maar niet minder zyn persoon. Hy is een
man van eenvoud, van onzelfzuchtigheid, be
zield met de meest edele gevoelens, die we
ons kunnen denken. Spr. uit den wensch, dat
het den heer Steenhoff moge gegeven zijn,
zich nog vele jaren te mogen wyden aan het
werk der katholieke journalistiek. Dat zal
zyn een winst voor de Katholieke jour
nalistiek en voor de Katholieke Zaak. In
den heer Steenhoff zien alle katholieke jour
nalisten en zullen blyven zien 'n levend voor
beeld, dat zij zooveel mogeiyk zullen trach
ten te benaderen.

Met daverend applaus werden de woorden
van den voorzitter onderstreept.

De heer Steenhoff dankte voor de waar-
deerende en vriendeiyke woorden en de be
wijzen van harteiyke collegialiteit en vriend
schap.

De voorzitter drukte verder zyn leedwezen
er over uit, dat de adviseur, de Z.Eerw. Pa
ter Bon. Kruitwagen, wegens ongesteldheid
niet aanwezig kon zyn en sprak de beste
wenschen voor een spoedig herstel.

De jaarverslagen van secretaris en pen
ningmeester werden goedgekeurd.

Tot bestuursleden werden met algemeene
stemmen herkozen de heeren Th. Wilmer en
Willem Galesloot Comz.

Een zeer geanimeerde bespreking werd ge
houden over het onderwerp: „Bespreking
van een bepaalden vorm van concurrentie
de R. K. Pers aangedaan." Als resultaat der
besprekingen werd besloten de zaak com
missoriaal te maken en het bestuur te mach
tigen de noodige stappen te doen.

Inzake de Kringvorming werd toezegging
gedaan dat binnen den kortst mogeiyken tyd
kringen in Limburg en Brabant zullen wor
den gesticht.

Nadat nog verschillende zaken van inter
nen aard waren besproken, werd besloten dit
jaar weer een uitstapje voor de leden met
hun dames te organiseeren.

Te vyf uur werd de zeer geanimeerde en
goed bezochte vergadering met den christe-
lyken groet gesloten.

Een audiëntie bij Z. Em. Kardinaal
Van Rossum

De bedevaartgangers naar Rome, welke,
onder leiding van pastoor Offermans, dezer
dagen uit Nederland te Rome zyn aange
komen, zyn in audiëntie toegelaten bij
Z. Em. Kardinaal Van Rossum. Omtrent
deze audiëntie meldt men aan de „Msb."
het volgende:

Alle pelgrims kwamen byeen In de histo
rische zaal van de Propaganda Fide.

Pastoor Offermans sprak een woord van
hulde tot Z. Em. voor al het werk door hem
tot eer van God en tot verbreiding van God's
Ryk op aarde verricht en beloofde, dat hy
en zijn mede-pelgrims een vurig gebed voor
Z. Em. zouden storten. De heer Van
Ogtrop bood daarop aan den Kardinaal een

Behandeling van het cassatieberoep-'Möhrlng
Voor den Hoogen Raad

Gisteren is voor den Hoogen Raad door
mr. S. van Oven en mr. F. Kokosky gepleit
in de zaak van A. C. M. accountant te
's-Gravenhage, die in de affaire der Veen-
dammer Hypotheekbank door het Gerechts
hof te Amsterdam was veroordeeld tot een
gevangenisstraf van 1 jaar en drie maanden
met aftrek van preventieve hechtenis.

Raadsheer mr. van Dyk rapporteerde.

Mr. van Oven lichtte een vijftal cassatie
middelen toe.

In zijn pleidooi wees pleiter erop, dat aan
de verdachten, die in deze zaak terecht ston
den, ten laste was gelegd:

le. vervreemding van goederen, te zamen
met één of meer anderen;

2è. vervreemding van goederen door ieder
hunner te zanien met één of meer der an
dere verdachten;

3e. vervreemding door ieder hunner afzon-
derlyk.

Reeds voor het Hof was aangevoerd, dat
de dagvaarding nietig -moest worden ver
klaard op grond van het groote aantal alter
natieven. Het kwam pleiter voor, dat die be
wering inderdaad juist is, omdat aan ver
dachte M. niet bekend was wie die andere
personen waren, met wie hy onderstelt werd
vervreemding te hebben gepleegd en hy niet
kon nagaan welk aandeel in de vervreemding
hem ten laste werd gelegd.

De telastelegging inzake de overdracht van
schuldvorderingen beantwoordde volgens plei
ter evenmin aan de eischen van art. 261 Sv.
Verdachte diende duideiyk te weten van
welke voorwerpen hem ten laste gelegd werd,
die vervreemd te hebben.

Op grond van het missen van bepaaldheid
van de dagvaarding pleitte mr. van
Owen nietigheid daarvan.

De verklaringen in het arrest inzake eigen
domsoverdracht der schuldvorderingen achtte
pleiter voldoende, hetgeen blykt uit de nota-
rieele acte. Het arrest is dus onvoldoende met
redenen omkleed.

Ten slotte betoogde mr. van Oven, dat het
Hof gegaan is buiten de in de dagvaarding
gestelde grenzen en dat het wel heeft vast
gelegd, dat de staat van faillissement bleek
uit „twee extracten uit de minuten," maar
dat het daarnaast van belang is te weten of
deze extracten door een bevoegd persoon wa
ren gemaakt. Pleiter concludeerde mitsdien
tot vernietiging van het arrest.

Mr. Kokosky, die twee cassatiemiddelen
voorstelde, merkte o.a. op, dat vast staat, dat
de goederen verkocht zijn voor een prys, ge-
ïyk aan de waarde. Het Hof stelde overigens
geen onderzoek naar die waarde in. De goe
deren kunnen alleen verkocht zyn aan een
kooper, die niet solvabel is. Zelfs al was dit
zoo, dan kan men nog niet zeggen, dat de
goederen „klarbiykelyk beneden de waarde"
zyn verkocht.

Nu het de laatste keer was, dat pleiters
stem in deze zaak voorloopig gehoord zou
worden, wilde hij als zyn Innige overtuiging
uitspreken, dat onrecht aangedaan is aan zijn
cliënt, die te goeder trouw is geweest. Nadat
W. Sr. berust had in het arrest van het Hof,
heeft hy ook verklaard aan zyn verdediger,
mr. Muller Massls, dat M. te goeder trouw
was. Zelfs al zou hij te kwader trouw zyn ge
weest, dan acht spr. de toebedeelde straffen
naar verhouding hoogst onbillyk.

Mr. Kokosky achtte het van belang, ter
voorkoming van latere revisie, dat de zaak
voor het Hof opnieuw zou worden behandeld,
aangezien Liebermann degene ls, die licht
kan verschaffen in menig duister punt.

De conclusie van het O. M. werd bepaald
op 13 MeL

In verband met den gewapenden overval, I
de Zaterdagavond op de Bloemgracht te Am- I
sterdam is gepleegd, heeft het Hbld. een
onderhoud gehad met een der slachtoffers,
den heer de Wit. Het blad verhaalt er het
volgende van;

Het slachtoffer van den gewapenden over
val op de Bloemgracht zag, begrijpeiyker-
wijze, nog wat wit om den neus, toen wy in
zijn grossierderij in koek en suikeryen, ge
vestigd in een kelderverdieping, formaat
pijpenla, binnenstapten. Eenige rechercheurs
zochten een nieuw uitgangspunt voor hun
onderzoek, dat tot nog toe niet tot aanhou
ding der bandieten mocht leiden.

Het is een tamelyk rustig gedeelte van de
Bloemgracht, waar de grossierdery' gevestigd
is, niet ver van de kerk van de „Hersteld
Apostolische Zendingsgemeente."

Een klein deel van den kelder is door een
schot, waarvan de bovenste helft uit glas
bestaat, tot een kantoortje Ingericht.

Het was Zaterdagavond, half acht, en
theeuurtje voor den heer De Wit, die juist
met een kennis, die wel mee* by hem komt,
en werkman by de gemeente is, stond te
praten toen men plots gedruisch hoorde,
en opziende, twee revolvers door het glazen
schot zag flikkeren, die gehanteerd werden
door twee zwart gemaskerde onbekenden.

„Handen omhoog!" werd hun toegesnauwd
en „met het gezicht naar den muur gaan
staan en geen kik geven!"

De ontstelde grossier en diens bezoeker
wisten niet beter te doen dan te gehoor
zamen, hetgeen zy te gauwer deden, daar
zy nog drie gemaskerde kerels op hen af
zagen stappen.

Deze grepen beiden vast, ontnamen den
heer De Wit portefeuille, portemonnaie,
sleutels, gouden horloge met ketting, bonden
hen toen met de handen aaneen, en duwden
hen in een hoek. Dan zochten zy het kan
toortje af, en maakten ^ich meester van een
geldkistje.

Vóór de gemaskerden aftrokken, raadden
zij den gebondenen nog aan. zoo verstandig
te zyn in het eerste kwartier hun monden
maar niet open te doen en te bhjven staan,
waar zij stonden.

Toen de bandieten echter goed en wel weg
waren, vatten de achtergeblevenen, die niet
erg deskundig gebonden waren, weer een
weinig moed, en wisten aoor kloppen de
aandacht van hun bovenbuurman te trek
ken, die hun te hulp kwam en de politie
waarschuwde.

Deze stelde, nadat men haar bovenver
melde verteld had, direct een onderzoek in.
hetgeen, zooals wy reeds zeiden, nog niet tot
ontdekking der gemaskerde heeren leidde.

De heer De Wit noemde een paar perso
nen, die eventueel in aanmerking zouden
komen voor een dergelijken overval; deze
konden echter allen hun alibi bewyzen.

De commissaris van politie, die het onder
zoek leidt, meent, dat men hier wellicht te
doen heeft met een bravourstukje van
eenige jongelui, die hun tijd plegen door te
brengen met in de bioscoop te zitten, op de
hoeken van straten cigaretten te rooken, en
zoo nu en dan hun slag slaan.

Het bedrag aan geld. dat gestolen werd,
wordt thans niet op 1000 maar op 500
geschat.

-v -

Het plan bestond gistermorgen om acht
uur om nog een poging te doen het nog
steeds zich boven de puinhoopen verrijzende
30 M. hooge tooneel om te trekken. De po
litie had de noodige maatregelen getroffen.
Alles was weer afgezet om het publiek op
een behoorlijken afstand te houden. Om
even over acht uur werd echter medegedeeld,
dat de voorstelling niet doorging. Men wilde
eerst nog eens confereeren. Wat er op deze
conferentie gebeurd is bleef geheim, maar
wat niet In stilte kon gebeuren was 't feit
dat men aan de ruïne aan het trekken ging.
Zoo werden er aan de Frederikspleinzyde eeni
ge stukken omgehaald, waardoor 't hoofdge
bouw meer vry kwam te staan. Een groot ge
deelte van den muur, die het yzeren tooneel-
scherm flankeerde, is naar beneden gehaald.
Nog enkele deelen zullen volgen. Ook aan de
tuinzijde heeft men een en ander opgeruimd.
Wanneer het hoofdgebouw zal vallen, kon
men ons nog niet mededeelen.

De brandkast

In de puinhoopen van het Paleis voor
Volksviyt heeft men gistermiddag op de
plaats waar eens het bespreekbureau was de
brandkast van den heer Bouwmeester ge
vonden. De kast was van bulten ernstig be
schadigd. Omtrent den toestand van den
inhoud kon men ons nog niets mededeelen.

Hij is door het personeel van den goede
rentrein, die juist in aantocht was, naar
Helenaveen vervoerd en later naar Venlo ge
bracht.

Zijn toestand is nog ernstig.

De gevangenbewaarder K. die terecht heeft
gestaan voor de Haagsche rechtbank als
verdacht van het verleenen van hulp bij het
ontvluchten van 4 gevangenen uit de Bijzon
dere Strafgevangenis te Scheveningen, maar
die door de rechtbank van het hem ten laste
gelegde werd vrygesproken, terwyl het door
den officier van justitie ingestelde hooger
beroep dezer dagen weder werd ingetrok
ken heeft zich thans tot de Haagsche recht
bank gewend met het verzoek om schadeloos
stelling zoowel op grond van de ondergane
voorloopige hechtenis als van de by het pro
ces gemaakte kosten. In het request wordt
echter geen bepaald bedrag gevraagd.

Te IJsselmuiden by Kampen is de 16-
jarige G. T., werkzaam als stoker op cfe
stoomwasschery van den heer J. v. d. K.
aldaar door een dryfriem gegrepen en mee
gesleurd. Ofschoon de machine onmiddellyk
werd stopgezet, werd de jongen deeriyk ver
minkt. Er is weinig hoop, dat de ongelukkige
het leven zal behouden.

Te Strijp by Eindhoven is gistermorgen
de boerderij in eigendom toebehoorend aan
de firma Philips, door brand vernield. De
boerdery was eerst de vorige week door <Jen
vorigen bewoner verlaten.

Thans sliepen er eenige arbeiders in van
de Philipsfabrieken, die in de buurt van
Strijp werkzaam waren. Ze konden nog bij
tijds het huis verlaten. De vonkenregen
maakte het gevaar voor uitbreiding naa
twee aangrenzende boerderyen zeer groot,
doch met veel moeite gelukte het deze
boerderijen te behouden. De boerdery en de
by gebouwen benevens eenige fruitboomen
werden door het vuur vernield.

Balbo, de Italiaansche onderstaatssecre
taris voor de Luchtvaart, die per vliegtuig
uit Padua vertrokken was, ondanks den dik
ken mist, heeft ten gevolge van een panne in
den motor naby Stradella een noodlanding
moeten doen op een ongunstig terrein. De
vliegmachine is vernield. Balbo en de bege
leidende officier zyn ongedeerd.

Toen gistermorgen de ongeveer 60-jarige
Dengerink uit Boekelo, den onbewaakten
overweg aldaar per rijwiel wilde passeeren,
werd hy door een uit Hengelo komenden
tre.'n gegrepen. Beide beenen werden hem
afgereden. In hoogst zorgwekkender! toe
stand is de man naar een der ziekenhuizen
te Enschede overgebracht.

Gisternacht is in de gemeente Oss de boer
dery van den veehandelaar L. Hartochs een
prooi der vlammen geworden. Een achttal
kalveren, een paard, alle huisraad en,ver
schillende landbouwwerktuigen gingen verlo
ren; ook een aanzienlyk bedrag aan geld,
dat in een parapluie was geborgen, ver
brandde geheel.

Verzekering dekt de schade ten deele.

Daar de eigenaar van de boerdery, welke
zich bevond aan de Hoogheuvelsteeg, kwaad
willigheid vermoedt, stelt de politie een uit
gebreid onderzoek naar de al of niet ge
grondheid hiervar in.

CENTRALE

Kenaupark 26A Telefoon 12644

SPREEKUREN:

van 9-11 en 1 tot 2.

Dinsdag van 6.30 tot 8.30
Zaterdagmiddag GEEN Spreekuui

Terwyl de brandweer nog met de blus-
schingswerkzaamheden bezig was, werd zy
gealarmeerd voor een brand, die was uitge
broken in de boerdery van den heer F. van
Dinther in de Heistraat. Ook hier kon niets
gered worden; een koe en vier varkens
kwamen in de vlammen or.

Een en ander was slechts gedeeltelyk ver_
zekerd; de oorzaak van dezen brand is onbe
kend.

Gisteravond is te Helmond brand uitge
broken in de magazynen van de firma L.
Bezemer en Zoon, houtwarenfabrikanten.
In een oogwenk waren de magazijnen door de
vlammen aangetast. Een groote hoeveelheid
courante dameshakken, welke door de firma
mede geproduceerd worden, werden een prooi
der vlammen. Met verschillende stralen van
de autotractie der Vrijwillige Brandweer
alhier, werd het vuur, nadat door derde
uitbreiding was tegengegaan, gebluscht. Do
magazynen brandden geheel uit; de schade
bedraagt naar schatting 15000. Het be-
dryf zal geen stagnatie ondervinden. Verze
kering dekt de schade.

tcxT-

In de parochiale kerk van Hamont Budel,
hebben onbekenden ingebroken en alle offer
blokken gelicht. Binnen zeer korten tyd ls
dit reeds de derde inbraak in deze kerk.

Naby 't station Amerika by de grens tus
schen Brabant en Limburg is Zaterdagavond
een heer uit Venlo uit den coupé van trem
2827 gevallen. Er werd aan den noodrem
getrokken en de chef ln Amerika werd In
kennis gesteld van het ongeval door de rei
zigers. Bij nader onderzoek werd de zwaar
gewonde tusschen de sporen gevonden.

door Rudof Nuszbaum

In haar zyden kousen en chique schoen
tjes stond Carola voor den spiegel van haar
slaapkamer in het hotel en hield een zwy-
gend onderhoud met zichzelf. Droomerig be
schouwde Carola haar gestalte en glimlachte
haast onbewust tot het beeld in den spiegel.

Er werd' geklopt. Het kamermeisje stond
voor de deur.

„Juffrouw, mevrouw uwe moeder laat u
verzoeken om wat spoed te maken."

„Juffrouw, zeg aan mama, dat zy maar
alleen uitgaat. Ik heb hoofdpyn."

Carola, die hier in de bergen de slaap
kamer met hare moeder deelen moest, was
biy eens even alleen te zyn. Een half uur
geleden was de moeder reeds naar beneden
gegaan, om te ontbijten, nadat zy eerst
keurig toilet gemaakt had. Overal ln 't

rond lagen de poederkwasten, lippen- en
wenkbrauwenstiften, haarnetjes en haar
spelden, spangen en crêmedoozen. Het leek
wel of een schilder zyn penseelen, kleuren,
tuben en spatels om zich heen gelegd had
om eens flink te kunnen werken. En toch,
al deze gereedschappen dienden slechts om
het niets ontziende vernielingswerk van den
tyd tegen te gaan.

Na een kwartiertje was Carola tlp-top.

Met een tikje hoogmoed wierp zy haar
blond pagekopje achterover, toen zy met
een laatsten blik in den spiegel het geheel
„opnam". Zij vond zich allright, alleen hare
lippen zagen nog wat flets. Een plotselinge
opwelling volgend, greep ze naar de roode
stift en streek hier en daar wat bloedkleur.
Die eerste verandering, die haar wel mooier
maakte, bevreemdde haar in het begin zelf
een weinig, maar toch vond zy zich wel pi
kanter. Met 'n snelle beweging keerde zy
zich om. ging de deur uit en sloop voorzich
tig de trappen af, totdat zy de ontbytzaal
van 't hotel ln haar geheel kon overzien. De
ouders hadden het terrein reeds verlaten.
Nu was voor Carola de koffie„com
plet".

De gedachten, die in haar verward kopje
dooreen warrelden hadden geen ander ge
zelschap noodigof misschien alleen dat

van den jongen man, die haar reeds zoo
vaak met onderzoekende oogen gefixeerd had
en naar wien ook haar blik telkens met wel
gevallen terugkeerde. Hij stond ook nu weer
op de stoep van het kleine postkantoor en
keek de adressen van de ingekomen brieven
na. Dat zy hem lang niet onverschillig was,
meende zy duideiyk genoeg in zyne schit
terende oogen gelezen te hebben. Maar het
was tusschen hen nog nooit tot eenige toe
nadering, zelfs niet tot een wederzydschen

groet gekomen. Was hy verlegen?Was

zij misschien niet goed genoeg voor hem

of te jong?Haar hartje, dat nog weinig

van liefdeswegen wist, klopte heftighet

voelde de sterke spanning en zocht naar
bevrydingzy voelde zien vandaag ze
kerdapper genoegom Amor, dien

schelmschen knaap, by het oor te trekken,
wanneer hy koppig

Ongemerkt was Carola den wandelaar, die
verdiept ln zijn lectuur alles om zich heen
vergat, op het boschpad vooruitgesneld en
bleef geregeld voor hem, tot de volgende
bocht. Opeens hield zy haar pas wat in. De
afstand tusschen hen werd hoe langer hoe
kleiner. Zy voelde zich niet recht op haar
gemak. Het is daarom moeilyk uit te maken,
of zy haar zakdoek van zenuwachtigheid
liet vallen ofwel, dat zij de gewone oude truc
gebruikte. In elk geval, het witte fladdervo-

geltje kwam by den heer terechtHet zoo

vurig verlangde contact was gelegd.

„Juffrouw, u heeft iets vergeten!"

Met deze woorden stak de heer, toen zy
zich omwendde, den zakdoek in de hoogte.

„O, dank u. u is zeer vrlendeiyk!"

Een licht rood steeg op in hare wangen
en zü glimlachte verlegen.

„Ik geloof u reeds enkele malen gezien te
hebben, is 't niet juffrouw?"

„O ja?Ik kan het me niet herinne
ren!"

Waarom jokt ze nu, dacht hy verdrietig
by zichzelf. Waarom lieg Ik, dat was ook
hare vervelende gedachte. Was dat woord
haar misschien op dezelfde manier ontnapt
als zoo juist de zakdoek?

„Ik geloof, dat ik me niet vergis, juf
frouw!" Hij lachte nauwelyks merkbaar.

„Het is zeer goed te begrijpen, dat u me
niet opgemerkt hebt. Daarom verheugt het
me nu des te meer, dat u mij nu de gele-
genhe'd gaf u te leeren kennen. Als u ten
minste niet de voorkeur aan de eenzaam
heid geeft."

„Ik ben graag alleen."

„Op uw leeftyd? Met die schitterende ga
ven, waarmede moeder natuur u zoo kwistig
bedeeld heeft?"

„Ik houd niet van vleiers!"

„Van leugenaars toch zeker niet! En ik
moest liegen of een houten klaas zyn, als
ik anders zou spreken. Ik behoor niet tor
degenen, die iemand complimentjes maken,
zonder er iets van te meenen. Het woord
moet even eerlyk zijn als het oog! Uwe
verschijning is my opgevallen. Ik heb u
gadegeslagentn allen ernst en met wel
gevallen beschouwd

Hy hield plotseling op.

„Nu? Maarzy brandde van nieuws
gierigheid.

„Maar' zoo ging hy levendig voort

vergeef me die openhartigheid! Evenals die
telegraafpalen tusschen de groene hoornen
hinderen, omdat zij het beeld der heerlijke
natuur ontsieren, zoo hindert me het rood,

dat op uw mooie lippen kleeft„vlamt"

had ik byna gezegd! Maar ik wil er niet
mee spotten. Voor my is het een kleine
(.zonnevlek". ,u,ip,

„Aan brutaliteit schynt. het u niet te
ontbreken, mynheer!" bracht zij eindelijk
met moeite uit. „Uwe opmerking grenst

byna aan onbePlotseling brak zij af.

De uitdrukking leek haar toch te scherp.

„Zeg het maar gerust, al is het misschien
heelemaal tegenovergesteld aan wat u daar
straks beweerde, toen u my een vleier noem
de! Ik wilde u heelemaal niet krenken. Het
gaat me weliswaar niet san, wat u persoon
lijk doet. Zoo zoodra u in de vrije lucht
rondwandelt, behoort u op een of andere
wyze tot de natuur, tot het landschap,
waarin myn oog bewonderend, maar ook
critisch rondwaart. Waartoe dienen die
kunstmiddeltjes op uw jeugdige frissche
lippen? zy zyn heelemaal niet noodig die
schoonheidsmiddeltjes."

Carola was blyven staan. Met een belee-
digd gezicht keek ze een anderen kant uit.

„Wees toch niet boos op my!" smeekte hij
met woord en blik. „Ik zei het niet om u
kwaad te maken. Integendeel! Op z'n aller,
ergst was myn woord ongepast, onvoor
zichtig, maar straf me er niet voor! Wan
neer u het wenscht, dan ben ik dadelijk

vertrokken, ofschoon Ik gaarne.... zeer

gaarneOp dit oogenblik greep Carola

hem onverwacht bij de hand.

„Kom gauw, kom." En willoos liet hij zich
eenige schreden voorttrekken, om dan het
angstig opgewonden meisje door het kreu
pelhout na te loopen. Zy liepen als zaten
roovers hen op de hielen. Eindeiyk bleef
Carola staan. Hare oogen schitterden. Het
krullend haar gaf haar een eenigszins wild
voorkomen en geen enkel man zou zijn
kalmte kunnen bewaren voor zulk een ge
zicht!

Plotselingonweerstaanbaar sloeg hij

zyn bevende handen om het betooverende
gelaat en staarde met ontroerden blik in de
oogen, die in de grootste spanning en angst,

iets schenen af te wachtensprakeloos

om uitkomst smeektenOi was het reeds

liefde, die zyn blik beantwoordde?

Daar klonk als antwoord de schrille stem
van een vrouw, die zich op den weg be
vond en riep: „Het moét toch Carola zyn
geweestCarola!"

Geen echo beantwoordde het geroep der
moeder.

Toen de stemmen weggestorven waren,
wierp Carola zich uitgeput neder op den
mossigen bodem en de vriend harer een
zaamheid deed alles, om haar een gemak-
kelyk plaatsje te bereiden, waar zy haar
schoon kopje kon neervielen. In zalige ver
rukking rustte haar hoofd op zyn arm,
maar toen hy zich te diep naar hare lippen
boog, weerde zij hem guitig af: „Pas op! U
bent onvoorzichtig. De crème is misschien

vergiftig!'

„Dan wil ik me vergiftigen. OfRe
soluut pakte hij haar klein zakdoekje, dat
reeds eenmaal een goede rol gespeeld had
en begon haar voorzichtig over de geduldige
lippen te wi-yven. zy voltooide zelf het werlt
en reinigde de deuren van haar mond zóó
terdege, als moest er een zeldzame gast
ontvangen worden.

Toen werd het een poos stil. De vogels
kwinkeleerden en schetterden van genoegen
over den heeriyken dag. Slechts een haan
uit het naaste dorp stoorde het concert
met zyn onwelluidend gekraai.

Het was komisch om te hooren. want hy
schreeuwde duidelyk, met den nadruk op
de laatste lettergreep: Carola!Caro
la!..;...